X twee man der equipage twist. Van cón dier mannen was ook de 14-jarig© zoon aan boord, en deze ziende dat zffu rader het onderspit zon moeten delven, stak de andere een mes zoo diep io het dijbeen, dat, indien niet spoedig naar Maassluis teruggekeerd was om geneeskundige hulp, deze zeker zou zyn bezweken aan bloed verlies. De dader is in hechtenis ge nomen. De tramquae3tie te Amsterdam. Woensdag heeft de gemeenteraad te Amsterdam met 31 tegen 13 stem men aangenomen eene motie, voorge steld door de heeren Muller, Fabius, Yan Nierop, Serrurier en Gerritsen, met de volgende voorstellen 1. Op 1 Januari 1900 in te trekken de concessie aan de Amst. Omnibus My. verleend. 2. Op 1 Januari 1900 het Trambe drijf tQ nemon in eigen beheer. 3. B. en W. uit te noodigen a. Hiervan kennis te geven aan de A. O. M. b. Den Raad voorstellen te doen tot uitvoering van dit besluit. c. Den Raad ten spoedigste voor stellen te doen tot uitbreiding van het net. Inbrekers. Geruiraen tyd geleden werd inge broken bjj den goud- en zilverkashou der Soesman te Bergen-op-Zoom. De Maatschappij waarbij de beer S. ver zekerd was. weigerde vergoeding der schade, omdat h. i. niet gebleken was dat er inbraak bad plaats gehad. De eigenaar heeft, ook met het oog op geruchten die minder vleiend voor em waren, op allerlei wijze getracht zich te zuiveren. Thans vernemen we het voor hem verblijdend bericht dat te Antwerpen de daders zijn ge vat. Eeoige gouden horloges van den diefstal afkomstig, zijnlin hun bez:t gevonden. Het vijftal maakt deel uit van een gansche dierenbende, die in Parijs en elders groote diefstallen pleegde en waaronder ook twee vrou wen" behooren, die het gestolene aan den man brengen. Dinsdagnacht is er te Nijmegen al weder ingebroken, ditmaal bjj een particulier in de St. Annalaan, den heer V. d. P. De dieveu moeten er danig buisge houden hebben. Behalve een aanzien lijke waarde aan zilver, zou er ook f300 aan gelu zyn ontvreemd. 31 jaar in de gevangenis. De persoon van L S. te Rotterdam gearresteerd, als verdacht van in braak te Amsterdam, heeft op 461 jarigen leeftijd reeds 31 jaren in de gevangenis doorgebracht. Hij pleegde reeds twee iubraken met daaraan ge paard gaande diefstallen van 17.000 en 34.000 gld., welke geldsommen grootendeels door hem verbrast wer den. Een ongeluk. Een bruidspaar te Stolwijk bracht Dinsdag een bezoek aan familie te Langeruigeweide. Vóór deo spoorweg aldaar gekomen, waren de slagboomen neergelaten voor een naderenden trein. De bruigom, ziende dat het paard onrustig werd, sprong uit de tilbury en kwam io een sloot terecht. Het jonge paard vloog vooruit en verbrij zelde den eersten slagboom. De bruid waagde toen ook den sprong, doch bleef aan het voetijzer haken, en zoo ging het den spoorweg over, gelukkig langs den laatsten wagen van den voorbijsnellenden trein. De tweede slagboom vloog nu uit den haak en verder ging het, terwijl het meisje achteraan sleepte. Toen het dier een eind verder gegrepen werd. bleek bet, wouder boven wonder, dat de bruid er met ontvelde handen en lichte beenwonden was afgekomen, hoewel de kleeren haar aan flarden langs het ljjf hingen. De bruigom kwam met den schrik en een nat pak vrij. van den vermaarden Eugène Scribe j ten tooneele gebracht door de Ko ninklijke Yereeniging „Het Neder- landsch Tooneel" Deze vijf bedrjj- ven, die zooals ik reeds zeide lang! zyn, behandelen een alleraardigst J spelletje, dat io Januari 172-5 metj deu oppermachtigen heerscber aller j RussenCzaar Peter de Groote, is gespeeld door de Czarina Catarina en eenige leden van de hofhouding. De Czaar, dien de schrijver ons voor stelt als vanonmenschelyke wreedheid, brengt zyn tijd door met het wantrou wen van Hare