'wss wmmrm\
dabbelkoor waarin op waarlyke mees
terlijke wyze de afzonderlyk motie-
ven van hot lied worden bewerkt,
terwül bovendien het orkest de statige
melodie van den bovengenoemden
smeékzang doet weerklinken. Een
muzikale apotheose die niet enkel
schitterend getuigt voor het combina
torisch talent van den toonzetter, maar
tevens een waardig slot vormt aan
het belangwekkende St. Joseph-Ora-
toriam
Mogen a.s. Vrijdag zich velen op
gewekt voelen om zich onder de be
koring te stellen van v. Schalks edele
en verkwikkende kunst.
PHILIP LOOTS.
Id de tapperij van Vos in de Noor
der-Schoolsteeg werd Maandagavond
eeu commies van 's Rijks belastingen
door de gebroeders Deutekom met
stoelen mishandeld. Een hunner sloeg
bovendien in die inrichting een ruit~in.
Zij hadden in verschillende tapperijen
reeds wanordelijkheden veroorzaakt.
Een negenjarig jongetje dat heden
morgen op het Stationsplein met een
wagentje reed werd van achteren door
een met steenkolen beladen wagen
aangereden, waarvan de bestuurder
door de gladheid van de straat niet;
tjjdig kon stilhouden het kind kwam
tas8chen de beide wageDS in do knel,1
doch bekwam slechts onbeduidende
kneuzingen.
8lllfg£9ILIIff9
Parlementaire Praatjes.
Een vrij laoge rede van den senator
Laan opende het debat over „Finan
ciën."
Zijn standpunt was, dat, werd de
tering uaar de nering gezet, de toe
stand van 's lands geldmiddelen niet
zorgeischend was. Natnurlyk konden
die geldmiddelen versterking veien,
maar dan zonder nieuwe, liefst door
verbetering der bestaande belastingen
de spr. wees bijv. op de wonsclielyk-
heid van zuiverder aanslag van vaste
goederen, op verlaging van het mini
mum in de vermogensbelasting tot 6
of 8 mille, op minder geweuschte
vrijgevigheid in het berekeuen van
bedrijfskosten voor de bedrijfsbelas
ting, op de z. i. ongemotiveerde
vrijstelling van den landbouw, terwijl
hij na eenige andere wenken
tegen opheffing der rykstollen waar
schuwde, zoolang niet de particuliere
tevens werden opgeheven.
Over kadaster-verandering en ver
betering spraken de heeren Welt en
van Lyudeu de eerste wilde aan het
kadaster rechtskracht zien toegokeud,
de tweede begeerde dat niet. Terwijl
de heer van Welderen Rengers meer
waarheid in' onze handelsstatistiek
verlaogde, schetste de heer van Nis-
pen tot Pannerden zynerzyds den
financieelen toestand als ongunstig,
wfil z. i. de draagkracht der staats
burgers achteruitgaande was.
Minister Pierson meende, dat zyn
bolastingwetten, ofschoon niet zonder
fouten, in het algemeen rechtvaardig
heid eu billijkheid nastreefden. Een
herziening van de belastbare opbrengst
van vaste goederen zou aac onbillijk
heden te gernoet kunnen komen. By
verlaging van het minimum der ver
mogensbelasting tot beneden f 10.000
zouden wellicht de kosten rooter zijn
dan do opbrengst. De vrijstelling van
den landbouw verdedigde de Min.
voor de tollen was een ontwerp in
bewerking. Tegen de rechtsgeldigheid
van het kadaster bleef de Min. gekant.
Dit hoofdstuk eu dat der onvoor
ziene uitgaven werden goedgekeurd,
waarna eveneens de vestingbogrooting,
waarbij de heer van Alphen op spoed
aandrong by de afwerking der stelling
van Amsterdam. Minister Eland hoopte
daartoe door een volgende begrooting
in staat te worden gesteld. Inmiddels
gaf hy toelichting omtrent de pro
viandering en bet bezorgen van drink
water voor de stelling, waaruit bleek,
dat waarsc'nyqlyk de vroeger voor
gestelde kostbare maatregelen onnoo-
dig zouden blijken.
Aan de orde is: Oorlog.
G. Jr.
Uit de „Staatscourant1"
Kon. besluiten.
