X
Een 17 jarige jongen is te Wage-
ningen in hecntonis genomen, ver-1
dacht van doodelgke verwondingen j
toegebracht te hebben aan den touw-
slager W. Minkman, namelijk een
meseteek in den hals en een in de
long. Minkman is naar het zieken-1
huis vervoerd. De geneesheeren ver-
boden hem te spreken.
De vermoedelijke dader ontkent.
Terwijl een klompenmaker te Oor-
sohot bezig was klompen uit te ste-
keD, gleed zijn mes uit en stak hij
zioh in den buik. Na eenige oogen-
blikken gaf hg den geest.
Zwaiu wen-trek.
Over het vertrekderzwaluwen.dat
Vrgdag plaats had, schrijft men aan
de Arnh. Grt.
Over de Rgnbrug was voor de
weinige personen, die daar in den
omtrek waren, een praobtig tafereel
teaanBcbouweo. Evenals andere jaren,
verzamelden zioh de zwaluwen, die
hier in den omtrek thuis hooren, bij
de woning van den heer Kortenhof,
om naar het Zuiden te trekken. Als
zij opstegen vormden zij een diohte
massa, die veel op een zwarte zuil
geleek. Onder luid gréluit gingen zij
dan weer zitten, vlogen weer op,
alsot zij wilden nagaan waar de an
deren bleven. Zwaluwen die niet goed
konden vliegen, werden door de an
deren zoo gebeten, dat zij dood neer
vielen. Sleohte vliegers willen zij niet
medenamen.
Wroeging.
Bg de Appingedarnsobe politie kwam
zich een man aanmelden met de mede-
deeling, dat hij iets op zgn geweten
had, dat hem geweldig drukte. Na
bleek, dat hq, J. L. genaamd, in Febr.
of Maart 1895 door zekeren M. J.,
landbouwer te Orauwedijk, gsmeente
LopperBum, was overgehaald om
diens boerderij in brand te steken.
Bindeigk moet bij hst misdadig opzet
voltooid hebben. Er ontstond brand.
Niemand kon toen de oorzaak gissen.
J. L. zou voor zijn vriendendienst
f50 ontvangen, die hem sleohts ten
deele zijn uitbetaald. De rest beeft bij
niet los kunnen krijgen. Dit isintus-
sohen niet de aanleiding geweest dat
hij de justitie alles heeft opgebiecht.
Alleen de wroeging, die hem geen
rust liet, heeft hem er toe gebracht.
M. J. en {J. L. zijn Vrijdagavond
naar Groningen getransporteerd en
daar ter beschikking gesteld van de
justitie.
dat zijn volk onze matrozen neersloeg,
die hem aan land roeiden, alleen
omdat hij docr een zeerob wat hard
handig was terecht gewezen bij het
bevuilen van het dek van ons oorlogs
schip die vervolgens de Hok Camon
afliep, omdat de kapitein van die
koopvaardijboot, met wien hg onder
handelde over zijn peper, wellicht in
het hoofd kon krggeu met zijn stuk
ot wat schepelingen hem en zijn goed
gewapende volgelingen gevangen te
nemen om den prga te verdienen,
die door ons op zijn kop was gesteld
die daarna, toen zijn peperhandel
verhinderd werd, opnieuw ons kwam
verzoeken om aanneming zijner on
derwerping, en die eindelijk aan het
hoofd van een bende rapaille, door
onze troepen gesteund en met ons
geld in den zak, optrok tegen zijn
eigen geloois- en landgenooten, met
wie hij vroeger had aangezeten aan
groote kandoeri feesten, die het be
strijden van de gehate Ksfiers voor
afgingen.
Ü8 heer Hooyer meent, dat gene
raal Vetters gedrag in deze wel lof,
geen bloem verdient. En dat hij
heeft gehandeld in den geest van allen
die Toekoe Oemar kennen.
