NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
f U leest toeli ge- P
fregeld het Feuil- E
;4 leton van „Haar- jr
Item's I>agblad"?K
Dinsdag 20 December 1898.
■o 4748
HAARLEM'S DAGBLAD
Voor Haarlem per 3 maandenf 1.20
Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der
gemeente), per 3 maanden1.30
Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden1.65
Afzonderlijke nummers0.05
Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden0.30
de omstreken en franco per post 0.371/2
Directeur-Uitgever
AJDVEH^TZEUSTTIZEXLT
1—5 regels 50 Cts.; iedere regel meer 10 Cts. Groote letters naar plaatsruimte.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Reclames 20 Cent per regel.
Abonnementen en Advertentien worden aangenomen deor onze Agenten
en door alle Boekhandelaren en Courantiers.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Bureaus:: Kleine Houtstraat M, Haarlem. Telefoonnummer 122.
PEEREBOOM.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publieité Etrangére G. L. BAUBE Co. JOHN F. JONES, Succ., Parijs 31bis Faubourg Montmartre.
Agenten
Met uitzondering van het Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentiën en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan het
Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam.
BUITEN het Arrondissement Haarlem is de prijs der Advertentiën van 1—5 regels f 0,75, elke regel meer ƒ0,15Reclames per regel f 0,30.
voor dit blad in den omtrek zijn: Bloemendaal, Santpoort en ScholenP. v. d. RAADT, Sandpoort; HeemstedeJ. LEUVEN,bij de tol; Spaamda vj, C. HARTENDORPZandvoort, G. ZWEMMER
YelsenW. J. RUIJTER; BeverwijkJ. HOORNS; HillegomARIE HOPMAN, Molenstraat. Genoemde Agenten nemen Abonnementen en Advertentiën aan.
STADSNIEUWS
Eerste en derde pagina.
Haarlem19 Dec. 1898.
VERGADERING van den Raad
der gemeente Haarlem, op Woens
dag 21 Dec. 1898, des namid
dags te een ure.
1. Mededeelingen en ingekomen
stukken.
2. Voorstel B. en W. W. adressen
J. H. Krelage wijziging plan bebou
wing gronden ten oosten van den
Kleinen Houtweg, vastgesteld bij
Raadsbesluit van 26 September 1888,
No. 9.
3. Id. id. adres J. Zipp bebouwen
voor tuin bestemden grond bij perceel
Wilhelminastraat no. 56.
4. Id. id. bebouwen voor tuin be
stemden grond achter perceel Wil-
sonsplein no. 13.
5. Id. id. vaststelling verordening
heffing opcenten personeele belasting.
6. Id. id. inrichting voormalig bu
reau van politie ten dienste der ge
meente-secretarie.
7. Id. id. overdekking viscbmarkt.
8. Id. id. vaststelling instructie
marktmeester viscbmarkt.
9. Id. id. beschikbaar stellen gelden
bouw Groote Sluis te Spaarndam.
10. Id. id. aankoop terreinen spoor
verbinding gasfabriek.
11. Id. id. adres G. Hulsebosch
hooger bouwen dan volgens art. 177
AJgemeene Politieverordening.
12. Id. id. met rapport commissie
van financiën aankoop perceelen Rol
landstraat van J. Timmer.
13. Id. J. Krol Kz. uitstel vellen
boomen aan de Dreef.
14. Aanbeveling commissie van toe
zicht Stedelijk Museum benoeming
lid der commissie.
15. ld. regenten Barbara-Gasthuis
benoeming regent.
16. Id. regenten St. Elisabeth's of
Groote Gasthuis benoeming regent.
17. Benoeming lid commissie van
toezicht op het Haarlemsch Muziek
korps.
18. Voordracht B. en W.W. be
noeming onderwijzeres kostelooze
school lett. D.
Stukken van den Raad.
Voordracht voor regent van de be
waarschool in 't voormalig Barbara-
gasthuis
Dr. J. Nieuwenhuijzen Kruseman,
(aftredend)
Mr. H. Ph. 't Hooft.
