7* P'T, Y' 7 ifn Zr Scïjaeider zich hg Schwarzkoppen edden dat bedreigd nrdI door de beï0Bd t00n deZtl f,et peüt Ueu ïm Wandelen. indiscreties van de „Libre Parole",nog-, dat baar man gezegd had, dat is een vreeselyke marteling die men - Na Maandag 7 Augustus 's voor- daar de beklaagde een Israëlietisch j de kolonels Fabre of d'Aboville wel-een trouw officier laat oudergaan. yoor den iyiflouri de2er rubriek steh 4"- - fficierwas licht zonderi weten wie de schrijver! De zitting word][opgeheven. Men reAmtie niet aansprakelijk Guerin antwoordt: „Dat zyn her-{van bet borderel was. merkt op, dat Dreyfus zeer bleek ziet. - u In antwoord op een v. aag van denHy schijnt aan een hevigen toorn ten middags Keulen veriaten te bebbeD, zijn de beide wereld-wandelaars Giers en Muddist Zondag 13 Aug., 's mid rl bedraagt pl. in. 250 kilometer. jicneringeD niet sterk genoeg dags 12 uur, te Mannheim aangeko- j zÜn, maar wel te kunnen bevestigen j president zeide mevrouw Henry, dat i prooi, mon. De afstand Keulen—Mannheim dat bij op die wijze niet gesprokenhaar man in zijn laat,sten brief voor; i heeft." j hy stierf gezegd bad: „Gij weet mj De nasporiogen naar den dader van De oud-minister van koloniën Le- wiens belang ik handeldeDatdeil aanslag op Labori z\jn vruchte- TVfAdfirlanrtRPhA Sphnakhond Sbon (bÜgenaamd de beul van Dreyfus) wilde zeggen ia het belang van heti00s gebleven. Meu beeft naar Parijs Neaerlanascae ScliaaKbona. ?af n[ÜQf? vaQ de voorzichtigheids-vaderland. I geseind om inspecteurs vau den dienst Internationale Hoof aklassewedstrijd. i maatregelen die bij ten opzichte van: „Indien myn echtgenoot een valscb I Van Cochefert (recherche) te zenden. (Dreyfus had moeten nemenindienstuk heeft gemaakt, zeide zij. was' hq 'dit nog eens moest doen zou hij het slechts wegens de handelingen i geen oogenblik aarzelen. Uitslag 15e ronde. Mat 0 Pastaj 1 Pat 1 Heemskerk 0 Trimborn a Atkius a Meiners 0 Tresling 1 v. Foreest a BleykmaDS a Pelzer 0 Dimer 1 Mizi 1 Te Kolsté 0 Mannheimer 1 Swiderski 0 I tv - - D^ Figaro deelt mede dat kolonel 'wtte er?UW T-t\:Z1JD «T: Esterhazy adresseerde, en dat dit feit ter kennis van den krijgsraad zal den aanvang had hy aan de echtheid: a ervan geloofd, gelijk ook Picquartbrieven van Henry aan Êsterliazy." JJ' 'T. daaraan eerst niet twijfelde. Eerst j Toen mevrouw Henry het getuigen- 1 is gewonnen, 0 is verloren, remise, a is onbeslist. kreeg Picquart do overtuiging dat '/j ishet valsch was. i Lebon verklaart dat hij bevel had j gegeven de brieven door Dreyfus aau Uitslag: H. E. Atkins le prijs roet, i zyn familie geschreven, te copieeren 15 winstpunten '2e pry's Mat 11 3e en de oorspronkelijke te bewaren. Hy tot 6e prys d.""''n Blrykroaos, Mann- bevestigt dat Dreyfus vele kladjes heiraer, Bwiderski en Tresling ioder maakte voordat bij zyn brieven ver met 107e eu 8o prys J. Dimer en zond. v. Foreest met 8'2. Mr. Demange roept uit: „Ik val Verder verkregen Pastaj en Pel- hier van de eeoe verrassing in de an- zer 6'-.Mizi 5'\ Meiners en Pat dere. Gisteren stond daar een getuige. 