f weeft Be lotte m te Men NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD. Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOM. 148 jaargang Donderdag 13 Augustus 1896 No. 4023 HAARLEM'S DASBLAH j^oisn<rEnvcEn<rTSFi5,ij"S: Voor Haarlem per 3 maandenf 1.20 Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der gemeente), per 3 maanden1.30 Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden„1.65 Afeonderlijke nummers0.06 Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden0.30 „de omstreken en franco per post 0.371/2 AT) V jHU^TIEHSTTTrniST: Van 1-5 regels 50 Cts.; iedere regel meer 10 Cts. Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlek rabat. Reclames 20 Cent per regel. Abonnementen en Advertentien worden aangenomen door onze Agenten en door alle Boekhandelaren en Courantiers. Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Bureaux: Kleine Houtstraat 14, Haarlem. Telefoonnummer 122. Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de PubUcité Etrangère G. L. DAUBE Co. JOHN F. JONES, Snee., Parijs 31bis Faubourg Montmartre. Agenten voor dit Blad ixi denzone trek zijn: Bloemendaal Santpoort en Schoten, P. v. d. RAADT, Santpoort; Heemstede, J. LEUVEN, bij de Tolfc\Haarlemmermeer, C. DOEKES SpaamdamC. HARTENDORP Zandpoort, J. ZWEMMER; VelemA. VENUS; IJmuiden, TJADEN; Beverwijk, H JUNGERIE, Koningstraat. Genoemden Agenten nemen Abonnementen en Advertentën aan. i. Politiek Overzicht. iHet engelsohe Lagerhuis heeft de immissie voor de Zuid-AfrikaanBohe jogelegenheden benoemd. Zg bestaat 15 leden en heeft Chamberlain tot lorcitter. De namen der leden zgn iR-Webster, Bigham, Blake, Buxton, I H. Campbell-Bannerman, sir M. Cks Beaoh, Cripps, sir W. Hart- rke, John Ellis, sir W. Haroourt, ckson, Labouehere, Wharton en jyndham. In de zitting van Dinsdag heeft iüister Chamberlain nog eenige pdedeelingen gedaan over den po- jeken toestand in verband met Zuid frik a. Hg begon met te verklaren, it hg den tgd nog niet gekomen btte om de politiek der regeering i opziohte van Zuid-Afrika te be indelen. Wat de hervormingen in Transvaal treft, de regeering deed al het mo- jijke om het gewenechte resultaat or vriendschappelijke vertoogen te reiken. Na den ongelukkigen inval ia het hare taak de goede gezind- id tusschen de Hollandsche en En- leche bevolking te herstellen. De nieter geloofde, dat die politiek lagde. Er was reeds een groote ver- idering ten goede. De TraE3vaalsohe jlksraad had nu eene wet aangeno- en tot verbod van den verkoop van irken drank aan inboorlingen en ne wet om de kinderen van alle jtionaliteiten op staatskosten te on twijzen, en onderzocht eene wet or een gemeenteraad van Johan- pburg. Dat waren wel niet alle her- imingen, die het volk gerechtigd is te erlangen, zeide de minister, far er moest rekening gehouden irden met den zeer opgewonden iat der gemoederen. Het italiaansohe blad de Secoio vat een bericht onder voorbehoud, tdedeeling doende van eene samen lering te Konstantinopel ontdekt, i doel hebbende den sultan van n troon te stooten en door zgn on Selim te doen vervangen. Een pot aantal personen zgn in heoh- iis genomen, onder wie ofifioieren, ibtenaren en mannen met goede Bitiee. Enfin, het Igvige dossier van be- ihten over samenzweringen te Kon- tnlinopel kan wel met een nog tmeerderd worden. Zooals wg weten waB door de tionale vergadering van Kreta een '»ks van eischen tot verbetering van n toestand op dit eiland bg den 'ksohen sultan ingediend. Overeen- matig zgn gewone wijze van han- len heeft deze de nationale verga ring steeds op antwoord laten lohten, totdat de 40 