De kapitein A. W. Noorduyn, van
het 1ste regt. infanterie, voorden tyd
van twee jaar gedetacheerd by de
landmacht m West-Indië.
Met ingang van 1 April 1899, den
moet vergeten, (hit zij mij lief heeft."
Maar terwijl hij voortliep blonk hem
eon stem in de ooren
..Reuben bevindt zich op de kade.
Rij kan het jacht tegen zonsondergang
op v-toom gebracht hebben. Gij zult
wel een troepje dronken soldaten kun
nen vinden, die haar van Fort Alexan
der zullen halen. Er zal geruimon tijd
verloopen voordat de vlucht bemerkt
wordt.
En liet meisje, dat gij lief hebt, zal
uw vrouw kunnen worden."
Hij verwensekte die verlokkende
stem, maar toch gaf hij er gehoor aan.
Hij riep Reuben en deze antwoordde
hem terstond.
HOOFDSTUK XI.
Marian kon in haar cel het gelui der
scheepsklokken hoorenzij had, de ge
woonte aangenomen de slagen te tellen
en te luisteren of de havenklok hun
sein beantwoordde. Zij had gedurende
do sombere lange dagen en nachten
niet veel anders te doenbehalve het
klokgelui vernam zij zoo nu en dan het
geroep van een zeeman, die zijn anker
uitwierp of eenige woorden met den
schildwacht, die voor het fort op en
neeriicp, wisselde. Tot nu toe had men.
opzichter der telegraphie van de le
kl. W. J. van Gulik, op zyn verzoek,
eervol ontslag verleend uit 's Ryks
dienst
Audiëntie.
De gewone audientiën van de mi
nisters van waterstaat, handel en
nijverheid en vau koloniën zullen deze
week niet plaats hebben.
Tentoonstelling te Parijs.
De bijzondere commissie voor groep
VII (Landbouw) voor de Parysche
Tentoonstelling in 1900 heeft thans
uitgegeven de voorwaarden waarop
door inzenders aan de tentoonstelling
kan worden deelgenomen, en een in-
schryvingsbiljet.
Met bet oog op de beschikbare
ruimte is het gewenscht de opgave
tot deelneming zoo spoedig mogelyk
in te zenden. Het tijdstip, waarna
geen opgaven meer worden aangeno
men, is bepaald op 1 Augustus 1899.
De byzondere commissie voor groep
VII (Landbouw) is ais volgt saam-
gesteld mr. C. J. Sickesz, 's-Graven-
hatre, voorzitter; D. F. A. Bauduin,
's-GravenhageJ. Breebaart Kzn.,
Winkel; D.~ van Konijnenburg, Leeu
warden H. J. LoviDk, Utrecht; L.
Magnée, Hoornmr. J. G. Ridder
vau Rappard, Laren, secretarisF.
B. Löhnis, 's-Graveuhage, eu prof.
dr. J. Ritzema Bos, Amsterdam.
De zevende groep (Landbouw) om
vat materieel eu methoden van land-
bouw-exploitatiönmaterieel eu wijzen
vau werken by den landbouwmate
rieel eu methoden van landbouwnij
verheid landhuishoudkundeland
bouwkundige statistiekeetbare land
bouwproducten vau plantaardigen oor
sprong; eetbare landbouwproducten
van dierlijken oorsprongniet-eetbare
landbouwproductennuttige insecten
en hunne producten en schadelijke
insecten en parasitische planten.
Nederland zal op zes verschillende
p laai sen kounen exposeeren. Voor den
Nederlandsellen tumboaw is een gun
stig geh-gen plaats by den ingang
aangewezen aan de Seiue. De tuin
bouw zal in een monumentaal ge
bouw gevestigd worden en kan over
400 vierkante meter beschikken. De
commissie voor do afdeeling landbouw
vergaderde verleden week tot het
onderzoeken van een programma voor
paarden en veeteelt, waarop haar
advies was gevraagd door de generale
directie der tentoonstelling.
Aan de militaire autoriteiten te
'sGravenbage is door de politie over
geleverd een veldartillerist, die Zondag
uit pure baldadigheid aan de Konin
ginnegracht zyn sabel had getrokken
eu daarmede wa3 gaan zwaaien voor
een aanrydend rytuig, waarin gezeten
was de minister van waterstaat, de
heer Lely, met familie. De koetsier
had zyu~ paarden moeten inhouden,
om ongelukken te voorkomen.
