het geladen geweer in de hand, over
een sloot; door een ongelukkig toe-
va! struikelde by, waarbij hy de volle
lading oil het wapen in den buik kreeg.
Zyn toestaud is hopeloos.
Zakkenrollers.
Wederom waren Maandagochtend
een 4-tal zakkenrollers met den trein
van Pary's te Rosendaal aangekomen,
tegelijk mot een deftig gezelschap
reizigers uit Parijs, die naar de Rem-
brandt-tentoonstelling te Amsterdam
gingen. Gelukkig werden de zakken
rollers herkend door de postambte
naren, die lieu meermalen op hunne
reis ontmoet hadden. Snel weid door
hen aan de politie en de portiers van
het station van de aanwezigheid der
dieven kennisgegeven; dezen werden
na scherp in het oog gehouden en
alzoo moesten zij onverrichter zake
hun reis voortzetten.
Opgehangen.
Zaterdagochtend is door den schaap
herder W. Heyink te Velp bij Arn
hem, tusschen den Zijpenberg en het
Beekbuizerbosch, hangende aan een
boom gevonden het lijk van den sedert
11 October uit het sanatorium voor
zenuwlijders aan den Velperweg te
Arnhem vermisten 24-jarigen .jonge
ling D. J. van V. De belooning die
door den vader was uitgeloofd ten
bedrage van f 100 K en vau f 100 door
het sanatorium, zal aan den armen
schaapherder worden uitbetaald. Het
lijk is na gekist te zijn, naar de be
graafplaats te Yeïp overgebracht.
gen in de arena; de een grijpt den
ander den hoed of den waaier af en
werpt die den overwinnaar toe, voor
wien deze voorwerpen de meeste
waarde hebben omdat hij ze als reli-
qnieën weer verkoopt. In het geheim
wordt ook veel gewed, ofschoon de
Regeering dit heeft verboden.
De wedstrijden beginnen reeds des
morgens, maar de belangwekkende
tusschen den champion en zijne aan
valler vinden eerst des middags plaats.
Beiden treden in de arena, nemen
uit twee honten emmers een slok
water, spoelen den mond en knielen
neer, een armlengte van elkaar ver
wijderd, met gevouwen handen den
bodem aanrakend, ieder oogenblik tot
den aanval gereed. De scheidsrechter
staat tusschen hen. Plotseling heft
hij zijn waaier op en de kampioenen
stormen op elkaar los.
en
Wielrijden.
Beslissing der groote wedstrijden
Zondag te Turijn
lste Demi-fiuale1. Jacqueliu 2.
Meijers (Hollander).
Meijers; 4. Singrossi, allen ongeveer
tegelijk.
Atliletisclie sport in Japan.
Japan is het land der miniaturen.
Alles is er klein en teerde bewoners
blijven wat hunne lengte betreft nog
beneden het middelmatige. Des te
meer valt hunne voorliefde voor den
worstelkamp op. Tweemaal in het
jaar, in Mei en November, verhaalt
een JapaDnees in het te Tokio ver
schijnend Eng"elsche weekblad Far
East, vinden in den Yakoin-tempel
te Tokio de groote worstelwedstrijden
plaats. Zijn zij afgeloopen, den trek
ken de worstelaars groepsgewijze de
provinciën rond. Bij de kleinere wed
strijd n, die dan worden georganiseerd,
kau de athleot gerust eens worden
overwonnen, zonder dat dit aan zijn
roem nadeel doet. Zijne krachten
spaart bij voor de worstelwedstrijden
te Tokio, want deze bepalen den rang,
dien bij oDder de worstelaars inneemt.
In de dagen van de wedstrijden
bevindt zich de bevolking van Tokio
in koortsachtige opgewondenheid. In
groote scharen trekt zy naar den
Yakoin-tempel. Vaandels en vlaggen
met schreeuwende kleuren, waarop
de namen der worstelaars, waaien hun
te gemoet. De arena bevindt zich
ouder den vryen hemel, in het midden
van een groot plein; zij is rondom
geheel omgeven door terrasvormig
oploopende backen, die met kussens
bedekt zyo, welker hardheid spreek
woordelijk is geworden. Niet tegen
staande dat houden de toeschouwers
het tot het einde uit. De arena is
cirkelvormig en heeft eene doorsnede
van 14 tot 15 voet; aan den rand
liggen stroozakken; de bodem is met
zand bedekt. Aan de vier hoeken
staan vier pilaren, met witte en oran
jekleurige shawls gedecoreerd.
