T weede Editie.
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
FEUILLETON..
Witte en Gele rozen.
E3e Jaargang.
Dinsdag II Januari 1898.
Ho 44S7
HAARLEM'S DAtfBLAD
Yoor Haarlem per 3 maanden-f 1.20
Voor de dorpen in den omtrek waar eon Agent gevestigd is (kom der
gemeente), per 3 maanden„1.30
Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden„1.65
Afzonderlijke nummers0.05
Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden„0.30
de omstreken en franco per post0.371/2
Directeur-Uitgever
ADYEaTECTTIECT:
1—5 regels 50 Cts.iedere regel meer 10 Cts. Groote letters naar plaatsruimte.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Reclames 20 Cent per regel.
Abonnementen en Advertentien worden aangenomen deor onze Agenten
en door alle Boekhandelaren en Courantiers.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Bureaux: Kleine Houtstraat 14, Haarlem. Telefoonnummer 122.
PEEREBOOM.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Elrangere G. L. DAUBE Co. JOHN F. JONES, Succ., Parijs 31bis Faubourg Montmartre.
Met uitzondering van het Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentien en Reclames betredende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan het
Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam.
BUITEN het Arrondissement Haarlem is de prijs der Advertentien van 15 regels f 0.7-5, elke regel meer ƒ0,15; Reclames per regel f 0,30.
Agenten voor dit blad in den omtrek zijn: Bloemendaal, Sandvoort en Schoten, P. v. d. RAADT, Zandpoort; HeemstedeJ. LEUVEN, bij de tol; SpaarndamC. HARTENDORP; Zosndvoorl, G. ZWEMMER;
Velsen, W. J. RU1JTER Beverwijk, J. HOORNS; HülegomA RTF. HOPMAN, Molenstraat. Genoemde Agenten nemen Abonnementen en Advertentiën aan.
Brieven uit Perzie.
XLII
ISFAHAN, 3 Dec. 1897.
Ofschoon reeds verscheidene malen
in mijne brieven aan Haarlem's Dag
blad bijzonderheden omtrent het leven
en de toestanden in Perzië gegeven
werdeD, bemerk ik, dat omtrent het
klimaat en de omstreken van Isfahan
tot nog toe weinig door mij gezegd
werd" en ik wil iny dus in dit schrijven
meer in 't bijzonder met deze onder
werpen bezig houden.
Een aangenamer klimaat dan dat
van Centraal Perzië kan men zich
ternauwernood voorstellen: negen of
tien maanden van het jaar heeft men
een helderblauwen, onbewolkten he
mel boven zich en baadt zich het
landschap in een helderen en warmen
zonneschijn. In het late najaar, onge
veer einde October tot midden De
cember lieeft men gewoonlijk af en
toe wat regen, soms twee of zelfs
drie dagen aan Óen stuk, doch veelal
ook slechts enkele buien, en andere
jaren, gelijk dit jaar bijvoorbeeld
slechts eenige druppels, zelfs niet ge
noeg om het stof van de wegen te
doen verdwijnen. Heeft men de na
jaarsregens gehad, zoo kan men reke
nen op éen a anderhalve maand van
het heerlijkste winterweder, dat men
zich denken kan: vrij strengen vorst
gedurende de nachten, waarbij het
kwik soms daalt tot 14° Fahrenheit, in
Sultanabad en omgeving soms tot nul
Fahr., doch overdag weder denzelfden
helderen zonneschijn, die bet, gedu
rende den nacht gevormde ijs spoedig
weder doet smelten en waarin zich
de Perzen uren lang zitten te koeste
ren. Doch in Januari of Februari be
ginnen de voorjaarsregens; in som
mige jaren heeft men dan wat sneeuw
(in Februari van 1897 sneeuwde liet
bijvoorbeeld twee dagen achtereen,
zoodat het sneeuwkleed twee voet dik
was,) doch in andere jaren sneeuwt
het in 't geheel niet, maar heeft men
daarentegen in Maart of April ver
scheidene regenbuien, terwijl het ge
heele voorjaar zich kenmerkt door
sterken wind, die gewoonlijk tegen
den namiddag begint op te zetten. En
van Mei af kan inen rekenen, dat de
zomerdroogte begint, eene periode van
circa zes maanden, waarin gewoon
lijk geen druppel regeu valt, of hoog
stens misschien een enkel los buitje
in Juni of Juli.
