Foulard-Zijde
60 ct.
tot f3,35 p. Meter in de nieuwste dessins en kleuren.
Zijde-Fabrieken G. Henneberg, Zürich (k. k. Hofleverancier).
net
iveede hoofdcommissaris van politie, de
vijfheer Franken.
met
»rdj HET VUURWERK.
Indrukken zjjn als halletjes, men
c*erjnoet ze versch consnmeerenEn daar-
ÜZ^om is het, dat ge mij thuis zoudt
^P^unnen zien zitten, schrijvende eenige
LaiJregelen over het schouwspel, waar-
oe' van men thans onder de ramen van
bet persgebouw de nawerking hoort
ia de hoofden van feestvierend Am-
®^8terdam. Er is mjj vooral één indruk
bijgebleven, die van de schittering
der lijnen der verlichte vaartuigen,
bet geknal der bommen van Pain and
Sons, de tallooze kleuren der vuur-
bouquetten, de geestdrift toen „het
groote stuk" werd afgestoken.
Ik heb mij trotsch gevoeld, trotsch
op mijn geschenk aan onze lieve,
jonge Koningin en ook gij, Haar
lemmers, inwoners van Noord-Hollands
hoofdstad, gij hebt Hare Majesteit
een geschenk aangeboden. Het vuur
werk is aangeboden door de geheele
provincie, alle inwoners hebben indirect
(en niet het minst door de directe be
lastingen) mede bijgedragen aan deze
he, indrukwekkende huldebe-
...0—Ziet ge daar, hóóg in de
lucht juist boven Nieuwendam Dat
lange gedrocht van lichten, alle
onder elkander aan een draad geregen
als Miinchhauseus ganzen aan de laad
stok Goed uitgerekend is elk dier
lichten bekostigd door ongeveer hon
derd en éen inwoner der bloemenstad
en den dank, dien Hare Majesteit
betuigde, was even goed voor u be
stemd als voor ons en voor Schage-
naars, Krommenieërs, Wormers,
Edammers en Seharwoudenapn. Doch
om tot het schitterend schouwspel
terug te keeren, dat gisteren op ons
aloud IJ te zien was.
Het was alweer ons niet genoeg te
waardeeren persblikje, dat ons hielp
door de ontzaglijke meuschenmassa, die
langs de de Ruyterkade stond opeen
gehoopt en dat ons, na het gevaarlijk
gedrang zonder kleerscheuren achter
ons te hebben gelaten voor de pers
booten Ceres en W. F. Leemans
bracht. Deze booten, door het Ge
meente-bestuur ter beschikking van
de pers gesteld en waarop het stads
bestuur zich een allercharmantsten
gastheer toonde, lagen aan het hoofd
van de linie der versierde vaartuigen
en boden een uitnemend uitzicht op
het afgezette gedeelte water, waarop
zich de verlichte gondels der roei- en
zeilvereenigingen alléén bewogen en
aan het einde waarvan het vuurwerk
was gereed gezet. De in linieën gerang
schikte vloot, waarvan geen enkel
schip zonder illuminatie was, de schit
terend langs de lijnen der gebouwen
verlichte graansilo's, „Korthals Altes"
het gebouw van den Algemeenen
Dienst aan den kop van de Handels
kade, de brandweerkazerne en de
kantoren en het station van de Noord-
Hollandsche Tramweg Maatschappij
boden een schitterend tooneel. Am
sterdam boft, boft ongelooflijk, telkens
als de zon noodig is, verschijnt zfl,
moet het mooi en stil weer zijn voor
illuminatie of vuurwerk, geen windje
rimpelt het watervlak, geen koeltje
strijkt langs de duizende lichtjes. Aan
den wal de compacte massa, in toom
gehouden door de politiedienaren en
het publiek, medewerkend als nooit
te voren, laat zich in rijen stellenen
is der politie gehoorzaam.
Stoomvaart-Maatschappij. Het ver
lichte Koninginnedok der Amster-
damsche Droogdok-Maatschappij sluit
de oostelijke linie. Tevens is aan de
oostzijde de ligplaats van deAmster-
damsche Rijnbeurtvaart en van het
Loodswezen.
Op de watervlakte tusschen de
koninklijke tribune en het vuurwerk
beweegt zich een optocht van ver
lichte roeivaartuigen. Deelnemers aan
den optocht zflo de sloepen van Harer
jesteits Opleidingsschip „Admiraal
van Wassenaar", de Kweekschool
voor de Zeevaart en het Matrozen-
Instituut der Koninklijke Nederland-
sche Zeil- en Roeivereeniging, de
Amsterdamscbe Roei- en Zeilvereeni
ging „de Hoop", de Roei en Zeilver-
eeniging „De Amstel", de Amster-
damsehe Roeivereeniging „Neptuuus".
de Roeivereeniging „Willem Hl" en
de Amsterdamscbe Studenfcen-Roei-
vereeniging „Nereus".