Majesteit en het on derteekenen van tallooze decreten, waardoor nu eens deze dan weer gene de vrijheid of, erger nog, het hoofd j verliest. Weliswaar verliest ook de j Czaar zjjn hoofd, doch slechts in de j figuurlijke beteekenis van het woord, i Men onderschatte niet de groote waarde van deze moorden als bouw- j stof van een draa.... drama van dit j gehalte 1 Intusschen is de Czaar, wiens wantrouwen volkomen gegrond is. aan den anderen kant weer een goedige lummel, want telkens als hy de be- wjjzen van Catarina's ontrouw in het helderste licht vóór zich ziet, laat hy zich weder „paaien". Dat dit gedu rende vyf bedrijven, die zooals ik j zeide, lang zjjn op den duur nog I al vervelend wordt, is vry begrijpelijk en hieruit resulteert dan ook het ge-1 ringe succès, dat de voorstelling bij de weinige aanwezigen behaalde. De Czaar was Bouwmeester, voor wiens talent het jammer is dergelijke fraaiigheden te moeten vertoonen. De Czarina, mevrouw Frenkel-Bouwmees- ter, was uitnemend in hare rol van Keizeriu-ex-dienstmeïd. Duidelijk liet zij blijken, dat haar vroeger rijk de keuken was; de scène in bet laatste bedryf zou zelfs een visehvrouw vol- j komen waardig zjjn geweest. 1 Mevrouw Holtropvan Gelder, eveneens gedoemd aan al dit zonder ling gedoe deel te nemen, speelde bare rol alleraandoenlykst en de Jong, was in zyn dierbare minnaarsrol houteriger dan de houten poppen van Cabolt, die „op brailoften en partijen" de poppenkast vertoout. Schoonhoven was de nobele man, die alleen weet te redden, maar daarbij toch een droe vig figuur maakt, ook al spande hy zich in zyn orgaan tragischer dan ooit te doen klinken. Schulze en Holtrop, de eerste altijd dronken (en verdienstelijk dronken ook 1) de laatste met geen andere rol in dezen genoeglijken draak dan„Ja sire!" speelden hunne rollen bepaald meesterlijk ennu ja, de rest was aan het aodere gelijk. Leitere» en SCwrest De Czarina. Men schrijft ons uit Amsterdam van heden: In den Stadsschouwburg werd gis terenavond „de Czarina", drama in niet minder dan 5 lange bedrijven RECHTSZAKEN. Beleediging. De rechtbank te Leeuwarden heeft in de zaak van Geert Hoitenga. Barend van der Ploeg en Daan Sjoerds Bak ker, te Beetgumermolen, beschuldigd van op 10 Juli jl. op den openbaren weg aan Allard Dijkstra te hebben toegevoegd„Dit is de inbreker van Britsum, inbreker te Britsum, moor denaar", alle drie te dier zake veroor deeld tot eene gevangenisstraf van ieder een maand. O O ft 9 ft. Inhuldigingsfeesten te Batavia. Er is ook den 6en September druk feestgevierd te Batavia en in verschei den andore plaatsen van Indie. 's Morgens is te Batavia een bidstond in de Willemskerk gehouden, waarbij Z. E. de gouverneur-generaal en me vrouw Van der Wijek, o.a. door hun zoon vergezeld, tegenwoordig waren. Ds. Fregeres preekte. In de R.K. kerk word een plechtige hoogdienst om Gods zegen over de re geering van Koningin Wilhelmana af te smeeken, opgedragen door Z. D. H. j Monseigneur E. S. Luypen, benoemd i titulair bisschop van Orope en aposto lisch vicaris van Batavia. Do c-erw. hoer C. W. J. Wenneker' sprak de feestrede uit- j Na afloop van den bidstond in de kerken van alle gezindten ontving Z. E. de gouverneur-generaal in bijzonder ge- i hoor eene deputatie, bestaande uit een vijftigtal vertegenwoordigers van alle vrijmetselaarsloges uit Nederlandsch- Indië. Met een galabal ten paleize van den. gouverneur-generaal zijn de inhuldigings feesten op waardige wijze besloten. Het- aantal gasten, waaronder natuurlijk alle buitenlandsche afgevaardigden en in- landsche vorsten, scheen bijna tc groot om zich in de keurig versierde en fraai verlichte zalen van het paleis te kunnen bewegen. Te ongeveer half tien versche nen