Tweede Editie.
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
Eene Huwelijksreis.
II 24e Jaargang.
Woensdag 23 Juni t897.
4286
HAARLEM'S DAGBLAD
^JB03>T2ST3ïr!\/X3±!TSrTSÏ:>K,I.TS:
Voor Haarlem per 3 maande»f 1.20
V®»r de dorpen in den omtrek vraar «en Agt-nt gevestigd is (kom der
gemeente), per 3 maanden1.30
Franco door het gcheele Rijk, per 3 maanden1.(35
Jtfeonderlijke nummers0.05
Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maande»0.30
de ©mstreke» ca franco per post 9.3?ijg
^DV^R/TIHIIsrTIiEnSI":
-5 regels 50 Cts.; iedere regel meer 10 Cts. Groote letters naar plaatsruimte.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Reclames 20 Cent per regel.
Abonnementen en Advertentien worden aangenomen door onz« Agenten
en door alle Boekhandelaren en Courantiers.
Dit blad verschijnt dhgelfjks, behalve op Zon- en Feestdage*.
Bureaux: Kleine Hoursrrunr 14, Haa: in. Telefoonnummer 122.
Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOM.
Hoofdagenten voor het Bniienkmd: Compagnie Générale de Publicité Elrangère G. L. .DAUBE Co. J OHM F. JOKES. Sure.. Parijs 3 Ibis Faubourg Montmartre.
Met uitzondering van het Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentiën en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan het
Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam.
BUITEN het Arrondissement Haarlem is de prijs der Advertentiën van 15 regels f 0,75, elke regel meer ƒ0,15; Reclames per regel f0,30.
Agenten voor dit blad in den omtrek zijn: Bluemendaal, Sandpoort en Schoten, P. v. d. RAADT, Sandpoort; Heemstede, J. LEUVEN, bij de tol; Spaarndam, C. HARTENDORP;
Zandvoort, J. ZWEMMER; Heide {Zeisen), J. OOSTERHOF; IJmuiden, TJADENBeverioijk, H. JUNGERIE, Koningstraat. Genoemde Agenten nemen Abonnementen en Advertentiën aan.
die haar eerbied voor de onafhanke
lijkheid van de rechterlijke macht
bevestigt. Deze motie werd aange
nomen met 275 tegen 133 stemmen.
Offïcieele Berichten.
Burgemeester en Wethouders van
Haarlem*
doen te weten, dat bij hunne be
schikking van 10 Juni jl. aan J.
Wulff Go. vergunning is verleend tot
oprichting van oene stofienververij en
wasscherij door stoom gedreven in
het perceel aan de Helmbrekersteeg
No. 8.
Haariem, 19 Juni 1897.
Burgemeester en Wethouders
voornoemd
BOREEL.
De Secretaris,
C. M. RASCH.
Politiek Overzicht,
Wij zouden deze week de week
van de feestviering van Koningin
Victoria's regeeringsjubileum eenc
vredeweck kunnen noemen op politiek
gebied. Dit zeldzaam en merkwaar
dig feit brengt alle regeeringshoven
bij elkaar, hij het eenstemmig hulde
betuigen aan Bngelands „gracious
queen", hij het gelijktijdig medevie
ren van haar feest.
Een kleine wanklank heeft het ge
geven, dat Maandag' in hetcngolsche
Lagerhuis het adres van gelukwenseh
aan de Koningin werd1 bestreden door
het hoofd der lersehe partij Redmond,
die een amendement indiende, behel
zende. dat de Ieren, ontevreden zijnde,
zich niet kunnen aansluiten bij de jubi
leumsviering. 436 stemmen varen tegen,
slechts 7 voor dit amendement. Wel
een onaangename, het gemis aan fijnge
voeligheid aantoonende wijze van pro
testeeren dezer 7 Ieren tegen den
huidigen toestand in het Vereenigd
Koninkrijk. Ook hadden Redmond en
de 6 anderen moeten bedenken, dat de
koningin als onverantwoordelijk per
soon in deze buiten en boven de
regeering en de wetgevende macht
stond.
Het adres van gelukwensch werd
met 439 tegen 44 stemmen aangeno
men.
Het Ho'ogerhuis heeft het adres
van gelukwensch aan de Koningin
en de motie dat het geheele Huis dit
adres aan Hare Majesteit zal over
handigen, met algemeene stemmen
aangenomen.