De voornaamste vaartuigen in den
stoet stellen voör
Hot Amsterdamscbe Koggeschip
een oud Siameesch Koningsjachteen
Japansche Jonk; het schip van Ulys
ses. (Studenten Roeivereeniging „Ne
reus") bet vaartuig „de Burgemees
ter van Amsterdam", (Amsterdam-
sche Roei- en Zeilvereeniging „de
Hoop")het vaartuig „de Regentes",
(Roei- en Zeilvereeniging „de Am-
stel") het schip van Neptunus, (Am
sterdamscbe Roeivereeniging „Nep
tunus") het vaartuig „Hulde", (Roei
vereeniging Willem III).
Langs het afgesloten watervlak zfln
gerangschikt geïllumineerde jacbten
behoorende tot de Koninklijke Neder-
landsche Zeil- en Roeivereeniging en
de Zeilvereeniging „het Y".
Aan de stadszflde nemen verlichte
vaartuigen der Zuiderzee- en Binnen
vaart hunne gewone ligplaatsen in.
Het geheel beoogde een eerbiedige
hulde van het scheepvaartwezen aan
de geliefde Vorstin die de Regeering
aanvaardt over het volk, dat onder
de Hooge leiding van het Huis van
Oranje de Nederlandsche vlag op alle
wateren in eere heeft gebou en. Moge
het een zinnebeeld zfln van den steeds
grooteren bloei, welke handel en
scheepvaart in Nederland hopen te
bei eiken onder de Regeering van
Hare Majesteit Koningin Wilhelmina.
Het is ruim half negen als de
koninklijke stoet door de cour van
gelukwensching lang ten Paleize ge
houden, het koninklijk paviljoen
nadert, dat is opgericht op den pon
ton van den Koninklijken West-In
dischen Maildienst, daartoe door de
Directie afgestaan en fraai gedeco
reerd. In het paviljoen hadden reeds
vroeger de indische vórsten en vele
autoriteiten plaats genomen en toen
de vorstelijke bezoekers na de gebrui
kelijke plichtplegingen hadden plaats
genomen, ving een vuurwerk aan,
zóó indrukwekkend mooi, zóó over
weldigend schoon van kleur en vorm
als, geloof ik, alléén Pain and Sons
het maken kunnen.
Hierover echter straks; het is noo-
dig, dat ik eerst tracht u een beeld
te geven van het anders zoo vredige
IJ, zooals het er Woensdagavond
uitzag.
Middenpunt van de liniën is de
koninklijke tribune, door de zorg der
provincie Noord-Holland opgericht op
den West-Indischen steiger.
Aan de west- en oostzijde der tri
bune langs de beide oevers van het
Y, van af den Graansilo, uiterste
punt aan de westzijde, tot aan het
Koninginnedok aan de oostzijde, zijn
de geïllumineerde vaartuigen gemeerd.
Aan de westzijde is de ligplaats
van Harer Majesteits oorlogsscnepeu.
Het eskader dat aan de illuminatie
deelneemt, bestaat uit de pantserdek-
kruisers „Zeeland" en „Holland", de
pantserdekschepen „Piet Hein" en
„Evertsen", en meerdere torpedoboo
ten en andere vaartuigen.
Aan de oostzijde en aan de uitein
den ilggen de mailbooten van de
Stoomvaart-Maatschappij „Nederland"
den Koninklijken West-Indischen
Maildienst, de Koninklijke Nederland
sche Stoomboot-Maatschappij, de Hol-
landsche Stoomboot-Maatschappij en
ue Nederlandsch Amerikaansche
Als de jongens van de kweekschool
voor de Zeevaart nog vroolyk hun
„Piet Hein, z\jn naam is klein" over
de watervlakte doen Klinken, weer
galmt plotseling een schot, donderend
herhaald door een echo in de richting
van de Zuiderzee bij de mailbooten
de eerste vuurpijl, door een bewonde
rend „hè" van de menigte begroet;
dan volgt het rijk programma aste
roïden-, ineteoriscbe-, parachute-, elec-
trische-, ketting-, zingende-, fluitende-,
congrevische vuurpflleD (ik erken, dat
deze technische benamingen niet in
mijn brein geboren werden) en daar-
tusschen de grootere stukken, de lucht
ballons, medevoerende hoog in de
heldere lucht, kleuren, rood, groen,
olauw en vlekkeloos wit, telkens ver
anderende als een zwevende caméleon.