„Gaat eens vragen, mijne landge
nooten zoo eindigt het artikel in
de N. R, Ct. aan onze mannen
op Atjeh, die daar strijden en lijden
en gewond worden en sterveD, of het
geen weerklank vond in hun een
voudig soldatenhart, toen hun gene
raal toonde walging te hebben vaa
een kerel, dien een rechtgeaard Mo-
hammedaansch Atjeher een schurk
zal noemen en gaat dan terzelfder
tgd eens na wat ons verder heeft
gebracht, het cajolee/en van een on
ver sad elijke landverrader, die onze
rijksdaalders als rijstkorrels verslond,
ot het betoon van meesterschap, dat,
mits krachtig volgehouden, de bevol
king van geheel Noord-Sumatra aan
onze voeten brengen zal."
Pers Overzicht.
Over Atjeh-zaken.
Het Utr. Dagbl. bevatte dezer dagen
een tweetal artikelen van de hand
van O. v. B., waarin betoogd, werd, dat
Toekoe Oemar niet een afschuwelijke
verrader iB, die van den aanvang af
niets anders dan booze plannen smeed
de om ons vroeg of laat in de val ie
laten Ioopen, maar dat bij sleohts tegen
wil en dank door de omstandigheden
gedwongen is overgeloopeu, welke
meening, volgens den sohrgver ook
zij zijn toegedaan, die in Atjeh meer
dan anderen wisten, van hetgeen er
in het laatst van '95 en in het begin
van dit jaar tussohen het Generaais-
plein en het Hertogspark is afge
handeld.
Aan generaal Vetter legde de schrg
ver ten laste, dat hg niet genoeg
rekening had gehouden met de adat,
door in het oogvallend zgo minachting
te kennen te geven voor Toekoe, dien
hg als een verrader en moordenaar be
sohouwde. Inzonderheid achtte hg het
verkeerd, dat generaal Vetter, hem bg
gelegenheid van eene receptie aen
zgn verleden herinnerde, waarmede
z. i. de teerling was geworpen.
De gepensionneerde luitenant-ko
lonel Huoger gevoelde zioh door
deze artikelen genoopt in de IV. R.
CL generaal Vetter te verdedigen. Hij
zegt in deze verdediging o. m., dat
het tegen net fiksen, uit éénetukgehou
wen oud-Hollandsch soldaten-karak
ter van generaal Vetter streed moeka
manis te spelen, een zoet mondje
te trekken tegen een kerel die
eerst alsrooverhöoldman üeAVestkust
had afgeloopen, die zich door goede
huwelijken in de hoogte had gewerkt
daarna zijn eigen landgenooten had
trachten te verraden door onze zijde j
te kiezen en toen dat niet gelukte
ene op onze beurt bedroog en toeliet
Millioenenspeech.
Gaan wg de artikelen na, die de
verse'lillende bladen bevatten aan
gaande de millioenenrede, dan zien
wij, dat ze bijna alle een goeden in
druk er van hebben ontvangen. Met
het vermelden van wat wij dienaan
gaande vonden, kunnen wg dus kort
zijn.
De Tijd, die ook erkent, dat de
Staatsbegrooting voor 1897 er niet
slecht uitziet, maakt echter daarbq
eene opmerking. Het blad vreest nl.
dat in de volgende jaren de uitgaven
van den Staat niet meer door de in
komsten zullen gedekt worden.
Het is een feit, zoo betoogt de Tijd
dat in de laatste jaren de volkswel
vaart in Nederland niet toeneemt,
ofschoon men tot dusverre, alleen
acht gevende op de geregelde stijging
van de opbrengst der belastingen,
veeleer tot het tegenovergestelde re
sultaat moest komen. Brschgntdoor
den heer Sprenger van Eijk op ge
rekend te worden, dat die stijging
ook in bet vervolg geregeld zal voort
duren. Tegen dat optimisme meenen
wg te moeten waarschuwen.
„Van 1876 tot 1896, dus in ruim
twintig jaren, stegen de uitgaven
voor den algemeenen dienst in Ne
derland van nog geen aoht en zestig
tot bijna drie en negentig millioen,
bet jaarlijksch bedrag, hetwelk aan
rente der staatsschuld te betalen ip,
van even vijf en twintig en een half
tot éen en dertig en een half mil-'
lioen.
„De stijging van die cijfers
iedereen moet het toegeven is
buiten alle verhouding tot de ver
meerdering van de draagkracht der
natie. Zuinigheid en voorzichtigheid
moeten derhalve dringende eischen
worden geheeten van staatsbeleid, al
is het waar, dat op dit oogenblik da
toestand van 's Rijks financiën vrij
gunstig kan heeten."
