NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD. De oorlog tusschen Spanje en Amerika. FEUILLETON. 'Se Jsargsfsg 2®PEP Woensdag G Juli 1898 "nf U20 Vn.-r u«*ipt-;. dek waar ••«-.. /-r- - gwestiyd (kom der gei:.eente>, per 3 maanden1.30 ?v.-.c -• geheele Rijk, per 3 in:« 1.05 aj^.-x^iuikc nummers0.05 Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem,.per 3 maanden0.30 j, de omstreken en franco per post0.37Eo ^LXJVESL.TErtTTIEEN': .egels 50 C>.: tedere regel -- er 10 Ots. Gr-ote letters raar pla.; IA ïanzteoltyk :abat nnementen en aangenomen deor onze Ag-: er. door ikkhiü.delaren en Courantiers. Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Bureaux: Kleine Houtstraat 14. Haa::eiv<. Telefoonnummer 122. Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOM. Hoofdagenten :oor het Buitenland: Publicize Etranybrc G. L. DA i BE Co. JOHN F. JONES, Succ.Parijs Slbis Faubourg Monttnartre. Met uitzondering van bet Arrondissement Haarlem is het uitsluitend reeht tot plaatsing van Advertentiën en Reclames betreffende Handel, Nyverheid en Geldwezen, opgedragen aan bet Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam. BUITEN bet Arrondissement Haarlem is de prys der Advertentiën van 1—5 regels /'0.75, elke regel meer ƒ0,15; Reclames per regel f 0,30. Agenten voor dit blad in den omtrek zijn Bloemendaal, Santpoort en Schoten. P. v. d. RAADT, SandpoortHeemstedeJ. LEUVEN,bij de tol; Spaarndam, C. HARTENDORPZandvoort, G. ZWEMMER Velsen, W. J. RUIJTER Beverwijk, .T. HOORNSHillegom, ARIE HOPMAN, Molenstraat. Genoemde Agenten nemen Abonnementen eD Advertentiën aan. De „Gloucester" was het eenige Ame- rikaansche schip dat beschadigd werd. Een torpedoboot sprong in de lucht toen I zij bijna de kust genaderd was. Generaal Shatter meldde den minis- j Er is thans wapenstilstand tot Dins-1 ter van oorlog Alger. dat hij de beschie-dagmiddag ten emde de niet-vechtenden, ting van Santiago wegens het lijden van i ten getale van 20 000, in de gelegenheid de stad tot Dinsdag had uitgesteld. De generaal seinde heden namiddag san het departement van oorlog ..Mijne troepen sluiten de stad volko men in van de baai in het noorden tot de rivier van San Juan ten zuiden. De vijand heeft stelling genomen van den Westelijken mond van de rivier tot den spoorweg naar de stad. Generaal .Pando is nog op eenigen afstand van de stad maar zal haar met bereiken." Des middags berichtte hij „De Spanjaarden weigeren Santiago over te geven. Ik heb hun tot morgen middag bedenktijd gegeven voordat ik met, de beschieting begin." Admiraal Sampson seinde uit Siboney van Zondag. ..De vloot onder mijn bevelen biedt het Amerikaansche volk als geschenk op den Onafhankelijkheidsdag (4 Juli) de vernieling van de geheele vloot van ad miraal Cervera. Niemand ontkwam. De vloot beproefde te half tien des morgens te ontsnappen en te twee uur in den middag was het laatste schip de „Cris tobal Colon" op de kust geloopen, zestig mijlen ten Westen van Santiago en streek het de vlag De „Maria Teresa," de ..Oquendo" en de Vizcaya waren ge noodzaakt op minder dan 20 mijlen van de stad op de kust- te loopen. Zij werden in brand gesteken en door ont ploffingen vernield. De ..Furor" en de „Pluten" zijn op minder dan vier mij len van de haven vernield. „Onze verhezen bedragen een doede en twee gekwetsten. „De verhezen van den vijand zijn waarschijnlijk