Tweede Editie.
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
In het Krijgsgewoel.
15e laargang.
Vrijdar 20 Augustus 1397.
No 4336
HAARLEM'S DAGBLAD
Voor Haarlem per 3 maandenf liffij
Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom dei-
gemeente), per 3 maanden„1.30
Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden1.65
Afzonderlijke nummers0.05
Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden0.30
de omstreken en franco per postO.SPU
A T^^Tnr?,'T'l^T<rnnT KTNT
Van 1—5 regels 50 Cfcs.; iedere regel meer 10 Cts. Groote letters naar plaatsruimte.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Reclames 20 Cent per regel.
Abonnementen en Ad verten tien worden aangenomen door onze Agenten
en door alle Boekhandelaren en Courantiers.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Bureaux: Kleine Houtstraat 14, Haarlem. Telefoonnummer 122.
Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOM.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Püblkité Etrangère G. L. DAUBE éc Co. JOHN F. JONES, Succ., Parijs 31bis Faubourg Montmartre.
Met uitzondering^van hetjArrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentiën en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan het
Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam.
BUITEN het Arrondissement Haarlem is de prijs der Advertentiën van 15 regels f0,75, elke regel meer ƒ0,15; Reclames per regel r'O.oO.
Agenten voor dit blad in den omtrek zijn: Bloem cndaalSandpoort en Schoten, P. v. d. RAADT, Sandpoort; Heemstede, J. LEUVEN, bij tol; SpaamdamC. HARTENDORP; Zandvoort, J. ZWEMMER;
Vehen, W. J. RUTJTERBeverwijkJ. HOORNSIJmuiden, TJADÉN, Genoemde Agenten neme*- Abonnementen en Advertentiën aan.
Qfficieele Berichten.
De Burgemeester van Haarlem, f
brengt by deze ter kennis van de in- j
gezetenen dezer Gemeente, dat heti
op den 14en Aug. j.l. executoir ver- j
klaard voljaars kohier afd. I no. 1
op de Personeele Belasting dezer Ge- j
ineente. dienst 1897/98,; op heden aan:
den ontvanger der directe belastingen j
is ter hand gesteld.
Wordende "de ingezetenen tevens
herinnerd, dal de belastingschuldigen
verplicht zijn hunnen aanslag op den
bij de wet bepaalden voet te voldoen.
Haarlem, 18 Ang. 1897.
De Burgemeester van Haarlem,
brengt bij deze ter kennis van de in
gezetenen dezer Gemeente, dat de
op den 16en Aug. j.l. executoir ver
klaarde voljaars kohieren afd. I en
II no. 2 en 4 op de Bedryfs Belas
ting dezer Gemeente, dienst 1897/98,
op lieden aan den optyanger der
directe belastingen zijn'tér hand ge-
steld.
Wordende de ingezetenen tevens
herinnerd, dat de belastingschuldigen
verplicht zyn hunnen aanslag op den
bij de wet bepaalden voet te voldoen.
De Burgemeester van Haarlem,
brengt bij deze ter kennis van deiu-
gezetenen dezer Gemeente, dat het
bp den lben Aug. j.l. executoir ver
klaard voljaars kohier no. 8 op de
Personeele Belasting dezer Gemeente,
dienst 1897, op heden aan den ont
vanger der directe belastingen is ter
hand gesteld.
Wordende de ingezetenen tevens
herinnerd, dat de belastingschuldigen
verplicht zijn humien aanslag op den
bij de wet bepaalden voet te voldoen.
M. O. DE KANTER,
Waam. Bur gem.
Z
NABETRACHTING
uit den
GEMEENTERAAD.
CXIV.