De warmte, zelfs in 't midden van
den zomer, half Juni tot half Augus
tus, is zelden overmatig; dat de ther
mometer boven 100 °F. in de scha
duw teekent, behoort tot de uitzon
deringen, doch in den zonneschijn
komt die natuurlijk veel hooger, van
110" tot 120". Door de doelmatige
bouworde der huizen en wegens hunne
dikke muren is het binnenshuis ge
woonlijk veel koeler, en kan men daa'*
de temperatuur gemakkelijk op 80°
houden, wanneer men slechts met be
hulp van rolgordijnen of door andere
maatregelen de zon buitensluit.
Evenwel, genoemde bijzonderheden
gelden slechts voor Isfahan, dat op
circa 33° N.-B. cn op ongeveer 5000
voet boven den zeespiegel ligt, en
wegens de groote uitgestrektheid van
Perzië. en het verschil in hoogte der
diverse plaatsen zijn de kliraatische
verhoudingen zeer verschillend. In
Bushïre, slechts 4° zuidelijker, doch
aan de Perzische golf, en op gelijk
niveau met de zee gelegen, is de
zomerhitte ontzettend, en in Sultana-
bad, slechts één graad noordelijker
dan Isfahan, heeft men, gelijk boven
vermeld, des winters zeer gestrenge
koude.
Isfahan wordt, wegens de droogte
van het klimaat, beschouwd als een
der gezondste plaatsen van Perzië,
hetgeen ook blijkt uit de omstandig
heid, dat beambten der Indo-Euro
pean telegraph Company welke in
Teheran, of in Busbire, of in Shiraz
aan koorts lijdende waren, tot herstel
van gezondheid hierheen werden over
geplaatst.
Toen in Teheran in 1S92 de cholera
zoo hevig woedde, dat er tot 800
personen'per dag aan stierven, kwa
men hier slechts enkele gevallen van
die ziekte voor: in de geheele stad
met de talrijke omliggende dorpen
(waarvan de gezamenlijke bevolking
op circa één millioen zielen geschat
wordt) niet meer dan misschien 800
a 1000 gevallen in 't geheel. Behalve
aan den invloed van het klimaat
wordt deze gunstige verhouding ook
toegeschreven aan de omstandigheid,
dat, terwijl Teheran van drinkwater
voorzien wordt door grootendeels open
„Kanaats" (geheel of ten deele onder-
grondsche waterleidingen), die dik
wijls door straatvuil eu faecaliën
verontreinigd worden, en waarschijn
lijk ook in verband staan met de
slootjes waarin, volgens Mahome-
daanscli gebruik de lijken der gestor
venen gewasscben worden, in Isfahan
schier leder huis zyn eigen gemet-
selden waterput bezit, die meestal
zuiver en kristalhelder drinkwater
oplevert. Niettemin komen, ten deele
wegens de persoonlijke onreinheid
van het volk in Isfahan ook geval
len voor van typhus, pokken, rood
vonk en andere ziekten, doch over
het algemeen steekt de gezondheids
toestand hier ter plaatse gunstig af
bij dien in andere steden des lands.
