lijke en eindelgk NWJijke storm. Op 25 September kwem bet weder opnieuw onder dsn invloed eener zeer diepe depres°ie, die zich op dien morgen boven Engeland bevond en zich met groote snelheid in ZO.Iijke richting voortbewoog, zoodat zij op den morgen van 26 September boven N.-Italië werd aangetroffen. Ocder haar invloed daalde de barometer te Utrecht op 25 September tot 735,5 mM. terwijl de tot nu toe bekende laagste stand in September 735.6 mM. bedraagt, die in 1863, is voorgekomen. Op 25 September om 3,15 nai. werd een «toot van 38 K.G. op de M3 op- geteekend. De hoogste barometer stand 775 3 mM. kwam voor op 30 September, toen het weder onder den invloed was van een gebied van hooge drukking, dat zich boven Cen traal Europa uitstrekte. De hoogste stand, die in September voor Utrecht bekend is, bedro9g 776,3 mM. in 1851. De verschillende depressies brach ten ook vale onweers- en regenbuien. Op 22 dagen (normaal 17) viel neer slag eu op 18 (normaal 12) viel meer dan 0,5 mM., doch in de afgeloopen Septembermaand bedroeg zij 142,7 na M., dat is elechts 0,6 mM. mind-r dan de grootste hoeveelheid, 143,3 die ooit, en wel in 1s76, in Septem ber is afgetapt. Het belangrijke te kort, dat in de eerste maanden van het jaar de r-genval opgeleverd had, is nu op 32,4 mM. na weer inge haald. Het ïr niet te verwonderen, da$ de gemiddelde relatieve vocht: beid, 82 pCt., het normale bedrag, 70 pCt, overtreft en dat de verdampte hoeveelheid 52,5 mM., veel minder is dan de normale, 72.2 mM. Ook de bewolking was uit den aard der zaak grootde maand leverde 8 bewolkte (rormaal 3) dagen en slechts een nelderen (30 Sept.) (normaal 4) dag op. Do normale gemiddelde bewol king ïp 5,3, maarzij steeg deie maand tot 6.7. De gemiddelde temperatuur] 15n.l C. is slechts 0,6U lager dan bet nor maal gemiddelde. De hoogste tempe ratuur 22°,0 C. kwam voor op 12 September om 1.30 nm. en da laagste 6* 8 C op 29 September om 5.30 vm. Te Utrecht werd 1 kring om de zon en 3 kransen om de maan ge zien. Pers Overzicht. Regeling der gemeente financiën. De JV. R Ct. bevatte een otal arti kelen gewijd aan het wetsontwerp tot regeling d-r gemeeDtofinanoiën, waarvan wij hier kortelijk den inhoud willen mededeelen. Het blad begint met ui'een te zetten, boe het ontwekp "tweeërlei regeling bevat; in de le plaats dio der uitkeeringen van het rjjk aan de gemeenten, welke zullen treden in de plaats van het in 1885 gefixeerde 4,-5 der personeele belas ting en in de 2e plaats die der ge meentebelastingen bespreekt daarna uitvoerig deze regelingen en komt ten slotte lot de conclusie, dat het weneohelijk is, dat het wetsontwerp, zij het dan hier en daar eenigszins gewgzigd, wet worde, waarbg het op merkt, dat het niet betwijfelt, of dit gevoelen zal gedeeld worden, overal in het land, waar gemeenten zijn, die naar verbetering van hun finantieelen toestand sedert lang reikhalzend uit zien. Drieërlei motief is er, zoo de N. R. Ct. betoogt, voor bet beginsel van rgkauitkeering dat in bet onderwerp is opgenomen en wel le de kosten welke de gemeente in het algemeen belang doet, 2e het verbod van ao- ognahefiiog en ten 3e de kosten van armverzorging. Had de RegeeriDg den derden factor van berekening weggelaten, dan zou zg, naar de N. R. Ct. meeD», om baar voorstel doeltreffend te doen zgn, den eereten faotor, de bijdrage in de kosten, welke de gemeente in het algemeen belang doet hooger hebben moeten stellen. Dit echter zou hebben geleid tot een algemeene verhoogiog, en men zou hierdoor weder vervallen zgn in de fout van aan sommigen meer te geven, dan noodig is. Is er derhalve reden