namelijk in Groot-Atjeii, over te gaan tot de heffing van in- en uitvoerrech ten voor rekening van het Gouver nement. Verzamelingen van Artis, De verzamelingen van het Koninklijk Zoölogisch Genootschap „Natura Ar tis Magistra" werden gedurende de maand December met de volgende ge schenken verrijkt. Voor de Diergaarde; drie lijsters van den heer G. S. van der Spruyt, te Leiden; een marmotje van mej. Hillebrand, Amst.; dertien dito van mevr. G. v. Volienhoven—Backer, te Heemstede: een diio van mej. E. Engelman, Amst.; twee dito van den heer N. Lausdorp. aldaar; twee dito van den heer dr. Koning, aldaar;zes kruisbekken van den beer H. Pekel haring, aldaar; een witte Angorakat van dr. Coomaus de Ruiter, te Con- stantinopel; een sperwer van den heer G. S- van der Sprayt, t.e Leiden; vier zcetwaterschiidpaddeu van den heer H. J. de Jong, Amst.; een konings tij* jer van den heer J. Tb. Ponse, te Bendjei ("Oostkust Sumatra); een eek hoorn van den heer H. Pekelharing, Amsterdam. Voor het Aquarium: een snoekbaars van den heer C. F. Kater, te Monni kendam; een steur van den heer \Y. Geijs, Amst.; een dito van deu heer C. J. den Hollander te Nieuwaal en een baars van den heer A. van Varik, te Nieuwkoop. Voor het Iusectariumeenige rupsen van deu zakkedrager van den heer P. Coland, Wageningschen Berg. Voor het Zoölogisch Museum': een boek met opgeplakte vlinder.s en andere insecten uit de Transvaal van den heer R. W. J. C. van den Wall Bake Amst,; een duizendpoot van den heer H. G. Claus, Amst. en eenige amphibieën en insecten, voornamelijk Coleoptera van Mzab (Algerië) van den heer Aug. Le Gras, Amst. Voor het Etbnographisch Museum twee costumes van Negerinnen uit Suriname, benevens vjjf levensgroote poppen van gips van de commissie voor de tentoonstelling van „Nationale Kleederdrachteu", Amsterdam. Voor de Tuinen: een Orchidee van den heer C. Gust. Olie Fzn. te Para maribo. Onder zeer vele blijken van belang stelling herdacht Zondag de hoofd brandmeester Proost van ae Amster- damsche brandweer zijn zilveren dienstjubileum. Hij ontving stoffelijke blijken van waardeering van het da- gelyksch bestuur der hoofdstad, van den commandant der brandweer, van zijne collega's, van de manschappen der brandweer, van eene deputatie uit de burgerij en van de amstordamsche pers. Al deze corporaties huldigden hem in de feestelijk versierde kazerne aan de de Ruyterkade. Een jubileum. Zondag vierde onder vele blykeu van instemming de heer August Belin- fante chef der uitgevers firma gebroe ders Beliufante te 's Gravenbage, zyn veertigjarig feest als uitgever. Hy om ving mededeeling zyuer benoeming tot ridder in de orde van „Oranje- Nassau". Mollenvanger. In „De Hollander" van 28 Decem ber komt de volgende advertentie voor: „Iemand, 20 jaar by het vak werk zaam. wenseht mollen hetzij Pür stuk, per H. A. grond, of bij nader over een te komen voorwaarden te komen vangen...." Gasontploffing- Zaterdagavond is er in de gastram te Maastricht een ontploffing geweest, waarvan de tram zware schade ba- kwam. Met de reizitrers zyn geen on gelukken gebeurd. De ruiteu van de naburige huizen werden door den slag verbrijzeld. 3e prjjs A. C. Splinter, 4e pr. B. Hes, allen van Leiden. 2e klassele en 2e prys C. J. Brakkée Jr. van Rotterdam en M. M, van Haarlem, 3e pr. A. vanRhyn Azn„ Leiden. Voetbal-wedstrijd H. F. C.