T weede Editie.
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
Tea onrechte verdacht.
14e Jaargang.
Donderdag 21 Januari 1897.
Kol 4158
HAARLEM'S DAGBLAD
Voor Haarlem per 3 maandenf 1.20
Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der
gemeente), per 3 maanden1.3#
Franco door het geheele Rijk, per 3 maande»1.65
Afzonderlijke nummers0.05
Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden0.30
de omstreken en franco per postO.STj-o
A TT V H l I-?.' 11 HI NTTTFrKr-
Van 1—5 regels 50 Cts.; iedere regel meer 10 Cts. Groote letters naar plaatsruimte.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Reclames 20 Cent per regel.
Abonnementen en Advertentie» worden aangenomen door onze Agenten
en door alle Boekhandelaren en Courantiers.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Bureaux: Kleine Houtstraat 14, Haarlem. Telefoonnummer 122.
Directeur-Uitgever J. C. PEEREBO'OM.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de PublicUé Etrangére G. L. DAUBE Co. JOHN F. JONES, Succ., Parijs 31bis Faubourg Mout mar tre.
Agenten voor dit Blad in den omtrek zijn.*!Bloemmdaal Santpoort en Scholen, P. v.'l. RAADT, Santpoort Heemstede, J. LEUVEN, bij de Tol; HaarlemmermeerC. DOEKES; Spaamdam, C. HARTENDORP;
ZandvoortJ. ZWEMMER; Heide (Vélsen), J. OOSTERHOF; Umuiden, TJADENBeverwijk, H. JUNGER1E, Koninostraat. Genoemden Agenten nemen Abonnementen en Advertentiën son.
Politiek Overzicht.
De vaoantie van hst Engelsohe
Parlement i3 W6er achter den rug.
Dinsdag ia het geopend, bg welke
gelegenheid eene troon reae werd
voorgelezen door den lord-kanselier.
De inhoud daarvan komt in hoofd
zaak op het volgende neer.
De betrekkingen met de vreemde
mogendheden zijn vriendschappelijk.
De vreeslijke moorden, die plaats
hebben genad te Konstantinopel en
in andere deelen van het Ottomaan-
sche rijk hebben de bgzondere aan
dacht getrokken van de mogendhe
den, die het Parijeche verdrag heb
ben geteekecd. De d jeeckometen, die
hare gezanten te Konstantinopel in
last hebben te houden, duren voort.
De veldtocht naar Dongola heeft een
gunatigen uitslag gehad. Deze provin
cie is aan de beschaving teruggegeven.
De weg is geopend voor een verderen
tocht, als deze noodig mocht blijken.
Wij hopen, dat de overeenkomst
met de Vereenigde Staten met be
trekking tot Venezuela gesloten tot
sene zoodanige regeling tusschen
Engeland en Venezuela zal leiden, dat
de belangen van de kolonieten, die
gevestigde reohten op het betwiste
grondgebied hebben, niet gevaar
loopen.
Wij hopen, dat het sluiten van een
lalgemeen arbitrageverdrag tusBchen
Engeland en de Vereenigde Staten
de andere mogendheden aansporen
zal om het beginsel in overweging te
nemen waavdoor hot gevaar van oorlog
aanmorkelijk verminderd wordt.
Met den hongersnood en de pest
Indië wordt diep leedwezen en
deelneming uitgesproken.
Naar aanleiding van de begrooting
wordt gezegd, dat de toestand der
wereld niet gedoogt, dat het Lager
huis zgn geest van wijze voorzorg,
waardoor sedert eenige jaren de maat
regel voor de verdediging van het rijk
lijn ingegeven, late varen.
Aangekondigd worden een wetsont
werp op het lager onderwijs in Enge
land, ten einde het voortbestaan van
de vrije school te verzekeren, en wets-
entwerpen om de verdedigingsmidde
len van het rijk te versterken.
Zoowel in het Hoogerhuis als in
het Lagerhuis werd het Adres van
Antwoord onmiddellijk mishandeling
genomen.