om te zeggen, dat de derde faotor in het stelsel der regeering een noodzake lijk correctiti is, zoo blijft niettemin de behoefte aan zulk een correctief te betreuren. i Dan gaat het blad na de berekening van elk dezer faotoren, waarbg bet lot de slotsom komt. dat het stelsel van het ontwerp in beginsel deugde lijk is, dat de bij de memorie van toelichting overlegde tabel reden geeft om te verwaohten, dat het ook in de praktijk doeltreffend zal blijken en dat verder de meeste gemeenten wier ficantieele toestand verbetering eischt, door de nieuwe uitkeeriDg kraohtig zullen worden gebaat, zon der dat het rgk te zeer wordt belast. Hof 2o gedeelte van het ontwerp besprekende, merkt de N. R. Ct. op, dat de leidende gedachte, welke bij de Regeering heeft voorgezeten, to rn zij dit gedeelte van het wetsontwerp ontwierp, strekkende tot herziening der algemeene regelen ten aauzieu der plaatselijke belastingen, niet zoo zeer geweest isverruiming van het belastinggebied der gemeente, bot geven in de gemeentewet van een meer uitgebreide staalkaart van be lastingen, tot welker heffing de ge meente *al bevoegd zgn, als welhet wegnemen vsn een kwaad, dat het tegenwoordig plaatselijk belastingstel sel aankleeft, namelijk het verdrijven der gegoede ingezetenen uitgemoeu ten met zware belastingen. Dit kwaad poogt het wetsontwerp te bestrgden door eenige versterking van het za kelijk element in het plaatselijk be lastingstelsel; door hot tekeer gaan van een belangrijke progressie in de hoofdelijke omslagen naar het inko men en door verruiming v»n de be voegdheid om die aanslagen aan de verteringen vast te kooopeu. Al nart de N. R. Ct. het wensche- iijk geacht, dat het wetsontwerp de gemeente de bevoegdheid tot h6t heffen van een bedrijfsbelasting had gegeven en is zij van meening, dat de Regeering de bezwaren, die zich bij deze belasting zouden voordoen, wel wat breed uitmeet, toch komt het haar voor dat de in het ontwerp voorgestelde versterking van het za kelijk element in het gemeentelijk belastingstelsel, die zij uitvoerig be I epreekt, van veel gewicht ia en dat j zij krachtig zal kunnen bijdragen tot j wegneming van onbillga.hed.eA en misstanden. j Daarna zet de N. R. Cl. uiteen, dat het kwaad, dat het ontwerp wil tegengaan, vooral is, het verdrijven nit de gemeente van gegoede inge zetenen, door zware belastingen, wat het, behalve het reeds door het blad besprokene ook tracht te bereiken door wijziging en aanvulling van de regelen, thans omtrent de heffing der hoofdelijke omslagen gesteld welke de goedkeuring van het blad wegdragen. Ten Elotte zegt de N. R. Cl. „Zal nu, door de verhooging van de rijk8uitkeering en de wijziging van het gemeentelijk belastingstelsel elke gemeente voldoende gebaat worden De regeering verzwijgt het niet, dat zulks niet het geval zal zijn aan zulk een eiech ware trou wens moeilijk te voldoen, door welke regeling ook, tenzij men velen een te ruime uitkeering gat. Toch zuilen verreweg de meeste gemeenten, naar men mag aannemen, hunne uitgaven kunnen bestrijden zonder buitenge wone hulp. "Voor de gevallen, waarin deze nog noodig mocht blijken, zal zij verleend kunnen worden, allereerst door toepassing van art. 49 der wet op bet lager onderwij-. De regeering geelt in de Memorie van Toeliohting haar voornemen te kennen om art. 59 der begrooting van Binnenland- sche Zaken le doen vervallen is nog andere ondersteuning dan uit kracht van genoemd artikel 49 noodzakelijk, dan zal hiervoor telkens bij de be grooting een krediet worden ge vraagd de billijkheid en bescheiden heid in het aanvragen zullen, naar de regeering