En thans een enkel woord omtrent
de omgeving van Isfahan. De stad
ligt ia een breedo door bergen om
zoomde vlakte, dicht nabij Ben Noor
delijken (linker), oever van het rivier
tje „Zavendeh roed", hetwelk ont
springt in het ten Z.W. van Isfahan
gelegen Bakhtiari land, een bergland,
slechts bewoond door nomaden, doch
met zyne sneeuwtoppen, zijne diepe
ravijnen, zijne rotsen en zijne heldere
beekjes, een gebied vol natuur
schoon, dat ongelukkigerwijze nog
slechts tenhalve bekend is. Ongeveer
ter zelf der plaatse als de Zavendeh roed
ontspringt daarin de „Karoen", de
1 eenige bevaarbare rivier in Perzië, die,
in do Perzische golf uitloopende, mis
schien in de niet zeer ver meer ver
wijderde toekomst de voornaamste
handelsweg naar Centraal-Perzië be
looft. te worden. Aan beide zijdeD van
de bedding der Zavendeh roed strekt
zich een breede zoom uit van be
bouwd land, dat bewaterd wordt door
met dit doel gegraveu „dzjoeps" of
besproeiïngs kaualen, die zich in alle
richtingen vertakken, eu waardoor
een wegens bet gebrek aan regen an
ders dorre streek in eene vruchtbare
vlakte wordt herschapen.
Schuin tegenover Isfahan aan den
zuidelijken (rechter) oever van de ri
vier ligt Juffa, te midden van tuinen,
wijngaarden en bouwland, dat zich
tot ongeveer 1 Va Kilometer bezuiden
het rivierbed uitstrekt, om dan plaats
te maken voor een zacht glooiende
woestijn, waar slechts enkele kruiden
en doornachtige gewassen willen ge
dijen. Die woestijn, door welker mid
den de groote weg loopt naar Shiraz,
wordt óp een afstand van een half
uur gaans afgebroken door een groep
kale, rotsachtige bergen, waarvan de
hoogste, de „Koe-i-Sofeh" het dichtst
in de nabijheid van Julfa is, en door
zijn karakteristieken vorm het land
schap als 't ware geheel beheerscht.
Ten Noorden van de rivier strekt
zich de vlakte voor vele mijlen uit
tot aan den voet van den „Kohroed"
die den voornaamsten burgmuur vormt
tusschen Isfahan en Teheran en van
welks toppen men den in de nabij
heid van laatstgenoemde plaats zich
tot in de wolken verheffenden Derna-
vent, een uitgedoofden vulkaan en
den hoogsten berg van Perzië, reeds
met het bloote oog gewaar worden kan.
Genoemde, zich noordwaarts van de ri
vier uitstrekkende vlakte bestaat ook
weder grootendeels uit woestijngrond,
doch behalve de, de rivier zelf omzoo-
mende velden,vindt men daarin, rondom
de hier en daar verspreid liggende dor
pen uitgestrekte stukken bouwland,
terwyl zich ten Noordwesten van de
stad, naar de zijde van gultanabad,
een vry uitgestrekt bergland verheft,
dat deze woestijn in het westen be
grenst. De plantengroei is zoowel op
de bergen als iu de woestyu uiter
mate schaarsop enkele plaatsen aan
den voet der bergen, waar eenig wa
ter uit de rotsen te voorschijn komt,
vindt men soms enkele boomen en
eenig struikgewas, terwijl in 't mid
den van de woestijn in het voorjaar
zich op sommige plekken schoon ge
kleurde bloemen vertoonen, en men
op de bergen in rotsspleten of onder
steenen geurige kruiden of sierlijk
gevormde vareDS ontdekken kan, maar
over 't algemeen bestaat de schoon
heid van het Perzische landschap in
de prachtige lichteffecten en kleur-
schakeeringen, die bij ondergaande
zon de tallooze bergtoppen, en de zich
daaromheen verzamelende lichte wolk
jes een onbeschrijfelijke schoonheid
verleenen. Dan aanschouwt men tafe-
reelen, die het penseel eens schilders
overwaard zijn, en komt men onwille
keurig tot de overtuiging, dat natuur- j
schoon niet alleen afhankelijk is van,
bosch- en waterpartijen, doch dat I
zelfs door de natuur stiefmoederlijk
bedeelde streken toch niet geheel en
al van schoonheid ontbloot zijn.