Mishandeling op school.
Omtrent eene mishandeling, waar
van een schoolknaap van school no. 5
der Ver. voor I. o. op geref. grond
slag te Amsterdam (hoofd de heer
P. Oranje) het slachtoffer zon geweest
zyn, deelt het „N. v. N." het vol
gende mee:
Johan Hesseler is een dertienjarige
knaap, die bet zyn onderwijzer, den
heer P. Mieheise, op alle mogelyke
manieren lastig maakte. Voor straf
moest by Donderdagmiddag vóór de
klasse staan met de handen achter
het hoofd gevouwen.
Toen, volgens den onderwyzer, de
knaap -lat niet verkoos te doen, kreeg
hy een tik om de ooren en toen by
hierna begon te schelden, werden
hem twee kiappeu toegediend, één op
de rechter en één op de linkerwang.
Kort hierna merkte de onderwijzer
dat het oor een weinig bloedde en hy
waschte dit af. Dc jongen ging hier
bij voorn-er met zyn hoofd op de
bank liggen en bleef zoo langen tyd
in die houding. Later bleek, dat hy
in bowusteloozen toestand verkeerde.
De moeder werd ontboden. Politie
kwam er bij en het slot van de ge-1
schiedeuis was, dat do jongen altoos
nog in bewustoloozen toestand met
eeu gasthniskarretje naar het gast
huis gebracht werd. Hier knapte by
weer op, nadat hem een pleister op
het gewonde oor was gelegd.
De onderwyzer deelde ons mede,
dat hy zich niet begrijpen kon, hoe
zyn twee klappen een wonde hadden
veroorzaakt en waagde de onderstelling
haar geen andere bezigheid toegestaan.
Men liet haar geen arbeid verrichten
en sloot haar buiten van 't zonlicht om
do beteekenis van haar gevangenschap
goed tot haai* te laten doordringen. Dik
wijls dacht zij, dat zij haar verstand
zou verliccen nu t die voortdurende stilte
en duisternis om haar heen; dan weer
bekroop haar do lust met haar vuisten
op do deur to stompen, of om zich heb
hoofd tegen den muur te pletter te
stooten, om een cindo aan haar ellende
to maken.
Maar na Paul's bezoek was zij gela
ten er geworden. De liefde van den man,
die voci inniger en dieper in zijn hart
was dan zij dacht, steunde haai"; nog
lang nadat hij haar cel verlaten liad
klonken haar zijn bemoedigende woor
den in de ooren, en groote tranen rol
den bij het herlezen van Dicky's brief,
dien zij had gehouden, op liet kinder
lijke schrift. Zij vroeg zich zelf af hoe
zij zoo laf en wanhopig had kunnen
worden, zij, die tot nu toe getoond had
pen moed te bezitten, die schier aan 't
ongeloofelijke grenadegedurende de
maanden, waarin rij de geheimen van
Kroonstad één voor één bemachtigd
had, waa geen. gevoel van lafheid haar
wil komen verlammen. Zij had de maat
der forten genomen, de kanonnen ge-
dat de knaap best zichzelf kon ver
wond hebben, daar hy zich had laten
ontvallen „den meester wel te zullen
krygen".
Wy zochten hierna den jongen op,
die een eeuigszins andere lezing van
het geval gaf. Hij erkende op school
ondeugend te zyn geweest, doch hy
had dien dag van 's morgens 9 nur
tot 's middags half één voor de klas
moeten staan met de handen achter
het hoofd gevouwen. En ook des mid
dags had de onderwijzer hem weer
in dezelfde bonding willen laten staan
en toen had hy dit geweigerd. De
onderwijzer had hem daarop geen
twee klappen gegeven, doch vier
harde slagen, die hem vreeseljjke pijnen
veroorzaakten.
Toen de jongen hierna onwillig
werd eu zich eenige voor den onder
wijzer min vleiende woorden had laten
ontvallen, werd hij over den grond
gesleurd en met een fermen schop
tegen het been in de bank geduwd.
De jongen was toen bewusteloos
gewordeD. Wy hebben ons overtuigd,
dat de knaap nu zeer moeilijk liep
en om het been op raad van den dok
ter een waterverband was gelegd en
ook het oor gedeeltelijk was ontveld.
