"Er. Eogelbè'.'.eÈ.-ïuut. akütd. v/»n een
huisje gelegen in de Noordbuurt.
Eoopere werden de heeren A en
"W. Groen te Zandvoort voor f8180.
Op de par;rdenmonetering te Hoofd
dorp, waren Dinsdag aangevoerd 11
paarden van tot 2£ jaar. Verkooht
werden voor het buitenland 7 paar
den. De prqzen varieerden van 140—1
215 gulden.
BINNENLAND
Parlementaire Praatjei.
Denkelijk brengt de Kamer Woens
dag het wetsontwerp op de Kamers
van Arbeid ten einde. Tenminste
Dinsdag schoot zg een goed stuk op.
Zooals men weet bleef de discussie
in de vorige week haken aan het
nieuwe, door dr. Kuijper voorgestelde
artikel, ten doel hebbende de K. v.
A. te vergunnen speciale oommissies
te benoemen, adviezen in te winnen
en elkaar schriftelijk of door afge
vaardigden te raadplegen.
Ik slip de discussie slechts in het
xort aan en constateer dan allereerst
dat tóch de Minister nóch de Com-
missie van Rapporteurs dat artikel
passend achtten in het kader der wet.
Vooral het zenden van afgevaardig
den werd bestreden, omdat men daar
door als het ware kwam tot een al-
geraeene Kamer, die men jnist niet
gewild had.
Dr. Kuijper deed uitkomen, dat
sgn amendement jnist een leemte in
de wet volde, door te bepalen, dat
de K. v. A. nog anderen arbeid kon
den verrichten dan beslechting van
geschillen. En nu was het goed dit
in de wet te zetten, omdat de Reg.,
als iets dergelijks in een huishoude
lijk reglement werd gesohreven, de
goedkeurirg daarvan weigeren kon.
Het mocht niet baten. Het voorstel
werd met 38 tegen 18 stemmen ver
worpen.
Een volgend amendement van Dr.
Kugper werd door dezen ingetrokken.
Het had ten doel om dooreen nader
aan te wijzen bureel alle gegevens
door de K. v. A. verstrekt te doen
verzamelen en rangBohikken, opdat
het heele land er van zou profitee-
ren, een soort van arbeidsetatietiek.
Dit werd niet noodig geacht omdat
bij art. 22 wordt bepaald, dat de K.
v. A. jaailgks een verslag aan den
Minister zullen zenden.
De heer Lohman had dit namens
de C, v. R. verklaard, doch de heer
Gerritsen stelde, met een beroep op
het buitenland in het lioht, dat wat
de heer Kuyper bedoelde (en deze
verduidelijkte zijn voorstel later nog
met de mededeeling, dat hg speciaal
statistische gegevens op het oog had),
iets anders wa9 dan een jaarlijksch
verslag.
De Minister wilde eerst de werking
der K. v. A. afwachten. En zooals
gezegd, dr. Kuyper nam zijn' voorstel
terug.
Bij de bepaling wie leden der K.
v. A. kunnen zgn, had een vrij uit
voerig debat plaats, waarbij een
amtndemnt o'er C. v. R. den hoofd
schotel vormde.
Dit amendement voerde allereerst
de nieuwigheid in, dat ook 30jarige
vrouwen leden der K. v. A. konden
zijn.
Vervolgens bepaalde het, dat 30jari-
gen binnen het laatst^erloopen ka
lenderjaar binnen het gebied der
Kamer werkzaam moeeten zijn en op
hun meerderjarigheid die termijn drie
Jaren moeBt hebben bedragen.
Ten derde wilde de C. v. R. ook
doen vervallen de uitsluiting van hen
die zware gevangenisstral hadden
ondergaan, voor zoover daarvan niet
verlies van het gewone kiesrecht het
gevolg was. M. a. w. de C. v. R.
wilde de uitsluiting geregeld zien als
voor het gewone kiesrecht. En aan
«liet» wenech gaf de Min. van Just,
dan ook gevolg.
Alleen de heer Bastert had bezwaar
tegen de toelating der dames, doch
de Min. van Jnst. nam dit deel van
het amend, over en het andere ge
deelte (uitsluitingen) werd aangeno
men met 43 te?en 31 stemmen.