Ook de nachten zijn in Perzië zon
der weerga.de heldere maneschijn,
iiet met sterren zonder tal bezaaide
uitspansel, de zuivere atmosfeer, en
de ongestoorde stilte verleenen daar
aan, vooral in de zomermaandeu, na
de hitte van den dag, eene, in het
vaderland schier ongekende bekoor
lijkheid, cn kan men zich, op het
terras of het dak zijner woning ge
zeten. uren lang vermeien in de aan
schouwing van de zich in 't maan
licht badende tninen en vlakten en
bergen, en verwondert men er zich
over, dat de bewoners van het laud
de natuur te apprecieeren.
Voor lien die zich wijden aan de
studie der hemellichamen moet Perzië
een waar Dorado zijn, daar zij hier
maauden lang, door geen nevels of
wolken gestoord, den loop daarvan
zouden kunnen volgen. Een observa
torium hier te lande zou dau ook
wellicht gunstige resultaten kunnen
opleveren. Maar voor bet Perzische
gouvernement er toe zal komen, om
voor een zoodanig doel eenig geld af
te zonderen, zal er nog wel heel wat
water door den „Zagendeh roed"
moeten vloeien In 1874 echter hield
hier gedurende een konen tijd eene
commissie van Duitsche sterrekundi-
gen verblijf om den overgang van de
planeet Venus" over den zonneschijf
waar te nemen, en thans vindt men
nog in éen der huizen van Julfa een
steen met een opschrift ter herinne
ring daaraan.
STADS&SSEUWS*
eerste en derde pagina.
Haarlem, 10 Jan. 1898.
Bij kon. besluit van 8 Januari zijn
bij de d.d. Schutterij hier ter stede
benoemdtot tweede luitenant de
heer J. J. Beijnes en tot tweede luit.
a la suite de heer B. J. Y. v. Hees.
De Staatscourant van 9 en 10 dezer'
bevat de koninklijk goedgekeurde
statuten van de Vereenïging„Unie
van Christelijke ouderwijzers en on
derwijzeressen in Nederland", te Haar
lem gevestigd en van de „Vereeniging
van industrieelen en kooplieden be
treffende bouwkunde en aanverwante
vakken', te Haarlem.
Opmerkelijk is de langdurige vaca
ture aan net belastingkantoor Haarlem
buitengemeenten, die reeds van 7
Augustus duurt, eu nog is geen ont
vanger benoemd; het kantoor wordt
waargenomen uoor den beerde Vletter,
surnumerair.
Zaterdagnamiddag werd de brand
weer (politie en spuit 10) gealarmeerd
voor eeu begin van brand, ontstaan
in de keuken van perceel 28 in de
Wilhelminastraat, bewoond door den
heer Mercier, doordat een petroleum-
toestel te hoog had gebrand. Er be
hoefde echter geen water te worden
gegeven. De slangenwageu, de ladder
wagen en spuit 10a waren aanwezig.
Aanbangig gebleven Raadsstukken
op 31 December 1S97, voor zoover zij
niet op den oproepingsbrief voor de
raadsvergadering op Woensdag a. s.
zijn vermeld
13 Juni 1S94. Adres directeur Stads
Armen- en Ziekenhuis om zekerheid
tot het eventueel bekomen van pen
sioen.
26 Febr. 1896. Adres H. Schaap
Jr. e. a. handhaving van art 59 ver
ordening op do markten.
26. Febr. 1896. Adres W. Voet en
Zoon e. a. clectrische verlichting van
gemeentewege.
10 Febr. 1897. Adres coöperatieve
bouwvereeniging „Koningin Emma"
om een straat, waar door haar huizen
zyn gebouwd, te noemen Koningin
Emmastraat.
17 Maart 1897. Adres M. Lubcké
en Société anonyme Beige des tram
ways Neêrlandais overdracht conces
sie stoomtram HaarlemBeverwijk.
14 Juli 1897. Voorstel commissaris
sen Bank van Leening verhooging
jaarwedden beambten.