Éénmaal in 'tjaar wordt de zitting
van den gemeenteraad gepresideerd
door den oudsten wethouder, wanneer
namelyk de burgemeester met zomer-
verlof uit de stad is. Dat was ook
Woensdag het geval. Met de over
groot# bescheidenheid, die den heer
De Kanter kenmerkt, riep hij bij den
aanvang der vergadering de clementie,
ik bedoel de welwillendheid van den
Raad in, voor 't geval, dat hij zich
mocht vergissen. En de leden van den
Raad glimlachten eens, als wilden ze
zeggen„kom. kom, oude heer, hou
je maar zoo niet, je bent mans ge
noeg
De vergadering verliep dan ook
heel geregeld en kalm. Ik heb er well
eons andere bijgewoond, wanneer de
burgemeester als leider vervangen
werd. 'tKon soms een echtePoolsche
landdag wezen, waarbij de Raad den
indruk maakt van een klas, die bij
afwezigheid van den bovenmeester,
tegenover den ondermeester eens toont
wat ze wel durft
Weliswaar bestond de menu van
deze zitting vrijwel uit gesneden
koek. Daar was bijvoorbeeld het
subsidie aan de kookschool. In be
ginsel had de Raad in de vorige ver
gadering daartoe al besloten wat
kon hij nn anders doen dan dat be
sluit bekrachtigen? Met een aan
doenlijke meerderheid geschiedde dit
dan ook. Alleen de heer Winkler
had den moed om tegen te stemmen,
een daad van courage voorzeker als
men bedenkt, dat wederom twee van
de bestuurderessen der inrichting de
vergadering bijwoonden. DezeD keer
evenwel wachtten de dames om in
de zaal te komen totdat liet punt aan
de orde was. Blijkbaar hebben zy
zich dus den vorigen koer met het
aanhooren van de behandeling der
geheele agenda niet al te best ge
amuseerd. Hoe is het mogelijk!
Bij het voorstel tot onbewoonbaar
verklaring van cenige huisjes trok de
heer Schürmann zyn zwaard voor den
dag en ging daarmee het dagelijkseb
Bestuur te lyf.
„Dat, kwam," zoo betoogde hy, „niet
te pas, om een huisje onbewoonbaar
te verklaren, naam en toenaam van
den eigenaar te noemen en dezen
zelf niet eens over de quaestïe te
hooren. En met een glimlach ge
waagde. liet Raadslid nog van de
„aandoenlijke" artikelen, "die hier
over in de kranten hadden gestaan.
Nu wanneer de opmerkingen in dit
blad ver slechte woningen gemaakt
den heer Schürmann zelfs hebben
„aangedaan," dan moet de schrijver
van die opmerkingen wel de juiste
snaar heboen getroffen, want aan
overmaat van aandoenlijkheid lijdt
de heer Schiirmaun eenmaal niet.
Overigens gaan zijn zwaard en
mijn pen samen, wanneer bij er het
Gemeentebestuur een verwijt van
maakt, dat het de eigenaars van het
huisje in de Hondesteeg niet heeft
gehoord. Al vorderde 3e wet het
niet, zooals de lieer de Breuk zeide,
de billijkheid schreef het voor. En
waar het Dagelyksch Bestuur, leu
nende uit de ramen van het Stadhuis,
den eigenaar van het perceeltje in
quaestie nauwelijks zonder stemver
heffing tot oen onderhoud kon uit-
noodigen, daar kan men zich ook niet
excuseer- n met de opmerking, dat
het moeilijk was, dezen eigenaar te
hereiken. Intusschen doet de aard
van de discussie verwachten, dat de
opmerkingen van den heer Schür
mann in de toekomst wel vruchten
dragen zullen.
Aan het eind van de vergadering
wees dc heer Winkler op den toe
stand van de groentemarkt, die op
de Turfmarkt gevestigd is. Teder, die
daar op marktdagen langs komt, weet
dat alles is saamgedrongen in een
hoek en dat het grootste gedeelte van
de beschikbare ruimte, vooral achter
de boomen aan den waterkant, onge
bruikt blijft. De passage van voet
gangers en wagens is er dan ook
vrijwel belemmerd.
Do heer De Kanter beloofde dit
te onderzoeken, maar wilde zich (zeer
wijselijk) niet wagen aan den twee
den wenseh van den heer Winkler,
om de politiepost in het Leidsche-
kwartier over te plaatsen naar het
Leidscheplein. „Dank je wel," was
de strekking van des heerendcKan-
ters betoog, „aan zulke ingrijpende
voorstellen waag ik, die voor een
blauwen Maandag hoofd der politie
ben, me niet."
Toch zal het er wel van moeten
komen, want de politiepost staat nu
midden in 't Leidschekwarlier, waar
niemand haar zien of vinden kan
in elk geval veel te ver van 't Leid
scheplein, waar zeker een paar agenten
noodig zullen wezen, zoodra eerst
daags de nieuwe school in gebruik
genomen en dagelijks het plein met
duizend a twaalfhonderd kinderen
bevolkt wordt.
STADSNIEUWS*
eerste en derde pagina.
Haarlem, 19 Aug. 1897.
De gezant der Ve-eenigde Staten
by ons Hof, de beer Stanford Newel,
bezocht Woensdag onze stad.
