NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD. avonturen van Friquette. 16e Jaargang. Vrijdag 30 September 1898. ■o. 4679 HAARLEMS DAGBLAD AJBOISO^'EnVCEnsrTSFB^I O'S Voor Haarlem per 8 maanden1.20 Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der gemeente), per 8 maanden„1.30 Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden1.65 Afzonderlijke nummers0.05 Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden0.30 de omstreken en franco per post 0.371/2 AJDVTEIE^T3EÏ3SrT3ZËI2ST ui 1—5 regels 50 Cts.; iedere regel meer 10 Cts. Groote letters naar plaatsruimte. By Abonnement aanzienlijk rabat Reclames 20 Cent per regel. Abonnementen en Ad verten tién worden aangenomen deor onze Agenten en door alle Boekhandelaren en Courantiers. Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Bureaux: Kleine Houtstraat 14, Haarlem. Telefoonnummer 122. Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOM. Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de PublicUé Etrangère G. L. DAUBE Co. JOHN F. JONES, Succ., Parijs 31bis Faubourg Montmartre. Met uitzondering van het Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentiën en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan het Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam. BUITEN het Arrondissement Haarlem is de prys der Advertentiën van 1—5 regels f 0,75, elke regel meer ƒ0,15; Reclames per regel ƒ0,30. Agenten voor dit blad in den omtrek zyn BloemendaalSantpoort en SchotenP. v. d. RAADT, SandpoortHeemstedeJ. LEUVEN,by de tolSpaamdam, C. HARTENDORPZandvoord, G. ZWEMMER Velsen, W. J. RUIJTERBeverwijk, J. HOORNSHillegom, ARIE HOPMAN, Molenstraat. Genoemde Agenten nemen Abonnementen en Advertentiën aan. uit de Oranjestraat, die een groer te-1 wagen voortduwde. Zy werd, niet onbelangrijk ver wond, by den heer Jolles binnenge dragen, waar haar zoo spoedig doen lijk geneeskundige hulp verleend werd. Het Ameublement, op de Tentoon stelling van Vrouwenarbeid ingezon den door het Haarlemsche Comité, met bestemming om ten bate van de tentoonstellingsfondsen te worden ver loot, is bij de op 28 September j.l., ten overstaan van den notaris M. N. Beets te Haarlem gehouden verloting, ten deel gevallen aan no. 1587. Naar wy vernemen werd het winnende lot te 's-Graven hage op de tentoonstel ling gekocht door eene te Haarlem wonende dame. STADSNIEUWS Eerste en derde pagina. J Haarlem, 28 Sept. 1898. Electrisch Liclit. De veriichtingsquaestie, hoe oud ook, blijft altijd nieuw. De meiisch, die zioh in het zonlicht het behaaglijkst voelt, tracht in zijn a.vondverlichting steeds meer het daglicht te naderen en door keel de wereld heen is de aandacht ge vestigd op het electrisch licht, waaraan toekomst behoort. Was er niet een financieel bezwaar, dan zou ook Neder land van den Helder tot Maastricht elec trisch verlicht worden. Maar helaas, hier komt onze zucht naar het beste in botsing met onze portemonnaie. Voor een enkelen particulier, die zijn huis electrisch mocht willen verlichten hangt wanneer hij niet tot de rijken behoort - de peer voorloopig nog te hoog. Ja, waar men arbeidskracht en licht tegelijk noodig heeft, daar is het wat an ders. De Haarlemsche Machinefabriek niet eens meegerekend, waar wel niet anders dan electriciteit de bron van drijfkracht en licht kan wezen omdat de fabriek de toestellen daarvoor zelf vervaardigt hebben we tegenwoordig toch nog twee fabrieken, waar da elec triciteit ten troon is verheven, de werf- Conrad en de Caoutchouc-fabrieb van Gebroeders Merens. Over de laatste dee- len wij eerlang een en ander mede, wat de Conrad aangaat, zij, heeft eene instal latie van 2 stoommachines, elk van 125 p.k. en drie dynamo's (een komt daar nog bij) en natuurlijk een zeer uitge breid schakelbord. Door de haven is een kabel gelegd, waarmee ook het woonhuis ran den directeur electrisch wordt ver licht, terwijl ook allerlei huiselijke be sognes, als koken en strijken, door mid