5; Te Kolsté 4, Heemskerk 3Trim- die beschuldigde, heden is het een born Isandere die zich verdedigt,zeggende dat De prys voor het fraaiste offer zijn geweten rustig isu, en by vraagt werd toegekend aan H. E. Atkins, j den heer Lebon of hq het wonder- baarlijk vindt, dat Dreyfus, alieen op zyn afgelegen eiland, dagelijks zyn Geiitersgri licmn. Het prooes-Drejrfus. Nadat de krijgsraad Woensdag ver klaard bad, dat de zitting Diet zou worden geschorst, werd allereerst een vervolg gemaakt met het verhoor van Guérin. Hij zeide, dat liy van 't fond der zaak niets weethij kent slechts de bijom standigheden. Hij zou slechts zyn ver klaring voor bet Hof van Cassatie kunnen herhalen. De president van den krijgsraad zegt dat, de enquête van bet Hof vau Cassatie aileen bekend is aan den re- geerings commissaris eu dat de verde diging en de krijgsraad haar niet keu- nen. De ieden van den krijgsraad zijn hier als de juryleden by het Hof van AssiseD. Zy kennen geen procedure. Kolonel Jouaust verzoekt.Guérin dus not' eens te verklaren wat hij weet. Guérin do9t «lil. Guériu bespreekt daarop de ver moedens die in 1S94 tegen Dreyfus gerezen waren, en de gronden waarop de overtuiging tegen hem was geves tigd, voornamelijk het bordereau, op grom' van de gelijkheid van het schrift,' den aard der geleverde docu menten eu de proef met bet dictée. Guérin deelt daarna bijzonderheden mode over den ministerraad van 1 No vember 1894, waarin eenstemmig be sloten wetd tegen Dreyfus e9u onder zoek ia te leiden. Generaal Mercier toonde toen slechts het bordereau. Haiiolaux maakte eenige bezwaren van diplomatiokeu aard. gedachte aan het papier toevertrouw de. Vervolgens vraagt do verdediger waarom getuige het vaische stuk- Weyler liet namaken eu het vor- valschte origineel behield. Lebon antwoordt dat bet origineel bewaard mo-st blijven, en grypt te vens deze gelegenheid aan om !.e ver zekeren dat de administratie Dreyfus nooit onmenschelyk heeft behandeld. Op een desbetreffende vraag ant woordt Dreyfus dat hij niets heeft begrepen van het vaische stuk Weyler. ('Beweging). Op verzoek van mr. Demange leest de griffier het rapport van het. depar tement van koloniën over de behande ling van Dreyfus, dat reeds door de „Matin" is gepubliceerd. (Door ons medegedeeld. Rad, H. D.) Het gehoor was zeer onder deu indruk. Men meent een traau te zien opwellen in betoog van Billot. De oud-minister Lebon geeft uitleg van het gelezene, hy ontkent niet dé juistheid van de documenten, maar bew eert dat zij zeer partijdig zijn ge steld. „Meu heeft mij nooit op de hoogte gebracht van den waren toe stand van Dreyfus", zegt hy, „zelfs de geneesheeren niet. Had ik gewe ten in welken toestand de gevangene zich. bevond, dan zou ik bevolen heb ben, dat meu Dreyfus had moeteu behandelen zooals elke zieke moet worden behandeld. Met voorbedachten rade heeft men my voor „beul" uit gemaakt." (Langdurige beweging). Iq antwoord op een vraag van den president zegt Dreyfus, dat t.y aan Het onderzoek leidde tot verwjj ring uie verklaring van den oud.minister van Drevfus voor een krijgsraad. Get. niets toe te voegen heeft. „Ik zal beef.', toer. nooit hoorei, spreken van niet spreken van de wreede martelin- geheime stokkendie zyn nooit aau gen die een Franschman een anderen, den Ministerraad medegedeeld. Hy onschuldigen Fraaschman, beeft aan heeft die eerst gekend tijdens het pro gedaan." (Sensatie). ces-Zola. En met sterke stem riep Drevfus Get. verklaart verder persoonlijk uit„Ik ben hier slechts om mijn eer nooit iets geweten te hebben betref- j te verdedigen, en ik zal dos niet spre- fende de bekentenissen aan Lebrun- j ken over myn lyden Renault. j Ten slotte poogt Lebon de nood- Mercier iieeft over die bekentenissenzakelijkheid aan te toonen van de in den Ministerraad nooit gesproken.strenge maatregelen die by moest Ten slotte verklaarde Guérin datnemenonder de