De moeder van Johan Hesseler ver
telde ons nog, dat dezelfde onderwij
zer, hem eeuigen tyd geleden zóó
danig op den rug had gestompt, dat
bloedende wondjes waren ontsta w,
waarvan de onderwyzer zich zelf
beeft kunnen overtuigen eu waarover
hy zyn spijt uitgesproken had.
De kuaap is nu van de school af.
U leest toch ge-1
i-egeïd het FciïI!»
ïletosa van „Maar-1
fleni's I>agblad"?|
Werkstaking.
Op de sigarenfabriek Lankat te
Deventer is een werkstaking uitge
broken wegens verschil over de uit-
keering van loon.
GEMEND mmuws.
Een dorp verbrand.
Het dorpje Nagybabroch in Hon
garije, bestaande uit een duizendtal
hutten is geheel in vlammen opgegaan.
Het vuur, door het springen van een
petroleamlamp ontstaan, verspreidde
zich angstwekkend snel en in korten
tyd vlamde het geheele dorp. In de
paDiek der in hun slaap opgeschrikte
dorpsbewoners werden velen gedood
en gewond. Hun getal, vermeerderd
met dat der slachtoffers van den
brand, beloopt 17 dooden en nog veel
meer gekwetsten.
Een jongen, die van het Aosadal
(Zwitserland) uit de bergen beklom
om bout te zoeken, is in een twee
honderd meter diepen afgrond geval
len. Twee zjjner broers, die hem
gingen zoeken, kwamen eveneens in
dezen afgrond om het leven.
Op de Filippijnen.
Generaal Otis telegrafeerde Maan
dag uit Manilla, dat de toestand
uiterst bevredigend is. Het is niet
noodig zich ongerust te maken. De
stad en omstreken zyn volmaakt rus
tig. Wy namen eenige dorpen in. De
zeemacht viel den vyand met verras-
sond gevolg in de flank aan.
Een ander telegram zegt, dat uit
alles blykt. dat het voordeel aan don
kant van de Amerikaacsche wapenen
is.
Afschuiving.
Opnieuw heeft er een afschuiving
plaats gehad op den Sasso Rosso by
het dorp Airoio. Er is een rotsmassa
van 300 M3 neergekomen, maar het
dorp is niet verder beschadigd.
Graaf Caprivi f.
Een telegram uit Crossen moldt,
dat de oud-Rykskanselier, graaf Ca-
privi, Maandag voormiddag t Skyren i
gestorven is.
Caprivi was reeds driekwart jaar
ernstig lydend. Op het iaatst was
zyne spraak verlamd en kon hy zich
teld en zich verheugd in haar succes.
Zij besloot rich nu die dagen voor
dien geest te halen en ze in haar ver
beelding te doorleven.
„Ik zal hem niet Laten merken, hoe
ik lijd," zeide zij tot zichzelf, „morgen,
als hij weer komt, zal ik hem een op
geruimd gericht toonen. En hij zal aan
Dicky schrijven een langen brief
over liet thuis dat ik hem bereid. Daar
na zal hij met de overheid spreken. Zij
zullen mij niet altijd hier laten., het
was zoo weinig, wat ik misdéed."
Haar vernieuwde moed was dien dag-
in al haar handelingen zichtbaar. Zij
toonde den sergeant, die haar liet mid
dageten bracht een vriendelijk gericht.
En zich aan allerlei kinderlijke voor
stellingen overgevend zag zij Paul, al
schrijvende aan den gouverneur en Dic
ky. ja zelfs bij den Czaar haar zaak be
pleitend. De uren vlogen nu om, want
elk gelui der scheepsklok vertelde haar
dat haar minnaar bezig was alles in 't
werk te stellen om baar te redden. Mor
gen zo urij hem terugzien. Misschien
bracht hij wel goed nieuws mee. In elk
gen zou rij hem terugzien. Misschien
rijn stem hooren.
Tegen zonsondergang bracht men liaar
)iet souper, bestaande uit warme thee
en roggebrood, dat rij anders bijna niet
niet meer bewegen, zoodat men ver
moedt dat hy eene hersenziekte had.
Zyn toestand was echter alleen bekend
aan enkele ingewyden, omdat Caprivi
volkomen afgezonderd leefde op zyn
klein landgoed, waar hy, met zeer
bescheiden geldelijke middelen, zich
zooveel hy nog vermocht met zyne
boeken bezig hield.