eenige honderden, die doodgeschoten, bij een ontploffing om gekomen of verdronken zijn Wij heb ben ongeveer 1300 gevangenen gemaakt, onder wie. admiraal Cervera." Volgens een dépêche, Zondag uit San tiago aan de „Evening Telegram" ver zonden, hadden de Amerikaansche sche pen weinig te lijden van het vuur van Cervera. Het schip van Cervera opende de rij der schepen. De Amerikanen na men hunne stellingen in, maar begon nen eerst te vuren toen de Spanjaarden buiten den toegang tot de haven waren gekomen. Cervera zette koers naar het te stellen te vertrekken. Generaal Shat ter heeft dit uitstel toegestaan op de j vertoogen van den Britschen consul en eenige andere consuls. De Amerikaansche opperbevelhebber j seinde aan generaal Shafter„Ik kom 1 deze week met aanzienlijke versterkin gen." De bevelhebber van 'net leger voor Santiago antwoordde daarop ,,lk ben verheugd dat generaal Miles voornemens is te komen, omdat hij dan persoonlijk zal kunnen opmerken welke moeielijk- heden het bezettingsleger heeft ontmoet.' Generaal Pando staat zes mijlen ten noorden van Santiago. Garcia met 3000 opstandelingen tracht den opmarsch dei- troepen, die veel van de hitte te lijden j hebben, tegen te houden. Generaal Shafter is ongesteld. Uit Madrid kwamen natuurlijk weer berichten, dat men geen berichten had. Er werd medegedeeld Het eskader van I admiraal Cervera is er in geslaagd de haven van Santiago te verlaten. Bijzon derheden ontbreken. Een officieel telegram van 1.30 ntn. j zogt: j „Het eskader is zonder incident de haven uitgestoomd. Men hoort, een le- vendige kanonade tusschen beide eska ders m volle zee. Bijzonderheden ontbre ken." Hetzelfde telegram meldt nog dat de kolonne-Escario door het cordon van ge neraal Shafter brak en Santiago binnen rukte. Later wordt men vrijmoediger." Een bericht van de semaphore van fort Moro te Santiago zegt, dat het Spaansche eskader na de beschieting dei- Amerikanen geen enkei teeken gaf, dat aanduidde dat het averij had bekomen. De Amerikaansche berichten over de nederlaag van het eskader zouden dus van grond ontbloot zijn. En ten slotte melden de Spanjaarden zelfs Een telegram uit goede bron meldt dat bet, eskader van Cervera,. na een he vig vuurgevecht met het Amerikaan sche eskader, de noordkust van Cuba bereiktemen gelooft dat liet koers zet naar Havana. Wie nu de waarheid spreekt, gelieve westen, zoo dicht mogelijk langs de kust de lezer voorloopig zelf te beslissen. fi Uit de nadere berichten over de ge vechten hij Santiago, blijkt dat generaal Shafter de sterkte van de Spaansche stel lingen aanmerkelijk onderschat heeft. Dat volgt ook uit de omstandigheid dat stoomendede „Vizcaya" en de Oquen do" volgden het admiraalschip, daarach ter kwamen de torpedobooten. Eensklaps openden de Amerikaansche pantserschepen het vuur. De Spanjaar den hadden een waren orkaan van hagels j de Amerikanen geen ernstige poging j en granaten te doorstaan niettemin i hebben gedaan om Pando's hulptroepen, bleef de „Cristobal Colon" het vuur be-j vermoedelijk 6000 man sterk, en die nu j antwoorden, maar was gedwongen zich misschien de Amerikanen in de flank j naar de kust te richten toen zij tien i of in den rug bedreigen, tegen te hou- mijlen van het, kasteel Mon-o was. De den. Volgens de militaire deskundigen j „Vizcaya" en de „Oquendo" hadden nog, is Shafter moeten terugtrekken