T weede Editie.
Het meisje ra flen lok
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
Onze Agenten.
(5e Jaargang.
Woensdag 2 Februari 1898.
■o 4476
HAARLEMS DAuBLAD
Voor Haarlem per 3 maandenf 1.20
Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der
gemeente), per 3 maanden„1.30
Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden1.65
Afzonderlijke nummers0.05
Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden0.30
„de omstreken en franco per post Q.371^
Van 1-5 regels 50 G'ts.; iedere regel meer 10 Cts. Groote letters naar plaatsruimte.
By Abonnement aanzienlijk rabat.
Reclames 20 Cent per regel.
Abonnementen en Advertenfciên worden aangenomen door onze Agenten
en door alle Boekhandelaren en Courantiers.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Bureaux: Kleine Houtstraat 14, Haarlem. Telefoonnummer 122.
Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOM.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangére G. L. JDAUBE Co. JOHN F. JONES, Succ.Parijs 31bis Faubourg Montmartre.
Met uitzondering van het Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentiën en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan het
Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam.
BUITEN het Arrondissement Haarlem is de prijs der Advertentiën van 15 regels f0,75, elke regel meer/0,15; Reclames per regel f0,30.
Agenten voor dit blad in den omtrek zijn: BloemendaalSandpoort en Schoten, P. v. d. RAADT, Sandpoort; HeemstedeJ. LEUVEN, bij de tol; SpaarndamC. HARTENDORP; ZandvoortG. ZWEMMER;
Velsen, W. J. RUI J TER BeverwijkJ. HOORNSBülegotnAR1E HOPMAN, Molenstraat. Genoemde Agenten nemen Abonnementen en Advertentiën aan.
Aan Haarlemss Dagblad zijn de
navolgende vaste Agenten verbonden:
Voor het kwartier Amsterdamsche
Poort
D. VINK, A. L. Dyserinckstr. 17
Voor het Rozenpriëel:
K. VOS, Bozen-prieelstraat 30.
Voor het. Leidschekwartier
W. ZWART, Clercqslraat 136.
Advertentiën worden zonder ver-
Ipoging van prys door hen aangeno
men. terwijl ook voor Abonnementen
op de Courant door lien wordt zorg
rearagen.
Hoofdkantoor:
Kleine Houtstraat 14.
J. C. Peereboom,
Directeur- Uitgever.
Officieele Berichten.
De Burgemeester van Haarlem,
brengt bij deze ter kennis van de in
gezetenen dezer Gemeente, dat het
op den 26en Januari j.l. executoir
verklaarde vol jaars kohier op deGrond-
Belasting dezer Gemeente, dienst 1898,
dat het op den 27en Januari j.l.
executoir verklaarde 4e kwartaals
kohier no. 11 op de Personeele Be
lasting dezer Gemeente, dienst 1S96, op
heden aan den ontvanger der directe
belastingen zyn ter hand gesteld.
Wordende de ingezetenen tevens
herinnerd, dat de belastingschuldigen
verplicht zijn hunnen aanslag op den
by de wet bepaalden voet te voldoen.
Haarlem, 31 Jan. 1897.
De Burgemeester voornoemd
BOREEL.
Politiek Overzicht.
Men weet, dat de Keizer van Oos
tenrijk dit jaar zyn gouden regee-
ringsjubileam hoopt te vieren. De
dermania meldt dat na deze ge
beurtenis Keizer Frans Jozef den
vermoedelyken troonopvolger aarts
iiertog Frans Ferdinand tot mede
regent zal benoemen en daardoor een
soort vicc-keizerschap zou stichten.
)e voornaamste staatszaken zonden
voor den Keizer, de minder belang
rijke voor den mede-regent, zyn.
's Keizers ontmoediging over de te
genwoordige stammèu-oneenigheid in
tijn rijk moet hem er toe gebracht
hebben een dergelijk plan ernstig te
overwegen.
De duitsche Rijksdag heeft Maan-
ig een begrootingspost aangenomen,
die voortaan den hoogsten staatsdie
naar, den rijkskanselier, onafhankelij
ker op financieel gebied zal doen zyn.
Het traktement is nl. verhoogd van
f28000 op f 60000. De sociaal-demo
craten, de vrijzinnigen en de zuid-
duitsche volkspartij stemden tegen.