In het Lagerhuis sprak minister
Balloor de hoop uit, dat het onderzoek
naar den inval in Transvaal, sen jaar
geleden geschied, tot resultaat zal
hebben, dat de banden tusschen de
verschillende rassen in Zuid-Afrika
nauwer zullen worden toegehaald en
het wederzijdeche vertrouwen zal wor
den versterkt.
Wat de Turkcche quaeatie betreft,
verklaarde de minister, dat de tijdin
gen uit het oosten hoop geven, dat
een gemeenschappelijk optreden der
mogendheden een voor het Turksohe
tolk weldadige uitwerking zal hebben,
eene die niet strgdig is met den toe
stand van vrede in Europa.
Aangaande Soedan deelde Balfour
mede, dat de regeering een orediet
zal aanvragen om aan Egypte de som
geleend uit de Egyplisohe eohu'.dkas,
voor te schieter».
Ook sprak hg over de financieele
verhouding iset Ierland; de regeering
zal het voorstel doen tot het benoe
men van een nieuwe ojmmiesïe van
enquête.
In het Hoogerhuis, waar het Adres
van Antwoord werd aangenomen,
voerde de eerste minister Salisbury
het woord, die het volgende zeide:
Ik kan niet verklaren, dat alle mo
gendheden zich verbonden hebben
om pressie uitte oefenen op den sultan
ten einde het Ottomansohe rijk te
behouden de briefwisseling zal aan-
toonen, dat de mogendheden 'teens
zijn over de noodzakelijkheid om ge
zamenlijk te zoeken naar middelen
die het rijk des Sultans bunnen red
den. Het is mogelgk, dat hetuitoefe-J
nen van druk op meer materieele
wijze dan met woorden noodzakelijk
wordt, maar er zgn kleine verschil-'
len in de uitdrukkingen van de mee
ningen der mogendheden. Volgens
mg a meening kan, tenzij wezenlijke
hervormingsmaatregelen worden aan
genomen, deze toestand van het
Turkache rijk niet laDg worden ont
zien.
Wat Soedan aangaat, herhaalde lord
Salisbury, dat de bezetling van Don
gola noodzakelijk was, omdat bet zioh
bevindt op den weg naar Khartoem.
Hij zeide verder, dat het arbitrage
verdrag met Amerika een oorlog niet
geheel zal tegenhouden, maar wel het
gevaar van den oorlog verminderen
het zal medewerken tot een schikking
van de minder belangrijke geschillen
en een rechterlijke beslissing in de
plaats stellen van een uitspraak door
de wapenen.
In de laatste dagen is bet gerucht
makende proces Leokert Lützow in
het pruisische Huis van Afgevaardig
den nog eens ter sprake gebracht.
Maandag critiseerde graaf von Lim
burg Stirum de betrekkingen tussoben
bet ministerie van buitenlandsohe
zaken en de pers, waarop Dinsdag de
rijkskanselier antwoordde en o. a.
zeide, dat het genoemde prooes eene
noodzakelijkheid was.
Het betrof lasterlijke beleedigiagen
van hofambtenaren en van het minis
terie van buitenlandsohe zaken. Ais
zóo iets weer gebeurde, zou opnieuw
het gereoht in den arm genomen wor
den. De traditie eisohte dat zoo in
Prnisen. Von Marsohall had de goed
keuring van het geheele ministerie
voor zgn optreden. In alle politieke
hoofdbeschouwingen, verzekerde Ho-
henlohe ten slotte, bestond in het
ministerie volkomen eenstemmigheid,
i Dose woorden werden met ievendigen
1 bgval begroet.
STADSNIEUWS.
eerste en derde Pagina.
Haarlem, 20 Jan.
Een stoomspuit?
Bg den brand van Dinsdag aan
'de* Zijlweg is opnieuw de meening,
geuit, dat onze tegenwoordige brand-
j spuiten niet meer voldoende zijn met
het oog op de gewoonte, om steeds
hocger huizen te bouwen. Huns in
ziens zou het hoog tgd wordeu, een
stonmbrandspuit aan ie schaffen.
