Tweede Editie. No. 4057 NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD. Directeur-Uitgever PEEREBOOM. FEUILLETON. De Zeewolven. 24ü Jaarg-ang Dinsdag 22 September 1896 HAABLEM'S DAGBLAD CTS Voor Haarlem per 3 maandenf 1-20 Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der gemeente), per 3 maanden1.30 Franco door het geheele Kijk, per 3 maanden1.65 Afzonderlijke nummers 0.05 Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden0.80 n de omstreken en franco per postO.STi 'o A TTVTTTF?/ 1 H i"Nrr"PT"Tfnsr Van 1—5 regels 50 Cts.; iedere regel meer 10 Cts. Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat. Reclames 20 Cent per regel. Abonnementen en Advertentiên worden aangenomen door onze Agenten en door alle Boekhandelaren en Courantiers. Dit blad verschijnt dagelyks, behalve op Zon- en Feestdagen. Bureaux: Kleine Houtstraat 14, Haarlem. Telefoonnummer 122. Hoofdagente» voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangèrc G. L. DAUBE <£- Co. JOHN F. JONES, Sim., Parijs Slbis Faubourg Montmartre. Agenten yoot dit Blad ln den omtrek lijn: Bloemendaal Santpoort en Schoten, P. y. d. RAADT, Santpoort; Heemstede, J. LÏÏÜVEN, bij de Tol;;'Haarlemmermeer, C. DOEKESSpaarndam, C. HARTENDORP, Zanivoort, J. ZWEMMER; VeUen, A. VENUS); IJmwidm, TJADEN; Beverwijk, E. JUNGERIK), Kocingatraat. Genoemden Agenten nemen Abonnementen en Adyertentën aan. Officieels Berichten. De Burgemeester van Haarlem brengt bij deze ter kennis van del ingezetenen dezer Gemeente, dat de1 op den 16en September jl. exeoutoir verklaarde voljaarsoh kohieren No. 9 en 10 Afdeeling I en II op de Be- drijfs Belasting dezer Gemeente, dienst 1896/97, op heden aan den ontvanger dor directe belastingen zijn ter hand gesteld. Wordende de ingezetenen tevens herinnerd, dat de belastingschuldigen verplicht zqn hunnen aanslag op den bq de wet bepaalden voet te voldoen. Haarlem19 Sept. 1896. De Burgemeester voornoemd: BOREEL. Politiek Overzicht. Waarschijnlijk zal de nieuwe zitting der franeohe Kamer niet voor 27 October een aanvang nemen. Tegen 2 October is de begrotingscommissie bijeengeroepen. De tijdelijke rust van het en- gelech-egyptisch legercorps, dat naar Dongola zou optrekkeD, is voorbij en het heelt zijn marech hervat. Naar uit Kaïro wordt gemeld is Kerma door den vijand ontruimd op het naderen der egyptische troepen. Overal waar deze verschijnen zege vieren zij. De bezetting van Kerma heeft zich naar den anderen oever van den Nijl begeven, en stelling genomen te Hafir; deze stelling is door drie kanonneer booten gebombardeerd. De verliezen der Engelschen waren onbeduidend; I een stoomboot der Derwisjen werd in den grond geboord. De commandant blijft no te Kerma zaet een aanzienlijke krijgsmacht. Nader wordt uit Kerma gemeld, dat de egyptische kanonneerbooten te Dongola zijn aangekomen; het ge bouw der schatkamer en de graan- pakhuizen werden bezet. De inboor lingen hebben verzekerd, datBishara gouverneur van Dongola en een be kend bevelhebber, ernstig gewond is. Zaterdag heeft de vijand ook Hafin ontruimd, om op Dongola terug te trekken. De te Madrid verschijnende Heraldo verzekert, dat volgens een telegram uit Hongkong, de Philippijnsche op standelingen meester zijn van alle steden in de provincie Cavito. De kloosters zijn geplunderd en zes mon niken gedood. Volgens een bericht uit Manilla is een nieuwe samenzwering tegen den gouverneur ontdekt; een honderdtal personen is gearresteerd. BINNENLAND. Haagsche Brieven. Aan evenementen heeft 't in de gigeloopen week niet ontbroken: de opening der Staten-Generaal de installatie der Kamer presiden ten het debat adres in de Eerste Kamer; het vluchtig bezoek der Koningin nen een belangrijke raadszitting, enz. enz. En van elk daarvan zou ik geneigd zijn een woordje te zeggen, altijd zorgende binnen de perken van de mq toegemeten ruimte te blijven. Tot de enz. enz. reken ik bqv.