NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
De oorlog tusschen Spanje
en Amerika.
iSe Jaargang
Vrijdag 8 Juli 1898.
Ho. 4607
v*<
A^O^Tl<T2n^rECN"rriSï3K;XJ'S:
- T fc -'Uf
(kom der
4.
OOJ' de Uoi'pc.I "«1 JCK wau:- vü
gemeente)* 3 maanden
Franco door het geheele Kijk, per 3 maauder
ipfeöuUviliike nummers
Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden.
de omstreken en franco per post
A.20
B 1.30
r 0.05
0.30
- 0.37>;-2
Y* 'tïI 1
-AX; "vrXXRJ'X'E J>r TT~FTT<r
egels 50 C> iedere ■■•'ir--:r-?er 10 Cks. Groote letters naai" plaaTsraimte.
Ei! A i-urmer. aanzienlijk rabat.
Keckinxs 'jO Cent per regel.
i.nemeuten en -. i ""-.-ntisr. aangenomen door onze Agenten
en door ul'.e ih-okhandelaren en Courantiers.
Hit blad verschijn: dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Bureaux: Kleine Houtstraat 14. Haarlem. Telefoonnummer 122.
Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOM.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publidié Etranpèré
L. D.il
Co. 'OHX F. -J0XES, Succ., Parijs 3Ibis Faubourg Montmartre.
Met uitzondering van het Ari ondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentiën en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan het
Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam.
BUITEN het Arrondissement Haarlem is de prijs der Advertentiën van 1—5 regels f 0,75, elke regel meer ƒ0,15; Reclames per regel ƒ0,30.
Agenten voor ditjAlad in den omtrek zijn: Bloemendaal. Santpoort en Schoten, P. v. d. RAADT. Sandpoort; Heemstede, J. LEUVEN,bij de tol; Spaarndam. C. HARTENDORPZandvoort, G- ZWEMMER
Vélsen, W. J. RUIJTER; Beverwijk. J. HOORNS; Hiliegom, ARTE HOPMAN, Molenstraat. Genoemde Agenten nemen Abonnementen en Advertentiën aan.
Marine-deskundigen in de Vereenigde
Staten schrijven algemeen Cervera's ne
derlaag, behalve aan de meerderheid
van het Amerikaansche gesehut, ook toe
aan de grootere bedrevenheid van de
Amerikanen in de bediening van het
geschut, als de uitkomst van jaren lange
oefeningen, terwijl de onbedrevenheid
in het schieten van de Spanjaarden op
pijnlijke wijze gebleken is. De schoten
uit dc Spaansche kanonnen troffen bij
na geen van alle doel. Daarentegen was
het Amerikaansche vuur moorddadig
juist. Intusschen voorspellen deze des
kundigen een geheele omwenteling in de
heerschende begrippen over de waarde
van de verschillende oorlogsschepen en
hunne bewapening. De grootere voor
treffelijkheid van de Amerikaansche pro
jectielen en van dc A merikar nsche
pantsering bv. is gebleken. Daaror zul
len de mogendheden hun oorlogsscnepen
voortaan wel in de Vereenigde Staten
in plaats van in Engeland bestellen..
Die deskundigen voorzien dan ook een
lang bloeitijdperk van de Amerikaan
sche scheepsbouwers en wapenfabrieken.
De Amerikaansche scheepsbouwers kun
nen bovendien goedkooper werken. Zoo
kostte, een van de nieuwe Amerikaan
sche linieschepen, le kl. pantserschepen,
slechts 550,000, terwijl de Engelsche
Majestic 900.000, de Duitsche König
Wilhelm 700,000 kostte.
De correspondent van de „Daily Mail"
te Washington ondervroeg over deze
kwestie een liooggeplaatsten Amerikaan-
schen genieofficier. Deze zeideOnze
oorlogsschepen blijken driemaal beter
gepantserd dan de Engelsche, zij varen
bijna even snel en zijn beter bewapend.
Gij Engelschen zijt ultra-conservatief
gij bouwt geweldige schepen, maar be
wapent die onvoldoende. Noord-Amerika
zal voortaan de schepen van alle Staten
bouwen.