Het Lagerhuis heeft Maandag ook
nog aangenomen liet ontwerp, waarbij
het gebruik van het metrieke stelsel
van maten en gewichten wordt toe
gelaten, en wel in tweede lezing.
Bij de voortgezette behandeling van
de begrooting van binnenlaudsche za
ken in de Italiaansclie Kamer bielden
Maandag nog tal van afgevaardigden
redevoeringen voor of tegen bet ka
binet. Di Rudini verzocht daarop de
Kamer de motie van Gaëtani aan te
nemen, houdende dat de Kamer de
verklaring der regeering goedkeurt.
ST AOSNIEU WS.
eerste en derde Pagina.
Haarlem, 22 Juni 1897.
Ter gelegenheid van het 50ste Land-
bouwcongres te Hoorn heeft het Haar-
lemsch Muziekkorps onder directie
van den heer C. P. W. Kriens, in
den Parktuin aldaar een concert ge
geven.
We lezen over die uitvoering een
referaat in de Hoornsclie Courant,
geteekend Hermann Kernkamp en
waaraan we het navolgende ontlecnen.
„Wat me bizonder getroffen heeft
„bij liet Haarlemsehe muziekkorps is
„bet merkwaardig-mooie ensemble.
„Daar kan Kriens met recht trotsch
„op zijn 1 Je hoort dadelijk dat alle
„muzikanten geroutineerde menschen
„zijn, voor hun taak volkomen bere
ikend, en geheel vertrouwend op hun
„artistieken leider, die met een benij
denswaardige kalmte zyn intentiën
„op de uitvoerenden weet over te
„brengen. Het was alles zoo vloeiend,
„zoo goed gestudeerd; zoo heerlijk
„zeker. En wat een bassen! zoo
„iets heb ik zelden gehoord."
Iets verder:
Een heerlijk zangerige „Yalse
de concert" voerde ons oen heel ander
tafereel voor oogen doch een oogen-
blik later „les extremes se tou-
client" stonden we hij het lijk van
Ophélia in de schitterend mooi uit
gevoerde „Grande Fantaisie de l'Opéra
Hamlet."
Na de pauze genoten alle toehoor
ders van Gounod's Faust" als een
goede, oude bekende; het gaat met
zulke opera's juist als met amusante,
prettige menschen! Je bent altijd blij
als je ze weer eens ontmoet.
De allerliefste en melodieuse mu
ziek van „Gretna Green" werd héél
fijntjes en keurig voorgedragenOf
fenbach's ouverture was een uitstekend
begin van de tweede afdeeling.
De heer J. L. Keizer alhier is be
noemd tot onderwijzer aan de Groen
van Prinstererschool (kweekschool
voor onderwijzers) te Doetinchem.
Op een der laatste vergaderingen
van de Haarl. Jongelingsvereeniging,
in de Lange A tinast raat, is, naar wij
vernemen besloten, dat dit jaar van
wege de vereeniging, gelijk ook andere
corporaties dit doen, op den laatsten
kermis-Maandag eon boottocht zal
worden georganiseerd.
Men schrijft ons
Voor de arrondissement» rechtbank
alhier werd onlangs de volgende pro
cedure gevoerd:
Een stueadoorsfirma alhier dagvaard
de een ingezetene alhier tot betaling van
door baar aangenomen en verricht
stukadoorswerk aan een perceel te
Velzen, onder bewering dat dit werk
door haar naar behooren is geleverd-
De lastgever weigerde de van hem
gevraagde betaling, op grond dat vol
gens hem, speciaal net buitenwerk,
oen deel uitmakende van het geheele
werk, niet naar behooren was opge
leverd en dat hem meermalen was
gebleken, dat de daarvoor gebruikte
specie niet is samengesteld uit een
mengsel van één portlandcement met
drie rivierzand met bijvoeging van een
weinigje schelpkalk, 'maar dat uit een
deskundig onderzoek bovendien was
gebleken, dat het geblokte portland-
cementwerk schier overal bersten ver
toonde, losliet, niet aan den eisch van
goed werk beantwoordt en de aange
brachte pleisterlaag voor verreweg
het grootste gedeelte harer dikte be
staat uit een mengsel van kalk en
zand en alleen de opperlaag uit een
portlandeementmortel.