De Comm. v. Fin. stelt voor,
niet over te gaan tot aankoop van
eenige perceelen in de Rollandstraat,
toebehoorende aan J. Timmer. Z\j
acht de daarmee te verkrijgen ver
betering niet zoodanig, datdie een uit
gaaf van f5600 wettigt.
B. en W. stellen een instructie
voor, voor den marktmeester der visch-
markten alhier.
Adres van G. Hulsebosch om
een perceel in de Anegang 1.20 M.
hooger te mogen bouwen, dan ander
half maal de breedte van die straat.
B. en W. stellen Yoor dit verzoek
af te wijzen, daar de straat 6.87 M.
breed is en het perceel ontworpen is
op een hoogte van 11.5 M.
Voorstel van B. en W. om aan
den heer J. Stoel, Wilsonplein, toe
te staan de serre achter zjjn huis
Wilsonsplein 13 te vergrooten en aan
den heer J. Zipp den bouw van een
serre achter het huis WilhelmiDastraat
56 toe te staan.
B. en W. adviseeren gunstig op
een verzoek van den heer J. H. Kre
lage, tot wijziging van het plan van
bebouwing zijner gronden aan den
Kleinen Houtweg, zoodanig dat de
straat, geprojecteerd evenwijdig met
de Badhuisstraat, rechthoekig uit
mondt op den Kleinen Houtweg.
Uitbreiding secretarie.
B. en W. hebben plannen ingediend
voor de uitbreiding van de gemeente
secretarie, door aantrekking van het
voormalige bureau van politie en vra
gen daarvoor een crediet van f 6000,
waarvan f300u voor de verbouwing
en geljjk bedrag voor de meubileering
zal moeten dienen.
Verhooging opcenten
personeel.
Ingevolge bjj de behandeling der
gemeente-begrootiDg genomen Raads
besluit. zullen voor 1899 de opcenten
op het personeel van 80 op 100 wor
den gebracht.
Voor een belastbare huurwaarde
boven f 100 doch beneden f 200 wordt
nu voorgesteld te heffen 50 opcenten,
boven f200; beneden f250 60,
f250; f300 70,
f300; f350 80,
f350; f400 90,
f400 100.
Overdekken Zeevischmarkt.
B. en W. achten het wenscheljjk,
dat de zeevischmarkt alhier zal wor
den overdekt, aangezien debezoekers
daarvan veelvuldig blootstaan aan
wind en regen.
Daartoe zijn eenige plannen opge
maakt, waarvan B. en W. er een,
gemerkt letter C., in het bijzonder
aanbevelen.
Bij de laatste begrooting is daar
mee al rekening gehouden, zoodat B.
en W. voorstellen op den post „Bui
tengewone uitgaven voor publieke
werken" het hiervoor benoodigde geld,
t. w. f 3100, beschikbaar te stellen.
Aankoop gronden gasfabriek.
Gelijk wij onlangs meldden heeft
de Raad besloten tot aankoop van
gronden in Haarlemmerliede en
öpaarnwoude voor den aanleg daarop
van een spoorlijn, loopende van de
hoofdlijn der Holl. Spoorw. Maats,
naar het terrein tust chen het Spaarne
en den Ouden Weg, waar de gemeen
telijke gasfabriek zal worden geboawd.
Thans stellen B. en W. dezen aan
koop (het besluit te nemen in de
openbare raadsvergadering) voor,
waarvan de kosten omstreeks f 80.000
zullen bedragen.
Groote Sluis te Spaarndam.
Bij groote werken, die door of voor
de gemeente worden gemaakt, schijnt
het niet doenlijk te zjjn, de aanvan
kelijk gemaakte begrooting niet te
overschrijden.