Het Vad. is de meening toegedaan,
dat hoe betrekkelijk bemoedigend de
financieele vooruitzichten zijn, men
wel zal doen het oog niet te sluiten
voor enkele bedenkelijke van te groot
optimisme getuigende versohijnselen,
maar steeds met net oog op de toe
komst bedacht te zijn op een ver
sterking der middelen, die gelegen
heid geeft drukkende heffingen ai te
schafiën en te verlagen en eenige
ruimte belooft voor onvermijdelijke
uitgaven der toekomst.
Koloniën
Voeding der Indische troepen
te velde.
De voeding van onze troepen te
veide wordt in de Java Bede be
sproken.
Nagenoeg bg iedere expeditie en
exoursie, zegt de schrijver, hoort men
klagen over de verpleging van den
soldaat, en bij nader onderzoek blgkt
het meesta< dat die klachten gegrond
zgn. Het geld dat toegestaan wordt
voor do voeding van de troepen is
alleszins voldoende en wordt ook
geheel voor die voeding besteed.
Volgens den sohrgver is het echter
de vraag of die gelden wel op een
practisohe manier aangewend worden,
De werkkring der intendance be-
Btaat grootendeels in „het zorgen dat
goede voedingsmiddelen in voldoen
de hoeveelheid op de gewensohte
plaats aanwezig zgn. Is zij hiertoe
op het oogenblik nog niet in staat,
dan behoort alles in het werk te
worden gesteld om tot dit doel te
geraken. Ia de eerste plaats moet
gelet worden op een geschikte voe
ding voor de troepen te velde, en
sohrgver geeft eenige opmerkingen
over de voedingswaarde van rijst, in
verband met andere spjjzen, om voor
al aan te dringen op het meerdere
gebruik van keloepat. Verder wordt
langdurig stilgestaan bg het aanbe
velenswaardige van de verstrekking
van deng-deng, mits die van een
betere qualiteit zg dan de.'epgs welke
nu daarvoor most doorgaaD. In een
blikken bus, die zelfs niet eens her
metisch behoeft te Bluiten, kan men
deng-deng jarenlang bewaren, indien
slechts bg de bereiding deskundig
toezicht plaats hebbe en men er zioh
niet met een aanbesteding sfmake.
Achtereenvolgens behandelt de
sohrgver nog de meest geschikte
wgze van verstrekking van groenten
en vruchten welke twee artikelen zoo
hoog noodzakelijk zgn voor een
goede spijsvertering om daarna over
te gaan tot de bespreking van het
transportwezen. Indien dit niet op
oordeelkundige wqze geregeld wordt,
zullen alle voorgestelde veranderin
gen in de voeding onzer troepen van
weinig nut zgn.
Voor dit transportwezen is een
een vereisohte en hoewel men ze met
de bestaande middelen reeds moest
hebben, bestaat zij nog niet. Bij de
intendance kan men letterlijk niets
aanwijzen dat in vredestijd met een
transport-verpakking gereed ligt en
om sleohts een enkel voorbeeld te
noemen, wordt de rijst geleverd in
zakken van 50 KG., welke hoeveel
heid te zwaar is voor een tweemans
vracht. Verder hebben kookketels,
eetketels, lantaarns, emmers enz. zoo
danige gedaante dat ze bgna niet bg
elkander te pakken zijn en dus daar
om tweemaal zooveel ruimte inne
men dan noodzakelgk is.
De sohrgver wijst er op dat men
moet hebbenlo. een verpakking in
voorraden van 10 en van 40 K.G.
2o. ketels gereedschappen en ver
pakking van een reohthoekige ge
daante, alles zoodanig vervaardigd,
dat voorwerpen die bij elkander be-
hcoren ook in elkander passen; en
3o. moet alles zoo lioht geconstrueerd
zijn, dat het desnoods niet langer
dan drie maanden behoeft te worden
gebruikt. Het gewioht van kookketels
en eetketels zou men aanmerkelijk
kunnen verminderen, door de eerste
te vervaardigen van zeer fijn staal
plaat en de laatste van aluminium.
De tegenwoordige kookgereedsohap-
pen kunnen door hun dikte wel
twintig jaren mede, doch dat is te
velde niet noodig.