de gouverneur-generaal en mevrouw Van der Wijck te midden, van de schit tering van de prachtgewaden der inland- sche vorsten, de rijke uniformen der Duitsche marine-officieren en de beko ring, die uitging van al wat Batavia kan opleveren aan schoone vrouwen in passend hoftoilet. Met eene nijging naar alle zijden heetten de hooge gastheer en gastvrouw hunne genoodigden welkom, om dadelijk daarop het bal te openen, dat ongewoon lang duurde. Er heerschte een opgeruimde stemming in de le omgeving en er werd met animo ge danst er was ruimschoots gelegenheid om zich aan de weelderig voorziene buf fetten te verkwikken, alvorens in den vriendelijken tuin een luchtje te gaan scheppen. Eerst na een uur weerklonk het Wilhelmus, ten teeken dat de gou verneur-generaal zich in zijne apparte menten zou terugtrekken. Dit gala-bal zal mede tot de beste herinneringen aan de feesten behooren. Den 7en September heeft aan boord van den Duitschen kruiser Kaiser nog eene soiree plaats gehad. Evenals de Duitsche marine-offic. en ook hunne minderen op geheel Batavia een aller- gimstigsten indruk hebben gemaakt door hun hoffelijk optreden, schrijft de J.-B.. schijnt het état-major ingenomen to zijn met de wijze waarop het te Batavia ont vangen is; de heeren gevoelden er be hoefte aan die sympathie te tooneu en dat hebben zij op vorstelijke wijze ge daan, voor zooveel de ruimte aan boord van hun machtig schip dit toeliet. Te 5.35 ure stond een extra-trein ter beschikking van de genoodigden, waar onder de gouverneur-generaal en me vrouw Yan der Wijck, de leden van den Raad van Iudië, de generaals Swart en Stemfoort en andere autoriteiten en de bloem van Batavia's jufferschap. Aan het station te Tandjong-Priok werd Z.E. in do versierde wachtkamer door eene deputatie van Duitsche officieren ver welkomd; aan de kade lagen allerlei stoomvaartuigjes gereed om do gasten naar de Kaiser over te voeren, die reeds uit de verte kenbaar was aan de ge kroonde W. in electrisch licht, terwijl ook Iïr. Ms Sumatra weder schitterend geïllumineerd was. De tocht te water duurde ongeveer een half uur, want de kolos, die een diepgang heeft van. 23 voet, moest een heel eind buiten de havenkom blijven liggen. De indruk aan boord was toovcrachtig. Al wat deed denken aan de gevaarlijke bestemming van het schip was zooveel mogelijk ge maskeerd door draperieën van vlaggen en groen, van Japansclie lampions en van al wat goede smaak en een leven dige fantasie maar kunnen bedenken. Het voor den vice-admiraal von Diede- rïcli gereserveerde achterdek was geheel ingericht tot receptie van den gouver neur-generaal en diens naaste omgeving, de campagne tot een met bloemen ge tooide balzaal, waai* aan iedere dame een fijn bouquetje en een artistiek uit gevoerd balboekje werden aangeboden. Een deel van de batterij was herscha pen in een oud-Duitsche kneip „Zum alten Landsknecht", waar als Duitsche landslieden verkleëde matrozen ijskoud bier en sigaren aanbodeneen paar Tyrolers bespeelden de citer en aan den wand hingen in gothsiche karakters ge- teekende spreuken, die nog meer klem bijzetten aan de uitnoodigingen van de joviale gastheeren om toe te tasten aan de rijk voorziene buffetten; ging men van bakboord over naai* stuurboord, dan bevond men zich op deftiger terrein, waar geen bier meer getapt werd, doch uitsluitend bowl, rijnwijn en champag ne; dit deel'was met behulp dca* water vaten uit de sloepen herschapen in een Van alles hadden de commandant en zijne officieren bedacht om hunne gas ten op aangename wijze bezig te hou den het bal werd afgewisseld door koorgezang, begeleid door het orkest van matrozenook hier werd vooral hoofsche beleefdheid betrachthet eerst zongen de schepelingen