(athletische en andere sportwedstrijden, die langzamerhand zóo tot OBZ© dage- lijksch© gewoonten gaan behooren, dat we er niets bijzonders meer in vinden. Dat is eigenlijk ook het geval met de plechtige opening van de beide Kamers der Vereenigde vergadering. En toch is dit, zoowel in als buiten de Kamer, een gebeurtenis, die nog steeds duizenden naar 't Haagje lokt en minstens de helit van de Haagsche bevolking (op een kleinigheid na dus honderdduizend merisohen) op straat brengt. Merkwaardig genoeg, zjjn er meer Hagenaars dan men zou ver moeden die nooit de „glaze koes" hebben bewonderd en die nooit de van alle kanten met goud beplakte hofdignitarissen hebben bekeken, ge zeten in fraaie karossen, getrokken door vier, soms door zes fiere rossen „gaande naast elk portier twee ia- keien". En dan 't gebulder van 't kanon, in het Malieveld opgesteld dat is ook iets ongewoors. Velen gaan dan ook naar 't Hsagsohe Champ de Mars om 't gezicht te ge nieten van een artillerist, die aan 't touwtje van een kanon trekt en om de emotie te ondergaan van een ge- bombom, dat de trommelvliezen van een mensch, die geen artillerist is, in bedenkelijke trilling brengt. De groote massa loopt echter uit houdt er u verzekerd van om de Re gentes eenj groet te brongen of om Ko ningin Wilheimina te zien, 't zij voor het paleis venster, 't zq bq of tqdecs bet uitiqden. Jammer maar dat de pret van korten duur was, en de Vorst innen na een verblijf van luttele uren da residentie weder verlieten. Wij wachten er haar weder terug als de Koningin haar belqdenis komt doen en ik kan, in verband met deze gebeurtenis, een nieuwtje mededeelen. Daags na haar bevestiging, die ten paleize plaats heeft, zal de jonge Koningin voor hot eerst als lidmaat der gemeente het Heilig Avondmaal bijwonen en wel in de Kloosterkerk. Het zal wel storm loopen om daar bij te zijn. Zoo gaat het in den regel ook de eerste vergaderingen die onze Kamers honden nadat de nieuwe zitting is geopend. Er zijn dan nog veel vreemdelingen in de stad en die willlen dan in 's lands Raadszaal ook wel eens een kqkje nemen. Interes sant zijn die vergaderingen in den regel alleen om de hartelijke speeches waarmede de nieuwbenoemde voor zitters hun ambt aanvaarden en eigenlijk nog meer, maar dat natuur lijk in de Tweede Kamer alleen, het opmaken der candidatenlijet voor het voorzitterschap. Ik liet in mijn ver slag van de zitting waarin deze keuze I plaats had, de politiek rusten en doe dat ook nu. Alleen wil ik er op wijzen, dat de eer om als derde op de lijst te worden geplaatst, ten deel viel aan een der jongste leden van de Kamer, baron Michiela van Ver- duynen (katb.) Ziedaar iemand die bij de politiek heeft geprofiteerd aan de verdeeldheid der partijen dankte hij 1 de eer waarvan ik sprak en die in den regel slechts aan ands- ren le beurt valt; aan de verdeeld heid der partijen was het te wijten, dat hg president der Oommissie van Rapporteurs over de kieswet werd aan de waarneming van welke func tie hij thans ook zijn benoeming dankt tot ridder in de orde van den NederlacüSQhen leeuw. Toch, tot welke Staatkundige partij men moge behooren, heeft uien deze onderschei dingen met genoegen gezien. De heer Michiels is een van de menschen die, door ondervinding gerijpt, kalm en bezadigd weloverdachle adviezen laat hooren en de knnst verstaat om zqn beginselen getrouw, anderer beginselen te eerbiedigen, en het verwijt van een partijman te zijn, ontgaat. Als men nu den wer kelijk begaafden redenaar hoort, dan