Tweede Editie. NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD. In het Krijgsgewoel. 15e Jaargang. Woensdag (I Augustus 1397, No 4328 HAARLEMS DAGBLAD A^BOisrTNrsxiviiEiNrTs^K.icrs Ytor Haarlem per 3 maandenf 1.29 Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der gemeente), per 3 maanden„1.30 Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden1.05 Afzonderlijke nummers0.05 Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden0.30 „de omstreken en franco per postQSfiife -AJD V J^JróTEIsTTIËN": Yan 1-5 regels 50 Cts.; iedere regel meer 10 Cts. Groote lettere naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat. Reclames 20 Cent per regel. Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze Agente* en door alle Boekhandelaren en Courantiers, Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Bureaux: Kleine Houtstraat 14, Haarlem. Telefoonnummer 122. Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOM. Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangere G. Li DAUBE Co. JOHN F. JONES, Succ.Parijs 31bis Faubourg Hontmartre. Met uitzondermgfjvan het Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentiën en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan het Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam. BÜITEN het Arrondissement Haarlem is de prijs der Advertentiën van 15 regels f 0,75, elke regel meer ƒ0,15; Reclames per regel f 0,30. Agenten voorgditgblad ingdef omtrek zijn: Bhemendaal, Sandpoorten SchotenP. v.,,d. RAADT, Sand po or tHeemstede, J. LEUVEN, bij tol; SpaarndamC. HARTENDORP; Zandvoort, J. ZWEMMER; Velsen, W. J. RUUTERBevertvijk, J. HOORNSIJmuiden, TJADEN, Genoemde Agenten nemen Abonnementen en Advertentiën aan. Politiek Overzicht. De moordaanslag door een anar chist gepleegd op den Spaanschen minister-president Canovas, geeft ver schillende bladen aanleiding de wen- schelijkheid te betoogen van het nemen van internationale maatregelen tegenover do voor de maatschappe lijke orde zoo gevaarlijke anarchisten, die tengevolge hunner waanzinnige begrippen omtrent maatschappelijke hervormingen zooveel onschuldig bloed doen vloeien en wat nog het ergst is juist bloed van hen, die hun staat nuttig zijn en diensten bewijzen. De Standard zou gaarne zien, dat er maatregelen werden genomen om met deze zonderlinge hervormers voor goed af te rekenenen wanneer het Ëuropeesche concert, na de Griek- sche zaken geregeld te hebben, het zoover kon brengen om tot een ge meenschappelijk optreden tegen de anarchisten te komen, zou net een groote weldaad bewezen hebben. "Van een dergelijke gedachte gaat ook de Figaro uit, en zij vindt groote instemming bij de KÖlnische Zeitung waar dit blad schrijft„Wij zouden de staatslieden der verschillende Euro- peesche mogendheden niet gaarne den raad willen geven, om nog langer de verantwoordelijkheid voor hun wer keloosheid op zich te nemen. Het gevaar is te groot, wanneer de misdadigers eerst hunne „Massen- morde" begaan, en de ministers, die werkelijk in het belang der maat schappij voor een strenge rechtsple ging zorgen, den dood kunnen wijden, >m morgen misschien, wanneer zij de naatschappij voldoenden angst meenen e hebben aangejaagd, wederom een noord als van Barcelona en Parijs te legaan". Dat de bezoeken van den duitschen ceizer en Felix Faure aanhetrussische iof zoo kort op elkaar volgen, moet niet lan een bloot toeval worden toege- ichreven.Dit zal wel een gevolg zijn van oorzichtig politiek beleid. Er schuilt enter een gevaar in en wel dit, dat aen in Duitschland en Frankrijk lücht .vergelijkingen gaat maken nsschen liet verschillend karakter an de ontvangst, die de staatshoof- en van Duitschland en Frankrijk ten eel valt. Dat