daling van de waarde der producten het gevolg zou zyn, ried hy den min. voor dat doel een leening aan. De Minister Pierson erkende dat het bimetallisme behoorde tot de vrome wenschen tot zyn spijt. Men kon geen waardeverhouding vinden die allen bevredigt. Voor outmunting van zilver was de tijd gelukkig nog niet gekomen. Er was dan ook geen ge vaar voor depreciatie van onze munt Men moest zich in deze niet zenuw achtig maken; dat was het grootste gevaar. Met tal van cijfers toonde de Min. aan dat de toestand van ons muntwezen niet werd bedreigd en dat db invloed van valseli zilver in Indië slechts luttel bedroeg. Andere opmerkingen beantwoor dende (door de heeren Bultman, Geert- sema, van Nispen en van Lier tot hem gericht) gaf de Min. te kennen, dat alles beproefd werd om door de schat tingen van liet personeel het publiek zoo weinig mogelijk te ontstemmen. Voor een belasting op vet en huiden, door vrijstelling van den accijns op de binnenlandsclie wilde de Min. zich niet laten vinden. Wij had den by den invoer te veel belang. Evenmin zag hy kans om wettelijke bewijskracht toe te kennep aan kada strale kaarten, met het oog op de fouten die daarin voorkomen. Herziening van de inrichting van aanslagbiljetten achtte de Min. wel mogelijk. Den rentevoet van 4 pet. by de berekening der vermogensbelasting achtte de Min. juist. Zyu begrooting werd zonder stem ming goedgekeurd evenals hoofdstak XI (onvoorzien). De Kamer heeft aan den heer Fran sen van de Putte, op zyu verzoek verlof verleend om nadere inlichtingen aan de Ministers van Binnenlandsclie Zaken en vau Waterstaat, Handel en Nijverheid te vragen omtrent den toe stand van het boezemwater van Delf land. G"« J*"» üit de „Staatscourant,". Kon. besluiten. Benoemd tot leeraar aan de Poly technische school G. 3. van Swaay, thans leeraar aan de Rijks hoogere burgerschool te Tilburgtot directeur van het post- en telegraafkantoor te Brouw S. K. van Loo, thans te Blok- zÜ1- Marine. De ingenieurs der marine der 2e klasse jhr. C. Rappard en M. G. de Gelder en de adspirant-inge- nieur der marine jhr. M. Rap part, respectievelijk geplaatst bij 's Rijks werf te Willemsoord, Hellevoetsluis en Amsterdam, worden met 1 Maart a. s. overgeplaatst naar 's Rijks werf te Amsterdam, Willemsoord en Helle voetsluis. Verkiezing Tweede Kamer. De vrijzinnige vereeniging Deven ter koostot voorloopige candidaten voor de Tweede Kamer (vacature- ytoü'el) dr. J. M. J. Hoog te Terwolde en J. van Loenen Martinet. Gedenksteen Buys Ballot. Namens Hare Majesteiten de Konin ginnen is een vorstelijke bijdrage ge zonden voor een gedeukteeken ter eere vau wijlen prof. dr. C. H. D. Buys Ballot, aan den secretaris van bet uitvoerend comité, den gep.-kapt. luit. ter zee B. J. G. Volck, dir. der zee vaartschool in het Zeemanshuis te Amsterdam. Voor het Nationaal Huldeblijk aan H.M. de Koningin-Regentes werd in October te Konstantinopel een in schrijving geopend door den heermr. Th. J. J. van Uye Pieterse, consul der Nederlanden, tevens kanselier aan het gezantschap aldaar. Zooals ver leden week werd vastgesteld, heeft deze inschrijving builen de inteeke- ning vau den gezant, die niet op deze lijst voorkomt, bet betrekkelijk aan zienlijk bedrag van fr. 401 opgeleverd. Inhuldigingsfeesten te Amsterdam. Eenigc aanzienlijke bewoners der Heerengracht te Amsterdam, hebben bet plan opgevat om, bij de inhuldi gingsfeesten, in deze gracht, die zich daarvoor bijzonder leent, een fraaie goudelvaart te doen houden. Dooreen architect van naam moet reeds een plan daarvoor outworpen zjjn.Men wil trach ten de deelneming