Koloniën. Atjeli. Aan de „SumatrarPost wordt dd. 23 April uit Kotat-radja ondier meer geschreven „In do VII moekims Pedir is het tegenwoordig alles behalve rustig. Pa- dang Tidji wordt bijna, eiken nacht be schoten. In don najcht van 7 op S April zelfs tweemaal, bij welke gelegenheid een inlamdsch fuselier aan den schouder gewond werd. Een paar nachten tevo ren kreeg een dwangarbeider een schot door den voet. ..De bevolking van het nabijgelegen Koenjit verloopt. Waarschijnlijk is het de pl. 111. 40 man sterke bende van Tandjong, die daar alles in beweging brengt. Het najagen dezer benden is een onbegonnen werk. Zoodra de com pagnie komt, verlatten, zij' die vlakte, en trekken naar heit gebeigte, om zoodlral vize troepen verdwenen zijn, weer naai de vlakte af te dalen. Zij worden voort- chirend door de bevolking gesteund, het zij deze voor de benden bevreesd is. of wel dat zij samenspannen. Zoolang dit het geval is, is van een optreden met succes geen sprake. Aan een Atjeh-correspond'entie van de „Deli Ct." is het volgende ontleend TI ouders van concessiën in Langsar en Motljopahit kunnen zich gereed hou den lezen wij daar. ..Onze vestiging aan de Bajan-rivier zal niet lalig meer op zich laten wach ten, zoodra deze er is, kan in beide hooger genoemde streken worden be gonnen. Of er meer te halen is dam petroleum is ons niet bekend', doch wanneer Tamiang goed wordt gevonden om er tabak te planten, dam zullen beide aangrenzende streken blijkbaar daarvoor ook wal geschikt zijn. Of de aatjol hier evenwel spoedig daarvoor d'en bodem zal beroeren, valt nog te betwijfelen. „Na, Langsar is Perlak aan d!e beurt om opengesteld te worden, doch voor- loopig zal dit wel' niet gebeuren. Is evenwel eenmaal de excursie naar Ge- dong en Kerti achter den rug, en is daarvan het verloop gunstig, iets dat wel a priori kan worden, aangenomen in verband beschouwd met ons vroeger succes, dan zal ook het petroleumland zij uitnemendheid zijn onderaavdschem rijkdom; niet lang meer aan dc maat schappij onthouden, De bezetting van Bajan moet er, in verband met die van Edie. gemakkelijk in kunnen slagen, om het terrein zuiver te maken en te houden. „Waar wij boven spraken van eene excursie naar Gedong en Kerti, waren wij niet- geheel juist. Het doel van den tocht, welke vermöetielijk begin Juni een aanvang neemt, betreft niet alleen beide bovengenoemde .staatjes, doch zal zich uitstrekken over de ge- heele Noord- en Oostkust van Atjelx. Beginnende bij Tjot Mantjang, zal hij in Tamiang eindigen, en brengt de gouverneur misschien een bezotk aan Medan, wanneer dan oen rijweg van Ta miang naar Medan gereed is. ..A..e bestuursaangelegenheden zullen dan ter Noord- en Oostkust worden ge regeld en overal, wat de djahats be treft, schoon schip worden gemaakt. Natuurlijk zullen er nu ook wel, even als altijd, door de mazen weten heen te kruipen, doch de kuststreek niet al leen, maar ook de bovenstreken zullen zooveel mogelijk in kaart worden ge bracht, en waar wijl liet terrein kennen daar is 't spoedig gedaan met die veilig heid van den vijand. De Atjehcr gee looft al lang niet meer in eigen kracht, waar sommige fanatici ons nog trachten aioreuk te doen, krijgen zij in den re gel den kous op dc kop. „Pedië (Pedir) krijgt eene geheele garaizoens-verwisseling. Nadat het 3e successievelijk iu échelons over de wa terscheiding is teruo'vekeerd naar Ko- taraicllja-, begint hetzeilde spelletje met het 12e bataljon van Seulimeum (Seli- moen), dat in plaats van liet 7e deel zal gaan uitmaken van de bezetting van de o. edië-streek. ..Ook is Lam Noh niet- meer. De ba rakken werden overgegeven aan de be volking en de colonne marcheerde in twee gedeelten via den Tjot Eumpëè en door Lhong en Lepong naar Oleh Lheüe om daar ontbonden te worden. „De colonne-commandant verstuikte een knie bij het beklimmen vaar den Glé Pekatjang, en moest- met zeer veel moeite en pijn