NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOM.
FEUILLETON.
16e
Woensdag 9 November 1898.
■a. 4713
HAARLEM'S DAHBLAD
A-R OLTTTEnVCEnSTTSITRIJS
Voor Haarlem per 3 maandenf 1.20
Yoor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der
gemeente), per 3 maanden1.30
Franco door het geheele Ryk, per 3 maanden1.65
Afzonderlijke nummers0.05
Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden0.30
de omstreken en franco per post 0.371/2
Van 1 5 regels 50 Cts.; iedere regel meer 10 Cts. Groote letters naar plaatsruimte.
By Abonnement aanzienlijk rabat
Reclames 20 Cent per regel.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze Agenten
en door alle Boekhandelaren en Courantiers.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Bureaux: Kleine Houtstraat 14, Haarlem. Telefoonnummer 122.
Hoofdagenten vow het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrang'ere G. L. DAUBE Co. JOHN F. JONES, Succ., Parijs 31bis Faubourg Montmartre.
Met uitzondering van het Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentiën en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan het
Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam.
BUITEN het Arrondissement Haarlem is de prijs der Advertentiën van 1—5 regels f 0,75, elke regel meer f 0,15; Reclames per regel f 0,30.
Agenten voor dit blad in den omtrek zijn: BloemendaalSantpoort en SchotenP. v. d. RAADT, Zandpoort; HeemstedeJ. LEUVEN,by de tol; Spam
VelsenW. J. RUIJTERBeverwijk, J. HOORNS; Hillegom, ARIE HOPMAN, Molenstraat Genoemde Agenten nemen Abonn
amdam, C. HARTENDORPZandvoort, G. ZWEMMER
onnementen eD Advertentiën aan.
STADSNIEUWS
Eerste en derde pagina.
Haarlem, 8 Nov. 1898.
Naar wij vernemen is de maatregel
ji den leerlingen der H. B. S. te
rerbieden, hunne fietsen op school
mee te brengen, genomen omdat bet
steeds aangroeiend getal fietsen hin
derlijk was voor het vrij passeeren
in de gang. Er stonden er vaak meer
dan twintig.
Van het hulpperron aan den Jans-
,.eg af wordt een spoorlijn aangelegd
naar de fabriek der heeren Bejjnes,
waardoor de nieuwe spoorwagens zeer
gemakkelijk, zonder zooals nu den
overweg te moeten pa$seeren op de
gewone spoorbaan komen.
Stukken van den Gemeente
raad.
en W. adviseeren gunstig op een
verzoek van den heer A. Koolhoven,
directeur der Maats, tot expl. van
Staalwaterbronnen, om het open ter
ras grenzende aan het Brongebonw,
'tens de hierbij gevoegde teekening
overdekken en van een glazen
wand te voorzieD.
Voorstel der Comm. v. Fin. tot
goedkeuring van de rekening en ver
antwoording der Stads Bank van
Leening over 1897/8, aanwijzende een
voordeelig saldo van f978.82.
arbeid der
die in een kringe-
BINNENLAND
Dr. A. Kuyper in de Ver.
Staten.
Het vertrek van dr. A. Kuyper uit
Noord-Amerika was voorloopig be
paald op 19 Nov. a.s. Er komen even
wel nog zooveel aanvragen in om
lezingen te houden, dat er, naar wjj
vernemen, groote kans bestaat, dat
die datum verschoven zal worden.
Dr. Kuyper is nog steeds lijdende
san zijn wond in den mond. Niette
genstaande treedt by by na dagelijks
als spreker op.
Tel.
tje stonden geschaard, even onder den
indruk. Doch ook maar even.... Toen
werden de heistellingen opgeborgen
en de vnren gedoofd.
Ned. Daqhl.
Een gelukzoeker.