Bij groote gebouwen en bruggen
worden veelal nadere credieten aan
gevraagd en dit is nu ook weer het
geval met de groote sluis te Spaarn
dam. Voor een tweede grondverbete
ring voor het binnen-sluishoofd enz.
en een verrekening van onkosten met
Rijnland is te zamen nog f 14 322.815
noodig. Daar evenwel van de vroeger
toegestane som van f200.450 nog
f 2966.965 over was, vragen B en W.
een nieuw crediet van ten hoogste
f 11.400.
Wjj hebben indertijd gemeld hoe
de aannemer, A. de Groot Czn. te
Heukelom, klagende over den bjj den
bouw ondervonden tegenspoed, deD
Raad had verzocht om een tegemoet
koming in de door hem geleden schade
die hij begrootte op f 36000. De meer
derheid van B. en W. meent, dat bjj
zulke werken op onvoorziene tegen
spoeden moet worden gerekend en
stelt daarom voor, op het verzoek
afwijzend te beschikken. Tot onze
groote verwondering is er evenwel
nog een minderheid in het college,
die voorstelt een schadevergoeding
van f 10000 toe te staan.
't Is nauwelijks denkbaar, dat de
Raad tot dit laatste zou besluiten.
Immers zou dan voortaan de gemeen
tekas, nimmer profiteerende van bui
tengewone voorspoed in de uitvoering
van een werk, geregeld worden aan
gesproken in geval van tegenspoed.
Gevaarlijker precedent zal men kwa
lijk kunnen stellen.
Vechtpartij.
Zondagavond omstreeks 10 uur had
in de Groote Houtstraat, ter hoogte
van de Peuzelaarsteeg een vechtpartij
plaats tusschen een cavalerist en een
burger. Over en weer vielen klappen
totdat plotseling de burger een mes
te voorschijn haalt en zqn tegenstan
der een snede over het <?elaat toe
brengt. De omstanders deinzen ver
schrikt terug. De cavalerist wil den
burger vasthouden om hem aan de
politie over te geven. Maar waar is
de politie Op een alarmsignaal wordt
door eenige omstanders gefloten reeds
van het ooerenblik af, dat de vecht
partij een aanvang nam. Maar nu
moet men niet denken, dat er één
dienaar van den Heiligen Hermandad
kwam opdagen. Wel neen, noch in
de Groote Houtstraat, noch op de
Oude Gracht of het Verwulft, was
maar één enkele agent te zien en dat
nog wel op een der rumoerigste avon
den der week. De omstanders noem
den het ronduit een schandaal en
vroegen of dat waken is voor de al-
gemeene veiligheid.
Het gevolg van de vechtpartj was
natuurlijk, dat eenige vriendeu van
den lafhartigen vechtersbaas, dien
men zoo gaarne had zien inrekenen,
hem ontzetten en de huzaar hevig
bloedende zjjn weg vervolgde.
„Kunst na Arbeid."
De Typo- en Lithographische ver-
eeniging „Kunst na Arbeid", directeur
de heer W. A. Kwantes, gaf Zater
dagavond eene uitvoering in de groote
zaal van het Brongebouw. Als ge
woonlijk was de zaai druk bezet en
amuseerden de aanwezigen zich in
hooge mate. Het was dan ook een
uitgezocht programma, dat werd uit
gevoerd. Muziek, zang, voordrachten
en coinediespel wisselden elkander af
en de wijze waarop de velschillende
nummers werden ten uitvoer gebracht,
deed de vereeniging alle eer aan.
Het geheel werd met een geanimeerd
bal besloten.
den heer Jos. van den Berg met een
toepasselijk woord aan de overwin-
nende clubs en de prjjswinners ter
hand gesteld.
Meermalen waren de leden van de
feestvierende kegelclub in de gelegen
heid uit de toespraken der verschil
lende prijswinners te hooren, met
welk een waardeering over dit con
cours hier te lande is gesproken.
Uit een gesloten hok staande op
een erf aan het Zuider Buiten Spaarne
alhier zijn vier kippen ontvreemd.