—H. F. C. „Haarlem." Bovenstaande woorden stonden op de bulletins in verschillende winkels aangeplakt, en bij het lezen daarvan haastten wy ons dan ook naar bet veld aan de Molenwerf te Heemstede Zondag, om getuige te zijn van den belangrijken wedstrijd tusschen de beide beste Haarlemsche clubs. (Dat het geen competitie en dus niet de revanchematch was, was ons be kend.) Maar hoe stonden wy verbaasd en met ons de niet vele toeschouwers, toen wy maar een stak of vier rood- broeken en een achttal witblauwen zageD, die zich een weinig amuseerden met goal-trappen. Ten slotte, nadat de aanwezigen ongeveer een uur had den staan kyken naar dat goal-trappen, besloot men toch maar eens te gaan spelen. Vier roodbroeken, uit het elftal, een drietal invallers, ziezoo dat zijn zeven. Van H. F. C 9 man netjes bij elkander gezocht, waarvan 7 van het elftal, en 2 niet minder sterke invallers, en daar ging het er precies te 2',-h uur op los. H. F. C., die verreweg de sterkste was, wist weldra 2 goals te behalen. Doch nu kwam Haarlem opzetten, trapte er uit alle macht op los (J. v. d. Berg, Stol en Kruseman namen daaraan een werkzaam aandeel) en wist voor half-time deu stand gelijk te maken. Met half-time besloot men maar met speleu te eindigen, zoodat deze friendly- game en geen wedstrijd, zooals ge publiceerd stood, eindigde met gelijk spel 2—2. Thans heeft de rechtbank te Rot terdam rechtsingang verleend teg-n de wed. Sörensen, ook ter zake van de vergiftiging van baren echtgenoot en haar commensaal, den beer Cohen. Voor den inhoud dezer rubriek stelt de redactie zich niet aansprakelijk Van ingezonden stukken, geplaatst of niet geplaatstwordt de copij niet aan den inzender terug gegeven. 5poft en De uitsiag van don Vrydag op „Zo- j merzorg" te Leiden gehouden kleinen wedstrijd, uitgeschreven door de Leid- sche Schaakvereeniging „Morphy", ter eere van baar vijfjarig bestaan, was als volgt le klasse: ie prjjs H. Strick van Linschoten, 2e pr. Abr- Oppenheim, Mijnheer de Redacteur! Naar aanleiding van het schrijven van den heer Van Gasteren, president der letterlvereen. „J. J. Cremer", waaria hy myn artikel over het op treden van bovengenoemde vereeui- gitig tracht te ontzenuwen dieue het volgende De heer v. G. zegt dat „Cremer" nog nimmer concurreerde tegen het gen. „Melpomene en Thalia" en alier- miust tegen een liefdadigheidsvoor stelling. Als men nu alle moeilijkhe den. ter verkrijging van een avond in onzen schouwburg, ter verontschul diging aanneemt, blyft- het feit toch; bestaan dat, waar zooals Woensdag 28 Dec. '98 twee tooneelvereenigin- gen op denzelfden avond hetzelfde stuk opvoeren, de eene door de andere benadeeld wordt en das concurrentie wordt aangedaan. Hoe moeilijk het echter is een datum in onzen eenigen schouwburg te krij gen, bly'kt hieruit, dat gedurende December '93 deze iedere week nog drie avonden vry was en tot 15 Jau. '99 voor iedere week slechts 2 avonden besproken zijn. Nu das blykt, dat de eenige verontschuldiging van den pres. \an „Cremer" berust op raoeilijkhoden die n i e t bestaan, meen ik dat myn schrijven van 2S Dec. niet hatelijk genoeg was. U Mijnheer de Redacteur beleefd dank zeggende voor de verleende plaatsruimte, Hoogachtend, C. v. V. den heer Hofland in een vergadering. J. Boot, C. Floris, C. Volienga, Kraak, P. Voorderhake, P. Kuipers, H. J. Kockelkoren, H. Poldervaart, allen te HeemstedeW. v. Straaten, HaarlemF. Gozeling, H. Leuven, C. Yoordehaak, J. Leuven, G. Yoor- derbaak, H. v. Vossen, A. Huiser, Daan Kesteren, G. Weyers, G-5 v. Denrzen, Chr. J. v. d. Erf, J. v. Denrzeu, J. M. Welters. P. v. d. Aar, T. H. Salman, D. Salman, P. G. Bos, A. Voorderhake, A. van Glabbeek, H. van Glabbeek, J. G. PrinsTheo