Dr. Mlam's Hél
nieuws- en advertentieblad.
IGe Jaargang. Dinsdag 2B October 1898. Mo. 4700
HAARLEM'S DAGBLAD
.AJBOZtSn^T^TMTEEÊTTSIF'IRI J"S-AJD V Jïii^a'JiLl^nTT'RTsr:
Voor Haarlem per 3 maanden1.20 Van 1 -5 regels 50 Cts.; iedere regel meer 10 Cts. Groote letters naar plaatsruimte.
Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der Abonnement aanzienlijk rabat.
gemeente), per 8 maanden1-30 Reclames 20 Cent per regel.
Franco door het geheele Rijk, per S maanden„1.66 13) Abonnementen on Advertentien worden aangenomen deor onze Agenten
Afzonderlijke nummers0.05 en ^00r a^e Boekhandelaren en Courantiers.
Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden0.30 Dit blatI verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en
„de omstreken en franco per post0.371/2 Bureaux: Kleine Houtstraat 14, Haarlem. Telefoonnummer 122.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Puhlicité Etrangère G. L. BAUBE
Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOM.
JOHN F. JONES, Succ., Parijs 31bis Faubourg Montimrtre.
Met uitzondering van het Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentien en Reclames betreffende Handel, NyrerheidHen Geldwezen, opgedragen aan het
Algemeen Advertentie-Burean A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam.
BUITEN het Arrondissement Haarlem is de prys der Advertentiën van 1—5 regels ƒ0,75, elke regel meer ƒ0,15; Reclames per regel ƒ0,30.
Agenten voor dit blad in den omtrek zjjn Bloemendaal, Santpoort en SchotenP. v. d. RAADT, SandpoortHeemstedeJ. LEUVEN,by de tolSpaamdam, C. HARTENDORPZandvoort, G. ZWEMMER
Velsen, W. J. RU1JTERBeverwijkJ. HOORNSHillegomARIE HOPMAN, Molenstraat. Genoemde Agenten nemen Abonnementen eD Advertentiën aan.
Politiek Overzicht.
De meening blijft stand houden,
lat de onrustbare geruchten over de
«trekkingen tusschen Frankrijk en
Sngeland geen ernstige bezorgdheid
«hoeven te wekken. Zy zyo hoofd-
akelyk ontstaan door de berichten
over het in oorlogstoestand brengen
van fransche schepen. Nu evenwel
wordt gemeld, dat in de fransche
oorlogshavens geen enkele buitenge
wone maatregel is genomen.
Uit Portsmouth wordt nu evenwel
jk gemeld, dat de admiraliteit bevel
leeft gegeven aan ieder uitgaand
ichip in de havens, om zijn volle be-
nanning aan boord te nemen.
Het bevel om vier torpedojagers te
voorzien van waterpüpketels, is inge
trokken. De torpedojagers hebben
bevel gekregen om de uitrusting die
aan land was gebracht, aan boord te
nemen, met het oog op de beraamde
verandering aan de ketels.
De Blowitz tracht in de Matin de
verklaring te geven, van de drukte
makers van Engeland over Fasjoda,
en besluit dit artikel aldus: Watbe-
teekent Fasjoda voor Frankrijk, ver
geleken met den prys dien Engeland
eraan hecht? Wat beteeken t de toe
gevendheid die men van de Fransche
diplomatie verlangt, naast den schit
terenden triomf welken haar handig
heid heeft behaald, blijkende uit de
tegenwoordigheid van Marchand te
Fasjoda
En dan, welk zal het eerste gevolg
jjn, als men dit geschil niet vriend
schappelijk schikt? Dat Marchand
Fasjoda zal verlaten hebben ODmid-
delijk na de meest stellige en vol
strekte verklaring, dat hij niet zal
heengaan en dat men zal vechten,
opdat by er blyve, terwijl hy reeds
zal vertrokken zyn.
