Oemar's dood. Aan een brief, den 16en Februari uit Meulaboh aan de „Java-Bode" geschreven, ontleenen wy nog het volgende over Oemar's dood Nadat luitenaut Verbrugh terugge keerd was, rokte de adjudant van den gouverneur, de le luit. Sprayt, met de beschikbare manschappen langs het strand naar Oedjong Kala en Boeboen. ten einde den vyand verder te vervolgen. Wel zag hy op het gevechtsterrein enkele personen, die zich by de lyken ophielden, maar zy verdwenen snel in de rimboe. En onder de lyken, die nog op het strand lagen, herkende by geen enkel belangrijk persoon. Volgens verschillende, doch over eenstemmende berichten, was Said Panoed er juist in geslaagd met een tweetal getrouwen het lyk van Oemar in de rimboe te sleepen, doch de wa pens lagen nog ouder struikgewas, en zoo vond Pangoeloe Si-Dè, die met volgelingen van pasar Meulaboh de gesneuvelden ging begraven, behalve achttien lyken, het met bloed bevlekte zwaard en den rentjong van Oemar. Deze welbekende sabel met gouden gevest en rood leieren scheede werd algemeen herkend, doch geen enkel bericht nopens het verwond raken of sneuvelea van Oemar werd ontvangen, terwyl de beschikbare macht niet toeliet om andermaal patrouilles uit te zenden. Des avonds keerde de patrouille Spruyt terug en den volgenden dag begaven zich d8 waarnemend contro leur met den luitenant Sprayt naar Seneboeh, ten einde te onderzoeken welke lyken door deze kampong ver voerd waren. De bevolking gaf niet do minste iulichtingen, doch hare angstige houding trok de aandacht. Later bleek dat het lyk van Oemar daags na het gevecht op een plank naar Seneboeh was vervoerd, en van daar ia den nacht van den 11den op den 12den Februari naar Darat Kam- par en overgezet naar Raniau-Pand- jang. Do bevolking was met de zwaarste straffen bedreigd voor het geval be kend werd dat zy eenige inlichtingen aan de Companie had gegeven en darfde daarom niet te spreken. Gedurende de volgende dagen gaven enkele personen in het geheim inlich tingen aan het bestuur en verklaar den Pangoeloe Si-Dè, Dato Hasan Oedjong Kala en Gentji (Ketjik) Nja Akoeb van Ijer Ttngha, dat zy er voor instondeu, dat Toekoe Oemar gesneuveld was, terwyl de persoon, in wiens huis te Seneboeh liet lyk gedurende eenige uren op den middag van den llden Februari verbleef en de voerman die het lijk in zyn dja- loer naar Rantan-Paodjaug overzette, verklaarden het lyk herkend te hebben, en een volledige beschrijving gaven van gelaat en kleeding. Het lichaam dan werd vervoerd op een plank, het hoofddeksel (kopiah) ontbrak (dezo was trouwens aan den generaal uitgeleverd), het hoofdhaar had een lengte van ongeveer 4 cM., de oogen waren gesloten, liet gezicht lang zonder baard, met slechts enkele knevelharen ie de mondhoeken. Een zwart laken uniformjas met breeden gouden kraag, op den rug panden, die door drie knoopeu gesloten waren, een witte borstrok, wond in den hart kuil, een pantalon van Europeesch maaksel, zonder gouddraad, geen sleng- daug, twee ringen aan den vierden vinger van de linkerhand eu een ring aan den pink van die hand, geen kousen of schoenen. De jas werd by het oponthoud in Seneboeh uitgetrok ken, en kon aldus ook aan de ach terzijde bekekeu worden. Van Rautau-Pandjang werd het lyk over Jand vervoerd naar Soengei VII, van daar per djaloer naar boven, teneinde het bivak Marit te vermijden, en verder naar Poe Oe, waar Oemar's moeder begraven ligt. Op Marit was bericht ontvangen door den tolk aldaar dat in don nacht van 12 op 13 Februari een gesneuveld panglima langs de Merbau-rivier zou vervoerd worden naar Groembeiof schoon de bezetting den geheelen nacht in alarmstelling doorbracht, viel hier niets voor. Berichtgevers uit Lahang meldden dat op den rechter