redento daarvoor hy wel bad booren zeggen, dat Le- voert hg aau, de aankomst van een brun-Renautd bij den president der Re-. Amerikaaosch stoomschip voorde [les publiek ea bij den president van den du Sa;ut. Ministerraad is geweest, maar dat hy Mevrouw Henry, die hierop gehoord er persoonlijk niets van weet, en nog j wordt, verhaalde" de arrestatie >an minder van wat er over die bezoekeni Dreyfus door Henry, die zijn vrouw is gezegd. beval het stilzwijgen over dit feit .te icoTmet een SSvoiiloëzënblikTalVolgens'de Echo ie Paris hebben De volgende getuige, generaal Roget, Jndei en Maurice Barres raodedeeliug zet uiteen, hoe zijn overtuiging van ontvangen, dat zij door de revisioms- de schuld van Drevfus ontstaan is. t6"> al? S«™laars beschouwd worden, Sprekende van de bekentenis van voor bet geval een nieuwe aanslag Esterhazy, dat hjj het borderel ge- wor(lt Kephsegd. schreven heeft, zegt hydat is een De aanslag op Labori. Het bulletin van Woensdag te 5 30 nieuw feit, sedert het vonnis vau het ouneitu vau ..oeusuag voooo j -Y' jerh-aart Rovet, heeft tt de toestand vau Labo.-i be- hn? vn vredige,,d is, ondanks een lichte koorts, i»™;® -J Ah Mol behulp van X-stralou heeft men nare dat liet geval g veestdan ?ecocstaïeordj daj de kogel een spier ileeft 'ioorbooid en is platgeslagen op Tn aft lafs hof nnil,u? S het r«phter dwars uitsteeksel van den Esterhazy het borderel stroef op %d5B„k°kfifi^"tient- 8ta)ds bevel van Sandherr. Dat is onge- v0®t.k^ ffiLtu S namidtg Get bespreekt verder de onthullin-J># door on(ler do boomen °P Generaal Mercier beeft verklaard, onjuist ts, dat het bu.e..,i an d n daï b» mr,t ilf!t 00g 0p den schande- ,adrta"IJwa lm Wkeu «aiislag tegen Labori en ton f It-f vJl i oih f. Rwf e|nde de gemoederen tot bedoren te af If f V h M ff breugeo. beeft afgezien van zijn aan- p h»,f C t g y klacht tegen Bourdon, die hem voor .Hct Ys mogelijk", zegt Lij, .d« Esterhazy nog enkele verrassingen hereidt voor het einde vau liet proces. „Op deu boulevard öt. Lónis te Pa Zij zullen my niet meer ODtroereu dan rÜs is een aanslag op de anti-semie- de anderen." jten gepleegd, die door de bladen Roget, die voortdurend den blik i worut. gekeusehetst als een „anar- gevestigd houdt op den beklaagde, als j chistisehe" aanslag, om in diens oogen te lezen welken Esn groep anti-semieten stond op indruk bij hem gemaakt wordt door i den hoek van den boulevard en de de verklaring, die feitelijk een requi- Kuo alenciecnes. Een jonge inaa sitoir is scliijnt zelf zeer bewogendie voorbijkwam, riep qen uitdagend te zyn. ï0°- Langdurig bespreekt hy de be-Dadelyk werd hy ingesloten door kende scène in het kabinet van Ber-de anti-semieten die hem met bnn tulus met majoor Henry, oo spreektstokken dreigden. De jonge man zyn wantrouwen nit in Bertulus. i haalde een revolver te voorschijn en De zitliug wordt daarna geschorst.loste vyf schoten. Drie van zyn aau- Tydens de schorsiug spreken Jaurès,1 vallers stortten neer, een hunner is Picquart en Havet voortdurend samen.doodelyk gewond. Generaal Mercier en majoor Lauth G0 moordenaar is gevangen geno- gaan mevrouw Henry begroeten. ,men. Hy beweert in staat van wet- Fa do pauze zet (teneraal Rog. tkolfverdodiging te lebben geban- zyn getuigenis voört. Hy spreekt over I(Jeld' de stukken, die by Marguerite Pays in beslag zijn genomen. Yan het bor- De Belgisciie kieswet, derel zegt hy, dat Dreyfus zyn hand j Het kieswetontwerp dc-r Regeering erin verdraaid heeft. Men zal de ge- is de afdeelingeu der Kamer be tuigen booren die het zakely'ke bewyshandeld. Van de zes afdeeiingen neb- zullen leveren, dat het borderel ia j ben vier het ontwerp aangenomen Dreyrus' h 'tv1 -chnft is. f met 65 tegen 57 stemmen en' 12 oct- Roget is zeer ontroerd. Hy spreekt houdingen, van de nota, die Dnitschland ver Engeland en de Z.