Er is een geelboek over den Boven-
Nyl verschenen. Het belangrijkste
deel daaruit is een verklaring van
denFranschen gezant te Londen, baron
De Courcel, waarin deze voor het
Fransche gebied aan het1 Kongo-
bekken een nitweg naar den Nyl
eischt, met de by voeging dat een
overeenkomst omtrent dit punt de
Fashoda-quaestie zou oplossen.
Lord Salisbury antwoordde dat hy
den eisch in overweging zou nemen
en met de andere leden van het
ministerie zou raadplegen.
Ter illustratie van dezen toestand
maken wij melding van het volgende
voorvalletje. De Punch van deze week
geeft een plaat, waarop Frankrijk
wordt voorgesteld als een orgeldraaier
Lzyn orgel eeD aap, die de bekkens
it. De aap stelt majoor Marchand
voor. John Buil komt in zyn kamer
rok boos het huis uitgeloopen en
roeptGa weg, ga wegWat geeft
u als ik weg ga? vraagt de Fransch-
man. Ik zal je wat geven, als je
niet weggaat, antwoordt John Buil.
Zaterdagochtend stonden de men-
schen voor het raam van het bureau
der Punch te Londen die plaat te
bekyken. Een heer komt er aan, roept
Vive la France! en slaat met zyn
parapluie de ruit stuk. Hy wordt ge
arresteerd en naar het politiebureau
gebracht. „U is Franschman?"
vraagt men hem daar. „Neen," ant
woordt hy, „ik ben een Ier. Was ik
Franschman, ik had den winkel laten
springen."
De berichten uit SpaDje zyn niet
opwekkend. De geruchten stellen een
ministerieele crisis, ja wellicht nog
iets ergers in het vooruitzicht.
Het uitgangspunt van deze onder
stellingen is de arrestatie van den
afgevaardigde Figueroa, directeur van
de Nacionaldie na de inbeslagne
ming van zyn blad een bulletin had
uitgegeven, waarin enkele handelingen
van den prefect van Cadix aan de
kaak werden gesteld. Naar het schynt
werd daarop, met veronachtzaming
van de regelen der parlementaire on
schendbaarheid, door den kapitein-
generaal de gevangenneming van den
afgevaardigde gelast.
Het ontsla*
ontslag van den minister Ga
in azo en van den prefect van Cadix
worden met deze gebeurtenis in ver
band gebracht en men kondigt het
aftreden van het geheele ministerie
aan, dat dan vervangen zou worden
door een militair kabinet. Hoewel de
heer Figueroa inmiddels op vrye voe
ten is gesteld, verwacht men, dat de
kapitein-generaal van Madrid zal moe
ten aftreden.
Muraview, de Russische minister
van buitenlandsche zaken, heeft te
Weenen een langdurig onderhoud ge
had met keizer Frans Jozef enigraaf
Goluchowski.
Men vermoedt, dat het onderhoud
hoofdzakelijk heeft geloopen over de
benoeming van prins George van Grie
kenland lot goeverneur van Creta. £3
STADSNIEUWS
Eerste en tweede pagina.
Haarlem24 Oct. 1898.
By koninklijk besluit van 21 Oct.
is benoemd tot Hoogleeraar in de fa
culteit der geneeskunde aan de Rijks
universiteit te Utrecht, om onderwijs
te geven in de verloskunde en de
leer der vrouwenziekten, dr. B. J.
Kouwer, arts hier ter stede.
Stukken voor den Gemeente
raad.
PLAATSELIJKE DIRECTE
BELASTING.
De amendementen door den heer
Jhr. Mr. A. J. Rethaan Macaré in
gediend op het ontwerp verordening
op de heffing der plaatselijke directe
belasting naar het inkomen, zijn de
volgende
Art. 1.
Uit artikel 1 te doen vervallen de
j woorden„volgens eene gemaakte
I classificatie" en het artikel dus te
j lezen als volgt
„Te beginnen met 1 Januari 1899,
j wordt jaarlijks in deze gemeente ge
heven eene plaatselijke directe belas-
ting naar het inkomen der belasting
plichtigen."
(Aangenomen met 16 tegen 13 stem
men in de vergadering van 19 Octo
ber 1898).