del van electriciteit worden verricht. Dit is een aanleg van de firma Willem Smit te Slikkerveer, wiens electricien, de heer Rössling, reeds geruimen tijd bier verblijft. Hij heeft inmiddels ook eens in do stad rondgekeken en onder handelingen op touw gezet voor electri- sche verlichting van een paar groote: verbruikers te zamen of van een geheel blok huizen. Voor blokverlichting zijn de perceelen van de Groote Markt tot de Paar laar- steeg, die. straat zelve, de Koningstraat tot aan de Markt en de magazijnen van de firma Kaxthaus, door hunne ligging als het ware aangewezen. Niet het minst, omdat daarbij geen vergunning van het gemeentebestuur noodig is, behalve die tot plaatsing van een stoommachine. De heer Rössling meent, dat dit blok niet alleen niet duurder, maar zelfs goed- kooper met electrisch licht zou kunnen worden verlicht dan nu geschiedt met gas. Naast deze combinatie denkt hij zich eene andere, van het Café Brink- mann met de Sociëteit de Kroon eene van de Soc. Vereeniging. Genoeg om weer opnieuw de aandacht te vestigen op dit Hciht van de toekomst, op het be zit waarvan plaatsjes als Baani zich reeds kunnen verhoovaardigen. De heer Yves Gayot met zyn echt- genoote en twee dochters, heeft Woens dag Amsterdam verlaten, bezocht des middags onze stad, terwyl Teylers Museum en de Groote Kerk werden bezichtigd, waarna hy zyne reis naar de residentie vervolgde. Hedenmiddag zou hjj van daar naar Rotterdam vertrekken, om verder de terugreis naar Parys te aanvaarden. Vroeger hebben wy wel eens ge legenheid gehad, melding te maken van een stadgenoot, den heer J. Post- ma, die zich toen reeds deed kennen als een begaafd jong violist, die goede verwachtingen opwekte. Sedert dien tyd maakt hy als eerste violist deel uit van de Arnhemsche Orkestver- eeniging, directeur de heer Heuckeroth. In Arnhem nu heeft onlangs de heer Postma medegewerkt aan een concert in de Groote Kerk, waarover een toonkunstenaar aan de Arnhem sche Courant schryft „Het tweede nommer, Air van J. S. Bach voor viool en orgelbegelei ding, werd zeer schoon voorgedragen prachtig is de toon, dien de heer Postma aan zyn instrument weet te ontlokken, gevoel en kunst spreken uit zyn vertolking Preghiena voor viool en orgel, van Martin Röder, is een zeer mooi ge bed en byzonder in de kerk op zyn plaats. Eveneens speelde de heer Postma dit met bezieling" Referent eindigt met een woord van dank aan de beide kunstenaars. De taillemeter. Eenigen tyd geleden ontvingen wy van de firma Wisbrnn Liffmann, Anegang alhier, een door haar in den handel gebracht toestel tot het zelf maken van japonnen. Overtuigd van onze onbevoegdheid in deze materie verzochten wy aan een dame des kundige ons haar oordeel te doen kennen. Wy laten dat hier volgen Een uitstekend hulpmiddel by het maken van een patroon voor een taille is de taillemeter. Hy bestaat uit twee boekjes benevens een stevig cartonnen apparaat. Het eene boekje beschryft wélke maten genomen moeten worden en hoe men daarvan de patronen teekent, terwyl het andere boekje het maatnemen en het teekenen der patronen door figuren aanschou welijk voorstelt. Natuurlijk zyn er èn in de beschrijvingen èn in de teekeningen correspondeerende cijfers, die het voor iedereen heel duidelijk doet zyn. Het cartonnen apparaat is eigenlijk eene vereeniging van de verschillende lijnen, die men by het teekenen van een taillepatroon noodig heeft. Met behulp daarvan kan men van punt tot punt zuivere lijnen trek ken. De taillemeter is voor iedere dame, die costumes wil maken zeer aan te bevelen. Ieder is daardoor in staat zichzelve het maatnemen en patroouteekenen eigen te maken. Hedenmorgen werd op de Nieuwe Gracht tusschen Kruisweg en Rol- huizen door het rijtuig van den heer Enschedé uit de Zijlstraat, een vruuw overreden, zekere juffrouw Francois Leger des Heils. De Marécbale, de oudste dochter van Generaal Booth, leidde Woens dagavond hier ter stede de bijeenkomst door gebeden en