De heraut roept de namen der
kampvechters af, dozen stappen op
het podium, de een van het Westen,
de ander van het Oosten, en dc wed
strijd begint. Het publiek volgt den
kamp in ademlooze spanning, die van
tijd tot tijd onderbroken wordt door
aanmoedigende kreten tot de gelief
koosde kampvechters. Dikwyis komt
het voor, dat een toeschouwer door
de opgewondenheid ook met zijn
buurman begint te boksen
Do overwinnaar wordt met groot
gejuich en gejubel begroet, Tabaks
zakken, kleediugstukken e. d. g. vlie-
Roeien.
In het afgeloopen roeiseizocn zijn
volgens een staatje in de X. S. door
onze vereenigingen de navolgende
prijzen behaald:
Stud. R. Y. „Njord": 10 prijzen.
Stud. R. Y. „Laga": 7 prijzen en
1 premie.
Stud R. V. „Triton"5 prijzen en
3 premiën.
Stud. R. Y. „Neieus": 4 prijzen en
3 premiën.
R, Y. „Neptnnus": 4 prijzen.
R. en Z. V. „De Hoop"2 prijzen
en 3 premiën.
R. en Z. V. „De Amstel": 1 prijs
en 2 premiën.
R. en Z. V. „De Maas"1 premie.
Het blad voegt aan een overzicht
over het roeiseizoen t08:
„Wanneer wij al onze roeiers en
scullers in gedachten d6 revne laten
passeeren, zien wij het volgende roei
seizoen met vertrouwen te gemoet en.
zooals het zich laat aanzien, zullen
in allo nummers waardige verdedigers
van den goeden naam onzer roesport
gevonden worden, zoo vreemdelingen
zich mochten laten inschrijven op de
wedstrijden, waartoe het 25-jarig be
staan van de Stud. R. V. „Njord"
en de R. en Z. V. „De Amstel" wel
licht het aanzijn geven.".
Leges- ess Vloot*
Een wijziging is gebracht in de
godsdienstoefeningen, welke terreede
en in zee aan boord der oorlogssche
pen gehouden worden. Werd het tot
nu toe aan de keus van état major
en schepelingen overgelaten deze
oefeningen al of niet bij te wonen,
thans is in beginsel aangenomen, dat
de kerk door een ieder, die niet door
ziekte of eenige dienstverrichting
daarin verhinderd is, zal worden be
zocht. Alleen hij, die gemotiveerde
bezwaren kan doen gelden, wordt
daarvan vrijgesteld. Waar het moge
lijk is, zullen gebed en leerrede, voor
te lezen door den officier, die dooi
den commandant van den bodem het
meest geschikt geacht wordt en waar
bij in de eerste plaats gelet moet wor
den op hen, die een bijzondere roeping
mochten gevoelen, van psalmgezang
vergezeld gaan.
Meer speciaal wordt de comman
dant met hét toezicht belast
ben, daar dit alleen zou kannen plaats
hebben bij een vervolging wegens
laster, welke hier niet is ingesteld.
INGEZONDEN MEDEDEE-
LINGEN.
30 cents per regel.
Warner's Safe Cure.
Maagziektenhartkloppingen
slapeloosheid, zenuwziekten enz.,
ontstaan veelal door slechte wer
king der nieren. Geen ander or
gaan is oorzaak van zooveel kwa
len als de nieren. In menig geval
gevoelt men niet, dat storing in
hunne werking oorzaak is van
pijnen in andere lichaamsdeelen
in de nieren zelf gevoelt men dan
geen pijn, daar deze weinig gevoel
zenuwen hebben. Gebruikt slechts
Warner's Safe Cure, om denieren
hunne geregelde werking te doen
hervatten ot behouden en U voor
veie ziekten te vrijwaren.
Verkrijgbaar bijG. I. R. v. i>.
GAAY Zn., Groenmarkt 27,
"s-GravenhageM. CLE BAN Co.,
Heiligenweg 42, Amsterdam.
Eerste NTederlandscïie
Faörïelv ran
KUNSTBLOEMEN,
Anegang No. 8.