Ten slotte zegt de sohrijver dat
evenminals artillerie of infanterie
uitrukt, evenmin de versohiliende
individuen waaruit het leger bestaat,
zonder reserve-rations te velde moes
ten trekken.
Bte31irg.dat de ast gekcccigde uitda-
ginge matoh tusBehen Witte veen uit
Amsterdam en Schalier uit Antwerpen
niet kon gehouden worden, wegens
ernstige ongesteldheid vau laatstge
noemde, waarvan per telegram berioht
was ontvangen.
Voor dit nummer traden in de
plaats
lo. een rit door Witte veen alleen
over 10 KM. met het doel om het
reoord over dien afstand (door Cor-
riang laatstelijk vastg- ateid op 13 min.
10 2/5 seoonde) te trachten te verbete
ren.
Dit gelukte hem eohter niet. Hg
legde den afstand, waarvoor door
triplets gang werd gemaakt, in 13 min.
47 2/5 sec. af
2o. Courseö de primes over 3 Eng.
mgieD. De prgzen werden behaald
door P. G. van Appel jr., uit Utrecht,
die den Eagelschea mgl het vlugst
aflegde in in 2.31 4/5; A. F. Vlug,
nit Utrecht, die de twee Eng. mijlen
is 5,58 1/5 sec. reed en Langeveld
uit Amsterdam, die de drie Eng.
mglen in 7 m. 40 s. aflegde. Kingma
uit Amsterdam en Beisenherz ait
Amsterdam kregen prijzen ala 2e en
3e aankomende in deze premiewed
strijden.
Voorts was de uitslag der versohil
lende wedstrijden als volgt:
1609 meter van meet voor amateurs.
Ie Beeselng uit Den Haag, in 2,40 3/5;
2e Greve uit Amsterdam in 2,411/5;
3a Aujema, uil Den Haag, ia 2 411/5.
2000 meter handicap voor profes
sionals le Kingma uit Arnhem in
3,10 2.5; Beiseuherz, in 3,10 3/5; 3é
Van de Rivièrs Amsterdamleidin?s
medaille P. G. Jansen Rotterdam.
Ten slotte werden gereden
1609 meet voor professionals op
tandems. No. 1 was het landempaar
LangeveldBeisenherz in 2,23 2,5
no. 2 D. van der Mark (Amsterdam)
en s. v. d. Mark (Den Haag) in 2,23 3,5;
no. 3 Havens eu Van Wijk uit Zeist.
De wedstrijden waren op de hoo-
gere rangen matig, op den laagsten
raag goed bezet.
Sport en Wedstrijden.
Jaap Eden is op de baan te Parijs
bij bet trainen over zgn kar gebui
teld en gelukkig op zgn voeten tereoht
gekomen. Zijn machine was geheel in
elkaar geschoven.
Wielerwedstrijden te
's Gravenhage.
De Zondag op het sportterrein te
's Gravenhage gehouden wielerwed
strijden bezorgden menigeen deteleur-
Letteren en Knnst.
Uit Amsterdam.
Hoogduitsch Operette- en Optragezel
schap, dir. A. SaaibornBollandeche
Schouwburg.
Het is erg meegevallen Het is
het geheele publiek erg meegevallen
De meeaten dachten, dat het „tooh
niks" zou zijn. Maar het is wel de
gelijk wat en in zgn genre zelfs heel
veel. De bijval dien het „Duitsoh Ope
rette- en Operagezelschap" Zaterdag
avond heeft mogen ondervinden, was
ruim verdiend. Het telt uitstekende
kraohten onder zgne leden en daar
de heer Saalhorn direoteur, en de
heer J. A. Kwast orkeetdirigent is,
twijfel ik niet of de „zaakjes zullen
wel maToheeren."
De opvoering van .Der Bettel
Btudent" was zeer goed. Uit den
aard der zaak bezoekt men dit ge-
zelcchap niet, bezield met dezelfde
gevoelens, waarmede men naar de
Nederlandsohe Opera gaat en stelt
natuurlijk niet dezelfde eisohen.