toespraken, hierin bijgestaan door Ensign de Zwaan, die de rede, welke in het Engelsch, gehouden werd, vertaalde. Hierna sprak de kolonel Cozanty, chef-secre taris, de aanwezigen nogmaals toe. Deze meeting werd door vele be langstellenden, waaronder eenige aan zienlijke, bijgewoond. BINNENLAND Het plan moet reeds nu by H. M. de Koningin vaststaan H. M. gaf het zelf aan eenige autoriteiten in de laatste dagen te kennen om in het volgend jaar weer een reis door het land te maken en alle provincies op nieuw te bezoeken. (Arnh. Crt.) Staatsbegrooting 1899. Hoofdstuk IX Waterstaat)^ is thans in druk verschenen. Yoor rivierver- leteriug is f808,000 uitgetrokken, waarvan f245,000 voor de Yecht in Overysel en f 191,500 voor de Maas voor uitbreidingswerken te IJmuiden is f469,000 geraamd. Onder de nieuwe werken en sub- sidiën zijn uitgetrokken f8000 voor de geologische kaart, f50,000 voor aanschaffing van een ysbreker, f 117,000 voor verbetering der Heldersche zee wering, f25,000 voor de verbetering van zeewerken op Wieringen, f 160,000 voor verdediging van de Noordzee kust in Noord-Holland C/s gedeelte), f 30,000 voor de verbetering der ha ven te Delfzijl, f74,000 voor verbree ding der Zuid-Willemsvaart, f 5200 voor de telephonische verbinding van Schokland en Urk, f 12,000 voor een wachtpost tevens telegraafkantoor en woning v^an den Kanaalwachter aan de Hembrug, f 17,000 voor ver betering der westelijke waterleiding te Ter-Neuzen en knechtswoning, f 16,000 voor eene tweede doorvaart van de Postbrug, f 18,500 voor ver nieuwing van de schutsluis in de Veen- huizervaart, f 50,000 bijdrage aan het waterschap Regge, f66,700 bijdrage aan het waterschap Berkel, f2000 bijdrage voor de haven te Philippine, f10,000 bijdrage voor kunstwegen te Emmen, 116,200 bijdrage voor een weg Vries—Peize, f21,600 bijdrage voor een weg Zundert—Belgische grens, f 15,500 bijdrage voor een weg Haaksbergen—Dnitsche grens en f 22,000 bijdrage voor verbetering der Oude Vaart. Verder f 30,000 voor onderzoek en herstel der grafelijke zalen, f 20,000 voor aankoop van een huis in den Practizynshoek te 's-Gravenhage, f406,000 voor aanleg van havens in verband met den aanleg van stoom tramwegen, f300,000 subsidie voor den aanleg van stoomtramwegen en f 167,300 subsidie voor die de Parij- sche wereldtentoonstelling van 1900. Op de begrooting van waterstaat is gerekend op aanstelling van machi nisten voor de electrische verlichting en waterleiding by de sluizen te IJmui den en aanstelling van het personeel voor den vischafslag aldaar3 ton is geraamd voor gemeenschappelijk met Noord-Holland versterken van de zee wering, allereerst der zwakke punten en het aanleggen en in standhouden van flinke zanddijken, zoodanig dat de algemeene toestand geen onge rustheid behoeft te veroorzaken. Zoodra het overleg met de Holl. IJzeren Spoorwegmaatschappij zal zijn afgeloopen, zal de uitvoering van het werk der vernieuwing van het westelijk viaduct alhier met kracht ondernomen worden. Het ligt in de bedoeling nog in den loop van dit jaar tot de oprichting der Noordooster Locaalspoorwegmy. over te gaan. Yoor een tramweghaven te Lemmer, welke door een verbin- dingsspoor met het tramenplacement zal worden verbonden, en welke bui ten de schutsluis zal uitmonden, is f15,000 subsidie uitgetrokken. Een collega van curatoren zal wor- den ingesteld voor het Kon. Ned, Meteorologisch Instituut. De 3 ton voor de Parysche ten toonstelling strekt om te bestrijden de kosten, voortvloeiende uit de be moeiingen ten behoeve der inzendin gen uit Nederland en voor de inzen dingen van de Dept. van Oorlog en Waterstaat. Yoorgesteld wordt aanneming van een va3t stelsel van bevordering der ambtenaren van het stoomwezen en vermeerdering van het korps met een adspirant-ingenieur en een opzichter. Voorts twee ambtenaren, een chef de bureau en een klerk toe te voegen aan de inspecteurs en adjuct-inspec- teurs van het toezicht, bedoeld by de