zittingdagen ti verstreken en het hervormings- mité voor ontbonden is verklaard. Ben voorloopige revolutionnaire j geering is samengesteld onder ordtterschap van den heer Gero-1 staros Yoloudakis, een bekendj ofd der ontevredenen. De voorzit 1 heeft zgn eerste jeugd reeds ach ter den rng hij is 92 jaar—maar waar het de belangen van Kreta geldt, heeft hg het vuur der jeugd nog nist verloren. Hg is een sterk voorstander van i den Britschen invloed op Kreta. De Weener oorrespondent van de Standard beweert te weten, dat na een onderhoud met den Amerikaan- sohen gezant te Madrid de Spaansohe minister van buitenlandsohe zaken heeft besloten, het rapport, dat over den toestand op Gnba was gereed gemaakt en over de betrekkingen tusschen Spanje en de Vereenigde Staten niet aan de andere mogend heden zal worden medegedeeld. STADSNIEUWS eerate en derde pagina. Haarlem12 Aug. De onderlinge sohietwedstrjjd, die de laatste jaren gehouden werd tns- schen de kaders van garnizoen en sohutterg, weerbaarheidsvereenigin- gen enz. hier ter stede, zal dit jaar niet plaats hebben. Voor het te Utreoht gehouden examen gymnastiek 1. o. is Dinsdag geslaagd de heer P. A. Bellaart, alhier. Vergadering van den Gemeenteraad van Bloemendaal op Donderdag den lSen Augustus 1896, des namiddags te half aoht ure. BINNENLAND Atjeh. De oorrespondent te Batavia der N. R. Ct. seist onder dagteekening van Dinsdag: In Lepong werden geen geweren gevonden.. Van gouvernementswege wordt be richt, dat de vijand uit Lepong ver dreven werd tot bezuiden Gunung Aulat. Licht gewond werd de luitenant Spoer (Spoel?) en de mindere DeVries. Het 5de bataljon en de tweede berg- batterij kregen bevel terug tekeeren naar Juka (Java?). Van den gouverneur-generaal van Ned.Indië is aan het departement van koloniën ontvangen het navolgend telegram Eergisteren naar Lepong. Vijand uit benting Dea Mamplan verdreven. Aldaar bivak opgeslagen. Een militair beneden den rang van offioier gewond. Vijand uit strandbentings door het vuur der marine verjaagd. Een reden van schoolverzuim. Onder het opsohrift „Een reden van schoolverzuim" deelt Het Nieuwe Schoolblad het volgende verhaal mede j van een voorval, dat aan een der redaoteuren van het blad, dus den-, kelgk aan het hoofd eener sohool te; Amsterdam, moet overkomen zgn. Ben jongen nit eender middelklassen bleef onlangs een dag uit de sohool. Op mgn Traag naar de reden van dit verzuim deelde hg den volgenden dag mee, dat zgn vader bekeurd was en voor den kantonreohter had moe ten komen „en toen mooht hg ereis met vader mee". De vorige week bleef hg versohei- dene dagen aohtereen weg. Ziek was hij niet, verklaarden zjjn mede soho lieren. Een briefje, naar zgn huis gezonden, bracht licht. Vader schreef terug„Mijnheer, ik heb een café zonder vergunning, nu zit de politie mg zoo op het lgf, dat ik de jongen te huis moet houden om op dat Boort menschen te letten. Het leeres van mijn jongen moet dan maar leiden, voor mgn brood." Ik ging er heen en vond den jon gen in de koffiekamer, die door een houten schot van 't voorhuis geschei den was. Kwam er nu verdaoht bezoek, een metselaar of zeeman b.v. waarin de kastelein een vermomden politieagent vermoedde, dan trok hij aan een belletje en 't knaapje moest dan in de gelagkamer vlug de jeneverglaasjes doen verdwijnen. Hot baatte weinig, of ik den man 't ongeoorloofde van zjjD handelwgze onder 't oog braoht. De handel was door Thorbecke vrij gemaakt, ver klaarde hg en niemand mocht hem beletten te verkoopenjwat hg verkoos. Meer indruk maakte het, toen ik hem wees op de slechte omgeving, waarin zijn kind