De le-luit. G. W. Fris, thans 1 eer
aar bij de militaire school alhier,
wordt 15 September overgeplaatst by
de Kon. Miiit. Academie tc Breda,
ter vervanging van kapt. A. Buvten-
dijk, die op verzoek eervol van'zijne
betrekking als leeraar wordt ont
heven.
Uitgaande van den stelregel, dat
men voor het in den handel brengen
van gelegenheidsartikelen zelden ie
vroeg kan zijn, heeft de heer B. J.
Kerkhoff (magazijn „Kindervriend")
nu reeds beschikbaar herinaerings-
j medailles ter gelegenheid van "de
kroning van Koningin Wilhelminain
1898.
De eene zijde bevat de beeltenis
van Hare Majesteit en de keerzijde
de woorden „Ter herinnering aan de
j kroning van Koningin Wühelmina
i 1880—1898. De stempels zijn zeer
duidelijk afgedrukt en als men nagaat
dat de prijs is 10 cents voor de groote,
7 Va cent voor de kleine medailles,
dan moeten wij daarbij de goede af-
j werking loven.
Weldadigheid naar Vermogen
Afdeeling Werkverschaffing
I Van 1 Nov. tot 19 Aug. hebben
j zich de volgende personen aangemeld
52 voor werkvrouw. 4 voor strijk
ster. 6 voor waschvrouw. 1 voor stoe-
lenmatter. 5 voor kookster. 7 voor
naaister. 2 voor breister. 1 voor koet
sier. 43 voor los werkman. 19 voor
loopwerk. 2 voor kleedermaker
J voor stucadoor. 1 voor licht werk. 41
Voor timmerman. 1 voor opperman. 7
vooor grondwerker. 6 voor metselaar.
2 voor" machinist. 2 voor bankwerker.
1 voor koffiehnisbediende. 3 voor
schilder. 1 voor schoenmaker. 2 voor
huishoudster. 3 voor smid. Ivoor op
passer. 1 voor broodbakker. I voor
baker. 5 voor pakhuisknecht. 3 voor
noodhulp. 1 voor bleekersknecht. l
voor steendrukker. 2 voor koetsier. 1
voor tuinman.
Bij de aanmelding moet een getuig
schrift van goed gedrag overgelegd
worden.
Van 1 Nov. tot 19 Aug. zijn de vol
gende personen geplaatst:
40 voor werkvrouw. 3 voor naaister.
2 voor noodhulp. 4 voor waschvrouw.
2 voor kookster. 1 voor strijkster. 1
voor baker, l voor kleedermaker. 5
voor loopknecht.
Particulieren en werkgevers, die
van bovenstaande aanbiedingen ge
bruik wenschen te makenwordt
beleefd verzocht hunne aanvragen
schriftelijk tot het Bestuur te richten,
bus Doelen of Stadhuis.
Inlichtingen kunnen dagelijks van
9—1 en van -3—5 uur verkregen
worden bij den Administrateur, bureau
Doelen, Kamer No 2.
BINNENLAND.
Uit de „Staats-Courant".
Kon. besluiten.
Benoemd tot dijkgraaf van het wa
terschap VervQornepolder, P. Bagger
man Jr.; tot heemraden in het bestuur
vnn het waterschap de hooge Maas
dijk van Stad en Lande van Heusden.
vereenigd met den Oudheusdenselien,
Doeverenschea en Drongelenschen
Zeedijk, C. B. Vos Tz. J. Duyseren
A. van den Tillaarttot heemraden
in het waterschap van Escliaren en
Gassel, J. F. Schamp en F. J. Cruy-
sen tot bestuurslid van den polder
Van der EïgeD. jhr. mr. P. L. van
Meeuwentot dijkgraaf van don pol
der Jacoba, A. Verbuisttot plaats
vervangend dijkgraaf voor den Phi-
lippinapolder, L. C. Cornellstot dijk
graaf van Let waterschap Masten
broek, provincie Overysel, L. Stoel.
Benoemd tot notaris binnen het
arrondissement "s-Gravenhage, ter
standplaats de gemeente Naaldwijk,
W. Lagerwey, candidaat-notaris al-
Atjeli.
Blijkens van den gouverneur-gene
raal van Nederlandsch-Indië ontvan
gen telegraphische berichten zyn by
dc onlangs in Atjeh geleverde ge
vechten gesneuveld: de fuselier J.v.
d. Weyden uo. 37760; gevaarlijk ge
wond:'de fuseliers J. Nicborg no.
42754 en H. L. Gallier no. 30794.