vertrouwt, worden be vorderd, wanneer de wetgevende macht tot het verleenen van onderstand in de gewone koFtan eener gemeente huishouding elechts overgaat, als de provincie een gelijk bedrag voor dit doel beschikbaar Bteit." wachtte hij af wat volgen zou. Het duurde niet lang, of er verscheen een man op de graoht, die achter alle stoepen keek en eindelijk ook de stoep van den bewusten bewoner inspecteerde. Deze riep hem toe „zoek maar niet laDger, vrind het lood is al bij den c >mmissaris." Op dit gezegde koos de toegesprokeue, verschrikt, het hazenpad. Maar hij werd op de hielen gevolgd door het twaalfjarig zoontje van den mijnheer der Heerergraohtonversobrokken en hardnekkig vervolgde de knaap den vluchteling tot hij een politie agent kon waarschuwen. Dra was de man nu gevat en in verzekerd-* be waring. Tgdens zijne vlucht had hij nog een pak lood, dat hij bij zich droeg in het water geworpen. Achter andere stoepen der Heerengracht werden nog meer pakken lood ontdekt, en den arrestant vond men iu het bezit van oengop bijzondere wijze geslepen schaar, waarmede bet dikste dak lood als doek te knippen was. De man werd Dinsdag voor de rechtbank gevoerd en hoorde eone gevangenisstraf voor den tijd van zes maandan tegen zich eischen. M:-. Van Lennep, als verdediger optredende, betoogde echter dat vrij spraak volgen moest, omdat wel het vinden van het lood achter de stoe pen, maar niet de ten laste gelegde diefstal bewezen was. Rechtszaken. Looddiefstal. Een bewoner der Heerengraoht te Amsterdam zag eenigen tijd geleden, toen hg des morgens de gordijnen der sousterr&in-kawer ophaalde, tot zijn verwondering een pak lood liggen in de ruimte tusscheu zijne booge stoep en het venster. Hij schoof het raam op, haalde het lood naar bin nen, en, vermoedende dat er meer vast moest zijn aan die vondst, Financieele Mededeelmgen, Volgens het „Weekblad voor Incou rante Fondsen" van Broekman Honders zgn in de week, eindigende 6 dezer, verhandeld de volgende fondsen: Oblig. Gemeente Almelo 100$ pCt. A and. Waterleid -Maatsch. te Rotterdam (pref35 Ned.-Indische G.s- Maatscb. te Rotter dam115)4 Stoomtram Oldambt Pekel a 24 Ned. Fabriek van Werkt, en Spoorweg materiëel A 79e Ned. Oliefabriek te Delft 50 Oblig. Het Concertgebouw te Amste:dam 25% Kweekschool voor Maobinisten 52 tfEMEMD NIEUWS De Belgisohe regeering is voorne mens eerlang de grenzen te sluiten wegens beBtaand mond- en klauwzeer onder het rnndvee op versoheidene plaatsen in Nederland. In de Schelde zgn Maandag drie Fchepen aan den grond geraakt, het Eogebohe stoomschip Avoca bij de Kruisschane, het Duitsche Aibertus bij Bath, en het Engelsohe Mary Adda Short bij het fort St. Filip.». De Aibertus en de Mary Adda Short zijn zonder hulp losgekomen, maar om de Avoca vlot te krgaen waren verscheiden sleepbooten noodig. De Cz&ar an de Czarina te Parijs. Het was juist tien uur, toen Dins dagmorgen de trein van den fraosohen president met de keizerlijke gasten bet station Ranelagh te Parijs bin nenreed. De looomotsef was versierd met de Fransche en Russische vlaggen. De keizerin steeg het eerst uit, den arm gevende aan den presidentde Czaar ging reohts van hen, en aldus begaven de hooge personages zich naar het kleine salon, aan weiks deur zij werden opgewaoht door de minis ters, de heeren Darian, Barthou, Cochery, Turrel, Lebon, Rambaud en generaal Biilot, die allen door den president aan de souvereinen werden voorgesteld. De keizerin zag er eenigszins bleek uit van vermoeienis. Mevrouw von Mohrenheim, de ge malin van den Russisohen gezant, gevolgd door eenige dames d'honaeor naderde de