George Leo, graaf von Caprivi, was
den 24n Februari 1831 te Berlijn ge
boren. Hy| kreeg een militaire oplei
ding, trad den len April 1849 in het
Kaiser Franz-garderegiment, werd in
1850 tot tweede luitenant en in 1859
tot eerste-luitenant benoemd. Als ma
joor maakte by den veldtocht in Bo-
heme medeby was in 1870 overste
van den generalen staf in welke hoe
danigheid hy den Fransch-Dnitschen
oorlog medemaakte. In 1877 werd hy
tot generaal-majoor benoemd en ach
tereenvolgens met verschillende com
mando's bekleed.
Na het aftreden van admiraal Stosch
werd hy met het opperbevel over de
marine belast, waartoe hy in 1883 tot
vice-admiraal benoemd werd. Hjj
voerde een aantal hervormingen by
de marine in, en bleef aan haar hoofd
tot 1888.
Het aftreden van Bismarck gaf den
Keizer aanleiding Caprivi's talenten
als staatsman te beproeven.
Den 3den Maart 1890 werd hy be
noemd tot Rykskanselier en minister
president van Pruisen.
In zyn eerste verklaring voor den
Ryksdag zeide hy, den ouden koers
te willen behouden, maar aan enkele
tot nog achteraf gezette denkbeelden
grootere vrijheid te willen schenken.
De moeielyke taak, Bismarcks op
volger te zyn, heeft Caprivi glansrijk
ten einde gebracht. Hjj toonde zich
in den Rijksdag een goed en handig
spreker en iemand, die zyn plannen
krachtig en met vunr wist te verde
digen. Daarbuiten bleek hy een flink
bewindvoerder en een staatsman met
een scherpen blik en goede opmerkings
gave te zyn.
Vooral met de hernieuwing van het
Drievoudig Verbond en met het af
sluiten der handelsverdragen in 1891,
had by een groot parlementair en
staatkuudig succes behaald, wat den
keizer aanleiding gaf hem in den gra
venstand te verheffen.
Toen de Pruisische Landdag in 1892
de schoolwet van Zedlitz, die iri Ca
privi een ijverig verdediger voud, ver
worpen bad, trad hy af als minister
president van Pruisen en bleef hy
slechts de portefeuille van buitenland-
scho zaken behouden.
In 1890 had hy in den Rijksdag
een versterking van het leger met
18,0"0 man weten door te zetten; in
1892 werd een nieuwe voordracht tot
versterking van het leger door hem
ingebracht, doch door den Rijksdag
verworpen.
Den 6en Mei 1893 had de stemming
plaats die onmiddellijk gevolgd werd
door het voorlezen van het Keizerlijk
Besluit, waarop de Rijksdag ontbon»
den werd verklaard. De nieuwe Rijks
dag keurde de inmiddels wel wat
verminderde eischen der Regeering
goed.
In 1894 sloot Caprivi liet handels
verdrag met Rusland, waardoor by
zich den steeds stijgenden onwil
der conservatieven, voornamelijk der
agrarische jonkerpartij, op den hals;
haalde. Voortdurend werd zyn Maat
kunde heftig bestreden en stond hy
zelfs aan persoonlijke aanvallen van
hunne zyde bloot. Ig October 1894
kwam de oneenigheid ook in den
ministerraad tot uitbarsting, toen Ca
privi zich krachtig verzette tegen de
dwang- en uitzonderingsmaatregelen,
die graat' Eulenburg ter bestrijding
der sociaal-democratie wilde voorstel
len. De oneenigheid liep spoedig zoo
hoog, dat den 26n October de beide
ministers den keizer ban ontslag ver-
zochteu, dat werd aangenomen,
Caprivi trok zich sedert geheel in
het ambtelooze leven terug:. Hy woon
de de laatste jaren op zyn landgoed
te ükyren in het district Crossen in
Liet Reg. Bezirk Fraulcfurt, waar hjj
Maandag overleden is.
Spionnage.
De Petit Parisien kondigt een
nieuwe spionnage-zaak aan, die, vol
gens het biad, een zeer ernstig ka
rakter zal drageu. Rechter Boucard
zou het onderzoek leiden.
door haar keel kon krijgen. Maar van
avond gebruikte zij liet sobere maal m-:t
smaak en toen rij voldaan was liet zij
het hoofd op de armen zinken en be
vond zich in 't land dor droomen.