Het bengaalsch vuur, in rijken over
vloed ontstoken langs den geheelen
noordelijken IJ-oever, zette alles in
gloed, belichtende de rook die het
afgeeft, en daarmee de illusie gevende,
als dreven kleurige wolken over de
plaats, vanwaar onze verheven ge
biedster het schouwspel bijwoonde.
De lichten der gondels, der mailboo-
teu en der plezierjachten, schenen
palen in het water geheidin den
vlakken waterspiegel weerkaatst
scheen het één lang goudgordijn te
zijn, sluitend voor eiken profanen blik
een tooverpaleis uit een sprookje vol
lieflijke mysterie, een sprookje van
een maagd, jong en teer, aangebeden
door duizenden, een sprookje vau eene
fee, weldoende reeds door hare tegen
woordigheid alleen. Er volgden nog
meer reuzenbouquetten, die hun goud
geel, groen, rood en blauw licht wier
peu over de duizendtallen, die geno
ten van het schouwspel, dat. een évé
nement zal blijven in het leven van
ieder, die tiet mocht bijwonen.
Toen het slotstuk, waarop de woor
den „Hulde van Noord-Holland" in
vurige letters, was afgestoken, ver
spreidde zich de ontzaglijke menigte
in de stad en het was moeilijk te be
grijpen, dat die eiudelooze stroom vau
feestgangers, die langs de wegen die
naar het IJ leiden, zich voortkron-
kelde, was samengepakt geweest in
het betrekkelijk kleine stadsgedeelte
aan de Noordzijde.
Hossend, zingend, kriebelend met
het nieuwste, maar uiterst vieze speel
goed „de Amerikaansche kietelaar",
door onze voorouders „panweveer"
genoemd, kroop de menscheuslang
voort. Onder de ramen vanhetPers-
gebouwnaendaueeu„ViV6 laPressel",
„Vivent les journalist-s." Een opge
wonden menigte hoadt op het Spui
stand en betoogt, dat „de pers nooit
verloren gaat" een eigenschap die
wij gemeen hebben met alles en ieder
een, die de vroolyke, zingende bende
op haren weg door de feestvierende
stad nog zal ontmoeten.
De draaiorgels gillen hunne melo
dieën nit tot laat in den nacht en als
wfl ons ter ruste begeven, zal het ons
zeker nog in de ooren klinken
„hoera," „leve de Koningin," en
„Oranje gaat nooit verloren," „leve
"Wilhelmina"! Een chaos van geluiden,
melodieën en accenten, alle slechts
éen doel beoogendebljjk te geven van
liefde voor Oranje en Nederland.
B.
DONDERDAG 8 SEPTEMBER.
De feestelijkheden voor vandaag
vingen weer aan met koraalmuziek
van verschillende kerktransen. Te half
elf reed de vorstelijke stoet uit van
het Paleis om een bezoek te brengen
aan de Tentoonstelling van voorwer
pen betrekking hebbende op het Huis
van Oranje en aan de Rembrandt-
teutoonstelling in het Stedelijk Ma
in het Fr agmentengebou w van het
Rijksmuseum waar deze tentoonstelling
gehouden wordt, zijn niet minder dan
zalen geheel gevuld met portretten,
pastel 9 en voorwerpen, die alle hetzij
in min of meerdere mate betrekking heb
ben op het stamhuis Oranje Nassau. Om
hier den naam van allen te vermelden,
die tot het welslagen dezer in hooge ma
te belangrijke onderneming hebben bij
gedragen, is niet mogelijk. Genoeg zij
het, dat van alle zijden steun en hulp
aan de commissie, die zich met de sa
menstelling heeft belast, werd verleend.
Zoo prijkt in de eerste plaats onder de
namen van de lijst van inzenders die
an H. M. de Koningin en H. M. de
i-onmgin-Regentes, benevens de naam
an II. K. H. de Vorstin von Wied.
Zoomede zonden de Keizer van Duitsch-
land en Rusland, en H. M. de Koningin
van Engeland interessante doeken en
andere bijdragen, en bij particulieren,
zoowel hier te lande als in het buiten
land, werd nimmer te vergeefs aange
klopt. Het is dan ook zeker voor een
niet gering gedeelte aan deze bereidwil
ligheid en medewerking te danken, dat
de tentoonstelling een bepaald succes
genoemd kan worden. Want geslaagd is
zij zeker.