Art 4.
Artikel 4 te lezen
Belastingplichtig is ieder wiens j&ar-
lyksch inkomen f 500 of meer bedraagt
en die
lo. of in den zin van art. enz.
2o. of gedurende enz.;
3o. of in het belastingjaar enz.
4o. of in het belastingjaar enz.
Artikel 6.
Art 6 te lezen als volgt:
„De grondslag van de heffing is
het zuiver inkomen van den belasting
plichtige berekend zooals by art. 5,
7, 8 en 9 is aangeduid, afgerond tot
honderdtallen."
Artikel 9.
Art. 9 een nieuw artikel in te las-
schen, luidende als volgt
„Ieder belastingplichtige is verplicht
aangifte van zyn inkomen te doen,
hetzy door het juiste bedrag daarvan
afgerond tot honderdtallen van gul
dens op te geven, hetzy door zich te
rangschikken in eene der by artikel
10 vermelde klassen.
Wordt de aangifte als juist aangeno
men dan wordt hy aangeslagen in het
eerste geval naar het opgegeven be
drag, in het tweede geval naar het
maximum der aangeduide klasse.
Indien eigen aangifte ontbreekt of
na verhoor of na behoorlyke oproeping
van den belastingplichtige onjuist
wordt geoordeeld, wordt de belasting
plichtige ambtshalve aangeslagen.
By aanslag ambtshalve of vermin
dering na reclame wordt de belas
tingplichtige gerangschikt in eene der
by artikel 10 vermelde klassen en
geschiedt de aanslag naar het maxi
mum dier klasse.
Artikel 10.
Artikel 10 te lezen als volgt:
De klassen in artikel 9 bedoeld
worden vastgesteld als volgt:
(Volgt de klassificatie der bestaande
verordening).
Artikel 11.
Artikel 11 te lezen als volgt:
By de percentsgewijze berekening
der te betalen belasting wordt van
ieders inkomen voor noodzakelijk
levensonderhoud een bedrag van f 400
afgetrokken.
RAPPORT BEGROOTING.
Uit het rapport der commissie van
financiën nit den gemeenteraad over
de begrooting der gemeente voor het
dienstjaar 1899 bljjkt, dat de onder-
deelen der begrooting tot de volgende
opmerkingen aanleiding gaven
Uitgaven.
Ygn. 59. De Commissie vereenigt
zich met de voorgestelde verhooging
der tractementen van sommige ambte
naren.
Vgn. 139. De vraag werd gedaan
of het niet de voorkeur zou verdie
nen om in plaats van over te gaan
tot aanstelling van eeuen adjunct
bibliothecaris, aan den tegenwoordi-
gen bibliothecaris, boven zyne jaar
wedde, eene som van duizend gulden
'sjaars ter beschikking te stellen.
Vgn. 152. Met het oog op de be
langrijke uitgaven, welke het gevolg
zyn van de met het bestuur van hetj
Diaconessen huis en van het Johannes
de Deo gesticht gesloten overeenkom
sten, vraagt de Commissie of Burge-
meester en Wethouders uitzicht zou-
den kunnen openen dat de voorstel-
len tot indieoing waarom zy by Raads-
besluit van 9 Febr. jl. werden oitge-
noodigd, reeds spoedig den Raad
zullen bereiken.
Ygn. 186. In de Commissie werd de
vraag gedaan of de onder dit artikel
gebrachte kosten „voor het aanbren
gen van waterleiding in de urinoirs" j
die „van het aanschaffen van slan-
genwagentjes" niet onder de gewone;
uitgaven behooren te worden gere-
kend.
Ontvangsten.
Vgn. 13 By de onzekerheid welke
beslissing door den Raad genomen
zal worden ten opzichte der voorge-!
stelde wijzigingen in de plaatselijke
belasting verordening, meent de com-!
missie thans geene verandering in het
voorgestelde aantal opcenten op de!
hoofdsom der belasting op het perso-
neel te moeten voorstellen.