thans dagelijks verkeerde en vroeg, wat er van den jongen worden moest, als hg nu reeds de sohool voor de kroeg verruilde. Geholpen door de moeder, kreeg ik den man eindelgk zoover, dat hij beloofde 't kind weer sohool te zullen zendenen reeds wilde ik vertrek ken, toen zgn vronw hem aanstootte en hij mg vriendelijk vroeg „Zal 'k n een oognaoje inschenken, meneer De aanhouding van „De Doelwijk." Volgens beriohten uit Rome aan de Fransohe bladen, werd de Doel wijk op 36 kilometers van de kust aangetroffen en volgde zg niet de route naar Indië, daar zg zioh rechts van het eiland Perim bevond in plaats van links, zooals de sohepen die naar Aden stoomen. Da aan boord gevonden geweren zgn Mausers. Wat den Fransohen snperoargo aangaat die op de Doelwijk zou zgn aangetroffen en mee naar Massaua genomen, beweert de correspondent van den Temps dat hij een Fransoh passagier was en dat men uit zijn aanwezigheid (verkeerdelijk?) afleidde dat de lad ng van Fransohe herkomst was. De Italiaansohe Fanfulla zegt dat er in het geheel maar éen pas sagier aan boord was en deze was een Fransohman. Woensdag werd er te Rome mi nisterraad gehouden ten einde een oommissie tot verbeurdverklaring te benoemen. Een dergelijke oommissie, in sommige landen permanent, is in Italië sinds 1866 niet bijeen geweest. Het is een soort van gemengde reoht bank, waarin derhalve, zoo wordt be- rioht, ook de Nederlandsohe regee ring vertegenwoordigd zal zgn. Het Berliner TageUaU heeft een particulier telegram uit Rome ontvan gen van dezen inhoud ,De Nederlandsche gezant heeft aan den minister van buitenlandsche zaken Visconti Venosta verklaard, dat zijne regeering bij de zaak van het in beslag genomen schip Doelwijk geen bijzonder belang heeft. „De bemanning van de boot ie, na aankomst te Maseana, vrijgelaten. „De ministerraad heelt zich bezig gehouden met de quaestie der eom- miösie tot verbeurdverklaring, waar van de benoeming spoedig zal ge* schieden. „De officieuse dagbladen nemen de zaak niet tragisch op. „L'Italie" zegt, dat Italië zelf aan Meneiik, door zijn toetreden tot de Brusselsohe confe rentie, het recht heeft gegeven om wapenen te koopenverder heeft Italië een fout begaan door aan de mogendheden van den oorlogstoe stand met Meneiik kennis te geven. Daardoor kooit het dat nu niets Kan gedaan worden. Het blad spreekt den wensch uit dat de regeering zich niet in avonturen steken en met Me neiik vrede sluiten zal. Volgens de Opinione heelt de re geering door het beslag leggen op de Doelwijk getoond dat zij waakzaam ia en bereid om Meneiik, zoo noodig, de macht van Italië te di-en gevoelen. Maar het land wil voor alles den vrede en is daartoe, na uitlevering der gevangenen, genegen. De Opinione kan tevens verzekeren, dat de Neder landsche regeering aan het Italiaan sche ministerie het vertrek der Doel wijk van Rotterdam met een lading wapenen heeft aangekondigd. „Betreffende de vraag, o' Meneiik het recht bezit om wapenen te koopen, merkt de Tribuna op, dat hg dat heeft verbeurd, daar hij slavenhande laar iskrachtens het Brusselsohe verdrag heeft Italië dus het reoht om op de lading wapenen bezl&g te doen Omdat er vermoeden bestaat dat de Doelwijk niet het eenige voor Abessynië bestemde schip was, blij ven de Italiaansche oorlogsschepen in de Roode Zee kruisen. Men is nog niet eenstemmig over de vraag of de passagier aan boord van de Doelwijk een Franschman was, of van andere nationaliteit. Een militaire manoeuvre. Maandag waren een 25tal infante risten van het 5e regiment infanterie bezig zich te oefenen in het leggen van bruggen. Een drukte van