Op 1 Juni 1786 werd in Amstei-
dam het lyk van een gevangene, die
zich van het leven had beroofd, krach
tens vonnis van de overheid op een
horde langs den voet van de galg
gesleept en daarna in de armenkuil
geworpen. Die zelfmoordenaar noemde
zich Stiépan Annibale, prins van Al
banië, kapitein-generaal van de Mon-
tenegrynen, hertog van St. Saba, enz.,
enz., en eindigde aldus in zyn 35e
jaar een hoogst avontuurlijk leven,
dat wy in de Nouvelle Revue van 1
en 15 October, en i November jl.
door onzen stadgenoot, den heer Ed.
van Biema beschreven vinden. Het
klinkt byna ongelooflijk, hoe slacht
offers zijn gemaakt door dezen geluk
zoeker, den zoon van een Albanee-
schen handelaar in muilezels en snoep
goed, die te Venetië met dobbelen
fortuin had gemaakt. Hy studeerde
te Padua, maar keerde die loopbaan
den rng toe en begon, pas 17 jaar
oud, een leven vol avonturen en be
drog. Hij speelde de rol van een val-
schen czaar Peter III en later van
een afstammeling van den Albanee-
schen held Skanderbeg, trok daarna
naar Polen en Pruisen, waar hy onder
valsche namen bij de hoogstgeplaat-
sten zich indrong en o.a. de vriend
schap verwierf van den lateren Prui-
sischen koning Frederik Wilhelm, ook.
van den prins De Ligny^en tal van
anderen. Herhaaldelijk Dezocht- hy
ons land, waar hy ook velen inpalmde,
maar ten slotte ontmaskerd werd.
Hij bood den Staten een leger van
20,000 Montenegryneu aan, als hulp-
troepen tegen keizer Jozef en uit
de stukken, door den heer Van Biema
medegedeeld, blykt dat de Staten dit
aanbod als ernstig gemeend beschouw
den totdat eindelijk uitkwam, dat
men met een bedrieger te doen had
gehad.
CHbld.)
De twee laatste.
Niet veel van de haastige voorbij
gangers, die Maandag het Damrak te
Amsterdam passeerden op het
Damrak wordt nooit gewandeld, maar
meestal geloopen, vaak gedraafd
merkten het zelfs op, dat van het
bouwwerk der nienwe beurs twee
vlaggen woeien. En toch had het wel
mogen opgemerkt worden. Immers
duidden die vlaggen aan, dat juist de
twee laatste heipalen in den grond
werden gedreven de twee laatste
van de 5000.
Met hun laatsten adem stonden de
locomobiels ie blazen. Tik tik
tik-tik, tik, tik-tiktik tiktikal
dieper en dieper werden de palen den
grond ingedreven. Toen 6 schoten. Op
elke paal drie knalpatronen. Dat was
bet eeresaluut aan den onvermoeiden
Vivisectie.
Het laatste nnmmer van het week
blad van het Ned. Tijdsch. voor ge
neeskunde begint met de volgende
verwering
„De antivivi8ectionisten zyn weder
aan het woord, zij voeren een heftigen
strijd tegen een klein getal geleerden,
die vivisecties verrichten, en op die
wijze aan de physiologie, de ziekte
kunde en de geneeskunde zeer ge
wichtige diensten bewijzen. Mod
zet een agitatie op touw, sticht eea
vereeniging, geeft boekjes uit, windt
zich op. Op onwaardige wyze trekt
men tegen hen te velde, in heftige
taal herhaaldelijk blyk gevende van
grove onkunde. En onder de voor
standers en deelnemers dezer volks-
I agitatie worden wa <rlyk ook nog
medici gevonden
„Het doet ons oprecht leed, dat de
hoogleeraar Van Rees zich schaart
aan de zyde van hen, die van onze
medische experimentatoren spreken
als van „verachtelijke, eerlooze sujet-
ten". Van Rees zelf schrijft hun „een
zekere verstomping van het gemoed"
toe, waarmede dus ook hy breekt met
den vorm van een bezadigd betoog
en niet schroomt, velen zijner collega's
een beleediging toe te werpen.