d'en marsch voortzetten. Ontmoetingen met den vijand hadden noch bij de eene noch bij de andere colonne plaats. Daargelaten onze ver- meerderdci bekendheid met het terrein heelft dei bezetting van Daja bitter weinig nut afgeworpen. Ons gaan der waarts direct na den aftocht van Oemar stelde ons tegenover de bevolking in eene zeer verkeerde en ongewcoischte verhouding. „Veel geld is voor de bezetting uitge geven, zonder dat zij ons ook maar eenig nut afwierp op politiek gebied. „Ook Kroeng-ltaija komt nu aan de beurt van opdoeken, doen daar ligt nog een groote voorraad peper opgestapeld die zonder bescherming allicht door de djahats zou worden opgevorderd, ter compensatie van de sabilgelden die zij tegenwoordig moeten derven. Dit op brengen van sabilgcldüii is wel niet overal uit, doch daar wij vastheid ge noeg* verkregen, betaalt de bevolking liever niet. Ook Pocloe-Bras wordt op geheven, en blijft daar alleen een vuur toren wacht v.nj, 1 officier en 25 man, die dan om de maand zullen warden afgelost. Primo Mei zal men beginnen met de opdoeking." GEHEIMZINNIGE SEINEN. Wat beteekent, vraagt de heer H. G. Barteddte in'het „-oer. Hbl.", heit vol gende De Chineoscke Singapoorscho stoom schepen, die van Singapore den dienst op Makasser onderhouden en daarbij Ampenaai aandoen, komen iu den re gel des avonds op laatstgenoemde plaats] aan. Zij wachten tot het schemert, of rcecls geheel donker is alvorens op de reedie? to komen. Zooclra die schepen op de reede zijn begint een druk seinen met lantaarns, welke seinen herhaald worden aan het strand. De eerste seinen beginnen wan neer liet schip nog twee a drie paal van de pier is. Naidat van het strand ook clloor middel van lantaarns het eerste sein bentwoovd' is, geeft het schip een nieuw sein, dat wordt van het strand beantwoordt d'oor een seinvuur dat iets later gevolgd wordt door twee seinvu ren nicer landwaarts in op een hoogte van ongeveer 50 meter boven den zee spiegel en eindelijk een groot- seinvuur tegen de berghelling, op een geschatte hoogte van 800 a 1000 meter. Bijna, altijd zijn die seinen dezelfde. Of de gelegenheid om te laden en te lossen, om in to schepen of te ontsche pen goed of slecht is, het sein. blijft eender en de enkele malen plaats heb bende afwijkingen slaan blijkbaar niet daarop. Maar waarop dan Voor niets wordt zoo'n ingewikkeld seinen samenstel niet gegeven. Er moet dus een reden zijp. En daar het bekend is, dat ongeveer geen enkele Chineesch Singapoorsche boot met zuivere bedoe lingen hirr komt, moeten die seinen wel betrekking hebben op slavenhandel, vuiu'wapenen of opium, of wat nog waarschijnlijker is, op al deze drie za ken. Slaven en slavinnen voor de Chi- neezen te Singapore, vuurwapenen voor Lombok en Karangassem, opium voor Lombok, waar de regie is ingevoerd, en voor Java. Voor het laatste artikel is Bali-Bc®Heng na de mislukte poging tot smokkelen van den Araicuiaanschen koopman Joakim niet erg veilig meer. Maar wat liet ook zij, het bestuur van Lombok schijnt niet te weten, welk spel gedreven wordt en daarom vesti gen wij dé aandacht et op. De Siboga-expeditie. Aan eenige correspondentie in het „Bat. Nbld." ontleen en wij het volgen de: Vrijdag den 17den Maart ging de eerste maal, de Kor op nicer dan 1000 meter diepte in zee. Wie. nooit aan diepzcevisscherij ge daan heeft, zal zich moieielijfc kunnen voorstellen, hoe saieil het neerlaten en wederom ophalen van een Kor op zulke greote diepten gaat. De Kor hoewel zwaar door al het ijzerwerk, hoeft dcor zijn vorm en voorail door het groote net een enormen weer stand in het water, en zinkt daardoor slechts langzaam. De stolen ka-bel die bijna geen weerstand heeft, loopt door zijn eigen gewicht zeer snel uit, zoo- dat men dien kabel zoodla-nig moet rem men dat zij even snel als d'e Kor naar beneden gaat. De eerste maal ondervonden wij ter dege hiervan de moeielijkheid, maar door d'e