belang. Eindelgk was de brug klaar en zou men over gaan tot de beproeving. Met hun vgf en twintigen zouden ze op de brug gaan staan. Zoo gecommandeerd zoo gedaan. Zg gingen er op staan, maar zij stonden niet lang. Krak krak' daar ging de boel: de geheele! brug met de 25 infanteristen en al. Met hun allen vielen ze in 't water, dat gelukkig daar niet diep is, zoo dat zij allen zioh betrekkelijk spoedig wisten te redden. Ben hunner viel met het hoofd op een balk, waardoor hg vrg ernstig verwond werd. ütr. OL Ontvreemde of vermiBte voor werpen* Op 8 Aug. zgn in een winkel in de Zomerhofstraat te Rotterdam ont vreemd 1 nieuw Bellrock rijwiel; 1 dames safety, groen, Mercury, nieuw 1 dames safety, Manhattam houten velgen zonder pedalen, nieuw 1 dames safety, Mercury, met cei- laloïd, rokbeschermer, nieuw 1 heeren safety, Mercury, gebruikt, imitatie houten velgen 1 heeren safety, gebr. Keraa gebo gen stuur, 84 inches, gearing, holle velgen,weinig gebruikt, 8 racepódalen; 1 silverking lantaarn, geheel ver nikkeld ongeveer 6 diverse lantaarns van minder qualiteit; diverse bellen en hoorns 2 cyclometers; eenige tasschen van rijwielen 12 luohtpompen. De Commissaris van Politie in de le afd te Rotterdam verzoekt opspo ring, inbeslagneming en bericht. In den namiddag van 2 Aug. jl. heeft een persoon zioh noemende J. J. Jong, die opgaf te Rotterdam te wonen aan de Hof kade 15, bij eenen rij wielverhunrder aan den Boezem- pingel 70 aldaar een rijwiel gehuurd, Voor 1 a 2 uren, doch keerde niet met dat rijwiel terug. Signalement is klein en vrij gezet, ongeveer 21 23 jaren, bruin haar en aankomend kne veltje, gezonde kleur, gewone neus en mondgekleed met een zwart colbert- costuum, staande wit'e boord met or- geslagen punten en lange gekleur de da-, zwarte fantasiehoed en vrg zware zwarte rijgschoenen. Het rijwiel is zwart gelakt, model 1895, met ach terwiel van 28 en voorwiel van 80 inches */M race-ketting, rubber peda len (niet stofvrij), gebogen nikkelen stuurstang, gemerkt 59, met gummi handvatten en signaalhoorn, bruin lederen zadel, waaraan dito tasoBje, waarin oliefleeohje en verstelbare schroefsleutel. De nikkelen achternaaf is gemerkt T. S. en 8. en met een paard op een rgwiel. De zitstangstrop is gemerkt 61, Dunlopbanden, ge merkt B. D. en Co., staande onder een leeuw. Het kroonstuk van de voorvork is vernikkeld. De oommissaris van politie in de afd. te Rotterdam verzoekt op sporing en berioht. Weergevonden. Omtrent den weergevonden Lange- veld deelt de L. K. nog het volgende mede: Langeveld vroeg onder de manoeu vres verlof om even het gelid te mogen verlaten. Dit werd hem toege staan en van deze gelegenheid maakte hg gebruik om stilletjes achter te blgven. Toen zgne kameraden ver genoeg uit het gezioht waren, verwij derde hij zioh in tegenovergestelde riohting. Hg wierp toen geweer en bajonet weg en ruilde bg een boer zgn uni form tegen burgerkleeren. In deze kleederen heeft hg de wgk genomen naar Duitsohland, alwaar hg in de gemeenten Walbeok, Wachtendonk, Straelen en Hernngen afwisselend gewerkt heeft. Versoheiden over zgn dood geschreven artikelen heeft hg gelezen en er natuurlgk hartelijk om gelaohen. Daar hg geen „Heimatsohein" kon vertoonen, werd hem het verblgf in Duitsohland aldra bemoeilgkt en werd hg eindelgk eergisteren door den bur gemeester van Walbeok de grenzen overgezet en aau de mareokausBee's te Aroen overgeleverd. Binnenkort zal hg voor den krggsraad terecht staan. Pers Overzicht. Wat moeten wg nu deen in Groot Atjeht Deze vraag stelt het Alg. Hbld. boven een artikel, dat weder eens wat afwisseling brengt in