de Nederland- sche volksliederen en dat wel onberis pelijk zuiver. Een gezelschap athleten gaf proeven van herculische kracht en lenigheid een paaa* clowns deden het gezelschap schateren. Met de geweldigei kracht van het schip werd niet te koop geloopen, maar wie ei* zelf om verzocht,1 werd zonder eenige terughouding in dc gelegenheid gesteld om de 8 zware stuk ken van 26 cM., de snelvuur- en revol ver-kanonnen, de Maxims en heb lan- dingsgeschut, de torpedos en de lanceer- buizen te bezichtigen tot in de gering- ste bijzonderheden. Er was maar één klacht over het j feesthet kon niet eeuwig duren. Een der officieren van gezondheid had met zijn geestig gekout eon half dozijn hee ren geannexeerd, en de dienende broe der kwam juist met een guitig gezicht vragen ,,Ünd was soli ich jetzt noch bringen, Hérr Arzt toen boven de hoofden van het gezelschap de kanon nen een saluut van 21 schoten den gou verneur-generaal tot afscheid achterna donderden. Een kwartiertje nog en toen werd het ook voor de anderen tijd om op te bre ken; het werd tijd, want de annexatie was bijna volledig volbracht. De vice-admiraal von Diederich, zijne officieren en manschappen kunnen er zich von verzekerd houden dat zij allen nog zeer lang op de aangenaamste wij ze in de herinnering zullen blijven voort leven. Atjeh. Aan het officieele verslag, loopende van 28 Augustus tot 3 September, is het volgende ontleend. Noordkust-. T. Oernar, die de kloof bij Tamseli bezet had, verliet na onze om trekking zijne stellingen en vluchtte overhaast met zijne benden, vrouwen en goederen in de richting van Lageim (Westkust van Atjeh). Het regende dagelijks zwaar in het- gebergte; de gezondheidstoestand bleef echter gunstig. In den nacht van 25 op 26 Augustus werden eene vrouw en beide kinderen van T. Mantroi Garoet in kampong Mamplan opgelicht. Westkust. Op vier na zijn alle lie den van Tampat Toewan en Sania Doe-i wa, die de godsdienstschool van Teng- koe Aboe in Telok Boeboen bezochten, j naar Melaboeh en naar Tampat Toe- wan teruggekeerd en zulks wegens hoog gaande oneenigheden met de Atjehsche leerlingen dier school. Van de twee Atjehsche benden, die in de Bataklanden rooftochten liielden, zouden do Batakkers en Karouers er ééne geheel vernietigd hebben en de an dere zoodanig omsingeld houden, dat zij zich niet meer verplaatsen kon bij deze bende moet zich de beruchte Teng- koe Joesoef bevinden. Volgens te Melaboeh ontvangen be richt moet T. Nja Doeraman van Ba- koengan ongeveer eene maand geleden gedood zijn geworden door den zoon van T. Semaoen, Radja, van Bekoengan. In den morgen en voormiddag van den 19en Augustus werd het blokhuis bij Kota Pasir herliaaldelijk en hevig be schoten, waarschijnlijk door volgelingen van Tengkoe Hadji Ali eai van Said Ha- sin (alias Tengkoe Djanggoet), waaron der zich ook lieden van Oeloe Boeboen, Oeloe Melaboeh, Ranton Pandjang, Kanton Pandjang, Merbou en Waila zouden hebben bevonden; nadat echter uit dc versterking te Melaboeh eenige granaten in het terrein nabij Oedjong Kala waren geworpen, hield het vuur op. Door een dier granaten werden 3 kwaadwilligen gedood en 4 anderen gewond. Van T. Tengah word vernomen, dat de hoofden in het Lok Poeh'sche nog steeds oneenigheclen met elkaar hebben en elkaar niet afweisseleiid succes be- vocliten. Ook zou, volgens T. Dik Abdoelrach- man Tengkoe Kadli thans op zeer ge spannen voet staan met Wakil Abah. Poeloe Weh. Niets bijzonders. Weersgesteldheid. Regenachtig met nu en dan hevige windvlagen. Gezondheidstoestand. Voor zoover be richt ontvangen werd over het alge meen gunstig. Veeziekte. De veepest heerschte nog in de XXII moekims Djanthoi, Seli- moen. Lam Kabeue, Tanali Abée, en Glé Jeung. Betrouwbare cijfers omtrent het aantal sterfgevallen konden niet ver kregen worden. In tegenstelling met de officieele be richten vernam de J.