-A. Repu bliek. Men meldt uit Kaapstad dat, hoe wel onvoorwaardelijke aanneming vau de voorgestelde gemengde commissie van onderzoek niet verwacht wordt, het nochtans niet waarschijnlijk wordt geacht, dat het antwoord van de Z.-A. Republiek onmiddellijk tot af- langde, ofschoon hei Duitsche gezant schap zeer goed wist. dat destukken ia zyn gebouw gevonden waren. Geen van -ie stukken, die by gezien heeft, slaat op Esterhazy, behalve hot petit- bleu, dat Picquart ontdekt heeft. Ro get begeeft zich in een lang betoog om aan te toonen, dat he'. stuk „Ce canaille de D...." op niemand anders dan Dreyfas kan slaan. (Dreyfus haalt de schouders op.) Wat zijne schuld j breken deronderhaDdelingenzalIeiden. bewyst, zegt Roget. is dat men in elkeHet aanwerven voor verschillende paragraaf van het borderel de sporen locale troepenafdeehngeu wordt in van zyn verraad vindt. Alleen Dreyfas Kaapstad en in de kolonie krachtig kende het plan van de bedekkiugs-1 voortgezet en ontmoet overal een zeld- troepen. Es.erhazy kende het niet. ;zaam succes. Roget verzekert, hat Dreyfus in 1893 Uit Pretoria wordt gemeld dat de drie kaarteu heeft geteekend, waarop regeering openbare gebeden zal uit- de conceutratiepuuten aangegeven;sclitjjveu op 20 en 27 dezer, opdat stonden. Dreyfus heeft de sclu-.'tüand-de Hemel den oorlog afwende. i -j- ...i.j i. u:.- _,.i, .1-, Van ingezonden stukken, geplaatst of niet geplaatst, wordt de copyt niet aan den inzender terug gegeven. Öe President, kolonel Jouaust, ver-bewaren. Zij zegt: „In het einde vau leiding in handen gehad, wat hy ookj De commissie voor do dynamiet- zoekt den heer Guérin mededeelingSeptember 1S94 op een avond na hetontkennen mogo. quaestie heeft over het voorstel der to willen doen vau het volgende: De eten, verhaalde roya man, dat belang-Roget tracht verier aan te toonen, jregeering om den prijs van hetdyoa- heer Gober heeft gezegd, (iat hy door ryke papieren hem waren overhan-jdat Picquart zich van bedriegelyke miet te verlagen, gunstig gerappor- u aan iiet ministerie ontboden werd, :digd. Toen hy laai thuis kvvam, vroeg middelen iieeft bediend om voor Djey-teerd. om eenige inlichtingen to geven, over ik waarom lijj zich zqi verlaat had. fus een audereo schuldige in de plaats de zaak-Drtyfus. Heeft die getuige Hij antwoordde, my een rol papier-te stellen. Hy heeft lö0.000 francsPest. u niet gezegd, wyzende op de pen- touuende, dat er erustige zaken waren, uitgegeven om een onschu! lig officier ----- duie die op den schoorsteen in uw die Lij dien avond zien moest. Eenige te bewaken. (De verde iiging ontkent.) vo.gens teiegraphiscn Denent van opjVm ten honderd, hnrpn - <rond - „Miinheer do minister, oogenbiikken later kwam hii de ka- Hjj verwyt Picquart een stuk, dat leu vice-consul te Uporto zou Mijnheer de Redactetir Ik weoxsch een woord te zeggen over den nieuwsten credietvonn onzer eeuw. Een vorm, zoo gevaarlijk, dat het wen- schelijk wordt de kleine burgerij er ten krachtigste voor te waarsehuwen. juiet omdat die vorm iets zeer aantrekkelijks vhijnt te hebben, voor menschen. die niet veel van geldzaken afweten. Niemand leent uit weelde. Nu