De Amerikaansche oorlogstelegram
men geven nog eenige bijzonderheden
van den zeeslag, welke eenvoudig be
vestigen dat de Spanjaarden niet de
minste kans hadden tegenover de Ame
rikanen, wier voortreffelijk geschutsvuur
den uitslag bepaalde. Allen roemen Cer
vera's heldenmoed. Kalm bleef hij op de
scheepsbrug der Teresa staan, toen het
schip reeds een vlammend wrak gewor
den was. Telkens ontploften er granaten
om hem heen, en telkens werd hij ver
borgen achter de rookwolken, doch 7.00-
dra de rook maar eenigermate was weg
getrokken, zagen hem de Amerikanen,
daar weer staan, onversaagd en tartend.
De Oquendo strandde het allereerst,
acht mijlen westelijk van fort Morro,
iets verder westwaarts gevolgd door het
admiraalschip. Hare vlammen hadden
de kruitmagazijnen bereikt, zooals do
snel elkander opvolgende knallen ver
kondigden. Yelen van de bemanning
zwommen naar het strand, waar de Ame
rikanen naderhand mariniers ontscheep
ten, om de Spanjaarden te beschermen
tegen de wraakgierige benden Cubanen.
Toen de Vizcaya twee mijlen verder west
waarts. geheel in vlammen staande,
strandde, vulde een geweldige knal het
FE ILLI-TON.
luchtruim; de commandant had de Viz- leende telegrammen van gisteren bekend,
caya in de lucht laten springen, daarbij Merkwaardig is nog het relaas, hoe het
zelf snevend. Alleen de Colon bleefkleine gewapende jacht Gloucester, vroe-
haar superieure pantsering en de snel-ger Corsair, onder kommando van kapi-
heid van haar vaart stelden haar in staat tein Wainwright feitelijk het meeste j
nog vier uren lang den ongelijken .strijd werk verricht heeft tegen de twee ge-
vol te houden. vreesde Spaansche torpedobooten Furor
Toen Cervera met zijn officieren ge- en Pluton. De drie groote schepen waren j
vankelijk aan boord van de Amerikaan- j al westwaarts voortgestoomd de tor-
sche kanonneerboot Gloucester gebracht j pedojagers kwamen het laatst uit de ha- j
werd, wisselde de kapitein Wainwright ven. Nadat de Vizcaya en fort Morro 1
een handdruk met hem, zeggende; „Iktegelijkertijd 0 phaar gevuurd hadden,
feliciteer u, mijnheer, met het dapperste zonder resultaat, bleef de Gloucester pa-
zeegevecht, dat men ooit heeft bijge- rallel met de Furor en Pluton, die bei- j
woond." Wainwright bood daarbij zijnden uit hun zesponders op haar schoten
eigen kajuit aan. De admiraal en do De zee rondom de Gloucester spatte en
andere Spaansche zeeofficieren kregenspoot omhoog van de barstende projec-
verlof om naar Spanje te seinen, beliou- tielen, maar het schip bleef ongedeerd
dens censuur van den Amerikaanschen j en hield voortdurend de twee jagers
commandant. Cervera zeide Ik wildetusschen zich en de kust in, totdat het
mijn schepen liever op zee verliezen, ge- buiten het bereik van Morro gekomen
lijk een zeeman betaamt, dan binnen de'was. Onderwijl kwam de New-York, met
havenniets anders bleef mij over. volle vaart voorbij stoomen naar
De New-Yorksche „Sun" bevat een j het Westen Morro vuurde op
bijzonder telegram uit Santiago, mei- j haar maar weer te vergeefs. Samp-
dend dat toen dc bemanning van de 1 son had de fout goed te maken,
Oregon zich aan boord van de Colon j die hij begaan had door zijn schepen
wide begeven, de Colon zonkde Span-teveel oostwaarts te verplaatsen en zich
jaarden lieten haar volloopen. Hun on- J door den uittocht van admiraal Cervera
derofficieren en manschappen worden feitelijk laten verrassen. De Gloucester
vermoedelijk naar Atlanta gebracht. bleef vuren op de torpedojagers. Maar
i weldra begon dp Indiana haar te hei-
De geneesheeren bij het hoofdkwartierpen de vechtende schepen vonnden een
voor Santiago geven op, dat naar een j driehoek, waarvan de twee Spaansche