Speciaal Magazijn voor
BIoeinen-Fournituren.
Groote sorteering.
Zeer billijke prijzen.
Uitvoerige Prijscouranten
RECHTSZAKEN.
Hooge Raad.
De Hooge Raad verwierp Maandag
't cassatieberoep van den burgemees
ter eu den wethouder der gemeente
Westervoort tegen het arrest van het
gerechtshof te'Arnhem, waarbij zy
tot geldboete zyn veroordeeld wegens
smaadschrift jegens den ontslagen
ontvanger der genoemde gemeente.
De Hooge Raad besliste! hierbij c.
a. dat het voor de uitsluiting van
eene veroordeeling wegens smaad of j
smaadschrift niet voldoende is. dat de
beklaagde naar z ij n inzicht bij het
plegen' van het feit handelde in het
algemeen belang of ter noodzakelijke;
verdediging, maar dat het daarvoor j
noodig is, dat het den rechter klaar-
biykeiyk is geworden, dat in het al
gemeen of ter noodzakelijke verdedi
ging werd gehandeld.
Voorts overwoog de Hooge Raad
dat het Hof terecht heeft beslist, dat
een beroep op art. 263 Strafwetboek
(omtrent het toelaten van bewijs dei-
waarheid van het ten laste gelegde
i'eit) in dezen geen gevolg kan heb-
öe revisie in de za&k-
Qreyfus.
Het Hof van Cassatie heeft Maan
dag bij gesloten deuren beraadslaagd
over het onderzoek, dat bij liet von
nis van Zaterdag is gelast. Waar
schijnlijk zou het Hof nog dien dag de
raadsheeren benoemen, die belast zul
len worden met de instructie.
Men vertelt aan het paleis van
justitie dat twee raadsheeren van het
Hof van Cassatie zich naar het de
partement van oorlog hebben begeven
om inzage te nemen van het geheim
dossier.
Het gerucht gaat dat de heerLoc-
kroy, minister van oorlog ad interim,
zwarigheden maakt om het dossier af
te geven en enkel toestemming wilde
geven tot de lezing van enkele stuk
ken.
De oud-minister Cavaignac heeft
den president van het Hof van Cas
satie, Mr. Loew, een brief geschreven,
waarin hy ontkent dat lijj bij de voor
lezing van de tribune in de Kamer is
afgeweken van den tekst van den
brief van kapiteiG Lebrun-Renauit,
gelyk de rapporteur mr. Bard heeft
beweerd. Hy' voegt daarbij dat, in
strijd met de verklaring van den pro
cureur-generaal, mr. Manau, denaam
van den agent die het borderel bracht,
bekend is, met name aan hem. Ca
vaignac verzoekt bij de enquête ge
hoord te worden.
De Parysche correspondent van de
„Petit Bleu" zendt aan zijn blad
eenige belangrijke opmerkingen uit
Parijsche kringen omtrent den stand
van de zaak-Dreyfus na de uitspraak
van het Hof van Cassatie.
De belangrijkste van zyn meöedee-
lingen is wel deze dat men geen bot
sing tusschen net Hof en de militaire
autoriteiten verwacht.
Het Hof, zeggen de voorstanders
van deze meening, heeft het recht
zich alle stukken te doen voorleggen,
een recht dat door mets of doornie
mand kan worden beperkt.
Krachtens de wet heeft het't recht
om alle ondervragingen, alle confron
taties te doen die het noodig acht;
het kan van iedereen een getuigenis
vorderen, het kan alle stukken in
beslag doen nemen, waar ze ook in
Frankrijk zijn, het kan overal huis
zoekingen bevelen. En zelfs de mi
nister van oorlog kau zich niet ver
zetten tegen de eischen van den ma
gistraat wien het Hof het onderzoek
opdraagt. Geen brandkast, die op
zijn bevel niet geopend moet worden.
Het Hof kan nu inbeslagneming be
velen van wat het wil, dus&ook van
het geheim dossier aan het departe
ment van oorlog.
En waarom, vraagt men zich te
Parys af, zon de militaire overheid
zwarigheden maken Na de onthul
lingen die voor het Hof zijn gedaan,
moet zij de eerste zyn om volledig
licht te willen. Er worden nu zoo
veel hooggeplaatste officieren niet
zonder grond verdacht, dat de chef
van het leger, de minister van oorlog,
de eerste moet zyn om zyn hulp te
verloenen bij elke poging om de
schuldigen van de ODSchuldigeu te
onderscheiden.