al de lectuur die men in den laatsten tgd aangaande de zaak-Den Hartog of de Maastrioht- sche werkstaking te lezen kreeg. Het blad betoogt dat met het tuch tigen van Toekoe Oemar de zaak niet afgedaan mag zgn, maar dat men volgen3 de ondervinding in Pa- lembang, in de kampongs en ter Westkust van Sumatra opgedaan, „zgn plan tot het einde moet door zetten, niet rusten voordat de kracht van tegenstand overwonnen of ge neutraliseerd is," daar men alleen dan, mits men, zoolang noodig, de administratieve macht laat steunen door de militaire en aldus voorkomt dat het verzet zich opnieuw organi seert de bestendiging van ruBt en vrede kan verwachten. En dat moet toch, zegt het Hbld., ons doel zijn Naar het het b'ad wil voorkomen, zijn wij thans op dezen goeden weg, want de vgand wordt verslagen, waar hij zich verjoont, en tot nu toe blgkt niet van eenig voornemen om te rusten voordat de kraoht van te genstand werkelijk „overwonnen of geneutraliseerd is." Ea, waar noodig, bezetten wij de streken waaruit de vijand verdreven is en worden zij door sterke patrouilles bezocht, om te voorkomen dat het verzet zich we der organiseert. Met genoegen constateert het Alg. Hbld. dat dit in hoofdzaak het inder- tgd door Van der Hegden gevolgde Bysteem is, „want," zegt het, „dat is het stelsel dat ook elders in onzen archipel steeds goede resultaten heelt opgeleverd, en het eenige in Atjeh, dat, ook door den At jeher,erkend wordt als ons gezag ten goede komende, verderen weerstand daartegen nutte loos makende.. Aan het einde van zgn artikel zet het blad uiteen, dat, wanneer wij van de in de laatste maanden ge maakte overwinningen geen partg trekken en ons weder opsluiten in de geconcentreerde linie, of, nog erger, opnieuw „rugwaartsche schreden" ma ken, ten slotte niets gewonnen is, en men na weinige jaren opnieuw uit FEUILLETON. Roman van EDHOR. HOOFDSTUK XX. Htt vertrek der Outheims. )e boosaardige zin dezer woorden stiet af op Lindis gelrein gemoed. „Ik plukte ze voor Franciska, zij is i op die bioemen gesteld en ze zet ze in vazen op de inkcommode. Franciska is zoo handig en ze weetal zoo fraai te maken." ,Ja, ja, die Cieka heeft er slag van om evenals alle •uwen met stevige armen de mannen, zelfs de schran sten, om den vinger te winden. Een aangename iselgkheid werkt op het gemoed van den ordelieven- i man als honing op het gehemelte. In deze oml^js» g deed Ciska het Zigeunerbeeld verschgnen, met boerenhuis als effectvollen achtergrond, werkelgk on- aalbaar. Ach, dom gansje, die ge sjjt, hoe anders idt ge bent hebben kunnen boeien I Die zwarte Jutta de andere vrouw wisten hare schoonheid te verhoe- ^■en, met de diamanten te sohitteren en te verblinden. Een Grieksoh gewaad voor u, met edelgesteenten bezet, de gloeiende robgnen in de zwarte lokken, ah, ah de vederlichte gestalte in de rosé atlas en de bruin achtige teint met het waas de eerste jeugd in goud gezet, de wereld zou u toebehooren. Gij zoudt voreten aan uw voeten vinden, doch laat Egon loopen, hij heeft u niet lief, hem bindt alleen de band des huwelijks. Staar me nu maar niet zoo wezenloos aan, er heeft u .zeker nog nooit iemand over schoonheid gesproken, is het wel? Maar ik zeg u, ge zijt het!" Met een heftig gebaar rukte zg de bloemen uit Lindis' hand en wierp ze in woede over het bruine gezichtje met de verschrik te oogen. „Jutta en Else^kenden dat, zij verblindden de oogen der mannen; ook u is deze soort schoonheid verleend, beproef uwe macht slechts een enkele maal." In de hoogste opgewondenheid zweeg Eugenie. Uit het struikgewas naast de veranda was ongemerkt graaf Egon te