er echter meer werk ou gemaakt worden van de ontvangst an Faure is niet meer dan natuur lik als men bedenkt dat diens reis en tegenbezoek is aan den czaar, riens ontvangst in Parijs het vorige aar zich ook door grooter luister enmerkte dan de ontvangst te Ber in- De berlijnsclie pers houdt zich on- idig met de toosten van de keizers an" Duitschland en Rusland te he ireken. Er wordt verschillend over eoordeeld. Het Berliner Tageblatt en de Natio- al Zeitung geven hun tevredenheid kennen; het eerste, in overeenstem ming met zijn aard. bizonder levendig, de tweede gematigder. Meer dan koel, ja zelfs wantrouwig zijn daarentegen de bladen die verspreid zijn onder de conservatieve lezers, zooals hot „Volk" en de „Staatsburger Zeitung." Bjjna afkeurend is de agrarische „Tageszeitung." De Staatsburger-Zeitung ergert zich eraan, dat ae Czaar, die heel goed Duitsch kent, een Franschen toost heeft gehouden, terwijl de duit- sche keizer aan 't slot Russisch sprak. Zij waarschuwt voor feestelijke over drevenheid en meent dat de taal van de Russische bladen voor de ontmoe ting van de Keizers hun ware ge voelens te kennen gaf. Het Volk zegt: „Al zyndeEngel- schen ook lastige mededingers voor de Dnitschers, wij hebben met de Engelsehen toch geen levensvraag stukken uit te vechten. Willen de Russchen en Franschen nu Duitsch land dwingen zicli vijandiger tegen over Engeland te plaatsen, dan moe ten wjj voorzichtig en op onze hoede zyn."- De „Deutsche Tageszeitung" vindt, dat er een scheeve verhouding is tus- schen de werkelijk afgemeten hoffe lijkheid van den Czaar en de hartelijke en vriendschappelijke geestdrift van den Keizer. Zy hoopt dat men in Rusland daaruit niet de gevolgtrek king zal maken, „dat wij Rusland meer noodig hebben, dan Rusland ons." BINNENLAND. Uit de „Staats-Courant". Kon. besluiten. De heer C. Penning, scheepsbouw kundig en werktuigkundig ingenieur is met ingaug van 1 September a. s., benoemd tot adspirant-ingenieur der marine. Aan den heer A. van Voornveld, Ieeraar in de wiskunde aan het Kon. Instituut voor de marine te Willems oord is op zijn verzoek, met 1 Sept. a.s., eervol ontslag uit zijne betrek king verleend. Benoemd tot Ieeraar in de wiskunde aan genoemd Instituut, de heer dr. J. C. van den Berg. Verleend een pensioen van f260 aan R. J. Roelts, ook genaamd J. Roelofs, laatstelijk boschwachter in het rentambt Steenbergen. Ministerie van Marine. De luit.-ter-zee der 2e kl. P. J. Bakker en de adelborst der 1ste kl. G. P. Baum, beiden behoorende tot de Koninklijke Nederlandsche marine reserve en dienende respectievelijk aan boord van?Hr. Ms. instructieschip „Gier" en monitor „Krokodil," wor den wegens het eindigen van hun oefeningstijd, van hunne plaatsing aan boord van gemelde bodems ont heven; eerstgenoemde met 1 Sept. en laatstgenoemde met 20 Aug. a.s. Atjeh. De correspondent te Batavia der N. B. Ct. seinde onder dagteekening van Maandag: Uit Segli komt bericht dat de vyand daar zicli kalm houdt. De le luitenant T. F. Eckenhausen is te Kotaradja aan dc cholera over leden. Een later telegram meldt: Gisteren is de troepenmacht van Segli naar de Pedir-vlakte terug- keerend beschoten uit de kampong Bambi. De troep wendde zich omen viel den vijand aan, aan wiens zijde negen dooden vielen. Wij hadden één doode en één gewonde, heiden he neden den rang van officier. De zaak-Hoogerlmis. Het Kamerlid mr. Troelstra is be gonnen een onderzoek in te stellen in de bekende zaak der gebrooders Hoogerhuis te Beetgum (Fr.), die, naar sommigen beweren, onschuldig zouden zyn veroordeeld wegens in braak te Britsum (Fr.) op 5 Decem ber 1895. In 't jongste nummer van 't Frie- sciie Volksblad verklaren J. S. Sin- nema, II. A. dc Jong