De officieren van den generalen
staf behoeven geen relenen van staat
aan te voeren en nog minder het be
roepsgeheim, om hun dossier of hun
getuigenverklaringen te weigeren.
Mochten zy daartoe neiginggevoe-
len. dan zou de ministerraad en zelfs
het parlement hen tot hun plicht we
ten te brengen.
Wat betreft een afloop van het in
te stellen onderzoek zyn tal van Pa
rijsche rechtsgeleerden van meening
dat het Hof, in geval dé onschuld
van Dreyfus zeker blykt, zelf zou
kunnen oordeelen en het vonnis ver
nietigen op grond van de onschuld
Ivan aan veroordeelde, zonder verwij
Izing naar een nieuwen krijgsraad.
Deze meening deelt o.a. de raadsheer
rapporteur mi. Bard, maar zij wordt
door andere rechtsgeleerden bestre
den.
Dezelfde correspondent deelt
ook over Dreyfus nog een paar we'
tens waardige opmerkingen mede. De
veroordeelde blijft voorloopig op h8t
Duivelseiland, maar het régime waar
aan hij is onderworpen zal worden
verzacht. Dreyfus weet dat voor
hem liet uur dor be ryding nadert.
Hy weet dat een beweging tot revisie
gaande is, hy weet dat zijn vrienden
hopen op een spoedige overwinning.
Hij zou deze wetenschap hebben op
gedaan uit een brief van zyn vrouw
die do regeering hem onveranderd
heeft doen toekomen en waarin deze
zin voorkomt:
„Wjj hopen op den dag der her-
eeniging." Deze zin, vry onschuldig
gelijk men ziet, moet Dreyfus de
overtuiging hebben gegeven dat zijn
zaak goed staat.
GeiïWSfiigdl BSieum.
Dreyfus op het Duivelseiland.
In zjjn derde artikel in de Matin
vertelt de heer Jean Hess dat Dreyfus
sedert het begin van 1897 strenger
werd bewaakt en zijn straf lot ver
banning werd veranderd in cellulaire
gevangenisstraf, wijt men een ont
vluchting vreesde.
Wel is waar, had de familie Drey
fus allo voorstellen om den banneling
te helpen ontvluchten zonder eeuig
onderzoek van de band gewezen, doch
van regeeringswege zelve werd be
proefd of een ontsnapping mogelijk
zon zijn en een poging om onbemerkt
's nachts op 't Duivelseiland te lan-;
den en de gevangenis van Dreyfus;
te bereiken, gelukte.
Deniel, de commandant van hel
Duivelseiland, liet Dreyfus uit vrees
voor ontsnapping twee maanden in
ijzeren boeien sluiten, waarmede de
veroordeelde ook 's avonds zich op een
brits had te leggen, waaraan de ijzers
bevestigd werden. Na deze 2 maan
den bewerkten de protesten in Frank
rijk, waar deze verzwaring der straf
was bekend geworden, dat men den
ongelukkige weder van zyn boeien
ontlastte.
Hess bevestigt, dal Dreyfus langen
tijd berichten ontvangen heeft, in zyn
gesteven manchetten genaaid. Vol
gens hem is Dreyfus door zyn over
brenging Daar de nieuwe gevangenis
binnen de palissaden volstrekt niet
terneergeslagen, integendeel, hy maakt
er uit op, dat men zich in bet vader
land nog aityd met hem bezighoudt.
Hess verhaalt nog het volgende
Toen de gouverneur van Cayenne
Dauel een poos geleden naar Frank
rijk vertrok, wilde hy zich vergewis
sen, dat by Dreyfus nogaltyd opliet
Duiveisoiland achterliet. Hij ging hem
cius opzoeken. In de kooi van den
I bewaker gekomen (die aan de bin-
iienzyde van de deur van Dreyfus'
kamer opgesteld is), zeide hy „tirey-
fus ik ben mynheer Danel, gouverneur
van Guyana. Ik heb je willen zien
voordat ik naar Frankrijk terugkeerde.
Heb je over iets te klagen
De gevangene keek den gouverneur
eens aan, inat hom van het hoofd tot
de voeten, maar verwaardigde zich
uiot te antwoorden.