om zijn niet den halven weg van de „Cristobal zwaar gehavende troepenmacht te reor- Colon" afgelegd, toen zij reeds in brand ganiseeren, en de versterkingen uit Tam- stonden en genoodzaakt waren op de pa af te wachten, waarna Miles Shafter kust te loopen. De Spaansche beman- zou vervangen. ning legde den grooteten moed aan den Volgens den correspondent van de dag. „Times" te New-York bestaan de 15.000 Als ik je dronken zie, zal ik het volk bevelen je in zee te gooien!" En dit zeggende verwijderde ik mij. De kerels bleven geruimen tijd in de voorplecht en zij hielden zich zoo rustig, dat ik mij zelf afvroeg of eenigen van hen niet reeds bezig waren het schip lek te maken. Maar zoo voorbarig zou den rij niet handelen. Wel zou het ge- ruimen tijd duren eer het schip vol geloopen. was, maar voordat de avond viel kon er nog een storm komen op steken, die hen noodzaakte aan boord te blijven. Ik bleef op het dek en dacht niet aan eten maar zag voortdurend bezorgd naar de lucht. Een der matrozen kwam den man aan het roer aflossen ,maar ziende, dat het schip te langzaam hep om naar het roer te luisteren zette h ijrich op het hakke bord en begon een pijpje te rooken. Ik nam geen notitie van hem. Kort daarop verscheen Stevens op het achterdek. I „Prachtig kalm weer," zeide hij met de hand boven de oogen naar de horizon turend, „en mooi warmpjes." „Moeten wij het schip verlaten met al het zeal op?" vroeg ik. ..Wat denkt gij er van," vroeg hij me schijnbaar onverschillig naar boven zieo- man hulptroepen, die tegen het einde dezer week uit Tampa afgezonden wor den, meerendeeis uit vrijwilligers die pas een paar maanden in den wapenhan del geoefend zijn. De laatste berichten, volgens welke Cervera's eskader vernie tigd is en Cervera gevangen zou zijn. wij zigen intusschen den toestand. Uit Siboney wordt nog gemeld, d.d. 2 JuliDe rechtervleugel van het Ame rikaansche leger is in een bijna even he vig gevecht gewikkeld als gisteren. Toen generaal Lawton rijn troepen aanvoer de tot den aanval op El Caney, wei-den zij ontvangen met een welgevoed snel vuur, dat met bewonderenswaardige re gelmatigheid werd afgegeven. De Ame rikanen beantwoordden dit vuur met een hevig geweervuur, gesteund door de ar tillerie, die op een heuvel in batterij was gekomen. O phet oogenblik van het af zenden van het telegram wordt gemeld, dat Lawton, na versterking ontvangen jaarden omtrok. Zijn soldaten waren toen reeds in de stad, waar in de stra ten een gevecht man tegen man plaats had. De verliezen der Amerikanen op Vrij dag worden geschat op duizend man, waaronder ongeveer 150 dooden. Volgens een niet officieele opgave, die gematigd schijnt, zijn de verliezen op heden (Za terdag) veel minder. De Spanjaarden hebben him schepen bij het strand gebracht, en ze in brand gestoken alle rijn in de lucht gespron gen, op één na. Volgens berichten uit Madrid is Sa- gasta Maandag reeds geïnterviewd we gens de nederlaag te Santiago. Sagasta zeide wij denken niet aan capituleeren of vrede sluitenal mochten de Ameri kanen Santiago genomen en Cervera's vloot vernield hebben, wij zullen toch den strijd volhouden. Honderdduizend Spanjaarden staan gereed om Cuba tot het uiterste te verdedigen. Een Duitsche correspondent. Ring ge- heeten, is op bevel van generaal Shafter gevangen genomen, onder beschuldiging een spion te rijn. Op de Filippijnen. De