Deze meening werd ook gedeeld
door een voorzitter van een gunstig
bekend proefstation van bouwmateria
len hier te lande, aan wien een ge
deelte pleisterlaag verzegeld ter beoor-
deeling was gezonden.
Nadat over en weder conelusiën
zyn gewisseld waarbij een deskundig
onderzoek was gevraagd en ook aan
geboden, heeft de rechtbank vonnis
gewezen, waarbij o.a. is overwogen,
dat als vaststaande moet worden aan
gemerkt. dat de te gebruiken port
landspecie voor den gevel moet bestaan
uit een mengsel van één portlandce
ment met drie rivierzand en een weï-
niaje schelpkalkdat het geschil tus-
scnen partijen alzoo alleen betreft de
vraag of bet stucadoorwerk aan den
gevel al dan niet door eischeres in
voldoenden staat is opgeleverd
dat de eischeres ten bewijze barer
vordering slechts aanvoert, dat de ge
daagde zonder protest het werk zou
hebben aanvaard;
dat de stilzwijgende ingebruik
neming na de oplevering zeei
beslist oplevert een vermoeden, dat
inderdaad liet werk behoorlijk door
eischeres zou opgeleverd zijn, doch by
een werk als hetjonderhavige waarby
zich allicht later gebreken kunnen
voordoen, welke op het oogenblik der
oplevering nog niet bestonden of uiter
lijk zichtbaar waren, niet bewijst de
gecontesteerde deugdelijkheid van het
buitenwerk, zoodat de rechtbank in
deze oordeelt dat de grondslag der
vordering niet volledig is bewezen en
er grond aanwezig is om aan de
eischeres een suppletoiren eed op te
leggen.
"Op grond van die overwegingen
heeft de rechtbank aan eischeres op
gelegd te zweren den navolgenden eed
„lk zweer dat overeenkomstig liet
„bestek het pleisterwerk aan denge-
„vel deugdelijk is uitgevoerd en daar-
„bij is gebruik gemaakt van specie,
„gemaakt uit een mengsel van een
„portland cement met drie rivierzand
„met bijvoeging van een weinig schelp
kalk" met bepaling, dat die eed zal
moeten worden afgelegd ter terecht
zitting van de rechtbank alhier op 29
Juni a.s. voormiddags om kwartier
over 10 uur.
BINNENLAND
Uit de „Staats-Courant".
Kon. besluiten.
Voor het tydvak van 1 Juli 1897
tot en met 30 Juni 1898, zjin benoemd
tot Rijkslandbouwleeraar C. R. Brink
man te Oud-Gastol en tot Rijkstuin-
bouwleeraren J. P. M. Camman te
Wageningen en J. G. Hazeloop te
Rotterdam.
Aan den hoor mr. C. J. M. Wilde
is op zijn verzoek, eervol ontslag ver
leend uit zijne betrekking van ad
junct-commies by liet Departement
'van Financiën, cn is bij dat departe
ment benoemd tot adjunct-commies
mr. J. B. Kan jr., ambtenaar ter ge
meente-secretarie ie Rotterdam.
Aan den gegageerden militair van
het leger in Nederlandscli-Indië A.
Smet, thans sergeant-titulair, facteur,
bij bet Koninklijk Militaire Invaliden
huis op Bronteek is vergunning ver
leend tot het dragen van de Fransche
koloniale medaille met de gesp. „Al
geria".
Binnemlandsche Zaken. Met in
gang van 1 October 1897, op zijn
verzoek, eervol ontslag verleend aan
diJ. D. Doorman, als adsistent-, voor
de verloskundige polikliniek aan de
Rijks-universiteit te Leiden.
Atjeh.
«Blykens van den Gouverneur- Gene
raal van Nederlandscli-Indië ontvan
gen telegrapliischc berichten is, bij
een der onlangs in Atheh geleverde
gevechten gevaarlyk gewond de eerste-
luitcnant der infanterie L. Weber,
en zijn aan liunnc bij verschillende
ontmoetingen met den vijand aldaar
hekomen wonden overleden de fuse
liers: F. A. Schneider, no. 33666; G.
W. A. Raué, no. 41519; P. Groenen
dal, no. 40086, en J. Waker, no. 38655.
(St.-Ct.)
Begrafenis Van Panlmys.