rivieroever der Merbau gewapende volgelingen van Oemar haasli=r naar de bovenstreken trokken om Tjoet Nja Din met het voorgevalleue in kennis te stellen. Zy" gelastte dat het lyk niet te Poe- Oe mocht begraven worden, uit vrees dat de Keumpenie het henaam in angst zag hij het oogenblik naderen, dat. du brandweer zou komen aanrukken. Maar tot zijn groote verbazing zag liij ho - de afloop verminderde en de m en action zich. verspreidden. Hij herademde en zag naar beneden - maar wat was dat? Wie stond daar bon-?den over de brug geleund en groet te hem vriendelijk lachend, met zijn edgon, zwarten, vilten hoed? Xiemand anders dan Karei de Groo te. En ditmaal was het geenszins begoo cheling. Dezo had de heele geschiedenis mot het gillende jonge mensch bijge woond en eer zich kostelijk mee vermaakt. Herr Peter's handen jeukten en als luj gekend had zou hij hem den steen en pruik en kroon beide naar het hoofd ge gooid hebben, zoo vertoornd was hij. Iemand, die tot zulk een beleediging in staat was, dacht hij toen hij zag hoe Karei de Groote zich langzaam verwij derde, zou er zeker niets in vindén hem daar boven te laten zitten totdat hij van honger en ergernis gestorven zou zijn. Dit laatste was nog eerder te ver wachten. Van toorn vervuld» hongerig en dor stig bracht hij het overige van dien ver- schrikkelijken dag en den halven avond door zonder meer door menach en dier lastig gevallen te worden. handen zou krygen, doch dat Oemar's stoffelijk overschot vervoerd moest worden naar Boenga-Tali, in Boven- Seuagan, waar zy zelve in het bosch een verborgen plaats zou uitzoeken om het lyk ter aarde te bestellen. GELENSD NIEUWS De zaak-Dreyfus. De „Figaro" gaf Woensdag, zooals gemeld is, over 13 kolommen de ver- hooren van generaal Gonse van 12 Dec. tot 27 Jan.; bet laatste is hiermee niet geëindigd. Een paar punten eruit: Van hetgeen Picquart vertelde om trent zyn gesprekken met getuige heet ongeveer niets waar en dan ongeloofelyk na al wat wy weten! zegt de generaal, dat de overste hem in een spmueweb heeft willen wikkelen, waaruit hij niet meer zou kunnen loskomen. Van hetgeen aan het bureau van den inlichtingendienst gebeurde, zou de sous-chef van den generalen staf vrywel niets geweten hebben; Picquart zou zyn eigen gan getje zijn gegaan en de generaal toornt thans tegen deze ondiseipli- naire handeling. Van het onderhoud met Esterhazy in het park Mont- souris heeft getuige pas in Juli '98 gehoord en ioen Henry OLomwooden 'zyn ontevredenheid daarover betuigd. Van andere stappen van Henry by Esterhazy heeft Gonse nooit iets ver nomen. Du Paty is ook even ondis ciplinair geweest* Belangrijk is de verklaring van Gonse, dat de nota, in 1894 door du Paty en Saodherr opgemaakt als com mentaar bij de geheime stukken be trekkelijk de zaak Dreyfus, in het einde van '97 aan generaal Mercier is teruggegeven als op zijn bevel ver- vaardigu en zyn eigendom. Dit is belangrijk, omdat die nota verband moet honden met de mededeeling van geheime stukken aan de rechters in raadkamer. De „Éclair" publiceert thans bet antwoord van Deloye, chef der artil lerie, aan majoor Hartmann; ik durf er alleen van zeggen, dat het betoog van laatstgenoemde mij duidelijker en logischer gedacht schijnt. De con clusie van de „Éclair": Men ziet het, de weet legtring van Hartmann is vol komen, is meer dan voorbarig. Is Hartmann, vraagt de „Libre Parole", geen jood bekeerd om een juffrouw te Cnalonssur-Marue te kunnen trou wen? Jaurès besluit zijn artikel van Woensdag met de woorden: Dat de heeren van den generalen staf het wèl weten; wat zy nog mogen be proeven, ik zeg het met overtuiging, zy zyn verlorenDe slag is gewonnen. Volgens de „Echo de Paris" zon de raaosheer-rapporteur Ballot-Beau- pré in het begin der volgende week Let initiatief nemen tot het vragen van de confrontaties, door Roget ver langd. Hetzelfde blad verzekert, dat een groot getal raadsheerön aanvul ling der enquête van de strafkamer wensebf. Ean blad te Rouaan moet een inter view bevatten met een vriend van den luiteuant der artillerie Bernheim, die in die stad Esterhazy gekend heeft en in 1894 met voorkennis van zyn chef den in het borderel genoem den Manuel de tir aan den majoor heeft uitgeleend. Uit St.