in de kosten van de Brouwersgracht tot den Amstel zoo al gemeen en ruim mogelijk te maken, ten einde aan de duizenden vreemdelingen iets schoons en voor Amsterdam met haar vele grachten en kanalen bijzon der eigenaardigs te aanschouwen te geven. Het plan vindt aanvankelijk bij vele bewoners reeds veel sympathie. Afdreiging. Een bewoonster van de Spuistraat te Amsterdam deed Donderdag aan gifte, dat zij in de courant De Am- ster damsche Lantaarn van 22 Ja nuari li. was geplaatst en er dien dag 2 personen bij haar zouden ko men om f 10 in ontvangst te nemen, met de belofte haar in het vervolg met rust te laten. Een iuspecteur is daarop met een rechercheur derwaarts gegaan waar zy zich verdekt hebben opgesteld. Te 2 u. 40 verschenen twee bekende colporteurs van De Amsterd. Lantaarn, die de vrouw f25 afpersten, op welk bedrag f10 is betaald, waarvoor een van hen een quit an tie teckende onder valschen naam. Beiden zijn daarop gearres teerd en naar het bureau Oudebrug overgebracht. Een drama. In de woning van een bewoner van Amsterdam ontstond dezer dagen een verwoed gevecht tusschen... don mees ter en zijn hond, een grooten New foundlander, welke strijd eindigde met den dood van het beest, maar waarbij ook de meester geducht ge havend werd. De oorzaak ligt in de trouw vau het dier jegens zjjne mees teres. Deze had zich nl. bij een val van een paar treden der trap bezeerd, en verzocht haar echtgenoot haar to helpen. De hond, die door het kreu nen zy'ner meesteres meende dat zij mishandeld werd, sprong op zijn meester toe, zette zijn vervaarlijken muil in diens arm, en sleurde hem van zijn vrouw, die plotseling flauw viel van schrik. De aangevallene had de tegenwoordigheid van geest het woedende dier met bovenmatige krachtsinspanning beet te pak kon, en ofschoon het bloed hem uit de won den van den arm stroomde, onder de knie te krijgen. Een der huisgenoo- ten haalde een pistool, waarmede den hond voorgoed elke aanval van razer nij werd verleerd. Wild. Te Amstelveen heeft een veehouder iu de aarde, afkomstig van zijn aan deel in de geslechte kracht langs den straatweg naar Amsterdam, een gou den eetlepel gevonden, zoo goed als gaaf. Waarschijnlijk zat hot voor werp reeds in de steigeraarde, waar van ongeveer 63 jaar geleden deze kracht werd aangelegd. Lustrumfeesten iu Delft. De senaat van het Delftsch stu dentenkorps heeft zijne goedkeuring gehecht aan het ontwerp-feestpro gramma, door de feestcommissie in gediend voor de aanstaande lustram- feesten, te houden in de week van 4—10 juli. Dat programma luidt aldusMaan dag: inhaling der réunisten en ver tegenwoordigers van andere korpsen, matinée op het feestterrein, réunie- diner, kroegjool op de sociëteit Phoenix. Dinsdagmaskerade-optocht, voor stellende den intocht der 300 verbon den edelen binnen Brussel in 1566, matinée en soirée op het feestterreiu. maskerade-diner, maskerade-avondop tocht. Woensdag: matinée op het feest terrein, overhandiging van het smeek schrift, soiree, gala-hal, volksconcert op de Markt. Donderdagmatioée, bal-costumé, soirée. Vrijdag: boottocht, door de socië teit Phoenix te geven, kermesse d'été, volksconcert op de Markt. Zaterdagmatinée en volksfeesten. Tevens zullen eventueel door korps- vereenigingen te geven feesten op dezen laatsten dag der feestweek plaats vinden. De onlangs te Utrecht opgerichte vereeniging van hoofden van scholen in Nederland telt thans reeds 868 leden, de meesten uit kleine steden en dorpen. Amsterdam telt 105 leden, Rotterdam 70, Den Haag 25, Haar lem 19, Arnhem 14, Utrecht 13, Dord recht en Groningen elk 