keizerin en bood haar een bouquet van orohideaën aan. Toen de stoet wederom op den drempel van het paviljoen versoheen, barstte er een donderend gejuich los en uit duizenden monden klonk het: Leve de Czaar 1 Leve Rusland I". Eu onder dat gejuioh mengde zich het gedonder van het geschut van den Mout Valérien, dat zijn 101 sa- lutsehoten loste. Onmiddellijk daarop vertrokken de gasten, die onder het gejubel der menigte hun rijtuigen beBtegen. Onder heerlgken zonnesobijn reed de sobitterende stoet door de avenue van het Bois de Boulogne, de Champs Elysées en over de Place de lu Con corde, steeds luide toegejuioht dooi de belangstellende menigte, welke op een miilioen personen wordt geschat. De hötels in de buurt van de avenue de Champs Elysées boden een too- veraehtigen aanblik. Overal praobtige versieringen, en aan alle ramen be koorlijke Parisiennes, in uitgezochte toiletten, die met baar zakdoeken de souvereinen toewuifden. De politie had strenge maatregelen genomen om de passage zooveel mo gelijk geregeld te doen zgn. Doch zij bl9ek soms maohteloos en kon niet beletten, dat men hier en daar stoe len en banken langs den weg zette, die voor 20 francs werden verhuurd. De standbeelden werden niet ont zien waar maar eeu klein staau- plaatsje te veroveren was, zag men iemand meer hangen dan staan om toch maar een blik te kunnen wer pen op de hooge gasten. Het keizerlijk paar gunde zich niet veel ruBt. Om h&ii' twee brach'en me vrouw en mejuffrouw Faure een be zoek aan de keizerin. Zg waren vergezeld van een officier van het militaire huis van den president. Nadat zg vertrokken waren het bezoek had een kwartier geduurd kwam een gala-rgtuig voor, vooraf gegaan door den heer Monjarret, eerste pikeur van den president, die het keizerlijk paar bracht naar de Russische kerk in de ruo Daru. Wederom diende een ©scadrou ku- rassiers tot esoorte. Ea wederom werden de keizer en de keizerin be groet met een oorverdoovend gejubel dat opsteeg uit de mensohenmasss, die langs den gansoheo weg opeen gepakt stood, vooral in de buur» der kerk, waar het dikwgls tot vrij hef tige botsingen kwam met de politie. Z ;o groot was de menigte, dat het keizerlijke rgt*ig moeite had om de kerk te bereiken. En altijd daverde het: „Leve de Czaar 1 Leve Rus land Op de groote trap der kerk ston den baron en barones von Mohren heim, omgeven door het gan9oh® per soneel van het Rassisoha gesantsohap. De ontvang»t had evenwel plaats door den aartspriester, die de souve reinen naar rechts van de iconosta89 geleidde, waar de keizer en keizerin bleven staan. Onmiddellijk begon daarop de gods dienstoefening mos het ziDgen door hef, koor van het To Deam. Alle aan wezigen hidden waskaarsen in de band. De aartspriester naderde den keizer en stak diens kaars aan, terwijl de Czaar de kaars dor Czarina ontstak. Om half drie waren de souvereinen in de kerk versohenen; om drie uur was de godsdienstoefening afgeloopen. De keizer en de keizerin begaven zioh weder naar de ambassade, waar de keizerin bleef, terwijl de keizer spoedig daarna weder uitreed om mevrouw Faure op het Elysée te be groeten. De keizerin ontving intusschen me vrouw Carnot en haar zoon. Toen de Czaar en de Czarina zich naar de Russische kerk begaven, wer den zij door een enorme menigte op gewacht. Een klein ongeval had plaats met do a la daumont gereden paarden van het vorstelijke rijtuig. Zg schrikten voor het gejuich der menigte, begon nen te steigeren en het rijtuig stiet togen den drempel. De takken der opgestelde heesters raakten lioht de wang der keizerin. Om 4 uur had op het Elysee een belangrijke