Voorts is aan zijne in Atjeh beko
men wonden overledende fuselier
G. Doop no. 42746, terwijl aldaar, ten
gevolge van zonnesteek is overleden:
de eerste-luitenant J. F. A. Schadée.
Op vrije voeten.
Woensdag is de bekende De Jong,
wiens vrouw en geliefde op zoo on
naspeurbare wijze verdwenen, na drie
jaren in de gevangenis te hebben
doorgebracht wegens oplichting, te
Amsterdam op vrije voeten gesteld.
Met een rating liet hij zich naar
den griffier der "rechtbank brengen,
om zijn goederen te halen. Hij is in
zyn straftijd gezetter geworden en
heeft knevel en baard laten staan.
Hij heeft een goede uitgangskas en
het was niet te verwonderen, dat hjj
opgewekt keek. Hij was gekleed in
een oude, grijze demi-saison en een
blauwe pantalon, terwyl hij een sport
petje op liet hoofd droeg. Eer de dag
ten einde is zal hij zich wel een beter
toilet hebben aangeschaft.
Met een grapje tot den concierge
stapte hij, van de griffie komende,
weer in zijn rijtuig en reed weg.
(Tel.)
Cholera.
In de gemeentelijke cholerabarak
te 's Gravenhage is Woensdagochtend
overleden een bewoner der Saksen-
Weimarlaan, die op last van een ge
neesheer Dinsdag naar die inrichting
onder eholera-verschijnselen was over
gebracht.
De Czaar Peter-feesten te
Zaandam.
De regen, die Woensdagmorgen tot
het middaguur neerviel, is niet alleen
te Dordrecht, dat dc Koninginnen
dien dag binnen hare muren ontving,
verweuscht maar ook te Zaandam, dat
dien dag ook een hoogen gast, een
Czaar maar een pseudo-Czaar zou
verwelkomen. De regen bedierf in
den morgen voel, vooral omdat het
eerste gedeelte der feestelijkheden
moest worden afgespeeld in de open
lucht.
Omstreeks half negen vertrok uit
Amsterdam eene stoomboot, om de
daar wonende leden der Zaamandsche
Zeilvereeniging naar Zaandam te
brengen. Voorbij de jachthaven der
vereeniging het IJ stoomendef kon
men het in de zeilwereld welbekende
spiegel jacht van den lieer Koster ge
waar worden, waarmede Peter den
tocht naar de Zaan zou doëU. Het
jacht had de vlag van den Czaar in
top, geel met een zwarten adelaar.
Te" Zaandam nam de stoomboot
een aantal heeren en dames op, om
daarna den Czaar en zijn gevolg hal
verwege tegemoet te varen en verder
te begeleiden.
Men weet reeds, dat Peter de
Groote werd voorgesteld als zijn
tweede bezoek aan Zaandam bren
gend met een klein gevolgprins Bo
ris Kourakin, graaf Gabriel Gelof-
kin, graaf Alexander Menzikoff, prins
Bogration en den Zaanschen koopman
Nicolaas van der Hulst, deelgenoot
in het handelshuis Lupo te Archan
gel en zyner Keizerlijke Majesteit
dienende tot tolk.
Om half tien zou de Czaar van de
jachthaven vertrekken.
Een half uur later alzoo stond het
publiek weggedoken onder druipende
parapluien op den aanlegsteiger uit
te kijken, te turen naar het Ywaar
van het verschiet als afgesloten was
door een dikken, grazen nevel. Het
werd toen a! bekend, dat Peter we
gens den stortregen niet aan den
steiger, maar ten stadhuize zou ont
vangen worden.
De burgemeester, mr. IIJ. C. van
Tienen begreep, dat ky zyn Czjar-
sche Majesteit niet aan koude en on
gemak mocht blootstellen by eene
toespraak op den steiger.
Omstreeks half twaalf kwam het
spicgeljacht, door een sleepboot ge
trokken, in het zicht. Uit Amsterdam
waren een tiental pleizierjachten van
verschillende vereenigingen medege-
komen, bij welke zich in de Voor-
zaan nog ue gepavoiseerde vaartuigen
voegden der leden van dc Zaanland-
sche zeilvereeniging. Ware het weder
gunstiger geweest, zoo zon deze
intocht te water stellig een kleurig
on levendig tafereel hebben opgele
verd. De persónagiön waren met zorg
gekleed en gepruikt. Mon had voor
ilea persoon van Peter ccn kloek en
breedgeschouderd man wotcn te vin
don (de heer M. Grootes Jr.)