en E. Ringia, zonder eenig voorbehoud, dat niet de drie gebr. Hoogerhuis,1 maar A. Dyk- stra, P. van Dijk en S. Alberda de daders zyn. In de brieven, die de moeder der Hoogerhuisen van hare zoons uit de gevangenis ontvangt, houden zij steeds pertinent hunne on schuld vol. Uit Amsterdam. Onder den rook van 's rijks hoofd stad, in de kleine, landelijke gemeente Watergraafsmeer, ligt rechts van den z.g. Midden- of Diemerweg een uit gestrekt landgoed, dat den naam „Frankendaal" draagt; 'n naam die lang niet elke Amsterdammer zal kennenwanneer ge hem echter spreekt van „Linnaeus" of „Tuin bouwschool Amsterdam", zal hij U dadelijk weten te zeggen, dat deze in „De Meer" te vinden is. „De Meer" is voor den Amsterdammer, wat „de Hout" voor den Haarlemmer en „'t Bosch" roor den Hagenaar is, d.i. de plaats waar hy z'n Zondagnamid- dagwandelingetje maakt, een"waude- ling, die „Rosendaal" of Diemerbrug gewoonlijk tot einddoel heeft, „De Meer" is mooi, zeggen de ken ners en ze is mooi; links weilanden en koeien, rechts koeien en weilanden en een laan, een lange, lange laan, die een nog langere laan kruist, wes halve deze „kruislaan" wordt genoemd en die gij, terugkeerende, weder moet passeeren, tenzij gij er de voorkeur aan geeft bngs een smallen weg in de barre zon met een uitzicht op niets dau^ weilanden en koeien naar de hoofdstad terug te keerenlangs den middenweg vindt ge dan ten minste nog wat schaduw. Op de „tuinbouwschool Amster dam" of beter op het landgoed, dat vroeger zoo heette, wordt door twee derzake zeer kundigen, geassisteerd door met het vak bekende werklie den, aan jongelieden onderricht ge geven in het tuinbouwvak en het is aan te nemen, dat er onder onze lezers zullen zijn, die door hun beroep als anderszins in deze onderneming be lang zullen stellen in; de „bloemenstad" of m hare omstreken zal zeker menig kweeker te vinden zyn die van nabij met „Linnaeus" of zijn bekwame* directeur bekend is of zelf er zijne opleiding zal hebben genoten en het zal hem zeker belang inboezemen omtrent het incident, dat daar thans is voor gevallen eenige bijzonderheden te vernemen, terwyl het bovendien noo dig is, dat eene brutaliteit, als thans door 'n oud-leerling gepleegd is gesignaleerd worde, al zou het al leen maar zijn om hen, die hun kin deren of pupillen in het tuinbouwvak willen doen opleiden, niet afkeerig te maken van het inderdaad vracht- bare systeem van onderricht, dat men daar volgt. De eindexamens waren afgeloopen en aan hen, die doorslaande proeven van bekwaamheid hadden afgelegd werd hot einddiploma uitgereikt, een diploma, dat een grooten steun is voor den jongeman, die na volbrach ten leertyd eene positie in het tuin bouwvak wil innemen, hetzy als tuin architect, als kweeker of in de Indi sche culturesmenig kweeker, me nige Indische onderneming eischt bet diploma, waarin de tegenwoordige directeur van „Linnaeus" verklaart, dat de houder in zijn vak bekwaam is en zy aanvaarden die verklaring, omdat zij weten, dat die directeur een der meest bekende tuinbouw- specialiteiteu is, wiens naam in des kundige kringen een zeer goeden klank heeft en wiens adviezen door honderden in het vak als orakelen worden beschouwd. Wie is de kweeker, die niet weet, wien ik hiermede op 't oog heb Welke deskundige kent niet den man, die op onze stedclyke kweekery den toekomstigen collega's theoretisch onderwijst, bygestaan voor het prac- tische gedeelte door den directeur van dc afdeeling gemeentelijke plant soenen Welk lid van de „Maatsehappy voor Tuinbouw en Plantkunde" heeft hem niet wel eens op heldere, dui delijke wijze alle mogelijke onder werpen op land- en tuinbouwgebied hooien behandelen in éen der 450 spreekbeurten, die hy voor