Oemar's dood.
Aan een brief, den 16en Februari
uit Meulaboh aan de „Java-Bode"
geschreven, ontleenen wy nog het
volgende over Oemar's dood
Nadat luitenaut Verbrugh terugge
keerd was, rokte de adjudant van
den gouverneur, de le luit. Sprayt,
met de beschikbare manschappen langs
het strand naar Oedjong Kala en
Boeboen. ten einde den vyand verder
te vervolgen.
Wel zag hy op het gevechtsterrein
enkele personen, die zich by de lyken
ophielden, maar zy verdwenen snel
in de rimboe. En onder de lyken, die
nog op het strand lagen, herkende by
geen enkel belangrijk persoon.
Volgens verschillende, doch over
eenstemmende berichten, was Said
Panoed er juist in geslaagd met een
tweetal getrouwen het lyk van Oemar
in de rimboe te sleepen, doch de wa
pens lagen nog ouder struikgewas, en
zoo vond Pangoeloe Si-Dè, die met
volgelingen van pasar Meulaboh de
gesneuvelden ging begraven, behalve
achttien lyken, het met bloed bevlekte
zwaard en den rentjong van Oemar.
Deze welbekende sabel met gouden
gevest en rood leieren scheede werd
algemeen herkend, doch geen enkel
bericht nopens het verwond raken of
sneuvelea van Oemar werd ontvangen,
terwyl de beschikbare macht niet
toeliet om andermaal patrouilles uit
te zenden.
Des avonds keerde de patrouille
Spruyt terug en den volgenden dag
begaven zich d8 waarnemend contro
leur met den luitenant Sprayt naar
Seneboeh, ten einde te onderzoeken
welke lyken door deze kampong ver
voerd waren. De bevolking gaf niet
do minste iulichtingen, doch hare
angstige houding trok de aandacht.
Later bleek dat het lyk van Oemar
daags na het gevecht op een plank
naar Seneboeh was vervoerd, en van
daar ia den nacht van den 11den op
den 12den Februari naar Darat Kam-
par en overgezet naar Raniau-Pand-
jang.
Do bevolking was met de zwaarste
straffen bedreigd voor het geval be
kend werd dat zy eenige inlichtingen
aan de Companie had gegeven en
darfde daarom niet te spreken.
Gedurende de volgende dagen gaven
enkele personen in het geheim inlich
tingen aan het bestuur en verklaar
den Pangoeloe Si-Dè, Dato Hasan
Oedjong Kala en Gentji (Ketjik) Nja
Akoeb van Ijer Ttngha, dat zy er
voor instondeu, dat Toekoe Oemar
gesneuveld was, terwyl de persoon,
in wiens huis te Seneboeh liet lyk
gedurende eenige uren op den middag
van den llden Februari verbleef en
de voerman die het lijk in zyn dja-
loer naar Rantan-Paodjaug overzette,
verklaarden het lyk herkend te hebben,
en een volledige beschrijving gaven
van gelaat en kleeding.
Het lichaam dan werd vervoerd op
een plank, het hoofddeksel (kopiah)
ontbrak (dezo was trouwens aan den
generaal uitgeleverd), het hoofdhaar
had een lengte van ongeveer 4 cM.,
de oogen waren gesloten, liet gezicht
lang zonder baard, met slechts enkele
knevelharen ie de mondhoeken. Een
zwart laken uniformjas met breeden
gouden kraag, op den rug panden,
die door drie knoopeu gesloten waren,
een witte borstrok, wond in den hart
kuil, een pantalon van Europeesch
maaksel, zonder gouddraad, geen sleng-
daug, twee ringen aan den vierden
vinger van de linkerhand eu een ring
aan den pink van die hand, geen
kousen of schoenen. De jas werd by
het oponthoud in Seneboeh uitgetrok
ken, en kon aldus ook aan de ach
terzijde bekekeu worden.
Van Rautau-Pandjang werd het
lyk over Jand vervoerd naar Soengei
VII, van daar per djaloer naar boven,
teneinde het bivak Marit te vermijden,
en verder naar Poe Oe, waar Oemar's
moeder begraven ligt.
Op Marit was bericht ontvangen
door den tolk aldaar dat in don nacht
van 12 op 13 Februari een gesneuveld
panglima langs de Merbau-rivier zou
vervoerd worden naar Groembeiof
schoon de bezetting den geheelen nacht
in alarmstelling doorbracht, viel hier
niets voor.
Berichtgevers uit Lahang meldden
dat op den rechter rivieroever der
Merbau gewapende volgelingen van
Oemar haasli=r naar de bovenstreken
trokken om Tjoet Nja Din met het
voorgevalleue in kennis te stellen.