is crc- diet nemen niets anders dam. een eenigs- zins gewijzigde vorm van leen en. Elke credietbank leent gelden, onder goede waarborgen. Deze bestaan in hoofdzaak uit hypothecair verband op vaste goe demen of beleening op effecten, zeker de soliedste marnier van crediet-aanvaar ding of door het stellen van solide bor gen, waarvan gewoonlijk geëischt wordt, dat zij goed zijn voor het geld. De voorschotbanken op levensverze- keringpolis, werken onder een schijn baar hoogst zedelijk beginsel. De agent van zulk een bank zal u voorredeneeren. dat gij hoogst misdadig handelt te lee- nen omder borgstelling, zonder dat uw borgen zekerheid hebben, dat de geleen- do penningen gedekt zijn bij uw dood. Denk niet mijn' waarde lieer, dat ea* nan uw zaak getwijfeld zal worden, die is zoo goed als do bank, maar het leven is zoo broos -en als ge eens kwaamt te vallen dan zouden die arme borgem voor hun borgstelling aangesproken worden. Hoe mooi lijkt datDie banken -reden dus op in het belang der ar me borgen, (die er in den regel nogal heel goed moeten inzitten, an der.-: worden ze heel gemoedeliik gewei- gwd). Als regel mag men wel aannemen, dat een borg, die zich als zoodanig laat gebruiken in het hier besproken, geval, niet alleen geen vriendendienst bewijst, doch integendeel dc-n geldopnemer van d'en wal in de sloot helpt. Wat toch is hét geval i De geldopne- nur. wiens omstandigheden natuurlijk niet rooskleurig zijn begint met bij de definitieve aanvrage f 3 te storten. Een kleinigheid voor het onderzoek naar de deugdzaamheid van hem en zijn borgen. Voorts betaalt de man zes procent rente over liet opgenomen kapitaal, waarvan een gedeelte bij vooruitbeta ling. dat wil zeggen, da rente worclt af getrokken van liet- bedrag, als dit uitbe taald wordt. Men betaalt steeds rente bij vooruitbetaling. Ten slotte sluit de leener een levens verzekering voor ectn bedrag van an derhalf of tweemaal de geleende som welke uitbetaald zal worden bij zijn dood. De man, die in nood zit. betaalt zoo doende 8 of meer procent van het ge leende bedrag, liefst bij vooruitbetaling. Om nu niet dadelijk voor een gat ge vangen te worden, moet ik hierbij me- dodeelen, dat enkele banken een zekere percentage terugbetalen, a's de afdoe ning der schuld good van stapel loopt. Och, ochhoeveel malen zal zulk? voor komen. Ook komt het voor. dat de voorschot banken, oude polissen niet bij hen ge sloten, bedeenem. Daardoor krijgt de zaak een eenigszins minder inhalig ui terlijk, hoewel zij in beginsel even ge vaarlijk blijft. Doch ga nu eena na aan welk gevaar de borgen zich blootstellen en natuurlijk ook de leener. De man die in nood zit moet gaan werken met een som. welke dadelijk mol 8 ten honderd verminderd wordt. Zijn kapitaaltje wordt dus aanmerke- hjk aangetast. Voorts moet hij behalve de rente een flinke aflossing betalen. Dat alles behoort verdiend te worden in een- zaak, die van den aanvang af niet in rooskleurigen, toestand verkeer de. Zulks zal ten minste gewoonlijk het geval zijn. Verkeert de zaak in blooien- j den toestand,, dan zijn ea- voorwaar wel andere middelen om aan geld te komen, dan door een leening, die toch neerkomt pen Is het dan niet hoogst noodzake lijk. de borgen te vrijwaren voor scha de door het sluiten ven er levensverze kering? Och lezers, dat is zulk een was sen neus. Ja. indien men iedereen aan nam. Doch vergeet niet, dat de leener een uiterst gezond man moet zijn. Hij wordt goed gekeurd, ear de cijfers wijzen