Spanjaarden houden Dagupan be zet, het omringende land is in het bezit de ropstandelingen. Het garnizoen der stad vernielt de plantentuinen. De Spanjaarden beproefden de opstan delingen uit Malata te verdrijven, maar schot-en bij vergissing op hun eigen ka meraden van wie zij twaalf doodden. Felipe Bueneamino begaf rich de vo rige maand naar Cavite, naar hij voor gaf om bij Aguinaldo ten gunste van de Spanjaarden op te treden, maar men gelooft dat hij den aanvoerder der op standelingen wilde vermoorden. Hij werd in hechtenis genomen en gevangen gezet en schreef daarop een brief aan den Spaanschen gouverneur, waarin hij dezen dringend aanbeval de stad over te geven. De schrijver verweet den Span jaarden dat het hun aan bekwaamheid en geestkracht voor de verdediging der stad ontbreekt. De ontscheping der Amerikaansche troepen is Vrijdag bij Cavite begonnen. De troepen begeven zich naar het kamp op het Schiereiland. Dc opstandelingen hebben Manilla in gesloten en zijn gereed om in overleg met de Amerikanen te handelen. Men verzekert uit goede bron dat Duitschland nog voor den oorlog den af stand van een haven op de Phi [lippijnen heeft verkregen. Een telegram van admiraal Dewey bericht de aankomst van de eerste divi sie transportschepen uit .San Francisco De gezondheid der troepen is uitstekend, de toestand te Manilla blijft bevredi- gend Nu iedereen in de Vereenigde Staten, nog meer dan vorige dagen, verlangend is naar berichten over den oorlog, heb ben de „stiepers" (d. z. de menschen die bij de rotatiepers den vorm gieten) van Chicago het werk gestaakt, zoodat de geheele stad Zaterdagmorgen zonder courant was. De stiepers die thans meenden de uit- gevers geheel in hun macht te hebben, J stelden de eischen dat hun werktijd van acht tot zeven uur per dag verminderd en de loonen van S 3.25 tot 4 per dag verhoogd zouden worden met 75 cent- per uur overwerk. De uitgevers weigerden eenvoudig deze dolzinnige eischen in 1 overweging te nemen, waarop de werk staking werd afgekondigd. Daar de uit gevers onderling afgesproken hadden, geen pogingen te doen om edities ge drukt te krijgen zoolang de werkstaking duiut .zijn de bewoners der stad thans van alle nieuws verstoken Het is uiet onmogelijk dat de letter zetters him kameraden zullen steunen en misschien gaan de drukkers eu de ver zenders pok wel meedoen. STADSNIEUWS Eerste en tweede pagina. Haarlem, 5 Juli 1898. Tot^ onderwijzer aan het instituut de Waal te Utrecht is benoemd de heer J. van de Wateren, alhier. Mgr. Bottemanne, bisschop van Haarlem, wijdde Maandag de nieuwe parochiekerk van O. L. V. van Goe den Raad aan het Bezuidenhout te 's-Gravenhage, plechtig in. Barend Dekker te Beverwijk, door de Arr. Rechtbank alhier veroordeeld tot 4 maanden gevangenisstraf, wegens mishandeling, is van dit vonnis in hooger beroep gekomen. De Officier van Justitie, die 1 jaar gevangenisstraf had geëischt, is mede in appèl gegaan. Gedurende bet eerste halfjaar van 1898 zijn door de Rechtbank alnier, in strafzaken 198 vonnissen gewezen. In het le halfjaar in 1897 bedroeg dit aantal 176. De „St-Ct.u (no. lol) bevat de statuien van de naamlooze vennoot schap Haarlemsche Sodafabriek, te Haarlem. Doelde fabricage van en de handel in soda en chemicaliën. Duur: tot 31 December 1923. Kapi taal f 100,000 waarvan voorloopig worden uitgegeven f60,000. Voor de eerste maal