Reeds eenige malen is gemeld, dat
hot grieksche volk, de grieksche pers,
zich bezig houden met de vraag en de
beantwoording daarvan aan wie ligt
de schuld van den slechten toestand
van het leger en van de nederlaag
tegen de Turken Het rapport van
den griekschen kroonprins over den
oorlog heeft dezen woorden- en pen-
nenstryd hevig doen ontbranden.
Vleiend voor de officieren en voor
de destijds bestaande regeering was
flat rapport niet. De kroonprins be
weerde onder meer, dat een deel der
cavalerie geeu paarden hadDat en
kele hoofdofficieren gewichtige bewe
gingen deden, zonder er den generalen
staf mede in kennis te stellen. Over
het algemeen werpt de kroonprins de
schuld dér vernietigende nederlaag
terug op de regeering en de commau-
deerende officiereu.
Dat de Grieksche officieren en allen,
die by dit rapport betrokken zyn,
niet bijzonder tevreden zyn, is te be
grijpen. De bladen hebben wel enkele
berichten medegedeeld, waaruit die
ontevredenheid sprak, doch een dui
delijke tegenspraak is nog niet ver
schenen. Iets wat op een tegenspraak
gelijkt, geeft thans de Asiy. Een ver
tegenwoordiger van dit blad heeft een
onderhond gehad met generaal Smo
lensky, en deze generaal, dien som
migen beschouwen als den held van
den veldtocht, moet als zyn overtni-
giDg te kennen hebben gegeven, dat
de schrijvers van het bewuste rapport
dezelfde personen zijn, die den kroon
prins tydens de campagne zulken
slechten raad hebben gegeven. Daar
om moet de generaal voornemenszijn
om aan enkele deelen, welke hij on
nauwkeurig acht of eenigszins van
een juiste~voorstelling der feiten af
wijken, eenige nadere verklaringen
toe te voegen.
Welke deze verklaringen zullen
zyn, is tot nog toe onbekend. Het
volk verwacht ze evenwel met onge
duldtenminste wanneer de pers mag
beschouwd worden als een der organen,
waardoor de volksmeening zich uit.
Zij dringt met groot ongeduld op
ophelderingen aan, opdat men wete,
wie in den oorlog fouten heeft begaan.
Over de chineesche quaestie is
weinig nieuws. Bevestigd wordt alleen
wat reeds is gemeld, dat Rusland zich
met kracht verzet tegen Engelands
eischen vooral wat het bezetten van
Talienwan door John Bull betreft.
Omtrent, de houding van Rusland
weet de Daily Mail het volgende
mede te deelen: Het Tsung-Li-Ya-
men heeft aan een aantal hoogge
plaatste ambtenaren een geheime dépê
che gezonden, met de mededeeliug.
dat Rusland Talienwan of Port-Arthur
zal eischen, wanneer Kiaotschau aan
Duitschlacd werd afgestaan.
Tusschen Talienwan en Port-Arthur
moeten zich thans 10,000 man Rus
sische troepen bevinden. Russische
agenten zyn naar Tientsin en Japan
gezonden om steenkool te koopen. In
de eerste plaats zijn bovendien zes
tigduizend zakken meel aangekocht.1
"Uit dezelfde brui komt tevens het
bericht, dat China niet te veel ver
trouwen stelt in de belofte van Enge
land en dus weifelt. Het dnrft zich
feitelyk aan geen van beide zijden te
scharen, want te veel toegeveudheid
aan de eene zijde betoond, heeft mis
schien oneenigheid met de andere ten
gevolge.
Tusschen twee republieken in Cen-
traal-Amerika dreigt oneenigheid te
ontstaan, en wel tusschen Nicaragua
en Costarica. Een grensregeling-ge
schil is hiervan de oorzaak.
Nicaragua klaagt dat de rivier San
Juau, die het Nicaragua-meer met
do Mexicaansche golf verbindt en de
noordelijke grens van Costarica naar
•de zijde van Nicaragua vormt, door
een wijziging in haar loop liet grond
gebied van Nicaragua verkleind heeft,
ten voordeele van Costarica.
Nicaragua schijnt te rekenen op den
steun van de twee andere republie
ken, waarmede het onlangs do Repu-
blica Mayor gevormd heeftHondu
ras en San Salvador. De president
van Honduras, Policarpo Bouilla,
schijnt zeer geneigd te zijn, Nicaragua
gewapenderhand tegen Costarica te
helpen, maar het volk van Honduras
verzet zich daartegen.