veiligheidswet en de arbeidswet, het korps aan te vullen met twee adjunct- inspecteurs en over te gaan tot de benoeming van een adjunct-inspectrice van den arbeid. Bij de uitgaven voor de posteryen is gerekend op een vast jaarlyksch verlof voor de ambtenaren. Het „Nut." Aan het jaarboekje van de My. tot Nat van 't Algemeen, is het volgende ontleend De rekening en verantwoording over het afgeloopen jaar wyst in uitgaven aan het bedrag van f 33,l37.96,/a, waarvoor f 1430 uit het kapitaal der My. moest genomen worden. De staat der bezittingen bedraagt ruim f 19.000, waarbij oog komen f20.000 belast met vruchtgebruik en ,/6 van het te ontvangen saldo der liquidatie nala tenschap mr. Hamelberg. De aangeboden begrooting voor 1898/99 bedraagt in uitgaven f 40,940,87 het vermoedelijk nadeelig saldo zal zijn f7450, te nemen uit het kapitaal der maatschappij. Op 8 Augustus 1898 bedroeg het aantal departementen 308, het aantal leden 13.082 en 266 eereieden, tegen 813 departementen, 13,435 leden en 276 eereleden op 1 Juli 1897. Een déraillement. Dinsdagavond werden de reizigers in den laatsten trein Utrecht—Rot terdam nabij Harmeien opgeschrikt door een geweldigen schok. Een der wielen van de locomotief was afge broken, waardoor de machine en de eeeste bagagewagen derailleerden. Met het veilig maken der baan was men 1 uur bezig, in welks tijdsverloop een andere machine was gearriveerd om reizigers en post in plaats van te 12 uur, te halftwee te Rotterdam aan te brengen. dat zij ten allen tijde bereid ware» voor hunne Koningin en hun vaderland hun leven te geven, dan zoude men met ons de overtuiging erlangd hebben, dot ook verre van het vaderland de „Oranje- dag" op waardige wijze kon worden ge vierd. En de traan in het oog van de vrouwe lijke passagiers was een stille hulde aaa de zoo innig geliefde vorstin. Dat het detachement en de bemanning gul onthaald werden door onzen kranigea gezagvoerder, dat op het diner de cham pagne fonkelde in de glazen en nog me nige feestdronk gewijd werd aan het ge liefde vorstenhuis, zal wel geen vermel ding behoeven. Een spectacle varié sloot onzen feest dag in volle zee en toen onze brave sol daten als laatste nummer gaven een met groen, oranje en de- driekleur versierd portret van onze vorstin, waarom de beste zangers zich vereenigd hadden, die het oxide Oranjelied aanhieven toe* vond die zang niet alleen weerklank bij allen, doch in aller harten rijpte dat eenige ware ernstige voornemen „Wij zullen onzer Koningin Wilhelmi- na getrouw zijn tot aan den dood." Hulde aan onzen gezagvoerder, die aaa de passagiers van de Koningin Wilhd- rnina zulk een feestdag bereid heeft. Koninginnedag op zee. Een der passagiers van het stoom schip Koningin Wilhelmina schrijft het volgende aan het Hbld. 't Was voor de passagiers een heer lijke feestdag dié 6 September. Al betreurden zij het hunne geliefde Koningin niet te kunnen zien en toe juichen, zij keerden naai' him vaderland terug en zij waren er trotsch op den Oranjedag te vieren op het prachtige stoomschip dat de eer heeft den naam te dragen van Koningin Wilhelmina. Met een flinken bries en helder blau we lucht doorkliefde de Koningin dien dag den Oceaan. De kranige gezagvoerder, de heer Dninker en een wakkere feestcommissie hadden er voor gezorgd, dat die dag vooral voor de terugkeerende militairen en bemanning een ware feestdag zoude zijn. Reeds te half negen begonnen de volks spelen, die den geheelen dag voortduur den. Het geheele dek was ter beschikking gesteld van het detachement en het mastklimmen, boegspriet- en zakloopen, het stroophappen en het tonsteken op het nu eu dan flink stampende schip ga ven menig teekenend tooneeltje te zien. Ten 10 u. vm. vereenigden zich de officieren en de bemanning van het stoomschip, het detachement militairen en alle passagiers op het middenschip en wijdde een der passagiers een ernstig woord aan de gelïefdei vorstin, wier moeielijke taak alleen door de trouw en de