14 Juli. 18 Aug. en 27 Oct. 1897.
Concessie tramlijnen Haarlem—Zand-
voortCeintuurbaanHaarlom—Bloe
mend aal en adres W. A* J. van de
Kamp e, a.
27 Oct. 1S97. Adres Behangers- en
Stoffeerdersbond gebruik lokaliteit
Doeleu of subsidie.
27 Oct. 1897. Adres Bestuur Wil-
helmina Naaischool toevoeging com
missie van dames aan schoolcom
missie.
27 Oct. 1897. Adres Wed. M. Cree-
mers om pensioen.
1 Dec. 1897. Voorstel S. Roog be
schoeiing Houtvaart.
1 Dec. en 29 Dec. 1897. Voorstel
B. en WAV. wijzigingen haven- en
kaaigeld met adres vereeniging „Schut
te vaer".
29 Dec. 1897. Adres Haarl. Tram
way Maatschappij om concessie tram
Groote Markt-Zylweg en adres Ter
Poorten-Schous e. a.
29 Dec. 1997. Voorstel B. en W.W.
naar aanleiding motie van den heer
J. J. Sneltjes verbouwing St. Elisa
beth's of Groote Gasthuis.
Weldadigheid naar Vermogen.
Af deeling Werkverschaffing.
Van 1 Nov. tot 10 Jan. hebben
zich de volgende personen aangemeld
6 voor werkvrouw. 3 voor naai
ster. 8 voor los werkman. 1 voor
schoenmaker. 1 voor stoelenraatter. 1
voor schrijfwerk. 1 voor grondwer
ker. 1 voor sigarenmaker. 10 voor
loopwerk. 1 voor grondwerker. 2 voor
schilder. 2 voor portier. 1 voor pak
huisknecht. 1 voor huisknecht. 1 voor
wasehvrouw. 1 voor stopster.
B\j de aanmelding moet een getuig
schrift van goed gedrag uvergelegd
worden.
Van 1 Nov. tot 10 Jan. zjjn de vol
gende personen geplaatst:
5 voor werkvrouw. 1 voor naaister
Particulieren en werkgevers, die
van bovenstaande aanbiedingen ge
bruik wenschen tc makenwordt
beleefd verzocht hunne ;-.<n vragen
schriftelijk tot het Best jur te richten,
bus Doelen, Stadhuis of Stationsplein.
Inlichtingen kunnen dagelijks van
9—1 en van 3—5 uur verkregen
worden bij den Administrateur, bureau
Doelen, Kamer No 2.
Door Oefening Sterk.
Zaterdagavond gaf de gynmastiek-
en schermvereeniging vau dezen naam
iu de groote zaal van de sociëteit „de
Kroon" eene uitvoering, die met een
goed gekozen woord van welkom door
den voorzitter werd geopend. De zaal
was vrij goed bezocht en 'twas er
recht gezellig. De gymnastiek- cn
schermoefeningen werden onder lei
ding van den heer W. v. d. Eynde
zeer correct uitgevoerd en elk
nummer werd luide toegejuicht. Ver
der werd nog opgevoerd „Een half
uur bij den Kapper." kluchtspel in een
bedrijf. De goed geslaagde avond
werd met een bal besloten.
BIStfifóEfêLARID
Haagsehe Brieven.
Tout a la joie zou raeu byna
van de Hagenaars kannen zeggen.
Indien tenminste in de Residentie
alles rozengeur en maneschijn was.
Maar dit is lang niet het geval eu
voor wio dit nog niet wist, was het
te hooren in den gebruikelyken
„Nieuwjaarswensch", die steeds inge
last wordt in het minnespel van
„Kloris en Roosje". Met groot ge
noegen constateer ik dat de op <len
Haag toepasselijke hekoldiohten van
aanmerkelijk beter allooi zyn dan de
gewone golegenheidsrymelary, beter
ook dan wat de heer Reyding voor
j Amsterdam maakte.