De heer De Kanter, die weder voor'
de rechtsgeleerde raadslieden op de j
bres kwam en hun toevoeging aan dei
K. v. A. wenschelijk achtte, kreeg ten
antwoord, dat de Kamers daarin vrg
moesten blijven doch hij kreeg gelqk
op een ander punt, nl. de verplichting
om binnen 8 dagen na den aanvang
een bestuursvergadering te beleggen.
Van het verdere debat stip ik nog'
ra Jat "e R.£. sen anrend der C"
v. R. overnam, bepalende om door
het bestuur der K. v. A. een poging
te doen aanwenden om voor het in
roepen der tusschenkomst van een
versoeningsraad het geschil van een-
voudigen aard in der minne te be
ëindigen.
In der minne geschillen bijleggen
dat is altoos het beste
G. Jr.
Uit de Staatioourant.
Kon. besluiten.
Benoemd tot rechter in de arron
diBsements reohtbank te Zutfen, nr. J.
L. A. Stolk, thanB rechter plaatsver
vanger in gemelde reohtbank, advo
caat en procureur te Zutphen.
Met ingang van 1 dezer de gepeD-
sionneerde luik-kolonel, provicoi&al
adjudant A. A Nqland, tijdelijk op
nieuw benoemd tot commandant van
het korps geleiders van ontplolbare
stoffen.
Benoemd tot commissaris van af
monstering te Rotterdam, de gepen-
sionneerde kapitein der infanterie
van het leger in Nederl.-Indië, G. M-
A. Walpot.
Min. beschikking.
De minister van marine heeft den
luitenant ter zee 1ste kl. W. P. Cool-
haas, tijdelijk belast met de waarne
ming der betrekkirg van eerste-offi-
cier aan boord van flr. Ms. wacht-
Bohip te Willemsoord, met 5 Maart
a.s. op non aotiviteit gesteld en ver
vangen door den luitenant ter zeelste
kl. G. C. D. baron van Hardenbroek.
Ken. Besluiten.
Benoemd, mei ingang van den
tweeden Dinsdag der maand Mei 1S97,
tot lid van den Kolonialen Raad in
de kolonie Curs^io, de heeren mr.
Th. J. A. Nuijens en J. E. van der
Meulen jr.
Goedgekeurd dat jhr. mr. B. C. van
Merlen, burgemeester van de ge
meente Heilo, is benoemd tot secre
taris dier gemeente.
Aan de luitenant ter zee 2de klasse
bg de koninklijke Nederlandsche ma
rine-reserve T. E. W. van Dompseler,
met 10 Maart a. s., op zijn verzoek,
eervol ontslag verleend uit den dienst
bij die Reserve.
A8n den eerBte-luitenant jhr, R. S.
H. G. Six, van den grooten staf, or
donnans-officier van H. M. de Ko
ningin, vergun, verl. tot hst aannemen
en dragen vau het ordeteeken van
ridder 41e klasse der orde van den
Rooden Adelaar, hem door den keizer
van DuitschLnd, koning van Pruisen
geschonken.
Min. beschikkingen.
De minister heeft den adelborst der
lste klasse P. A. Arriëns, uit Oost
Indië in Nederland teruggekeerd, op
nonaciiviteit gesteld.
Onderscheiding.
Bg koniDklgk besluit van 1 dezer
Nr. 16 is bepaald dat bjj afzonder
lijke dagorders, zoo in Indië als in
Nederland, eervol zal worden vermeld
de korporaal der artillerie van het
leger in Nederlanósob-Indië H. de
Nooijer, 6n zulks ter zake zgner ver
richtingen in den nacht van 29 op
30 Juli 1884 te Blang Tjoet (Atjeh).
Geboorten en sterfte.
Aan een statistiek der geboorten en
sterfte naar den leeftijd en de oor
zaken van den dood in Nederland
over Dec. 1896, opgenomen in een
bgvoegsel der „Staatscourant" van 2
dezer, is het volgende ontleend
Aantal inwoners op lo. Jan. 1896
4,859,451, levend geborenen 13.368,
levenloos aangegevenen 657, overleden
met inbegrip der levenloos aangege
venen 8265, aantal overledenen mft
levenloos aangegevenen op 1000 in
woners per jaar 20,03.