Een opera staat tot eene operette
als het menu van den veelvraat tot
dat van de jongejuffrouw, die een
wespenfaille houden wil. Een ope
rette is als een sohoteltje van een
lichte spijs, smakelijk lioht te ver
teren, de opera is als een evenzeer
smakelijke sohotol, dooh zwaarder,
minder goed verteerbaar, maar
veel voedzamer. Intussohen al te
voedzaam is ook al niet goed en ik
wil buitendien niet meepraten over
wat buiten mijn rayon ligt. Laat hen,
die het weten kunnen, zware vertoo-
gen houden over meneer A. die een
.helder sonoor orgaan" heeft en juf
frouw B. die „geen sohool" heeft en
over het orkest, dat „te prgzen" viel
en over de koren, die „vooral in dat
en dat bedrijf fraai klonken"
ik heb mg geamuseerd met den
armen student, met Palmatica, gravin
Novalska, met Bronislava en haar
aardappelen met Ollendorff en zgn
leuke invallen, die niet van den
opsnijdeaden „Herr Oberst" zgn
maar van Wallner, die ons van Las-
ka's gezelsohap nog in aangename
herinnering is gebleven, die door zgn
looale grappen de operette in waarde
doet stijgen, al is het onwaarsohijnlgk,
dat men in Krakau al „fonografen
cinématograpfen en telegrafen" had
gezien of het invoeren van nieuwe
geweren noodzakelijk achtte.
Laura Novalska. (Fraul. Gross) was
inderdaad een waatdig vertegenwoor
digster van enz. enz.
Daar ik niets tea nadeele van het
gezelsohap weet te zeggen, behoef
ik zgne verdiensten niet te relevee-
ren. Een beroek is. (vdor liefhebbers
van bovengenoemde liohte spijzen)
zeer aan *e raden en voor hen, die
van de zwaardere spijzen veel oon-
sumeeren, moet het, dunkt me, een
verademing zgn eens iets anders te
proeven.
Moge voor des heeren SaalbornB
onderneming een goede toekomst zgn
weggelegd 1 Hel doorslaand succes
van Z&terdagavond maakt dit zeer
mogelijk.
De Ned. Tooneelvereeniging, dir.-
gérant L. H. Chrispijn heeft aan hare
couponhouders en het kunstminnend
publiek eene oirculaire toegezonden,
waarin ze erop aandringt, zoovsel
mogelgk te trachten den aangroeienden
kern van vaste schouwburgbezoekers
op haie Vrgdag-voorstellingen te Ter-
grooten door het nemen van coupons.
Alleen door een trouwe opkomst zal
de Vereeniging kunnen big ven vol
houden in haar streven. De prgzen
der plaateen zgn loge en stalles f 2
plus 5 pCt belasting, de prgzen der
coupons voor stalles en loge, bij
minstens 10 stuks fl,60 per stuk.
De coupons zgn niet persoonlgk.
Waar er gedurende het a. s. seizoen
klassieke stukken zullen worden op
gevoerd vaD Shakespeare, Molière
e. a., waar bekende Nederlandsohe
auteurs haar het recht vaD opvoering
afstonden ran vole en goede oor
spronkelijke stukken, waar zg de
beste noviteiten uit het buitenland
zal ren tooneele brengen, die zg met
het oog op het helaasniet bestaan
van een behoorlijk auteursreoht in odb
laad, nu nog niet publiek kan maken),
datr behoeft het repertoire geen ver
dere aanbeveling.
Als steeds zullen de stukken zóo
worden ingestudeerd, dat zonder
souffleur kan worden gespeeld. Zonder
twijfel zullen velen, overtuigd van
het ernstig willen van Chrispijn
en zgn gezelsohap, hen willen steunen.
Zondagavond had te Amsterdam in
den Parkschouwburg de laatste voor
stelling plaats onder leiding van den
heer Muller, die als zoodanig aftreedt.
Van 1 October af treedt de nieuwe
directeur, de hier Max Rosenburg in
functie. Van 10 October at* zullen de
voorstellingen weder geregeld plaats
vinden.
eïïMENÖD NIEUWS
Te Fenians.
Men gelooft dat Tynan niet meer
door de Fransohe justitie onder
vraagd zal worden, en dat aan eiken
verderen maatregel de beslissing der
Fransohe regeering ter zake van zgne
uitlevering zal moeten voorafgaan.