De auteur was een jong journalist,
i die zich bescheidenlyk verborgen
i houdt, uit den aard van zyn beroep
uitstekend op de hoogte vau de „ups
i and downs" van het Haagsehe leven.
Hij heeft er van alles bijgehaald
eu natuurlijk niet vergeten om een
warm woord van hulde te wyden aan
de Koninginnen, die de laatste op-
voering bijwoonden en de ynor baar
I bestemde wenschen persoonlijk aan-
vaardden. Zelden heb ik het kalme
j Haagsehe publiek zóo enthousiast
j gezien, als toen mevr. Pauwels—van
Biene dezen wensch uitsprak. En het
trof me bepaald, dat aan onze jonge
Vorstin zich deze warmte blijkbaar
in veel geringere mate mededeelde
dan aan de Regentes. Ook had het
den schyn alsof de verschillende aar-
dighedeu voor H. M. verloren gingen.
Ik herinner me de jonge Koningin
eens te hebben zien schaterlachen om
j Tourniaire, in „Inkwartiering", zoo,
i dat ze, op Moeders schouder geleund,
(niet tot bedaren kon komen. Nu was
daarvan geen sprake. Lag het mis-
i schien aan Thomasvaer (Clous) en
IPieternel (mevr. Pauwels)? Zy zyn
Naar het Zweedsch uit Eigen Haard."
Dit is een verhaal uit den tyd van grootvader en
grootmoeder. Maar toch was het dezelfde liefde als nu,
hetzelfde verlangen, dat nimmer vergaat, hetzelfde
warme bloed en hetzelfde leed.
Dezelfde bloemen en dezelfde zomerzonneschijn.
En toch meende de jonge Margarethe Schwertfeld,
dat zy nog nooit zulke bloemen had gezien als de witte
rozen, waarin zij haar gloeiend gelaat verborg, terwijl
haar oogen schitterden met een vochtigen glans.
Met bevende stem had de jonge vaandrig Helmschild
haar den vorigen avond verzocht, dien morgen heel
vroeg beueden in den tuin te komen. Haar lippen had
den half luid „neen" gefluisterd, maar haar oogen had
den „ja" gezegd, eu toen zij nu een uur geleden bene
den op den weg voor het venster van haar kamertje
hoefslagen gehoord had, zou geeu macht ter wereld in
staat geweest zyn, haar binnenshuis te houden. Aange
kleed was zy al lang.
Men was in dien tijd streng en stijf, e11 jonge dames
werden bijzonder zorgvuldig bewaakt. In gewone om
standigheden zou zij bij de gedachte aan' zoo'n morgen
wandeling al gebeefd hebben van angst. Een echt ren-
dez-vous! Nu beefde zy ook angstig, maar om eeu ge
heel andere reden. Zy wist, wat de vaandrig haar wilde
zeggeu,al was het dau niet vandaag,dan toch zeker morgen
of op een anderen dag; want zijn warme blikken, het
lichte boven van zyn heldere stem hadden het haar al
vele, vele malen van te voren verteld. Toen hy haar
gisteren dat verzoek deed, hadden haar lippen „neen"
maar haar oogen „ja" gezegd. En zij voelde vol angst,
dat, als hij haar nu weer iets verzocht, haar lippen
weer „neen" zouden zeggen maar haar hart zou „ja"
roepen
Maar dan zou hot immers beter geweest zyn, wanneer
Margarethe niet in den toiu gekomen, maar stilletjes in
bed gebleven was en getracht bad haar verlangen te
onderdrukken.
Jawel! Maar Margarethe was nog niet ouder dan
negentien jaar.