Zij zag de heerlijkste bosschen en
weilanden, tuinen badend in 't zonlicht1
en hoorde het liefelijk gekweel der vo
gels. En rij wandleldc hand in hand met
Paul, vernam, de stemmen van vrienden
die reeds lang geleden gestorven waren
en het gebabbel van Dicky. Het was
een liefelijke droom, voortkomend' uit
een hoopvol gemoed maar die droom
was niet van langen duur want eens
klaps werd rij opgeschrikt door het om
draaien van den sleutel in de buiten
deur, wat een knarsend geluid veroor
zaakte. Zij opende haai' oogen en. zag
den sergeant en eenige zwaar gebouwde
soldaten der artillerie voor zich staan
ear daarachter nog een paar anderen,
.die zij niet kende. Het eerste oogenblik
dacht zij dat rij kwamen om lraar naar
Petersburg te brengen of misschien naar
een dier versclirikkelijke gevangenissen,
waarvan men liever niet gewaagt Zij
begon te beven en leunde tegen den
muur als wilde rij daar bescherming
zoeken rij was weer de zwakke, hul-
peloozw vrouw, die terugdeinsde voor
de hand, die zich naar haar uitstrekte.
$p&e*$ en
Wereldkampioenschap op de
schaats.
De eerste wedstryden om het kam
pioenschap op schaatsen voor ama
teurs hebben Zaterdag toBerlyn plaats
gehad.
De wedstryden zyn georganiseerd
door de „Berliner Schlittschuh-club"
onder voorzitterschap van prins Frie-
drich Leopold van Pruisen en keizer
Wilhelm heeft er een prachtige spe
ciale groote gouden medaille voor uit
geloofd.
De stryd werd gehouden op do
baan van Friedenau.
Den eersten dag was de uitslag:
500 M. 1. Oestlund, wereldkam
pioen, 50 sec., 2. Greve 51 sec.
5000 M. 1. Oestlund 9 min. 543/5
sec.2. Greve 10 min. 543/5 sec.3.
Krjukow ll min. 40 sec. (Seyler ge
vallen).
1500 M. 1. Oestluud, 2 m. 45, 2.
Beyler, 2 m. 481/s 3. Greve (gevallen).
10,000 M. 1 Krinkow 20 m. 30 s.
(wereldrecord van Jaap Eden 17 m.
56 s.). 2 Greve 20 m. 364/s s. 3 Sei-
ler 21 m. 25 s. 4. Oest'und 21 m. 25!/s s.
Oestlauds nederlaag verwonderde
alle toeschouwers. Krinkow werd dooi
de jury gedistanceerd en Greve tot
winnaar en tevens tot tweeden prys-
winner van het wereldkampioenschap
geproclameerd.
Zooals men ziet, heeft Greve dus
nitstekend gereden en de Hollandsche
eer hoog gehouden. Het ys was zacht
en slecht.
IH'«f S5 €6 M $J
Schouwburg.
Een dolle boel.
Wat wy moeten schryven van een
dolle boel, is ons nog niet recht dni-
deiyk. Samenhang bestaat er niet.
't Is een revue up-to-date, in het genre
van „Doofpot", „Groote trom", „Lui
lekkerland" maar nog doller, nog
aardiger, veel mooier gemonteerd.
Waar de gekheid wordt van daan
gehaald, wy zouden het heusch niet
weten, maar dat wy ons geamuseerd
hebben en goed ook staat als een paal
boven water. Trouwens deze revue
is er zoo echt op berekend om de
toeschouwers aan bet lachen tebren-
cen. De wyze waarop men een
loopje neemt met verschillende beken
de eigenaardigheden uit het Amster-
damsclie volksleven is zoo ondeugend,
maa»- tevens zoo humoristisch, dat men
ten laatste zelfs om de meest denk
bare aardigheden gaat lachen. Op het
Leidsche plein, in circus Renz, by
van Laar en op het politiebureau
heeft de samenkomst plaats van de
verschillende caricaturen, men behoeft
dus niet te vragen wat men u te ge
nieten geeft. Natuurlijk zynm8vrouw
de la MarKley en mevrouw And ré—
Meen wissen met den heerWagemans
weer de hoofd personen van de revue.