vraagt men zioh af of dit dezelfde man is, die eenige jaren geleden, in den Haagsohen gemeenteraad zijn maidenspeech hakkelde en zijn eigen notities niet kon lezen, zoodat een spottend verslaggeve.r vroeg of het soms de aanteekeningen van een an der waren. Interessant was ditmaal ook het Atjeh-debat in de Eerste Kamer, naar aanleiding van het aires van ant woord. Ik kom er niet op terug, maar denk dat we in de Tweede Kamer het nu wel zonder Atjeh- disoussie kunnen stellen. De minister heeft gezegd, wat hq zeggen kon. mocht en wilde en men kan nu wel waohtec tot bij de behande ling der Indische begrooting. De minister kan dan in het bezit zijn der Buitenzorgsohe voorstellen en daar van aan de Kamer mededeeliDg doen. Niet onmogelijk dat we in dit geval een herhaling krijgen van het beroem- de Atjeh debat in comité-generaal, dat eenige dagen heeft geduurd idylle voor verslaggevers en steno grafen. Want wij hebben buiten de Ka mer mogelijk nog genoeg 1e doen allerlei amusementen (I) na te loopen, die we op alle manieren „beu" zqn, tentoonstellingen te „verslaan", con gressen te „behandelen" zooals het congres van Volksgezondheid, dat hedeD bijeenkomt en eindelijk den volke kond^te doen wat onze vroede vaderen op de Groenmarkt tot welzijn der burgerij beslissen. Daar zou ik nog even iets van vertellen. Onze raad dan heeft het contraot met Het Nederl. Tooneel volkomen terecht goedgekeurd, onder voorbe- i houd evenwel, dat het voortbestaan der Fransche Opera verzekerd zq. |Een voorwaarde die ik vUn harte toejuioh, omdat ik die knnst-instelling voor een residentie onmisbaar acht i en omdat ik nog steeds niet bekeerd i ben tot de bewondering van de wer- j ken van Fransobe componisten, voor gedragen doorHollandsohe,Vlaamsohe j of Duitsohe zangers en gezongen op HollandBohen of Duitschen tekst, zoo Id ais Sk Fransohen „Tanhoesèr" genieten kan. „Qa me tame anx airs I" (De „mop" is niet oorspronkelijk I) Het Nederi. Tooneel krijgt f2000 rjr maand (gedurende zeven maan den) voor zich en f2000 per maand voor de Fransohe Opera. Nu zegt men: hoe kan de Veree- niging voor f14000 artiaten, ballet, orkest, beambten engageeren. Met ver lof van de bedillersde Vereeniging krijgt daarvoor feitelijk f28000, want voor sichzolve kreeg zq vroeger geen cent en haar voorstellingen in Den Haag maakten toch haar exploitatie in h6t geheele land goed. Acht en twintig mille is wel niet zoo yeel voor de exploitatie van een compleet opera-gezelschap, als men rekent dat een eerste tenor f 1000 a f1500 per maand kost, een tweede 1600 f750, een „eerste vrouw" niet minder dan f1000 per maand en zoo de anderen „navenant" maar wie een contraot aangaat moet maar we ten hoe hij het nakomt. Wat drommel, waar dienen contrac ten anders toe? Een mijner vrienden, een advocaat, heelt mij geantwoordom niet te worden nagekomen. Nu ja, van zijn standpunt 't zag er anders slecht voor hem uit I H. A. Ganus Jr. Hofbericht. Zaterdag te 11.28 vertrokken de Koninginnen van het station Baarn naar Het Loo. De vorstinnen verge zeld van prinses Pauline van Wur- temberg, hadden elk een prachtige ruiker in de hand. Op het perron be vonden zich de burgemeesters van Baarn en Soeet, jhr. Van Weede, ba ron Taets van Amerongen, de hofarts dr. Greidanus en verder eenige auto riteiten van de H. IJ. S. De vorste lijke personen werden hartelijk toe gejuicht. De Koninginnen en haar gast en gevolg kwamen om ruim halfeen op het Loo aan. Op het perron bevon den zich behalve een talrijke menigte aanwezig ter ontvang3t de burge meester, de rentmeester, de jager- meester, de intendant, en de hofarts, met wie de Koninginnen zich eeni- gen tijd bezig hielden. Daarna bega ven zij zich te voet naar het