Wij willen in deze t; chnische quaea
tie niet treden, dooh do6n opmerken
dat een stoomspuit op dit oogenblik
althans allerminst raison d'être heeft.
Immers bestaat er, zoo we ons niet
zeer vergissen een plan, om zoodra
de gemeentelijke waterleiding klaar
is, daarop een zeer groot aantal brand-
kranen aan te brengen en op ver
schillende punten van de stad kleine
slaneenwagentjes te stationneeren,
zoodat men zonder tijdverlies overal
daarmee de branden in hunnen aan
vang zal kunnen tegengaan.
Dat dergelijke proef op de tegen
woordige waterleiding nog niet geno
men is, zal wel liggen aan de om
standigheid, dat har8 pijpen slechts
liggen in een deel van de 3tad en
dat men niet altijd rekenen kan op
behoorlijke drukking, iets wet men
bij gemeen telg se waterleiding natuur
lijk beter ia de hand heeft.
Nu is onze eigen waterleiding er
nog wel niet, maar ze zal toch wel
eens komen en het is daarom zeker
beter, de resultaten van bovenver
melde wgze van blusBohing af te
waohten, dan over te gaan tot den
aaukoop van een kostbaar ding als
een stoomspuit, die, gelukkig bet
grootste deel van 't jaar toch rente
loos staat en ten slotte nog wat meer
geld zou jagen uit den zak der be
lastingschuldigen, ten profgte van de
braudassurantiën.
Juist toen wij dit neerschreven kwam
ons een opmerking van eenige Am-
tterdamsche assuradeurs ter oore,
die namelijk gezegd hebben„We
„zullen er toe moeten komen, om in
„Haarlem niet meer te assureeren, zoo
lang die onvoldoende brandweerer is."
Intussohen zijn we zoover nog niet,
dat de assuradeurs voor wier belang,
althans gedeeltelijk, onze brandweer
werkt, nu ook nog zullen beslissen
over de inrichting onzer bluschmid
d^len en de bedreiging kan ons ook
hierom koud laten, daar er zeker dan
elders wel tientallen assuradeurs zul
len gevonden worden, bereid om per-
ceelen te verzekeren in een gemeente
als Haarlem, waar in elk geval be
trekkelijk zelden een ernstige brand
voortkomt.
Zandvoort.
De bevolking dezer gemeente be
stond op 1 Januari 1896 uit 1393 m-
en 1357 vr. totaal 2750 personen. De
vermeerdering in 1896 door geboorte
bedroeg 47 m. en 53 vr. totaal 100
personen en door vestiging 54 m. en
71 vr. totaal 125 personen. De ge
heele vermeerdering bedroeg alzoo
225 personen. Daarentegen vermin
derde de bevolking in 1896 door
sterfte met 27 m. eu 16 vr. of43per-
Bonen en door vertrek met 63 m. en
177 vr. of 140 personen, totaal 183
personen. Op 31 December 1896 was
1 alzoo de bevolking met 11 m. en 31
vr. of 42 personen vermeerderd en
beBtond dus uit 1404 m. en 1388 vr.
totaal 2792 personen. Er werden 19
huwelijken gesloten.
De tot onderwijzeres bg het open
baar lager onde.wgs te Zandvoort
benoemde dames G. H. BarskéenA.
J. von Lesohen hebben hunne be
noeming aangenomen.
De heer D. Lugenögk herbenoemd
tot lid van het Burgerlgk Armbestuur
te Zandvoort heeft die herbenoeming
aangenomen.
BINNENLAND.
Parlementair© praatjes.
De eenige raden voor het hou en
van „aigemeene beschouwingen" door
de Eerste Kanoer, over een uegrooting
die reeds in werking is getreden, ligt
iu de omstandigheid, dat dit de eenige
gelegenheid ie tot een politieke ge
el ach ten wisseling van dezen tak der
Volksvertegenwoordiging met de Re
geering die het bewind voert.