plechtigheid plaats, het voorstellen aan den Czaar. Twee honderd senatoren, afgevaardigden, oud-ministers en vertegenwoordigers van alle burgerlijke en militaire cor- poratiën werden aan Z. M. voorgesteld. De president vergezelde den Czaar naar de Balons. De vorst verzekerde dat hij zich gelukkig gevoelde, aan do gekozenen der natie te kunnen worden voorgesteld. Zoowel bij het vertrek als bg de aankomst bracht de mei igtehem warme ovaties en speelde i muziek hetRussisohe volkslied. De keizer en de keizerin, vergezeld van hun gevolg, verlieten des avond te 7 uur precies de Russische am bassade eu begaven zich in prachtige galargtuigon naar het Elysee om daar deel ie nemen aan het diner, hetwelk Hun door den heer en mevroww Faure werd aangeboden. De stoet werd we- j derom geëscorteerd door kuraasierB; de diohte menigte gaf weer uiting aan haar geestdrift. De illuminatie was tooverachtig schoon. Het diner telde 225 couverts, de eere-tafel 18 couvert!-. De keizer en de president waren in het centrum gezeten; de keizerin n<m plaat-- naast den heer Faure, mevrouw Faure naast den Czaar. Aan den feestmaaltijd sprak de president or ge veer het volgende „De ontvangst, waarmede de komst Uwer Majesteit te P/trijs is gevierd, zal baar een bewijs g«ven van den ernst onzer gevoelens, waarvan ik reeds uitdrukking heb gegeven bij het betreden van den bode.u der Republiek. De tegenwoordigheid Uwer Majes teit on Ier ons heeft ouder de toe juiching van ganschl een volk de oauden versterk:,, weike twee landen verbindt in <*eo harmonieuse bedrij vigheid en in het voile vertrouwen in hun lot. Het optreden van een machtig keizerrijken een arbeidzame republiek hebben reeds een weldadigen invloed uitgeoefend op d9n wereldvrede, die versterkt ie door beproefde trouw. Deze Unie zal er toe bijdragen om overal dezen gelukkigen invloed te verspreide''. Als tolk van de gansche natie herhaal ik de wensoh n, welke ik koester voor de grootheid barer Re geling en het geluk van Hare Ma jesteit de keizerin en van het welzijn van het groote keizerrijk, waarvan het lot berust in de handen uwer keizerlijke Majesteit. Het zg mg ver gund daaraan nog toe te voegen, hoe Frankrijk getroffen iB geweest door de bereidwilligheidwaarmede de keizerin heeft toegestemd deze fees" ten te komen bijwonen. Hair verblijf zal in ons land een onvergetelijke herinnering achter laten. Ik htf mijn glas op ter «ere van Hunne Majesteiten keizer Nico la. b en de keizerin." De keizer antwoordde ais volgt: „Ia: ben diep getioffën door de ont vangst, welke ons bereid is in de groote stad Parijs, de bron van zooveel genie. Getrouw aan de onvergetelijke tra- dltiën ben ik naar Frankrijk geko men otn in U, Mijnheer den Presi dent, het hoofd eener natie te be groeten, waaraan zulke kostbare ban den ons verbinden. Zooals U gezegd hebt, kan die vriendschap aoor haar st-mdvastigheid den gelukkigsten in vloed uitoefenen. Ik verzoek U tegenover gansoh Frankrijk de tolk te willen zijn van deze gevoelens. En U dankende voor de wtnsohen, uitgesproken voor de keizerin en voor mij, drink ik op Frankrijk. Ik hef mijn glas op ter eero van den President der Fransche Repu bliek." De Czaar beeft aan de heeren Lou- bet, Brisson, Méline en Hanotaux het groot cordon van de orde van den Heiligen Alexander NewBky met brillanten verleend. Het was bijna kwart voor elf toen Faure met de Csaritsa aan den arm en de Czaar met de echtgenoot© des Presidenten de zaal der Opera binnen traden, om daar door het vsreenigde publiek met grooten geestdrift te wor den toegejuicht. De woorden van het Russische volkslied, duor alle