Hot grensregeling-geschil tusschen
Chili en Argentinië is ook nog steeds
niet opgelost. Een ongegrond gerucht,
dat de onderhandelingen daarover tus
schen beide staten plotseling was afge
broken,beeft zelfs te Yalparaiso en San
tiago eene benrspaniek veroorzaakt.
Wel een bewys, dat de bevredigende
oplossing nog geen vaststaand feit is.
Alg. Ned. Werkl. Verb.
Tn de dezer dagen gehouden leden-
vergaderirg van de Afd. Haarlem
v/h Alg. Ned. Werkl.-Verbond, werd
door den secretaris en penningmeester
het jaarverslag van 1897 uitgebracht
en na goedkeuring hiervan, werd be
sloten beide verslagen met dat van
het ziekenfonds tot een verslag te
maken om aan Donateurs en leden
hiervan een afdruk toe te zenden.
Hierna had de jaarlijksche bestuurs
verkiezing plaatsaan de beurt van
aftreden waren: J. van der Wijde,
president, J. S. Holster, penningm. en
J. van den Bogaardt, 2de secretaris,
die allen weder als zoodanig werden
herkozen, en in de plaats van J. Peper
commissaris, die niet herkiesbaar is,
werd gekozen J. van Emmerik.
Aangezien in de vorige vergadering
was opgericht een spaarkas voor de
leden en een reglement was vastge
steld, moest nu in verband daarmede
een bestuur gekozen worden en wer
den hiervoor benoemdW. L. Schram,
president, J. van den Bogaardt, secret,
en G. Zweers, penningmeester, en als
commissarissen A. de Yries, J. Kies'
ser en N. Hulsbosch.
Naar wy vernemen zal deltaliaan
sche Opera den 9den dezer (Woensdag)
eene voorstelling geven in de groote
zaal der sociëteit Vereeniging en wel
van het bekende werk TJn Ballo in
Maschera.
STADSNIEUWS.
eerste en derde pagina.
Haarlem, 1 Febr. 1898.
Ned. R. C. Volksbond.
De vergadering, die Maandagavond
de afdeeling Haarlem van den Ned.
R. C. Volksbond in de groote zaal
van de sociëteit „de Kroon" hield,
was zeer druk bezocht. Na opening
bekwam de Weleerw. Heer Wierdels
het woord om den leden zijn hartely-
ken dank te betuigen, dat zy zoo ge
trouw bijgewoond hadden de preeken,
die de Weleerw. heer pater Harte
alleen voor leden der afdeeling had
gehouden. Met een luid applaus werd
de raededeeling van spr. begroet, dat
aan den pater een telegram was ge
zonden, waarin hem oprechte dank en
hulde gebracht en het eere-lidraaat-
schap der afd. aangeboden werden.
Voor de leden werd daarua opge
voerd „Flik en Flok in de klem."
Dit aardige blijspel in een bedrijf is
bekend en bier ter stede reeds meer
opgevoerd. Daarom kan eeu beschrij
ving hiervan wegblijven. Maar gezegd
dient, dat de opvoering zeer goéd was.
De knecht van den kastelein met zyn
„dat is me zoo aangeboren" speelde
zy'ne rol goed. Een woord van lof
komt den spelers toe, wien de aan
wezigen door hun applaus reeds hun
dank betuigden.
BINNENLAND.
Parlementaire Praatjes.
Mijn lezers liggen bij mij onder de
sterke verdenking van langzamerhand
meer dan genoeg te hebben van „het
stinkende 's Gravenhage."
Zij zullen niet wenschen breedvoe
rig te worden ingelicht over de in
terpellatie van den heer Fransen v.