beuoemd tot directeur, de heer A. Leverstein, te Hillegers-1 bergen tot commissarissen de heeren C. G. Loomeijer jr., J. H. van Hees en A. C. Laane. Op een drietal te Kampen komt yoor Ds. J. Schotel, alhier. Weldadigheid naar Vermogen. Maandelijksch Overzicht van de vereeniging „Weldadigheid naar Ver mogen". boekjaar 1 November 1897— 31 October 1898. Voor hehoeftigen werd toegestaan Voor werkverschaffing: November fDec. fJan. f Febr. f— Maart f - April f—Meif—Juni f Voor brood en levensmiddelen: November f 683.39, Dec. f 391,16, Januari f 579,72'/,, Febr. f 682.14' Maart f 349,20' 2, April f287.13, Mei f3o9,66' Juni f 371.80';s, totaal f3684,22'a. Voor brandstoffen: Nov. f38,36, Dec, f 164,64, Januari f 43,30, Febr. f 146.72, Maart f 10,70. April f 3,92 Mei 1.66,Juni f 0.60, totaal f 409,90. Voor ligging en kleedingstukken November f32,84' 2, Dec. f41,37, Jan. f56,46, Februari f 44.69, Maart f 1.80, April f 3.52V2, Mei f2,40, Juni f5,40, totaal f 188,49. In geld(rentelooze voorschotten) November f 1473,50, Dec. f589,30, Jan. f 943,50. Febr. f 1043,75, Maart f521,8", April f445,20. Mei f366,07, Juni f567,5 ',2, totaal f5950,66. Verplegingskosten en diversen Nov. f—Dec. f—Jan. f—Febr. f 119,85, Maart f 12,50, f April f Mei f—Juni f—totaal f 132,35. Administratiekosten Nov. f 76.40, Dec. f 96,35, Jan. f 127,—, Febr. f 155.70,Maart 104.53, April f317,81 Va, Mei f94,47i;2, Jnni 18I,—totaal f 1053,27. TotaalNov. f2304,49' 2 December, f 1282,82, Januari f 1749,98'/2, Febr. f 2192,85'!, Maart f 1000,53'lt April f 1057.59Mei f 804,27, Juni f 1026.35, totaal f 11418,90. BINNENLAND Bij kon. besluit zyn benoemd tot ontvanger der directe belastingen en accijnzen te Uitgeest c. a. jhr. A. van Raab van Canstein, ontvanger der zelfde middelen te Tiel (buitenge meenten) tot ontvanger der directe belastingen en accijnzen te Wou- drichem c. a. P. Schontens, ontvan ger derzelfde middelen te Nienwe- slnis c. a. Atjeh. Luitenant J. Goldenberg f. Zondagochtend ontvingen wij het bericht dat luitenant Goldenberg van het Nederlandsche leger in Pedir sneuvelde. Er zijn twee officieren van dien naam, beiden 1ste luitenant van het Nederlandsche, gedetacheerd bij het Indische leger. Blijkens de Zutph. Ct. is bjj de familie, aldaar, van Re- geeringswege bericht medegedeeld dat de luitenant Johannes Goldenberg is gesneuveld. Te gelijk met z\jn twee jaar ouderen broeder M. F. G-oldenberg, werd hij in 1894 voor vijf jaar in Indië gede tacheerd. De overledene genoot zijne oplei ding tot officier aan de Militaire School te Haarlem en werd den 19n Oct. 1889 benoemd tot 2n luit. bij het 3e reg. inf. te Bergen-op-Zoom. Den 27n October 1893 werd by bevorderd tot ln luit. en overgeplaatst by het instructie-bataljon te Kampen. De luitenant Goldenberg was een bekwaam officier, die. wegens zyn flink Karakter, by zyoe kameraden zeer was geacht. Hy bereikte «ieu leeft.yd van 31 jaren. Beide GoMenberg's waren iu Atjeh. De gesneuvelde behoorde tot het 3e bataljon, dat met het 14e deel uit maakt van de colonne welke in de laatste dagen in Ndjong (Endjoeng) onder kolonel Van Heutsz is'opge treden. (N. v. d. D.) Uit een telegram, dat Het Nieuws v. d. Dag ontving, blykt nog dat het tweede bataljon, hetwelk tot dekking van den spoorwegarbeid in de richting van Padang Tidje was afgezonden, aldaar in geveent is geraakt met volgelingen van