nauwkeurige schatting het aantal doo- j vaartuigen den naar het land gekeerden
den en gewonden aan Amerikaansche top uitmaakten. Een moordend vuur
zijde in de gevechten om Santiago min- viel op hen. Toen keerde de Furor om
stens 1700 moet zijn .Honderdvijftigen trachtte naar Santiago terug te kee-
man werden onmiddellijk gedood of stier- ren tevergeefs, de Gloucester sloot haar
den weg af en dwong haar weer naar
het westen koers te zetten. Zwarte rook
barstte uit de zijden van het schip en
12,000 man troepen in het gevecht ge-bewees dat het in brand stond; het
wikkeld ziin geweest, dan zijn de verhe- j richtte den steven naar het land en de
zen zeer groot vooral onder de officieren.bemanning ging in de booten
Hoofdzakelijk wordt dit toegeschreven j Ook de Pluton richtte zich landwaarts
aan het moedig optreden der troepen, I en liep op een klip, waar zij in tweëen
die vooruitrukten over het open terrein, i brak. Van de bemanning kon slechts de
onder het zeer krachtige vuur der Span-helft zich redden en nu zond de Glouces-
jaarden. I ter booten af o mte helpen. Op het wrak
De „Herald" ontvangt uit Kingston1 van de Furor hadden twee ontzettende
op Jamaica het bericht, dat volgens deontploffingen plaats, waarschijnlijk van
verklaring van vluchtelingen uit Santi-schietkatoen Het achterste deel zonk
ago, generaal Pando ernstig gewond weg, de boeg verhief zich recht in de
moet zijn aan den arm, gedurende een1 hoogte en met een geweldig gesis ver
gevecht met de opstandelingen bij Las dween het geheele schip in de diepte.
Palmas, toen hij vooruitrukte om de be- J Daarna stoomde de Gloucester naar
zetting van Santiago te versterken. Hethet westen, waar zij het einde van den
gerucht wil, dat Pando in het hospitaal j wanhopigen tegenstand van Cervera bij-
te Santiago ligt. Deze berichten zijn nog i woondewiens schip hoewel op de kust
niet bevestigd. loopend steeds bleef vuren en de eer
De vluchtelingen deelen tevens mede, genoot den admiraal zelf als kr gsgevan-
dat Cervera tweemaal uit Madrid bevel gene aan boord te ontvangen,
ontvangen heeft Santiago te verlaten
en naar Havana te gaan. De Egyptische egeering heeft acbni-
Uit Washington ontvangt de „Herald' j raai Camara, die met zijn eskader het
van zijn correspondent de mededeeling, kanaal is door gestoomd, aangezegd, dat
dat er een groot gebrek aan samenwer-hij binnen 24 urn- Suez moet verlaten
king gebleken is tusschen de Ameri-1 en hem verboden kolen in te nemen,
kaansche marine en het leger voor San- j De Pelayo stopte te Ismailia om ave-
tiago. Shafter meldt-, dat Sampson ge-1 rij te herstellen en zette daarop haar
1 weigerd heeft de haven van Santi igo J reis voort Het geheele eskader gaat he-
binnen te stoomen en de stad te bom- denmiddag naar Suez,
bardceren, tenzij hij daartoe rechtstreek-De Spaansche gezant ie Tanger is te
sche bevelen ontvangt van het departe- Madrid aangekomen om instructies te
ment van marine. vragen omtrent de houding welke
Van h.et omstandige verhaal, dat dehij tegenover Marokko moet aannemen,
dat de Herald geeft omtrent den zeeslag in geval het Amerikaansche eskader
bij Santiago, zijn de hoofdzaken reeds daar aankomt
uit de voor het meerendeel daaraan ont- De heer Gamazo had een onderhoud
en aan hunne wonden. De overige
wonden zullen waarschijnlijk genezen.
Gaat men na, dat er niet meer dan
met de Regentes en bracht daarop een
lang bezoek aan den minister van bui-
tenlandsche zaken, hetgeen druk bespro
ken wordt,. De heer Sagasta verklaarde
dat het onderhoud betrekking had op
staatkundige vraagstukken waarover het
stilzwijgen moet worden bewaard. Men
beweert dat er sprake zou zijn van een
wijziging van het ministerie, maar de
ministers ontkennen dat er een crisis
zou zijn.