De rechter van instructie te Parys,
besliste tot niet-ontvankelykverklaring
van de aanklacht van Zola tegen Jud t
wegens valschheid in geschrifte en het
gebruik maken daarvan.
Het zijden koningshemd.
Te Londen komt dezer dagen het
prachtige zijden hemd ouder de hamer,
dat Karei I op 30 Januari 1619 droeg
by zijn terechtstelling. De koning had,
omdat het koud weer was, gevraagd
om een warmere onderkleeding, opdat
het niet, wanneer hy van koude beefde,
den schyn zou hebben, dat hij sid
derde voor den dood. Hij droeg toen
het hemd, dat nu verkocht wordt en
dat met bloed bevlekt is.
Eön jubileum.
Zaterdag was bet 25 jaar geleden,
dat koning Albert van Saksen deu
troon besteeg. De dag is stil *-n zon
der feestelijkheden voorbijgegaan, om
dat de Koning zyn jubileum tegelyk
met zijn 7'-'sten verjaardag op 23
April van dit jaar heeft gevierd.
Verder had koning Albert tóen den
wenseh te kennen gegeven, geen geld
te verkwisten aan kostbare versierin
gen en feestelijkheden, maar dit lie
ver te bestemmen voor liefdadige
werken. En zoo is het gebeurd. De
stad Dresden stichtte een Koning-
Albert-fonds van 2 millioen mark en
in de andere gemeenten van het land
zyn 4'/j millioen bijeengebracht voor
herinneringsfondsen.
Verkeerd begrepen.
Een bekeerde Kaffermeid kwam bij
een zendeling klagen dat zy het niet
meer kon uithouden bij haar man,
want deze schold haar uit, sloeg haar
en behandelde haar over het algemeen
slecht. De zendeling zeide: „Hebt
gy al geprobeerd, om zooals Paulus
zegt, kolen vnnr op zyn hoofd te
leggen daarmede meenende dat zij
kwaad met goed zou vergelden. Maar
de meid verstond den zendeling niet
en antwoordde-Neen, mynheer, maar
ik het al een ketel kookwater op zyn
kop gegooi en dit help toch niks
nie." („Volksstem").
8e!i9rts 011 ernst.
De kassier van de Troga National
Bank te New-York, heeft tot zijn
schade ondervonden, dat het niet goed
is als men geen scherts van ernst kan
onderscheiden. Verleden week zou er
een onderzoek naar de zaken der bank
ingesteld wordende Examiner arri
veerde en de kassier werd gehaald.
Na de eerste begroeting zeide de
Examiner schertsend„Het is altijd
het beste, den kassier by de hand te
hebben, als men een bank onderzoekt."
De bankier schrikte, doch zeide
niets. Den geheelen dag werd er niets
ontdekt, dat niet in orde was, doch
na het vertrek van den kassier kwam
den Examiner by toeval een boek van
minder belang in handen, waarin hy
een tekort van eenige dollars ontdekt e,
hetwelk hij even W9i aan een vergissing
toeschreef.
Toon by later den kassier sprak, kon
hy niet nalaten, een grap te zijnen
koste ten beste te geven en zeide
lachend: „Wy hebben een tekort ge
vonden." Waarschijnlijk zag de kas
sier den lach niet, want hy nam het
gezegde in vollen ernst op en vroeg
Hoeveel
„O, honderd duizend dollarsher
nam de ander, nog altijd in scherts.
„Ge vergist u, het is maar 42.''0 1
dollars," antwoordde de kassier, tot
de niet geringe verbazing van den
Examiner, die niet het minste ver
moeden bad, dat alles niet was zooals
het wezen moest, doch zich naar de
Bank spoedde, waar hy de bekente
nis van den kassier bevestigd vond.
Keizer Wilhelm in Palestina.
Keizer Wilhelm heeft hooge orde-
teekenen verleend aan den katholieken,
den Armeenscheu en den Griekschen
patriarch van Jeruzalem.