ondervinding wijs geworden, gelukte het ons den volgenden dag do Kor op 1060 Meter goed op don grond te krijgen, haar m.eit een. hand zame vatart (II a 2 mijl) gedurende een uur over den grond te sleepen en daar na weder goed en wel op de plecht, van do Siboga te deponeeren, gedeeltelijk gevuld met een allermerkwaardigste hoeveelheid diepzee dieren. De geheele bewerking had ongeveer zee uur geduurd. Vooral, het indraaien is een langwijjig werkje en- eischt voort durend atteint-iei daar de klabol niety onder het scliip mag komen en daar door in het ongereede geraken; onwil lekeurig dachten wij aan de groote diepten in liet Bandabekken (naar gis sing 6000 Meter) en vermenigvuldigden 6 maal 6 uur gelijk 36 uur. De inhoud van —et net was geheel dood1 en, geen wonder, want niet alleen waren die dieren van uit een druk van bijna 100 atmosferen, onder dein) gewo nen atmosferisch en druk gebracht, maar bovendien veranderde daarbij d'e tempe ratuur van hun omgeving van 5 gr. C. tot 28 gr. C. Sommige dieren waren dan ook jam- merujX vervormd met opgezette zwem blaas, ont-sehubd, de inwendige orga nen gedeeltelijk naar buiten gedrukt, zoodat van sommigen de uiterlijke vorm zeer veranderd was. Edoch ca* bestaat geen andere wijze om dergelijke dieren te bestudeeren. De diepzee koralen waren zeldzaam mooi, sommige uiterlijk geheel het aan zien hebbend van shngerplaji ten met prachtige bloemen. Verbazend is die kleurenrijkdom op die diepten, waar geen zonnestraal, meer doordringt en het eenige licht-, dat ver spreid wordt, afkomstig is van lichtge vende visschen. Na eenige uren was de geheele voorraad weder geconserveerd en opgeborgen om wie weet waar en door wien later te worden onderzocht en stoomden we om de Zuid naar de reedja vattii Ampenan, waar wij, Zondags ongeveer middernacht ankerden... Toen wij; den eersten April van dei Paternoster naar de Postillon groep stoomden, werd voortdurend gelood, daar omtrent de diepten in deze passa ges nog zeer onvoldoende gegevens be stonden en werd ook do Kor uitgewor pen. De koraal bodem maakte wel, dat wij; dc Kor met een gemengd gevoel naar de diepte zagen verdwijnen, want met hot lood haalden wiji telkens groote stukkon en takken op em alles duidde aan, dat, althans voor een net-, bijzon der groot gevaar bestond voor scheuren. Het net bereikte den grond; we kor den een uur en begonnon langzaam het net in te halon, toen na ongeveer een uur of twee, nadat de halve reep inge haald was, liet stoompeil p.otseling zach ter ging draaien en de dynamometer, die eerst 750 a 1000 KG. aanwees, tot meer dan 2000 KG. steeg. Natuurlijk werd cogenblikkelijk ge stopt, maar op welke wijze uit te ma ken wat op die groote diepte met net of reep was geschied? We konden ons alleen in gissingen verdiepen en nai eenige malen de reep gevierd en weer ingehaald te hebben, waarbij telkens de dynamometer tot dezelfde hoogte steeg, werd eindelijk besloten om lang zaam achteruit stoomende, de kor los te trokken of den kabel te breken. Ademloos stond ieder den uitslag af te wachten, langzaam ging de Siboga achteruit, steeds meer den kabol span nend, dte dynamometer steeg tot 3000 4000.4500 KG., bijna: was de breelc- kraclit van d'en 'kabel bereikt, toen plotseling met een zwaren schok alles tot zijn normalen toestand terugkeer de en ten minste de kabel niet gebro ken was. Omtrent liet net zelf dhrfden wij, ons niet niet de geringste hoop' vleien, maar wie schetst onze verbazing, toen na, eenigen tijd hefc neb nagenoeg geheel onbeschadigd] bovenkwam met een vangst zoo groot en zoo interessant, als we nog geen enkele maal geliad hadden Zeer veel crustacea, waaronder bijzon der vreemde vormen met verbazend lange voelhorens, sommige blind, an dere met zeer eigenaiardig glanzende, schijnbaar lichtende oogeit..; grooto holothuriën, paars en rose gekleurd!, veel visschen en een massa roode en bruine koraal, enkele