De Regeenng zal het protest van het
koloniale parlement van Cuba tegen het
optreden der Amerikanen ter kennis
van de mogendheden brengen.
NABETRACHTING
uit den
GEMEENTERAAD.
CXXVII.
Wanneer de agenua van den gemeen- i
teraad een dozijn punten bevat, die geen
van allen bijzonder belangrijk zijn, wees J
dan maar zeker, dat er over al die pun-
ten een en. ander in 't midden zal wor-1
den gebracht en dat de voorzitter den'
hamer niet vroeg zal laten vallen. j
Zoo ging het Woensdag ook. Eigen-1
lijn was er niets aan de hand, maar toch
cluurdo de zitting volle drie uur.
„Was een verpleegster in het Stads- j
Armen- en Ziekenhuis wel noodig
vroeg de heer Speelman. E11 zoo ja.,
moest ze dan de kapitale som van 250
per jaar verdienen ,,'t Was geen
250, maar 200 a .50."' zei de voorzitter,
„en wat de noodzakelijkheid van de
verpleegster aangaat, meneer Speelman
moest maar eens komen kijken." Dat
laatste was een wenk van den heer de
Kanter en de heer Speelman had van
zijn oppositie niet veel succes. Hij bleef
bij de stemming dood alleen er tegen.
Toen was het om de ventilatie van de
Hoogere Burgerschool te doen. ,/t Ge
bouw deugt niemendal," zei de heer
Speelman, „en benadeelt de reputatie
van ons onderwijs." Nu, onder die ver
klaring behoeven we vooralsnog niet ge
bukt te gaan. Ik kan mij kwalijk een
vader of voogd voorstellen, die zijn kin
deren en pupillen van het Haarlemsch
middelbaar ondrewijs verre houden zou,
omdat de ventilatie er te wenschen over
laat Wanneer de reputatie van ons
middelbaar onderwijs benadeeld wordt,
dan zal dat wel aan andere dingen lig
gen. dan aan ventilatiekokertjes van dit
of van dat systeem. Laat iflen dan lie
ver kijken, of de traktementen wel op
de hoogte zijn van den tegeuwoordigen
tijd en vooral of alle leeraren aan
de sc.iool dat.traktement wel waard zijn.
Als de heer Speelman daar eens over
spreken wil, heeft hij kans de reputa
tie van ons onderwijs inderdaad te be
vorderen.
Maai" de groote strijd werd gestreden
om de subsidie van drieduizend guldens
voor de Feestcommissie voor den Ko
ninginnedag. Kijk eens hier" zoo zeiden
vele Raadsleden, „wanneer de burgerij
laat ons zeggen vijfduizend gulden
heeft bijgedragen, dan wil ze daarmee
zeggen, dat zij niet meer kan en wil mis
sen. In dat geval mogen wij met uit de
gemeentelijke, dat is uit hunne beurs,
putten."
De heer Macaré en de heer de Lanoy,
om nog niet eens van den voorzitter te
gewagen, verdedigden de subsidie op uit
stekende manier, zoodat ze ten slotte
met 18 tegen S stemmen werd aangeno
men. Verloren de tegenstanders niet uit
het oog. dat de feestviering van dit jaar
er een is, zooals ze nooit weer terug zal
komen I11 1896 en 1897 is geen cent
gemeente-subsidie gewaagd, 111 —99 zal
die zeker ook niet gevraagd worden, maar
in 1898 is het een speciaal geval, een
speciaal feest. E11 vergaten de acht onwil
lige leden niet, dat een feestcommissie
weliswaar een feest ontwerpt, maar dat
haar de manier waarop het zal worden
gehouden, door allerlei omstandigheden
een weinig ontglipt en zij zoodoende
wel eens staat voor grootere eisehen dan
die zij zelve heeft kunnen voorzien
Ja, wanneer de menschen van deze
aarde waren zooals de heer Klein dacht
dat ze zijn dat ze na een feest gezamen
lijk het te kort zouden dekkenzulke
menschen zijn er misschien op de maan,
maar op de aarde komt dat niet voor
daar draait de penningmeester voor de
tekorten op,
Trouwens, de heer Kiein liet het bij
deze eene zonderlinge bewering niet blij
ven. Hij bracht zijn Raadsbroeders tot
de hoogste verbazing, door hun op stati-
gen toon mede te deelen, dat hij bezwa
ren had tegen No. 1. van de voor
dracht voor havenmeester. En wat, had,
zal men vragen, die ongelukkige numero
een gedaan? Zijn over grootmoeder uit
gelachen? Zijn oudtante bespot? Neen,
hij had de ondankbaarheid gehad om
den Harlingers, waar men tweemaal zijn
traktement liad verhoogd, den rug toe
te keeren en te solliciteeren naar Haar-,
lem. Waar hij in salaris f 200.ach
teruitgaat. De heer Klein noemde dat
ondankbaarheid.