12, Zwolle S, Leeuwarden, Middelburg eu Vlissin- gen elk 6, Leiden 5 leden. Moord te Leur. De van den moord beschuldigde F. heeft zich, naar uit Leur bericht wordt, iu de gevangenis getracht op te hangen. Voorts vernemen wy. dat hy aan een der maréchaussées ver klaard heeft, zich liever te dooden dan te bekennen. (U. D.) Te Haulerwijk is een byna 85-jarig, alleen wonend man bijnauaakt en stijf van koude iu zyn kamer gevonden.Men wist hem tot bewustzijn te brengen. Circa 20 uren had hy in dien toestand gelegen. Terwijl bij zich vanschoone onderkleeding zou voorzien, was hy in bezwijming gevallen en machteloos ge worden. Ondanks de verpleging, is de grysaard Woensdagnacht overleden. Letteren en Kunst. Antigoue. Als 5e voorstelling van het abon nement. geeft a. s. Donderdag de Ko- ninkl. Vereeniging het Nederl. Too- neel een opvoering van „Antigone" in de metrische vertaling van Prof. Dr. J. van Leeuwen. Antigone en Ismène, dochters van Oedipus, ziju de dames Brondgeest- Bouwmecster en Hol trop-van Gelder, terwijl de lieer Louis Bouwmeester als Kreon, koning van Tliebe, zal op treden. Waar, zooals hier, sprake is van eene opvoering van deze onsterfelijke tragedie van Öophokies, kan iedere verdere aanbeveling vrijwel overbodig heeten. Hieronder laten wjj dan ook alleen slechts het oordeel van eenige bladen volgen. „De Hollaudsche Illustratie" Wanneer 't toonee! een zedenschool voor 't volk moet zijn, dan komt aan „Antigone" een der eereplaatseu toe. Laat het waarheid zijn. datdegroote massa van 't schouwburgpubliek on ontwikkeld is, waar 't kunst geldt, laat bet niets begrijpen van de zeden, de levens- en de gods- (goden) be schouwing der oude Grieken, maar met haar onbewust rechtsbewustzijn, haar naïef zedelyk gevoel, is die massa soms meer scherpziend dan de hoogst ontwikuelde criticusal vermoedt zij niets van 't bestaan van den vloek van Oedipus, door de schuld en 't be rouw van Kreon wordt toch in haar de overtuiging wakker geschud, dat het kwade zich zelf straft. En reeds dat is goud waard. „Het Nieuws van den Dag": Van het oogeublik dat de heer Louis Bouwmeester opkomt tot by het too- neel verlaat, in al zyne tooneelen, was het één groot, onvermengd genot naar hem te luisteren en zyn zeggingskracht te bewonderen, en vervuld te worden van eerbied voor zijn massief, karak tervol spel. „De Telegraaf": Bouwmeester, breed en zwaar, mach tig en massiet.granietecariatyde, heeft zijn koningsroi koninklijk gedragen. Zyn uitbeelding van de rol van Kreon is als de baan, die de zou 's daags aan den hemel bestrijkt. Statig en zwaar opdoemend aan een verren ho rizont, waar het bleeke morgenrood lichtelijk reeds de tint van't komend bloed van den avond voorspelt, gaat zy op tot midden op den noen, hoog en brandend in de lucut, om te avond in zeeën van vuur naar de donkere nachtverdoemenL af te daleu. Bouw meesters „Wee, wee" in't laatste be drijf, z«Q klacht bij de baar vau zoon en gade, is de aller, alleropperste uiting van menschelyke smartontroering. Zóó lijdend is Kreon, ook gebroken, nog koning, koning aller smarten. „Het Vaderland": Nu de spelers. Bouwmeester heeft weer voor de zooveelste maai bewezen wat hy kan. 