alnemonen en inktvis- schen, verder molusken en kwallen. ...In de Pidjoèbaai op de oostkust van Lombok werd voor het eei*9t de diepzeefuik van deoi vorüb van Monaco gebruikt op een diepte van ongeveer 60 a 80 vaam doch d'o uiterst steile en ge accidenteerde zeebodem maakte goede uitzetting zeer moeielijjk en was oor zaak van de geringe vangst. Rubriek voor Dames. Heden wil ik u eens een lijstje voor leggen van vrouwen, die beter doen nooiv, in 't huwelijksbootje' te stappen. Tic las liet ergens en zaïl het u precies zoo voorleggen, aan u dlan om te oor- deelen of er veel waars in schuilt, ik wil er mijn oordeel direct op laten vol- gen. I. De vrouw, die met trots verzekei"t. dat zij geen zakdoe.. kan zoomen, nooit een bed heeft opgemaakt, en met een dom men lach verklaart, dat zij' sinds haar vijftiend!® jaar in den wereld' verkeert. II. De vrouw, die liefver een puck hondje verzorgt dan een klein kindje. III. De vrouw, die ieder voorjaar haar huis nieuw wil meubileoren. IV. De vrouw, die koopt om het ge noegen ran te koopen. IV. De vrouw, die denkt dat man nen engelen of half goden zijn. VI. De vrouw, die liever zou sterven dan dezelfde hoed twee seizoenen dragen. VII. De vrouw, die d'enkb dat de keuken- en de kindermeid samen het huishouden kunnen doen. VIII. De vrouw, die snuistert jen koopt voor de salon en het keukenge reedschap bij; haar buren leent. IX.. De vrouw, die allerlei dingen wil hebben om dat aaidere vrouweai in het bezit daarvan zijn. We zouden dit alles kunnen samen vatten door te zeggenEen vrouw moet nooit trouwen als zij dom, lui, opper vlakkig, verkwistend of slordig is en och lieden, dan ziet liet er in de toe komst voor den vooruitgang van het aantal huwelijken al heel slecht uit. Als ik dan bedienk, dat naaviteat (la ter meiest domheid genoemd!) van een jong meisje voor een maai dikwijls veel aantrekkelijks heeft, dat hij evenzeer wat onverschillige nonchalance (later luiheid en slordigheid') niet onaardig vindt en dat overdreven kostbaarheid of veranderlijkheid in de kleeding (later verkwisting) hem ook wel aanlokt dan. zie ik niet zonder voldoening in, dat al die vereerde vrouwelijke eigenschap pen niet even zooveel beletselen voor eon gelukkig huwelijk behoeven te zijn. Ik ben bet volmaakt eens, dat. de zooeven genoemde eigenschappen van zeer fatalen invloed op het huwelijksle ven kunnen zijn, wanneer ze niet beter geleid worden maai* er zijn er, goddank, velen onder ons, dio wezenlijk ge leerd hebben haar verkeerde neigingen te onderdrukken en is er in. het huwe lijk meer dan in eenige andere pesitio gelegenheid zichzelve te leereu behcerschen. Ik spreek nu over die hu welijken waarbij en vrouw gelijk staan, waarbij d'e man zich niet ontziet zijne vrouw hare gebreken onder helt oog te brengen en omgekeerd. Wij wenschen niet behandeld te wor den aJs porceleinen poppetjes, die ge vaar loop en te breken, alls men zc te ruw aanraakt. Zijn we oppervlakkig, dan is er een echtgenoot naast ons, die ruimer blik heeft, die zijn best doet ons wat van zijn inzichten mee te deelen en de goeden onder ons zullen eerst uit liefde voor haar man haar best doen, hem. te begrijpen en later zullen zij, er wezenlijke behoefte aan hebben). Heb ben wij andere verkeerd a eigenschap pen, dikwls wekt het goede voorbeeld] van onze echtgenoot ons op ze te be hcerschen. Dat is ook heel natuurlijk, want dik wijls vullen cchtgencoten elkaar aan volgens het beken Je spreekwoord„les extremes de touchent,wat die een dus mist kan hiji vinden in den ander. Ik ken niet éene maar verschillende, getrouwde vrouwen, die als verloofd' meisje volgens onzen lijst stellig onder de paria's van het huwelijk behoord zouden hebben cn die tijdens haar hu welijk geheel veranderd zijn, maar zij waren geen kasplantjes, die bij de min ste felle aanraking haar kopjes lieten hangen; geen verwende kinderen, die) altijd ontzien moesten worden, maar vrouwen, die al vroeg geleerd hadden, dat men om mensch te zijn, zijn kwade neigingen moet ondardrtikken Als ik dat alles bedenk, dan noem ik het een groot geluk, dat de liefde blind is en zich niet door allerlei ver standige rc-deneertnge» laat verdrijven, aaiders zou wezenlijk het aantal huwelij ken te betelleoi zijn. RECEPTEN BISCUITTAART. 