-B. dat de gezond heidstoestand in het bivak Segli, dat op zulk een langdurig gebruik niet be rekend was. minder gunstig is en dat de evacuatiën van officieren en minderen dan ook toenemen. Uit het bivak Segli is dato 26 Au- gustus nog aan hetzelfde blad geschre- het noodige hemelwater getrakteerd ook wij krijgen er nu en dan hier al een proefje van. Dat het trouwens het gebergte al flink regent, valt af te leiden uit de loeëngs waterleidingen, die hier en daar al tot aan den rand vol staan en aan de bruine kleur van het water in de Pedir-rivier. „Wij mogen dus wel van geluk spre ken dat de expeditie een maand vroe ger dan men zich had voorgenomen, aangevangen is. Ware dit niet het geval geweest, dan zouden wij er nu vrij wat- minder gunstig voor zitten dan thans het geval is. Doch de sawahs, die droog zijn, zelfs zóó dat zij vol scheuren en spleten zitten, kunnen voorloopig nog wel wat water opslurpen, en er moet dan heel wat regen vallen om ze zóó drassig te maken als zij er tijdens de eerste dagen van de operatie uitzagen/ Vulkanische verschijnselen. De gouverneur van Celebes en On- derhoorigheden bericht dat in den voor middag van den 7en Aug. j.l. te Dong- gala de volgende natuurverschijnselen zijn waargenomen. Des morgens van dien dag naderde van uit het Noord-Oosten. Oosten en Zuiden een grauwe wolk de baai, terwijl van het Westen en Zuid-Westen zich donkere zware wolken vertoonden. Gedurende ruim een uur, en wel van acht uur tot over negen, was het te Donggala zóó donker, dat de lampen moesten worden ontstoken en de kip pen samenschoolden en in de boomen vlogen. Kwartier voor tien ure kwam een flinke bries, vergezeld van regen uit het Westen en verdreef de grauwe wolk, welke later bleek uit asch te hebben bestaan, naar het Oosten. In den nacht van den 6en Augustus en den daaropvolgenden morgen werden ettelijke knallen als van zware kanonnen gehoord, vermoedelijk ten gevoige der vulkanische werking van het eiland Oo nang Oenang in de, Tomini-bocht. De bevolking van Donggala verkeerde op bovenbedoelden voormiddag in angst en had haar have en goed reeds gereed om eventueel de vlucht te nemen. Zij werd echter weder gerustgesteld toen bij het doorkomen van den Westenwind gepaard met regen, die eenige uren aan hield, de zon weer aan den hemel zicht baar werd. (J ava-Ct.) Giereieisgd Nieuws. Om een haas! Van de Belgische grenzen wordt het volgende feit gemeld: vier gen darmen en een brigadier bemerkten omstreeks drie our m deu morgen drie wildstroopers met lichtbakken (een stroopmiddel algemeen in deze streken gebruikelijk) in de bossehen van den heer E. Visart de Bocarmé te St. Kruis by Brugge. Toen de wildstroopers zich omsingeld zagen, schoten twee hunner op een afstand van 8 a 10 meter op de gendarmen maar troffen niemand. De gendarmen beantwoo* dden het vuur en zekere Theophilis Venneman, 26 jaren oud, werd in den onderbuik getroffen en viel ter aarde. Toen de kruitdamp was opgetrok ken, zagen de gendarmen Venneman op den grond liggenby wilde zich nog oprichten, maar zyn krachten be gaven hem, by viel neder en blies den laatsten adem uit. En dat voor een baas! Een der andere wilddieven moet ook getroffen zyn, want men hoorde hem kermend het hazenpad kiezen met zyn kameraad en by nader onderzoek vond men bloedsporen. In verband met deze zaak werd nog zekere Vlaemynck aangehoudenwoon - achtig te 8t. Kruis. De straffen in België op het stuk van jacht zyn zeer streng, en vandaar verzet van stroopers, wanneer ze op de daad betrapt worden, en waardoor jaarlijks menschenlevens vallen te