Ik noem het betoog van den heer
Klein op zijn minst fantastisch. Mij is
gezegd, dat de echtgenoote van onzen
nieuwen havenmeester (want hij is be
noemd, al bracht de heer Klein die ont
zettende beschuldiging tegen hem uit)
te Harlingen veelal ongesteld is en daar
om oraame naar Haarlem wou. Maar al
was dat zoo niet, dan vind ik het toch
heel wonderlijk, iemand te kapittelen
omdat hij Haarlem boven Harlingen
verkiest Het protest van den heer de
Kantor tegen dezen verwonderingwek-
kenden uitval was dan ook voor dezen
keer een woordje op zijn pas.
Overigens was het vandaag in den
Raa niet heel vroolijk. Er was nu eens
niemand, die een aardigheid zei. Ik be
treur altijd Mr. 't Hooft nog. Als er
weer eens een vacature komt, zal ik san
al de kïesvereenigingen vragen, of ze
asjeblief eens een vroolijken candidaat
opsnorren, 't Wordt in den Raad zoo
dor en droog
Loons be weging der Timmer
lieden.
Aan een scbrjjveu van een der ge
zellen, die wy onlangs spraken over
de thans ingang zjjnde loonsbeweging,
ontleenen wy de oprnerkiny, dat niet
de gezellen, maar de patroons van
meening zyn, dat de Arasterdamsche
timmerlieden die zich hier aanmelden,
niet tot de besten behooren.
En waarom, zoo vraagt hy. zou het
loon in den zomer niet verhoogd kun
nen worden By loonsverhooging
vervalt toch het overgeld en zou de
patroon die een gulden of f 1,50 aan
overgeld uitbetaalt, even goed. in
plaats daarvan, het loon tot 20 of 21
cent Runnen verhoogen.
Met waardeering had deze gezel
uit een vorig stukje gelezen, dat er
patroons zyn, die wel eens een loon
betalen van f 19. Hy stelde daar
tegenover, dat er zyn die (het klinkt
ons haast ongelooflijk in de ooren)
niet uitbetalen wat er verdiend is.
Letterlijk schrjjft hy zoo
„dat een timmerman d- geheele
week hard heeft gewerkt en dau des
Zaterdags een weekgeld je denkt te
ontvangen, wordt afgescheept mot het
praatje„zooveel kan of zal ik je
geven, meer krijg j0 biet, want je
hebt er geld genoeg aan overge
houden."
Inzender eindigde met de hoop uit
te spreken, dat op de a.s. openbare
vergadering de patroons aller; aan
wezig zullen zyn en de zaal te k>in
moge wezen voor al de belangstellen
den uit het publiek en de gezellen
STADSNIEUWS
Eerste en tweede pagina.
Haarlem7 Juli 1898.
In de Raadsvergadering van Woens
dag werden benoemd tot leden van
de Comm. voor de bezwaarschriften
inzake de Plaats. Dir. belasting de
heeren Sabelis, Sneltjes, Leupen,
Tjeenk Willink en Tan Tüiel.
Woensdagmiddag ongeveer 5 uur
brak een lichte binnenbrand uit bij
mej. K., Lange Begijnestraat 22rood,
alhier.
Na eenige moeite mocht het den
bewoners gelukken, den brand meoster
te worden. De schade is niet aaüzien-
Ter eere van de inhuldiging der
Koningin zullen op 2 en 3 Sept. a.s.
in de cavaleriekazerne groote mili
taire feesten plaats hebben, die zui
len bestaan uit voltiges te paard, het
rijden met vierspannen a la tiècbe,
carouselryden voor onderofficieren en
korporaals, de Hongaarsche post en
carouselrijden voor remontepaardeu.