Zy" gelastte dat het lyk niet te Poe-
Oe mocht begraven worden, uit vrees
dat de Keumpenie het henaam in
angst zag hij het oogenblik naderen, dat.
du brandweer zou komen aanrukken.
Maar tot zijn groote verbazing zag liij
ho - de afloop verminderde en de m en
action zich. verspreidden.
Hij herademde en zag naar beneden
- maar wat was dat? Wie stond daar
bon-?den over de brug geleund en groet
te hem vriendelijk lachend, met zijn
edgon, zwarten, vilten hoed?
Xiemand anders dan Karei de Groo
te. En ditmaal was het geenszins begoo
cheling. Dezo had de heele geschiedenis
mot het gillende jonge mensch bijge
woond en eer zich kostelijk mee vermaakt.
Herr Peter's handen jeukten en als
luj gekend had zou hij hem den steen en
pruik en kroon beide naar het hoofd ge
gooid hebben, zoo vertoornd was hij.
Iemand, die tot zulk een beleediging
in staat was, dacht hij toen hij zag hoe
Karei de Groote zich langzaam verwij
derde, zou er zeker niets in vindén hem
daar boven te laten zitten totdat hij
van honger en ergernis gestorven zou
zijn. Dit laatste was nog eerder te ver
wachten.
Van toorn vervuld» hongerig en dor
stig bracht hij het overige van dien ver-
schrikkelijken dag en den halven avond
door zonder meer door menach en dier
lastig gevallen te worden.
handen zou krygen, doch dat Oemar's
stoffelijk overschot vervoerd moest
worden naar Boenga-Tali, in Boven-
Seuagan, waar zy zelve in het bosch
een verborgen plaats zou uitzoeken
om het lyk ter aarde te bestellen.
GELENSD NIEUWS
De zaak-Dreyfus.
De „Figaro" gaf Woensdag, zooals
gemeld is, over 13 kolommen de ver-
hooren van generaal Gonse van 12 Dec.
tot 27 Jan.; bet laatste is hiermee
niet geëindigd. Een paar punten eruit:
Van hetgeen Picquart vertelde om
trent zyn gesprekken met getuige
heet ongeveer niets waar en dan
ongeloofelyk na al wat wy weten!
zegt de generaal, dat de overste
hem in een spmueweb heeft willen
wikkelen, waaruit hij niet meer zou
kunnen loskomen. Van hetgeen aan
het bureau van den inlichtingendienst
gebeurde, zou de sous-chef van den
generalen staf vrywel niets geweten
hebben; Picquart zou zyn eigen gan
getje zijn gegaan en de generaal
toornt thans tegen deze ondiseipli-
naire handeling. Van het onderhoud
met Esterhazy in het park Mont-
souris heeft getuige pas in Juli '98
gehoord en ioen Henry OLomwooden
'zyn ontevredenheid daarover betuigd.
Van andere stappen van Henry by
Esterhazy heeft Gonse nooit iets ver
nomen. Du Paty is ook even ondis
ciplinair geweest*
Belangrijk is de verklaring van
Gonse, dat de nota, in 1894 door du
Paty en Saodherr opgemaakt als com
mentaar bij de geheime stukken be
trekkelijk de zaak Dreyfus, in het
einde van '97 aan generaal Mercier
is teruggegeven als op zijn bevel ver-
vaardigu en zyn eigendom. Dit is
belangrijk, omdat die nota verband
moet honden met de mededeeling van
geheime stukken aan de rechters in
raadkamer.
De „Éclair" publiceert thans bet
antwoord van Deloye, chef der artil
lerie, aan majoor Hartmann; ik durf
er alleen van zeggen, dat het betoog
van laatstgenoemde mij duidelijker
en logischer gedacht schijnt. De con
clusie van de „Éclair": Men ziet het,
de weet legtring van Hartmann is vol
komen, is meer dan voorbarig. Is
Hartmann, vraagt de „Libre Parole",
geen jood bekeerd om een juffrouw
te Cnalonssur-Marue te kunnen trou
wen?
Jaurès besluit zijn artikel van
Woensdag met de woorden: Dat de
heeren van den generalen staf het
wèl weten; wat zy nog mogen be
proeven, ik zeg het met overtuiging,
zy zyn verlorenDe slag is gewonnen.