Na de kansen onzeker zijn, wat
hei gevolg van de Kieswet zal wezen,
was er van een politiek debat dan
ook geen sprake. Dat constateerde de
eerste spreker, de heer van den Bie-
sen, die er sicii daarom toe bepaalde
den toestand des lands in verleden,
heden en toekomst, te bespreken
een sn ander in verband met betgeen
de liberalen hadden gedaan.
Bij deze beschouwingen kwamen
de vrijzinnigen er lang niet maleoh
af; op hun rekening stelde de heer
van den Biesen zoo niet alle kwalen
en kwaden, dan toch vele.
Ia onzen tijd nu ontdekte de heer
van don Biezen een aantal gebreken
en gal er aanstonds geneesmiddelen
voor aan.
Tegenover de sluiting der vreemde
grenzen voor onze producten vroeg
hg protectie.
Tegenover den belastingdruk, vooral
in de kleine gemeenten achtte hij
verlaging der defensie uitgaven en van
die voor het openbaar onderwijs
noodig.
Dat onderwijs, het neutrale, had
z. i. tengevolge gehad het toenemen
van het aantal overtredingen en mis
drijven, welnu de doodstraf moest
weder ingevoerd worden.
Blijkbaar achtte spr. de vrijheid
van spreken en drukken te grcot
dacht hij aan een censuur. De be
noeming van prol. Bolland laakte hij
en cie vrijmetselarij en het socia
lisme, dat mede op de rekening der
liberalen werd gesteld. Godsdienstig
onderwijs moest tegen deze 9n derge
lijke maatschappelijke kwalen het red
middel worden.
Deze meening bleef niet onweer
sproken. En het was de heer Alberda
van Ekensteil), die, mede tegenstan
der van hooge oorlogsuitgaven, be
twistte, dat het neutrale onderwijs, de
godsdienstloosheid vermeerderd had.
Integendeel, het was bestemd chris
telijke deugden aan te kweekeu.
Behalve de philosophisohe beschou
wing van den eersten spreker, waren
de redevoeringen lager bg den grond;
wg mogen wel zeggen op den «rond,
want de landbouw vormde schering
en inslag.
In een zeer uitvoerige rede,
den ongunst'gen naam van agra
riërs voor zioh en de zgnen ver
werpend, verwerpend ook de mee
ning, dat sleoht de belangen der
grondeigenaars vooropgesteld worden,
betoogde de heer SiokeBt de nood
zakelijkheid van Staatshulp om den
j landbouw uit zgn gedrukten toestand
op te heffen. Spr. gewaagde niet van
protectie hij erkoude, dat er in de
laatste 25 jaren wel wat gedaan was,
maar hg wilde de landbouwbelangen
beter behartigd zien. Eu dit kon z.i.
't best, door oen hervorming van
„Waterstaat," in een Ministerie van
Landbouw, Handel en Nijverheid
(Waterstaat bij Binneni. Zaken te
voegen).
Andere wensohea had do heer Sas
sen, die meende, dat de Reg., door
bij de nieuwe regeling der gemeente-
finacciëa de uiiwoueode eigenaren
te treffen, ounoodig ook den kleinen
landbouwer, door verhooging dor
grondbelasting zou bezwaren (wat de
h9er Breebaart later bestreed. De heer
Sa?sen dan wsn9obte latdbouwere-
dietverlaging der spoorwegtarieven
voor den Jandbsuw; totstandkoming,
liefst spoedig, van een Ministerie van
Landbouw, als in Denemaken.
Goedkooperlandbouworediet wensoh
te ook de heer Breebaart, die met den
beer Sickeaz wees op de millioenen
die iD het belang vau handel eu nij
verheid besteed worden en vroeg,
dat ook de landbouw Staatshulp
zon erlangen. Verbetering van
den toestand der landbouwers zon
tot algomeeue verbetering van den
toestand te platten'ande leiden. Be
langstelling moest er wezen en die
vond men 't best als alle landbouw
belangen aan éon Departement ver
eenigd waren. Dit was ook 't beste
om protectie te keerec.