„De geneesheer kan griezelen, wan
neer hy ziet, hoe de vlieg in een webbe
verward raakt en langzaam door een
spin wordt aitgezogen, hoe een loe
rende kat den argeloozen vogel vangt
en verscheurt of met de halfdoode
mnis speelt, maar hy heeft zich leeren
beheerschen, telkens wanneer hy het
mes moet hanteeren om een lichaams
deel, dat hy zoo gaarne had willen
behouden weg te snijden, wanneer hy
leed moet doen om t8 geiezen. Treft
hem al menschelyke ellende diep, toch,
overtuigd als hy is van het hooge
belang zijner taak, tracht hij zich
steeds te laten leiden door zyn ver
stand. Desgelijks de vivisector.
„Hoe waagt Van Rees het, een
zekere geringschatting te toonen voor
het verstaid tegenover svat door hem
de andere „niet minder gewichtige
zyde van het geestelijk bestaan
het gemoedsleven" wordt genoemd
Het is evenzeer een maatschappelijke
als een anatomisch-physiologische
eisch, dat men het hart warm laat
kloppen onder het hoofd. Van Rees
c. s. draaien den normalen mensch
het onderstboven en de verteederiog
des harten noopt hem tot een optreden,
waarvoor het verstand de verantwoor
delijkheid moest afwijzen.
„Hopen wij, dat de bestrijders der
vivisectie niet de gelegenheid znllen
hebben door eigen aanschouwing te
leeren, dat hun teedere zorg voor de
dieren aan menschen het leven kost
en dat de afwijzing van de genees
middelen, welke de vivisectie ons
heeft leeren kennen of zelfs bereiden,
voor zieke menschen een doodvon
nis is.
„Hopen wy ook, dat onze volks
vertegenwoordiging niet worde mede-
gesleept op den verkeerden weg en
ons land niet brenge in den betreu-
renswaardigen toestand van Engeland,
waar de medische hoogleeraar met
een officieele vergunning tot het ver
richten van vivisecties als een pas uit
de gevangenis ontslagen misdadiger
wordt behandeld, die moet worden
gewantrouwd en gecontroleerd,
Engeland, het vaderland van Jenner
en zooveel groote pathologen, dat aan
Fransche en Duitsche onderzoekers
de jongste rijpe vrachten der vivisectie
de reeks van vaccins en het genees-
8erum tegen diphtherie dankt, zonder
dat de opvolgers van Jenner iets tot
de omdekking hebben bijgedragen
dat zyn lijders aan lyssa naar Parijs
moet zenden om daar te worden be
handeld en dat de hulp van Robert
Koch inriep om in zyn Afrikaansche
bezittingen de runderpest te bestu-
deeren."
Het volgend ongeluk had heden
middag in het gezicht van de haven
van Westterschelling in Schuitegat
plaats. Schipper Foeke Ree en diens
zoon met zyn blazer van Harlingen
komende, zag zyn zoon door een slag
van een fok overboord vallen en hoe
wel de vader zooveel mogelijk pogin
gen in het werk stelde hem te redden,
zag hy hem voor zyn oogen ver
drinken.
Een handjeganw op Texel ont
vreemdde een zak met meel van een
onbeheerde kar. Ongelukkig was er
een gaatje in den zak, zoodat men
als bij Klein Duimpje met de kei
steentjes, kon zien waar langs het
meel weggedragen was. 't Was voor
de politie voorwaar een gemakkelijk
spoor.
In het bosch te Baarn zyn in een
grooten kuil, bedekt met zoden en
takken verschillende voorwerpen ge
vonden, o.a. een deken, trommel, mes,
melkkan en nog eenige gereedschap
pen. Het bleek dat hier geruimen
ty'd iemand vertoefd heeft De goe
deren zyn naar het Gemeentehuis
gebracht en de jostitie is er mede in
kennis gesteld.