Volgens de „Echo de Paris" zon
de raaosheer-rapporteur Ballot-Beau-
pré in het begin der volgende week
Let initiatief nemen tot het vragen
van de confrontaties, door Roget ver
langd. Hetzelfde blad verzekert, dat
een groot getal raadsheerön aanvul
ling der enquête van de strafkamer
wensebf.
Ean blad te Rouaan moet een inter
view bevatten met een vriend van
den luiteuant der artillerie Bernheim,
die in die stad Esterhazy gekend
heeft en in 1894 met voorkennis van
zyn chef den in het borderel genoem
den Manuel de tir aan den majoor
heeft uitgeleend.
Uit St.-Quentin ontvangt de Temps
een schrijven, waarin de zelfmoord te
Catelet door den vroegeren particu
lieren secretaris van kolonel Henry,
adjudant Lorimier, wordt bevestigd.
Lorimier heeft by na nooit over Hen
ry gesproken na diens zelfmoord, en
men beweert dat Lorimier door den
tragischen dood zoo geschokt was, dat
zyn geest sedert dien tyd eenigszins
was getroubleerd.
De Temps heeft aan 't ministerie
van oorlog een onderzoek ingesteld.
Men verklaarde niet bekend te zyn
met het feit, dat aan Lorimier een te
legram was gezonden, waarin by naar
Parys werd geroepen. Men neemt er
veeleer aan, dat aan hem geen tele
gram is geadresseerd.
De Petit Bleu ontvangt nitSt. Quen-
tin bericht, dat Lorimier aan hypo
chondrie leed. Zaterdagmorgen ont
ving hy tweemaal zyn brieven van
de post. Hy nam kennis van den in
houd, wist toen te ontsnappen aan
het toezicht, waaronder hy op bevel
van den geneesheer stond en hing zich
in den stal op. Lorimier was 39 jaar
ond. De familie weigert verdere in
lichtingen te geven.
De duiven luuklen zich, sinds hij ge
niesd had niet meer laten zien.
In elk geval was er van sterven nog
geen sprake, want toen liet middernacht
sloeg hoorde hij een gedruisch achter
zich en het volgende oogenblik bevond
hij zich weder in zijn slaapvertrek en
Karei de Groote trok hem zijn kleeren
uit na hem eerst zijn pruik, kroon en
zwaard te hebben afgenomen.
Herr Peter kroop weer in bed en Ka-
rel de Groote hulde zich in zijn koude
kleeding. Toen sprak hiji:
„De quaestie is dus beslist; de gelij
kenis bestaat werkelijk. Laat ik u nu,
de hand tot afscheid mogen dinkken,
Herr Peter!"
Nauwelijks waren de zware voetstap
pen, klap, klap, weggestorven of Herr
Peter sprong het bed uit, waschte zich
zorgvuldig gelaat en lianden om de laat
ste sporen der duiven te verwijderen en
schoot zich zijn kleederen aan, zoo gauw
als hij nog nooit te voren gedaan had;
toen zocht hij den huissleutel en rende
de straten op naar het nog hel verlichte
café, om zijn verschrikkelijken honger
en dorst te stillen.
Dien nacht balde hij op zijn weg naar
huis de vubt tegen Karei den Groote
en slingerde hem een paar leelijke vloe
ien naar 't hoofd.
Het vredesverdrag.
President Mc. Kinley en de Fran-
sche gezant Cambon hebben Dinsdag
te Washington de ratificatie van het
Spaansch-Amerikaansche vredesver
drag goedgekeurd.
De 50 millioen gulden, die Spanje
van Amerika ontvangt voor den af
stand dor Filippijnen, zullen verre
kend worden in een wissel op New-
York.
Brandstichting door anar
chisten
Uit New-York komt nu weer het
bericht dat Idle Hour, het landhuis
van den pas getrouwden Vanderbilt
jr. te Oakdale'op Long Lland Dins
dagochtend afgebrand is. Vanderbilt
en zyn vrouw, die er verblyfhielden,
konden ternauwernood en slechts half
gekleed ontsnappen. Het hois is ge
heel uitgebrand. Het gerucht gaat dat
anarchisten 't hebben toegelegd op
brandstichting in de huizen van mil-
lionairs.
De politie te New York spreekt
echter de bewering tegen, dat de
brand in het huis op Long Island
door anarchisten aangestoken is. De
geheele villa, waar do jonge Vander
bilt zyn wittebroodsweken doorbracht,
met kunstschatten en de boekery werd
vernield. Men schat do schade op
300.000 dollar.
Cholera.
Uit Konstantinopel komt het be
richt, dat te Mekka 26 gevallen van
cholera zyn voorgekomen.
Te Hongkong zyn onder de 47 ge
vallen 43 sterfgevallen.