Voor den landbouw sprak ook de
heer Regout, die o.m. meer tramwegen
te plattenlande wilde en het geld van
de Rijkspostspaarbank besohikbaar
wenschte te zien voor den bouw van
arbeiderswoningen.
Met cijfers en feiten toonde de heer
Muller aan, dat do landbouw volstrekt
niet had achtergelegen bg handel en
nijverheid; dat de verkeerswegen en
kanalen ook den landbouw ten goede
kwamendat het landbouw-onderwijs
bevoordeeld was; dat de landbouw
gediendwas door versohiliende wetten;
dat de landbouwers vrg waren van
bedrijfsbelastingdat in het belang
van den landbouw de suikerindustrie
onbillijk besohermd werd tegenover
de Indische dito. En dit alles terwijl
het nog quaestieus was of de land
bouw de voornaamste bron van volks
welvaart mooht heet en.
Een afzonderlijk Ministerie van land
bouw aohtte spr. evenmin geraden
als beschermende reohten op granen,
(die sleohts enkelen bevoordeelen
zouden) wjji de lagere graanprijzen,
veroorzaakt door de oonourrentie der
zilverlanden (voor ons onbeduidend)
siechts door internationaal bimetallis-
konden verbeteren. Het beginsel van
vrijen invoer werd door den pur sang
freeracer als noodzakelijk verdedigd.
Zijn conolusie was, dat de land
bouw 'tbest deed niet te klagen,
j Hg moet ziobzelf helpen, was ook
de redeneering van den heer Wers-
heim. Aan lage graanprijzen zon een
minister van landbouw niets verhel
pen. Daardoor zou de malaise niet
verdwijnen. En palliatieven, geen
geneesmiddelen, waren verbetering
van verkeersmiddelen en ontlasting
van druk, waarvoor spr. wel iets
voelde. Goedkooper orediet Maar de
landbouw was juist achteruitgegaan
door het gemakkelijk te krijgen geld
voor gewaagde apeoulatiën (Bravo 1
werd er geroepen). Als financier ver
dedigde spr. het stelsel van weder-
keerige hulp, door Raiffersensohe
kassen. Maar van protectie wilde
hij niet weten. Dit noemde hg eigen-
jaardig kernachtig: kwakzalverij.
De heer vao Lier heeft aangekon
digd, dat hg bjj enkele hoofdstukken
't een en ander te zeggen heeft.
G. Jr.
Uit de Staatscourant.
Kon. besluiten.
Verlof verleend aan mr. W. A. ?-
Verkerk Pis tonus, secretaris generaal
van het departement van buitenland
sohe zaken, tot bet aannemen der
versierselen van commandeur der
Koninklgke Militaire orde van Jezus
Christus, en aan mr. S. Hannema, ad
ministrateur bg het departement vau
buitenlandsohe zaken tot bet aanne
men der versierselen van som man deur
der Mil. orde van de Heilige Maagd
der Ontvangenis vau Villa Vioosa.
hun door den koning van Portugal
en der Algarven geschonken.
Benoemd bij het wapen der infan
terie van bel leger iu Nederlandsob-
Indië, tot 2de luit, de sergeant W.
Ruinen, van het 4e reg. inf.
Min. beschik hingen.
De minister van marine heeft dea
luit. ter zee der le klasse F. Bot en
den officier van administratie der 2e
klasse L. J. Mouton, dienende aan
boord van Hr. Ms. monitor .matador"
eerstgenoemde als 1ste officier, en den
luit. ter zee der 2e klasse W. F. van
Erp Taalman Kip, dienende aan boord
van Hr. Ms. sohoener „Bonaire", me<:
2 Februari s,s. op nonaotiviteit gesteld.
Laatstgenoemde wordt aan boord van
dien sohoener vervangen door dea
luit. ter zee der 2a kl. J.' H. Com-
mijs.