Nu wordt weer beweerd dat het ver
zoek om uitlevering niet enkel op
Tynan's medeplichtigheid aan den
moord in het Phoenix-park gegrond
zal zgn (daar men zich overtuigd
houdt dat de Fransohe regeeringhet
daarop berustende verzoek zou
moeten afwijzen), maar dat de En-
gelsche justitie nog bezig is met het
bijeenbrengen van gegevens op grond
waarvan zq met meer kans op suc
ces het verzoek om uitlevering kan
doen.
Tynan wordt te Boulogne nauw
lettend bewaakt, en die voorzorg
schijnt niet overbodig te zijn men
verhaalt ten minste dat daar nog
kort geleden drie gevangenen ont
snapt zgn, door een gat in het dak
van de gevangenis te maken- Ande
ren zullen denken dat Tynan aan
menigeen heel wat hoofdbrekens zou
besparen als hij in de gelegenheid
was, de netelige uitleverings-quaestie
op die onverwaohte wgze tot een
open quaestie te maken.
Louis Bossu, de officier van justitie
te Boulogne, moet een dreigbrief
ontvangen hebben, die, naar de
sohrgver voorgeeft, van de Onver-
winlgken komt. Ook Pepperdine, de
eigenaar van het hotel Folkestone
verzekert dat hij dreigbrieven ont-1
vaugt. Het is eohter de vraag of;
daar geen poging bijkomt om zich
tot een interessant slachtoffer van
de wraak der dynamietmannen te
maken.
De justitie te Antwerpen had ont
dekt dat twee mannen en een vrouT
een poos geleden in een rijtuig naar
het bekende huis no, 21 in de Veid
straat te Berohem waren gereden
Aan dat huis hadden zij aangebeld
maar teen hun niet opengedaar
werd, waren zij weggereden. Madame
Goll erkent nu dat zg de vrouw was
die de twee mannen vergezelde
Deze hadden haar naar Kearnej
gevraagd, en zg had hen naar Ber
ohem gebraoht.
Iemand die met Kearney te Ant
werpen saamgewoond heeft, vertelt
dat Kearney zgn vrouw, een zuster
van madame Goll, heeft leeren ken
nen toen zg dienstbode was in het
landverhuizersbureau van de Red
Star Line. Nadat Kearney naar Co-
blentz was gegaan om de toestem
ming zgner ouders te verkrggeu,
vertrok het paar naar Amerika en
huwde daar. Toen vestigden zg zioh
te New York, en Kearney werd er
redacteur van de Irish Nationalist.
Drie weken geleden keerde hq te
Antwerpen terug met den broeder
van madame Goll en een man die
zioh Tom Wilkins noemde, of ook
Wilkinson, en die niemand anders
was dan Haines. Laatstgenoemde
was, in tegenstelling met Kearney,
een matig en zenuwachtig personage!
Men heeft de twee vrienden nooit
over anarchistische onderwerpen
hooren spreken, maar wel fluisterden
zij veel met elkaar. Kearney kocht
eiken morgen alle Eogelsohe kranten,
Zij waren voornemens, Zaterdag aan
boord van een der mailbooten der
Red Star Line te gaan, maar Vrgdag
kwam er een vreemdeling met een
bril op, die een Amerikaan scheen
te zgn, en haastig eenige woorden
met de beide mannen sprak Kear
ney en Haines giDgen toen heen en
kwamen niet terug.
De Deensohe minister van justitie
heeft last gegeven, den Duitschen;
anarobist Maohner, die te Kopenha
gen gearresteerd werd, dadelijk over!
de grenzen te zetten.
De Amerikaausohe politie moet een!
belangrijk spoor ontdekt hebben zij
heeft de woning van Ivory (Bell)
ontdekt in de Lexington-Avenue te
New-York. In dat huis werd een
drankwinkel gedreven door Edward
J. Ivory. Deze was echter Vrgdag (?)i
niet meer te vinden, en zgn bediende
wilde niet veel vertellen, maar be
weert dat zijn patroon hem nog den
14den September uit Boston een brief
gezonden heeft. Heel dit berioht van
de IndépeDdanoe beige ziet er niet
zeer duidelijk uit.
Ook te Verviers, waar twee onbe
kenden getracht hebben in een oho
micaliën-handel een groote hoeveel
heid salpeterzuur te koopen, wordt
nu een nauwkeurig onderzoek inge
steld.