Strijd op de Sainoa-eilaudeii.
De toestand op de Samoa-eilanden
wordt ernstiger. Hoewel de belangen
van Engeland en N.-Amerika tegen
over die van Duitsckland staau in
deze qnaestie, is een ernstig geschil
in deze daaruit voorloopig niet te
verwachten.
De vereecigde Eugelsche en Ame-
rikaaosche siryd macht, 105 raan sterk,
viel Woensdag in eou hinderlaag door
de aanhangers van Mataafa gelegd,
en werd geclwougen naar het strand
terug te koeren. Drie officieren, nml.
luitenant Freeman van den Eogel-
schen kruiser Taurangan die het
bevel voerde over de vereenigdo troe-
peumacht, en twee Amerikaansclie
offic'eren van het oorlogsschip Phila
delphia werden gedood. Hun lyken
werden later onthoofd teruggevonden.
Bovendien werden twee Eugelsche
en twee Amerikaansclie matrozen ge
dood. De hinderlaag was geiegd op
een Duitsche plantage, waarvan de
directeur in hechtenis genomen is.
Rubriek voor Dames.
Op gevaar af van door mijne lezeres
sen. langdradig te worden gevonden moet
ik heden nog even terugkomen op miïjrt
onderwerp van. de vorige week.
Ik ontving nl. van de firmai Schenk
alhier een boc-kje ter beoordeeling over
het uitstoomen en verven van kleeding-
stukken niet alleen, maar ook van gor
dijnen, dekens, tafelkleeden, tapijten en
karpetten. Dat bracht mij in de gedach
te, dat ik waarlijk bij onzen rondgang
door het huis vóór den schoonmaak niet
alleen had mogen denken aan hetgeen
vernieuwt, maar ook vooral aan hetgeen
chemisch gewasschen of geverfd moet
worden. Ik kan u bepaald) aanraden ge
noemd boekje eens door te lezen; het
geeft u antwoord op verschillende vra
gen, die onwillekeurig bij u opkomen,
wanneer ge van plan zijt dit of dat be
doelde kunstbewerking te laten ondér-
gaan.
Of het noodig is, dat wij ook daar
aan onze gedachten wijden Dat is eene
vraag, die bijna geen antwoord' behoeft.
Wiji weten tocilu allen, hoe soms onze
oude gordijnen, tafelkleedten enz. niet
meer te herkennen zijn, wanneer zij van
de chemische waschinrichting terugko
men, ze rijn als door een tooverstaf aan
geraakt.
Hoe meer wij vrouwen allerlei betrek
kingen bekleedlen, des te moeielijker
wordt liet voor de mannen om zich een
tractement te verschaffen, geschikt om
in zijn stand met een huishouden van
te leven en dus des te moei- vrouwen
zullen ongehuwd blijven en voelen daar
door weer meer behoefte om rich een
vasten werkkring te verschaffen.
Eenige weken geleden had ik het ge
noegen een dame te ontmoeten tusschen
de 25 of 30 jaar, die ofschoon onge-
Eenige d'agen moest Peter zijn kamer
houden vanwege een hevige verkoud
heid. Zijn vrienden bezochten hem ge
durende dien tijd getrouw, maar verna
men niet wat er gebeurd was. Hij daar
entegen hoorde hoe men hem op dien
m c rkwaardigen dag op verscheidene
plaatsen der stad ontmoet had; maar
hij had er zoo vreemd uitgezien, was
heel stil geweest en rijn oogen hadden
wel van glas geschenen, zoo zonder eeni
ge uitdrukking zagen zijl om rich heen.
Bij zijn zware verkoudheid kwam
zich ook nog een geestelijk lijden voe
gen 's nachts werd hij door allerlei af
schuwelijke droomen gekweld Den eer
sten nacht verscheen Kare-1 de Stoute,
die zoo juist van den slag bij Wurten
komend, zonder helm de trappen op
draafde en zijn slaapvertrek binnen
stormde. Daar steeg hij van zijn dam
pend! ros en dwong Herr Peter rijn
vlucht naar Frankrijk voort te zetten,
terwijl hij. Karei de Stoute, in Peter's
bed ging liggen.
Den tweeden nacht bezocht Grütz-
ner's Mephisto hem, vloog met hem naar
d'en Blocksberg en verzocht hem de heks
te trouwen.