Het tuinpad, dat zy moest afloopen was nog geen hon
derd vyftig meter laDg; maar vóór dat zy aan het einde
gekomen was, had zij tijd genoeg gehad, ongeveer twin
tig maal de positie van de arme kleine Margarethe te
overdenken. Zij was uit medelijden hier bij haar oom
opgenomen. Haar vader was geruïneerd, haar moeder
ziek, de toekomst van iiaar zusters hopeloos, wanneer
zy niet En zii behoefde slechts haar hand uit te
strekken, en Groot-Stromsund met park en zwanenvij
ver cn aanzien en rijkdom en kamerheer Sternenberg
waren haar eigendom. "Was het vandaag niet, dan toch
zeker morgen of op een anderen dag. En waagde zy
het, dat alles te versmaden, dan bleef haar niet eens
de troost over, dat zij thuis nooit te weten zouden ko
men, dat Margarethe de duisternis in licht had kunnen
veranderen. Oom en tante wisten alles, oom en tanto
zouden gebieden en bevelen, straffen en haar ver-
stooten.
„Margarethe
Het was toch onbarmhartig van den goeden God, hen
elkaar te laten ontmoeten, wanneer Hij niet wilde, dat
zy elkaar zouden krijgen! Zooals zy daar nu tegen
over elkaar stonden met stralende oogen, jong en schoon,
te midden van zonneschijn en lenteweelde, zou men ge
meend hebben, dat geen bart ter wereld wreed genoog
zou kunnen zijn, hen van elkaar te scheiden.
Niet één woord van verstandhouding hadden zij elkaar
toegefluisterd. Geen beloften, zelfs niet van die onuit-
gesprokene, die even vast binden als woordeu, waren
tusschen hen gewisseld. Toen hy haar om deze samen
komst had verzocht, had hy haar nog „juffrouw Schwert
feld" genoemd. Maar nu greep hy haar beide handen
vast en jubelde
„Margarethe
Zijne toespraak was Diet, lang en zeker niet mooi ge
steld, hy was er niet aan gewend, dergelijke vragen
aan vrouwen te doen. Maar het deed er niet toe. wat
hy zeide. Margarethe lette er niet op, zij begreep zyn
woorden niet met haar verstand, maar met haar hart.
Och, zij had dat alles in wakende droomen al zoo dik
wijls gehoord, van morgen vroeg nog! Zy wist
immers alles wel!
Haar hart klopte luid, en zy beefde van het hoofd
tot de voeten. Zy waagde het niet, de oogen op te
j slaan en met een enkelen blik „ja" te antwoorden op
I zijn onstuimige vragen. En zy was niet in staat haar
lippen te dwingen, tot waf z:y zeggen moesteen af
wijzend „ueen".
De vaandrig had, hoe onervaren hy ook was, toch
wel een soort van vaag vermoeden, dat jonge meisjes nu
niet bepaald gewoon waren „ja, dat wil ikte ant
woorden, wanneer men haar vroeg, of zij iemands vrouw
wildeu worden. Daarom trachtte hy zyn arm om haar
heen te slaan en haar antwoord van het lieve, blozende
gelaat af te lezen. Maar toen trok zy zich verschrikt
terug, on keek tot hem op met zulk een angstigen,
treurigen blik, dat hy dadelijk verstomde.
Het werd hem zoo koud om het warme, jonge hart,
zyn door de zon verbrand gelaat verbleekte. Zou hy
verkeerd gelezen hebben in Margarethe's oogen
Zij waren neergezonken op een bank achter een heg,
waar niemand hen van uit het huis kou zien. Zyn ver
warde blik dwaalde af naar de plaats, waar zy elkaar
ontmoet hadden, niet ver daar vandaan. Daar had hy
een handvol witte rozen laten vallen, toen hy zyn beide
handen uitstrekte om haar te verwelkomen. Hy raapte
de bloemen op, bood ze haar aan, en zeide met ge
broken stem:
„Juffrouw Margarethe! Wanneer u my eenige hoop
kunt geven als antwoord op de vraag, die ik u zooeven
gedaan heb, en die Adolf Heluiscliild, hoe arm en on-
beteekenend hij ook is. toch nooit zal herhalen, draag
dan vanavond op het bal een van deze rozen in uw
haarVergeef het my, als ik u verschrikt heb, als u