-Quentin ontvangt de Temps een schrijven, waarin de zelfmoord te Catelet door den vroegeren particu lieren secretaris van kolonel Henry, adjudant Lorimier, wordt bevestigd. Lorimier heeft by na nooit over Hen ry gesproken na diens zelfmoord, en men beweert dat Lorimier door den tragischen dood zoo geschokt was, dat zyn geest sedert dien tyd eenigszins was getroubleerd. De Temps heeft aan 't ministerie van oorlog een onderzoek ingesteld. Men verklaarde niet bekend te zyn met het feit, dat aan Lorimier een te legram was gezonden, waarin by naar Parys werd geroepen. Men neemt er veeleer aan, dat aan hem geen tele gram is geadresseerd. De Petit Bleu ontvangt nitSt. Quen- tin bericht, dat Lorimier aan hypo chondrie leed. Zaterdagmorgen ont ving hy tweemaal zyn brieven van de post. Hy nam kennis van den in houd, wist toen te ontsnappen aan het toezicht, waaronder hy op bevel van den geneesheer stond en hing zich in den stal op. Lorimier was 39 jaar ond. De familie weigert verdere in lichtingen te geven. De duiven luuklen zich, sinds hij ge niesd had niet meer laten zien. In elk geval was er van sterven nog geen sprake, want toen liet middernacht sloeg hoorde hij een gedruisch achter zich en het volgende oogenblik bevond hij zich weder in zijn slaapvertrek en Karei de Groote trok hem zijn kleeren uit na hem eerst zijn pruik, kroon en zwaard te hebben afgenomen. Herr Peter kroop weer in bed en Ka- rel de Groote hulde zich in zijn koude kleeding. Toen sprak hiji: „De quaestie is dus beslist; de gelij kenis bestaat werkelijk. Laat ik u nu, de hand tot afscheid mogen dinkken, Herr Peter!" Nauwelijks waren de zware voetstap pen, klap, klap, weggestorven of Herr Peter sprong het bed uit, waschte zich zorgvuldig gelaat en lianden om de laat ste sporen der duiven te verwijderen en schoot zich zijn kleederen aan, zoo gauw als hij nog nooit te voren gedaan had; toen zocht hij den huissleutel en rende de straten op naar het nog hel verlichte café, om zijn verschrikkelijken honger en dorst te stillen. Dien nacht balde hij op zijn weg naar huis de vubt tegen Karei den Groote en slingerde hem een paar leelijke vloe ien naar 't hoofd. Het vredesverdrag. President Mc. Kinley en de Fran- sche gezant Cambon hebben Dinsdag te Washington de ratificatie van het Spaansch-Amerikaansche vredesver drag goedgekeurd. De 50 millioen gulden, die Spanje van Amerika ontvangt voor den af stand dor Filippijnen, zullen verre kend worden in een wissel op New- York. Brandstichting door anar chisten Uit New-York komt nu weer het bericht dat Idle Hour, het landhuis van den pas getrouwden Vanderbilt jr. te Oakdale'op Long Lland Dins dagochtend afgebrand is. Vanderbilt en zyn vrouw, die er verblyfhielden, konden ternauwernood en slechts half gekleed ontsnappen. Het hois is ge heel uitgebrand. Het gerucht gaat dat anarchisten 't hebben toegelegd op brandstichting in de huizen van mil- lionairs. De politie te New York spreekt echter de bewering tegen, dat de brand in het huis op Long Island door anarchisten aangestoken is. De geheele villa, waar do jonge Vander bilt zyn wittebroodsweken doorbracht, met kunstschatten en de boekery werd vernield. Men schat do schade op 300.000 dollar. Cholera. Uit Konstantinopel komt het be richt, dat te Mekka 26 gevallen van cholera zyn voorgekomen. Te Hongkong zyn onder de 47 ge vallen 43 sterfgevallen. Strijd op de Sainoa-eilaudeii. De toestand op de Samoa-eilanden wordt ernstiger. Hoewel de belangen van Engeland en N.