't Is kolossaal wat hy doet. Blijk baar geeft hy zich met zooveel genoe gen aan dat gedragen zeggen vau zware taal, aan dat maken van breede geba ren, aan dat trotsch hoog optreden iu koninklijke waardigheid. Hij deed dit kranig en beheerschte het stuk van begin tot eind. Een mooi moment was dat der eerste weifeling het eerste wankelen van zyn zelfvertrouwen en trots het na even zwijgen dof zeggen: „Neen, zy wier hand liet niet be dreven heeft, is vrij". Een Frans Hals. Voor eenige dagen kocht de lieer De L., leeraar aan de H. B. S. te Nijmegen, bij een antiquair aldaar een schilderijtje. Naar men verneemt moet het, na zorgvuldig te zyn schoonge maakt. een stukje vau Frans Hals gebleken zijn, en is den tegenwoor- digen eigenaar reeds een som van f30.000 geboden. issoH en ^edstrsjidle#5» Voetbal. Na de Zondag gehouden wedstrij den is de stand in ons eerste klas voetbal geworden goals gp. gw. gl. vl. voor tegen pt. Sparta 8 5 2 1 10 9 12 R. A. P. 7 5 1 1 25 5 11 H. B. S. 6 3 1 2 16 9 7 Rapiditas 6 3 12 12 13 7 Haarlem 8 2 2 4 15 17 6 H. V. V. 7 2 1 4 6 20 5 Celeritas 8 0 2 6 2 19 2 Leges* en ¥8oot Kol. Werfdepot. Gedurende 1897 is een bedrag van f 18,673 door de bij het Indisch leger in dienst getreden militairen ten be hoeve huuuer fainiliën van hunne hand gelden afgestaan en door bemiddeling van de administratie van het Koloni aal Werfdepot te Harderwijk opge zonden. Bovendien werd op dezelfde wjj ze en met goedvinden der belang hebbenden, een bedrag van f 4897 aan verschillende crediteuren overgemaakt, zoodat van de handgelden tiet niet onbeduidende bedrag van f23,570 op zeer nuttige wyze is aangewend. De commandant van het Koloniaal Werf depot heeft aan de burgemeesters ver zocht om door gepaste middelen het nuttig besteden der handgelden te be vorderen en de zich by hen ter beko ming der voor de dienstneming ver- eisehte bescheiden aanmeldende per sonen aan te sporen of te doen aan sporen, zooals trouwens reeds iu enkele gemeenten geschiedt, hunne te ont vangen handgelden goed te besteden. RECHTSZAKEN. De zaak -Abbema. Men weet, dat de heer J. F. P. A Abbema te Semarang door den Raad van Justitie te Makassar veroordeeld werd tot een tuchthuisstraf van 10 jaren, en wel omdat hy schuldig ver klaard werd aau: 1. Het toebrengen vau slagen, geen ziekte of onbekwaamheid tot persoon lijken arbeid van meer dan 20 dagen ten gevolge gehad hebbende, tegen vier personen gepleegd; 2. medeplichtigheid aan het met voorbedachten rade toebrengen van slageu, idem door, misbruik makende van zyn gezag over den dader, dezen daartoe aan te sporen, tegen 3 per sonen gepleegd 3. medeplichtigheid aau het met voorbedachten rade toebrengen van kwetsuren, geen ziekte idem, door, misbruik makende van zyn gezag over deu dader, dezen daartoe aan te sporen, tegen 3 personen gepleegd; 4. medeplichtigheid aan onwettige gevangenhouding, met lichamelijke pijniging, door. misbruik makende van ziju gezag over den dader dezen daartoe aan te sporen, tegen twee personen gepleegd onder verzachtende omstandigheden. 5. onwettige ge vanger houding met lichamelijke pijniging tegen 4 porso- nen gepleegd onder verzachtende om standigheden 6. medeplichtigheid aan poging tot moord, door misbruik [makende van zijn gezag over den dader, dezen daar toe aan te sporen onder verzachtende omstandigheden; 7. poging tot moord tegen twee personen gepleegd onder verzachtende omstandigheden; Het Hooggerechtshof van N. I. nam aan dat verscheidene punten niet bewezen waren, doch bekrachtigde in hoofdzaak het vonnis in de omschrij ving en veroordeelde hem tot 7 jaren tuchthuisstraf. In Indië zelf is op dit vonnis meer malen kritiek uitgeoefend. Thans heeft de heer Abbema, ten deze domicilie stellende ten kantore van zyn verde diger mr. Vorstman, advocaat en pro cureur te Haarlem, zich met een uit voerig adres tot de Tweede Kamer gewend, waarin hy al de argumenten, die tot zyne veroordeeling leidden, tracht, te ontzenuwen. Scherpe ver wijten en beschuldigingen richt hy