Vermakelijk zyn zjj, met hun nu en
dan wel eens wat te ondengende cou
pletten, movronw Audré—Meeuwissen
met een afschuwelijk Amsterdamsch
dialect, als moeder van vier jonge
dames „de Fickys" rijdende in een
rytuig met oeuschelyke paarden over
het tooneel.
Het aantal figuranten dat op het
tooneel komt is niet te tellen. Zelfs
heeft, men muziek op h6t tooneel,
tegeiyk met die van'het orkest, de
Amsterdarasche schutterij, waarbij
men half Amsterdam ziet medeloopen.
Een woord van lof mag aan den
codumier Diet ontbonden worden. Het
waren werkelijk fraaie costumes.
Voornamelijk de familie Ficky heeft
ons schitterende costumes te zien ge
geven. In den loop van het stuk zijn
zy vier- of vijfmaal van toilet veran
derd.
Het was werkeiyk een eenige voor
stelling. De schouwburg was vol.
Alliance francaise.
Mademoiselle Marguerite Coppin
voor de leden der Alliance fraugaise
in het Brongehouweon dame in een
groene robe, met een paar veeren (of
was het een hoedje?) op het hoofd,
een lorgnet voor do oogen, gezeten
aan een klein salontafeltje, waarop
een gaslamp, in eeu autiek décor van
wit met blauw en geel, waartegen
eigenaardig afstaken de moderne, fel-
roode stoelen en de mahoniehouten
pianino. In het achterdoek een ge
schilderde klok, die op zeven minuten
voor achten wees en bleef wijzen.
't Publiek bestond uit veel dames
„Wat is er?" risp rij angstig uit, haar
cogcn met de liand tegen het licht der
lantaarns beschuttend.
„Wat komt gij hier doen? Wat vcr-
langt gij van mij;?"
„Wij moeten u op bevel van den gou
verneur naar Fort Ivatherine overbren
gen, mademoiselle."
Marian sloeg haar handjes in elkaar
rij durfde nauwelijks haar eigen ooren
gelooven. Paul had! dus gesproken, de
duisternis zou opgeheven worden en zij
zou het zonlicht weer mogen aanschou
wer».
„Komt gij mij nu halen vroeg zij
tevergeefs trachtend do blijdschap, die
zich van haar had meester gemaakt, te
verbergen.
„Nu," zeide de sergeant norsch, „dat
wil zeggen als mademoiselle haar sou
per gebruikt heeft."
Zij lachte vroolijk, als was deze ver
onderstelling al te dwaas.
„Ozeide rij. „Alsof ik zoolang zou
kunnen wachten!"
Zij was intusschen bezig haai' met
.bont gevoerde cape om te slaan en
'dicht te knoopen en toen. zij haar bon
ten mutsje op het krullende haar had
gezet verzekerde rij den sergeant, dat
zij gereed was. De soldaten sloegen haar
met bewonderende blikken gade.
én minder heeren, zooals gewoonlijk
in de Alliance frangaise. Mademoiselle
Coppin vertelde ons van Polen, een
land dat geen land ie, omdat het in
drie stukken is gssneden; waar men
in de middeleeuwen is gebleven en
niet meegegaan mot den vooruitgang,
waar niets ligt tusschen deadellyken
en den „tiers état" on waar dan ook
aan de hoogston nog groote eer toe
dragen en eerbied wordt bewezen.
De groote heeren zyn er idealen
van mannelijke schoonheid en kracht,
als helden van Dumas pèrede vrou
wen zyn er een soort van aetherische
wezens, slaDk en bleek en blank als
de sneeow van haar vaderland die
verrukkelijk daüsen in hnnne com
fortable hcizen waar een gelijkmatige
warmte heerscht en een gear hangt
van bloemen.
En terwyl de conférencière met
haar smalle, in het gloeilicht haast
diaphane schijnende handen kleine
gestes maakte, vortelde ze van den
moed van diezelfde mooie cavaliers
op de wolven- of berenjacht; hoe
het gezelschap in sleden wolven gmg
jagen, eiken slee bevattende twee
nuttige personen, met geweren ge
wapend eu eene onnutte persoon.
„Dans mon traineau j'étais la per-
sonne inutile", zei ze met treffende
bescheidenheid, die de toehoorders
aan 't lachen bracht.