De fenian John Kearney is naar
de strafgevangenis aan den Noord
singel te Rotterdam overgebracht. I
Op het politiebureau in de LaDge
Torenstraat, waar men hem aanvan
kelijk herbergde, waren dag en naoht
twee politieagenten voor zgn bewa
king aan den gewonen dienst ont
trokken, en dit, gevoegd bg de voort-j
durende vrees dat hg pogingen zou
aanwenden om te ontsnappen, had 1
zgn overbrenging naar een zekerder
verblijf ten gevolge.
Op de vraag wie Bell is wordt het
volgende als antwoord gemeld.
Toen de Newyorksohe correspon
dent van den Daily Chronicle had
vernomen, dat Bell als zgn waren
naam heeft opgegeven Ivory, wonende
211 Lexington Avenue, New-York,
heeft hg getraoht meer omtrent den
man te weten te komen. Aan het op
gegeven adres waren noch Bell nooh
Ivory bekend; eohter woonde verderop
een slgter, Ivory geheeten. Deze was
sedert eenigen tgd noch in zijn zaak,
nooh in eene tweeden winkel in de
Eighth-avenue, noch in zijn partiou-
liere woning in de 124th-street ver
schenen. Zgn zetbaas vertelde, dat hij
voor zaken afwezig was, maar wei
gerde inliohtingen te geven omtrent
zijn doen en laten. Hg wilde niet
antwoorden op de vraag of Ivory
lid was van vereenigingen van Ieren,
maar toen men liet doorschemeren
het vermoeden, dat de te Glasgow
gevangen genomen man en zgn
patroon dezelfde persoon zouden zgn,
verklaarde hg, dat bij daaraan ern-
weerkiank vond bij de anderen, die de boot aanstonds
volgens Messengers raad in beweging zetten, keerde hg
zich tot den neger, om hem zgn gekerm te doen hooren.
De kok liet hem een dubbele rij hagelwitte tanden zien
en antwoordde slechte: „Dat zou ik denkendaarmede
te kennen gevende, dat ook hij uitgehongerd wss. Geen
der anderen die er niet even slecht aan toe was, of
schoon zij zich thans, noch in de eerstvolgende uren,
den tgd konden gunnen iets te nuttigen. En in somber
stilzwijgen verzonken, roeiden zij voort langs het ooste
lijke strand, in de duisternis op een paar mijlen afetands
van het dorp blijvende, en ten laatste een tweeden baai
bereikende, die niet zoo diep was als de eerste; maar
omgord was met klippen, welke er schrikwekkend steil
en schijnbaar ontestijgbaar uitzagen.
Zij bleven op iets meer dan een halve mijl afstands
daarvan verwijderd, totdat eindelijk de klippen, hoewel
nog altgd even hoog, gescheiden werden door smalle
ravijnen van witachtig zand, en tal van kleine inham
men en riviertjes vertoonden, waarvan er enkele een
zandigen oever hadden, en anderen weer vlak tusEchen
de rotsen doorspoelden. Zij hadden meer dan een uur
noodig om vrg zorgvuldig het eerste zestal dier inham
men te onderzoekenmaar na telkens hunne keus be
paald en wederom verworpen te hebben, vonden zij ten
slotte een haven, welke de natuur juist tot hun doel
eind scheen te hebben geschapen. Niet alleen voerde
een zeekanaal van ongeveer acht voet breedte deza haven
binnen, waar zelfs met het laagste getij water stond,
maar deze doortocht nam op een dertigtal voeten af
stands een kromming aan en vertoonde hnn hier een
geregeld meer. Reusachtige klippen verborgen hun bijna
den hemel, een spiegelglad water verleende aan die wijk
plaats den aanblik eener „lagune.". Het was geheel en
al de plaats, die zij wenschea konden, en toen, juist
op het oogenblik dat zij daar binnen roeiden, de maan
hare zilveren stralen uitgoot over het blanke water en
een duizendtal rotspunten in het heerlijke licht schit
terden, was die plek onbeschrijfelijk schilderachtig in
al hare woeste verlatenheid.
Zelfs Burke kon niet nalaten en kreet van verruk
king te slaken toen de boot aan wal raakte.