deze Maatschappij vervulde? Wie kent niet den bekenden kwee ker, die 36 jaren lang te Noordwyk gevestigd was? Onder de leerlingen, die na hot examen de school verlieten, was er één, die de lessen slecht volgde, bij onderwijzers en mede-leerliugcn om verschillende, hier niets ter zake doende redenen niet „getapt" was en dan ook zonder diploma naar huis toog. Hy was in een stemming, die zeer begrypelijk is en die het dus overbodig is te beschrijven; inplaatsl van echter als vlijtig leerling voor het volgend examen wat barder te gaan werken schreef het 22-jarig jóng- mensch een ingezonden stuk, of beter een in te zenden stukEen stuk me neer, dat lang niet malscli was en dat eindigde met terecht te komen in oen hier verschijnend volksblad, waarvan de meeste lezers niet geacht kunnen worden er bizonder veel belang in te stellen. Of het stuk, waarin een af gewezen leerling het onderwijs be spot, dat hij niet vermocht te volgen, soms eerst by andere rcdactieën is geweest is een open vraag, waarop ik het antwoord slechts in gedachte geef en zeker niet zal neerschreven. Het vermakelijke van het geval is echter, dat het broekje, in zijn woede en wanhoop over het gemis van liet gewenschte diploma, waarvoor hy pl.in. 1 jaar bij een particulier kweeker doorbracht en daarna den tweejari gen cursus der tuinbouwschool volgde, zich verdienstelijk tracht te maken als adviseur van ouders en voogden, die linnne telgen of de aan hunne zorgen toevertrouwde jongelieden naar „Linnaeus" denken te zenden. Hy raadt hun dezen stap af omdat hij wegens onvoldoende vorderingen werd afgewezen, maar. myn jongen, er zijn er toch zoovelen geslaagd en het einddiploma van „Linnaeus" is heusch een papiertje, dat je te pas kan ko men En de directeuren, die getracht hebben je nog eenige wijsheid „in te pompen" moet je, nu je jeugdige hersentjes voor die behandeling niet vatbaar bleken, niet gaan uitschelden. Je ex-collega's, die wel geslaagd zyn, hebben in ingezonden stukken hot technische gedeelte van je beschul digingen reeds weerlegdvan die moeite werd ik dus ontheven. Aan vaard dan nu vau my den goeden en welgemeenden raad, dat je nooit den vos moet navolgen, die de druiven te zuur vond en erlang de verzekering, dat de leermeesters, die je hebt be spot, van oordeel zyn, dat men door eene equipage nooit wordt omverge reden; van welk voertuig men dit wel te wachten heeft, zult ge ook wel weten B. Een luchtreis. De luchtreiziger Léon Mary steeg Zondagmiddag trots den nevigen regen, welke den gebeelen dag aan hield en onder een flinke bui ten aan- schouwe van een groote menigte met den ballon „Majmole" op van een terrein naast den Dierentuin te 's Gra- venliage. Zijn zoontje maakte de reis mede. Het luchtschip dreef naar zee, waarvan do reizigers slechts enkele meters verwijderd waren, toen een regenwolk, die den ballon al spoedig aan het oog onttrok, den aeronaut terug dreef naar de richting van Was senaar. Op 10 miuuten afstands van deze gemeente, kwamen de luchtrei zigers kort na de opstijging behou den neer op een weilandbehoorende tot domeingoederen van H. K. H. de prinses van Wied. Oogstverwachtingen. De verwachtingen van den oogst in de provincie Noord-Holland zijn dit jaar bijzonder gunstig te noemen; verreweg de meesto ingekomen be richten ademen een zeer tevreden geest. Vooral wordt alom zoowel de quali- teitals de quantiteit van het hoot, dat hij droog weder is binnen gekomen, geprezen. De afwisselende regen en wind in liet voorjaar hebben niet al leen gunstig gewerkt op de hooilau- den, maai- ook in de weilanden wordt door het vee een overvloedig voedsel gevonden. Omtrent de aardappelen kwamen ook van schier alle zijden de beste berichten in, zoowel wat