Mndde, J. Duindam, P. Duindam, G. Duindam, C. Koomen, M. G. v. Hont, J. v. Versen, C. Weyers, W. v.Vessem, allen te Heemstede; J. Weyers, C. Weyers, D. Weyers, allen Bennebroek J. E. Smit, P. Bos, P. v. d. Eem, J. v. d. Pijl, J. Hendrikse, A. Ver- donschot, C. Mudde, A. v. Tongeren, B. Alkemade, J. v. Bakel, Jac. van Tongeren, J. Gozeling, G. v. Meer, G. v. Meer, M. Bank, Th. Nieske, A. Leuven, Th. Leuven, J. v. Denr zen, B. Lagerweg, A. Brouwer, D. Brouwer, G. Roorakker, B. Roor.ik- ker, T. Roorakker, P. Headrikse, W. v. Straten, H. v. d. Erf, G. J. v. d. Erf, allen te HeemstedeJ. v. Kessel, C. Bouma, heiden SchotenC. H. Hnis in 't veld, H. Selhorst, beiden HaarlemJ. Smooleuaars, Schoten E. G. Kaptein, O verveenP. v. d. Putten, Jansteenstra-at 32. Haarlem; Th. v. d. Patten, Th. Warmerdam, A. P. Rnygrok, allen SchotenM. Smees, Assendelverlaan, Haarlem J. Biermau, Brouwerstraat, Haarlem J. Smit, J. v. Schoten, C. Neissen, F. Jonkhof, allen SchotenG. Too ien, Zjjlweg, HaariemJ. Kramer, C. KramerfM. Kramer, allen Ruijs- daelstraat, HaarlemA. J. Visser, Thybontstraat no. 6roodJac. v. d. Berg, Lange Heerenvest 101, Haar lem G. v. Erf, Haarlem M. Koelemy, Oranjestraat; C. v. d. Erf,Haarlem B. Roerakker-, Jansteenstraat no. 7 J. T. Kors, Ken nemerstraat no. 3; C. Romyn, Kennemerstraat no. 6. Over deze zaak sluiten wy nn het debat. RED. Mijnheer de Redacteur Wij ondergeteekenden verklaren in te steramen met de verklaring van J. Hendriks, dat het een leugen is dat de Ned. R. K. V. de Neutrale Yereeni- ging heeft in den grond geboord, maar dat R. K. Bloemistkuechts er al ge noeg van hadden, na het spreken van QEmmm atiEuws. De Zaak Dreyfus-Piequart. Mag men Clemenceau gelooven, dan zijn met, het ultra-geheime dossier niet de vermeende brieven van keizer Wilhelm meegegaan, welke een afzon derlijk diplomatiek dossier vormen en dan ook aan het ministerie van bniten- landsche zaken berusten en nog' by Delcassé zijn. De schrijver bepleit de noodzakelijkheid der afgifte ook van dit dossier. De „Matin" deelt mede dat het ge heime dossier, waarvan de strafka mer van het Hof van cassatie nn inzage krygt, duizend stukken bevat die wel is waar niet alle betrekking hebben op de Dreyfus-zaak, maar toch door hun afkomst een geheel vormen. Behalve kapitein Cuignet zal generaal Chamoin zich ter beschikking van het Hof stellen om die documenten welke geen betrekking hebben op de zaak, aan te wijzen, en ook de aan dacht te vestigen op anderen die, volgens sommigen, een overtuiging kunnen vestigen. Hetzelfde blad meldt dat de kwes tie Bard-Quesney de Beaurepaire hierop neerkomt: Bard ging het ver trek binnen waar Picquart zich be vond met den kapitein der republi- keinscbe garde die bem vergezelde, hy wendde zich niet tot Picquart maar tot den kapitein, zeggende „Het verhoor van generaal Gonse beeft ons tot nn toe opgehouden, wy kunnen vandaag den heer Picquart niet verhooren." De kapitein der garde heeft aan den minister van justitie verklaard dat de zaak zich inderdaad aldus heeft toegedragen. Vo geDS de „Volonté" heeft mevr. Pays voor het Hof van Cassatie er kend de telegrammen-Blauche en -Spe- ranza verzonden te hebben. De „Voltaire" zegt te weten dat Henry voor een belangrijk bedrag geldschieter geweest is in de thans verkocht wordende rijwielfabriek Mé- dinger. als het roet dat hij in een grooten zak boven den haardplaat in een zaal had opgehangen, plotseling door de Duit- sche Keize/in verrast. „Wacht n asjeblieft een oogenblik je", zeide de Keizerin tot don