Door de politie alhier is aangehou
den en naar het Huis van Bewaring
overgebracht, J. Dirken, oud 31 jaren,
paar denslachter, wonende aan het Be
gijnhof alhier, verdacht van diefstal
van een paard uit de weide ten nadeele
van de weduwe van Brugge, gelegen
aan de Zomervaart onder Haarlem
merliede en Öpaarnwoude.
De huid van het paard is in zijne
woning in beslag genomen.
Heden werd door den Rechter
commissaris de instructie tegen hem
geopend.
Tegen J. H. oud 17 jaren en T.
K. oud 18 jaren is door de politie
procesverbaal opgemaakt ter zake dief
stal van een kat, die daarna door
eerstgenoemde is doodgeslagen en ver
kocht.
Kegelen.
Zondagavond had in bijzijn van vele
belangstellenden de uitreiking der prij
zen aan de winnaars in den korps-
personeel en vrije-baanwedstrjjd in het
café van Gebr. Brinkmann plaats.
De heer Jos. van den Berg, presi
dent van de kegelclub „de Vliegende
Hollander", hield eene korte toespraak,
waarin spreker herinnerde aan den
feilen strijd, die gestreden is op het
concours, dat tot het verledene be
hoort. De strijd is groot geweest, en
daarom is de eer ook des te grooter.
Tevens bracht spreker een woord van
dank aan Mr. G. van Tienhoven,
Commissaris der Koningin, Jhr. Mr.
J. W. G. Boreel van Hogelanden en
aan de kegelclub „Hard gaat ie",
voor de schoone prijzen door hen be
schikbaar gesteld.
Vervolgens werden de prijzen door
3 I H m E N L A N D
HAAGSCHE BRIEVEN.
Men kan niet beweren, dat de Hage
naars over het algemeen uitbundig be
lang stellen in de handelingen van hun
gemeenteraad. Maai" thans wordt met
groote belangstelling uitgezien naar de
vergadering van a.s. Dinsdag. Algemeen
is de opinie, dat een interpellatie over
het gebeurde bij den brand der Brood-
en Meelfabriek onmogelijk zal kunnen
uitblijven. Dat bij een brand, waarbij
geen enkel menschenleven gered behoef
de te worden en het blusschingswerk
behoorde gericht te wezen op het be
houd van omringende perceelen, vier
brandwachts omkwamen, is een zoo on
gehoord feit, dat het moeielijk is er van
te zwijgen. Van verschillende kanten
heeft men dan ook de kat de bel aange
bonden. Doch bij de begrafenis der
brandwachts, die uiterst plechtig was,
heeft de Burgemeester het noodig ge
acht de kat in den kelder te metselen,
door te zeggen „dat geen mensehelijki
oog dit onheil vermocht te voorzien."'
Dat kan men nu wel zoo ernstig moge
lijk beweren en meenen ook maar
daarmede is niet bevredigd wat dr. Kuy-
per de publieke consciëntie zou noemen.
Een fabrieksbrand is, de historie der
brandweer in alle landen leert dat, het
gevaarlijkst voor de brandweer zelf en
dat wel door het kromtrekken van ijze
ren doelen die in de muren, zijn beves
tigd en deze doen instorten. Een brand
weercommandant behoort dat te weten
en er zijn manschappen naai- te be
handelen, d. w. z. geen gevaarlijke plaat
sen aan te wijzen, wanneer er niets an
ders te behouden is dan een stuk of wat
balken en eenige zakken meel. De vraag
doet zich in casu voor, of voor de veilig
heid der brandweerlieden de noodige
waakzaamheid is betracht, (dat, door het
ontbreken van fakkels, de menschen
in het donker moesten werken is reeds
een ernstige grief). De stelling die ik
ergens las, dat een brandweerman steeds
in gevaar verkeert, lijkt- mij pyramidaal.
Natuurlijk, een brandwacht heeft een
gevaarlijker bedrijf dan een advocaat,
dat is zeker. Maar de vraag is alleen of
het gevaar onnoodig wordt opgevoerd.