Akte Examens L. O
De minister brengt in de Staats-Ct
voorloopig ter kennis
lo. dat in 1897 sleohts eenmaal ge
legenheid zal worden gegeven tot bat
afleggen van het examen ter verkrq-
i ging der aote vau onderwijzer eu ou-
jderwgzeres en dat voormeld examen
j ia dit jaar zal aanvangen op 1 April;
2o. dat in 1897 eenma il gelegenheid
zal worden gegeven tot het afleg
gen van het examen ter verkrijgen
der aole vnn bekwaamheid in de
vrije- en orde-oefeningen der gymnas
tiek eu dat dit examen zal aanvangen
op eea nader te bepalen dag in Oct.
Tevens wordt in de St. Ct. bericht,
dat de examens ter verkrijging van
akten van bekwaamheid voor h*is-
en schoolonderwijs in de nuttige en
fraaie handwerken voor meisjes zullen
aanvangen op 15 Februari e.k.
Aanmelding vóór 2 Februari a.s.
bij den voorzitter der commissie of
de voorzitters der oommiasiën voor
welke de oandidaten wensohen te ver-
sohgneu.
De voorzitters der oommissiën zijn:
Voor de nuttige handwerkente
Breda, jhr. mr. J. B. A. M. J. Verheg en.
F EU I
i I
TON.
(The Story of Charles Strange.)
Naar het engelêch van
M». HENRY, WOOD.
HOOFDSTUK IV.
Op den uitkijk.
M)
Ik bracht den nacht slapeloos door. Leah scheen 200
teker van hare zaak te zgn, dat ik mij er eerst slechts
in verdiepen kon, wat de gevolgen zouden zijn als Tom
in handen van 't gerecht viel. Dit kon ieder oogenblik ge
beuren, ja misschien was hij dienzelfden avond, nadat
Leah hem gezien had, reeds gevat. Welk eene zware
straf zou hem dan wachten 1 Hoe zielsbedroefd zou
Blanche zijnWelk een verdriet en schande voor allen
die hem lieihadden 1 Hoe kon hij ook zoo onuitspreke
lijk onvoorzichtig zgnEn daarop deed het denkbeeld
ran zulk eene onbegrijpelijke onvoorzichtigheid mij
veer betwijfelen, of Leah zioh tooh misschien vergist
ion hebben in den persoon; en was ik weer geneigd
5e gelooven, dat zij zich door eene toevallige gelijkenis
wo had laten bedriegen. Vermoeid en zenuwachtig
stond ik op, met het vaste besluit dion avond zelf bij
het boekwinkeltje op d9ü uitkijk te gaan staan.
In den loop van den morgen deed ik eene belangrijke
vondst. Ik moest een document hebben, dat in den kleinen
lessenaar van mr. Brightman bewaar! werdeen lesse
naar die bij zelf ook sleohts zelden opende en waar ik
nog maar eea of twee keeren, na zijn dood, had inge
keken.
Toen ik de papieren er uit wilde nemen, kwam mij
ne hand toevallig in aanraking met eene geheime veer;
de bodem van den lessenaar schoof ter zijde en daar
onder was een verborgen vak, waarin eenige pakjes
brieven en andere papieren lagen. Mijn oog viel dade
lijk op een pakje, waarop mr. Brightman met duidelij
ke letters geschreven hadLady Clavering.
Dit waren dus ongetwijfeld de brieven die zg zoo
gaarne weer in handen zou krijgen. Moest ik ze haar
ongeopend teruggeven Ik besloot, se eerst eens in te
zien in het belang van mgn cliënt, Sir Edmund Cla
vering. Dat die brieven in eene geheime bergplaats be
waard werden, bewees dat het in welk opzicht dan ook,
belangrijke stukken waren. Toen ik het roode bandje
losmaakte waarmede zij te zamen waren gebondeü, viel
er een briefje uit, dat door Sir Ralph C overing, slechts
weinig dagen vóór zijn dood was geschreven en aan Mr.