ont stelden schoorsteenvegersjongendie echter toch niet wit van den schrik werd, en de Keizerin riep prins Joachim en prinses Victoria Lonise. Beide kinderen hadden ieder oen groote koek in de hand en werden door de keizerin aangespoord deze aan den zwarten jongen te geven. Prins Joachim was niet bang en deed wat hem gezegd werd, maar 't prin sesje begon te schreien en durfde eerst na een langen tyd haar koek aan den gevreesden kinderschrik te overhandigen. Toen de twee kinderen weggingen, wuifden zy den schoorsteenvegersjon gen kushandjes toe. De jongen moet rood van plezier zyn geweest, tenminste naarhy zelf vermoedt Een terechtstelling. Omtrent de onthoofding van Vacber, op net Champ de Mars. te Bourg, wordt medegedeeld, dat Vacber zeer terneergeslagen was, tot het eind toe zyn onschuld betuigde en geestelijke hulp weigerde. Hy wilde het publiek toespreken, doch dit voorkwam men. De beul Deibier vervulde zjjn droe- vigen plichtde laatste executie die hy uitvoert. Een groote menigte uit alle stan den verdrong zich om getuige van het walgelijke schouwspel te zyn. Het publiek riep„Weg met hem, Dood aan Vacher" toen het voertuig na derde, waarin de moordenaar zat. Toen het mes viel hoorde men bravogeroep. keellyden van prinses Clementine, zyn geen verbeteringen geconstateerd. Alle j hoffeesten tijdens Januari zijn uitge- steld. De koning en de prinses zuilen Brussel verlaten en langdurig in het I Zuiden gaan vertoeven. Ook de Konin gin is ernstig ongesteld en kan haar kamer in het slot te Laeken niet meer verlaten. Huwelij ksgeluk. Een Zweedscbe courant schreef on- j langs a's prijsvraag uit„Hoe behoudt jeen vronw het best de liefde van haren man en haar huwelijksgeluk Een ontzaglijke menigte antwoorden kwam in van allerlei aard. zelfs ge- lieele verhandelingen, ook van mannen. Do prys werd toegekend aan den in zender van het volgende korte ant woord „Voeder het beestje goed De Daily Telegraph heeft het vol gende telegram uit Newyork ontvan gen Een te Vancouver aangekomen Engelsche stoomboot brengt het be richt mede, dat eeu luitenant en 13 Fraosche matrozen door de inboorlin gen der Nieuwe Hebriden vermoord zijn. Vreeselijke dood. Een mijnwerker voud Donderdag in een der mijnen te Monmouthshire in Engeland een vreeselyken dood. De bak, waarmede de mijnwerkers in de mijnputten afdalen, ging met eenige werklieden naar beneden. Kort na de afdaling voelden de werklieden de bak schudden en bemerkten zy, dat een hunner kameraden half buiten de bak hing. Met groot levensgevaar voor hen zeiven pakten zij den on gelukkige by de beenen en wilden hem zoo naar binnen trekken. Zij schreeuwden intusscheu naar boven, de machine te doen stoppen. Op 300 voet van den bodem gekomen, bieek het onmogelijk den werkman, wiens lichaam telkens tegen de wanden der put aansloeg, langer vast te houden. De krachten der mannen waren uit geput en de mijnwerker plofte naar beneden, waar hij later verbrijzeld en dood werd opgenomen. De bezittingen van Keizer Wilhelm. De Duitsche Keizer heeft onlangs het kasteel Cadinen met bijbeboorende landerijen aangekocht en bezit thans in 't geheel 50 kasteelen of paleizen van meer of mindere uitgestrektheid. Drie daarvan liggen te Berlijn het groote koninklijk paleis (Schloss), Mont-Byou en Bellevuete Potsdam heeft hy er niet minder dan 13, waarbij het bekende Saussouci. Van de andere zyn de voornaamstede paleizen te Hanover, Kassei, Koblentz, en Wies- baden, en de kasteelen Stolzenfels, Wilhelmshöhe, Sonneck (aan den Rijn) Hubertusstock