uit, dat de sterftekans gering is. daal de sterfte berekend is naar tabellen, waarop de gezonden en de ziekelijken voorkwamen, terwijl enkel de gezonden aangenomen worden. Borgen, die iemand willen helpen, handelen hoogst verkeerd om een vriend, die om geld verlegen zit op deze wijze te steunen. Laat don man desnoods keuren en blijkt hij gezond, geef hem dan gelegenheid onder voor- deeüge voorwaarden, gelden op te ne men. Hoe deze voorschotbanken, ontstaan zijn Och, dat. is zeer eenvoudig. Bij hot groot, aantal lovensverzeketringban- ken, moesten enkele directies wol uit zien naar nieuwe middelen om polis sen te sluitenhet nieuwe middel is door velen aangegrepen en men schijnt daarin naar wer.-vh u? slagen. Hoogachtend. LEDUC. P.S. Dat de voorschotbanken goede zaken maken, blijkt wal het best daaruit, dat er bij zijn, die pandbrieven uitgeven a 44 per honderd. Behalve deze percenten, worden ver diend alle onkosten, salarissen en ein- dfelijk nog de kapitaalrenten. En wie betalen dit alles? Menschen. die uit nooddruft een kleiii bedrag leenden. het Is de leener zeer gelukkig en eerlijk gouvernement Oporto dan z hij rente en aflossing Ojjdiepen. liebbeu verklaard, om later als alles afgeloopen is, tot de treurige ontdekking te komen, dat de oogenbiik, dat hy u verliet zoud't gü den volgenden morgen steeg hy' te nis wordt afgebroken. - De consul der Ver. Blaten te Lis- gehcele geldleenerij hem geen stap voor- bem i- me-isi strikte geheimhouding paard, zeggend: „Ik moet uumiddel-j Op een vraag van don president sabon telegrapheert, dat zich daar ter uit gebracht heeft. (Enkele gelukkige hebben bevolen, daar de regeeriog 'ie iyk Sandherr gaan spreken." zegt Dreyfus: Het is ontzettend. El- stede vyf gevallen van pest hebben uitzonderingen zijn wellicht voorgeko- zaak van het verraad geheim wilde Haar man wist niet van wie het ken dag' rukt men my het hart uit voorgedaan. me®.) houden, en vooral vreesde voor de borderel kon zyn. Zy herinnert zich en ik kan er niet op antwoorden. Het Doch meu zal mij wellicht tegenwer- ik vrees dut op du nur een ernstige uier binnen in de haud de stukken voor Dreyfus bezwarend was, vernie- Rortu.reescu gouv< fout b-'raan wordt." Gy zoudt !:em houdend die hg juist bad byeenge- tigd te hebben. besmet aoor pest 1 niet geantwoord hebben, maar op het plakt. Hy deed alles in zyn hoed,*ent Roget is vermoeid en zyn geinige-j - - v 'tl n,'i .1,,^ m.n* ,rt,i -.tfirt.ï,5ï t a tuc tiTi",. It o f. rahr.iL'6'i Tip pnnsill llpr V Hei werd zeer donker, eu Peg was met een haarstaart. zoo groot als die naar toe ging," hetgeen ten minste even hier, daar is een zolder waar ik je weldaar zijn geen ratten in, en zij zal er .rraoeid. Zij was er echter niet honge- van het vermaarde standbeeld bij Cha» onbegrijpelijk wad als de vraag zelve, rig bij, omdat zij meer brood dan gc- ring Cross, en met eene domme uit- „Wa^r woon je als je thuis bent?" woon li jib had gegeten, zoodat de visioe- drukking op zijn dik gezicht. Tegenover vroeg die stalknecht nen v.ui wanne avondmalen werkelijk den paal met het uithangbord stond een „Ik heb geen thuis, en ik woon ner- als verregaande lekkerbekkerij van de -og, waaraan de voerman zijn span ver- gans, was het antwoord, jonge reizigster beschouwd mogen wor- kwiku met water a discretion, en eene „Sakkerlootriep de knecht uit, ,.je den maar liet was duidelijk noodzake- tergend geringe hoeveelheid hooi. lx-nt nici bruin genoeg voor eene hei- lijk dat zij eene plaats