8 eierdooiers 1 kwartier met 1 half pond suiker roeren, daarna. 1 geraspte citroenschil, het sap van twee citroenen benevens ons aardappelmeel er bij voegen en dan nog het stijfgeklopte wit dea* eieren. In een matig verhitten oven bakken. SPOEDIG KLAAR. Roer 1 half pond boter tof, room, dGe er 4 eierdooiers, 1 luvlf pond sui ker, 1 half pond bloem, een geraspte citroenschil fan liet stijjfgelclopta wit) der eieren door. Doe deze massa, in een mot boter besmeerden springvorm en balt het 3 kwartier in den oven. Gemengd Nieuws. De zaak-Dreyfas. Woensdag is de behandeling vaD de revisie voor liet Hof van Cassatie te Parys voortgezet. Er heerschte volmaakte kalmte in den omtrek van het Paleis van justitie. Iq de zaal van het Hof vau Cassatie was hetzelfde van kaarten voorziene publiek aanwe zig, maar minder talrijk, daar de be langstelling in de zaak aanmerkelijk verminderd is, nu de conclusies van den rapporteur Ballot-Beaupré bekend zijD. De zitting van bet Hof wordt om twaalf uur geopeüd. De procureur- generaal Manau onderzoekt langdurig de quaestie van het doorschijnend pa pier van het borderel. Het was geluk kig voor Dreyfus en de gerechtigheid zegt hij dat de ontdekking vau het bedrog van Henry en de tegen spraak tusschen do verklaringen dei- experts de justitie brachten tot een onderzoek, hetwelk leidde tot de inbe slagneming van do brieven van Ester hazy op hetzelfde doorschijnende pa pier. Manau verdedigt de onkreuk baarheid van deu advocaat Mornard tegenover de insinuaties van generaal Roget, als zouden de brieveD, waarvan Esterhazy trouwens erkend heeft de schrijver te zijn, ter wille van de zaak vervaardigd zijn. Manau spreekt dan over de leugens van Esterhazy tegenover den instruc tie-officier, majoor Ra vary. Esterhazy is wel degelijk de schrijver van hei bordereWat ons betreft, a ij zijn zeker van de onschuld van Dreyfus. Er is verraad gepleegd, maar Ester hazy, al was hij honderd maal schul dig, kan niet opnieuw vervolgd wor den, omdat hij vrijgesproken is. Ik vraag u niet, de onschuld van Drey fus uit te spreken, aan den nieuwen krijgsraad behoort deze taak maar enkel te beoordeelen, of er voldoende elementen zijn, waardoor het vonnis van deu kiygsraad van 1894 met ver denking wordt getroffen. Manau betoogt daarna, dat Ester hazy en niet Dreyfus in 1894 de ma noeuvres bijwoonde. Manau vraagt zich af of men hier uiet staat voor een geheimzinnige mystificatie en een stoutmoedige op lichterij, begaan door den schrijver van het borderel ten opzichte van den bnitenlaodschen agent. H6t is een vreeslijke kwestie roept hij uit aan het eind waarvan zich een mar telaar. een onschuldLe bevindt. Manau spreekt dan in loffelijke be woordingen van bet private leven van Dreyfus. Hy betreurt, dat de rappor ten van de politieprefectuur niet aan den krijgsraad van 1894 zijn overgelegd. Hij trekt dan een vergelijking tusschen het scbeeve gedrag van Esterhazy en dat van Dreyfus. En er is geen be weegreden die een misdaad van Drey fus zou kunnen verklareD. Alles wyst Esterhazy als den dader aan. Bij de hervatting van de zitting van het Hof merkt men acht ei* de rechters Mathieu Dreyfus en Hadamard. zwager van Dreyfus, op. Manau, d!e procureur-generaal, zegt, dat de geheime stukken geenerlei waar de Lebben, aangezien zij1 niet aan Drey fus zijn medegedeeld. Het commentaar, dat du Paty op Sajidherr's bevel op die stukken gemaakt heeft, versterkt d'e argument cn ten gunste van d'e revisie. Er is niets in liet geheime dossier verzekert Manau dat tegen Dreyfus pleit. Hij begrijpt niet