Den derden kwam Richard Wagner
bij hem en speelde hem het Nibelungen-
trouwd en zonder vaste betrekking in
de maatschappij zich toch in 't minst
niet onvoldaan gevoelde. Toen. ik mijne
bewondering daarover uitsprak en haalr
vroeg waarom zij met haar grootem aan
leg en bevoegdheid voor muziek en haar
aangeboren smaak voor verschillende
vrouwelijke bezigheden, niet een vasten
werkkring had gezocht, glimlachte ze en
zeiWaarom zou ik het dóen, omdat
er voor anderen, die het meer noodig
hebben, weer een plaatsje minder zal
zijn? Neen, mijn diploma bewaar ik
als een kostbare schat, die misschien ter
gelegener tijd wel te pas kan komen,
maar zoolang mijne ouders nog leven
en zonder zich te bekrimpen miji kunnen
geven, wat ik redelijkerwijze noodig heb,
zoolang laat ik eene andere mijne plaats
vervullen.
Ge verbaast u misschien dat mijne
kennis met hare meer dan gewone ont
wikkeling zich dan toch nog tevreden
kan gevoelen en stelt u haar misschien
voor dagelijks haar genoegen vindend in
eenige ondergeschikte huishoudelijke
bezigheidjes als stof afnemen, kopjes
wasschen enz., verdter het keurig verzor
gen van haar toilet, wat musiceeren, vi
sites maken enz. enz. Neen, dan kent ge
mijne vriendin niet, want- ofschoon der
gelijke bezigheden door haar in 't minst
niet versmaad werden, zij waren voor
haar niet het werk, zij; waren slechts
het middel om het groote wörk, het
echt vrouwelijke werk zoo goed mogelijk
te volbrengen.
Haar doel was een heilzamen invloed
uit te oefenen op haar naaste omgeving.
Wanneer rij; 's morgens opstond, was
haar eerste gedachte: „Kom, vlug uit
het bed en dan uit dankbaarheid voor
mijn gezond en krachtig lichaam zooveel
mogelijk gedaan voor anderen, die dat
moeten missen".
Zij was altijd gelijk met de dienstbo
den uit de veeren en haar werk begon
dan al dadelijk door te zorgen dat de
ontbijttafel er zoo gezellig mogelijk uit
zag. Wanneer het zomer was ging rij
altijd direct even in den tuin om te zien
of or geen bloemen genoeg waren voor
een. bouquetje op tafel. Als het tijd was
voor de jongere broers om op te staan,
dan riep altijd hetzelfde opgewekte stem
geluid met een of ander grapje hen wak
ker, moeder kreeg altijd1 een kopje thee
op bed', omdat zij' daar bijzonder van
hield en voor vader lag iederen morgen
het ochtendblad klaar. Wanneer soms
een van de jongeren haar vroeg ook eens
zoo verwend te worden, bv. cm mor
gens de bosken klaar te leggen, die rij
mee naar school moesten nemen dan
keek rij hem met een grappige uitdruk
king van uit de hoogte aan en zei bijv.
„Gij, nietige aardworm, uw werk begint
pas, woudt gij het nu al door een ander
laten doen
Daarentegen, was er iets bijzonders aan
d'e hand, nioest bv. een van allen een
examen doen of was er iets anders
dat zijne of hare gedachten' geheel in
beslag nam, dan werd alles dien dag
door de oudste zuster uit den weg geno
men en niemand kon beter juichen wan
neer de uitkomst bevredigend of troos
ten waarneer dat niet het geval was.
Haar aangeboren gaven hielpen haar
natuurlijk bij dat heerlijk doei en het
gevolg was, dat rij bemind! werd en zich
daardoor gelukkig en voldaan voelde.
RECEPTEN
KANEEL WAFELTJES.
Kneed 24 ons meel met 70 gram sui
ker, 1 ei, 1 ons boter, 10 gram kaneel
en wat brandewijn tot balletjes en bak
ze in een knijpwafeltjes-ijzer.
RIJST MET BITTERKOEKJES.
Kookt I kan melk met een ons rijst en
14 ons bitterkoekjes en roer er daarna
een ei, 4 ons suiker en 20 gram boter
door. Doe de massa in een vuurvasten
schotel en laat het in den oven bruin
worden.
OLIEBOLLEN.
Het beslag bestaat uit1 pond tar
webloem, I pond) rozijnen, 8 lood' gist,
2 lepeltjes zout, 1 stukje boter, 2 'eieren
en ongeveer kan melk. Giet in een pan
1 kan raapolie, laat dat koken en leg
cr telkens een lepel vol beslag in, laat
dat aan alle kanten biniin worden en
strooi er wat suiker over.
TARTAARSCHE SAUS.