betreuren. quaestie van harmonieleer, dus van vak dat ik onderwijs. Ik geef noi voor niet lesde prys myner less is een pond sterling. Ik kan u <j verklaring dan alleen geven wanne gy my die som betalen zult. Daar had de rechter volstrekt ge zin aan, doch de kunstenaar wil liever zyn zaak verliezen dan qrai te werken. Picquart. Kolonel Picquart is nu 92 dag in voorloopige hechtenis, waarond 20 dagen au secret Tot dusver nog niet bekend geworden dat afzondering van den gevangene opgeheven. Wel heeft zyn schoo broeder, de heer Gast verlof verkregi den kolonel te zien en te spreken tegenwoordigheid van een wacht en van hem gescheiden door e; dubbele ry tralies, maar Picquari advocaat mr. Labori heeft nog alti geen verlof kannen krijgen om zi cliënt te spreken. Labori heeft i tot den minister van justitie een bri gericht, waarin hy zyn voldoening kennen geeft over de aan den üei Gast verleende verdunning, maar tevens op wyst dat juist het toelatt van dit bezoek nog meer de onwettij beid doet uitkomen van de weigerir aan den verdediger om zyn cliënt bezoeken. De teraardebestelling van koningi Lonise van Denemarken zal Vry da; avond zeer eenvoudig zijnalleen Koning, de Czaar en de overige aai wezige leden van de koninklijke famili zullen het stoffelijk overschot naa het graf te Roskilde begeleiden. De Czaar gaat Zondagochtend tern naar Liwadia. ons n direct slotei voors hand den, om zouve zoude dagei gunst stemc de h voors Arno Fisct stemt opvot ben een ig was" By Of burg van De volde zou kan Arne Lind geno een Octc AS ware keer daar |»m t a kew< Volgens een officieel telegram ui Madrid hebben zich op de Visayi eilanden vierduizend opstandelingei gyvo waaronder acht-en-dertig hoofden, o genade of ongenade aan de Spanjaai den overgegeven. Carl Neufeld. lemr kade plat' M, dam met De^ correspondent van de „Dail bere Mail" heeft een onderhoud gehad me Carl Neufeld, de onlangs be vry de ge vangene van den Mahdi. Neufeld vet haalt: „Toen ik voor 13 jaar gevan gen werd genomen, wenschte ik t sterven, daar ik er aan wanhoopt ooit weder in vryheid te worden ge, steld. De Mahdi veroordeelde my dat] ook aanvankelijk ter dood, doch be sloot later my in boeien te doen leg gen. Ik werd aan tal van marteling© onderworpen. Eens ontving ik hon derdvyftig zweepslapen. De Derwi sehen bespotten my en riepen „Waar om schreeuw je niet Neufeid aüt woordde„Als jelui wilt hoorei schreeuwen, moeten jelui iernani anders slaan Neufeld vertelde ver der„Toen zjj ervoeren, dat ik b«' leven wilde verliezen om van myi smarten verlost te zyn, besloten zjj dat ik het behouden zou. Na de vluch van Slatin werd ik in zwaardere ke tens gelegd. Ik weet niet hoe 't op 't oogenblik m6t my staat, of ikiuyp; vermogen verloren heb of niet. Wa de toekomst aangaat, ik zal waar schynlyk weder naar Soedan terugkee ren. 12 jaar stond ik stil, terwijl d groote wereld daarbuiten voorwaart ging. In Duitschland ben ik by all menschon ten achter, daar niet. Daa ligt dus myn toekomst. Myn famili heeft niet verwacht my ooit weer t teru ten koel «ion kenc D Buis koe1 toeli eisc: ma a r ieel vele A jn.l. nog bcic |t| Blo reu ia slei sta.' daa zien. Wanneer ik naar Europa kwam zou zij my niet lang behouden, wegenj - het klimaat. Zelfs te Cairo ril ik. Neufeld gelooft aan de mogelijk her van de ontwikkeling van Soedau. Hi had nooit verwacht Britsche troepei te Oindurman te zien. Hy werkt o] 't oogenblik aan een boek met he verhaal zijner avonturen. 