paleis alwaar onmiddellijk de standaardvlag geheschen werd. HM. de Regenies was in 't zwart, HM. de Koningin in het licht grijs gekleed. Uit de Staatscourant. Kon. besluiten. Benoemd tot notaris binnen het arrondissement Breda, ter Btandplaats de gemeente Steenbergen, J. P. M. van Kempen, oandidaat-notaris te Rotterdam. Goedgekeurd dat aan K. Zqp, bur gemeester der gemeente Wqdenes, op zqn verzoek, eervol ontslag is verleend ais secretaris'dier gemeente. Benoemd is dr. H. Blink, direotenr eener hoogere burgersohool met 3- jarige cursus te Amsterdam, tot rid der in de orde van Oranje Nassau. Een pensioen van f 600 is verleend aan M. A. Toe Water, weduwe van mr. L. Udo de Haes, gepensionneerd ais raadsheer in het gerechtshof te Arnhem. Aan den boBohwaohter in het rent ambt Steenbergen, J. Roelafs, is op zqn verzoek, eervol ontslag verleend. Aan den bq de landmaoht in West Indië gedetaoheerden le luitenant der infanterie P. C. A. Krügers is ver gunning verleend tot het aannemen en het dragen van het ordeteeken der 4de klasse van het Borstbeeld van den Bevrqder, hem door den Presi dent van de Vereenigde Staten van Venezuela gesohonkeD. EERSTE KAMER. De waarnemende direoteur van het kabinet der Koningin heeft, ter vol doening aan de bevelen van H. M. de Koningin-Weduwe-Regentes, aan den voorzitter van de Eerste Kamer bq missive verzocht aan de Eerste Kamer der Staten-Generaal de betuiging van Harer Majesteits dank te willen over brengen voor het onder dagteekening van den 17n September 1896, aange boden adres van antwoord op de Troonrede. ,Hare Majesteit verzoekt tevens aan de Kamer de verzekering te geven, dat het Harer Majesteit aan genaams was te vernemen, dat de Kamer met ijver en toewijding hare werkzaamheden hoopt te volbrengen, opdat zij onder Gods Zegen mogen strekken tot bevordering van het welzijn van Nederland en OraDje." De pantserschepen EvertsenKor- tenaer en Piet hein werden Zaterdag bezichtigd door drie leden derEarste Kamer, de heeren Bergsma, Melvill van Lynden en Prins, en drie leden der Tweede Kamer, de heeren Royaards v. d. Ham, Lieftinck en Bastert. De schepen lagen aan dan golfbrekenden dam vóór de Handels kade te Amsterdamde bszoekers werden van de spoorbrug over de doorvaart naar het Oosterdok met sloepen en een stoombarkas afge haald. Zondag had het publiek van 10 tot 12 en van 2 tot 4 uur gelegenheid de oorlogsbodems te bezichtigen. Begrafenis van Mr. Haömane. De stoet, waarmede Zaterdagoch tend het lijk van mr. HafFmans te Kessel ter aarde is besteld, bestond uit leerlingen der eoholen, de onder wijzers en onderwijzeressen, het fan farekorps, het zangkoor welke de schare geestelijken voorafgingen. De lijkkist was bedolven onder bloemen en kransen, uit alle oorden van het land ontvangen. Achter de lijkkoets volgden de familieleden en talrijke vrienden. De Mis van Requiem werd opgedragen door pastoor Sax, de lijkrede gehou den op het graf door hei Kamerlid De Ras. Tegenwoordig waren o. a. de leden der Tweede Kamer mgr. EvertB, Van Basten Batenburg, Lsmbrechte, Truijen, Dobbelman en Bahlmann, de oud-afgevaardigde Walter, vele leden van de Provinciale Staten, een tiental burgemeesters, de deken en het gemeentebestuur van Venloo, 1 Pastoor Haffmans van Maastricht dankte namens de iamilie voor de eer den overledene bewezen. Beursboaw. De plannen voor het bouwen eener nieuwe beurs te Amsterdam, die, na de verwerping der bekende onteige- ningsvoordracht door de Tweede Ka mer, weder laDg gesluimerd hadden, zullen naar 't scbqnt thans weder aan de orde komen. En zelfs zeer spoedig, nog vóór de behandeling der degrooting, dus in de volgende maand reeds. De opdracht aan B. en W. gegeven, om te onderzoeken in