Hierbij nog deze opmerking. Men ga
niet heen, om een fraaie collectie
schilderijen van beroemde meesters te
bewonder-en en alles met een artistiek
oog te bezien, maar men beoordeele het
tentoongestelde alleen van uit een his
torisch standpunt, en dan is het zeker
niet to veel gezegd, dat het bijeenge
brachte in het Fragmentenhuis alleszins
bezienswaardig mag heeten. Natuurlijk
bevinden zich onder de vele portretten
een niet-onbelangrijk aantal doeken van
eerste schilders, maar dit beschouwe
men als zuiver aanwinst. Hoofdzaak is en
blijft het historische.
En nu de tentoonstelling.
Links van den ingang bevinden zich
twee groote en een kleinere zaal. In
dit vertrek hangen uitsluitend de schil
derijen der Friesche stadhouders uit de
17e eeuw. De directe stamvaders dus
der Koningin. Zoo zagen wij hier prins
Willem Frederik en zijn echtgenoote
prinses Albertina Agn.es, dochter van
Frederik Hendrik. Beide geschilderd
door de leekende Harmeman, een kun
stenaar, die in die dagen grooten naam
als portretschilder bezat. Verder nog
dezelfde prins te paard, waarschijnlijk
door v. d. Eist gedaan, een knap stuk en
nog begeven ons, ter wille der beknopt
heid, reeds naar de aangrenzende groo
tere zaal. Hier zijn alleen doeken te za-
men gebracht, die betrekking hebben op
de Friesche stamvaders onzer Koningin
(voortzetting i/e eeuw), welk tijdvak
gesloten wordt met Jan Willem Friso.
Reeds dadelijk treffen ons de 3 fraaie
sc -iderijen van Willem Lodewijk, de
medestanden van Manrits, door het
stadhuis te Delft afgestaan en de
beide stukken ongeveer terzelfde grootte
Ernst Casimir en zijn broeder voorstel
lende. Willem Lodewijk en Ernst Casi
mir door Miereveldt geschilderd. Van
dezelfde stadhouders bevinden zich nog
in deze zaal twee einere portretten bij
voete uit geschilderd door Wijsbrandt
de Geest. Bedde door aen heer Mr. v.
Panhuys te Groningen, welwillend afge
staan. Zoo ook zullen in dit vertrek,
waar H.H. M.M. bij hun ai.s. bezoek
door het comité worden verwelkomd, de
portretten der Koninginnen, rustende
op ezels, worden aangetroffen. Het por
tret van H. M. de Koningin is opzette
lijk voor deze tentoonstelling door den
lieer Josselin de Jong geteekeiid, en
vormt dus een noviteit op het gebied
van portretten onzer aanvallige Vorsten.
Volledigheidshalve zij hier nog ver
meld, dat zich in deze zaal een prachtig
uitgevoerde gebeeldhouwde schoorsteen
uit net midden der 17 de eeuw bevindt,
afkomstig uit het Westindisclie gebouw
te Amsterdam.
Onmiddellijk op deze zaal volgt een
nog grootere zaal de laatste bekeken
waar alles dat ons aan de erfstadhou
ders Willem IV en Willem V doet den
ken, is bijeengebracht.
Inderdaad een merkwaardige collec
tie, die ons gemakkelijk een blik doet
slaan, in het huiselijk en openbaai- leven
dezer prinsen. Afgezien van de portret
ten, die de laatste stadhouders en hun
Duitsch familie voorstellen meestal
inzendingen van Z. M. den Keizer van
Duitsehland zijn er in dit vertrek
zeer origineele pastelteekeningen en klei
nere schilderijen van tamelijk onbeken
de meesters, waarop allerlei gebeurte
nissen uit het intieme leven worden her
dacht. Zoo een aquarel van La Targue
voorstellende het bezoek van prins Wil
lem TV, toen slechts 7 jaar oudaan
den graaf Bentinck m zijn huis op het
Voorhout. In deze woning is thans het
ministerie van marine gevestigd. Verder
een silhouetten schilderij, dat ons prins
Willem V en familie laat zien. De prins
speelt viool, zijn broeder, „Padua" maakt
een partijtje met zijn oom, en verder
zijn nog de zuster van den stadhouder
en andere familieleden op dit merkwaar
dig stukje dook geteekend. In een klei
ne uitbouwing van dit vertrek te
klein om zaal te heeten vindt men
nog een paar pastels van Liotards en in
de vitriene, welke hier is opgesteld, een
etsplaat eigenhandig door Willem V
als jongeling vervaardigd. Wie het niet
gelooven wil, leze slechts het onder
schrift! De Dditsclie leermeester van
den prins verklaart het gezien te hebben,
er bovendien nog bij aanwezig ge
weest te zijn. Achter glas is bier nog een
collectie snuifdoozén, de gouden kist,
waarin Willem V het Octrooi der W.