Overleden op den leeftijd van minder
dan een jaar 1895, 15 jaren 889,
5_14 jaren 249, 14—20 jaren 159,
20—50 jaren 1095, 50- 65 jaren 1001,
65—80 jaren 1713,boven80jaren616,
onbekend 1.
Overleden tengevolge van gebrek
kige ontwikkeling 137lichaame
zwakte, tering 899; klierziekte, rha-;
chiti-, syphilis 72; absces, ulcus, gan-"
graena, pyaemia, haemorrhagia 93;
kanker 350; waterzucht, scheurbuik
28; typhus, lebris typhoidea 38; aan-;
boudende koorts 25: tusschenpoozende
koorts 4; pokken roodvonk 12;
mazelen 121; huidziekten 23; stuipen,
trismus, epilepsia 200; j.pcpl.x!*Sl£;
hersenziekten 328; ruggemergslgden
(paralysie) 39; keel- en longtering,
bloedspuwing, suikertering 674;oroup
58; kinkhoest 130; acute ziekten der
ademhalingswerktuigen 1277; chroni
sche ziekten der ademhalingswerk
tuigen 518; hart- en vaatziekten, rheu-
matieme arthritis 204organische
hartgebreken, anenrysma 245; angina
diphtherina 68: diarrhoea uysenteria
60; oholera aaiatica, cholera nostras
0; acute ziekten der spijsverteringE-
werktuigen 422; chronisohe ziekten
der spgsverteringswerktuigen 195;
ziekten der organa urogenitalia 252;
ziekten van het kraambed, tebris
puerperali8 37; gewelddadige dood, zelf
moord 97verdrinken, zelfmoord 58;
onbekende oorzaak, plotseling 546,
zonder geneeskundige behandeling;
begrepen in de vorige kolommen 410.
De Costa-Riea-nitapraak.
Zooals Dinsdag in de „Staats-Cou-
rant" is mede edeeld, heeft prof.
De Martens, een der bekwaamste
kenners van het volkeoreoht, ons
land in bet ongelgk gesteld in de zaak
van de „CoataRioa-Paoket."
Wg herinneren dat dit geschil ont
staan is door de bewering van den
heer Carpenter, dat hij en zgn stoom
boot onwettig in Ned.-Indië waren
aangehoudeD. Van een beladen prauw
die aan een Nederlandsoh onderdaan
toebehoorde en onbeheerd in zee was
gedreven, had de bemanning van die
stoomboot zich meester gemaakt en
de lading ten eigen bate verkooht,
zonder dat aangifte wrs gedaan van
het vinden der prauw. Daarom werd
op de stoomboot beslag gelegd en
de kapitein, toen hg zich later in
Indië vertoonde, in voorloopige heoh-
tenis gesteld. Daar eohter niet kon
worden uitgemaakt of de bemaohti-
ging van de prauw al dan niet bin
nen Nederlandsch gebied de ter
ritoriale zee had plaats gehad,
verklaarde delnd. rechter ziohonbe
voegd en daarom moest de verdachte
kapt. worden in vrgheid gesteld en
het schip vrijgegeven.De vermoedens
dat er onwettige toeëigening had plaats
gevondeD, waren eohter bijzonder
sterk, en in allen geval had de justi
tie in Ned.-Ind niets aniers gedaan
dan de bestaande wetten toepassen,
die ock met de volkenrechtelijke be
palingen niet in strijd waren.
Daarom weigerde onze regeering
de geëisohte schadevergoeding van
30,000 p. et. te verleenen, ook toen
de reeders der „Costa-Rioa-Paoket"
die door tusschenkomst dor Britsohe
regeering vorderden. Beide regeerin
gen besloten toen den Czaar (Alex
ander III) tot soheidsrechter te be
noemen en deze droeg met beider
toestemming de beslissing op aan
prof. De Martens. Na een onderzoek,
dat een paar jaar geduurd heeft
het geval zelf kwam al in 1891 voor
is nu de uitspraak gevallen, waar-
bg,;tegenonze,verwachting, de eisohen-
de partij in het gelgk ie gesteld. De
vergoeding is eohter bepaald op nog
geen derde gedeelte der geëisohte
som.