artisten en de koren gezongen, werden er door overstemd. De Czaar droeg den roodea uniformrok van ds gardeko zakken van den Oeralde Czaritsa was in het hemelsblauw met prachtig diamanten diadeem en halssnoer. De aanblik der zaal waB schitterend, al waren de fauteuils d'orchestre voor al door gerokte heeren bezet. Negen Arabische scheiks in witte en roode burnoes decoreerden zeer mooi een rij, waarop verder een kolonel der jagers le paard en Rochefort gezeten waren. De ministers met hun dames hadden hun plaatsen in de loges aan weerszgden der presidentieels tribune, welke uitgebouwd over het amphi theater met haar inrichting en prach tige bloemomkransing een vorstelij- ken aanblik opleverde. Hanotaux in rok met zijn Éueaischen collega Sjis- jkin en de ambassaderaad De Giers, heiden in hofkostuum, vulden een dier loges. Verder naar het toorieel waren twee Rothschilds, Ephrnssi en hun dames geplaatst. De eerste logee met de dames op de voorste stoelenrijen trokken een bijna niet onderbroken veelkleurigen band om de zaal, nasar het amphitheater n jde korpsbevelhebbers en admirai en de rgke damestoiletten overtrof nog in schittering en kleu-rengewei" Men schat het aantal reizigers de laatste paar dagen te Pargs «a gekomen, op drie miilioen. De tentoonstelling te Berlgn vermoedelijk sluiten met een tekt van.... minstens een miilioen mark De ontploffing te Boeloewaj wordt toegeschreven aan een koi uit. een .Lee Metford, die vooreen i vik bestemd was, maar in Letrnaj zijn terecht kwam. .De ongelukki schutter is ook onder de ©wonde Het magazijn bevatte 80 kisl Fprinpgelafine, 725 kisten dynam" en 4000 doezen detonators. De oi trek moet er droevig uitzien. Vau blanken werden er vijf dadelijk g dood en vele gewond: van de Kali tien gedood en twee en twintig g wond. Het magazijn hoorde aan Beehuanaland Trading Association Timmerlieden ia Transvaa De onderwijzer Boueschansker, vs Oostwold, begin Juni naar Pretor vertrokken, om daar de betrekkii van hoofd eener door de Nede Zuid-Afrik. Spoorweg Maatschappij bouwen school te aanvaarden, hee tot uog toe het gebouw niet kuun» hinnentrekken, maar heeft eeniste ve trekken van do landsdrukkerij in g bruik. Den len Juli had de school al g reed moeten zijn en wacht du nc op voltooiing volgens B 's laats Bohrgveu nl. d.d. midden Aug., de gebrek aan werkvolk. Vooral in h timiner?ak gaat veel om. Voor g noemde spoorwegmaatschappij moett bfjv. nog een 40tal gebouwen gez worden. B. raadt dan ook onzei flinke timmorliedeu aan naar de Tranl paal te Komen. Er is daar veel gel, te verdienen bg e9n werkdag vaj 8 uur, dagelgke al heel gauw ee pond of per uur f 1,50. De school van B. telt 11.1 leerlinge en daarom staan hem drie onderwj zere, ook nit Holland afkomstig, b zijde. De aanstelling van een onde wijzer voor elke 30 leerlingen is verplichtend. Een oude geschiedenis. In het Septsmher-nummer der Rt vue Suisse wordt in de Parijsoho ooï respondentia op gezag vau een Ami rikaansohe geestelijke, die van d gebeurtenis zoo goed als ooggetuig geweest is, de volgende lezing gegi ven van den hiatorisoheu grondslaj waarop het beroemde verhaal ij mevr. Beeoher Stowe's „Negerhut omtren' Eliza's vlucht berust, noo onzen Ter Haar in krachtige verze overgebraoht. De vrouw heetteEliz? Zg was een kloeke negerin, gehuw en moeder van zes kinderen, wie meesters ia Kentucky woonden, i de nabijheid van een rivier, asn d overzijde waarvan de Ohio ia. Eliz had het waagstuk ondernomen, mai| en kinderen, met medewerking vaij de blanken der abolitioni9tisohe partij op de vluoht te helpen naar Canada Zg 'begon met haar man, die zi 