Nadat de Keizer het adres van de
patriarchen in de kerk van het Heilig
Graf in ontvangst had genomen, bracht
de keizerlyke stoet een bezoek aan
het graf zelf, vervolgens aan het
latynsche gedeelte van het gebouw,
aan de krypten, en aan de voorstelling
van de kruisiging. De Keizer bracht
hier tien minuten door. Bij hun terug
keer v. erden de Keizer en Keizerin
luide toegejuicht; de weg was met
tapijten belegd, waar men palmtakken
overheen wierp.
De Duitscbe Keizer heeft besloi
zyn reis door Palestina te bekort
Van het uitstapje naar Jericho
afgezien, en men gelooft dat er c
niets zal komen van het bezoek a
Syrië. Men schryft 's Keizers besl
toe aan verwikkelingen in Europa
Te Parys heeft men welgesiaag
proeven genomen raet een niom
versterkte te'.ephoon, een „telephd
haut parlaur". uitgevonden door d
heer Pierre Germain, inspecteur
de posteryen eu de telegraaf.
Op vernuftige wyze is daarbjj
werking van den electrischen stro
versterkt
De genoodigden in den tuin
den Minister van Koophandel do
diens hni's en een afstand van
Meter van den „verrespreker1' q
wijdérd, konden daar allen tegel
den zang van den tenor Lubert
later den uitvinder zei ven, die
voordraeht hield over zyn telepho
zoo goed hooren, alsof zy vlak by hi
waren.
Eene verrassing.
Den duizenden bezoekers. dieZ;
dagavond de gratis voorstelling io
Opéra te Parijs bijwoonden, werd0
groote verrassiDg bereid.
By den aanvang van het derdel
drijf van Samson en JDalilaverscbe
onverwachts de heer Feüx Fam
zonder vooraf van zyn bezoek kent
te hebben gegeven. Vergezeld do
den generaal Baiilond en den be
Le Gall, begaf hy zich naar zyn g
wone plaats.
Onmiddellijk werd hem een gees
driftige ovatie gebrachtde orkei
directeur liet de „Marseillaise" spele
Allo muzikanten stondenhet ganse!
publiek deed betzelfde, ook de pre
dent ging staan eu herbaalde mali
barstten de toejuichingen weer 1c
Eindelijk kon met de voorstellii
weer voortgang worden gemaakt.
Dit is de eerste maal, dat een pres
dent der republiek een gratis-voo
stelliDg heeft bygewoond.
Zware storm.
Een byzonder zware storm hee
Zaterdagavond over het zuidelijk da
van Londen gewoed. Tegen half neja
in den avond kwam de wind opzeltt
en in enkele minuten had hjj zooz«
in kracht toegenomen, dat voetganger
een goed heenkomen zoebten. Vrj
staande of uitstekende gebouwen bai
den het zwaar te verantwoorden, üt
aantal schoorstoenen en dakpanne
dat een prooi van het woedende ele
ment is geworden, is niet te telles
Straatlantaarns werden, volgens Ei
gelsche reporters „als kurkentrekkei
verwrongen". Zware boomen die aa
honderden stormen weerstand hebbe
geboden, zijn Zaterdag ontworteld
geknakt. Stellingen en schutting!
z,vierden door de lucht en electrise!
booglampen werden van de pak
losgerukt. Het Rail way-Hotel tegee
over het station van den Londöi
Chatham en Doverspoorwog had bjj
zonder te lijden. Yan een der bjjf
boawen werd het dak afgelicht,
deuren in het gebouw werden uit
posten gerukt en de schilderijen va
de muren geslingerd
De persoonlijke ongolukken bepak
zich tot enkele lichte verwonding!
by menschen die niet spoedig genoe
een goed heenkomen vonden.
Merkwaardig is dat de storm dez
buitengewone "kracht slechts hee!
ontwikkeld op een klein o,'p8rvlai
niet rueer dan een halve myl in In
vierkant. Op zee, het Kanaal en 00
in Frankrijk was het weder wel zee
onstuimig, maar de wind evenaard
er by lang niet den plaatselijken ston
in Camberwell.
De Pest.
Het schynt gebleken te wezen dl
beambten aan het pathologisch insö
tuut in Ween en meer dan eens bacil
!en van pest, cholera en miltvoi
hebben gestolen en die aan dokta
en studenten hebben verkocht, fli
openbaar ministerie stelt een strai
rechterlijk onderzoek in, en za! zo
noodig eec aanklacht tegeu de be
ambten instellen wegens misdrijf l0?0
de openbare veiligheid.