tot heu, wier namen in deze zaak zyn betrokken, en hjj zet uiteen, hoe ver klaarbaar zyn „de oorsprong van de processen- verbaal en van de aanklacht Febr, (door Stormer geschreven) hat schenden van ambtsgeheim dooi den offic. v. just. mr. Winckel De benoeming van den hulpoffic. v. just. Stormer tot gedelegeerd rech- ter-comm.; Het verzoek van mr. Winckel om Stormer ie Batjan te houden Ambtsoverschrijding en misbruik van machthet verjageu van rustige burgers vau deu openbaren weg en uit hunne wouiug; Schelden, vloekendreigen van ge tuigen die in het voordeel van den bekl. spreken; Het weigeren van passen aan inlan ders om als getuigen a décharge eventueel te kunnen optreden (adres- sant's echtg., in Febr.'93 nog aan het hoofd der onderneming staande, had daarop recht); Het wegzenden van getuigen a dé charge zonder toestemming van adres sant; Het niet beschikbaar stellen van het getuigenverhoor (7 Dec—30 Dec. '92 gehouden onder Stormer van Meer ten) dan na dreigen van mr. Vorstman met aanklacht aan het Hof; De beschikking over getuigen, als gevangenen Het niet beschikbaar stellen van het vonnis, teneinde daaruit revisie op te maken. lot op het oogeublik dat die memorie moest ingediend woiden Het achterhouden van stukken, welke in het voordeel van beklaagde, in het nadeel der justitie zyu." Op al deze gronden vraagt adres sant aan de Kamer om den minister van Koloniën, wiens eerlijkheid en onpartijdigheid ook by adressant bo ven alle verdenking verheven zijn, te willen benoemen, daar een onderzoek vanwege het departement van Kolo niën, welk ook de waarde en het ge wicht van dat departement, moge zijn noch eeu onderzoek door de Re gering van N.-I. iu dit speciale, hoogst netelige geval raisou d'etre kan hebben dat die commissie moge bestaan uit drie oud-rechtelijke ambtenaren waar in mr. Piepers oud-vicepresident van het Hoogger. Hof in N.-I. presideeren moge. Dat die commissie verder besta uit: één oud-ambtenaar van Binn. Best., b.v. den heer A. L. A. F. Eerdmans, plaatselijk te Makassar bekend en één oud-planter, b.v. den heer G. Birnie uit Deventer of den heer H. II. 1'. van Lennep, laatstgeu. plaatselijk te Batjan bekend: ten einde in Nederlandsch-Indië een on derzoek te doen naar alle ongerech tigheden en onwettigheden in zyn proces, opdat alsuog blyke, waaraan adressant zijn hard lot te danken heeft, en onpartijdig te beslissen of mr. Winckel. gewezen Officier van Justitie te Makassar, niet alsnog in staat van besehuldiging zal moeten gesteld worden, op Jat de gerechtig heid althans iu Holland zegeviere." GEStlENGD H8EUWS De z-aak-Dreyfus. Eeu redacteur van de Gaulois heeft den oud-minister van justitie Guérin geïnterviewd, die door Emile Zola als getuige is gedagvaard. De heerGué- riu vertelde den journalist wat hem als minister van justitie bekend was van de zaak-Dreyfus. Hij verhaalde dat generaal Mercier den minister president Dupuy en hem kwam mede- deelen, dat hy de zekerheid had gekre gen dat kapitein Dreyfus ziju land had verraden. De miuisfcer van oor log somde alle „bewjjzcn" op welke hy tegen Dreyfus had bijeengegaard en verzocht den hr. Guérin een schrift kundige aau te wyzen om het schrift van den verdachte to verge! ij keu met het schrift van het borderel. In den ministerraad werd eerst over de zaak gesproken, toen de beschuldigde reeds gevangen geuomen was. Van een geheim stuk, dat in de raad kamer aan de leden van don krijgs raad zou ziju getoond, wist de heer Guérin niets. Het jevreemdde hem eveuwel dat ue regeering dit verhaal niet beslist had tegengesproken. Ouder de getuigen vau Zola