waaromi men dat commentaar niet aan het onderzoek van het ITof heeft willen onderwerpen. (Sensatie). Wat de drie stukken betreft, waarop Cavaignac op de tribune dier Kamer steunde om d'e veroordeeling van Drey fus te rechtvaardigen, Manau's onder zoek had uitgebracht, da.t twee van die stukken va.lsch zijn en het derde niet op Dreyfus slaat. (Sensatie.) Manau valt scherp die manier van doen van drt Baty cn Henry aan, vooral ten opzichte van Panizzard'i's telegram: in 1894, welk telegram Broyfus vrij pleitte en niet aan de rechter medege deeld werd. De mededeeling van geen der geheime stukken had diplomatieke Verwikkelingen hoeven te geven. En geen enkele beschuldigt er Dreyfus. Al wat majoor Cuignet dlu Paty ver weten heeft, houdt Manau, ondanks d'e disciplinaire straf op Cuignet toege past, voor gegrond. Aan diu Paty's ont kenningen gelooft hij niet. Ma<na<u gispt de beweging die er gemaakt is, omdat hij. inzage van bet. geheime dossier gevraagd heeft. De dag van die inzage was met generaal Cha- noine samen vastgesteld!, maar toen die dag kwam,, weigerde da generaal hem iets te toon en. Te drie uur werd de zitting geschorst. Het is waar, dht de manier van le ven van Esterhazy niet insluit, dat hij een verrader was, maar waarom clan de schuld van Dreyfus gegrond op dezelf de redenen, die overigens wat hem be treft niet juist warcin Van Esterhazy sprekende, herinnert) Manau, dat generaal Billot van hem] gezegd heefthet is een bandiet, en Guénéo Esterhazy is tot alles in staat. Van Hemy sprekende, schildert de procureur-generaal dc tranen scène in hefc kabinet van Bertulus, aan wiens getuigenis niet getwijfeld kan worden. Henry antwoordde Bertuhis op zijn vraag, of Esterhazy het borderel ge- sclircvon hacl, dat do eer van liet leger gered moest worden. De bekentenissen van Dreyfus Ma/ naiu zegt. dat Dreyfus niet opgehouden hoeft, zijn onschuld te betuigen. Hij< schreeuwde het voor het front der troe pen uit. Hot verpletterend bewijs, dat Dreyfus aan kapitein Lebrun-Renaud geen bekentenis gedaan heeft, is dat deze in zijn dienstrapport na do degra)- datie cle woordeoi voegde„Niets te vermelden". Lebrun deed ook geen nie- cl'edecling van een bekentenis aan zijn chefs, evenmin aan den president dei- Republiek. Manau keurt het iu Cavaig nac streng af, dat hij afgaande op een los blad uit Lebrun-Renaud' s zakboek je, het zoogenaamde bewijs van Drey fus' schuld naai' da vier hoeken van het land verspreid! heeft. Be heb het recht to zeggen vervolgt Manau dat de bekentenissen van Dreyfus nooit bestaan hebben. (Toejuiching.) Het. getuigenis van Bertillon. Manau zert niets van zijn stelsel van expertise te begrijpen, en hij vraagt zich af of dei expert, die e-on eerlijk man. is, niet de eerste oorzaak van do veroordeeling van Dreyfus is geweest. Manau leest cok eenige brieven van den veroordeelde op het Duivelseiland' voor. Daarin ontkent hij, het borderel gesclireven te hebben. Voorts haalt Manau een stuk aan uit een ambtelijk rapport van Deniel, directeur van den dienst op het Dui- velsetilaind. Die man schrijft, dlat Drey fus oen afschuwelijk wezen is, diei niet van zijn vrouw en kinderen houdt. Ma nau vraagt zich af, hoe zulke dingen geschreven kenden worden, waar Drey fus toch schrijft.- Laten wij met ■ver trouwen do gerechtigheid van het hoog gerechtshof afwachten en aan de kin deren een omhelzing van hun ongeluk- kigen vad©r. Aan het slot zegt Main auHet is een plechtig uur. Heit vennis van het Hof za,l verder gaan dan die muren van dit gebouw. De geschiedenis zal het op teekenen, want wij zullen vonnissen zonder appel. Na voor u d'e verantwoor delijkheid van onze conclusies op ons genomen to hebben, stellen wij; zo als magistraten en burgers in het vertrou wen val nonzen plicht gedaan te hebben. De deaireui van de revisie moeten wijd! geopend worden. Ik kan niet gelooven dat het Hof Dreyfus zijn laatste toe vlucht