'g' leic dal hec ..De regens schijnen werkelijk al in te vallen, Lho Igeuëh wordt dagelijks op Een zonderlinge aanklager. De „Musical World" te Londen ver haalt dat een musicus aldaar een jour nalist voor den rechter heefi gedaagd, omdat hy zich beleedigd gevoelde over een recensie van zijn boek, dat over eene „theorie van bedekte quiu- ten" handelde. Wat noemt gy een „bedekte quint", vroeg de rechter, die in die weten schap niet tehuis was en toch graag op de hoogte wilde komen Dat is, zeide de aanklager, een I£e3*w©3g Stadsnie-jwi Sigrid Arnoldson. Uit onze vorige nummers hebbed onze lezers kunnen zien, dat er strjji1 is over de vraag, of mevrouw Sigrii Arnoldson te Haarlem al dan nie met de Nederl. Opera zal optreden De schouwburgdirectie hier ter stede zegt ja, mevrouw Arnoldsoc telegrafeert neen. De directie van den schouwburg heeft ons daarover bet volgende mede gedeeld „Aanvankelijk was er dooi ▼erlangen voldoen." En zoo geschiedde het ook. Na van allen, hartelijk afscheid te hebben geno men, nam Friquette in den gemakkelij- ken draagstoel, expres voor haar ver vaardigd. plaats en de stoet met her stelden en zieken zette zich in beweging. Do reis tot aan de haven werd zon der dat er eenige vermeldenswaardige gebeurtenis voorviel volbracht en zoo vinden wij Friquette terug op de keu rig®» groote stoomboot, de „Saida" die haar tot Marseille zou brengen. De kapitein reeds veel van het moe dige meisje gehoord hebbend bood haar Barea en den zebu zeer hoffelijk een vrijen overtocht aan. Dankbaar nam Friquette zijn aan bod aan en zoo ontmoeten wij haar weer in een gemakkelijken stoel op het dek liggend, met vele der passagiers, dio nieuwsgierig waren om iets van haar avonturen te vernemen ,om haar heen staande. De vreedzame kalmte om haar heen, het gezicht der schuimende zee, de fris- sche lucht, deden Friquette weldadig aan, en met blijdschap bemerkte de scheepsdokter, dat de blos op haar wan gen terugkeerde. Behalve Friquette bevond er zich nog oen andere patient aan boord, een jon ge man van dertig jaar, die als luitenant de expeditie meegemaakt had en door ceu ongelukkige verwonding voor den dienst ongeschikt was verklaard. Albert Vervelles, zoo heette hij, was om deze reden op weg naar zijn vader land. Het was een groote "man, met een aangenaam, maar melancholiek uiterlijk en Friquette. die hem dikwijls wanneer hij in zijn leuningstoel op 't dek lag. gadesloeg vroeg zich dan telkens af Ai-me jongen, wat zou toch de reden van zijn zwaarmoedigheid zijn1?" Op een goeden middag, bemerkend dat hij tevergeefs naar een bediende uit- I zag ging zij medelijdend als zij was, naar hem toe en vroeg „Misschien kan ik u ergens mee van dienst zijn." Verwonderd zag de jonge man haar aan, blijkbaar niet gewoon zijnde, dat er notitie van hem genomen werd, en eenigszins verlegen antwoordde hij „Zoudt gij zoo vriendelijk willen zijn .mij even mijn medicijnen aan te ge- ven V' Zoo was de kennismaking begonnen i en van dien dag af zag men. de twee herstellenden dikwijls in eikaars gezel schap. Friquette vertelde den jongen offi cier van haar avonturen, die hem dik wijls vermaakten en hij op zijn beurt verhaalde haar zijn levensgeschiedenis Zijn vader had eertijds te Parijs een grooten porceleinwinkel bezeten, dien hij, toen zij hem geld genoeg had opgebracht voordeelig verkocht. Toen hadden zijn oudei's hiui koetjes op het droge hebbend rust genomen en zich te Passy neergezet. Hun eenige zoon, Albert, dien zij innig lief hadden en voor wiens opvoeding geen kosten gespaard waren, werd naar den harte- wensch van den laatste op de militaire school te Saint-Cyr geplaatst. Werkzaam als hij was daarbij be gaafd met een helder verstand kw hij zonder veel moeite door elk examen en behaalde in weinige jaren den rang van officier. Tot groote blijdschap van zijn ouders, maar zeer tot het nadeel van den jon gen man, werd hij bij een der regimen ten to Parijs geplaatst. Hij was nl. een hartstochtelijk