By hot debarkeeren werd de pseudo-
Petcr door het volk toegejuicht als
ware het Pieterbaas zelf, die door
de werklui der Zaanschc werven her
kend en met vreugde begroet werd.
Een lcorte rit per rijtuig dat
van den Czaar was met vier schim
mels bespannon brafeht het Mos-
covisch gezelschap naar het stad
huis.
In dc vestibule van dit gebouw
werd Peter, gcTyk ook by koninklijke
bezoeken van dezen tyd gebruikelijk
is ontvangen en verwelkomd door het
hoofdbestuur der feestcommissie, en
in de raadszaal nam, nadat dc Czaar
zich vierkant tegenover den ingang
had geplaatst, don tolk iu zjine ua-
bylieid houdende de heer van Tienen
liet woord. In vleiende taal bracht
hij Peter den Groote den dank der
gemeentenaren wegens dit zijn be
zoek, hy zeide hem welke ontspan
ning hem bereid was, en sprak dc
hoop uit dat dit bezoek mocht strek
ken tot versterking der banden reeds
vroeger tusschen de Zaansche ge
meente en den Keizer aller Russen
gelegd.
De Czaar bleek nog maai- weinige
woorden Hollandsch onthouden tc
hebben. Hy gaf kor tel ijk antwoord,
dankte voor dc hartelijke ontvangst
en zeide zich niet door het slechte
weder tc hebben doen terughouden,
omdat hy er op stond nog eenmaal
„de grootheid van Zaandam" tczien.
De tolk kon bij dit korte onderhoud
het stilzwijgen bewaren.
Vervolgens werd een kleine rijtoer
gedaan door de stad, met het café
„Suisse" waar Peter zich met de Zaan
schc feestcommissie aan tafel zou be
geven, tot einddoel.
De stad liep uit om den Czaar der
Moscovieten aan te gapen waar hy
ging-
Dc personagicu hielden zich goed
bij hunne rol, waardig en deftig, en
groetten minzaam naar alle zijden.
Toen Peter en de zijnen goed en
1 wel in het koffiehuis waren aangeland
FEUILLETON.
.26)
t,Het is het gedenkteeken van den man, met wien ik
my kort voor zijn dood heb verloofd, wien ik gezworen
heb, zijn vrouw te worden ik kan myn woord niet
houden, de dood is tusschenbeide getreden, maar ik kan
ook niet de vrouw van een ander worden."
„Ge zegt, dat ge my liefhadt, en toch kondet uhem
zweren,' dat u zijn vrouw zoudt worden !l'
„Ik mocht u niet liefhebben u, den vijand van mijn
vaderland. Victor hield van mij, hij had mij hartstochtelijk
lief, zoozeer, dat hy mij liever gedood zou hebben, dan mij
te zien in de armen van een vijand van ons land de boete
voor mijn liefde moest wezen, dat ik afstand deed van die
liefde, om de vrouw van Victor te worden
„Jeanne, Jeanne, ik begrijp u niet meer!" riep Axel
byna toornig uit. „Ik zie in nw kart liefde en haat met
elkaar strijden. In uw hart duurt de worsteling nog voort,
die tusschen onze volken reeds lang is beslist. Kyk om
u heen, JeanneDe aarde schittert in het lentegewaad
De menschheid jubelt over den herwonnen vredeDe
volkereu reiken elkaar over de graven hunner dooden de
handen tot den vrede, tot de verzoening; de vrede, de liefde
treden weer in hun rechten en u. u wilt nog altyd
niet vergetenUw hart koestert nog altijd den haat, de
tweedrachtU denkt nog altyd aan stryd en worsteling,
terwijl aarde en hemel, de volkeren, de geheele mensch
heid opgaat in den juichkreet: „vrede, vrede O, Jean
ne, in het strijdgewoel heb ik u gevonden, in het strijdge
woel uw hart, uw liefde veroverd alshet'kostelykst, het on
verwachtst geschenk des hemels en nu zou dc vrede
deze liefde verwoesten nu zou de vrede onze harten
vaneen scheuren, die elkander vonden in het strijdgewoel,
die door den oorlog aan elkaar gebonden zijn Neen, dui
zendmaal neen, zoo kunt, zoo moogt gc niet denken
Jeanne had de handen voor het gelaat geslagen en zat
daar na bewegingloos. O, hoe diep drongen zijn woorden
haar in het hart Hoe verscheurden, hoe martelden zij
haar arme ziel. die den weg tot den vrede, tot de verzoe
ning nog niet had gevonden. O, als de doode daar, onder
hei marmeren kruis, maai- kon sprekenAls zyn bleeke
lippen maar haar liefde wilden en konden zegenen, dan wist
zij, dat ze niet verkeerd deed, als ze deze liefde volgde.