zal weigeren. Ik houd staande, dat er in het proces verscheiden nieuwe feiten zijn, die de onschuld van Drey fus zouden kunnen bewijzen en verzoek dus het Hof, da vernietiging van het, vonnis van 1894 uit te spreken en Drey fus naar eien krijgsraad ta verwijzen. (Levendige toejuichingen). De zitting wordt te half zes opgehe ven. Werkstaking in Denemarken. In Denemarken wordt de laatste weken een groote strjjd gestreden, een strijd niet bloedig, maar verbitterend en ook aanzienlijke offers eischend. Het is de strijd tusschen de goed ge organiseerde werkkrachten, gevormd door bonden, die 3000 man in hunne gelederen tellen en de evenzoo krach tig aaneengesloten patroons-bonden, die een „lock-out", eene uitsluiting, hebben toegepast, welke een stilstand van deu arbeid in zich sluit. De pa troons verklaren biertoe gedwongen te zijn door den volgens ben niet langer houdbaren toestand van dwang door de arbeiders organisaties in het leven geroepen. De patroons zijn in vereenigingen georganiseerd en hebben zich, evenals mogendheden, voor alle oorlogsgeval- len door verdrageu gedekt. Zoo hebbeo de Deensche kalkbranders een con tract gesloten met die van NoorwegeD zoodat zij nn gevrijwaard ziju tegen invoer van Noorscbe kalk, terwijl hun eigen branderijen stilstaan. En toen de Algemeene Patroonsvereoniging het noodig vond om van al de hamers die zy binnen haar bereik heeft liggen, den zwaarsten moker te kiezen, den „lock-out" in alle bouwvakken, toen had zij ook de macht om den ijzer fabrikanten en andere verre verwanten te gelasten om ook bun deuren te sluiten. Terstond is daaraan voldaan slechts hier ou daar beeft een enkele bij de organisatie aangesloten patroon (de anderen blijven er natuurlijk geheel buiten) geen gevolg gegeven aau het bevel eu zichzelf daarmede buiten de organisatie gesteld. Maar enkele an deren daarentegen die niet in het groote verband waren eu dus niet ver plicht waren tot do uitsluiting, heb ben zich niettemin bij do anderen gevoegd, begrijpend dat bier een strffd werd begonnen vau diep ingrij penden aard. Nu ot nooit!... en zij zorgden er by to zijn. De groote stilstand van arbeid te Kopenhagen levert voorloopig nog niet do minste onlusten op. Een uit stekend denkbeeld wordt trouwens ontwikkeld door een redacteur van de „Frem", nl. om de arbeiders zooveel mogelijk bezig te houden door nut tige voordrachten. Reeds hebben vele mannen van kennis en beschaving zich daarvoor beschikbaar gesteld. Men schat bet reclitstreeksche gel delijke verlies dat geloden wordt eonerzijds door loon- en andorzijds door winstderving op 130,000 kronen (f 86,0°0) per dag. De weiklieden hebben iu hnn vereenigiugskas ei- middelen genoeg om het een maand te kunnen uithouden, maar daar velen reeds hebben doen weten dat zij in de eerste drie weken geen ondersteu ning uit die kassen behoeven, zal het nog langer kunnen duren. Den pa- tioons ontbreekt bet eienmin aan wcerstandsuiiddeleiï. IutusscLen beeft bet arbitragecomUé zich in werking gesteld. Dit. comité dat permanent is en door de beide bonden (van werklieden en patroons) is gekozen dient „tot beslissing van arbeidsgeschillen". Maar de patroons hebben te kennen gegeven dat zij in dit geval waarom, dat zeggen z\j net bet comité niet competent achten. Nu hebben de werklieden zich wel tot. bet comi'.c gewend en dat zd ook uitspraak doen maar wat zal dat ba ten daar de patroons er zich toch niet om bekreuDeu Onder Indianen. In het zuiden van Californië, scluijft de heer van O at eren van daar aau de „Arnb. Ct.", heerscben de pokken sedert eenigen tijd, wel niet op on rustbarende wyze, maar toch zoo, dat eenige aangetasten aan die gevreesde ziekte bezweken zyn'. Hel meest heb ben de Indianen, die zich op de grenzen van dezen staat, en Arizona, iu de nabijheid van het fo:t Yuma, bevinden, geleden eu benige roodhuid is dan ook een „goed Indiaan" ge worden, een uitdrukking, die