-Amerika tegen over die van Duitsckland staau in deze qnaestie, is een ernstig geschil in deze daaruit voorloopig niet te verwachten. De vereecigde Eugelsche en Ame- rikaaosche siryd macht, 105 raan sterk, viel Woensdag in eou hinderlaag door de aanhangers van Mataafa gelegd, en werd geclwougen naar het strand terug te koeren. Drie officieren, nml. luitenant Freeman van den Eogel- schen kruiser Taurangan die het bevel voerde over de vereenigdo troe- peumacht, en twee Amerikaansclie offic'eren van het oorlogsschip Phila delphia werden gedood. Hun lyken werden later onthoofd teruggevonden. Bovendien werden twee Eugelsche en twee Amerikaansclie matrozen ge dood. De hinderlaag was geiegd op een Duitsche plantage, waarvan de directeur in hechtenis genomen is. Rubriek voor Dames. Op gevaar af van door mijne lezeres sen. langdradig te worden gevonden moet ik heden nog even terugkomen op miïjrt onderwerp van. de vorige week. Ik ontving nl. van de firmai Schenk alhier een boc-kje ter beoordeeling over het uitstoomen en verven van kleeding- stukken niet alleen, maar ook van gor dijnen, dekens, tafelkleeden, tapijten en karpetten. Dat bracht mij in de gedach te, dat ik waarlijk bij onzen rondgang door het huis vóór den schoonmaak niet alleen had mogen denken aan hetgeen vernieuwt, maar ook vooral aan hetgeen chemisch gewasschen of geverfd moet worden. Ik kan u bepaald) aanraden ge noemd boekje eens door te lezen; het geeft u antwoord op verschillende vra gen, die onwillekeurig bij u opkomen, wanneer ge van plan zijt dit of dat be doelde kunstbewerking te laten ondér- gaan. Of het noodig is, dat wij ook daar aan onze gedachten wijden Dat is eene vraag, die bijna geen antwoord' behoeft. Wiji weten tocilu allen, hoe soms onze oude gordijnen, tafelkleedten enz. niet meer te herkennen zijn, wanneer zij van de chemische waschinrichting terugko men, ze rijn als door een tooverstaf aan geraakt. Hoe meer wij vrouwen allerlei betrek kingen bekleedlen, des te moeielijker wordt liet voor de mannen om zich een tractement te verschaffen, geschikt om in zijn stand met een huishouden van te leven en dus des te moei- vrouwen zullen ongehuwd blijven en voelen daar door weer meer behoefte om rich een vasten werkkring te verschaffen. Eenige weken geleden had ik het ge noegen een dame te ontmoeten tusschen de 25 of 30 jaar, die ofschoon onge- Eenige d'agen moest Peter zijn kamer houden vanwege een hevige verkoud heid. Zijn vrienden bezochten hem ge durende dien tijd getrouw, maar verna men niet wat er gebeurd was. Hij daar entegen hoorde hoe men hem op dien m c rkwaardigen dag op verscheidene plaatsen der stad ontmoet had; maar hij had er zoo vreemd uitgezien, was heel stil geweest en rijn oogen hadden wel van glas geschenen, zoo zonder eeni ge uitdrukking zagen zijl om rich heen. Bij zijn zware verkoudheid kwam zich ook nog een geestelijk lijden voe gen 's nachts werd hij door allerlei af schuwelijke droomen gekweld Den eer sten nacht verscheen Kare-1 de Stoute, die zoo juist van den slag bij Wurten komend, zonder helm de trappen op draafde en zijn slaapvertrek binnen stormde. Daar steeg hij van zijn dam pend! ros en dwong Herr Peter rijn vlucht naar Frankrijk voort te zetten, terwijl hij. Karei de Stoute, in Peter's bed ging liggen. Den tweeden nacht bezocht Grütz- ner's Mephisto hem, vloog met hem naar d'en Blocksberg en verzocht hem de heks te trouwen. Den derden kwam Richard Wagner bij hem en speelde hem het