komt ook voor de heer Sal les, oud-advocaat. Het was deze die aan eeu maaltyd een lid vau den kaygsraad hoorde zeg gen, dat de krijgsraad nog volstrekt uiet. zeker van zyu zaak was toen hy in de raadkamer binnenging, maar toen dei) leden daar andere^ stukken wer den voorgelegd, kregen alle officieren de overtuiging van Dreyfus' schold. De voorzitter van het Hof vau Assises der Seine heeft beslist dat voo!' de debatten in het proces Zola drie zittingeu zullen worden ingeruimd, 7, 8 en 9 Februari. Tevens heeft de preident den beer Clemenc-eau ge machtigd te verschynen voor den heer Perreux. den bestuurder van de Au- rore. De heer C'émeaceau zal wor den bijgestaan door zyn broeder mr. Albert Clémenceau. De invloed van kranten lezen. Dezer dagen verscheen een interes sant artikel ia de „Figaro" over den invloed van de pers op de hersenen, en wel naar aanleiding van een on derzoek van de Revue Bleue over de verantwoordelijkheid van de pers, een gedachtenwisseling die men, zegt de schrijver, E. M. de Vogué, evengoed zou kunnen houden over de verant woordelijkheid van den regen, van de koude, van de warmte, van alle niet te beheerschen luchtverschijnselen, die de menschelyke redeneering in het gezicht slaan door veelvuldigheid van tegengestelde handelingen. Het zyn overigens heel aangename onderwer pen om 't er eens over te hebben voor académiciens, die goed gedineerd heb ben, of de habitués van het café National, als zij hun partytje manilla hebben geëindigd. De schrijver vindt het verstandiger, daar wjj ieven in een tjjd die zich de wetenschappelijk noemt, het vraag stuk te beperken tot de proef-onder- vindcljjke gegevens en de pbysiologi- sche uitwerking na te gaan Van het dagblad op de hersenen. Dan bevin den wjj ons niet meer in het vage en het onbegrensde. Een kaleidoskoop of als men een recenter punt van vergelijking wil een kinematograaf, die in enkele oogenblikken de ver schillende veranderingen vertoont, die de menschheid in de laatste 24 uren heeft ondergaan, dat is het type dat de courant tracht te zijn. Eiken morgen kan de lezer van een of meer dagbladen in vjjftien, twintig of dertig minuten een overzicht krijgen over de geheelo aarde. De feiten, geresumeerd in korte aan- teekeningen, volgen elkander op in eene onsamenhangende wanorde, klein of groot, verwonderend, verdrietend, lachwekkend. De geest van den lezer springt, zonder overgang van de poli tieke quaestie op de misdaad van den dag, van de aardscbe mop op de ver duistering van de zon, van de weten schappelijke ontdekking op de smaad redenen op de bete noire van het oogenblik: hij spiingt van de goud mijnen in Aljaska naar de diamant mijnen van de Kaap, van de eetzaal van den Czaar naar de harem van den Sultan, van de raenschen die el kander op Cuba om 't leven brengen naar de menschen die ons in China bedotten. Onder het lezen wordt de eenvoudigste winkelbediende als de groote Pan middeu op de wereld ge plaatst en hij gaat er van weg, be dwelmd door deze verdoovende wan orde, nu eens met een mist van ver warde denkbeelden in de hersenen, dan weer met de overheerscheude zinsbegoocheling van het schandaal, de catastrophe, het raadsel, die de nieuwsgierigheid van dien dag in be slag nemen. Wanneer ondergaan nu onze hersens meestal die bewerking? In de eerste plaats 's morgens by bet ontwaken, 't uur waarop de normale meusch, na de herstelling van den slaap, een vrijen uitgernsteu geest heeft, do kracht van de frissche aandacht die door het werk van den dag wordt ver- eischt. Dat is het oogeublik waarop elk stedeling een courant leest, of velen onder ons er verscheidene door- loopen. 