's nachts in een boot naar den oevef van de Ohio overbracht, waar hg ii) jammerlijken toestand, overdekt mei rijp ea verstijfd van koude aankwam: hij was bij het aan land stappen ixj het water gevallen. Kliza vertrouwd» hem toe aan zijn beschermers en wa^ voor den ochtend weder bij haal meester. Zes weken later kwam zij op den; zelfden oever terug uiet haarjongate kind op den rug had gebonden. De rivier kruide. Eliza had zich van een plank voorzien, die haar tot brug! diende om van de eene ijsschots op de andere over te gaan. Zg volbracht' den overtocht zonder eenige andere hulphet zou ongelooflijk sohgnonj alB het niet bevestigd werd doer eon achtenswaardig geestelijke, mr, Ram kin, die haar voornaamste medehei-; per was. Men zeide haar, waar zg haar mau in Canada zou vindeu, eu zij ging daarheen, maar verklaarde] dat zg op dien en dienjj datum zou terugkeeren om de vijf kinderen] die zij had aohtergeiateo te haleni Tevergeefs zocht men haar van een, onderneming, die dolzinnig soheeE af te brengen. Op den bepaalden dag kwam zg weder, verkleedde zich als man ec te verzamelen. Daajop volgde eene diep6 stilte, en het gevaar bezworen wanende, dronk hij andermaal wat wijn en strekte zich op de legerstede van zaagsel nit, om verscheidene uren achtereen doodelijk uitgeput voort te slapen. Bg zijn ontwaken bevond hij zich, tot zijne onbe schrijfelijke verbazing, in een ander vertrek. Zoodra hij de oogen opsloeg werd hij dit gewaar en zag hg, in plaats va» de naakte steenen en de krullen, een par ketvloer van eiKenhout en hoe hg zelf lag uitgestrekt in een houten ledekant. Hg bevond zich thans in jeene vrij ordentelijke kamer gemeubeld met een lederen leuningstoel, een tafel waarop boeken lagen en een spie gel boyen den schoorsteenmantel; naast zijn bed stond een klok. Hij ontdekte dat het vijf uur was en te oor- deelen naar do zonnestralen en de groote hitte, begreep hij dat hij twaalf uur aan ésn stuk had geslapsE, en dat de wijn, dien hij gedronken had, bem zoo goed als bewusteloos bad gemaakt. Hij gevoelde dan ook eene groote loomheid in zijne ledematen, en had moeite de verschillende gebeurtenissen, welke hij doorleeid had, weer duidelijk voor den geest te roepen. Zoodra hij op stand, werd hg door eene duizeling aangegrepen en zonk hij neder op den stoel. Hue hij het ook mocht beproe ven, het was hem onmogelijk zich een juist denkbeeld te vormen van hetgeen er den avond te voren met hem geschied was, of zich met eenige getrouwheid de om standigheden te herinneren van den dar, die daaraan was voorafgegaan. Hij kon zich aan niets anders vast klemmen dan aan nevelachtige en onbestemde indruk ken van tooneelen en personenen geruimen tijd zat hij daar met den versuften blik van een waan zinnige. Hij ontwaakte door een hevigen schok uit dezen staat vas geestelgke verdooving. Na tweemaal zijne kamer doorgeloopen te hebben, zonder veel acht te slaan op hetgeen zg bevatte, richtte hij zgn blik naar het gras perk van een kleinen, van hooge muren omgeven tuin, waar zijne vensters op uitzagen. Uit het raam kon hij neerzien over de geheeie ruimte daarvan1 Hooge kas- tanjeboomen wierpen eene aangename schaduw over het gras, en gaven door het langzaam geritsel der bladeren te kennen dat, niettegenstaande de zonnehitte, de atmos feer door een zachten bries werd afgekoeld. Aanvanke lijk bespeurde bg niets in den tuin, dat hem eenig belang kon inboezemen, of zijne gedachten weder wak ker schudden mocht, maar toen zgn blik nog eens over die plek heengleed, scheen het bloed in zijne aderen stil te staan en klemd9 hij zich aan het venster vast