de vroegere soorten als wat de late betreft Van de gevreesde ziekte bleef men dit jaar geheel verschoond. De granen beloven in de meeste gemeenten een goeden oogst daar zy den noodigen regen en dé noodige warmte hebben gehad om zich goed te kannen ontwikkelen. Door stor men hebben deze gewassen echter hier en daar nogal tc lijden gehad. Minder gunstig, luidden de berich ten omtrent erwten en karweieaad. Op zeer vele plaatsen zal de opbrengst daarvan benedenhet. middelmatige blijven, daar die gewassen tijdens den bloei zeer veel van de rupsen te lijden hadden. Ook het mosterdzaad zai in verscheidene gemeenten door de zelfde oorzaak een minder ruim be schot opleveren. De vruchtenoogsi zal over het al gemeen schraler zijn dan het zich in den aanvang van den zomer door buitengewonen bloei deed aanzien. Op sommige plaatsen wordt intusschen een goede opbrengst te gemoet ge zien. Dc oogst der bolgewassen, cn voor namelijk die der hyacinten en tulpen, laat te wenschen over, en wordt door de gemeentebesturen slechts als zeer middelmatig beschouwd. Van slechte ééne der gemeenten, waarin de voor de provincie Noord-Holland zoo ba- langrijke bollenteelt voornamelijk aan getroffen wordt, kwam dienaangaande een meer gunstig bericht. Ten slotte zij nog opgemerkt, dat in den laatsten tijd sterk naar regen wordt verlangd. Willen de bovenge schetste goede verwachtingen, ook wat de latere gewassen betreft, tot verwezenlijking komen, dan zal overal, maar vooral in de liooger gelegen landen en in de duinstreek, regenval noodzakelijk zijn. (St.-Ct.) Op den grond gevaren. Uit Hellevoetsluis wordt gemeld, dat gisteren op den Ooster aan den grond is gevaren de Engelsche drie- mastechoener Helena Anna, van Par naar Dordrecht, beladen met China- klei. Zondagnacht is het scliip te Brouwershaven op de reede gebracht door de Brouwershavensche Berging maatschappij met behulp van de sleep boot Botterdam. Drie reddingbooten waren ook aanwezig om zoo noodig hulp te verleenen. Het schip is diciü FiEIU HL LE TON. door G. ELSTER. I Jeanne ging naar de kamer harer moeder, waar zy )k haar vader dacht aan te treffen. Maar deze had it huis verlatenniemand wist waarheen hy gegaan as. Na verloop van een uur keerde hij terug. De leeuw in zyn baard en haar, die ook styf bevroren pren, zijn natte kleerenen laarzen bewezen voldoende, lt hy een verren weg moest hebben afgelegd. Op zijn ilaat zetelde een diepe ernst; zijn geheele wezen onde een groote onrast, die hij tevergeefs trachtte te pergen. „Waar bent u geweest, vader?" vroeg Jeanne in oote spanning. „Ginds in het bosch ,Ja, mijn kind." ,Hebt u de onzen gezien?" 9 ■Stel je gerust, Jeanne, en ook jy, Henriette, wind niet te zeer op. De soldaten, die wy gezien hebben, waren maar afzonderlijke patrouilles. De hoofdmacht van generaal Cremer is nog ver verwijderd. In de eer ste Jngen zal het hier in elk geval nog niet tot een botsing komen." Hij zeide dat alles op heftigen toon. Jeanne zag het aan hem, dat hij niet de volle waarheid zei om haar ou haar moeder geen angst aan te jagen. Zij wilde zich met verdere vragen tot hem wenden, toen een bediende binnentrad en meldde, dat liet souper opge diend was. De heer De Parmentier bood zyn vrouw den arm en voerde haar in de eetzaal. Jeanne volgde met gebogen hoofd en kloppend hart. Onder het eten kon zy geen verdere vragen doende rentmeester en diens secre taris, de huishoudster en de gezelschapsjuffrouw harer moeder namen aan het souper deel, en in tegenwoor digheid van dezen allen mocht Jeanne niet over haar vrees spreken. Tegen het einde van het souper, dat tamelijk stil voorbij ging, verzocht de heer Parmentier de aanwe zigen om hem eenige oogenblikken gehoor te ver leenen. Ook