't Gevolg is dat de inwendige stilte, die noodig is voor het eerste werk, is verstoord; 't is hetzelfde alsof men den dag beginnen zou in eene ver gadering, waarin honderd stemmen door elkander schreeuwen. Wat het gevolg hiervan zal zjjn, kan men nog niet nagaantwee ol drie generaties zouden noodig zyn om dit goed te kunnen bepalen. Thans kan men zeg gen, dat de menschelyke hersenen eene bijzondere wijziging ondergaan. Om zich rekenschap te geven van den nieuwen leefregel, moét men ons be gin van den dag vergelijken met dat van onze vaders. Die lazen 's morgens ook wel voordat zjj zich aan hunne beroepsbezigheden begaven, maar dat was dan het een of andere hoofd stuk uit een boek, dat eeu en het zelfde onderwerp behaudelde, dat de gedachten concentreerde in plaats vau ze uit eeu te drjjven. Zjj be werkten den akker dien zjj gingen be zaaien; wjj laten er eeu vloed over, die hem overstroomt. Is dat goed? Is dat kwaad? De schrijver kan hierop nog geen ant woord geven, en lijj vergenoegt zich met het constateeren vau het feit. Ridderorden. De Berlynsche correspondent van de „N. R. Ct." schrijft in een brief aan dat blad het volgende Voor decoraties heb ik helaas geeu orgaau misschien wel omdat ik voor my niet de minste kans heb om er een te krygen en omdat ze mjj b\j aaderen bijzonder weinig belang in boezemen, vooral na een vermakelijke geschiedenis uit de dagen toen wyleu de groothertogin van Weimar haar gouden bruiloft vierde. Wij waren bjj een groote receptie in het iSlot en wandelden in de salons rond. op critische wijze «Ie bont met sterren be zaaide en met lintjes versierde heeren iu oogeuschouw nemeude, terwijl zjj zich. gereed maakten om langs de ju bilarissen de revue te passeereu, d:e op vergulde zetels de eerbiedige bui gingen van hun gasten minzaam be antwoordden. Daar tot deze plechtig heid alleen menschen op leeftijd waren toegelaten, trokken de aan wezige dames, voor het meerendeel eenigszins gezette matrones en groot moeders. in hun voorgeschreven gala toilet met décolleté minder onze aandacht dan de oude heeren, onder wie een paar zeer vermakelijke types waren. Ik heb b.v. eeu burgemeestertje uit de een of andere gemeente van het Tburingsche woudgebergte zien rond- paradeeren. dien ik zoolang ik leef niet vergeten zal. De ongelukkige was met een der plattelandsdeputaties op het feest ge komen en had de invitatie van het hof met haar voorgeschreven galakleedjj bepaald heelemaal verkeerd begrepen. In die voorschriften was beschreven hóe elk in gala moest verschijnen, die de een of andere hofcharge ver vulde, en daarbij werd ook gesproken van witte kasjmiren broeken. Zulke pantalons waren natuurlijk niet voor de burgemeesters, maar voor zekere hooge militairen en hofdignitarissen. Het burgemeestertjes had zich echter verplicht geacht de witte kasjmiren galabroek aan te trekken en drentelde in deze kleur der onschuld door de vorstelijke ontvaugsalons. Hy zag er geweldig komiek uit. Zyu bovenlijf stak iu een rok van een voorhistorisch model, waarmede zyne voorvaderen misschien al in den tyd vau Napoleon hadden rondgeloopen, zoo'n echte „zwaluwstaart" daaronder droeg hij een oud zijden vest, zeker ook oeu erfstuk, dat zijn burgervaderlyk buikje liet uitpuilen als een gomelastieken bal. En dan kwamen de „inexpressi bles" in sneeuwwitte blankheid. Waar hjj ze vandaan had, begreep niemand. Zoo'n witte wollen broek heb ik van mijn leven niet gezien noch op de recepties ten hove noch op het tooneel. Ze was hem te kort en te nauw eu werd gespaunen gehouden door