4 hard gekookte eieren worden fijn
gewreven en Wee rauwe eierdooiers
worden met tweo eetlepels goedje mos
terd, wat fijn gehakte cÜragon en kervel
en twee fijn gehakte sjalottes flink door
een geroerd, waarbij langzamerhand 5
lepels fijne slaoüe en 4 lepels goede azijn
gegoten wordt. Men dient de saus bij
koud vleesch voor.
lied, met het voorspel op de piano voor.
Zoo ging het steeds door tot op den
negenden dag. Toen eerst verbrak Herr
Peter het stilzwijgen dat hij tot nu toe
liad bewaard en verhaalde zeer breed
voerig rijn wedervaringen.
Nadat hij zijn bezwaard gemoed al
dus van den drukkenden last ontheven
had, begon hij zienderoog te genezen en
na korten tijd kon jong en oud, groot en
klein, rich in het volkomen herstel van
hun beminden Herr Peter verheugen.
Slechts op sommige punten wals hij
veranderd.
Hij kon geen gebraden duiven meer
cte-n en als liij een levende zag kreeg hij
altijd een kriebeling in den neus, alsof
hij niezen moest.
Maar ook over vergelijkingen maken
had hij een ander idee gekregen. Hij
was nl. van meening, dat groote heeren
niet gaarne een dubbelganger bezitten
en mocht dit al zoo rijn, rij dan dengene,
die er te veel op pocht, straffen. Deze
gedachte heeft rich zoo bij hem vastge
zet, dat hij ieder gesprek over dit on
derwerp vermijdt en daar rijn vrienden
dézen tegenzin hebben leeren kennen,
spreken zij er niet meer over.
En hoe maakt d!e steenen bezoeker
het? Drie dagen achtereen heeft hij in
onwetendheid verkeerd over al wat er
Vervolg Stadsnieuws
Morgenmiddag om '2 uur zal iu de
Infanterie kazerne alhier op plechtige
wyze de bronzen medaille voor twaalf
jaren trouwen dienst worden uitge
reikt aan den soldaat Grandia.
De heer J. C. v. d. List, die zyn
photografisch atelier hier ter stede,
zooals bekend is, heeft gevestigd
Parklaan 4, heeft nu ook een atelier
in Amsterdam by zyne zaak gevoegd
eu wel Nieuwendyk 137. Deze uit
breiding is een duidelyk bewys vau
den toenemenden bloei der zaken.
cliouwburg.
Ern dolle boel.
Wy meenea nog even de aandacht
er op te moeten vestigen, dat a.s. Za
terdag op veler verzoek nog eene
enkele opvoering zal plaats vinden
van het groote successtuk „Eon dolle
bodl."
Rienzi.
Met eene opvoeriog van Richard
Wavner's „Rienzi," de taaiste der
Tribunen zal de Neder!. Opera a.s.
Maandag hare iaatste voorstelling in
dit seizoen alhier komen geven. Als
besluit van een winter, voor de instel
ling des heeren Yan der Linden zoo
vol wederwaardigheden, en waarvan
wy ook hier ter stede helaas eene enkele
maal de kwade gevolgen ondervonden,
had men voorzeker geen gelukkiger
keuze kunnen doen.
Het oordeel der pers toch over de
opvoeringen van „Rienzi" te Amster
dam was céoparig zeer gunstig. Onze
zoo sympathieke zanger, de heer Urlus
treedt iu de titelrol op.
De Woensdag gehouden collecte
ten voordeele van de Maatschappij
van Weldadigheid heeft zuiver opge
bracht f256.05.
Naar wy vernemen zal op het jaar
feest van den CbristeiykenWerkiuans-
bond afd. Haarlem net ehristelyk
fanfarecorps „Kunst na Arbeid,"
directeur de heer Georg Schmidt,
onderafdeeling der Raarlemsche J011-
gelingsvereeniging Pred. 12 la, dat
op 4 Mei a. s. gevierd zal worden,
zyne welwillende medewerking ver-
leenen.
RECHTBASJiC
Zitting van Donderdag 13 April 1899.
De Rechtbank sprak P. Bijl te Haar
lem vrij van de hemi teoi laste gelegde
heling en veroordeelde Desmedt de
Naeijer, den colporteur van de firma;
Gebrs. Nobels, wegens valschheid in ge
schrifte tot 4 maanden gevangenisstraf.