Maandagmorgen om zeven uur is
tusschen de stations Sliedrecht en Har-
dinxveld een werkman die over den
spoorweg liep, door den sneltrein van
Hoek van Holland overreden. De dood
volgde- onmiddellijk.
Zondag is opnieuw te Baarn inge
broken, ditmaal in de onbewoonde
villa's der heeren Hanier en mr. Hingst.
Werkstaking.
Men meldt uit Alfen a/d Ryn aan
de N. R. Ct
Maandag staakten de arbeiders aan
de cementsteenfabriek der firma A.
Oosthoek en Zoon het werk wegens
eene loonsverlaging.
Walters, bampioen-beroepsryder, die
dit jaar verscheidene groote wedstrij
den heeft gewonnen.
In Alcazar hebben de vertooningen
veel succes, vooral de dameswedstry-
den. De wereldkampioen Herbert pro
beerde een record op een hometrainer.
Alles is er compleet starters, tyd-
waarnemers, rechters—
Verdronken.
Men meldt aan de N. R. Ct. van
Terschelling van 5 Nov.:
Sport en Wedstrijden.
Wielerwedstrijden het op
tooneel.
Tn Alcazar, het bekende café-con
cert te Brussel, worden op het tooneel
wielerwedstrijden gehouden. Te Lon
den zijn dergelijke vertooningen reeds
lang bekend. In bet London Pavi
lion kan men 's avonds dergelijke ra
ces reeds eenigen tijd bijwonen. Na
het lossen van een pistoolschot starten
de deelnemersde grond onder
hun wielen draait mede rond, in te
genovergestelde richting, zoodat de
rijders vrjjwel op dezelfde plaats blij
ven de tijden worden zorgvuldig ge
noteerd de achtergrond vertoont een
tribune en wordt mede voorbijgetrok
ken, om de illusie volkomen te maken,
De afstand van dergelijke races be
draagt gewoonlijk 1 myl. Walters
moet kort geleden een dergelijke race
gehouden hebbeD. Het programma
vermelddeHedenavond M. A. E.
na stond op naam van „Michel Stre-
goff". Dit stuk had in 146 voorstel
lingen maar f 1.948,056.40 opgebracht.
Letteren en Kunst.
De „Nachtwacht" gephoto-
grateerd.
Maandagmiddag heeft de „Nacht
wacht" zyn tijdelijk thuis, waar het
zoo wèl was, verlaten om in den tuin
van het Stedelijk Museum te Amster
dam gepbotografeerd te worden.
Het „Hbld." schrijft daarover
De voorbereidingen voor het trans
port van de renzenschildery waren
goed getroffen en de zaken liepen
dan ook beter dan by de eerste over
brenging uit het Rijksmuseum.
Er was een nieuwe kist gemaakt,
waarvan de afmetingen slechts eenige
centimeters grooter waren dan de
schilderij, zoodat deze ingepakt uit
het raam aan de Van Baerlestraat
kon worden gedrageD. Daartoe was,
behalve het middengedeelte van den
dwarsbalk ook een der staande balken
afgezaagd. Men kon hierdoor het ge
vaarte nog schuiner stand geven by
het passeeren der opening en had op
die wyze meer ruimte.
De kist zelf was de geen open krat
met doek bekleed, maar geheel dicht
betimmerd en van goede draagboomen
en steunstukken voorzien. Het dek-
bekleed met groen laken, rustte
op de doos, tegen den verf kant van
de schilderij.
De voorbereidende maatregelen na
men geruimen tijd in beslag, zoodat
eerst halfdrie de schilderij naar buiten
kwam. In den tain was zoo ver mo
gelijk buiten de schaduw van de hui
zen aan de overzijde, een stellage ge
maakt, waarvoor het pliotographietoe-
stel stond. Het pbotografeeren ge
schiedde door de Berlynsche firma,
die zich het recht gekocht heeft pho
to's op de tentoonstelling te maken.