Gelukkig schijnen de verkocht
bacillen, althans wat die van de pa
betreft, geen kwaad te hebben gt
sticht.
De ziekenverpleegster Albine Pecb
is Zondagnacht gestorven, na nege
mocht- hij Agatha graag lijden.
Van allen, die hij kende, hield hij
van Agatha en Dillwyn het meest, na
tuurlijk zijn moeder uitgezonderd die
leelijkè, burgerlijke, domme vrouw
Voor .era evenwel was zij licht en le
ven, in één woord alles. Alleen haar
had hij liel e-n zij beminde hem
En nn verkeerde „Shoo" in gevaar
lag zij thuis in een donkere kamer, stil,
zonder iets te zeggen. Zelfs voor haar
ongelukkigen jongen had zij geen woord
of blik over. Hij had Agatha naar die
donkere kamer willen brengen, voelend
dat er - ulp noodig was en zij dio mis
schien kon verleenen.
Hij wist het niet, maar een diepe
wanhoop had zich van hem meester ge
maakt. Zijn eenige vreugde in zijn som
ber leven was op 't punt. van te sterven.
Als zijn moeder naai- betere gewesten
vertrok, wie zou ei- dan zijn om zijn lot
te verzachten, dat de vertoornde schik
godinnen zoo droevig voor hem gemaakt
hadden.
Hij, die geen vin-stand bezat, doof
en stom was, zou zich zelf een weg moe
ten banen door de harde wereld.
Den geheelen dag luid men heni geen
blik of liefkoozing geschonken hem,
die van niemand ooit een liefkoozing
ontving dan van zijn moeder.
.».et hart van den idioot was overvol.
Dillwyn beduidde hem iets op zijn
vingers en wees in de richting van waar j
de ongelukkige gekomen was, waarop dej
jongen eindelijk omkeerde en haastig,
naar huis liep.
Dillwyn wendde zich nu tot Agatha, j
Zijn gelaat zag doodsbleek. Hij nam
haar hand in de zijne.
„Heeft hij u geen leed gedaan Wer
kelijk niet. Gij
Hij zweeg niet in staat iets meer te
zeggen, terwijl zijn oogen op haar bleven
ruston. Zij voelde, dat hij nog erger
trilde dan zij. Hij liet haar hand los
j en het kwam het jonge meisje voor (het
was maar een voorbijgaande gedachte
en zij bloosde toen zij zich die later te
binnen bracht), dat hij naai- voren trad
en een beweging maakte, als wilde hij
haar in zijn armen sluiten,
j Het gevaar, waarin zij verkeerde, had
hem wellicht, tenminste voor het oogen-
blik, stoutmoediger gemaakt. Hij kon
j dien sterken idioot het hoofd bieden.
maai- welke man kan dit zijn liefde
doen 1
„Wees maar niet bevreesd," zeide hij
1 zachtjes. „Hij wilde u niets doen. Wer
kelijk niet-. Maai- ik dank God, dat ik
I te rechter tijd kwam. Gij moet wel ge
schrokken zijn."
„Ja," zeide Agatha, die nog van het
hoofd tot de voeten trilde. De tranen
welden in haar oogen op. „Ik ben niet
iaf," zeide zij, „en in 't eerst was ik
ook nic-t bang. Ik verdroeg de pijn moe
dig, maar hij was zoo sterk en ik wist
niet waar hij mij bracht en," rillend,
„het was zoo verschrikkelijk op die ma
nier te worden voortgetrokken en... ik
weet wel, dat hij mij geen kwaad wilde
doen, de arme jongen en ik geloofde, ook
niet, dat hij mij wilde vermoorden... ik
ben heusch wel moedig en..." Zij be
dekte haar gelaat met de handen en
barstte in tranen uit. „Onu zult ge
mij wel heel laf vinden." snikte zij als
een kind.
„Ik weet reeds lang. hoe ik over u
denk," zeide Dillwyn. Zijn toon klonk
bijna ruw. Hij liad een zwaren strijd
te voeren, maar sterk als hij was door
stond hij dien moedig.
Zou hij haar nu vragen, nu zij zenuw
achtig en verschrokken was? Neen, hij
zou wachten net zoo lang, tot zij hem
had loeren hoogachten en de fortuin
hem gunstig was geweest.