d. Patte in de Eerste Kamer over
den toestand van het boezemwater
van Delfland. Die interpellatie kwam
natuurlijk op hetzelfde neer als die
van den heer van de Velde aau de
overzijde van bet Binnenhof. Het
antwoord der regeering luidde toen
wy zullen onderzoeken. Inmiddels
werd een staatscommissie in het leven
geroepen en dus kon de Reg. thans
antwoorden wy [onderzoeken. Maar
éen verschil was er in beide inter
pellaties, nl. dat de beer v. d. Putte
driemaal zoo lang was als zyn col-
lega-interpellant in het ontwikkelen
zijner bedenkingen en dat by hem
tónr a tour alle in deze zaak betrok
ken colleges, de Regeering niet uit
gesloten, er duchtig van langs kre
gen. De heer van de Putte bleek
daarbij uit te gaan van bet denkbeeld
dat volgens velen een dwaling is
dat het gemeentebestuur van den
Haag de spuiïog verwaarloosde ter
wille van de badplaats. Hij was van
meening dat de Regeering behoorde
in te grijpen in een conflict van be
langen en bevoegdheden. Op welke
wijze? vroeg de Minister van Biu-
nenlandsche Zaken. Er was alle hoop
dat de toestand in 199S beter zou
z :n. En er was tevens hoop, dat het
rapport der Staatscommissie middelen
voor algemeene verbetering aan de
hand zou doen. Evenals in de andere
Kamer nam Minister Lely ook hier
het technisch deel der quaestie voor
zyn rekening, om te betoogen, dat in
deze veel stuurlui aan wal staao,
en eigenlijk ook, dat cr van verzuim
geen sprake was. Ook hij wilde do
rapporten der deskundigen afwachten.
De interpellant bleef onvoldaan.
Het wetsontwerp tot opheffing van
het uitvoerrecht op suiker in Ned.
Indië vond bescherming bij den heer
Muller, die, na eeu breedvoerige
schets der geschiedenis van onze ta
rieven, den" maatregel verdedigde in
het belang der industrie en van de
bevolking.
De heer Van Nispon tot Panner-
den, die geen principieel debat
wenschte, verklaarde zich door deze
rede niet overtuigd en de Minister
Cremer kon zich bij den beet Muller
aansluiten.
Stemming werd niet gevraagd.
„Suriname" en „Koloniën" bleven
voor Dinsdag bewaard.
G. Jr.
Uit de „Staats-Courant".
Kon. besluiten.
Benoemd: tot voorzitter van het
college van regenten over de gevan
genissen te Alkmaar, mr. M. Bueh-
ner, lid van het college, en tot lid
mr. H. J. H. Modderman, officier van
justitie bij de arr.-rechtbank aldaar.
By het Departement van justitie
benoemd; tot commies C. van Ha-
mersvelt, en W. J. Pontier, beiden
thans adjunct-commies; tot adjunct
commies: D. P. J. van Waning, J.L.
H. Jonker, G. W. Blankenberg enC.
J. Zeldenrijk. allen thans eerste-klerk,
mr. P. A. V. baron van Harinxma
thoe Slooten, wonende te 's Graven
hage, en mr. G. G. van der Hoeven,
wonende te Leiden.
Benoemd tot officier in de orde
van Oranje-Nassau mr. W. J. G baron
van Oldeneel tot Oldenzeel, school
opziener in het arrondissement Breda
en D. de Groot, schoolopziener in het
'arrondissement Utrecht; tot ridder
(met de Zwaarden) de eerste-luitenant
J. L. Ranneft van het 4de reg. ves-
ting-artillerie.
Dr. J. J. baron Mackay, ge-
zautschaps-attaché in algemeenen
dienst benoemd tot adjunct-commies
by het departement van binneuland-
sche zaken.
Aan den luitenant ter zee der 2de
klasse A. F. A. graaf van Hogendorp
I vergunning verleend tot het waarne-
men van eene particuliere betrekking
buiten het zeewezen, voor den tyd
van zes maanden, onder stilstand van
non-activiteitstraktement en zonder
opklimming iu de ranglijst,
i Bevorderd tot luit.-ter-zee der 2de
klasse de adelborst der eerste klasse
G. C. M. Kolff.
I In zijnen rang overgeplaatst by het
regt. grenadiers en jagers, de kapt.
D. F. H. Helbacb, van het 3de regt.
infanterie.
De O.-Indische ambtenaar met
verlof B. Stoutjesdyk, laatstelijk on
derwijzer der lste klasse by het open
baar lager onderwijs voor Europeanen
en met dezen gelykgestelden in Ned.-
Indië, op zyn verzoek eervol uit
's lands dienst ontslagen, met toeken
ning van pensioen.
Verkiezing Tweede Kamer.
De Volksparty te Deventer heeft met
90 van de 95 uitgebrachte stemmen
tot candidaat voor het lidmaatschap
der Tweede Kamer gekozen ds. J.
van Loeneu Martinet te Amsterdam;
dc heer Gerritsen kreeg 5 stemmen.
Dr. J. M. J. Hoog te Terwolde heeft
aan de vrijzinnige vereeniging Deven
ter bericht, dat hij geen candidatuur
wenscht aan te nemen.