Na afloop daarvan is de schilderij
geplaatst in de vestibule van het Ste
delijk Museum, vanwaar zij zoo spoe
dig mogelijk naar het Rijksmuseum
wordt teruggebracht.
Een aardige bijzonderheidop het
raam waarover het doek gespannen
is en waarop de restaurateur Hopman
zyn aanteekeningen betreffend de
werkzaamheden aan de schilderij
maakte, is het volgende geschreven
„Vaarwel 7 November 1898.
C. G. 't Hooft.
Hofstede de Groot.
Geo Poggenbeek.
G. H. Breitner."
Cyrano de Bergerac.
Met de 246 voorstellingen, die tot
nu toe te Parijs gegeven zijn van
„Cyrano de Bergerac", zyn twee mil-
lioen francs geïnd. „Cyrano" heeft
hiermede het record geslagen, dat tot
RECHTSZAKEN.
Inbrekers.
In deD nacht van 24 op 25 Sept.
j 1. werd ingebroken in een koffiehuis
aan de Hoornbrug, gemeente Ryswyk.
De inbrekers hadden een gat in een
ruit gedrukt, ter hoogte van de af
sluiters, het raam opengeschoven en
daarna de toonbanklade leeggemaakt,
waarin zich ruim f 20 aan klein geld
bevond. Verder hadden zy eenige
flesschen drank medegenomen en een
paar kleinigheden. By het maken van
het gat in de glasruit had, blijkens
de bloedsporen, een der inbrekers zich
ernstig verwond.
Verdacht van dien diefstal met braak
hadden zich Maandag voor deHaag-
sche rechtbank twee jonge mannen
uit Delft in het voorjaar pas uit
de gevangenis ontslagen te verant
woorden. Zy ontkenden den diefstal
ondanks de meest bezwarende ver
klaringen der getoigen. De wond#
die een der beklaagden aan den poli
had, beweerde hn in een vechtpartij
gekregen te hebben. Het klein geld
dat op beiden gevonden werd. zou
het overschot zijn van hun „nitgaans-
kas" by het veriaten der gevangenis.
De herkomst van een paar kleinig
heden, die ook in de toonbanklade
waren geweest, kon niet voldoende
worden opgehelderd.
Het O. M. achtte wettig en over
tuigend bewezen hetgeen aan beid»
beklaagden wordt ten laste gelegd ea
vorderde, in aanmerking nemende d»
vroegere veroordeelingen wegens dief
stal met of zonder braak voor ieder
der beklaagden „vyf44 jaren gevange
nisstraf.
Mr. Hogerzeyl. toegevoegd verdedi
ger, betwistte dat liet bewys geleverd
was voor de schuld van zyn cliënten
en vroeg vryspraak.
Maandag voormiddag begaven zich
de officier van justitie, de rechter
commissaris en de griffier by de arron
dissementsrechtbank te Roermond,
naar Badel, ten einde aldaar een
onderzoek in te stellen naar eene
gepleegde zware mishandeling met
aoodelyken afloop.
De verdachte, een fabrieksarbeider,
is aangehouden.
Koloniën,
MEDAN, 8 October.
Tamiang.
Toekoe Tapa heeft, zooals men
weet, in het laatst van September,
een inval gedaan in Tamiang. Eene
onmiddellijk uitgerukte colonne nood
zaakte, na een kort vuurgevecht by
Menerang, hem en zyne volgelingen
overhaast de vlncht te nemen. De
Deli Ct. schryft nu, onder het op.
schrift „Toekoe Tapa vooreerst on.
schadelijk gemaakt", het volgende
13)
„Dat geloof ik niet Ik voor mij
dacht, dat er nog eenige kans op herstel
bestond, al was het dan ook een geringe.
Toch," hij fronste de wenkbrauwen, als
iemand, die in 't nauw gebracht wordt,
„vertrouwde ik er op."