Toekoe Koewala Ba- toe. Wy leden geen verliezende vyand verloor elf dooden. De Sultan van öiak vertrekt Vrij dagmorgen met den heer Schouten naar Vlissiugen, alwaar de werkplaat sen der Maatschappij De Schelde en de inrichtingen der Maatschappij Zon land in oogeuschouw worden geuomen. Vrijdagavond vertrekt Z. H weder vandaar naar Dordrecht, alwaar wordt overnacht. Zaterdagmorgen wordt te Dordrecht de bekende Glasfabriek der firma Bouvy bezocht, eene in binnen- en buitenland zeer bekende inrichting. Van Dordrecht begeeft zich de Sultan naar Rotterdam, om nog den zelfden dag 's namiddags 4 uur van daar met het stoomschip de Batavier naar Londen te vertrekken, alwaar de Sultan eenigen tyd denkt tc ver toeven. Na dit uitstapje keert Z. H. naar Nijmegen terug. Academische examens. Te Amsterdam is bevorderd tot doc tor in de rechtswetenschap op proef schrift: „Het Oostenryksch en Üuitsch Warrantrecht beschouwd in verband met de belangen van den Nederland sche goederenhandel", de heer H. J. Duparc van Lier, geboren te A mster- dam en tot doctor in de rechts- en staatswetenschap op Stellingen de heer J. C. E. C. Rendorp, geb. te Zevenaar. Leiaen. Geslaagd voor het cand.-examen godgeleerdheid le ged. de heeren A. Kabel en J. Jonker Azn. Utrecht. Geslaagd voor het prop.-ex. theol. L. Boersma Hzn. en A. M. A. J. Roëll voor het cand.-ex. rechtsw. A. J. S. van Lier. Groningen Geslaagd Yoor het cand.-ex, in de De Schipbreuk. van de „Atlanta". 40) Zij keerde zich om ten einde mij niet te laten zien, hoeveel moeite het haar koste haar tranen in te houden. Zij voelde zelfs dat ze op dit oogenblik to taal nutteloos waren en daarbij dacht zij vermoedelijk, dat ik haar moed in twijfel zou trekken wanneer ik haar zag schreien. De hofmeester kwam naar mij toe, toen zij haar hut inging. „Ik zal voor mijn leven vechten, mijn heer." „Dat raad ik je." „Ik zal mijn best doen .mijnheer. Ik heb aan mijn vrouw en kinderen ge dacht." „St!" zeide ik. „Zacht wat. Als de moed je in de schoenen zinkt, neem dan een voorbeeld aan dat jonge meisje. Ont houd twee dingen handel flink en sla ei- flink op los en om Gods wil. drink geen borrels om je zenuwen te sterken. de. „Ik zou ongetwijfeld de zeilen inkor ten." „Waarom V' vroeg hij zijn armen over de borst vouwend en tegen de verschan sing leunend. „Want als het drijvende gevonden en door een ander schip achterhaald wordt, zal het vee! natuurlijker schijnen, dat het door een storm overvallen is en daarom door het volk verlaten, wanneer het bijna geen zeil op heeft." „Daar is wel iets van aan," zeide hij zouder van houding te veranderen. j „Zal ik het volk bevelen de zeilen in te korten?" „Als gij zoo goed wilt zijn," zeide hij j grinnekend. Ik deed alsof ik rijn dwaas gedrag j niet opmerkte en haalde zooveel zeil j in als ik kon. terwijl er matrozen ge- j noeg waren om dit werk te verrichten. 