Vgn. 17. Het heeft de aandacht:
der Commissie getrokken dat de op- i
brengst der hondenbelasting in dei
laatste jaren steeds dalende is.
ELECTRISCHE TRAMLIJNEN.
Door de Eerste Nederl. Electrische1
Trammaatschappij, gevestigd hier ter
stede, is het volgende adres aan den|
gemeenteraad gericht, gedateerd 11
Augustas 1898.
„Geeft met verschaldigden eerbied te i
kennen
De Eerste Nederlandsche Electri
sche Trammaatschappij gevestigd te
Haarlem, dat het haar is gebleken by
de uitwerking der plannen voor de
lyn Haarlem—Bloemendaal,
dat de bruising met de lyn Am
sterdam—Rotterdam van de Holl. IJz.
Sp. My. by den Kinderhuissingel, in
verband met de voorgenomen wijzi
gingen van het emplacement Haarlem
niet wel uitvoerbaar zoade zyn
dat zjj uit dien hoofde een ontwerp
heeft doen opmaken voor eene lyn,
aanvangende aaD de noordzijde van
den overweg in den Kruisweg, ver
volgens over het Statenbolwerk, langs
den Schotersingel naar de Ostade-
straat om aldaar weder over te gaan
in het reeds vastgesteld tracé zooals
op bijgaande teekening in duplo is
voorgesteld
dat het voornemen bestaat voor-
loopig slechts een enkel verbindings-
spoor aan te leggen tusschen het be-
1 ginpnnt van deze lyn met de centuur-
lyn op het Stationsplein
dat, wanneer eenmaal de verhooging
j van het station Haarlem zal zyn uit-
i gevoerd de verbinding van ceintnur-
lyn en lyn Haarlem—Bloemendaal
op uitstekende wijze kan worden tot
stand gebracht.
Redenen waarom zy met eerbied
alsvoren Uwen Raad verzoekt haar
toe te staan het tracé Haarlem—
Bloemendaal tusschen ceintuurbaan
en Ostadestraat, te wijzigen zooals op
bijgaande kaart, schaal 1 a 1250, is
voorgesteld.
De Commissie voor de tramplannen
nit den gemeenteraad heeft advies op
dit adres uitgebracht, dat haar is
toegezonden, vergezeld van een daarop1
uitgebracht rapport van den gemeente
architect en den hoofd-opzichter over
de werken en gebouwen. Genoemde
commissie deelt mede, dat zjj met de
hoofdambtenaren der gemeente van I
oordeel is, dat het door hen aange
geven tracé de voorkeur verdient zoo
wel boven de vastgestelde als boven
de aangevraagde roate.
Zy verschilt echter met die ambte
naren van meeniag met betrekking
tot het beginpunt op den Kruisweg.
Wanneer de door adressante op deD
boek van Kruisweg en Statenbolwerk
ontworpen wissel zoover naar dat
Bolwerk wordt verschoven, dat in
den Krnisweg slechts enkel spoor
komt te liggen en de wissels met het
daartusschen gelegen stukje dubbel
spoor geheel op het Statenbolwerk
komen, bestaat er naar hare meening
geen bezwaar om de E. N. E. T. by
wijze van proef, dus tot nader opzeg-
gens te vergunnen, de dienstlyn over
den Kruisweg tot aan den overweg
ook voor de exploitatie te gebruiken.
De commissie toch is van meening,
dat de enkele tramwagen in grootte
ongeveer gelijk aan de gewone wagens
der Haarlemsche Tramway-Maat-
scbappij die dan by den overweg
aan den kant zou komen te staan,
geen bezwaar voor het verkeer langs
den Kruisweg zal opleveren, doch
aan de passagiers van de E. N. E.
T. veel gerief zal verschaffen.
Zy heeft derhalve de eer aan de
vergadering in overweging te geven
met inachtneming van de hierboven-
bedoelde wijzigingen het verzoek van
adressante in te willigen.
Prov. Staten.
Het Comité, dat concessie heeft
verkregen voor den aanleg van een
spoorweg (stoomtram) Volendam—
Edam—Kwadijk, heeft toezegging van
de Holl. Spoor, dat deze de lyn zal
exploiteeren.