enz. De opstand in China. De „North China Daily" ontvangt van zijn correspondent te Chungking een telegram van Vrijdag, waarin melding wordt gemaakt van een grooten veldslag op 27 December te Sah-Cbi-ao-tsaug tusschen de regee- ringstroepen en de opstandelingen. Naar gemeld wordt, hebben de regee- ringstroepen de overwinning behaald. Een jonge schoorsteenveger die in het keizeriyke slot te Potsdam aan den arbeid was, werd te midden van zijn bezigheid, toen hij zoo zwart was Het dorp Sonvret in Henegouwen wordt met instorting bedreigd. De grond is door mijnen onderwoeld en daardoor zyn verzakkingen gekomen, die reeds aan de kerk, net raadhuis eu de school groote scheuren hebben veroorzaakt. Ook tai van huizen zijn vol barsten en scheuren. Er wordt getracht ze te stutten, maar het zal j vermoedelijk niet baten. In den gezondheidstoestand van koning Leopold van België en in het Visitekaartjes met Nieuwjaar. Ofschoon men ons ieder jaar ver zekert, dat het zenden van visite kaartjes met Nieuwjaar uit de mode gaat, is het eenige merkbare gevolg, dat wy ieder jaar met een grooteren vloed van die stakjes karton over stroomd worden, tot groot verdriet van postbeambten en tot blijdschap van wien? Ja. dat weet ik waarlijk niet; of misschien van de kinderen, die er mede mogen spelen. Voor ons zelf is het geregeld een bron van on aangename verrassingen, wanneer wy kaartjes ontvangen van goede beken den, aan wie wy ondanks de grootste zorgvuldigheid niet gedacht hadden. Dan nomen wy ons voor, het volgende jaar „die gekheid" maar achterwege te laten. In den loop van het jaar bekoelt echter dat goede voornemen weer de vrees bekruipt ons, dat men ons voor excentriek of onbeleefd zal houden en liet spelletje begint op nieuw Eerst tijdens de regeering van Lodewijk XIV hooren wy van het gebruik van visitekaartjes. Men nam toen, als men een vriend niet thuis trof, eenvoudig een speelkaart, schreef er zyn naam op, en stak haar in het sleutelgat. Veel werden zy echter niet gebruikt, want nog in de brieven van mevrouw De Sévigné, noch in andere gedenkschrif ten van dien tyd worden zij ge noemd. Na 175u begon.men werkelijke vi sitekaartjes af te geven. De graveurs belastteu zich niet alleen met den Daam erop te zetten, maar ook met het bezorgen. Later hielden beroemde kunstenaars zich bezig met het versieren van kaartjes. Cochin, Eisen, Fragonard, Moreau, wedijverden, wie aan de vluchtige voorwerpen het meest eigen aardige „cachet" zou geven. Tegen het begin der 19e eeuw werden de onderwerpen vooral gezocht in de Grieksche of Romeinsehe mythologie. Het Eerste Keizerrijk bracht visite kaartjes in de mode met gedeelten van wapenrustingen erop. Deze mole en die tijdens de Restauratie, zyn zoo wat het leelykste, dat op dit gebied geleverd werd. Na 1829 vergenoegde men zich met naam, beroep en adres aan te geven op de kaartjes, die nu algemeen in gebruik kwamen. Omstreeks 1825 begon men ze te glaceereu, zoogenaamd „porselein". Deze mode heeft niet lang geduurd, en al wat men sinds dien tyd beproefd heeft, om in plaats van gewoon kar ton te gebruiken hout, kurk, celluloid, aluminium, onderging hetzeifde lot. Ook de kaartjes met pbotographisch portret voorzien hebben niet den op gang gemaakt, dien men ervan ver wachtte. Ofschoon zy in enkele ge vallen zeer practisch zijn, bleken zy op andere tyden onbruikbaar, omdat het soms indiscreet of onvoorzichtig is, zyn portret aan den eerste den beste aan te bieden. Het meest geschikt, en dus het meest gebruikt, zyn de visitekaartjes