moest hebben Peg trad' op de deur aan, en toen din. eu dat zijn de eenige menschen, be waar zij gedurende den nacht haar hoofd z.j de dikke waardin binnen zag maakte halve de landloopers. die nergens wo- kon nc-derleggen. zij weder eene neiging, en stak de hand nen. Als je eene landloopster bent. ben Voor eene landelijke herberg aan den uit. je nog eene heel jonge.' weg hield zij stil. Het was eene van die Ga heen, ga heen kom tier niet „Ik ben geene landloopster," zeide echt. Engeische herbergen, die er zoo bedelen."' riep de waardin „of wacht, Peg, die de bet-eekenis van het woord uitlokkend, zoo warm, zoo rustig uitzien. m:»ehien/ heb je honger, daar heb je niet wist, maar begreep dat het een© Tusschen twee boogvensters met roode n is te eten en zij gaf Peg een st-uk s-oort van verwijt was. gordijnen was de deur bij het inkomen 1 rood. en een stuk vleeseh. dat voorzeker„Waar ga je dan. heen?" vroeg de zag men eene toonbank ter rechterzij- den eetlust van elk meisje bevredigd J stalknecht, met de nieuwsgierigheid' de, met eene kleine gelagkamer er te- zou hebben, maar dat de goedhartige aan zijne klasse eigen, gen over. en links de meer aristocrat!- vrouw, die een pond, rundvleesch voor„O. zoo ver." antwoordde Peg. scha ..zitkamer", met haai" met zand haar eigen avondmaal gebruiken kon,! „Naar het Noorden?" vroeg de stal- bestrooiden vloer, ronde tafels, met po» al zeer weinig toescheen. knecht. ten die in voeten van een jichtmatig Peg nc-eg weder, maar het voorkomen j „Ja." antwoordde Peg. die, daar zij aanzien uitliepen, stevige matten stoe- dc-r waardin had iets te indrukwekkendsniets van de punten van het kompas kn. afbeeldingen van onmogelijke jacht- voor haar dan dat zij haar om een j wist, het Noorden even goed als eiken taf reden, uit den tijd toen de ruiters nachtverblijf diufde vragen. anderen weg vond. staarten aan hun haar droegen, en die .Zeg ereis. kleine!" riep een stal-; „Maai" waar ga je slapen?" vroeg de van hunne paarden afsneden; e® de knecht, die haar zag heengaan „waar stalknecht. onvermijdelijke vroeger vermelde roode ga je naar toe?" j Dit was voor Peg eene- moeielijke gordijnen voor het venster. Voor het Peg wist niet wat zij op zulk eene vraag om tei beantwoorden. huis was de paal! met liet zwaaiende belachelijke vraag moest antwoorden; ,,Je weet het zeker niet," zeide de. beschutting voor den nacht zou kunnen zoo goed slapen als in een bed. Zou je bezorgen, als je niet geeft om een, paar gaarne met mij mee willen gaan, meis- ra-tten. die daar rondloopen. Zij zullen je?" vroeg hij. u niet. bijten, omdat zij meer van koren „Ja. asjeblieft. houden, hoewel het anders geen pleizie- zierige slaapkanieraads zijn. Maar we kunnen alles zoo niet hebben als wij wel willen," ging de philosophische stal knecht voort, „of er moet geen opmaken aan ons geld zijn, en ik geloof dat dit bij u evenmin het geval zal wezen als bij mij." Peg betuigde dat zij volkomen met' deze laatste aanmerking van den stal knecht instemde, toen een derde persoon zich in het gesprek mengde. Het was de voerman, die in de gelagkamer een glas aJe gebruikt had. .Wat praat je daar tegen de kleine. antwoordde Peg, die terstond met den voerman ingenomen was. hetzij om zijn uitzicht, of zijne stem. of zijne vriendelijkheid van ma nieren. „Goed dan. Neen. wacht een oogen blik." zeide de voerman, toen hij het meisje in zijn wagen had) geholpen „wacht even"; en hij trad de herberg weder binnen, en kwam er uit met. eene