NedeiTandsch. Gymnastiek
verbond.
Het Nederlandsche Gymnasiiekver-
bond hield Zondag te Amsterdam zyne
gowone jaarlyksche vergadering onaer
leiding van den voorzitter, den heer
Karei Muller.
Uit het door den secretaris, den
heer Th. Bakker, uitgebrachte .jaar
verslag oleek, dat het afgeloopen jaar,
hoewel niet ryk aan bijzondere ge
beurtenissen, niettemin een tijdperk
van bloei was. Het aantal aangesloten
vereenigingen bedroeg 123, met 7075
leden, waarvan 2085 turners. Het
ledental nam met 435 toe, het getal
vereenigingen met 6, dat der werkende
leden met 7811 ondersteunende leden
bedankten voor het lidmaatschap.
Uit het verslag van den penning
meester, den heer P. C. Adrian, bleek,
dat de ontvangsten in het afgeloopen
jaar f 1907 bedroegen, zoodat een voor-
deelig saldo van f202 bleef. De be
grooting van 1898 sloot in ontvangsten
en uitgaven met f 1050 en een batig
saldo van f260.
Verslag en begrooting werden goed
gekeurd.
De voorzitter deed mededeeling, dat
tot leden der technische commissie
waren herbenoemd de heeren S. van
Aken ("Rotterdam), voorzitterH.
Plümer (Amsterdam), secretaris, en
G. J. G. Mieremet (Utrecht). In de
plaats van den heer Adrian, die aftrad
als penningmeester en zich niet hor
kiesbaar had gesteld, werd gekozen
de heer N. van Rooyen. De heer Adrian
werd als eerelid van liet verbond uit
geroepen.
Tot plaats, waar dit jaar de gewone
bondsvergadering zal worden gehou
den, werd met algemeene stemmen
Amsterdam aangewezen.
In besloten vergadering werd een
motie aangenomen, die de wensche-
lykheid uitsprak, dat het optreden
van het „N. G. V'" by de inhuldi-
gingsfeesteu zoo krachtig mogelijk
jdoor de leden gesteund zou worden,
len het bondsbestuur werd opgedragen
j alle pogingen aan te wenden, die tot
een guustigen uitslag zouden leidon.
Als redactieleden van het Tijdschrift
werden gekozen de heerea Wopkes
'en Rensburg.
I Hierna werden behandeld eenige
FEUILLETON.
Naar hel engelsch.
18)
Sir Lucien had toen een antwoord gegeven, dat de
mder glimlachend aanhoorde.
„O! natuurlijk, Sir Lucien kon hem voor het gerecht
Jagen, gevangen laten nemen en zelfs," hier lachte by
laid, „martelen, maar nooit zou hy iets meer van do
steenen te weten komen...."
Hij stelde een voorwaarde en die voorwaarde was
Amber. Het meisje was door die beide mannen als
koopwaar beschouwd.
Was Amber maar eerst zyn vrouw, dan zou sir Lu
cien vjjf minuten, nadat de huwelijksplechtigheid vol
trokken was, in het bezit vau de familiesteenen
qjn.
Dronken van vreugde over dit afschuwelijke plan
kwam sir Lucien thuis. Amber moest verkocht worden.
Wat beteekende zy in vergelijking met die kostbare
edelgesteenten, die eeu onberekenbare vergrooting van
zyn kapitaal zouden zyn. Hy was opgewondentoen hij
zat te dineeren.
Amber aan Deane uithuwenWel, dat was nog al
een eenvoudige zaakZij zou dan met iemand trou
wen van even lage „komaf" zooals hy het uitdrukte,
als zy.
Maar hij had iets hooren mompelen over de bewon
dering die Jlilary voor zyn nichtje koesterde; Deane
voornamelijk had deze vermoedens bij hem gaande ge
maakt, ofschoon Brian om verschillende redenon hem
dit niet ronduit had meegedeeld. Maar een jaloersch
man koestert dadelijk achterdocht. Toch hail hy Hi
lary's gedrag tegenover haar onder het diner voortdu
rend gadegeslagen, maar behalve die eene daad in de
zitkamer, bemerkte hy niets wat hem in zyn achter
docht kon styven. Voelde hij werkelijk iets voor het
meisje, dan was het toch niets meer dan een voorbij
gaande genegenheid, een afleiding.... niets meer. En
Amber moest Deane tot eiken prys trouwen.