De beweegredenen der uitspraak
zgn nog niet bekend gemaakt. Rbld.
Een eierleggend zoogdier in
Artis.
Een der meeet merkwaardige orden
der Zoogdieren is de orde der Vogel
bekdieren in vele opzichten naderen
zij zoowel tot de vogels als tot de
R ptiiiën. De kaken zijn in den vorm
van een snavel verlengd, de tanden
ontbreken en vooral in den inwend:-
gen bouw openbaart zich eene toe
nadering tot de twee -laatstgenoemde
dierklassen. Zij komen uitsluitend in
Australië voor en wel in drie soorten
van welke wij alleen noemen het
Vogelbekdier en den Mierenegelvan
de derde soort, die alleen op
Nieuw-Guinea voorkomt, is nog wei-
aig bekend. Hun uitwendige lichaams
vorm[en hunne levenswijze herinneren
gedeeltelijk aan de Vischotters en
Mollen (Vogelbekdier) gedeeltelijk aan
de Miereneters en de gewone Egels
(Mierenegel).
Het Vogelbekdier in het water
levende heeft een dichte, zachte
haarbekleeding een platten zwemstaart
een platten snavel, die veel op een
eendensnavel gelijkt, korte pooten,
eindigende in sterke nagels, met
zwemvliezen tussohen de vingers ea
teenen. De Mierenegel een land
dier daarentegen vertoont op de
huid sterk ontwikkelde stekels, even
als onze egel, heeft een buisvormig
e.kng'?e, van l.cv.n rr.- r btieden hulp^eicep van hun collega tecrcto
eenigBtins platgedrukte snceimetetn ten en hem ontzetten, door de aau-
wormvormige tong, die ver naar bui
ten kan worden uitgestoken, terwijl
'zijne korte pooten met krachtige
graafnagels gewapend zijn, die bg het
graven in de aarde dienst doen. Van
den Mierenegel nu heeft het Genoot
schap „Natura Artis Magistra" voor
eenige dagen twee exemplaren aan
gekocht. De Zoölogische Tuin te Lon
den bezat voor eenige jaren een exem
plaar van dit dier, doch na dien tijd
zgn geene levende exemplaren meer
naar Europa overgebracht.
Men kende deze merkwaardige die
ren alleen opgezet of als skelet in
zoölogische musea. Zonderling vooral
ie de wijze van voortplanting bij deze
diersoorten. In tegenstelling met alle
andere zoogdieren, die zooalB bekend,
levende jongen werpen, en die door
het moederdier worden gezoogd, ver
moedden reeds enkele zoölogen, dat
de voortplanting bij de vogelbekdie
ren een andere zou zgn, men meende
dat zij eierleggend moesten zijn. Eerst
in 1S84 werd dit vermoeden volko
men bevestigd door de Engelsche
zcö'ogen Caldwell en Linersidge en
door den Dcitschen dierkundige
Haacke, die in Australië zelf onder
zoekingen naar den bouw en de le
venswijze der vogelbekdieren deden.
Uit Alkmaar.
Met den aanleg van den spoorweg
Alkmaar—Hoorn," loopende tot Heer-
bugowaard langs den bestaanden weg
Alkmaar—Helder, doch op dubbel
spoor, is een aanvang gemaakt, zoo
dat eerlang ook deze nieuwe oom-
munioatie zal zijn tot stand gebracht.
Deze gemeente verwacht voor haar
marktwezen gunBtige gevolgen van
dien aanleg, getuige bet daarvoor
toegestane eubsidie ad f40,000.
De Alkmaarsohe Tramvereeniging
heeft de voorwaarde waarop haar
concessie is verleend, voor zooveel
deze gemeente betreft, voor den aan
leg en de exploitatie van e n paar-
dentramd enet van Alkmaar naar
Ondkarspel, aanvaard.
De aanleg wordt eohter eerst ver
zekerd, indien de provincie gedeelte
lijk de kosten daarvan voor baar
rekening neemt.
Zaterdag is bij Egmond aangespoeld
hei lijk van den loodaleerling C. Go-
mes, die in October 11. met den leer
ling J. Dienst door het omslaan van
den lood6vliet in de nabijheid van
IJmuiden verdronk. Het lijk is naar
Helder vervoerd, waar het Maandag
in tegenwoordigheid van het aanwe
zige loodspersoneel, op plechtige wijze
werd begraven.