Voor bedelarij te Wormerveer
stond terecht Gerrit Witteman, een flin
ke. gezonde kerel, d!ie 't zelf zegt dat
liij met sohoeai- en zadelmaken best rijn
brood kan. verdienen. Maar kunnen is
nog niet willen en daar schijnt 't bij
Witteman. aan te haperen. Eén jaar
heeft hij al in de Rijkswerkinrichting
doorgebracht c-n in hechtenis gezeten te
Alkmaar en 's Gravenhage, altijd1 voor
bedelarij.
Het O. M. vroeg nu 2 dagen hechtenis
en 2 jaar opzending naar de werkinrich
ting. „Of de heeren 't asjeblieft vermin
deren wouc-n", vroeg beklaagde, „want
liij zou gaan trouwen met een heel fat-
soendtelijk meisje dat nog een paai- cen
ten van d'r eigen had', riet uwe, en dan
zou hij tot rijn bestemming komen."
De Rechtbaaik zal er over denken.
De 25jarige werkman J. F. de
Bruijn kaapte een rijsje, een kneu en
een putter uit de woning van Manger
en verkocht die aan een ander. De op
brengst besteedde hij aan bier en siga
ren! en aangedaan vertelde hiji dan ook,
dlait hiji ©en borrel op had! toen hiji de
vogels stal. Eisch 2 maanden gevange-
nisstraf.
Onder aanklacht van mishandeling
stond de schoenmaker P. F. van den
Berg terecht, die een slag mest een soort
wapenstok heeft toegebracht aan zekeren
Thomas de Bonte. Er zat een vrouwen-
quaestie tusschen en van den Berg had
een borrel op. Het O. M„ het ongelijk
geheel aan beid. toesclmjvend'e, vroeg
met het oog op de vrij belangrijke ver
wonding, die hij d'e Bonte heeft toege
bracht, gevangenisstraf van een maand!.
De volgende beklaagde in het bank
je was Johannes van Emmerik, in gar
nizoen te Leiden, beklaagd van dronken
schap en verzet tegen de politie, 't Ei
genaardige van dit zaakje was, dat de
in de wereld omgaat, aangezien de dui
ven zich eerst den vierden dag durfden
vertoon eu, zulk een indruk had Kaïrel
de Groote'3 niezen bij hen achtergela
ten.
Men kan ei- rich evenwel van gaan
overtuigen, dat rij weer even vertrouwe
lijk als vroeger met Keizer Karei om
gaan, die altijd neg in rijn nis rit en in
de wijde wereld rondziet.
Do oude geschiedschrijvers doelen
mee, dat het standbeeld het oogenblik
vooi-stelt, waarop da doode keizer rijn
zwaard) tegen een spotter, die hem. wilde
bel eedSgen opheft.
Als wij het standbeeld nauwkeuriger
bezien, bemerken wij eon fijn glimlachje,
dat nauwelijks merkbaar om rijn lippen
speelt. Wij vermoeden daarom, dat hem
in zekere meer onschuldige gevallen ook
andere wapenen ten dienste staan.
Uit het Duisch van Max.
de Mairière,
EINDE.
beklaagde in uniform was en de twee
getuigen Hessels en Israel in politiek.
Mr. Calkoen, subs. off. v. just., deel
de mede dat deze zaak zoo laat behan
del cï werd' omdat die aanvankelijk vóór
den krijgsraad is gebracht, die haar
evenwel achtte te> behooren tot de com
petentie van den civiclen rechter en re-
quireerdte voor de dronkenschap f 3
boete subs. 2 dagen hechtenis en voor
het verzet 6 weken gevangenisstraf.
Voor beleediging van een gemeen
teveldwachter in de uitoefening zijner
functie werd tegen Jan Valk te Koog
aan die Zaan 14 d'agen. gevaiUgenisstraf
gevraagd, orndiat do man al meer met
den strafrechter in aanraking is geweest.
De bierhuishouder John F endier te
IJmuiden stond terecht voor verzet te
gen de politie.
Toen de rijksveldwachter Groen
bij den beklaagde, die geen vergunning
heeft, kwam om te onderzoeken of een
half fleschje jenever bij' hem gekocht
was, rukte hij Groen 't fleschje' uit de
hand zoodat deze er een wond van kreeg
aan de hand en sloeg het toen op den
grond stuk. Fendler beweert, dat hem
het fleschje werd toegereikt en dal het
bij T aannemen op den grond is gevallen
en zoo gebroken.
Daar bekl. gunstig bekend staat requi-
reerde hot O. M. een geldboete vain f 40
of 40 d. hechtenis.
Wegens het niet aangeven van een
hond' in d'e belasting werd tegen Nolten
te Beverwijk f 8 of een dag hechtenis
geëischt.