de beide bedienden en de keukenmeid liet hy komen. „Ik wilde er u opmerkzaam op maken," zeide hij op ernstigen toon, „dat misschien reeds in de eerste dagen in of bij Chatillon gevechten zullen plaats grijpen tus- schen Duitschers en ons Zuiderleger, waarvan reeds afzonderlijke benden zich in onze nabijheid hebben laten zien. Ik waarschuw u om geen onvoorzichtigheid te begaan, doordat gij misschien denkt, dat gjj de on zen in de hand moet werken. Ik weet, dat m Chatil lon eenige onvoorzichtigen zich hebben laten vinden om tegen de Duitschers samen te zweren. De vreedzame burger moet zich niet onnoodig in een oorlog mengen. Wie zich krachtig en bekwaam genoeg gevoelt om zyn vaderland te verdedigen, zyn plaats is in het leger. Indien de vreedzame burger een stillen stryd wil begin nen tegen het leger van den vyand, dan zouden do jam meren van den oorlog niet te overzien zyn. Weest dus voorzichtig en verstandig, geeft de Duitschers niet het recht wraak op u uit te oefenen, zooals velen onzer landgouooten hebben gedaan, die den vijand uit een hinderlaag meenden te mogen bestrijden. Wat er ook gebouren moge, houdt u rustig thuis. Komt het hier tot een stryd, dan ondersteunen wy het best onze broe ders, door de zieken en gewonden te verplegen. Zoo zullen wy onze plicht tegeuover het vaderland ver vullen. En gaat nu aan uw werk. U, meneer," zeide hy tot den rentmeester, „zorg er voor, dat niemand van do knechts en de arbeiders naar de stad gaat." In de huiskamer teruggekeerd, sloeg Jeanne de ar men om baars vaders hals. „Zeg my alles, vader," vroeg zy zacht. „U weet meer, dan u ons vertelt." „Ik weet alleen, Jeanne, dat wy een moeielyken tjjd tegemoet gaan," zeide hji op een toon vol vriendelijke ernst. „Jelui moet mij hedenavond verontschuldigen, als ik my terugtrek in mijn kamer. Ik heb nog eenige brieven te schryven en wat te werken. Jy en mama moeten vroeg naar bod gaanwie weet wat de komen de dagen brengen en of wy dan wel tyd vinden om te rusten." Hy koste Jeanne teeder op het voorhoofd, knikte zyn vrouw vriendelijk toe en verwijderde zich. Ook de dames trokken zich spoedig terug in haar kamer. Jeanne beproefde te slapen. Zoo lag zy dan wakend, met wijdgeopende oogon op haar legerstede en staarde in de duisternis, met bonzend hart luisterend naar de stilte van den nacht. Op den duur werden die duisternis cn die stilte haar ouverdragelyk. Zij stond op, stak licht aan en hulde zich in een warmen mantel. Toen trad zy naar het venster en keek in den nacht uit. Zy kon evenwel niets zien; als een donkeren zwarten muur stond die duisternis voor haar oogen. Eensklaps zag zy in de duisternis een snel verdwij nende, lichtende vonk. Daar bemerkte zy plotseling een patrouille Duitsche soldaten. Tusschen de beide voorsten liep een boer, waarschynlyk een gevangen spion. Slechts een oogenblik zag zij de troep toen was alles in de duisternis verdwenen. Tegelijk hoorde zy een zeer zwak ken knal. Jeanne beefde. Zij kende reeds bij ondervinding dit bliksemsnelle licht, dien scherpen, korten knaL Er was een schot gevallen in het woud daar ginds. Vlug open de zy het venstor. Weer bliksemde er een licht nog weer en nog weer eu toen hoorde men, kort op elkaar, geweerschoten knallen. Verder vernam men een rumoer als van vele stemmen, een lang gerekt gedrenn, alsof groote massa's werden voortbewogen. Een zacht gekletter, een dof stampen op den besneeuwden grond.... daarna hoorde men duidelyk Fransche commando's. Steeds opnieuw knetterde het geweervuur, zag men de korte vonken schitteren, en luider en luider werd het rumoer van een gevecht, dat langzamerhand zich ont wikkelde.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1897 | | pagina 1