Verschillende uitnoodigingen zullen
worden gedaan.
By de stemming in den Gemeente
raad over het voorstel van B. en W.
tot het verleenen van een subsidie
van f3000 aan de Feestcommissie
voor den Koninginnendag steradeu
voor de heeren Leupen, Speelman,
van Lennep, Krol, Sneltjes, Winkler,
van Thiel, Hugenholtz, Kruseroan,
de Lanoy, Koopmans, van StTrum,
Macaré, van Weel, van der Steur,
Roog, de Kanter en de Breuk.
Tegen de heeren Stolp, van der
Mersch, Schürmann, Nieuwenhuizen
Kruseman. Beynes, Klein, van den
Berg en Tjeenk Willink.
De Schipbreuk.
van de
„Atlanta".
42)
„Bootsman, zeide ik om het- gesprek
met den kerel af te breken, „Stevens
heeft de tweede sloep onbruikbaar ge
maakt door er planken uit te slaan. We
moeten dus de andere, sloep- binnen
boord halen nu de zee nog kalm is
wij kunnen haar noodig hebben."
„Gij hebt gelijk, mijnheer Royle,"
zeide hij. „Ik zal haai- onder liet kipstuk
brengen.
En behendig en vlug als een kat klom
hij m de kettingen.
Plotseling vernam ik een zwaren
plons.
„Mijn God!" riep ik uit, „hij is over
boord gevallen!" En ik snelde naar den
achtersteven, toen ik hem hoorde roe
pen ..Hallonog een. gevolgd door
een tweede plons.
Ik boog mij over de verschansing en
nep hem toe
„Waar bent jeWat voert je uit Je
neemt toch geen bad
„Ik niet, maar de duivelantwoord-
i de hij. „Een van die verwenschte mui
ters hing nog in de kettingen en een
1 ander lag in de boot. Ik heb ze in zee
geworpen. Nu, zachtjes laten zakken en
haal het touw in als ik roep."
Binnen weinige minuten was de sloep
onder het kipstuk gebracht. De boots
man klom naar boven en nu begonnen
wij met ons drieën ue sloe pnaar boven
te hijschenzij was verschrikkelijk
zwaar door de proviand en de vaatjes
j water, die er in geborgen waren, en wel-
i ke wij in geen geval in den steek wil
den laten maar ik kan u zeggen, dat
wij naar adem snakten toen de sloep
zich op gelijke hoogte met de verschan
sing bevond.
„Bootsman riep Cornish plotseling,
„neem mij niet kwalijk, maar ik dacht
dat ge dood waart."
„Werkelijk
„Ik meende, dat ge verdronken waart"
..Wel, ik ben niet de eerste man, die
na zijn dood is opgestaan."
..Wij dachten allen, dat ge dood waart.
Zijt ge wel over boord gevallen
„En meen je nu, dat ik jou dat zal
uitleggen zeide de bootsman knorrig
„Ik ril ,als ik u aanzie."
„Wel, misschien ben ik van geen
vleesch en bloed.
Wat weet ik er van Als ge het met
je oogen ziet. is gelooven overbodig, zeg
gen oude vrouwen."
„Ik geloof niet aan geesten maai" ik
dacht toch. dat gij er een waart en John
son ook, toen wij drie man op het dek
zagen." i
„Wel, ik schaam mij niet, dat ik een
geest ben. Beter menschen dan ik, zijn;
't wel geweest. Ik heb een handelaar in
scheepsactualiën gekend, die vroeger
koster van een kerk was geweest en er
warmpjes inzat en wiens geest alle nach
ten, als de wacht afgelost werd voor het
bed van zijn vrouw kwam staan om te
verhinderen, dat z met William Soa-
per hertrouwde.
Hij keek een beetje scheel, mijnheer
Royle en daaraan herkende zijn vrouw
hem."
..Wel, ik zal er maar niet meer over
sprekenmaar mijn haar rees te berge,
toen gij u omkeerdet en mij een slag op
den arm gaaft. Ik dacht niet, dat ge ie
mand van vleesch en bloed waart."
„Omdat mijn slag niet hard genoeg
aankwam," zeide de bootsman lachend.