lief hebber van paardrijden en een uitste kend ruiter zijnde, sprak het als van zelf dat hij aan militaire wedrennen deel nam. Geen enkele meeting te Saint-Ger main of te Vincomes werd. als zijn dienst hem dit niet verhinderde, door hem overgeslagen en daar er geen wed rennen denkbaar zijn zonder wedden schappen. werden er door hem ook dik- j wij Is vrij groote geldsommen gewaagd en bijna even dikwijls verloren. Ook behoeft het wel geen betoog, dat- voor een knappen, jongen luitenant Pa rijs een dure garnizoensplaats is en zijn tractement lang niet toereikend was. Zijn vader had reeds een paar maal j bijgespijkerd maar hem niet onduide- j lijk te verstaan gegeven, dat hij dit niet j j dikwijls meer zou kunnen doen, zonder zich groote opofferingen te moeten ge-1 j troosten. Onverwachts had Albert een goede gelegenheid gevonden om met deze le- venswijs te breken. De oorlog met Madagascar werd ver klaard en van deze gelegenheid maakte de jonge Vervelles gebruik. Hij bood! zich aan de expeditie mee te maken, droomde van lauweren, die hij zou pluk-1 ken en in zijn binnenste den stillen wensch koesterend er het Kruis van 't Legioen van Eer te verdienen. En wat was er van al zijn droomen geworden. Ja, lauweren liad hij behaald, want door zijn dapperheid had hij zich in het vreemde land zeer onderscheiden, maar het Kruis van 't- Legioen van Eer, hing nog in de lucht. En daar voor in de plaats had de oorlog hem een stijven, arm bezorgd en voor altijd ongeschikt voor den dienst gemaakt. Toen hij zijn verhaal geëindigd had, zag hij Friquette aan. Wat zou zij van hem denken? Zou zij vinden, dat zijn daden te Madagascar zijn wuft, nutte loos leven te Parijs weder goedmaak ten? Neen, ongetwijfeld vond zij zijn, wat zijn vrienden heldendaden noemden, heel onbeteekénend zij, die van haar eigen gevaarlijk, mooieflijk leven zoo weinig gewag maakte. Terwijl deze gedachten zijn hoofd doorkruisten zag hij het jonge meisje nog steeds aan. Friquette, die zijn ver haal met belangstelling gevolgd had en den jangen man in stilte bewonderde om zijn moedig besluitplotseling met zijn leven te Parijs te breken, en het oorlogstooneel op te zoeken, voelde diep medelijden met Albert, die zóó verminkt naar huis terugkeerde. Zij uitte haar gevoelens echter niet, maar kon de ontroering, die in haar stem klonk toch niet bedwingen, toen zij vroeg „En wat zijt ge van plan te begin nen, als gij nu weer in Parijs terug rijt V' „Een bepaald plan heb ik nog niet gemaakt," zeide hij, „maar wei zal breken met mijn beuzelachtig lever van weleer, en miju leven zoo inrichten dat het meisje, dat ik eenmaal mijn vrouw hoop te noemen, zich niet ovei mij behoeft te schamen; toch is 't bijna onmogelijk mij harer waardig te maken daar zij in alles zoo ver boven mij staat I Als gij eens dat meisje, waart, Fri 1 quette, zoudt gij dan donken, dat het 'geen vruchtelooze pogingen waren?" „Ik geloof, dat ieder meaisch, die trachten wil goed te worden hierin reed! half geslaagd is." „Dank u," zeide hij haai* de hand drukkend en hiermede scheidden zij. Friquette ging naar beneden en zich aan haar gedachten over. Waarom had ltij haai* gevraagd all i gij eens dat meisje waart 1 Zou hij haar liefhebben En hoe was 't met haai j eigen gevoelens gesteld Zeer zekes j voelde zij zich tot den jongen man aan getrokken, in de meeste oprichten wa- ren zij 't met elkaar eens, zij koesterdei dezelfde idealen en beiden stelden eea j afwisselend, zelfs gevaarlijk leven boveü I een kalm bestaan. Ook bewonderde zi j hem, zag zelfs tot hem op, maar voelde tegelijkertijd medelijden met hem. Maar dat was toch geen liefde. (Slot volgt.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1898 | | pagina 2