Er schijnt, reden om aan te nemen,
dat dit in Den Haag inderdaad is ge
beurd, En men hoopt, dat in den Raad
daarover eenig licht worde verspreid.
Voldoende, doch geen rooskleurig
Licht heeft de Min. vau Oorlog geworpen
op de bekende klachten betreffende het
misbruik dat bij de inhuldigingsfeestein
iu de residentie is gemaakt van de mili
taire macht. Terwijl zijn ambtgenoot
van Binnenl. Zaken getracht heeft den
burgemeester de_haud boven het hoofd
te houden, heeft dc Min. van Oorlog het
FEUILLETON.
Kijkjes in de Sportwereld,
9)
„Dat paard moet zooveel eten als het
maar wil, gij behoeft geen kosten te
sparen.
Als liet monster evenwel geen courses
wint dan wil ik zelf biefstuk van hem
eten, lekker met uieu gebraden."
Nu bevond C. W. zich te Nice. In
Bellijn vond hij het te koud en daarbij
had hij op een goeden nacht gedroomd,
dat de bank te Monaco zou springen.
Den morgen, die op dien bewusten nacht
volgde, moest de baron terstond zijn kof
fers pakken en vier en twintig uur la
ter had de bank te Manoco zestig
duizend francs aan C. W. verloren.
„Ik zal die kerels een millioen afzet
ten," zeide hij tot den baron, die op
dienzelfden middag al zijn spaarduitjes
verloren had, „ik wil hier een voor
beeld stellen en daarvoor ben ik de aan
gewezen persoon."
En dat scheen wel zoo. Hij speelde
niet angstig of voornaam zooals sommi
gen of hartstochtelijk en berekenend als
anderen maar onbeschaamd en overmoe
dig. Hij voelde zich veilig door zijn mil-
lioenen, die bij de Eng. Bank gedepo
neerd waren, en als speelde hij in het
gewone leven om groschen en stuivers
aan de speeltafel was hij de Yankee
koopman, die onder verliezen totaal on
verschillig blijft.
Want na de verliezen komen de win
sten, als men maar volhoudt.
Hij was in alle opzichten een gemeen
speler. Verloor hij een rol goud, dan
schimpte hij, maar als hij een mooien
slag binnenhaalde lachte hij zoo luid dat
de spelers aan de tafel er naast onrustig
werden. Ook amuseerde hij zich uitste
kend als zijn buurman, de baron en een
teringachtige, bleeke baron verloren. De
inzet van den baron, die steeds klei
ner en kleiner werd, hield hij goed in
't oog, en toen hij zelf in verscheidene
slagen een som van twintig a dertig
duizend francs verloor geraakte hij niet
uit zijn humeur, want terzelfder tijd
verdwenen ook de laatste spaarpennin
gen van den baron.
's Avonds toen het spel eindigde, werd
de winst van C. W. op eenige honderd
duizenden geschat en den volgenden
dag had heel Nice er den mond vol van.
„Leen mij honderd louis," smeekte
de baron hem, maar C. W .sloeg rijn
verzoek terstond af.
„Het bevalt mij volstrekt niet, dat
gij speelt.
Hoe komt nu een man in uw positie,
die nog daarbij quasi mijn ondergeschik
te is, in de verzoeking om te spelen?
Dat begrijp ik niet en wat meer is, ik
verkies het niet. Gij ontvangt maande
lijks 1250 Mark salaris, dat is een en
orme som. Besteed dat geld op een be
hoorlijke manier. Ik wil niet zeggen of
hard rijn maar dat pak, ja, ik geloof dat
ik u dat nu al vijf maanden lang zie
dragen. En dan verwondert gij er u nog
over, dat de menschen van u en mij
mets willen weten. Waarvoor heb ik u
eigenlijk in mijn dienst genomen, mijn
waarde.
Om mij in de aristocratische kringen
te introduceerenIk kan, dunkt me,
verlangen dat ge keurig gekleed rijt.