„Wacht maar, tot je weder weerspannig
wordt, dan zult je eens zien, wat een
geest kan uitrichten."
Op dat oogenblik kwam juffrouw Ro
bertson boven. Ik ging naar haar toe en
verzocht haar toch beneden te blijven,
al was het maar voor een uurtje.
„Noen." antwoordde zij. „laat mij blij
ven. Ik ben veel beter. Ik zal aan het
roer gaan staan, terwijl gij de zeilen in
haalt, want ik zie wel.dat wij te veel zeil
doek op heblxn. als de wind gaat opste
ken."
Nu kreeg zij Cornish in 't oog eu mij
aan den arm trekkend vroeg zij
„Wie is dal Zijn ze weer aan boord
gekomen Ik legde haar in korte woor
den uit hoe het kwam, dat Cornish zich
in ons midden bevond eu toen drong
ik er weer op aan, dat zij naar haar hut
zou gaan maar zij wilde het dek niet
verlaten, zelfs al stond ik haar niet toe
aan het roer te gaan staan en zij pleitte
zoo welsprekend terwijl zij baar handje
op mijn arm legde eu haar oogen smee-
kend naar mij opsloeg ,dat ik haar ver
zoek onmogelijk kon weigeren.
Zij haastte zicli de plaats van den
hofmeester in te nemen en nooit zag ik
een man een verantwoordelijken post
zoo gaarne overgeven als hij.
Ik zeide den bootsman, dat het weer
glas erg laag stond en wij zooveel zeil
doek moesten inhalen .als wij maar kon
den.
Ik vroeg Cornish of hij zich in staat
voelde naar boven te klimmen en op
zijn bevestigend antwoord, beproefde ik
eerst de sterkte van zijn pols door hem
met zijn volle gewicht, aan een der weef
lijnen van het midden want te hangen.
Zijn pols doorstond de proef goed, ik
liet hem dus naar boven klimmen om
een paar van de kleine zeilen in te ha
len.
Ik wist, dat de hofmeester bij dit
werk van geen nut was en vroeg hem
daarom maar niet eens of hij een handje
zou willen helpen ik was er ten volle
van overtuigd ,dat eer hij hij zich twin
tig voet boven het dek bevond hij zijn
tegenwoordigheid van geest verliezen
en over boord zou tuimelen en hij kon
ons nog van te veel dienst zijn om hem
op zoo n manier zijn hals te laten bre
ken.
Comish haalde het voor bovenzeil en
de bootsman en ik het midden boven
zeil in. Er woei nog maar eea machte
wind en het schip doorkliefde rustig het
water, maar onder mijn werk maakte
ik den bootsman attent op de lucht,
die in het- Noord-Westen een wei
nig helderder werd, waardoor wij een
groote wolk konden onderscheiden, die
zich al meer en meer naar het Noorden
uitbreidde.
j „Wij zullen wel in staat zijn de brani-
zeilen in te halen,' zeide hij, „en ook wel
de kluivers en de stagzeilen. Maar ik
weet niet hoe we het groote zeil ingc-
J liaald krijgen, terwijl wij den geheelen
nacht wel zullen noodig hebben om de
j marszeilen te reven."
„Wij moeten den geheelen nacht
doorwerken, en doen wat in ons vermo
gen is. Vertel mij nu eens hoe je het
daar beneden gehad hebt."
„Wel," antwoordde hij, „zooals u
weet had ik een ijzeren staaf medegeno
men met het plan dengene, die het schip
wilde lek maken, de hersenpan te ver
brijzelen. Maai* toen ik er nog eens goed
over na dacht vond ik het toch te ge
vaarlijk den kerel te- doodeu, daar zijn
maats het in him hoofd konden krijgen
op nein te wachten. Daarom besloot ik
mijzelf te verbergen als ik hem hoorde
komen en terstond de lekken te stoppen,
zoodra hij zich verwijderd had."
Hier zweeg hij even om een pruim ta
bak uit te spuwen en zijn mond aan het
zeil af te vegen.
„Ik had een mes en doos lucifers bij
me, die mij van veel nut waren. Ik
maakte een soort fakkel door een stuk
touw te pluizen en toen ik die aangesto
ken had vond ik een lossen bezemsteel