De begrafenis van den heer Van
Panliuys" advocaat-generaal bij liet
Haagsche gerechtshof, wei d Maandag
door een talryke schare bijgewoond,
waaronder leden van het gerechtshof
en andere rechtscolleges, ook buiten
Den Haag, leden der parketten en
van de balie. Vele kransen en palm
takken dekten de baar. De vroegere
vice-president van den Raad van State,
de heer Van Panhuys, dankte namens
de familie.
P. P. L. Waldeck, f
De heer P. F. L. Waldeck is Maan
dag, na een ziekte van eenige weken,
te Loosduinen overleden.
Lid van de Provinciale Staten van
Zuid-Holland en van den gemeente
raad van Loosduinen, majoor-comman
dant bij de rustende sehuttery, was
zyne voornaamste functie toch secreta
ris-penningmeester der „Hollandsche
Maatschappij van Landbouw".
Geboren in bet Westland en als
jongeling reeds aan het bureau der
Maatschappij werkzaam, werd hij de
opvolger van den bekwamen Gevaerts
Deynoot, wiens voetstappen liij drukte.
Met volle kracht en ambitie heeft
hij zich aan de belangen der Maat
schappij gewyd, omdat hij in haar zag
een der steunpilaren van land- en
tuinbouw roor welke takken van be
drijf hij leefde en werkte.
Zyn krachtig initiatief heeft niet
alleen die niaatschappy doen vooruit-
■aan, maar tal van boeren en tuinders
iet begrip gegeven dat kennis en we
tenschap voor het welslagen dier vak
ken bepaald hoofdfactoren zyn. Met
onverflauwde kracht bestreed hij de
misbruiken, die in den handel van het
Westland met vreemde landen waren
ingeslopen, en niets was hem te veel
om den goeden naam van Nederland
hoog te houden of tc herstellen.
Voor de a.s. tentoonstelling te 's Gra-
venhage was hij ook reeds ijverig
werkzaam. Aan de stichting van bet
Nederlandsche tlundveestamboek heeft
hij een groot aandeel gehad en als
secretaris-penningmeester was hij nog
steeds werkzaam.
Een paar jaren geleden werd hij
door onze regeering aangewezen als
afgevaardigde" voor het tuinbouw
congres tc"St. Petersburg, terwyl znne
groote verdiensten reeds vroeger be
loond werden door de ridderorden van
den Nederlandschon Leeuw en van den
Eikenkroon.
Hy was ook officier in de orde van
landbouw verdienste van Frankrijk en
meerdere buitenlaudscho ordeteekenen.
In Waldeck verliest het land een
man van practijk en van kennis, die
groote diensten heeft bewezen aan de
ontwikkeling van onzen land- en tuin
bouw.
Onverdiende blaam.
In het Parijsche blad la France
van 19 Juni jl. beklagen de geëm
ployeerden van de Louvre, die opdc
Pinksterdagen Amsterdam bezochten,
zich over de behandeling der politic
te dezer stede. Zij vertellen dat de
hoofd-commissaris van politie hen aan
het Centraal-Station met een brigade
agenten ontving en verbood in grootere
groepen dan van tien personen te
ïoopcti; dat de toegang tot de Nes
hun verboden werd. Het stukje, ge
schreven onder het hoofd: Amster
dam \en élat de siège! besluit aldus:
„Nous engageons nos chers Parisiens
ii se rappel ér cette reception ets'ab-
stenir pour l'aveuir de se rendre dans
une vifle aussi peu hospitalière."
Wat is hiervan aan?
Een paar weken later kwam een
gezelschap Parijzenaars les Indêpen-
dentes de Lutèce Amsterdam be
zoeken.
Op verzoek van den heer Jacq,
Kok alhier, die de heeren te dezer
stede te recht hielp, heeft de hoofd
commissaris van politie hem doen ver
gezellen door agenten in politiek om
hen te vrijwaren tegen straatschen
derij. Eon inspecteur van politie, die
de Fransche taal goed machtig is,
begeleidde het gezelschap op den
tocht naar Marken. De Fransehen
waren dan ook zóó voldaan dat. zij
den hoofdcommissaris van politie
schriftelijk dank hebben betuigd voor
de hulp wij hebben dien brief ge
zien aan het hoofdbureau van politie
en nog een bedrag gaven voor
l.ot politiefonds. De president van
het gezelschap, de heer Morcau, be
tuigde aan het Centraalstation, toen
men naar Parijs terugkeerde, den
inspecteur van politie zyn dank en
een der commissarissen van politie
te Parys, de heer A. Pélataire, die
tot de rcisgenooten behoorde, kwam
den heer Franken persoonlijk be
danken.