Indiscli Comp. ontving, en drinkglazen
van den prins te zien. Aan het eind der
groote zaal staan, twee rijtuigen, die
vroeger toebehoord hebben aan koning
Willem I. De'Russische „Arowsky" is
een inzending van den heer v. d. Bogaert
uit Sleeswijk en de copé van Willem
I is afkomstig uit het Rijksmuseum.
Door plaatsgebrek zijn zij eenigszins
naar achteren geschoven, maar desniette
min is het de moeite waard ze aandach
tig te bezien.
Langs een torentrap bereiken wij hier
de eerste verdieping, waar onmiddellijk
onze aandacht door de zg. koningszaal
wordt getroffen. Onvermeld laten wij
de doeken, die in liet kleine, donkere
zaaltje zijn opgehangen, dat toegang tot
de groote zaal verleent. Het zijn meest
schilderijen voorstellende vorsten uit liet
huis Oranje-Nassau, die geleefd hebben
vóór 1580. Rine van Chalons, oom en
tante van Willem I, benevens zijn vader
hebben hier een plaats gevonden. Van
meer belang zijn de schatten aan munten
en zegels, die hier onder glas ten toon
gesteld zijn. De mooie collectie is zoo
goed als volledig-. Het zijn geldstukken
voorzien met den beeldenaar van prinses
van Oranje, vanaf Willem I tot aan H.
M. de Koningin. Voor het grootste ge
deelte behooren zij aan den heer Hölin,
politie-president te Wiesbaden. Ook de
verzameling zegels uit binnenland
sche musea afkomstig, verdient alle aan
dacht.
Maar veel tijd hiertoe hebben wij niet.
Wij gaan in eens van 1500 tot 1800 over
in welken tijd wij ons door de konings
zaal verplaatst gevoelen. Ook hier vindt
men het offieieele met het huiselijke ka
rakter vereenigd. Groote portretten wan
onze Koningen, statig tc-u voete uitge
schilderd hetzij door Pienneman of Wil
lem Martens, en zoo ook even deftige
contrafedtsels van onze Koninginnen
nl. van do overleden Koningin han
gen hier naast, boven en onder doeken,
die zich meer met gebeurtenissen uit het
gewono leven dezer vorsten bezighouden
Zeldzaam zijn een paar schilderijen van
onzen helaas te vroeg overleden kroon
prins Willem. Het zijn fijn geschilderde
goed gevoelde doeken, die beide op uit
stekende wijze den prins wedergeven.
Op het eerste schilderstuk is hij nauwe
lijks 13 jaar oud, gemaakt na liet verla
ten der kostschool tc Nóorthev, en het
tweede laat hem ons zien in marine uni
form, nog jeugdig, maai* toch reeds met
die trekken van vastberadenheid op het
gelaat waardoor hij zich later zou doen
kennen. Linies van dit stuk een prachtig
portret door Bisschop van Prins Hendrik
in de rok van do Kon. Zeil- en Roei
vereeniging gekleed. En tegen denzelfden
wand hangen de portretten van den
Prins en de Prinses von Wied bene
vens dat van Prins Frederik, geschilderd
door den Prins von Wied zelfen gra-
cieuselijk door Z. K. H. voor de ten
toonstelling afgestaan. De tegenoverge
stelde zijde is voor het grootste gedeelte
bedekt met stukken betrekking hebben
de op Koning Willem II. Aan de veld
slagen van Salamanca, Quatre-Bras en
Waterloo worden wij herinnerd, zoo ook
aan den dapperen koning zelf door een
menigte afbeeldingen van Z. M. in aller
lei posten en uniforme. Ook het por
tret van Koningin Anna Paulowna in
versierd costuum boeit hier ons oog.