toewijding van al hare onderdanen het Nederlandsche volk ten zegen zoude rijn. En wanneer men na die woorden die van Atjeh terugkeerende militairen ge zien had, in wier oog men de verzekering Land- en Tuinbouw. UIT AMSTERDAM. Floralia. Vereeniging tot Volksontwikkeling door bet kweeken van bloemen en planten. Woensdagavond werd in „Maison Stroucken de 25ste jaarlyksche ten toonstelling in tegenwoordigheid van een zeer talrijk publiek geopend. De heer P. H. Testas, eerelid en oud-president van de vereeniging, hield eene feestrede. Het is, zoo zeide spr., nu 25 jaar geleden dat door de Nederl. Tuin bouw My. in vereeniging met de ver eeniging „Linaeus" de vereeniging „Floralia" werd opgericht. Slechts drie van de oprichters zyn thans nog in leven, nl. het eerelid en oud-voorzitter Perk, de heer Pellom de president en mijn persoon Het is de 25ste tentoonstelling. Dat deze minder feestelijk wordt ingewijd dan men zou verwachten is een gevolg van de geldelijke moeielykheden, waarin de vereeniging verkeert. Het bestuur heeft daarom terecht gemeend de tering naar de nering te zetten. Als ik m|jne gedachten zoo laat gaan, vervolgde spr., zie ik de vlag van Floralia nog wapperen op 't Paleis voor Volksvlijt, voor P'.ancius, café Flora en Maison Stroncken. In 't laatste gebouw is 't nu voor de 16de maal dat de tentoonstelling gehouden wordt. Hier zyn wy thuis. Hier heb ik gezien dat soms wel 10.000 plantjes werden ingezonden. Elk kina kwam met zyn potje aan zetten. Wel is dit aantal, toen meerdere plantjes aan een persoon werden uitgereikt, sterk verminderd, doch daar staat tegenover dat we gewonnen hebben aan fraai heid en pracht der ingezonden plan. FEUILLETON. 18) Barca sloeg rijn tent ver van het dorp verwijderd op, en Friquette nog vermoeider dan den vorigen dag gebruik te haastig het een en ander en legde zich te ruste, zender er een oogenblik aan te denken dat rij rich in een woeste streek bevonden en aan de genade van gewetenlooze menschen overgeleverd wa ren. Zij bevonden rich nu nog twaalf kilo meter van, Marovoay af, waar rij twee dagen dachten te rusten. Wat! al weer? Men moet echter niet vergeten, dat dergelijke tochten van zeven a acht uur au dan in de felle zon zeer afmattend rijn. Wij, die gewoon rijn enorme afstan den per spoor, rijtuig of velocipede af te gen, kunnen ons geen denkbeeld ma ken van een dergelijke langzame reis en ons nauwelijks in de moeielijkheden in denken van een tochtje van vijftien a twintig kilometer. Ten eerste wordt gij voortdurend door een ondragelijke warmte gekweld, het zweet parelt u op het gericht en door weekt uw kleeren, en een afschuwelijke dorst en insecten komen het onaangena me van uw toestand nog vermeerderen. Daarbij rijn de wegen bijna onbegaan baar rij stijgen, dalen, loopen over rot sen, door aioderpoelen, stinkende slooten en kreupelbosch de schokken, sprongen en struikelingen van het beest, dat zich moeielijk voortbeweegt, de ongemakkelij ke houding op een slecht vervaardigd zadel.dit alles maakt den reiziger half riek. „Gij, die in een geriefelijk 1ste klassei compartement in een hoekje rit gedoken, en weilanden en huizen voorbij riet vlie gen, kimt u moeielijk voorstellen hoe af gemat Friquette na haar reis van die twee dagen was. Te Madagascar kan men wel op een andere, meer origineele en minder ver moeiende manier reizen. Men kan rich nl. laten vervoeren in een zoogenaamde „Ailanjane". Dit is een soort- primitieve leuningstoel, aan welks rijden men een boom heeft aangebracht. De reiziger of liever do patient neemt op den stoel plaats, twee dragers van beroep heffen hem op, leggen de boomen op hun schou ders en zetten rich in beweging. Over 't algemeen lijkt het voertuig veel op een palankijn. Maar zulk een vervoermiddel is niet gemakkelijk te. verkrijgen en kost zeer duur. Bij gevolg was Friquette wel verplicht rich tot nader order op haar zébu, rijn vriendelijkheid en zachtmoedigheid te verlaten. Anderhalf