Hilary's gedrag verdrijft al zyn angst. Hy kalmeert
als hy naar" hem ziet; voortdurend houdt hy een waak
zaam oog op hem. Hilary zit niet naast Amber en kijkt
ternauwernood naar haar. Hier neemt Sir Lucien ter
dege nota van.
En het is werkelijk zoo. Hilary kykt niet naar Am
ber, noch zy naar hem. Voor een nauwkeurig opmer
ker heeft Hilary's manier van doen iets bijzonders, iets
vroolijks; zyn gelaat draagt een eigenaardige, geluk
kige. een weinig luchthartige uitdrukking.
Maar de anders zoo slimme sir Lucien is zóó ver
diept in zijn gepeins over een verloren schat, die we
der gevonden is, dat hij deze kleinigheden niet opmerkt.
Hy is volkomen tevreden, dat Hilary niet naast haar
zit en zy hem totaal onverschillig schjjnt.
„En geen wonder I" denkt by by zich zelf, terwijl een
cynisch lachje hom om de lippen speelt en hy met een
uitdrukking van haat naar Amber ziet. En werkelijk
het arme kind (hier is ontkennen onmogelijk) is heel
leelyk gekleed. Haar japon is afgedragen en slecht ge
maakt. Er is eigenlijk niet de minste snit aan. En
toch Een auder zou er bepaald afschuwelijk in
hebben uitgezien, maar de natuur is Amber te hulp
gekomen. Al is de japon slecht gemaakt, de mooie
blanke hals en armen, de houding van haar hoofd en
de kleine rose oortjes zóo onberispelijk vau vorm, de
lieve zachte, maar vroolyke oogen, doen iemand de ja
pon geheel over het hoofd zien. En uit haar geheele
manier van doen spreekt zóó iets eenvoudigs zóo iets
natuurlijks, alles wat zy zegt is zóo vriendelijk, dat zy
spoedig alle harten veroverd heeft en baar neven zou
den nu reeds hun leven voor haar willen offeren, ter
wijl de dames zich zelf kinderachtig vinden, als zy nu
nog op haar toilet letten.
Zelfs Gilbert Grey, die zóo verliefd is op May, dat
hy behalve haar allé vrouwen afzichtelijk vindt, heeft
plezier in haar vroolijk gelach en gaat zelfs zoo ver
dat hy aan Owen in vertrouwen meedeelt „dat zy aar
diger is dan de meeste meisjes."
Hij is inderdaad zóo attent voor haar, dat May zich
hierover eerst verwondert, maar dan boos wordt on
eindigt bera zóo koel te behandelen, dat hij de wanhoop
nabij komt. Goede Hemelwat heeft hy nii weer ge
daan Dit „nu" is een welsprekend bewijs, hoe grillig
het meisje zijner keuze is.
„Nn gedaan!" merkt Mc Grath op, lot wien hy zich
in een ondoordacht oogenblik gewend heeft, „alsof jy
dat niet zoudt weten."
„Hoe kan ik het weten? Wat zou ik weten? Lach
als je blieft niet zoo onnoozel
„Och, ga weg, zegt Owen, die nu in zyn element is
en Grey oen stomp tusschen zyn ribben toedient, zoo
dat deze woedend wordt. „Loop heen, guit, die je bent
Ik heb het wel gezien 1"
„Wat gezien, ver wenschte kerel!"
„Okom nu Grey, waarom zou je je zoo onschul
dig houden! Als je aan per sé wilt flirten, doe het dan
in het bij zyn van een ander lief meisje, anders zou er
wel eens een hevige onweersbui kunnen losbreken. Be
grijp je me, hè?"
„Het is alles jou schuld," zegt Grey verontwaardigd.
„Hebt ge haar verteld, hoe ik over juffrouw O'Connell
dacht
„Waar ziet ge my voor aan?" zegt Owen neerslach
tig. „Myn karakter is jou nog even onbekend als eeu
onopengesnedea boek. Gy moet het eerst bestndeeren.
Denk je, dat ik zoo slecht ben om dat heilige geheim,
dat je aan mij toevertrouwdet, aan May over te ver
tellen
„Heilig geheim!" Grey staart hem aan, als heeft hy
niet goed gehoord. ,.Ik zeide, dat juffrouw O'Connell
my zoo kwaad niet was of zoo iets dergelijks."