Maandagavond, nadat het werkvolk
de briquettenfabriek te Bussurn had
verlaten, hetft men een kraan van
een groot oliereservoir opengezet,
waardoor ongeveer 200 liter olie ver
loren zijn geraakt. De politie doet
ijverig onderzoek naar de schuldigen.
Mr.W. J. Rüijaards v. d. Ham. f
Dinsdagmorgen overleed te Utreoht
de heer mr. W. J. Rogaards van den
Hana, sedert 1888 lid van de Tweede
Kamer voor Breukelen en, sedert
1875, van de Prov. Staten van Utreoht
en tevens lid van den gemeenteraad
van Utreoht, waartoe hg 13 Aug. 1861
met groote meerderheid gekozen en
daarna steeds herkozen werd. Vooral
in het dagelgksch bestuur dier ge
meente heeft hij vele jaren een in
vloedrijke plaats vervuld als wethou
der van publieke werken.
Holde brengend aan zgn werk-
kraoht, zgn toewgding- zgn vrijge
vigheid, zegt het „U. D." ten slotte
„Geëerd werd hij door allen die
hem kennen leerden, van wat richting
ook, wmdat hg waarlijk vrijzinnig,
eerbied had voor elke eerlgke o?er-
tui iDg en recht deed wedervaren
aan elke richting."
Eene aanranding.
In den nacht van Zaterdag op Zon-
rsi? hef n-
worden, dit Dij andere, zetis o.j
vallers met hunne sabels te lgf tej ichtigste anders staat en wa&rsoh
gaan; intusschen waren er meerdere tegen uitbreiding der staatsbemofij
vechtersbazen bggekomen, zoodatde
politie van hare vuurwapens moest
gebruik maken, teneinde schrik onder
de vechtenden te krggen. De hoofd
aanvaller is gearresteerd.
Pers Overzicht.
Programma van actie.
De „Nederlander" (anti-rev.) wijdt
aan dit onderwerp 6en artikel, dat
aunvangt met de opmerking, dat het
blad aan programma's van actie
sleohte een zeer betiekkelijke waarde
toekent. Tegen een program van be
ginselen echter heeft het blad geen
bezwaar hoegenaamd. Vroeger waren
er velen, die ook zulk een program
niet wilden teekenen, maar met die leer
der „vertrouwensmannen" hebben de
anti-revolutionairen gebroken. Zij
wilden weten van welke begin
a e 1 e n h-n candidaten uiigingen,
en zg hadden daarin volgens de „Ne
der!." gelijk.
Nu echter komen diezelf Je mannen,
betoogt het blad, die vroeger znlk ean
program van beginselen stelden als
shibboleth, u vertellen, dat deonder-
teekening er van niets beduidt, daar
men er alles van maken kan. Zij
willen een program van actie en we
ten wat de partij aan de orde wil
stellen en hoe zij de beginselen
toepast.
Deze twee punten besprekende,
geeft de „Nederi." als hare meening
te kennen, dat niet de partij, doch de
regeering aan de orde stelt. Is de
regeering van uw eigen kleur, merkt
het blad op, en stelt zij wat anders
voor, dan gij vsrwacht hadt, dan
zijt gij genoodzaakt uw eigen vrienden
het leven tebemceielijken; gij plaagt
hen eu bestrijdt hen, maar zij gaan
toch hun gang want zij kunnen niet
andere. Is nu het kabinet niet van
uwe richting, dan helpt het program
nog minder.