Een poos keek Axel met somber gelaat op de neer
gebogen gestalte. Toen richtte hij zich snel op, tranen
verdonkerden zijn blikken, zyn stem beefde.
„Vaarwel, Jeanne," zeide hij, „Ik ga zonder hoop,
zonder liefde."
Hy keerde zich af. Toen kwam er een geluid van haar
lippen als de doodskreet van het getroffen wild, zy sprong
op en wierp zich aan zijn borst, hem vast met haar
armen omklemmend.
„Jeanne, myn lieve, beste Jeanne
„Waarom trof dat schot mij niet doodelyk," snikte zy,
terwyl zy haai- gelaat aan zijn borst verborg en bitter
weende.
„Omdat je leven moet, Jeanne, beminnende en be
mind," antwoordde hij teeder en op fluisterenden toon,
„wyl je de macht der liefde erkennen moet die sterker
is dan de haat der menscheu en der volkeren De liefde,
die alles overwint, zelfs den dood!"
„Kan de liefde mij ontheffen van den eed, dien ik
den doode heb gezworen?"
„Dat kan zij, mijn kindsprak nu een diepe, be
wogen stem en kapitein Boffer kwam achter liet prieel
te voorschijn.
„Oom
Jeanne wierp zich in zijn armen.
„U waart getuige u hebt gehoord
„Vergeef mij, dat ik tegen" mijn wil voor luister
vink spelen moest," antwoordde de oude kapitein.
„Mijn wandeling leidde my in de nabijheid van het
prieel; ik zag,"hoe onze jonge vriend afscheid van
je wilde nemen, zag je liefde, je stryd en hoorde je
wanhopige vraag. Ja, myn kind, de lietde, die je koes
tert voor onzen vriend, ontheft je van den eed van
trouw jegens den doode, aan wiens hartstocht jy je
zelf zoo edelmoedig ten offer wildet brengenHet le
ven is sterker dan de dood, en de liefde is de bron van
alle leven. In naam van mijn zoon, die zyn schuld
heeft geboet met den dood op het veld van eer, onthef
ik je van je eed en geef ik je aan hem, dien jy liefliebt..."
Jeanne weende aan zyn hart. Axel greep de hand
van den ouden man en kuste die vol eerbied en dank
baarheid.
En de zonnestralen schenen nog eens zoo helder te
schitteren! En de bloemen schenen nog eens zoo zoet
te geuren! En de boomen en struiken ruischten zoo
geheimzinnig en zoo vol troost, en de zwaluwen jubel
den in den diep-blauwen hemel„Vrede, vrede op aarde
Vrede voor alfe menschen
Een jaar is voorbijgegaan. De wonden van den oor
log sluiten zich. Ook liet iu puinhoopen gevallen stadje
Pïalzburg, hoog op den top der Vogezen, heeft den
oorlog bijna vergeten en schooner en vriendelijker dan
ooit herrijst het uit zyn puinhoopen onder de Duitsche
heerschappij.
Eenzaam en stil ligt nog, als anders, Chateau Per-
nette, aan den rand van het bosch. Maar de goede fee,
die, volgens de sage, haar woonplaats heeft opgeslagen
aan de bron in 't ruischende bosch, schijnt naar het
kleine slot verhuisd te wezen en vroolyk en vol stil
geluk staat het kasteel daar in den groenen krans der
tuinen en boschjes.
Het is in andere handen overgegaan. De oude kapi
tein leeft met zyn gezin in Pïalzburgeigenaar van
het kleine slot is een jonge, invaliede Pruisische officier
geworden, die nog altyd den linkerarm in een smallen
zwarten band draagt.
Axel Von Simraern is de meester van Pernette ge
worden en Jeanne, zijn jonge vrouw, de bekoorlijke
meesteres. Op de veranda staan zy, de aunen om el
kaar geslagen en zy zien naar de groene wonden der
Vogezen, naar de bloeiende weiden en akkers, en naar
de kerk, opnieuw verrezen uit de puinhoopen en zich
daar verheffend te midden van het verjongde stadje.
In het kleine slot in het woud hebben hun harten el
kaar gevonden, in het strijdgewoelhet kleine slot ia
het woud zal voortaan hun thuis zijn in den blydeo,
stillen vrede.
EINDE.