hoeverre ver bouwing der oude Beurs mogelijk zou wezeu, zal uitloopen op een voor dracht om een nieuwe Beurs te stichten op het reeds veelmalen be sproken terreinhet gedempte Dam rak, dat vroeger ongeschikt was ver klaard voor een gebouw van groote afmetingen. Laat ons intusschen eerst devoor- draoht afwachtenwellicht valt de oplossing die nu het moeilijk vraag stuk heeft gevonden, nog mede. „Booze tongen" beweren dat de beslissing reeds vaststaat, en dat in een geheime raadszitting over het plan al is gehandeld en de hoofden geteld zqn I Hdbl. Zaak Den Hartog. Het voorstel van bet hoofdbestuur van den Bond van Ned. Onderwijzers om aan den onderwijzer Den üartog zqn volle salaris uit te keeren, totdat zqn zaak in hoogste instantie zal be slist zijn, is bq referendum aangeno men met 1551 stemmen vóór en 164 tegen. Den Hartog heeft zioh thans ook met een adres gewend tot H. M. de Koningin-Regentes om het besluit van den gemeenteraad van Amster dam, inhoudende zqn ontslag als on derwqzer, te vernietigen. Uit de dierenwereld. Een hoogst zeldzame gebeurtenis heeft in de Eotterdamsohe diergaarde plaats gehad. Er werden namelqk 2 jongen geboren van denAfrikaansohon of Reuzenstrnisvogeléen daarvan eohter kwam dood ter wereld. Het mannetje en het wijfje hebben te zamen de eieren uitgebroed en losten elkaar daarbq trouw af. Bq de geboorte had het kuiken reeds de grootte van eene halfwassen kip en indien het weer niet al te spoedig koud wordt, be staat er kans dat deze vogel, door dat hq snel opgroeit, in het leven blijft. Eene niet minder zeldzame gebeur tenis is de geboorte van een Afri- kaanschen geelknevelaap of talapoin in bet Chimpansébuisjo. Vermakelqk is het om te zien, hoe al de andere lalapoïns telkens het jong met ver bazing komen bekijken. Nog kan medegedeeld worden, dat eene der leeuwinnen ruim eene drietal jongen heeft geworpen, die evenwel nog niet aan het publiek kunnen ver toond worden, omdat de moeder «oh nog zoo sohnw betoont, dat zq wellioht uit groote zorgzaamheid voor hare jongen deze in hare liefkoozingen zou doodmaken. door MAX PEMBERTON. HOOFDSTUK XVL 27( Goud uit de zee. „Ik geloof dat gij gelqk hebt," zeide hq t8n slotte, „men zou zeggen dat het da „Eclips" was, en het schijnt bepaald koers naar hier te zetten. Wij hebben hier niet veel ruimte, maar kunnen niet anders doen dan ons uit te strekken, zq zouden ons anders met een verre kijker kunnen zien, en wq mogen ons niet meer ver- toonen. Ga plat uit liggen. Burke, terwijl ik nadenk over hetgeen ons te doen staat." Beiden gehoorzaamden aan zijn bevel en wierpen zich ter aarde, terwql hunne beenen in het water af hingen, maar zij riepen Kenner onderwijl toe de boot zoo dicht mogelijk onder de rotsen te brengen, en Fis her, die nienwe krachten door zqae opgewondenheid ontving, werd op hen afgezonden, om hun in het voortroeien behulpzaam te zijn. „De zaak begint zich nu af te teekenen," sprak Mes senger, „indien zij hierheen komen omdat mön in En geland vernomen heeft, dat wq aan den grond zijn ge raakt, zullen zij recht op de klippen aansturen en blijft ons niets anders over dan bij hen aan boord te gaan. Maar het kon ook even goöd wezen, dat zq enkel aan het rondkruisen zqn. Wat denkt gij er van, Burke, doen wq beter met van hier te roeien of er te blij ven „Wat mij betreft," gaf Burke tenantwoord, „begrijp ik niet hoe zij bericht omtrent ons zouden hebben ont vangen, ten minste nu reeds. Ik ben er voor om te blqven. Als wij nu aan land gaan, wat is er dan het gevolg van. Natuurlijk dot al de lieden uit den omtrek ons zullen aangeven. Op zqn ergst genomen kunnen wq nog den strijd wagen met de boot van het vaar tuig, als het er een uitzet." „Zeer zeker