De Minister van Waterstaat nu wil
in den aanleg een bedrag van hoog
stens f72.000 als ryks-subsidie aan
de Kauier voorstellen, mits de Holl.
Spoor zich ook tegenover het Ryk
verbindt en de Provincie en de ge
meente Edam de door hen toegezegde
bijdrage gestand doen.
Ged. Staten stellen derhalve voor,
aan de Holl. Spoor een renteloos voor
schot te verleenen van 30 procent in
de kosten van aanleg, tot een bedrag
van hoogstens f72.000. Onder voor
waarde o.a. dat de lyn uiterlijk 1
Januari in exploitatie zjj en er dage
lijks (behalve des Zondags) vier trei
nen heen en weer rijden.
Ten dienste van Meerenberg wordt
een le suppl. begrooting van f 15143.30
voorgesteld, tot betaling van bniten-
gewone werken.
Men schrijft van hier aan de N.R.Ct
De hoogere burgerschool en het
gymnasium alhier liggen vlak byeon
en voor den aanvang der lessen ver
maken zich de leerlingen meestal met
het een of andere spel op het er tus
schen gelegen plein.
Op dat plein staat een kastanje
boom en nu de kastanjes afvallen,
werd Woensdag met die vruchten
naar elkander gegooid.
Op een gegeven oogenblik zakte
een der jongens van de hoogere bur
gerschool ineen. Hy werd bewusteloos
m het gebouw gebracht en moest toen
hy weer bijkwam, huiswaarts keeren,
daar hy ju st in het oog was go-
troffen.
Nu beeft zich een hersenziekte ge
openbaard.
BINNENLAND
HAAGSCHE BRIEVEN.
Ik moet weder rijns betalen aan de
verplichtingen die mijn arbeid mij op
legt.
Als ik van a jus spreek, zal het wel
niemand verwonderen, want ik hob een
paar dagen achter elkaar van niets an
ders gelezen, gehoord en gedroomd. En
ik dank den Hemd en den heer
Troelstra dat we voor minstens drie
weken van dat akelige, lastige ding op
het Haagsche Binnenhof zijn verlost.
Do behandeling der Indische Mijn
wet, want daarover had ik het natuur
lijk, gaf een nieuwigheid te zien, door
de verschijning in het Parlement van
den Regceringscom missaris Loudon.
Men prijst het in den Minister Cremeer,
dat »iij, noch jurist noch technicus, niet
schroomde van zijn grondwettig recht
tot het inroepen van bijstand in te roe
pen gebruik te maken. Maar de alge-
meene indruk is toch, dat de proefne
ming niet bijster gelukt kan heeten, wijl
de Regeeringsoommissaris zijn taak te
breed opvatte en, onwillekeurig natuur
lijk, Ministertje speelde. Intusschen, al
doende leert men, en de bepaling is in
do Grondwet toch niet voor niemendal
opgenomen, zoodat een herhaling wen-
schelijk is.
Het is geen herhaling, wanneer ik nog
even terugkom op de quaestie der Haag
sche vaartverbetering. In mijn vorigen
deelde ik mede, dat de Laakhaven wer
ken nu begonnen worden, aangezien met
den Rijswijkschen Noordpolder een over
eenkomst was getroffen. Die mededee-
ling is thans officieel bevestigd. Er blijkt,
dat de voorwaarden door het waterschap
gesteld, van dien aard zijn, dat het ook
noodzakelijk wordt een begin te maken
met de sedert jaren uitgestelde verbete
ring onzer rioleering. Voor het leggen
van een moerriool dwars door do gemeen
te en het maken van een pompstation,
dat de loozing naai* zee zal regelen, moet
op een uitgaaf van 4 a 5 ton worden
gerekend. Wij zullen die stellig niet be
treuren, want is eenmaal de rioleering
in orde, dan vervalt de reden van be
staan van verschillende onzer welrieken
de grachten, waarop thans 't menagewa
ter en... andere dingen worden geloosd.