riempjes aan zyn voeten. In liet be gin dacbt ik dat de rampzalige ait angst van ten hove te moeten komen zyn eigenlijke broek had verloren en nu in zijn ouderbroek langs den troon van zjjn goede vorstin mar cheerde. Maar neen, liet was werke lijk zijn gala-kostuum. Het zweet liep hem tappelings langs het gezicht vau inspanning, want het kleedingstuk benauwde hem dusdanig dat men elk oogenblik vreesde, dat het uit zyu na den zou springen. En inderdaad liet groote oogenblik kwam, waarop de broek weerbarstig ging worden. Toen mjjnheer de burgemeester voor het vorstelijk echtpaar zjjn buiging maakte, misschien een paar duim die per dan zjjne witte kasjmiren broeks pijpen het konden verdragen, hoorde men een kDal. Het spanriempje aan den eeuen voet was gesprougen eu het weerspannige broekspijpje scuoot langs 's mans rechter kuit de hoogte in, zoodat men zien kon dal de bur gemeester kousen droeg van blanwe saai. De witte galabroek dreigde ten leste nog een zwembroekje te worden en zelfs de meest verstaalde hoveling- gezichten hadden moeite om het uiet uit te proesten. Een met vorstelijk milde hand geschonken orde verzoette later het, arme burgemeestertje deu gru a elyken angst dien hjj gedurende de receptie in zjjn te kort schietende witte wollen broek had uitgestaan. Onder de verzamelde gasten zag men verder nog een zeer in het oog loopenden vreemden heer, wiens bo venlijf tot aan de heupen cn bjina nog verder met ridderorden en eere- teekenen behangen was, zoodat zeifs ons Berljjners die bjj benadering door hoffeesten en parades weten hoeveel ridderorden er op een racnschelyk lichaam gehangen kunnen worden, een zachte kreet van verbazing ontsnapte. Met eenige nieuwsgierigheid werd bier en daar gevraagd, wie dat wel zijn zou, dat bjj door souvereinen van alle lauden zoo gedecoreerd was. En wat b'.eek nu? De man. die inet zjjn overvloed van ridderorden alle ande ren in de schaduw stelde, was de chef van een klein kruisstation, waar vorstelijke personen bjj voorkeur op reis naar verschillende badplaatsen plachten te lunchen of van trein te veranderen. Sedert interesseereu mjj de ridder orden die een mensch heeft nog min der dan vroeger. Bjj een zitting van den Moravischen Landdag deed zich een ongewoon ge- va! voor. Een oud-schoolmeester was met vrouw eu kind onbemerkt iu de zaal gekomen en drong door tot voor de tribune van deu president. De vrouw begon daarop in het Czechisch een redevoering te houden, waarin werd aangedrongen op het pensionncorcu van haar man, die daarom al lang gevraagd had, maar steeds te vergeefs. Het kostte moeite oin den onderwijzer met zjjn familie buiten de vergader zaal te krjjgen. Groote branden. In de naphta-bronnen in de voor stad van Tëhernyi-gorod, in het Rus sische district Bakoe, woedt een zware brand. Tot, dusver zyn twee reser voirs met 500,000 „pud" uaphta ver nield. Er moeten ook menschen zjjn verbraud. Te Parijs is de kartonfabriek van de gebroeders Kroutz met twee belen dende perceelen een prooi der vlam men geworden. De brand brak Woens dag omstreeks twaalf uur des middags uit eu eerst te halfvier was de brand weer het vuur meester. De schade wordt op 500,<400 frs. geschat. Een trein van Rome naar Albano liep Donderdagavond uit het station komende tegen een rangcereode loco motief aan. Bjj den schok werden de locomotief van den trein en de goe derenwagen verbrijzeld, eu zes-en- twintig menschen, deels beambten deels reizigers, kregen wonden of kneuziugen. De schuld schijnt te liggen bjj een wisselwachter.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1898 | | pagina 7