1 Ik riep ten laatste „Keert de zeilen in De matrozen op de voorplecht staar den mij aan en barstten in lachen uit; één uit de groep op het groote dek, die de proviand, welke met een zeil bedekt; was, inspecteerde riep uit „Wat is er nou aan de hand?" Ik zag naar den timmerman, die mij grijnzend gadesloeg en liep naar het ach terdek Ik was een groote dwaas, dat ik dit niet voorzien had. Wat kon het 't volk schelen of het schip met volle of ingehaalde zeilen zonk. Ik was te zenuwachtig om naar bene den te gaanmaar om mijn vreeselijken angst te verbergen ging ik in de scha duw van len bezaansmast ritten. De wind was totaal gaan liggen .De zee was doorschijnend, maar als t ware bezaaid met wit schuimende koppen, en in het Zuiden hing een dunnen nevel. Toen ik naar het schip keek met rijn witte zeilen en dunne masten, de hel dere dekken en blinkende koperwerk, kwam mij de voorgenomen misdaad van het volk nog afschuwelijker voor. De ontzettende koelbloedigheid, waarmee rij besloten hadden het schip met. en kele aan boord te laten zinken, vervulde mij met afgrijzen. De Voorzienigheid kon onmogelijk toelaten, dat zulk een laaghartige daad ten uitvoer werd gebracht. Kon ik mij niet. op haai- genade en bescherming verlaten I Mij herinnerend, dat ik den Hemel nog niet om rijn bijstand gebe den had nam ik mijn muts van het hoofd en bad God ons niet te verlaten. Uit den grond van mijn hart smeekte ik Hem het hulpelooze meisje ,dat ik door Zijn genade reeds eenmaal had mogen redden, voor den verschrikkelij- ken dood, Jio ons wachtte, te bewaren Om zes uur beval de timmerman de groote boot uit te zetten. Maar even voordat hij deze order gaf, zag ik tot mijn groote vreugde hoe het water in het Noord-Westen een donkerder tint aannam, terwijl er een zweem van een wolk zichtbaar werd. Ofschoon ze bijna niet te zien was en heel langzaam grooter werd, was ik er toch zeker van. niet alleen naar de baro meter maar ook naar de lucht te oor- deelen, dat wij wind in het vooruitricht hadden. De matrozen schenen er niets van te bemerken en toen Stevens zijn bevel uitdeelden gingen rij allen ijverig aan het werk. Maar hoe gewillig en snel rij hun werk ook verrichtten, toch ging er geruimen tijd mee heen. zoodat. voordat rij ge reed waren, er reeds een zachte bries woeidie het- schip achterwaarts dreef. De timmerman gaf eenigen matrozen bevel de ra's van de voor- en achterzei len om te trekken, zoodat die weer vol hepen; het schip lag nu met rijn neus naar het Westen gekeerd. Hij maakte nu het stuurrad vast en ging toen weer naar voren om een waak zaam oog over het werk te houden. Ik' ging op het achterdek aan stuur boord staan dicht bij de ladder en daar bleef ik. Ik nam ieder gericht der ma trozen op en bevond dat zij, den kok meegerekend, allen aanwezig waren. Er was dus in elk geval nog niemand naar beneden gegaan om het schip lek te maken ik lette dus goed op, wie het dek zou verlaten om de daad te verrich ten. De wind ging weder liggen, maar aan de rijde waarvan hij gekomen was, zag ik nu een tweede wolk verrijzon, grooter dan de eerste en die rich naar het Noorden uitbreidde. De mannen waren laat met hun werk begonnen en daar rij wisten, dat de schemering maar heel kort duurde,haast ten. rij zich hun moeielijke taak tot een goed einde te orengen. Het was bij zeven, toen rij gereed waren om dc bo>t over boord te zetten. Zij namen nu een tros, waarvan rij liet eene eind over een takel lieten loo pen en het andere eind aan den kaap stander op het groote dek bevestigden het duurde nu niet lang of de boot hing op gelijke hoogte van den verschansing. Toen werden "ie takels, die aan de ra's bevestigd waren, bemand, de boot werd over de verschansing getrokken en lang zaam en statig in zee neergelaten. Een oogenblik daarna lag rij in het

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1898 | | pagina 1