„Dat moet gij niet zeggen,, John," zei-
de mevrouw Poynter, een tikje op den
arm van haar neef gevend, „je moet je
Zij is het, die hem op een afstand j fortuin nog maken en vergissingen zijn
houdt en ik hoop van harte, dat rij niet fataal."
met hem trouwt." I „Ja mijn fortuin!" De jonge man
„Dus denk je..." glimlachte, terwijl zijn oogen op Agatha
„Ik ben bang. dat zij een flirt in de j bleven rusten, die hem vast aanzag,
hoogste mate is," zeide Agatha, waaropj „En toch verander ik mijn opinie niet.
bedden begonnen te lachen. j Bland hinkte op twee gedachten en ge-
„Daar komt John Dillwyn aan," zed- loofde niet, dat herstel mogelijk was,
de mevrouw Poynter. „En wel recht ofschoon hij het toch zeide, maar ik wel.
op ons af. Jij bent geen flirt Agatha, I Maar in elk geval had ik het mis."
„Oje zal wel vooruitkomen, John, je
bezit den moed je fouten te erkennen,"
zed de zijn nicht glimlachend, „maar zwijg
tegen over menschen, die deze eigen
schap niet waardeeren. Darkham is na
tuurlijk..."
„Ik zag hem van morgen slechts een
oogenblik.
Hij was doodsbleek. Ik had niet ge
dacht dat hij... eh zooveel om haar
dat weet ik en juist daarom maak
ik mij zoo ongerust over je. Je weet,
hij is zoo arm als de mieren. Wel John,"
rervolgde zij op sympathieken toon, „die
arme vrouw is dan toch gestorven. Wij
zijn er allen zeer door getroffen."
„Het was erg plotseling," zedde Dill
wyn Agatha de hand drukkend, die
hij eenige oogenblikken vast hield. „Ja,|
zij is dood, de arme riei." I
„De toestand was van den beginne af gaf. Hij.ia totaal veranderd.1'
hopeloos, niet waar!" vroeg: mevrouw! „Wat een zegenaedde mevrouw
Poynter. 1 Poynter, haar lachlust bijtijds bedwin
gend. „Welnu en..."
„Agatha, wij gaan naar huis," zeide
een koele stem. Mevrouw Greatorese leg
de haar hand op Agatha's schouder.
„Hoe maakt gij het, dokter Dillwyn!
Ik hoop, dat gij den armen dokter Dark
ham nog gezien hebt, en hij een weinig
beter is."
„Dit sterfgeval schijnt hem erg ge
troffen te hebben," zedde Dillwyn.
„Ach, dat dacht ik wel. Hij is zoo
teergevoelig, ik zou hem zoo gaarne zeg
gen, hoezeer ik in zijn verlies deel."
„Ik vrees, dat daar geen gelegenheid
voor zal zijn, tenminste vooreerst niet.
Als de begrafenis afgeloopen is gaat hij
voor een paar maanden de stad uit."
„Daar doet hij verstandig aanhij
heeft verandering van omgeving noo-
dig."
„Over eenigen tijd zal hij zijn verlies
wel te boven rijn," zeide mevrouw Poyn
ter. „,Mij dunkt hij moet zich doodon
gelukkig gevoem hebben met die af-
schu... arme vrouw."
„En neemt gij rijn practijk waar!"
vroeg mevrouw Greatorese zich tot Dill
wyn wendend.
„Oneen," glimlachend. „Daarvoor
ben ik nog niet ervaren genoeg. Dokter
Bland aal het doen."
„AhMevrouw Greatorese glimlach
te allerminzaamst. „Zijn patiënten be-
hooren ook tot zoon geheel anderen
stand dan de uwe. Maar gij zult ook wel
vooruitkomen, dokter Dillwyn, daar ben
ik zeker van."
Zij boog vriendelijk en legde baar
hand op Agatha's arm.