om niet neer te vallen. Het lichaam van Burke, den kapitein, hing aan den laagsten tak van een boom vlak in zijne nabijheid, en zwaaide op en neer aan het koord waaraan het bevestigd was, zoodat hij niet meer aan den dood van den man kon twijfelen, ofschoon zgn ge laat door de bladeren verborgen was en hij weinig meer dan zijne beenen kon zien. Gelijk ik reeds zeide, braoht deze aanblik Messenger aanstonds tot het bewustzijn der werkelijkheid terug. De schok riep hem weer al de voorvallen van den nacht voor den geest. Hij herinnerde zich elk der woorden tusschen hem en de vrouw gewisseldhij had heel zijn laatste gesprek kunnen navertellen met den man, wiens lijk nu van den boom afhing; hij wist ook wederom wat bjjzeif over alles had gedacht. En wat hij zich thans het allereerst afvroeg, was wat bet afschuwelijke schouw spel in den tuin hem wel bad te aeggen. Waartoe had de vrouw Burke laten ophangen Er was sleehts éen ant woord hierop mogelijkzij had dit gedaan met het duel om de drie achtergeblevenen schrik aan te jagen. Het was een les die zij hem had willen geven. Maar voor iemand van zgn karakter, werkte deze al bitter weinig nit. leder and r zou, ware het dan slechts voor een oogenblik, eene weemoedige gedachte hebben geschon ken aan den man, die raet hem ©earbeid en zijne kan sen en gevaren gedeeld had, die aan zijne zgde ellende en blijde dagen, hoop en viees had doorworsteld, maar Mespenger bekommerde zich weinig om dit alles. „Er is een minder om met ons te deelen," zeide hij, en hij wierp zioh andermaal in zijn stoel, maar ditmaal om met helder hoofd over alles na te denk'.n. De vrouw had het geld niet gevonden, dat kwam duidelijk uit, en zoo de Engelsche kruiser nog altijd in de nabijheid lag, had zij ook waarschijnlijk alle na sporingen voor het oogenblik gestaakt. Hij vroeg zich at of hij niet met haar in schikkingen zou kunnen treden, en op later hopen om haar meer tot rede te brengen. Zij was, alles wel beschouwd, toch slechts eene avonturiersterals hg maar eenmaal in het bezit was van geld, zou hel al heel ongelukkig moeten loo- psn, indien hij geen meester over den toestand wor den kon. Hij verloor echter niet uit het oog, dat ieder oogenblik de kans met haar te onderhandelen voor hem kon verdwijnen. Indien zij het meer ontdekte, zou hij opgehangen worden naast Burke. Hij moest daarom zonder uitstel handelen, indien hg zijn leveh en dat van Fisher wilde redden. Het valt te ver* wonderen dat hij, te midden van al zijne bezigheid, aan den jongeling dacht, maar hij deed dit, en hij gevoelde dat zoo hij daar, in plaats van Burke, het lijk van den knaap haa zien hangen, dat schouwspel zgne krachten bijna te boven ware gegaan. Hij had echter een voorgevoel dat Fieher nog in leven was, en weDSchende de vrouw zoo spoedig mogelijk te spreken, klopte hij op de deur en nadat hij er herhaalde malen op geslagen had, werd deze geopend en verscheen de Spanjaard op den drempel. Tot zijne groote verbazing, vroeg de man hem niet eens wat hij verlangde. Zoodra hij aich vertoonde,' knikte hij den gevangene, bij wgse van begroeting toe, en geleidde hij hem aanstonds de kamer uit. Zij liepen naast elkander door een lange gang, en van daar weder in het hoofdgebouw gekomen zijnde, betraden zij e groote zaal, wier eikenhouten wanden met wapenrek ken behangen waren. Vervolgens kwamen zij door eene reeks van nieuwe, maar verwelkte vertrekken, totdat zij de zaal der fonteinen en de kamer bereik len 5 waar de vrouw hem voor het eerst had ontvangen. Wordt vervólgd.y

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1896 | | pagina 2