vau gewoon wit of ivoorkleurig kar- j ton, niet te groot, niet te klein, met eenvoudige, duidelijke letter bedrukt. Overigens hangen formaat, karton,! letter, geheel af van leef tyd, omstan-1 digheden, positie en kens, mits men slechts zorge, dat de kaart vlek kei ooj rein zij, maar dat spreekt wel vanzelf! Oorlogskosten. Eene sehoone illustratie op de noooj zakelijkheid om. overeenkomstig de vra desplannen van den Czaar van Ruslan< den omvang der huidige krijgstocrustii gen in te krimpen, levert eene becijfc ring, die de heer Jules Roche geeft i de „Figaro" over de kosten, welke Franl rijk bij een eventueelen oorlog zal hel ben te dragen voor het onderhoud va zijn leger. Hij neemt daarbij als maai staf aan wat elk soldaat in den oorlo van 187071 beeft gekost., zijnde, gens den beer de Freycinet in zijn wer „la Guerre en province," 8 francs 8 per hoofd en per dag. In 187071 ha men te doen met een leger van 600.00 man, doch thans heeft men rekening i houden met een veel groot er troepei macht welke men toch zeker zc groot heeft gemaakt, om er partij va te trekken. „Actief leger, reserve va het actieve leger, tei-ritoriaal leger, resej ve van het territoriale leger, dat alle is gevormd omdat het nuttig en noodz< kelijk werd geoordeeld. Als dit alles nie in werking behoefde te treden, dan zo het ook niet nuttig en noodzakelijk ziji en zou men 't niet behoeven te handha ven. Maai' men handhaaft 't. Dus zal hei werkzaam optreden." En na dit- vooropgesteld te hebben begint de heer Jules Roche te rekenen niet vreezende dat hij door het meda deelen der legersterkte een geheim vei klapt; want de Duitschers drukken di opgave zelfs. Allereerst het leger der eerste lini< actief en reserve, bestaande uit 13 licl tingen van gemiddeld 220,000 elk, ziji de dus 2,S60,000 man. Aannemende da daarvan 25 pet. afvalt, houdt men no 2,160.000 man. of, om een rond cijfe te noemen, 2,000000 man. Dan het territoriale leger met zijn r< serve, 12 lichtingen, elk van 200,00 man, dus gezamenlijk 2,400.000 man ook hierbij 25 pet. verlies in rekenin brengende, houdt men 1,800,000 mar Totaal dus 3,800.000 man. De Dui sellers beweren dat de legersterkt 4,500,000 man is, doch de heer Roch wil niet het hoogste cijfer nemen e stelt daarom de legersterkte op 3,00000 man. Als deze m aam en, evenals tijdens de oorlog van 1S70'71, elk 8 fr. 80 pc hoofd en per dag kosten, zou het lege pea- dag kosten 26,400.000 francs, las het 25 millioen, laat het zelfs 20 mill oen francs per dag zijn. „Wanneer men in 1870 per dag 1 millioen noodig had. voor een leger va 600.000 man, is heb dan niet duidelijk, vraagt de schrijver, „dat men minsten tweemaal zooveel uitgaven heeft voc een leger dat meer dan driemaal zo sterk is?" Dus 600 millioen pea- maand - heb leger eenmaal in. werking is. Maar daarbij komen de kosten voc de mobilisaties, voor de concentratie en enz. alle uitgaven voor het in ord brengen der versterkte plaatsen, aai schaffen van een groote hoerveelhei levensmiddelen, paarden, rijtuigen. D; alles op een franc en een centime na u te rekenen, is onmogelijk, ofschoon c uitgaven van sommige onderdeel en vas gesteld zijnaar in elk geval zullen c uitgaven der eerste maand niet ver bli ven van de twee milliards, ongereken nog de verliezen, welke het land ze lijdt. In 187071 hebben de spaarbankei haar geld teruggevraagdhebben d gemeenten haar beleggingen ingetrol ken. Dat alles zal waarschijnlijk wee gebeuren tijdens een nieuwen oorlog. I In 1870 was men slechts 600 millioej aan het publiek