Brightman was geadresseerd. Het luidde
„Ik zend u hierbij de door mij gevonden brie
ven, wees zoo goed ze te lezen en veilig te bewa
ren. Mooht zg bezwaar maken tegen mijn testa
ment, zeg haar dan dat die brieven in uw bezit
zijn. Of gij ze in dat geval aan mijn neef Edmund
wilt laten lezen, laat ik aan u ter beslissing. Maar
zoo zij tevreden is met de door mij gemaakte recht
vaardige schikking, en als de zaken naar mijn
wensch geregeld zijn, laat die brieven dan aan nie
mand zien en vernietig ze. Niemand behoeft dan
inet hare schande bekend te worden.
R. C.
Lady Clavering was niet tevreden geweest met de
beschikkingen van haren eohtgenoot, integendeel, zij
was vastbesloten het den erfgemaam, Sir Edmund Cla
vering, zoo lastig mogelgk te maken. Ik las de brieven
door. Sommige waren aan haar gericht, maar niet
door haren echtgenoot; andere had zij zelfgeschreven;
alles te zamen genomen bsvatten zij schandelijke open-
b uringen.
„Hoe ontzettend dom van haar om zulke brieven te
bewaren," reide ik bij mijzelve.
Zoeals de zaken nu stonden zoude mr. Brightman
ongetwijfeld aar. Lady Clavering hebben medegedeeld
dat hij zulke bewijzen t8gen haar in zgne hand had
maar ik stond door mijne jeugd op 6en geheel ander;
standpunt tegenover zulk eene vrouw. Ik besloot Sir
Eimund in kennis te stellen van de brieven en liet
hem vragen om bij mij to komen. Hij kwam dadelijk.
Toen hij een paar brieven had doorgelezen, legde hij
het pakje op tafeleen diepe blo3 overtoog zijn inne-
mend gelaat, zijne oogen schitterden verontwaardigd.
„Welk eene verachtelijke vrouw I" riep hij uit. .Ik wil
die sohande'.gke brieven niet verder lezen, Sirange;
daarvoor heb ik te veel eerbied voer de nagedachtenis
van mijn oom; in elk geval kan zij mg, wat het testa
ment betreft, niets in den weg leggen."
Wg overlegden wat de beste manier zou zgn om my-
lady met bet gebuurde in keunis te stellen en besloten
dat ik haar schriftelijk zou doen weten, dat ik de ver
miste brieven had gevonden, en dat de inhoud er van
aan Sir Edmund Clavering bekend was. Ik zou bier
een afsohrift bijvoegen van het briefje van haren echt
genoot aan mr' Brightman, en daarmede zou zij voor
zeker tot zwijgen zijn gebracht.
„Bewaar de brieven even veilig als mr. Brightman
gedaan heeft," zeide Sir Eimund, terwijl hij zich ge-
reed maakte om heen te gaan geef ze in geen geval
uit uwe handen, en als wij overtuigd zijn, dat zij zich
in de zaak geschikt höeft en de gedachte aan tegen
stand heeft opgegeven, dan kunt gij die brieven ver
nietigen, zooals mijn oom, die arme, oude man, ge-
wenscht heelt."
En zoo geschiedde het. Lady Clavering bleef in ieders
oogen eene achtenswaardige, treurende weduwe het
schandelijk geheim was aan niemand bekend dan aau
Sir Edmund en ruij.
Toen de avond viel, deed ik een oude overjes aan ea
trok mijn hoed diep in de oos:en om mijn verkennings
tocht naar het ouderwoteche boekwinkeltje te beginnen.
Leah had den naam van de straat ontnouden en ik
vond die spoedig, het was een smal zijstraatje waar
veel winkeltjes van den tweeden of derden rang de
burgerlui tot koopea lokten. Het boekwinkeltje werd
dien avond druk bezocht; iu den winkel zelf scheen
het verkoopea van tabak en pijpen de hoofdzaak te