Daarvoor betaal ik u ruim genoeg. Maar
in plaats daarvan verdobbelt gij 't hier
I De oude baron was vaalbleek gewor
den. De man, die daar voor hem stond
en zoo sprak, had volkomen gelijk; de
jas begon op de naden reeds te slijten
I en de zwarte kraag a la den prins von
Wales, had ook betere dagen gekend.
Maar om hem dat te zeggen zooals men
een bediende op rijn vuile livrei attent
maakt... het bloed steeg hem naar het
hoofd, terwijl rijn slapen luid bonsden.
Hij wilde iets zeggen, een antwoord
geven waardoor hij voor goed van dezen
ellendigen kerel bevrijd werd, maar het
kwam niet over rijn lippen.
C. W. Kalm stak rijn korte, Engel-
sche pijp aan en ging uit de baron
bleef met oen gevoel van een mishandeld
en vertrapt dier.
Wankelend als een beschonkene ging
hij de deur uit en een klein restaurant
binnen, waar hij een glas absint bestel
de. Er traden werklui en koetsiers bin
nen, die ook een borreltje gingen gebrui-
jken.
Het was een schemerachtig verlicht,
onbehaaglijk, vuil vertrek en de baron
j verschool zich in het donkerste hoekje.
En hier in rijn ellendige eenzaamheid
I herademde hij, voelde hij zich voor een
j enkel oogenblik gelukkig.
Hij voelde zich te moede als een mis
handelde hond, die tot het uiterste ge
marteld, op 't punt stond rijn meester
naar de keel te vliegen, maar 't toch liet
en ricli daarna op een plaats verschool,
waar zijn baas hem niet vinden, kon.
j Het was vreemd, hij had zich toch
reeds zooveel beleedigingen laten aan
leunen, die eigenlijk veel kwetsender
waren, maar deze had hem diep ge
troffen en den laatsten stoot gegeven.
Als bij dien schurk maar gewurgd en
zich dan zelf van kant had gemaakt...
ja, dan was hij gered geweest. Maar nu
was 't te laat deze Kalm kon hem
nu maken eai breken.
„Te laat!" Hij zeide het wel twintig
maal achter elkaar. Eerst zacht, toen
luider totdat de koetsiers elkaar aan
stieten en naar den hoek zagen, waar
de baron zat.
„Te laat!" Hij nam rijn glas op, le
digde het, zette het neer, keek er in en I
lachte: ,,Te Laat!"
Het was een akelige, hartverscheuren - i
de lach.
De kellner met zijn smoezelig voor
schoot bracht hem een tweede glas een i
j derde en nog meer.
j Het was middag, omstreeks den tijd t
dat de lunch afgeloopen is, toen de ba-
j rem de restaurant verliet. De zon op de
[keien brandde, zoo warm en hel als in
den zomer. Hij drukte de hand tegen
de oogen en leunde eenige seconden te
gen een pilaar. Hij was altijd matig ge-
J weest en nu voelde hij hoe alles om hein
I heen draaide. Met moeite streed hij te»
'gen die gewaarwording en liep lang
zaam de Promenade langs.
Bij het hotel des Anglais gekomen
hield hem iemand staande.
„Gij ook hier, Baron, hoe maakt gij
het?"
civiel gezag onomwonden gemis aan tact
verweten en op den burgemeester do
volle verantwoordelijkheid gelegd voor
de enorm zware diensten die van de
militairen rijn gevorderd. Het blijkt, dat
alle corpscommandanten zich daarover
beklaagd hebben. En wie den invloed
kent van het militair element in de re
sidentie, op tal van kringen, zal wel tot
de conclusie komen, dat de populariteit
van onzen edelachtbare er niet op voor
uit zal gaan.