schuldigthans heloot het bedrag vier en een half milliard Men kan toch niet tot de families dc soldaten, die onder de wapenen zijl Wacht I Er moet toch gegeten worden En er zal geen werk meer zijn, dus gee: loon. Raam het bedrag der geldsommei welke de staat tijdens de eerste twee drie maanden van den oorlog moet b schikbaar stellen, op 5 of 6 milliard. Waar moeten die vandaan komen? Van de Banque de France? D heeft ze niet. Zij zal tevens het hooi te bieden hebben aan de moeielijkhedc en verwik kelingen van een toestand, d in die historie zonder voorbeeld i Niettemin zal zij den staat krachtige steun verleenen maar lang niet 5 6 milliard. Uit de belastingen Die werden 1870 reeds met moeite geïnd; hoe kunnen uitstorten. Ik wenschte dat ik toentertijd in Nice met dit leven gebro ken had. Dat was in elk opzicht beter geweest. Maar zoo gaat het niet langer er moet een eind aan komen. Men mag zich maai' niet zoo door het noodlot la ten meeslepen." Toen ging hij voor Konrad staan. „Ik praat zoo onbestemd, dat gij er wel niets van begrijpen zult. De quaes- tie is, mijn jongen, dat ik groote ver liezen met speculeeren beb geleden. Ik was eenmaal zeer rijk, dat is nog niet eens zoo heel lang geleden, maar het is merkwaardig, hoe het ongeluk mij de laatste weken vervolgt. De menschen overschatten mij en om de zaak geen noodlottig einde te laten nemen, moet ik nu „basta," zeggen." Van dit alles had Konrad in 't minst geen vermoeden gehad ook in zijn oogen was Brandes altijd de ongehoord rijke man geweest. Een benauwd, ang stig gevoel belette hem iets te zeggen en teekende zich zoo duidelijk op zijn gelaat, dat Brandes zijn lachen bijna niet houden kon. „Misschien heb ik je den toestand te donker afgeschilderd, beste jongen. De quaestio is alleen maar, dat men te rech- twrtijd met dit leven breekt. Wanneer ik mijn renstal verkoop ben ik tam wel gesteld man, want Coriolan brengt al leen wel tachtigduizend Mark op. Mijn huis en mijn villa te Hoppegarten zul len met mijn contanten en wat ik ge deponeerd heb nog een aardig kapitaal tje opleveren een kapitaal, dat men noemen kan." Konrad herademde en nam, aan een plotselinge opwelling gehoor gevend, wat hij slechts zelden deed, Brandes' hand in tie zijne en zeide op smeekenden toon „Ja, dat moet gij doen. Ook ter wille van Kathchen." „Je hebt gelijk, ter wille van Kath chen. En ga nu slapen, mijn jongen, het is hoog tijd. Morgen zullen wij met mijn I advocaat en met den lieer Lenz van de I Duitsche bank te rade gaan. Ga naar bod. beste jongen." Het was intusschen zes uur geworden. Het geklingel der trambeis klonk Kon rad in de ooren, de zon stond reeds bo ven de huizen, en langzamerhand begon iedereen en alles in de hoofdstad te ont waken. Toen Konrad de trap opging ontmoette hij Kathchen's kamenier. „De juffrouw is toch nog niet wak ker?" „O ja, zij is reeds op." Nu werd er een deur op de gang ge opend en een meisjeskopje met krullend haar en blozende wangen keek door de opening. j „Goeden morgen, mijnheer Konrad! JA1 op?" „Ja, juffrouw Kathchen." „Ga je met mij mee. Konrad Het is zoo'n verrukkelijke morgen om te rijden. Dan gaan wij naar het „Grünewald," j ja, doet gij het Hij kon dit verzoek moeielijk afslaan, dus knikte hij toestemmend met het i hoofd. „Binnen een half uur zal ik klaar j rijn." „Mooi." Zoo gebeurde het dat Konrad niet ging slapen, maar toen bij naast Kath chen door de diergaarde reed voelde hij geen vermoeienis meer en was zeer vroo- lijk gestemd. De prins von Reichenberg zou spoe dig uit hun