Die sledevaarten waren een van de
grootste pooische genoegens. Vliegend
over de onmetelijke vlakte, in den
onveranderlyken galop van vier paar
den voelt men de kou niet omdat het
zoo stil is en de zon helder schijnt
uit een altyd blauwen hemel. Maar
eens op oen sledevaart, stuit men*op
een drama; een heel dorp mannen,
vrouwen, kinderen op de sneeuw uit
gestrekt den dood afwachtende, terwijl
de sterkste banner de klok laidde.
Alles was opgegeten, er was niets
meer en ze hadden besloten te
sterven. Of de Keizer dat wist? Och
hy was te ver. „Notre père blanc est
trop loin, il ne pent nons aider."
En daarna vertelde Mile. Coppin
van de zoutmijnen van haar bezoek
aan Paderewski, van de dansfiguren
en de costumes, van de vuilheid van
't volk on zijn ellendige woningen.
Na eene korte pauze droeg zy
eeDigo van hare verzen voor en het
was omstreeks tien uur toen we uaar
huis gingen hoewel de tooneelklok
met beleefde hardnekkigheid op zeven
minuten voor achten wees.
De toehoorders die op de achterste
rijen zaten, hebben van de voordracht
wel een en ander gemist.
;De Boter wet.
Maandagavond word in cafe Mon
tague eene' vergadering gehouden van
handelaars en winkeliers in boter eD
margarine, ter bespreking van het on
derwerp Indiening van een adres aan
de Tweede Kamer inhoudende bezwa
ren tegen de ingediende Boterwet.
De vergadering die gepresideerd
werd door den heer G. van der Most
van Spijk, was goed bezocht. Na
eenige besprekingen werd bet vol
gende adres vastgesteld:
AAN DE TWEEDE KAMER
DER STATEN-GENERAAL.
Geven met versclmldigden eerbied te
kennen
de onderget&ekenden, allen, liandelaaxs
en winkeliers in boter en margarine te
Haarlem,
dat zij met. belangstelling hebben
kennis genohnen van, d!en inhoud van
het Wetsontwerp houdende bepalingen
tob voorkoming van bedrog in den lx>-
terhamdel, ter vervanging van die, vast
gesteld bij de wet van 23 Juni 1889
(Staatsblad no. 82), en ten zeerste waar-
deeren het streven d<er Regeering om
door eene nieuwe wet met verscherp
te bepalingen de groote knoeierijen in
den boterhandel te beteugelen,
dat rij echter tevens van oordeel rijn,
dat de deskundige vakmannen, die blij
kens de het wetsontwerp vergezellende
Memorie van Toelichting, den Minister
bij, de samenstelling daarvan hebben
ter zijde gestaan, blijkbaar al te eenzij
dig het oog hebben gericht op de bestrr-
ding der misbruiken, zonder voldoende
rekening te houden met de belangen
van den eerlijken handel in margarine,
en a'at daardoor eenerrijds het doel van
het wetsontwerp is voorbijgestreefd, en
anderzijds de bedoeling van don Minis
ter alles te vermijden wat zoude kun
nen strekken om de eerlijke margarine-
industrie en den handel in margarine
te bemoeilijken of te benadcelen, niet
is verwezenlijkt,
„Ik ben klaar, lieelemaal ldaarj" riep
zij uit hem lachend aanziend „Zijt ge
er wel zeker van. dat gij mij naai' Fort
Katherine moet brengen
„Sei tchas! Zijn we dan kinderc-n,
mademoiselle.
Hier lees zelf het is een bevel door
den generaal zelf geschreven."
„Ik kan van avond niet lezen," zedde
zij1 rijfn lantaarn wegduwend, „mijn
oogen zijn door het licht verblind. Ik
kan hier niet ademen.
Het is erg vriendelijk van u om mij
te komen halen."
„Er is van vriendelijkheid geen spra
ke. Ik ben een dienaar van den Czaar
en heb slechts te gehoorzamen," zeide
de sergeant.
Hij ging haar voor de cel uit en het
jonge meisje liep babbelend als een kind
achter hem aan.
Geen macht tea' wereld zou in staat
geweest zijn haar te dben zwijgen. Zoo
dra zij de cel verlaten had en de treden,
die naar de kade leidden besteeg, viel
haar een zware last van de schouders.
(Wordt vervolgd.),
-r