Dan gaat de „Nederi." over tot den
2en eischhoe de partg haar be
ginsel toepast. Dat Igkt van groot
belang, zegt het blad. Beginselen ia
een vaag woordmaar ik moet we
ten, waar die in de praktgk op neer
komen. Uitnemend. Maar nu beginnen,
gelijk de „Nederlander" uiteenzet, de
moeielgkheden. Daarbij wijst het blad
er op, dat, hoe minder ervaring men
heeft, hoe gemakkelijker men eene
oplossing van eene quaestie bg de
hand heeft, die dan door den man
der ervaring, der praktgk en der
studie vaak wordt afgekeurd. Deze
wijst er op, dat het antwoord niet
deugt, omdat men allerlei diagen,
moeilijkheden, waarvan men zelfs niet
gedroomd heeft, over het hoofd zag,
De „Nederlander" herhaaltJaan het
slot van baar artikel, dat program
ma's van actie missehien voortreffe
lijk zijn, mitB men nimmer geroepen
wordt ze ten uitvoer te leggen. Wordt
men dit wel, dan worden zij een strop
voor hem, die zich er aan bindt. Bindi
men er zich nist aan, dan blijken
zij van achteren te zgn geweest een
misleiding. Is men van meening, dat
de wereld niet bedrogen mag wor
den, dan moet men volgens het blad
programma's van actie doen blgven
wat zg zijn en daaraan geen wezen
lijke waarde toekenneD.
„Laten de quaestiën, die onder het
volk leven eindigt de „Nederi."
ook in de meetings ter sprake komen.
Maar een program, uitgedaoht door
politieke leiders om te dienen tot
vlag en aantrekkings mat voor de
de kiezers, teneinde dezen tot stemmen
te bewegen, iaat ons daaromtrent
voorzichtig sijn en indachtig aan het
„boer, pa3 op ja ganzen.""
vallige handen der vrouwen, die ons kneden en plooien
zoos:g haar dat goeddunkt?"
„Dat is een heel mooie theorie, niet waar mama?"
zei Irene lachend. „Maar wij weten wel beter. Neem
liever nog een stuk van den koek en houd uwe com
plimenten maar voor n
Gedurende dit gesprek nam lady Garland hem voort
durend opmerkzaam waar. „Wanneer hij geen broeder
heeft," daoht ze, >dan moet ik hem vroeger eens ont
moet hebben. Maar wanneer en waar Ik kan het mg
volstrekt niet herinneren."
HOOFDSTUK H.
De droom van jonge liefde.
Hoog stond de volle maan aan den donkerblauwen
hemel. De rivier was met fel licht overgoten de wilgen
langs den oeverkant vingen de bleeke stralen op de
ritselende twijgen op, terwgl in de verte de lage heu
vels donker afstaken tegen het met sterren bezaaide
Uitspansel.
De rivier zelve scheen een breed zilveren lint, be
zaaid met donkerende diamanten. „Het is praohtig, zeide
Irene zacht.
„Zijt gg niet veiheugd, dat ge gekomen aqt," fluisterde
Carroll.
Zg zaten in de boot, die Carroll stevig had vastge
maakt onder een overhangenden treurwilg. Irene was
in een warmen mantel gewikkeld. De manesohgn scheen
val op haar gelaat en weerkaatste in hare oogen. Tooh
was zij een weinig zenuwaohtig.
„Irene, zal ik zeggen waarom ik je gevraagd heb hier
te komen Toen ik hier gisterenavond alleen in d e
boot zat, was het even mooi als nu. De maan scheen
even helder en de sterren flonkerden niet minder. Het
water fonkelde in het zilveren licht en alles was als nu
maar ik gevoelde, dat mg iets ontbrak, iemand die
met mg bewonderen zou dezeD heerlijken nacht, zonder
wie het vervelend wa3 en koud en geesteloos. Ik zei
toen tot mijzelvenMorgen zal ik haar vragen ot zg
hier komen wil en onder deze reine, heldere maan en
onder deze flonkerende sterren zal ik haar zeggen, dat
ik haar liefheb, dat mgn leven leeg en onvolmaakt is
zonder haar, dat ik hare lief le vraag en haar hart."
Haar lief gezicht keerde zich naar den grood. Maar
toen hij hare hand nam trok zij die niet terug, sd hij
zeide, met eene van aandoening bevsnde stem
„Heb je mij lief, Irene? Zeg, dat je mij liefhebt."
„Het moet wei liefde wezen," fluisterde zij teeder. „Na
tuurlijk heb ik er wel vaak van gelezen, maar eerst in
dese laatste dagen heb ik begrepen wat het zeggen wil."