„Kom lieveling, ik geloof dat het tijd
wordt, dat wij van juffrouw Firs-Robin-
son afscheid gaan nemen."
Toen rij goed en wel in het rijtuigje
gezeten waren, dat Mevrouw Greatorese
van den herbergier huimie bij gelegen
heden als deze, dat wandelen haar te
ver was, wendde rij zich tot haar nichtje.
„Wanneer vertelde dokter Dillwyn je,
dat mevrouw Darkham herstellen kon
vroeg rij bedaard.
„Gisteren avond. Ik stond aan de
poort toen hij voorbijkwamen vroeg
hem hoe mevrouw Darkham het maakte
waarop hij zeide dat er mogelijkheid op
herstel bestond, maar dat het toch zeer
twijfelachtig was."
„Dat is gebleken. Een heel ongeluk
kige opmerking van hem. Maar a propos
Agatha, vervolgde rij droog, „ik geloof,
dat het beter is als gij voortaan niet
meer zoo laat buiten staat"
„He* was niet laat, tante Hilda'
„Laat genoeg. Je weet hoe
je bent"
„Ik vatbaarIk heb nog nooit koude
gevat"
„Dan trekt gij misschien de attentie
van de menschen. En pas daar voor op,
lieve."
„Ik begrijp u niet," zeide heb jonge
meisje trotsch.
„Ik denk van wel. Loop nooit een
jongen man na, Agatha en vooral
niet als hij zoo arm is, dat hij je niet
kan trouwen."
Agatha wendde een doosbleek gelaat
naar haar toe rij wilde spreken, maar
mevrouw Greatorese hief haar hand
waarschuwend op. „Neen geen woord
meer, lieve. Dat is dwaasheid in dit ge
val. Laten wij over iets anders praten.
Over dien armen dokter Darkham bv.
't Is eigenlijk schandelijk, dat Lord Arn-
bert's partij Donderdag doorgaat maar
ik geloof toch, dat het beter is om te
gaan. Het dient nergens toe in onmin
met hem te komen. Maar toon je niet
al te blij, Agatha en speel ook geen
tennis. Ik vond het zoo onkieech van
dat meisje om met Lord Am bert en
die anderen te gaan tennissen, zoo'n vol
komen gebrek aan medegevoel. Maar
dat kind zou allee doem om Ambert in te
palmen. Het verwondert mij, dat hij
haar niet doorziet. Ik vrees, dat dr.
Darkliam zich erg beleedigd zal voelen
als hij hoort hoe vroolijk het vandaag
bij de Robinson's is toegegaan. Ik be*
zoo blij, dat jij niet mee hebt gespeeld."
„Er was natuurlijk geen quaestie van
dat ik het zou doen, maar met Elfrida
maakt dat een groot verschil. Zij kent
mevrouw Darkham nauwelijks en daar
bij is rij zoo jong."
„Zij is van jouw leeftijd."
„Maar rij riet er veel jonger uit."
„Onder ons gezegd," hernam mevrouw
Greatorese, ..geloof ik, dat de dood van
rijn vrouw een ware verademing voor
dokter Darkham is."
„Gij bedoelt?"
„Dat rij een kruis in zijn leven is
geweest."
„Zij was verschrikkelijk, dat is zeker.
Maar dokter... dokter Dillwyn zeide, dat
hij zoo bedroefd scheen."
„Natuurlijk heeft het hem geschokt,
maar hij zal het weer gauw te boven
rijn. Hij heeft een aangenaam uiterlijk,
is rijk en knap."
„Heel knap, zou ik denken."
„Vindt gij dat werkelijk!" vroeg me
vrouw Greatorese verlangend. „Welnu,
hij is nu weer vrij... een weduwnaar ia
zoo goed als een vrijgezel."
„Ja." Agatha zag haar verwonderd
aan. Er lag een bedoeling in den toom,
waarop haar tante sprak, die het jonge