Nibelungen- trouwd en zonder vaste betrekking in de maatschappij zich toch in 't minst niet onvoldaan gevoelde. Toen. ik mijne bewondering daarover uitsprak en haalr vroeg waarom zij met haar grootem aan leg en bevoegdheid voor muziek en haar aangeboren smaak voor verschillende vrouwelijke bezigheden, niet een vasten werkkring had gezocht, glimlachte ze en zeiWaarom zou ik het dóen, omdat er voor anderen, die het meer noodig hebben, weer een plaatsje minder zal zijn? Neen, mijn diploma bewaar ik als een kostbare schat, die misschien ter gelegener tijd wel te pas kan komen, maar zoolang mijne ouders nog leven en zonder zich te bekrimpen miji kunnen geven, wat ik redelijkerwijze noodig heb, zoolang laat ik eene andere mijne plaats vervullen. Ge verbaast u misschien dat mijne kennis met hare meer dan gewone ont wikkeling zich dan toch nog tevreden kan gevoelen en stelt u haar misschien voor dagelijks haar genoegen vindend in eenige ondergeschikte huishoudelijke bezigheidjes als stof afnemen, kopjes wasschen enz., verdter het keurig verzor gen van haar toilet, wat musiceeren, vi sites maken enz. enz. Neen, dan kent ge mijne vriendin niet, want- ofschoon der gelijke bezigheden door haar in 't minst niet versmaad werden, zij waren voor haar niet het werk, zij; waren slechts het middel om het groote wörk, het echt vrouwelijke werk zoo goed mogelijk te volbrengen. Haar doel was een heilzamen invloed uit te oefenen op haar naaste omgeving. Wanneer rij; 's morgens opstond, was haar eerste gedachte: „Kom, vlug uit het bed en dan uit dankbaarheid voor mijn gezond en krachtig lichaam zooveel mogelijk gedaan voor anderen, die dat moeten missen". Zij was altijd gelijk met de dienstbo den uit de veeren en haar werk begon dan al dadelijk door te zorgen dat de ontbijttafel er zoo gezellig mogelijk uit zag. Wanneer het zomer was ging rij altijd direct even in den tuin om te zien of or geen bloemen genoeg waren voor een. bouquetje op tafel. Als het tijd was voor de jongere broers om op te staan, dan riep altijd hetzelfde opgewekte stem geluid met een of ander grapje hen wak ker, moeder kreeg altijd1 een kopje thee op bed', omdat zij' daar bijzonder van hield en voor vader lag iederen morgen het ochtendblad klaar. Wanneer soms een van de jongeren haar vroeg ook eens zoo verwend te worden, bv. cm mor gens de bosken klaar te leggen, die rij mee naar school moesten nemen dan keek rij hem met een grappige uitdruk king van uit de hoogte aan en zei bijv. „Gij, nietige aardworm, uw werk begint pas, woudt gij het nu al door een ander laten doen Daarentegen, was er iets bijzonders aan d'e hand, nioest bv. een van allen een examen doen of was er iets anders dat zijne of hare gedachten' geheel in beslag nam, dan werd alles dien dag door de oudste zuster uit den weg geno men en niemand kon beter juichen wan neer de uitkomst bevredigend of troos ten waarneer dat niet het geval was. Haar aangeboren gaven hielpen haar natuurlijk bij dat heerlijk doei en het gevolg was, dat rij bemind! werd en zich daardoor gelukkig en voldaan voelde. RECEPTEN KANEEL WAFELTJES. Kneed 24 ons meel met 70 gram sui ker, 1 ei, 1 ons boter, 10 gram kaneel en wat brandewijn tot balletjes en bak ze in een knijpwafeltjes-ijzer. RIJST MET BITTERKOEKJES. Kookt I kan melk met een ons rijst en 14 ons bitterkoekjes en roer er daarna een ei, 4 ons suiker en 20 gram boter door. Doe de massa in een vuurvasten schotel en laat het in den oven bruin worden. OLIEBOLLEN. Het beslag bestaat uit1 pond tar webloem, I pond) rozijnen, 8 lood' gist, 2 lepeltjes zout, 1 stukje boter, 2 'eieren en ongeveer kan melk. Giet in een pan 1 kan raapolie, laat dat koken en leg cr telkens een lepel vol beslag in, laat dat aan alle kanten