Voordat wij deze zaal verlaten, waarin
nog zooveel belangrijks is te zien en te
bewonderen, een die met recht de „clou"
der expositie kan genoemd worden, moe
ten wij nog van een mooi portret van
Koningin Sophie van Louis Gallart ge-
wa - maken, en de aandacht vestigen op
twee kleine, allerliefste stukjes waarin
wij prinses Marianne herkennen. Beide,
werken laten ons de prinses op 18jarigcn
leeftijd zien en wij kunnen niet nalaten
de mooie, lieve trekken te bewonderen,
cue deze prinses indertijd voor een der
schoonste vorstinnen van Europa deden
doorgaan. Boven den ingang, waardoor
wij de „Stadhouders zaal" bereiken een
curieus doek, voorstellende de ontvangst
van Koning Willem I na zijn aankomst
uit Engeland in 1813 ten huize der fa
milie van Limburg Sty rum. De voorstel
ling der blijdschap en -vreugde moge
wat overdreven zijn een der gasten,
valt bijna van ontroering achterover,
van zijn stoel maar het ge
heel geeft ons een treffend juist beeld
van de gevoelens waardoor velen in dien
tijd werden beheerscht.
En thans de stadhouderszaal.
In dit vertrek zijn alle doeken en
voorwerpen vereenigd, die betrekking
hebben op de stadhouders Frederik Hen
drik, Willem II en op den Koning van
Etigeland Willem III. Wat kunst be
treft, zijn Kier de beste stukken te vin
den. Verscheidene Van Dycks, Miere
veldt en andore groote schilders, die
hetzij de prinsen óf hunne naaste fami
lie mochten afbeelden, hebben hier een
plaats gevonden. Ik noem hier slechts
prins Willem III als kind in meisjes-
en later in jongenskleedereu door Van
Dyck, uit de "Hermitage te Petersburg,
ter beschikking gesteld door den Keizer
van Rusland. Aanvankelijk was men
niet geneigd dit kostbare schilderstuk
zulk een verre reis te laten maken, maar
door de persoonlijke bemoeiingen van H.
M. gelukte het de commissie toch dit
doek voor de tentoonstelling in bruik
leen te verkrijgen.
Hetzelfde is van een ander schilderij
te vermelden, dat eveneens in deze zaal
hangt en prinses ^jjualia van Solms,
vrouw van Frederik Hendrik voorstelt.
Hot werd eerst kort geleden toegestuurd,
op persoonlijke aanwijzing van den kei
zer van Duitsehland. Hoewel niet zoo
kostbaar als eerstgenoemd, is het een der
Sobns hier aanwezig zijn. Achter
SaJms, die hier aanwezig zijn. Achter
de vitrinen, die ook in deze zaal zijn ge
plaatst. bevinden zich allerlei voorwer
pen die op de stadhouders betrekking
hebben. Een beker van Willem III en
een klok van dezen prins, het harnas
va.n Maurits. dat hij waarschijnlijk aan
had tijdens den slag bij Nieuwpoort
apart in een glazen kast gezet bene-,
vens boeken, schrifturen, bundels brie
ven van en over de prinsen, die elk af
zonderlijk een besenrijving verdienen.
an uit de stadhouderszaal begeven
wij ons naar een kleiner vertrek, waarin
is samengebracht, wat tot het tijd
perk van den Vader des Vaderlands be
hoort. Stippen wij slechts aan een merk
waardig gepenseeld doek, dat het por
tret van Willem I voorstelt. In een hoek
van het schilderij zien wij het vuur van
een afgeschoten pistool, de kogel vliegt.
en terzelfder tijd laat dc schilder hot
schot treffen, en teekent hij ons de wond
die het. moordend lood achter aan het
oor van den prins aanbrengt. Inderdaad
een practische opvatting van schilderen,
die m onzen tijd zeker niet meer zou op
gaan. Hier zijn ook nog eenige hoogst
zeldzame) schilderstukken bijeenverza
meld, portretten van de ouders vail den
Zwijger en zijn broeders en zusters. En
niet het minst belangrijk zijn de portret
ten van den prins zelf, die te oordeelen
naai* het aantal, zeker een liefhebber
van geportretteerd te worden was. Meest
al zijn liet inzendingen uit Duitsehland
waar zij voor een cleel door de heeren
Jhr. nu*. Backer en Van Eeghen op hun
ne reis voor de tentoonstelling onderno
men, werden ontdekt.
Ten slotte maken wij nog melding
van het kleine zaaltje, dat zich boven
de stadhoudc-rszaal bevindt, en langs een
trap tea* weerszijden met historische stuk
ken uit de 17de eeuw behangen bereikt
wordt. Hierin zijn slechts schilderstuk
ken bijeen, die betrekking hebben op
Maurits en Frederik Hendrik. De bele
gering van den Bosch, de slag van
Nieuwpoort, het afdanken der Waard-
pelders tc Utrecht in 1618 zijn hier allen
aanschouwelijk voorgesteld.