Toen zaten zg geruimen tijd hand in hand en staar
den naar de schitterende maan en naar de helcere ster
ren. Wat zonden zij tot elkander gezegd hebben? Bei
den waren verheugd, dat hunne harten elkander ge
vonden hadden, maar wat zij gevoelden, kon met geen
woorden worden uitgedrukt. Ten laatste was het Rupert,
die dacht aan de moeielgkheden, die hun geluk nog in
Landbouw-belangen.
Naar aanleiding van het geopperde
drnkbeeld van een ministerie van
landbouw, bevat de „Arnh. Cour."
een artikel, waarin zij verklaart, dat
de tegenwoordige organisatie van de
Staatsbemoeiingen met het landbouw-
dag is te Tiel een politie agent op wezen haar zeer gebrekkig voorkomt
laaghartige wgze aangevallen. Surveil-| en dat concentratie een eisoh is van
leerende nabfj de gevangenis, werd; het gezond verstand. Doch al reemt
hg onverwaohts aangegrepen en tegen j men aan, dat aan de bestaande or
den grond geworpen, waarna de aan-ganisatie tal van gebreken kleven,
Jrander onder bedreiging tegen hetdaarmede is, meent de „Arnh. Cour." „««u.u aai
leven van den besmble, een mea te de instelling van een nienw depaitl-i*n"dïe bnurtf"Vóör "h"e|B°te laat
voorechqn haalde. Door een makker ment nog niet gemotiveerd. I dienen wij daar de kraoht onzer
werd daarbg een handje geholpen. Het blad wtjst er op, dat al zijn er penen te doen gevoelen, even spoei
Gelukkig waren nog twee politie- vele onderwerpen, die met een enkele en even geweldig aia wij het r
ageoten in de omgeving, die op het penneetreek van het eene departement evenveel auooes hier gedaan bebbi
roet den landbouw. Immers ten
aien van den handel en de fabrii
nijverheid wordt de bevoegdheid
den Staat niet verder uitgebreid
tot politiemaatregelen ter bewaï
van de rechten en belangen van
deren en tot maatregelen ter be
king van de belangen dergenen,
'voor zichzelf niet waken kunnen,
al zal niemand willen, dat de guoe
beschikkingen, die voor hel 1*
bouwbedrijf reeds zijn getrofleo
proefstations, wandel leeraars, wia
echoleD, zuivelconeulenten, wat in 1
nog 1 327,000 kostte), worden in
trokken, betoogt het blad, er zon
tijd kunnen komen, dat handel
nijverheid op gelijkstelling, op
even ver gaande behartiging
hunne technische belangen git
aandringen.
Naar de meening van de „Ai
Cour." bezit de Nederlandsohe j
geering in het Landbouwcomilé
uitstekend orgaan om voor de bei
gen van den landbouwer op te kou
De organisatie mag verbeten
desnoods wettelijke regeling vereisc
zegt zg, maar het gronddenkbi
van de instelling is gezond en gt
en zij heeft reeds goede diensten,:
wel aan de Regeericg als aan
landbouw bewezen.
Koloniën.
Uit Kota radja wordt aan „Dei
oomotief" geschreven
„De luitenants B. en L., die t:
den krggsraad terecht stonden weg>
het ontvreemden van goederen, h
geheel of gedeeltelgk in hun be
gevonden, uit de woning van i
bevriend Atjehsoh hoofd, zgn i
schuldig verklaard aan het hun
laste gelegde, waaruit men moet
maken dat de daad geoorloofd v
De sergeant-majoor Koenen
vierde borgbatterg zou hier vergift
geworden zijn of zichzelf vergift
hebben de offioieren van gezondh
moeten althans vergif in zgn ko!
gevonden hebben. De kamerwati
onderofficieren van den morgen m
op dit gebeurde, zgn in arrest geste
Men hoopt dezen sergeant-majo
die naar den artillerie-constructie*
kei te Soerabaya was overgeplaa!
in het leven te behoudern
„Het lijk van den hoornblazer!
het 14e bataljon, die bg het overgj
van de Atjeh-rivier bg Indrapc
door het omslaan vau de pont
dronk, waaraohijnlgk doordat hg vc
f 400 aan rijksdaalders op zijn r
in den broudzak nud bevestigd,
door bevriendeAtjebera ternggebrac
Het geld was eohter door de vissohf
opgesnoept.