biniin worden en strooi er wat suiker over. TARTAARSCHE SAUS. 4 hard gekookte eieren worden fijn gewreven en Wee rauwe eierdooiers worden met tweo eetlepels goedje mos terd, wat fijn gehakte cÜragon en kervel en twee fijn gehakte sjalottes flink door een geroerd, waarbij langzamerhand 5 lepels fijne slaoüe en 4 lepels goede azijn gegoten wordt. Men dient de saus bij koud vleesch voor. lied, met het voorspel op de piano voor. Zoo ging het steeds door tot op den negenden dag. Toen eerst verbrak Herr Peter het stilzwijgen dat hij tot nu toe liad bewaard en verhaalde zeer breed voerig rijn wedervaringen. Nadat hij zijn bezwaard gemoed al dus van den drukkenden last ontheven had, begon hij zienderoog te genezen en na korten tijd kon jong en oud, groot en klein, rich in het volkomen herstel van hun beminden Herr Peter verheugen. Slechts op sommige punten wals hij veranderd. Hij kon geen gebraden duiven meer cte-n en als liij een levende zag kreeg hij altijd een kriebeling in den neus, alsof hij niezen moest. Maar ook over vergelijkingen maken had hij een ander idee gekregen. Hij was nl. van meening, dat groote heeren niet gaarne een dubbelganger bezitten en mocht dit al zoo rijn, rij dan dengene, die er te veel op pocht, straffen. Deze gedachte heeft rich zoo bij hem vastge zet, dat hij ieder gesprek over dit on derwerp vermijdt en daar rijn vrienden dézen tegenzin hebben leeren kennen, spreken zij er niet meer over. En hoe maakt d!e steenen bezoeker het? Drie dagen achtereen heeft hij in onwetendheid verkeerd over al wat er Vervolg Stadsnieuws Morgenmiddag om '2 uur zal iu de Infanterie kazerne alhier op plechtige wyze de bronzen medaille voor twaalf jaren trouwen dienst worden uitge reikt aan den soldaat Grandia. De heer J. C. v. d. List, die zyn photografisch atelier hier ter stede, zooals bekend is, heeft gevestigd Parklaan 4, heeft nu ook een atelier in Amsterdam by zyne zaak gevoegd eu wel Nieuwendyk 137. Deze uit breiding is een duidelyk bewys vau den toenemenden bloei der zaken. cliouwburg. Ern dolle boel. Wy meenea nog even de aandacht er op te moeten vestigen, dat a.s. Za terdag op veler verzoek nog eene enkele opvoering zal plaats vinden van het groote successtuk „Eon dolle bodl." Rienzi. Met eene opvoeriog van Richard Wavner's „Rienzi," de taaiste der Tribunen zal de Neder!. Opera a.s. Maandag hare iaatste voorstelling in dit seizoen alhier komen geven. Als besluit van een winter, voor de instel ling des heeren Yan der Linden zoo vol wederwaardigheden, en waarvan wy ook hier ter stede helaas eene enkele maal de kwade gevolgen ondervonden, had men voorzeker geen gelukkiger keuze kunnen doen. Het oordeel der pers toch over de opvoeringen van „Rienzi" te Amster dam was céoparig zeer gunstig. Onze zoo sympathieke zanger, de heer Urlus treedt iu de titelrol op. De Woensdag gehouden collecte ten voordeele van de Maatschappij van Weldadigheid heeft zuiver opge bracht f256.05. Naar wy vernemen zal op het jaar feest van den CbristeiykenWerkiuans- bond afd. Haarlem net ehristelyk fanfarecorps „Kunst na Arbeid," directeur de heer Georg Schmidt, onderafdeeling der Raarlemsche J011- gelingsvereeniging Pred. 12 la, dat op 4 Mei a. s. gevierd zal worden, zyne welwillende medewerking ver- leenen. RECHTBASJiC Zitting van Donderdag 13 April 1899. De Rechtbank sprak P. Bijl te Haar lem vrij van de hemi teoi laste gelegde heling en veroordeelde Desmedt de Naeijer, den colporteur van de firma; Gebrs. Nobels, wegens valschheid in ge schrifte tot 4 maanden gevangenisstraf. Voor bedelarij te Wormerveer stond terecht Gerrit Witteman, een flin ke. gezonde kerel, d!ie 't zelf zegt dat liij met sohoeai- en zadelmaken best rijn brood kan. verdienen. Maar kunnen