Die kunnen dan gedempt worden en het
gemis aan los- en laadplaats zal door de
nieuwe vaart om de stad ruimschoots
worden opgewogen. Zooals gezegd, ik
ware op deze zaak niet teruggekomen,
indien zij niet een nieuwe phase was
ingetreden.
FEUILLETON.
2)
Het Roode Huis.
„Dat weet je best. Zij spreken over
je bezoeken op dei villa... over die juf
frouw Nesbitt V'
Darkkams oogen begonnen te fonke
len. Toornig bietven zij op rijn vrouw
rusten, en toch klonk rijn stem kalm en
zacht toen hij zeide:
„Wie durft het wagen zonder eerbied
over juffrouw Nesbitt te spreken?"
„Omijn HemelMaak er maar niet
zoo n drukte om.
Maar dat kan ik je wel zeggen, dat
jelui beiden reeds over de tong gaat.
En mij dunkt terecht, want je kunt je
oogen niet van haar af houden."
„Houd je mond, vrouw!" zeide hij
op ruwen toon; van tijd tot tijd deed
rijn lage afkomst zich nog even gelden.
„Wie ben je eigenlijk, dat je zoo tegen,
mij durft spreken!"
„In ieder geval ben ik je vrouw," zeide
rij met buitengewonen nadruk. Zij was
niet uit het veld geslagen of ontzenuwd.
Zij volgde haar eigen hoofd en niets kon
haar koppigheid breken.
„Ah! mijn vrouw!"
De blik, die deze woorden vergezelde,
zou ieder ander een rilling op het lijf
gejaagd hebben, maar rij lachte er al
leen om.
„Ik weet het wel, ik weet het wel,"
zeide rij met haar slordig hoofd knik
kend. „Je zou het gaarne ongedaan ma
ken, als je maar kon.
Je zou mij wel, evenals Hagar gedaan
werd, willen verstooteai en dan met je
Sara trouwen, maar," triumfeerend, „dat
kan je niet. Je kan 't niet, zie je. Ik,"
en rij wierp een afschuwelijken blik op
hem, „beu er nog en ik blijf hier nog
Je wensehte mij wel onder de groene
zoodjes, maar ik ben niet van plan dood
te gaan voor jouw pleirier!"
„Ik wou maar, dat je mij kon ver
geten," zeide hij doodsbleek.
„Ha! ha! ha!" lachte rij achterover
in haar stoel vallend. „Dat wou ik ook
wel.. Voor eenmaal in ons leven rijn. wij
het toch eens. Maar daar ben jij en ik
ben hier en daar is niets aan te doen.
„Jij! jij!" Darkham kwam een stap
naderbij, het bloed was hem naar heb
hoofd gestegen.
„Jijmompelde hij, „altijd jijzoo
wel rijn stem als rijn gebaren waren
nu dreigend geworden.
De idioot scheen toch een flauwe no
tie te hebben van wat er tusschen rijn
vader en moeder voorviel want, plotse-
ling opstaand, omarmde liij de knieën
zijner moeder. Van tijd tot tijd wendde
hij het hoofd om naar rijn vader en
nu lag er werkelijk een toornige, drei-
I gende uitdrukking in rijn oogen.
I Zijn geheele houding drukte bescher
ming uit, terwijl hij wilde, akelige kre
ten uitte. Iedereen kon zien, dat hij rijn
moeder op rijn eógen domme manier
tegen een naderend onheil wilde be
schutten.
Mevrouw Darkham boog zich voor
over, vleide het mooie, riellooze gelaat
tegen haar borst en sprak den jongen
.zachte, geruststellende woorden toe. De
I idioot kopte haar telkens en telkens
j weer op den schouder. Er scheen een
soort van stom verbond tusschen moe
der en zoon gesloten te rijn. Darkham
sloeg hen gade, zag de onbeschaafde lief-
koozmgen van de vrouw en den on wijzen
jongen en met walging keerde hij zich
van hen af. Een rilling voer hem doen
de leden.