„Toekoe Oemar is dus weden
gevlogen toen men dacht hem
handen te krggenechter heeft
toch zijn verblijf gevonden, nl. i
grot welker ingang sleohts een n
le gelijk doorlaat, doch waarin ti
wel een half bata'jon kan ophoudi
zoo ruim is zg vanbinnen. Ongevf
veertig Beaumont geweren, eeni
pakken met nieuwe kains, een mu
lood, vele blanke wapens met go
en diamanten bezet, een gonden h
loge en nog andere kleinoodiën f
groote waarde zijn in onze hand
gevallen. De mannen die te Leho
thuis behooren, zgn met Toeï
Oemar gevlucht, doch hebben mi
rendeels hun vrouwen en kinder
aohtergelaten; een honderdtal daan
zgn, zooals ik verneem, door i
naar iOleh-ieh vervoerd, nadat 1
woningen verbrand waren. Ook e
dertigtal mannen zijn in onze hand
gevallendezen zullen zeker voi
eerst in verzekerde bewaring bljj?
en een verhoor moeten ondergai
Uit Kota-Radja wordt aan de„l3i
Ct." gesohreven
In de vallei van Groot-Atjeh 1
Indrapoeri, naar de zgde van Ped
verzamelt zich gaandeweg volk one
bevel van Toekoe Ali Basah Gedot
Volgens alleszins betrouwbare ge?
vens werdt dit bendehoofd gestec
door volk uit Pedir en bedreigt:
on6 van dit punt, dat wij tot doei
onaangetast gelaten hebbeu. Wance
wg niet spoedig aan die liefhebberij
van Pedir een einde maken, daDl
het er voor ons sohuin gaan uitzi
den weg konden staan en hij zeije bezitriep Irene vroolijk uit. Vertel mij alieB
„Irene, wat zal je moeder er van zegden? Zal zij je lamilie, ik heb je er al zoo vaak naar willen vragJ
boos zgn, dat ik met haar net eerst erover gesproken maar ik durfde niet recht."
D j »Er valt niet ve8l te vertellen, liefste. Ik heb ee
■O MO?. Rnpert. dat tal z, zeker niet denken." [ouders en geen broere. Mijn naaete familielid is m
„Wel, ik weet dat zoo met. Misschien was het beter znster Louise, die veel onder is dan ik en die bnil
geweest, haar daarover vooraf te spreaen, maar mgn I woont."
lieveling, al kennen we elkander nog zóo kort, ik ver- I i8 zH getrouwd
langde er toch zoo naar, je te zeggen hoezeer ik je lief- .Neen, Loniae is wat men noemt een onde vrij!»
had en om dat ook van jon te hoorenten mgnen op- maar een met een hart van goud en ik durf zege
lichte Je hebt mij immers liet, Irene?" dat ik iD dat hart de grootete nlaats inneem."
„Dat heb ix immers ai gezegd, dwaze jongen," zei
Irene, zaoht glimlaohende.
„Als ik zoo arm was als een bedelaar, zou je mij
dan nog evenzeer liefhebben, Irene? Zoujedanin inijn
armoede willen deslen?"
„Natuurlijk zou ik willen. Ik geloof dat je niet rgk
bent, niet waar hoewel ik daarover nooit gedaoht heb.
En ik weet heelwat van het huishouden af en van ko
ken. Ik kan mijn eigen japonnen maken en repareeren,
zie je, en we kunnen dus heel zuinig leven. O, ik zai
je innig liefhebben 1"
„Mijn kleine lieveling! Maar gelnkkig kan ik je wat
beters aanbieden dan armoede, Irene. Ik ben wel niet
rgk, maar heb toch genoeg om je e8n aangenaam en
onbezorgd leven te verschaffen, al zal er van weelde
dan ook geen sprake kunnen zijn. Je snit aan niets ge
brek hebben, liefste en dat zal ik aan je mama zeggen,
wanneer ik haar morgen spreek. Je moet weten, dat ik
vader noch moeder meer heb
„O, dat interesseert mij veel meer, dan hoeveel geld
in dat hart de grootste plaats inneem,"
„Ach," zeide Irene met een zucht," dan zal zg i
stellig niet half goed genoeg voor je vinden
Wordt vervolgd-