is nog niet willen en daar schijnt 't bij Witteman. aan te haperen. Eén jaar heeft hij al in de Rijkswerkinrichting doorgebracht c-n in hechtenis gezeten te Alkmaar en 's Gravenhage, altijd1 voor bedelarij. Het O. M. vroeg nu 2 dagen hechtenis en 2 jaar opzending naar de werkinrich ting. „Of de heeren 't asjeblieft vermin deren wouc-n", vroeg beklaagde, „want liij zou gaan trouwen met een heel fat- soendtelijk meisje dat nog een paai- cen ten van d'r eigen had', riet uwe, en dan zou hij tot rijn bestemming komen." De Rechtbaaik zal er over denken. De 25jarige werkman J. F. de Bruijn kaapte een rijsje, een kneu en een putter uit de woning van Manger en verkocht die aan een ander. De op brengst besteedde hij aan bier en siga ren! en aangedaan vertelde hiji dan ook, dlait hiji ©en borrel op had! toen hiji de vogels stal. Eisch 2 maanden gevange- nisstraf. Onder aanklacht van mishandeling stond de schoenmaker P. F. van den Berg terecht, die een slag mest een soort wapenstok heeft toegebracht aan zekeren Thomas de Bonte. Er zat een vrouwen- quaestie tusschen en van den Berg had een borrel op. Het O. M„ het ongelijk geheel aan beid. toesclmjvend'e, vroeg met het oog op de vrij belangrijke ver wonding, die hij d'e Bonte heeft toege bracht, gevangenisstraf van een maand!. De volgende beklaagde in het bank je was Johannes van Emmerik, in gar nizoen te Leiden, beklaagd van dronken schap en verzet tegen de politie, 't Ei genaardige van dit zaakje was, dat de in de wereld omgaat, aangezien de dui ven zich eerst den vierden dag durfden vertoon eu, zulk een indruk had Kaïrel de Groote'3 niezen bij hen achtergela ten. Men kan ei- rich evenwel van gaan overtuigen, dat rij weer even vertrouwe lijk als vroeger met Keizer Karei om gaan, die altijd neg in rijn nis rit en in de wijde wereld rondziet. Do oude geschiedschrijvers doelen mee, dat het standbeeld het oogenblik vooi-stelt, waarop da doode keizer rijn zwaard) tegen een spotter, die hem. wilde bel eedSgen opheft. Als wij het standbeeld nauwkeuriger bezien, bemerken wij eon fijn glimlachje, dat nauwelijks merkbaar om rijn lippen speelt. Wij vermoeden daarom, dat hem in zekere meer onschuldige gevallen ook andere wapenen ten dienste staan. Uit het Duisch van Max. de Mairière, EINDE. beklaagde in uniform was en de twee getuigen Hessels en Israel in politiek. Mr. Calkoen, subs. off. v. just., deel de mede dat deze zaak zoo laat behan del cï werd' omdat die aanvankelijk vóór den krijgsraad is gebracht, die haar evenwel achtte te> behooren tot de com petentie van den civiclen rechter en re- quireerdte voor de dronkenschap f 3 boete subs. 2 dagen hechtenis en voor het verzet 6 weken gevangenisstraf. Voor beleediging van een gemeen teveldwachter in de uitoefening zijner functie werd tegen Jan Valk te Koog aan die Zaan 14 d'agen. gevaiUgenisstraf gevraagd, orndiat do man al meer met den strafrechter in aanraking is geweest. De bierhuishouder John F endier te IJmuiden stond terecht voor verzet te gen de politie. Toen de rijksveldwachter Groen bij den beklaagde, die geen vergunning heeft, kwam om te onderzoeken of een half fleschje jenever bij' hem gekocht was, rukte hij Groen 't fleschje' uit de hand zoodat deze er een wond van kreeg aan de hand en sloeg het toen op den grond stuk. Fendler beweert, dat hem het fleschje werd toegereikt en dal het bij T aannemen op den grond is gevallen en zoo gebroken. Daar bekl. gunstig bekend staat requi- reerde hot O. M. een geldboete vain f 40 of 40 d. hechtenis. Wegens het niet aangeven van een hond' in d'e belasting werd tegen Nolten te Beverwijk f 8 of een dag hechtenis geëischt. Hij was niet op de zitting verschenen, evenmin als Nioolaas Bakkum van Be verwijk, die dezelfde