kring verdwijnen nu Bran des met dit onrustige, zenuwachtige le ven ging breken, dat Konrad altijd on aangenaam gevonden had. Brandes, Kathchen en hij zelf zouden zich wellicht naar een rustig plekje te rugtrekken, waar rij van al het gewoel der wereld niets bemerkten en dan... Hij sloeg Kathchen gade, die een paar pas voor hem uitreed en met haar kar wats de druppels van de takken sloeg. Zij zou den prins vergeten, en als rij niet meer in deze weelde en overvloed leefden zou rij hem, Konrad, beter lee- ren kennen en dan zou hij haar mis schien nog eenmaal de zijne mogen noemen. Hoe bekoorlijk zag rij er toch uit! Zij droeg niet meer den hoogen, zwar ten hoed, maar een platten strooien, zoo als de Engelsche mode voorsclireef en welke haar allerliefst stond. Het zwarte rijkleed omsloot do bevallige gestalte kon er wel een dame losser en gra- cieuser te paard ritten? Zij zelf wist dit ook heel goed. De beste ruiters van het leger en de Engelsche „professionals" in Hoppegarten hadden hot haar duizend maal verzekerd. Nu liet rij de volbloed merrie draven, terwijl de stramme „Hunter" van Kon rad met moeite het mooie dier bijhield. „Hoe heerlijk, hè Konrad Laten wij vandaag eens genieten en vroolijk rijn, al is 't ook maai' voor een enkelen keer. Het is thuis zoo gedrukt, papa is mis noegd en jij ook Konrad. Waarom dan. Nu in galop, voorwaarts!" In een der restauratie's in het „Grü newald" stapten rij af en ontbeten. Toen rij een weiland voorbijreden sprong Kathchen af en plukte bloemen, die rij tot een ruiker schikte er hier en daar een paar takjes groen tusschen voegend. Zij bond den bouquet aan haar zadel knop en vermaakte rich met de nieuws gierige blikken, die de voorbijgangers op dezen zonderlingen tooi wierpen. Zij was opgewonden vroolijk en be dacht allerlei dwaasheden. Zij kon aller lei dieren nabootsen en nu eens kraaide rij als een baan, dan weer blafte zij als de kleine fox terriers, die om haar paard sprongen, maar dezen hadden het reeds meermalen gehoord en bekommerden er rich dus weinig om. Op een der wegen, die van Paulsborn naar Halensee voeren, stelde rij voor om j 't hardst te rijdenKourad viel bij deze wedren bijna van 't paard, terwijl Kath- j chen twintig lengten voor de „hunter" het einddoel bereikte. „Zoo zal Coriolan de Derby winnen", lachte Kathchen, „O, dat zou verrukke lijk rijnWat zou papa dan blij rijn. Maar wat krijg ik nu Ik heb den wed ren gewonnen!" Konrad's gericht was donkerrood ge kleurd van den snellen rit. Hij had: een gevoel, alsof hij een ander mensch ge worden was. „Een kus!" antwoordde hij zelf niet begrijpend, waar hij den moed op dat oogenblik vandaan haalde. Hij reed nu vlak naast haar en greep haar hand En rij weerstreefde hem niet. „Omdat ik u even liefheb, KonraJ als een broeder." Zij boog zich naar hem toe en hl kuste haar. Toen drukte zij zijn hand en zag hei met een zonderlingen blik aan, hj kwam Konrad voor dat er een traan ij haar oogen blonk. „Gij weet niet Konrad, hos lief a ons zijt, ik bedoel papa en mij. Wj spreken zóó dikwijls van je." Zij clruki hem nog eens hartelijk de hand. „W zullen voortaan je en jou zeseen h Konrad?" Ja Zij boog zich nogmaals naai- hem tij en kuste hem zeggende „Nu rijn wij broer en zuster." De kleine merrie trok ongeduldig at den teugel, beet naar den grooten k( van den „hunter" en sprong voorwaart Een paar honderd schreden verd bereikten zij den Potsdammer straatwi draafden zij naast elkander vooi (Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1899 | | pagina 2