En hiermede hebben wij ons vluchtig
overzicht geëindigd. Natuurlijk treft
men onder de tentoongestelde schilde
rijen, voorwerpen, boeken en geschrif
ten nog zeer veel aan, dat een uitvoerigo
beschrijving verdient. De plaatsruimte
gedoogdo dit evenwel niet.
Een woord van lof aan de commissie,
die geheel belangeloos deze expositie
op touw zette, mag hier zeker niet ach
terwege blijven. Gedurende zes weken
hebben deze heeren bijna dagelijks al
hunne krachten tot liet welslagen der
Oranje-ten toonstelling ingespannen. Dat
een druk bezoek tot. belooning van hun
moeite strekt!
waaraan wij tot onze spijt geen bezoek
brachten, op 6 September schitterend
met vetpotjes was verlicht.
De verlichting, die door den hevigen
wind op 31 Aug. niet kon plaats hebben,
slaagde ditmaal, dank zij het mooie we
der, beter. Het geheel maakte een mooi
effect eai lokte vele toeschouwers.
Door den rechercheur Misset is pro
cesverbaal opgemaakt tegen C. S. hvr.
van J K. v. D. bierhuishoudster, wo
nende Ruvsdaelstraat no. 12 ter zake
van het verkoopen van sterken drank
in het klein zonder de daartoe vereischte
vergunning.
De lljarige G. II., loopjongen, heeft
zich schuldig gemaakt aan diefstal van
eene portemouruuc met geld ten nadee-
le van een bediende van den banket
bakker M. bij wien hij in betrekking
'was.
Ves"vo)@ Stadsnieuws
Een heer uit Haarlem, den heer L.,
is Woensdagavond toen hfl het vuur
werk te Amsterdam bezocht, zijne
portemonnaie ontrold, die ongeveer
F4 bevatte.
Behalve het groote aantal treinen der
speciale dienstregeling, moest gisteren-
namiddag wegens het buitengewoon aan
tal reizigers van hier nog een extratrein
naar Amsterdam rijden.
Ongeveer 130°0 a 14000 personen
werden vervoerd. Alles liep in de
beste orde af, geen opboopingen had
den plaats. Dit is voorzeker alleen te
danken aan de uitstekende maatrege
len door de H. S. M. ingevoerd om
de vele extra-treinen van het nieuwe
perron aan den Jausweg te doen ver
trekken. Een woord van lof aan het
stationspersoneel voor de wijze waarop
bet dezen nieuwen maatregel heen
uitgevoerd, mag hier voorzeker niet
achterwege blflven.
Heden is de gewone dienstregeling
ingesteld.
Vanwege het ministerie van water
staat, handel en nijverheid werd heden
aan het gebouw van het Provinciaal be
stuur alhier aanbesteed
Het maken van een vischhal met bij-
behoorende werken, op do terreinen der
visscliershaven te IJmuiden, deel uitma
kende van de uitbreiding der sluis- en
havenwerken aldaar.
Raming f 152.700.
Van de 26 hiervoor ingekomen in-
schrijvingsbilletten was dat van G. Rui-
gewaard te Egmond aan Zee het laagst
voor f 141.465.
Een ooggetuige deelt ons mede, dat
het rechtsgebouw in de Jansstraat,
Op 9 dezer zullen de laatste lotélin-
gen dei* gemeente Haarlem bij de mili
tie worden ingelijfd.
Tengevolge van eene overgangsbepa
ling der wet, waarbij de plaatsvervan
ging is afgeschaft, zullen na 31 Augus
tus 1898 geene lotehngen der lichting
1898 meer ter inlijving kunnen worden
opgeroepen. Het hoogste ter inlijving
opgeroepen nommer is 313. Er zullen
van deze lichting 149 lotelingen, die
voor den dienst waren aangewezen, vrij
blijven.
R£feHTBAr%
Zitting van Donderdag S Sept.
De eerste zaak, die heden ter te
rechtzitting diende, was die van zekere
C. Scheffen, dienstbode, die op den 2Ion
Juli in het Tehuis voor vrouwen op de
Parklaau van de aldaar gelogeerde mej.
L. Kraan een portemonnaie met eeuig
ge had ontvreemd. Ook mej. A. Bek
kering had op 15 Aug. na den nacht in
het „Tehuis" tc hebben doorgebracht,
des morgens haar portemonnaie, inhou
dende een bankbiljet van f 25 vermist,
dat later bij den heer van Hemert, waar
de getuige A. Bekkering het voor be
klaagde had gewisseld, werd in beslag
genomen. Beklaagde bracht tot haar ver
dediging in, dat zij uit armoede daartoe
gekomen was. Voor het geld luid zij zich
kleedingstukkon aangeschaft.