Hij was niet op de zitting verschenen,
evenmin als Nioolaas Bakkum van Be
verwijk, die dezelfde overtreding hadi
begaan 011 tegen wien dezelfde straf
werd geëischt.
Wel was verschenen de weduwe Si
monsZwaneweber, die ook al haar
hondje niet had) aangegeven.
De juffrouw had geen tijd1 gehad, zei
ze. Ook tegen haar werd' f 8 boete ge-
eisclit.
Jubileum.
Heden is het 25 jaar geleden, dat
de heer S. Wapstra, magazynbpdiende
in dienst trad aan de Centrale werk
plaats der H. S. M.
Ten 8.30 ontvingen zy'r.e oudste
collega's (de HH. J.'v. Veen en K. O.
Folkerts) hein aan den ingang der
werkplaats en leidden hem naar het
keurig versierde lokaal waarin de
jubilaris werkzaam is. Aldaar was
eene fraaie pendule aanwezig door de
directie der H. S. M. geschonken als
bewys van hoogachting en als boloo-
ning voor zyne trouwe diensten. Na
aankomst in dit lokaal, nam de heer
H. N. van Beek, magazijnmeester in
tegenwoordiglieid van zyn geheele
personeel het woord en bood iu warme
bewoordingen zyne gelukwenschen
aan, tevens bracht hii de ij ver en toe
wijding van den jubilaris in herinne
ring, welke laatstgenoemde steeds
voor de Maatschappij betoond heeft,
en bood hem nnmons het personeel
een zestal keurige bekleede stoelen
aan, benevens een schoon gedicht in
fraaie lyst gevat.
Dit gedicht is vervaardigd door den
heer J. v. Veen, terwyl de hoer P.
Warnier het op papier heeft gebracht
met artistieke penteekeuiogên eu sier
letters. Het aan.'al gelukwensoheu was
zeer groot. Wie deu jubilaris kent,
zal zich daar voorzeker niet over
verwonderen, want de heer Wapstra
is door zyn gedrag en omgang met
zijne superieuren en collega's door
iedereen geacht.
Wy wenschen den jubilarhs een
grooten feestdag' toe en hopen dat hy
nog vele jaren de Maatschappij op
dezelfde wijze als tot heden tot uiler
tevredenheid ma^ dienen.
Heemstede.
Vergadering van den Gemeenteraad
op Donderdag den 13en April 1899, des
voormiddags te 11 uur.
Voorzitter Mr. D. E. van Lennep,
Burgemeester.
Afwezig met kennisgeving de heeren
van Merlen en Hoeker.
Na opening, werden de notulen der
vorige vergadering voorgelezen en goed
gekeurd.
Ala punt 1 op de agenda stond! ver
meld Beëediging van het lid den heer
J. Boelen.
Nadat het nieuwbenoemde raadslid
door dién secretaris was binnengeleid,
werden allereerst de gebruikelijke eedien
door hem afgelegd. Hierna werd! de lieer
Be-elon door den voorzitter toegesproken.
Spreker herinnerde er aan hoe de
heer Beelen tot lid van den Raad was
benoemd in de plaats van wijlen den
heer Jhr. J. P. TedSng van Berkhout,
een man döe zeer veel voor de gemeente
had gedaan.
't t- dus geen gemakkelijke taak voor
u om hem te varvangen, doch dat neemt
niet weg. dat u als raadslid ook een
goed biu*ger voor de gemeente kan rijn.
Eéu der eerste plichten van een raadslid
is oni altijd de waarachtige belangen der
gemeente te behartigen. Tevens wees
spreker er op, dat cr in het college steeds I
een aangename toon heeft gelieerscht,
en bij verschil van meening wel op hof
felijke doch niet- op hatelijke wijze werd
gesproken, ongetwijfeld! zou dit het
nieuwbenoemde raadslid ook wel beval
len. Met den heer Beelen nogmaals wel
kom to heeten, en hem de belangen dér
'gemeente op te dragen en rich persoon- j
lijk in zijne vriendschap aan te bevelen I
besloot spreker zijne toespraak.
Vervolgens ging men over tot het
benoemen van sfcembureaux voor dei
verkiezing van Kamers van Arbeid' en
voor do periodieke Raadsverkiezing. Voor
het eerstgenoemde stembureau werden
benoemd de heeren H. Peeperkoorn als
voorzitter. A. van der Horst en J. Bee
len als leden, terwijl als plaatsvervan-
gera door het lot werden aangerwezen de
heeren M. J. Roozen, H. van Wicke-
voort Crommelin en W. C. Predjde.
Het stembureau voor de Raadsverkie-