voorschgn getreden, die reeds een poos het gesprek had aangehoord. „De grootste bekoorlijkheid der schoonheid ligt in het kuische, onbevlekte hart, mijn armen Lindis," zeide hij met ernst en trok de slanke vrouw heftig tegen zijne borst. „De slang nadert mijn paradijs en ik liet het zoover komen. Vergeet de woorden welke zg daar ge sproken heeft. Goddank, nog vermoedt ge niet, wat er in het gezegde ligt. Behoud uw eenvoudig kleed, op 't welk uwe ziel helderder straalt." „De taal van den verlieide. Verrukkelijk! De beide Hallwey graven, beiden. Jammer, dat de gravin het niet gehoord heeft en Adële, allen, allen I" Met een schaterlach stormde Eugenie door den tnin en naar de equipage toe, die voor den ingang stond. „Zeg aan de gravin, dat ik maar vooruit ben ge gaan, het zou mij te warm geworden zijn in deze koestalatmosfeer," riep zij Frits toe, die bij het portier stond. „Ik kan het maar niet op, freule, ik kan het maar niet op I Dus vertrokken, en zoo op stel en sprong I" „Zooals ik u reeds zeide, met stille trom. Graaf Egon was er in den beginne wel wat verbluft van, in de achtergelaten brieven zgn wel redenen opgegeven, dooh die niet steekhoudend zijn; nadat hij echter nog in den loop van den dag een telegram ontvangen had, welks inhoud hg niet heelt medegedeeld, schijnt hij peinzend kalm te zijn. In elk geval een zonderlinge manier om afscheid te nemen en de zee ovar te gaan, niet waar, waarde baron. Wat zal Adèle er wel van zeggen?" Schlichting trok de schouders op. „Hm, een zon derling karakter, die Leo. Hij heeft, om zoo te zeggen, de kroon als 't ware op het hoofd, schudt haar ech ter onversohillig af en werpt ze in den grooten Ooeaan. Hm, een weinig overspannen zgn de Hall- wey's altijd geweest, maar van gravin Stephanie's zo nen had ik een ander element verwacht. Wat maken die menschen zioh het leven toeh moeielijk I" Baron Schlichting klopte de asoh van zijn Bigaar ai en zette rijn voet in den sierlgken zwanengondel, waarmede hij ov«r het meer gekomen was. „Zullen wjj het geneegea hebben u heden bij de prinses te zien vroeg hij ga lant den hoed afnemend. „Hedep, neen. Ik heb geen tijd, er zijn brieven te beantwoorden. A propos, baron Schlichting, kent gg het slot Schwarzbach „Of ik het ken. Magnifiek, allerliefst gelegen in een dal, een prachtige streek, heeft een ietwat lichtzinnigen majoraatsheer, de familie wil hem een schrandere vrouw geven, zg zueken al lang in de be3te adellgke families naar een geschikte.... Drommekaters 1" Baron Sohlich- ting's mondhoeken vertrokken zich tot een ondeugenden glimlach. „Gij gaat naar de oude tante Schwarzbach, is 't niet?" „Ik was reeds in het voorjaar gevraagd, doch destijds sloeg ik de uitnoodiging af. Maar nu wordt het te ver velend op Hallwey. Graaf Egon gaat naar de pachthoeve en wil zich daar dezen winter inspinnen. Gravin Ste phanie heeft onverdragelgke luimen en lijdt ontzettend aan migraine. Kortom, ik wil dolgraag hier van daan." „En u laten vangen!" Schlichting liet een zacht ver wonderd fluiten hooren. „Curieus nieuwsHij klopte weder de asch van zgn sigaar en ging schrijlings op den kapt der boot zitten. „Dat is alles prachtig, freule vou Bietinghoff, maar hoe staat het toch eigenlijk met de echtscheiding?" Eugenie's oogen schitterden groenaohtig, evenals het riet aan den oever van het meer. „De zaak bevindt zich nog steeds in haar eerste stadium en de gravin sprak er over om weer naar Mtnchen te willen gaan." „TTerkeljjk en graaf Egon Zg haalde de schouders op. „H$ heelt soo ontzettend

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1896 | | pagina 1