door beu voor den dood gebezigd wordt. Het ergst heeracht do ziekte onder deu stam der Novajos, die bij liet plaatsje Holbrook, in Arizona, een uitgebreide nederzetting hebben. Hun dokter, de z.g. „medecynman", sloeg, 1 zoodra de gevreesde ziekte uitbrak, met jeugdig vuur onophoudelijk op zyu tom-tom eu danste daarbij a'a een bezetene iu bet ronde; toen dit niet hielp, nam bjj zijn toevlucht tot de ratels eeuer kouiugsralelslang eu schudde die geruiinen tijd been en weder, iets wat altijd de hevigst woe dende besmettelijke ziekten bezworen heeft, doch ook ditmaal zonder gun stig gevolg. Toen alle middelen, die in zijn brein oprezeu om de ziek te te bezweren, vrachteloos. bleken te ziju, werden de Indianen eerst rusteloos, doch allengs wild. De hoofden bielden saraensprekin- geu en besloten, een algemeene bijeen komst te houden, teneinde te beraad slagen wat hun te doen stond. De joDgeren van da-en eischten op de een of andere wijze voldoening, terwijl de nagelaten betrekkingen der „goede Indianen" maar dadelijk met bet krasse' middel voor den dag kwamen, den man voor zijn straf het leven te bo- nemen. Vooralsnog vond dit voorstel echter geen algomeenon bijval en werd ten slotte aangenomen, de zaak voor loopig nog eens te lateu rusten. Het lot was den dokter niet gunstig, want kort daarop werd een der meest ge ziene jonge hoofden aangetast, eu toen ook hy bezweek, riep'de geheele stam .luid om wraak, zoodat in de volgende bijeenkomst eenparig beslo ten werd, den dukter den marteldood te doen sterven, naar oud Iüdiaansch gebruik, op een wijze, die, wat bar- baarschbeiea bloeddorstigheid aan gaat, in de boeken van Aimar 1 cn Cooper zelfs nog te zwak geschil derd is. Op bet afgesproken tijdstip werd het terdoodveroordeelde slachtoffer aan eeu boom gebonden en vervolgens heel langzaam gescalpeerd, zoodat hg elke haar afzonderlijk van zijn schedel kon voelen scheiden. Daarop werden hem de ooren afgesneden, opdat hg als een ODteerde het groote jachtveld, zooais de Indianen den hemel noemen, zou binnentreden. De ongelukkige was" evenwel nog niet genoeg gemarteld; één voor één werden hem de armen eu beenen afgehouwen, evenwel met tuscbenpoozen, die mot luidruchtige krijgsdansen werden aangevuld. Al huilende en schreeuwende, zooals slechts verwoede Indianen dit kunnen, sprongen zij als wilde katten om den ougelukkigen „medicijnman" heen, dronken door bet gezicht van zijn bloed en half krankzinnig in 't genot hunner wraak. Langen tyd leed de ongelukkige de vreeseljjkste pijnen, tot de ludianen er zelf genoeg vau kregen en tot be sluit van het martelproces met een twaalftal' geweerschoten er een eind aan maakteu. Het lijk moest als prooi der roof vogels aan den boom blijven hangen. Toen de bijzonderheden der daad iu Holbrook bekend werden, ging de shcrif met zijn deputaties er op uit, en zoodra de hoofdschuldigen zich in handen van het gerecht bevinden, zul len zy zeker, hoewel op menschel ijk er wjjze, door middel vau den strop om hun hals eveneens tot „goede India nen" gemaakt worden. fsmilieSierichiler. Getrouwd 29 April. D. v Geuns en A. W. Escbanzier, So.rabaia. 30 Mei. C. Bakhuizen Jr. en C. Grif fioen, 's Grave'and. Bevallen27 Mei. J. Meyer—Bax d. Atnst. 28. A. H. B. C. van Ebbeu- borst Tongbergeu—Koker d. Utrecht M. Reek—Bicuworts z. (reeds overl.) Hoorn. 29. Brosse—Oolgaardt z. Am sterdam! 30. S. II. Tobbe—Langebaerd z. Twisk. Yan der HorstBergens a z. Pretoria. Overleden: 24 Mei. S. J. F. Vers feit jd, 86 j. Arnhem. D. Visser 7G j. Leiden, j. B. Voons 42 j. Amst. B. Steyling—Van der Wal 67 j. Amst. D. R. vau Cuijlenbargh 56 j. Utrecht. 28. W. Haak Azu. 52 j. Amst. R. J. Smijter 80 j. Diepenveen. J. N. Bur- gerhoudt 58 j Enkhnizen. 29. C. Jan sen 3S j. den Haag. Kind van ,1. .1. Esser 7 d. Kampen. 30. R. S. L' batto Belinfante 60 j. deu Haag.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1899 | | pagina 6