De off. v. just, zijn requisitoir nemen
de, eischte voor deze beklaagde, die zich
binnen zeer korten tijd tweemaal aan
goed van anderen had vergrepen, een
gevangenisstraf voor den tijd van 9
maanden, daar haai- verleden zeer gun
stig was.
De verdediger de heer nu*, van Sloo-
ten beval zijn cliënte in de clementie
der rechtbank aan.
D. Koopmans, niet verschenen,
was op don 4. Juli knapjes aangeschoten,
aan het erf van den heer Bakker to
Haarlemmermeer gekomen, en wensch-
te daar binnen gelaten te worden. Do
huisvrouw, die dit wilde beletten, hccffc
hij daarop geslagen en mishandeld, waar
door zi] geruimen t.jd pijn. in haar arm
heeft gehad.
Daar het wettig en overtuigend be
wijs uit het getuigenverhoor voldoende
'as bewezen, werd voor hem een gevan
genisstraf van 2 maanden geëischt.
P. Jasperse te Velsen, die in den
avond van den 13en Aug. ruzie had
met zijn broeder en daarom eens duchtig
met hem wilde vechten, zag zich daar-
verhinderd door den surv ei 11 eer enden
veldwachter W. de Ruijter. Hierop in
drift ontstoken, pakte hij den dienaar
van den Heiligen Hermandad bij de
keel, en mishandelde hem. Deswege
werd 14 dagen gevangenisstraf voor hem.
geëischt.
- Een zonderlinge zaak is die voor
zeker van zekeren A. Trap, straatmakcr,
beschuldigd van diefst al van steen en ten
nadeele van den heer J .Elsbachor te
Zand voort in do maand April ontvreemd.
Beklaagde, die bezig was met het bestra
ten van velschillende wegen te Zand-
voort, kwam daarvoor stecnen te kort,
zoodat hij aan getuige G. "Vens had op
gedragen de steenen staande bij dim
muur van den heer Elsbacher te halen.
Volgens zijn beweren had hij van den
opzichter, den heer J. D. Noppen,daartoe
toestemming gekregen en was van dief
stal in 't geheel geen sprake. Ook waren
den 14den Juni kruiwagens tocbchoo-
rendo aan dein opzichter door hem aan
't station tea* vervoer naar Amsterdam
aangeboden. Hiervan wist beklaagde
zich niets meer te herinneren zijn hoofd
was door drukte der werkzaamheden
op hol geweest, zoo beweerde hij.
Jammer genoeg voor hem, dat het
O. M. deze praatjes van den beklaagde,
die deed voorkomen: alsof hij geheel on
schuldig was, niet wilde aannemen en
tegen hem, wegens het begaan van twee
diei stallen, een gevangenisstraf van 3
maanden vroeg. De beklaagde bleef zijn
onschuld volhouden.
Wanneer B. v. Ricssen op één der
dagen dor vorige maand geen borrel te
veel op had gehad zou hij thans niet
hier gestaan hebben. Doch aangeschoten
zijnde weet een mensch dikwijls niet wat
u.j doet. Zonder aanleiding had hij dan
ook zijne buurvrouw mej. E. Woltering
en haar kind, geslagen en geduwd, voor
welk feit hij nu waarschijnlijk 7 dagen
zal moeten „zitten".
Met tranen in de oogen stond hij
daar de nog zèer jeugdige IJ. Witba&rd.
Zonder aan do gevolgen te denken had
alsmede zwarte, witte en gekleurde Henneberg-Zyde van 35 ct. tot f 14,65 p. Met. effen, gestreept,
geruit, gewerkt, damast enz. (ca. 240 versch. qüal. en 2000 versch. kleuren, dessins enz.).
Damastzijde v. 65 ct.14,65 Balzijde v. 35 ct.14,65
Zijden Bastkleederen, p. robe f8,6542,75 Grenadine-Z^de j> 65 9,35
Foulard-Zijde bedrukt 65 ct.3,35 Bengaline-Zjjde v f 1,206,45
per meter. Zijden Armftres, Monopols, Cristalliqnes, Moire antique, Dnchesse Princesse, MoscoYite, Mar-
cetUnes, Zijden stof voor gestikte Dekens en Vlaggen enz. enz., franco en vrjj van invoerrechten In
huis. Stalen en Catalogus, ommegaand. Dubbel briefporto naar Zwitserland.