„Ik wil u aanstonds mijn deel afstaan, zoo er tus-
schen hier en Lissabon een mooier plaats is om het
goud aan land te brengen," zeide bg, terwijl hij op den
oever sprong.
De overigen volgden" zijn voorbeeld, en rekten zich
als lieden, die lang in dezelfde gedwongen houding
hebben gezeten. Zij trachtten de boot niet op het zand
te eleepen, maar legden haar stevig vast en togen toen,
onder Messenger's bevel, aan den arbeid.
„En nu, jongens," zeide hg op een toon vol vreagde
en zegepraal, „de lading geborgen, wij moeien nog
voor het aanbreken van den dageraad een nieuwen
tocht afleggen, en de nacht is toch al kort genoeg."
Binnen een half uur tijds lagen de kisten en vaten
op den oever opgestapeld, en was de sloep weder
van haar last ontheven.
Burke, die haastig om zich heen had gekeken, gaf
thans raad omtrent het in veiligheid brengen van den
schat, met eene snelheid, die meer dan ooit deed
uitkomen hoe het den man aan alle nadenkendheid
ontbrak.
„Luister," zeide hij, „aan den bocht van den door
tocht is een rots en een waterped niet dieper dan twee
voet. Laat alles daarin wegzinken, en de zee zal het
des noods tot den grooten oordeelsdag voor ons bewaren."
De anderen stemden in dit voorstel roe, te afgemat
om lang over ietB te redetwisten, en het geld zonk
met luid gedruisch in het water weg, en zich daarop
nauwelijks den tgd gunnende adem te halen, steeds
aangewakkerd door Burke. staken zij wederom in zee,
terwijl een zachte wind kleine wolken over de maan
heendreef en haar aan hunne oogen onttrok.
Tegen den morgenstond rustte er eene tweede lading
in het kalme water bij de rots en maakten de man
nen zich in den bleeken dageraad gereed eene schuil
plaats voor zichzelven en hunn6 boot te zoeken.
Toen het ochtendlicht hunne landingsplaats bestraal
de, zonder echter zonneschijn mee te brengen, want de
lacht boven hun hoofd, daar waar de rotsen hun toe
lieten haar te zien, was zwart van regenwolken, be
gonnen zg hunne omgeving op te nemen en zich te
vergewissen van de kansen, die zij hnn aanbood.
Aan weerszijden waren zg omgeven van een muur
rotsen, maar aan de linkerhand waren deze voorzien
van onregelmatige spleten. De eerste daarvan, die zich
op minder dan vijf voet hoogte opende, scheen een
ruw pad te vorrren. door de rotsen heenleidende naar
het heuvelland daarachter.
Messenger's scherpe blik koos deze plek tot hunne
legerplaats uit, en nadat hij er op was geklauterd
ontdekte hij reedB na een vijftigtal meters voortgeloopen
te hebben, eene holte onder de rots, waar zij allen
geborgen en volkomen aan ieders blik onttro&ten
konden zgn.
In deze spelonk bleven zij dien ganschen dag, zich
voedende met de beschuiten en de vruchten en te
vergeefs naar wat vleesch hunkerende; reeds vroeg op
den avond lieten zij Kenner aldaar op wacht en be
gaven jde anderen zich nogmaals op weg. In de hoop
niemands aandacht te trekken, staken zij zoover moge
lijk in zee, en kwamen zij, na een paar uur voortge-
roeid te hebben, tot op een kwartmijl afstands van de
klippen alvorens de plek duidelijk te kunnen onder
scheiden.
De maan was nog niet opgegaan, en de lucht was
bezwangerd met onweerswolken. De westenwind, die
sedert dien ochtend begonnen was, blies hun frisch
om de ooren, en zg konden zien hoe de zilveren gol
ven tegen de naalden aansloegen en er vlokken schuim
op achterlieten. Dit schrikte hen geensziens af, maar
op een gegeven oogenblik, dat zg de spanen lieten
rusten om te zien hoe zg het best tusschen de rotsen
in zonden komen, ontstelden zij van een gesmoorden
kreet, door Fisher geslaakt, die aan het roer zat, ea
wiens oogen op de klippen waren gevestigd.
Wordt vervolgd.)