overtreding hadi begaan 011 tegen wien dezelfde straf werd geëischt. Wel was verschenen de weduwe Si monsZwaneweber, die ook al haar hondje niet had) aangegeven. De juffrouw had geen tijd1 gehad, zei ze. Ook tegen haar werd' f 8 boete ge- eisclit. Jubileum. Heden is het 25 jaar geleden, dat de heer S. Wapstra, magazynbpdiende in dienst trad aan de Centrale werk plaats der H. S. M. Ten 8.30 ontvingen zy'r.e oudste collega's (de HH. J.'v. Veen en K. O. Folkerts) hein aan den ingang der werkplaats en leidden hem naar het keurig versierde lokaal waarin de jubilaris werkzaam is. Aldaar was eene fraaie pendule aanwezig door de directie der H. S. M. geschonken als bewys van hoogachting en als boloo- ning voor zyne trouwe diensten. Na aankomst in dit lokaal, nam de heer H. N. van Beek, magazijnmeester in tegenwoordiglieid van zyn geheele personeel het woord en bood iu warme bewoordingen zyne gelukwenschen aan, tevens bracht hii de ij ver en toe wijding van den jubilaris in herinne ring, welke laatstgenoemde steeds voor de Maatschappij betoond heeft, en bood hem nnmons het personeel een zestal keurige bekleede stoelen aan, benevens een schoon gedicht in fraaie lyst gevat. Dit gedicht is vervaardigd door den heer J. v. Veen, terwyl de hoer P. Warnier het op papier heeft gebracht met artistieke penteekeuiogên eu sier letters. Het aan.'al gelukwensoheu was zeer groot. Wie deu jubilaris kent, zal zich daar voorzeker niet over verwonderen, want de heer Wapstra is door zyn gedrag en omgang met zijne superieuren en collega's door iedereen geacht. Wy wenschen den jubilarhs een grooten feestdag' toe en hopen dat hy nog vele jaren de Maatschappij op dezelfde wijze als tot heden tot uiler tevredenheid ma^ dienen. Heemstede. Vergadering van den Gemeenteraad op Donderdag den 13en April 1899, des voormiddags te 11 uur. Voorzitter Mr. D. E. van Lennep, Burgemeester. Afwezig met kennisgeving de heeren van Merlen en Hoeker. Na opening, werden de notulen der vorige vergadering voorgelezen en goed gekeurd. Ala punt 1 op de agenda stond! ver meld Beëediging van het lid den heer J. Boelen. Nadat het nieuwbenoemde raadslid door dién secretaris was binnengeleid, werden allereerst de gebruikelijke eedien door hem afgelegd. Hierna werd! de lieer Be-elon door den voorzitter toegesproken. Spreker herinnerde er aan hoe de heer Beelen tot lid van den Raad was benoemd in de plaats van wijlen den heer Jhr. J. P. TedSng van Berkhout, een man döe zeer veel voor de gemeente had gedaan. 't t- dus geen gemakkelijke taak voor u om hem te varvangen, doch dat neemt niet weg. dat u als raadslid ook een goed biu*ger voor de gemeente kan rijn. Eéu der eerste plichten van een raadslid is oni altijd de waarachtige belangen der gemeente te behartigen. Tevens wees spreker er op, dat cr in het college steeds I een aangename toon heeft gelieerscht, en bij verschil van meening wel op hof felijke doch niet- op hatelijke wijze werd gesproken, ongetwijfeld! zou dit het nieuwbenoemde raadslid ook wel beval len. Met den heer Beelen nogmaals wel kom to heeten, en hem de belangen dér 'gemeente op te dragen en rich persoon- j lijk in zijne vriendschap aan te bevelen I besloot spreker zijne toespraak. Vervolgens ging men over tot het benoemen van sfcembureaux voor dei verkiezing van Kamers van Arbeid' en voor do periodieke Raadsverkiezing. Voor het eerstgenoemde stembureau werden benoemd de heeren H. Peeperkoorn als voorzitter. A. van der Horst en J. Bee len als leden, terwijl als plaatsvervan- gera door het lot werden aangerwezen de heeren M. J. Roozen, H. van Wicke- voort Crommelin en W. C. Predjde. Het stembureau voor de Raadsverkie-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1899 | | pagina 2