En op gelijke wijze had men op
de Pinksterdagen het gézelschap
..Halte la" van de Louvre geholpen
De klacht is dus geheel ongegrond.
De Amsterdarasche politie verdient
dus lof, geen blaam. De France zal
weldoen thans van bet bovenstaande
kennis tc nemen; wij zullen het der
redactie vertaald in de Fransche taal
toezenden.
H.bld.
Valsche bankbiljetten.
In de afgeloopen week zijn in twee
winkels te Amsterdam bankbiljetten
van 25 gulden in betaling gegeven,
die gebleken zyn yalsch te zijn. Het
verschil met echte bankbiljetten is
duidelijk merkbaar aan het zwaardere,
grovere papier: het watermerk ont
breekt; ue nummers zijn grootcr dan
de letters van het merk en blijkbaar
met gewone stompels daarop aange
bracht: de teekoning is kleiner dan
van echte bankbiljetten, bovendien is
zij onzuiver en minder scherp afge
werkt; de kleur is donkerder en do
tinten ontbrekeude grootte komt
met die van gewone nankbiljetten
overeen.
De onbekende uitgever is iemand van
ruim 30-jarigen leeftijd middelmatige
lengte, gez. dik hoofd, donker uiter
lijk, donkere knevel, donker bruine
colbert, gestreepte pantalon, gele slip
das, (regate) zwarte hoed.
Hij spreekt Duitsch en gedeeltelijk
Hollandsch.
De commissaris van politie in de
le sectie (voormalige Sint Pietcrshal)
waarschuwt tegen de kwade praktij
ken van dezen en verzoekt een ïegelyk,
die in deze zaak inlichtingen zou
kunnen verstrekken, zich daartoe ten
zyuen burecle te willen vervoegen.
Twist.
In een herberg aan het Korte Ach
terom te 'sGravenbage ontstond Maan
dagmiddag een hoog loopende twist
tusschen ccnige bezoekers.
Een der vechtenden loste een revol
verschot, waardoor een glazenwas-
schcr, die mede in den twist gemengd
was, een bloedend schampschot aan
den bals bekwam. Ook de kastelein,
die tusscbenboiden wilde komen, werd
aan de hand dermate verwond, dat
hy aan het politie-cominissariaat moest
worden verbonden.
Drie vechtersbazen, onder wie ook
degene moet. zijn, die zich van de
revolver bediende, werden gearres
teerd.
De verwonde glazenwasscher was
wcggcloopen voordat de politie er by
was.
FEUILLETON.
IT.
4)
Tegen dit laatste liet zich dau ook niets zeggen. Erna
was pas veertien jaren oud, toen Benno. nadat hij zijn
eind-examen had afgelegd, de stad verliet om eerst in
Hamburg en Bremen, vervolgens in Londen en Am
sterdam in groote handelshuizen te gaau werken.
Nu hadden de Göldners vrij spel. De zaken werden
uitgebreid, grootere winsten gemaakt en dit spoorde hen
dan aan om steeds meer en meer te wagen.
Benno kwamen somtijds zaken ter oore, die hem deden
verbazen en vrees aanjoegenmaar hij nad geen recht
rekenschap te vragen. Het contract, dat zyn vader met.
zyn associé gesloten had gaf dezen, totdat Benno meer
derjarig zijn zou, het volle recht, de zaken der firma,
volgens zijn goedvinden te bestieren.
En, al ware dit contract er niet geweest, Benno had
by zyn bezoeken, die hij van tijd tot tijd bij zijn voogd
aflegde, geen tijd om zich met. de zaken te bemoeien,
want te druk had hij het met zijn vriendin Erna. Niet
voor hem was het spreekwoord van toepassing; „uit
het oog uit het hart," 't scheen, dat zijne liefde voor
Erna eer toe- dan afnam. In haar zag bij reeds zyn
kleine bruid, ja zijn vrouw, ofschoon hij liet niet waag
de baar nu reeds aldus aan te spreken. Hij twijfelde er
echter niet aan, dat zij het eens zouden worden, want ook
Erna hield nog evenveel van hem, en verheugde zich
steeds, wanneer'haar vriend voor eenige dagen by haar
aan buis vertoefde.