„Mijn Godwelk een tehuis
Zjjn vrouw had, terwijl rij even op
zag, de uitdrukking van afschuw op j En zij zou er altijd rijn om rijn leven
rijn gelaat gerien. Haar woede werdte verwoesten en rijn carrière te beder-
daardoor nog meer opgewekt. ven.
„Gariep rij op heftigen toon uit.Sommige mannen werden van hiui
Zij had het hoofd van haar kind tegen vrouwen bevrijd. Maar dan geschiedde
haar borst gedrukt waarschijnlijk om dit door de vriendelijke tussclienkomst
haar oogen voor hem te verbergen want
in waarheid, rij zag er op dat oogenblik
afschrikwekkend uit.
„Ga. heen Verlaat onsGa daar heen,
waar ge welkom rijt! Verlaat ons! Ga,
je huis uit!"
Hij zag haar aan.
„Mijn huis!" Hij zweeg maar bleef
haar aanzien.
„Mijn huis is een hel voor mijzei
de hij.
Hij ging nu de kamer uit, de deur
zachtjes achter zich sluitend. Hij had
rich die zachte manieren en het onder
drukken van rijn gevoelens aangewend.
Hij had zichzelf tot een gentleman ge
vormd, voor het uiterlijke tenminste,
en deze handeling was hem dus niet
vreemd.
Maar toen hij in rijn „brougham"
zat bedwong hij zich niet meer. En ter
wijl de wielen over de kiezelsteenen ra
telden stormde het in rijn binnenste.
der Voorzienigheid', dan haalde de Dood
hem. Maar de Dood zelfs zou zich niet'
verwaardigen deze vrouw, zonder gevoel,
verstand of schoonheid, aan te raken.
Dood doodO was hij maai- vrij
Plotseling verrees het gelaat van een
jong meisje voor hem.. Helder en dui
delijk trad het uit een donkeren achter
grond naar voren... niet vaag als een
droom of een gedachto maar duidelijk.
Elke trek van haar lief gericht kon
hij onderscheiden haar oogen, heur
haar, haar mooien mond. Zij scheen te
genover hem in de „brougham" te rit
ten.
Darkham liet zich achterover in het
rijtuig zinken en bedekte de oogen met
rijn hand als om het beeld uit te wis-1
schen. Maar het bleef. De mooie oogen
lachten hem toe, hot mondje half open. I
Wat had die vrouw, die duivelin van
vleesch en bloed van haar gezegd? Dat
rij Plotseling verrees een tweede per-
Waarom had hij dat domme, leelijke soon voor rijn geest. Dr. DillwynZiedde
schepsel ooit getrouwdWelk noodlot men niet, dat rij er over dacht
had hem tot dat huwelijk gedrevenOg dat oogenblik hield de brougham
voor een hek stil, dat toegang gaf tot
een klein, maar keurig huis. Dr. Dark
ham sprong uit rijn rijtuig, trad hot
huis binnen, volgde het dienstmeisje tot
aan de beneden voorkamer en bevond
zich het volgende oogenblik tegenover
het bevallige schepseltje, waarvan rijn
gedachten zooeven vervuld waren ge
weest.
Zij stond achter in de kamer over do
bloemen gebogen, die rij bezig was to
schikken en na een vluchtige beweging
met het hoofd nam zij verdei- geen no
titie van den binnentredende
Hij liep de kamer door naar rijn quasi
patiënte, Mevrouw Greatorese, een be
jaarde maar nog knappe dame, die in
een leuningstoel zat.
Het was warm in de kamer die opge-
vroolijkt werd door bloemen. Het was
er in elk geval, zooal niet weelderig, dan
toch keurig gemeubeld. Alles getuigde
hier van beschaving, hoewel niet van
rijkdom, maar het geheel deed iemand
aangenaam aan.
Hier en daar lagen een paai* Perzi
sche kleedjes en vazen met vroeg bloei
ende planten prijkten voor de vensters
terwijl overal bekertjes of kleine kom
men, met kamperfoelie en sleutelbloemen
gevuld, stonden.
Mevrouw Greatorese stak den dokter