kunnen wij dat," riep Messenger uit, „en wii kunnen zelfs, als het schip op een mijl atstands is gekomen, nog altijd de vlucht naar het strand nemen, maar wij zuilen een kwade tien minuten doorleven." „Maar toch blqven wq voorloopig," zeide Burke, „en wij doen er meteen een bad bij op. Ik zit tot over de heupen in het zeewater." Hij overdreef in het geheel niet, en gedurende het eerstvolgende uur bleven beiden, met de beenen in zee hangen en roerloos aan hunne plaats gekluisterd, ter wql esn kruiser, wiens naam zij met geen mogelijkheid konden ontcijferen, langzaam door den baai heenstoomde. Het was een groot geluk voor hen, dat de vloed bijna zijne volle krocht had bereikt toen het eohip langs de rot sen kwam, want het hooge water hield het wrak van het jaoht zoo goed als geheel verborgen, en het vaar tuig bleef minstens drie mql van de kust verwijderd, toch bracht elke kabellengte, die het aflegde, hen in nieuwe doodsangsten. Nadat zij aldus een half nur lang op den uitkijk hadden gelegen, elkander telkens in hunne bezorgd heid raadplegende, hield de kruiser tegenover de kust op met stoomen, en merkten zij op dat hij signalen gaf, maar spoedfg daarop vervolgde hq zijn weg en hoewel de van schrik vervulde mannen ternauwernood een woord van hoop durfden uiten, eindigde hij met de baai uit te stevenen en verdween hq aan den ooste lijken horizon. HOOFDSTUK XVH. Het gevecht in de kajuit. Omstreeks twaalf ure werd de zon zoo ontzettend brandend, dat de bemanning der reddingboot het on dragelijke leed. Van acht uur af was de vroeg9 morgen koelte geheel verdwenen en stroomde er onbarmhartig een verzengend, ooBtersch licht op de rotsen neder. Deze plaag bracht echter mede dat geen boot van dè kust zioh naar buiten waagde en de klippen naderde, zoodat zij, in al hunne ellende, onverhinderd bleven liggen, totdat zq vol blijdsohap de zon zagen onder gaan. Zonder langer dralen, begonnen zq nu uit al hunne macht naar land te roeien en zioh voor het eerst rekenschap te geven van de waarde der lading, die zq overbrachten. Toen' zij goed en wel den baai bereikt hadden, en de spanen lieten rasten om e8n plek uit te kiezen, waar zij aan land zouden gaan, begonnen zij wederom de moeielqkheden van den vorigen dag onder de oogen te zien. Het leed geen twijfel ot de Spanjaarden met wie zij gevochten hadden, zouden hen voortdurend langs het strand blijven zoeken, zij konden er dus niet lan ger over denken hier eene haven op te sporen. Een snel overzicht van den baai had hen oostwaarts de omtrekken van een dorp doen ontdekken, zq konden het evenmin naderen, en zich nog minder wagen aan de kust ten westen, waar men den vuurtoren verrq- zen zag. Geruimen tqd bleven zij in deze onzekerheid voortdobberen, terwql de al boot meer en meer naar het land dreef. „Het komt hier maar op neer," zeide Messenger, na de vraag zeker voor de tiende maal besproken te heb ben, „dat wij eene plaats moeten vinden, waar wij ons verbergen kunnen, terwql een van allen naar Ferrol gaat en daar een schip haalt. Tot dat doel hebben wjj iets beters noodig dan struiken boven het hoofd, en wij kunnen toch geen week, of misschien veertien dagen achtereen, jm deze sloep blijven. Als ik mijne ingeving volgde, dan gingen wq naar den ooBtelijken kant der kust, om te zien wat er aan gene zqde van het dorp ligtis het ook daar niet te doen, dan zullen wij er nog niet veel bq verliezen of wq terugroeien.* „En als ik mqn zin kreeg, dan stevenden wij regel recht op de eerste herberg de beate af, om er een fLink maal en den noodigen wgn te bestellen," antwoordde Kenner op klagenden toon; maar ziende dat hij geen

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1896 | | pagina 1