„Laat mij het u eens vertellen," zei
de hij.
„En ga intusschen zitten, want gij
zijt erg versclirokkan en geen wonder.
Ik vind, dat gij 't moedigste meisje zijt,
1 dat ik ooit heb ontmoet."
Zij zag naar hem op, naar 't scheen
getroost door zijn woorden en lachte
even.
„O! dat meent gij niet!" zeide zij.
„Werkelijk, het moedigste meisje, dat
ik ooit heb gekend," herliaalde hij be
slist. „Arme EdwyWie zou niet bang
voor hem zijn, als hij zoo woest is
Maar do quaestie is, dat er een onge
luk met zijn moeder gebeurd en zij er
heel gevaarlijk aan toe is."
„mevrouw Darkham Agatha tracht
te haar zenuwen meester te worden en.
zag naar hem op. Zij was klaarblijkelijk
getronen door dit bericht.
„Ja.. Zij ging van morgen vroeg naai
de stad om inkoopen of zoo iets derge
lijks te doen en gleed, toen zij dat steile'
gedeelte van de Hoogstraat afdaalde. 1
over een sinaasappelschil uit en smakte
lang uit op de straatsteeneu neer. Ge
weet hoe zwaar en gezet zij is!"
„Ja... ja. Arme vrouw 1"
„Bewusteloos droeg men liaar naar
huis. Darkham was uit, maar men liet
hem terstond roepen." Dillwyn was blij
te zien, hoe Agatha's gedachten afge
leid waren van de onaangename ont
moeting1 met den idioot." Maar toch duur
de het een poosje, voordat hij thuis
kwam. Intusschen had Edwv zich toe
gang tot de kamer verschaft, waar zij
lag en de meiden vertelden mij, dat hij
erg verschrokken was op het gezicht van
bloed, dat liaar kussc-n bevlekt had. Zij
had haar achterhoofd licht gekneusd,
maai- liet zou veel beter zijn als de snede
dieper was geweest en zij daardoor meer
verlichting gekregen had.
Eerst vloog de stumperd naar haar
toe maar toen deinsde hij achteruit;
zij zeiden, dat hij haar niet kende, nu
zij zoo stil daai* neerlag."
„Dat was het niet..."
„Neen, natuurlijk niet. Zijn manier
van doen later is het beste bewijs. Hij
ging weg maar kwam terug en boog zich
over haar heen, terwijl dikke, heete tra
nen hern over de wangen rolden.
Ik was er bij en zijn vader ook. O
het was zoo treurig om aan te zien
Ik liief hem op en trachtte..."
„En zijn vader..."
„Hij..." Dillwyn zag verlegen voor
zich. „Nu, zooals gij wel begrijpen kunt,
hij was erg in do war over zijn vrouw."
„Neen, dat begrijp ik volstrekt niet,"
zeide Agatha dadelijk daarop. „En de
arme jongen..."
„Hij bleef bij mij staan, trok mij bij
den arm en wees naar de deur. Ik be
greep hem niet, maar ik wenschte, dat
dit wel het geval was geweest. Ik ge
loof nu, dat hij mij wilde beduiden,
ik u moest halen om zijn moeder te lid
pen."
„Arme, anno jongen zeide Agaths
„Maar de toestand is niet hopeloos
wel V'
„Wie kan dat zeggen Darkham zie
het heel zwaar in... en ik... wol.
heb nog wel ernstiger gevallen bijge
woond. die toch goed afliepen.
Maar dat alles beteekent niets. Zoo
der twijfel is het een zeer ernstig geval
Zij is een zware vrouw en zoo'n val.
Ik ga er van avond weer heen en a
in consult treden met..."
„Met?"
„Dokter Bland uit Bigton." Bigttf
was -c dichtst bijgelegen stad.
„Ahantwoordde Agatha* Zij vod
de zich verlicht. Zij kon er zich zeÜ
geen uitlegging van geven, maar was
blij, dat de hulp van een achtenswaard^
man als dokter Bland was ingeroepen
Zij vertrouwde dokter Darkham nietes
als er later een onderzoek werd
steld zou men deai man, die nu naad
haar stond, misschien schuldig acht®
aan den verkeerden afloop en ongetwi}
feld moest hem dit in zijn carrière b>
nadoelen.
(Wordt ver- Igd.)