uur, nadat rij Aliadana ver laten hadden deed zich een nieuwe en groote moeielijkheid in den vorm van een rivier voor. Deze rivier de Andranolava genaamd was slechts twaalf meter breed en twee meter vijftig diep, maar het was toch een lastige quaestie om er over te komen Op een anderen tijd zouden rij met de pont, door de genie vervaardigd, over kunnen varen. Tegen een kleine vergoe ding kon men dan naar de overzijde ge bracht worden. Maar de inlandsche visschers waren voor de Fransche troepen gevlucht, zoo dat Friquette haar oppasser en de zébu zich zeer in 't nauw gebracht zagen. Zij hielden stilhet jonge meisje sprong op den grond, en Barca zon op een plan. Het duurde niet lang of hij had een origineel praktisch plan gevonden. Niet ver van daar bemerkte de Kabyl eenige Lefebvre rijtuigen, die niet meer gebruikt schenen te worden. Daar de geleiders geen partij meer van deze voertuigen wisten te trekken en lie ver hun last per muilezel vervoerden, hadden rij ze achtergelaten. Deze verandering was geheel in hun voordeel, want zelfs zonder vracht kon den de rijtuigen met moeite voortge sleept worden. De Kabyl zag het dichtstbij staande na, dat mét de boomen naar boven ge keerd was, evenals een mensch, die in wanhoop de armen ten hemel heft. Barca, zeer goed met het mechaniek bekend zijnde en wetend hoe hij het rij tuig in een boot moest veranderen, liet de veeren springen, maakte de wielen los en was toen in het bezit van een metalen bak, die veel op een Decouville wagentje geleek. „Wat gaat hij nu beginnen V' vroeg Friquette zich af, terwijl Barca rijn werk handig verrichtte. Barca, die evenals alle Arabieren niet rederijk was, beantwoordde haar vraag met handelingen. Hij haalde een kluw touw uit rijn zak, wond een eind af en maakte het aan het bootje vast. Daarop trok hij het naai' de rivier, duwde het in het water en verklaarde dat het, dank rij den dikken binnenwand stevig genoeg was. Het volgende oogenblik sprong Barca in het water, het andere eind van het touw met de tanden vasthoudend en na een paar krachtige slagen bevond hij rich aan den overkant. Terwijl hij rich als een hond die pas gezwommen heeft, schudde riep hij „U instappen. Sida." Friquette begreep hem. Voorzichtig stapte rij in het rijtuig, nu Ln een bootje herschapen, waarop Barca het- langzaam naar zich toetrok. Twee minuten later bevond het jonge meisje zich ook aan den anderen oever. De zébu, de twee eenige wezens die hem ooit vriendschap hadden betoond ziende weggaan, wilde rich bij hen voe gen. Beladen en wel stortte hij zich in den vloed, rich weinig bekommerend of de levensmiddelen en andere zaken zoodoen de bedierven. Barca uitte een gil om het dier tot staan te brengen en sprong toen zelf in het water. Het was hoog tijd, want het dier was reeds een eindje gevorderd. Barca legde een deel van den last in het bootje zwom terug, en haalde het naar zich toe. Dit herhaalde hij twee maal, totdat de geheele bagage over was. De laatste overtocht geschiedde in ge zelschap van den trouwe zébu, die vaU het frissche bad, waarop hij geenszins gerekend had, goed profiteerde. Nadat, hij rich nog eens een paar maal ondergedompeld had stapte liij op den oever, schudde zich en begon toen aan de voeten van Barca en Friquette in het gras te rollen. „Mooi... Mayeuse... mooi zoo. mijn jongen!" riep de Kabyl uit, die nog droop van het water. Dat was dc eenige gebeurtenis op den tweeden dag van hun reis. En het was ook misschien de eerste maal, dat de Lefebvre-rijtuigen ec-nig nut verschaften. Een geriefelijker rijtuig deed aan het eind der reis dienst. Weldra kregen onze reizigers Maro voay in 't gericht. „Wel, dat is een stad," riep Friquette uit, „een wezenlijke stad." De komst van Friquette te Margvoay bleef niet lang onopgemerkt De soldaten, beschouwden haar terstond als een vrien din en beschermster. Marovoay is een van die overbevolkte

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1898 | | pagina 1