Propheten van komende gebeurtenis
sen hielden reeds het ambt van commis
saris der Koningin in onze provincie
voor hem in reserve anderen cledeö
datzelfde voor uw biu-gemeester. Nu bo
vendien het vacant worden van het
commissariaat in Friesland als waar
schijnlijk wordt geschilderd, zou het eer
der te verklaren zijn wanneer men aan
baron van Harinxma, Friesch edelman,
dacht als opvolger van zijn broeder, die
thans dat hooge ambt bekleedt.
De dood van den hoogleeraar mr. C.
Asser heeft in de herinnering van een
massa Hagenaars teruggeroepen den tijd
dat deze nobele man rechter was in
onze Rechtbank. Een nobel man inder
daad. Eén staaltje moge, het is minder
bekend, worden aangehaald. Jaren gele
den overkwam aan een jonge dame die
deel uitmaakte van het gezin-Asser,
waar rij een betrekking bekleedde, een
ernstig ongeval. Niet alleen werd rij
liefderijk verpleegd, als ware rij een
kind des huizes, doch sedert dien tijd
bleef rij in de woning van den rechter,
later hoogleeraar, leven, als behoorde zij
tot diens bloedverwanten. Haar naam
stond met dien der kinderen onder de
advertentie van zijn overlijden. Ziedaar
een fait, ik geef 't zooals het mij verteld
is, dat den man teekent. wiens heengaan
door zoovel en ten oprechtste wordt be
treurd.
Van een ander oud-Hagenaar kan dat
niet gezegd warden nl. va n den es-goo
chelaar Bamberg, die als verpleegde in
het armenhuis stierf. In de latere jaren
van zijn goochelaars-bestaan gaf hij een
aantal voorstellingen, waarvan het ei
genaardige was, dat ze nooit doorgin
gen. Dikwerf heb ik een berichtje voor
hem gemaaktbenefiet van den ouden
BambergDan ging hij met lijsten rond
om kaarten te plaatsen, vriendelijke
menschen betaalden hun plaatsen voor
af. Maar de beloofde voorstelling kwam
nooit er werd nooit genoeg ge teek end,
doch het geld zag men evenmin terug.
In vroeger jaren goochelde Bamberg
voor, later met het publiek. De kranten
werden wantrouwigA. D. want op
die voorletters stond hij, wegens de con
currenten van denzelfden naam werd
op de redactiebureaux afgepoederd. Een
der collegas liet rich nog eens lijmen
Bamberg leerde hein uit dankbaarheid
een kunststukje. Maar toen de journalist
het in gezelschap na doen wilde, misluk
te het. Hij was begoocheld
H. A. GANTJS Jr.
Parlementaire Praatjes.
De heer Staalman had bij de alg. be
raadslaging over Marine de behandeling
van het personeel ter sprake gebracht en
de Min. had rich voorgenomen daarop
Hij zag op Brandes stond voor
hem. Als door een nevel bemerkte hij
een bediende, die het portier van het
rijtuig openhield en daarnaast den prins
von Reichenberg een heer en een dame.
„Odank u, het gaat mij goed," ant
woordde hij.
„Dan is die mijnheer Kalm zeker ook
te Nice?" zeide Brandes hem vragend'
aanziend.
„Gij weet wel, beste baron, dat die
man geen sympathie van mij is, maar
dat komt er natuurlijk niet op aan."
De baron wilde iets antwoorden maar
kreeg plotseling een gevoel alsof allen
Brandes, de prins de jonge dame, de
heer naast haar en de bediende naar de
versleten naden en kraag van rijn jaa
keken en er rich vroolijk over maakten.
Ja, het kwam hem voor of iedereen naar
hem keek en...
Verward zag hij om zich heen.
„Dank u. het gaat mij goed, maar ik
heb haast." En hij verwijderde zich lang
zaam en met moeito, want hij was er
zich van bewust, dat allen hem naza
gen.
Brandes zeide niets. Hij liet den prina
Kathchen en Kon rad instappen zette
rich naast rijn dochter en sloot het
portier. Zij spraken geen van allen, eerst
toen zij cv;r den praebtigen „Ccraickc"