Erna was achttien jaren oud, toen Benno. die bij een
cavalerie-regiment in de residentie aan zijne militieplich
ten voldaan had, voor korten tijd naar M. kwam om
de noodige voorbereidingen te maken voor cene grooto
reis, die hij doen wilde, voor dat hij voor goed de be
trekking zijns vaders in don handel zou aanvaarden.
Hij wilde de voornaamste landen en steden van Europa
gaan zien om dan voor eenige maanden naar Amerika
te reizen.
Het oogenblik van scheiden opende Benno den mond
het afscheid deed ook Erna openhartig spreken.
Zij had haar speelmakker bemind, meer dan zij te
zeggen vermocht; zij wonschte steeds bij hem te zyn;
zy" kon zich een leven zonder Benno niet denkennu
by het afscheid nemen voelde zy dit alles eerst recht,
en onder heete tranen bekende zy het haren boezem-
Triend. Zy zwoeren dan ook elkaar trouw, maar vonden
het beter, dit nog voortaan als een zoet geheim te be
waren.
Benno echter meende, nu zij wederzijds de liefde
hadden verklaard, ook maar haar vader ronduit om
de hand zijner dochter tc moeten vragen. Erna echter
weerhield hem. Zij wist, dat de moeder niet voor
Benno was. 't Was haar niet ontgaan, dat hare moe
der heel iets anders met. haai- voor had, en wat zou
zij er niet onder lyden gedurende de afwezigheid van
Benno.
Gewoon, zich met alle kleine zorgen cn leed tot hem
te wenden, maakte zij hem dan ook met de bedoelin
gen en plannen harer moeder bekend in zooverre zij
deze vermoeddehij lachte erover evenals wanneer zij
om hulp met een Fransche thema verlegen naar hem
toe kwam, en dat hij dan in eenige oogenblikken voor
haar vertaalde. Hem kwam liet haast onmogelijk
voo, dat hem de hand van Erna zou geweigerd
worden.
„Uwe moeder mag een ander plan voor u hebben, zy
zoowel als uw vader, kunnen niet neen zeggen, wanneer
ik hen smeek, mij u als vrouw te gevon," sprak hij met.
vaste overtuiging.
„Niet kunnen?" vroeg Erna verwonderd.
„Neen. Do eenige spruit der Treuenfcld's en de
eenige dochter der familie Güldner, passen by elkaar.
Waart gy een jongon geweest, zoo bad er geen twijfel
bestaan of gij en" ik hadden de plaatsen onzer vaders
moeten waarnemen en de firma moeten voortzetten
daar nu echter de eenige stamhouders een meisje en
een jongen zyn, zoo is het natuurlijk dat dezen moeten
trouwen.
„Maar Benno," riep zy geraakt, „dal klinkt bijna
alsof gij mij alleen trouwen wilt, omdat ik een Güld
ner ben."
Hij trok haar nader tot zich toe en kuste haar op
het voorhoofd.
„Gij weet immers beter Erna," zei hy lachend„of
moet ik trouw zweren. Natuurlijk ziju de verhoudingen
zoo, dat men eerder aannemen zou, dat men ons tot
een huwelijk aansporen zou, dan ons hierin verhin
deren."
„O. Benno", zuchtte zy, „juist dat maakt mij onrustig;
waar alles seliynbaar zoo voorspoedig en wel gaat. daar
mengt zich de booze het eerst m het spel."
Hij streek haar over de wangen en hief dreigend den
vinger op. „Erna, ik geloof, terwyl ik weg was cn niet
op uw lectuur acht gaf, dat gij aan 'ticzen zijt gegaan van
romans en daaruit verkeerde inzichten verkregen
hebt. Neen, neen, hartje, wij hebben geen booze mach
ten te vreezen. Daar gij my bemint, bestaan er geen
gegronde redenen voor uwen vader, om mij uwe hand
te weigeren.
„Evenwel bestaat er ecne," antwoordde zij nadenkond.
„Welke?"
„Dat ik, dat wy beiden te jong zyn."
Benno zweeg en keek naar den grond, bet kind bad
gelijkeen eigenaardig gevoel maakte zich van hem
meester, daar iiij Erna verstandiger, ja met meer over
leg zag handelen dan hy.
„Daarom," sprak zy verder, „is 't beter, dat wij zwij
gen, geloof my Benno, 'tis beter zoo," herbaalde zy
dringend.