kleine kan bier. die hij Peg o ver ha ni di gde, zeggende „Drink dat, tot dien laatst en druppel, - wees niet bang; je zult er goed op slapen." Een paar minuten lat-cr klapte de zweep van den voermanzijne stem Bill?" vroeg bij. „Zij ziet er al heel ma-; deed het eigenaardig „hu hoep" ho» ger uit." j ren. dat volgens de algemeene veron- Zij gaat zoo ver. zegt zij," antwoord- derstelling zoo verstaanbaar voor het de Bill, „en zij heeft geene plaats waar paardenras isde wagen rolde zwaar zij slapen kan, dus heb ik haar mijn over den weg, en Peg Todd trachtte zolder aangeboden als zij niet om ratten zich zoo gemakkelijk mogelijk ter ruste geeft." te leggen. Dit gelukte haar zoo goed „Maar zij geeft wel om rattennar da-t zij, voordat er een kwartier om was, tuurlijk geeft zij er om, het arme schep- gerust sliep. sel," zeide de voerman vriendelijk. „Als Toen Peg des morgens ontwaakte, zij naar het Noorden gaat. mag zij van dacht zij eerst, dat de wagen op uithangbord, dat Georg III voorstelde dus zeide zij eenvoudig „dat zij nergens stalknecht, „dat dacht ik wel. Zie eens harte gaarne in mijn wagen stappen dezelfde plaats, vanwaar zij den vorigen Mijnheer de Redacteur In de onderstelling dat ge door mid del van uw blad 't welk ook in an dere plaatsen dan Haarlem zijne lezer? wel zal hebben - -er toe tracht mede te w£rken om recht en waarheid te ver spreiden, verzoek ik u beleefd de vol gende regelen in uw kolommen te wil- iea opnemen, a's antwoord op de stuk- jos „Driftig uitgevallen" en „Een mooie iamilie", respectievelijk opgenomen in uw couranten van 15 en 16 Aug. jl on der de rubriek stadsnieuws. De steller dier stukjes is blijkbaar niet goed op de hoogte van de daarin besproken feiten geweest eu heeft' ze, vermoe ad ijk afgaande op onwaardige praatjes en verzinsels, zoo scheef en ver draaid mogelijk voorgesteld, hetgeen ze ker niet tot handhaving van mijn goe den naam en tot voordeel mijner af faire kan strekken. Reeds 18 jaren ach tereen lcom ik met mijn draaimolen de Haar!, kermis bezoeken en nooit heb ik van mijne zijde do burgerij of de politie redenen tot ontevredenheid of tot klachten gegeven. 11c begrijp daar om niet de onhc-usche bejegening die ik van de politic heb moeten ondervinden toen ik mij aan het bureau op alleszins fatsoenlijke wijze trachtte te verdedigen tegen datgeut, waarvan ik valsch olijk werd beschuldigd. De zaak is dezeZa terdagnacht - omstreeks kwartier voor 2 uur kwamen eenige meer of min beschonken, opgewonden mannen om een laatsten toer te draaien. Toen mijne dochter een hunner om geld vroeg weigerde men te betalen op ruwe ma nier. voorwendende dat men aan mij reeds betaald had, wat evenwel niet het geval is geweest. Mijne dochter zien de daifc de lieden lang niet friseh waren - drong er niet verder op' aan, het geen we in, degelijke gevallen, ook maar liever niet doen, omdat ruzie eu drukte gewoonlijk op meer schade komt dan het verlies van eenige centen. Do bel hamel van de ploeg begon echter mijn dochter onder't draaien van d n molen te dreigen, o. a. met de woorden, verge zeld van de noodigo vloeken, „ik zal je bij dit en dat door je molen heen =!aan." Zich h; adtastelijk bedreigd ziende, en den ruwe®, gast willende ont vluchten, springt zij opeens den molen uit, waarop de wcestaard haar na wil lende zetten, eveneens den molen uit springt, doch met het ongelukkig ge volg, d'at hij met. zijn hoofd tegen een ijzeren stang aankomt, waardoor hij ernstig werd gewond. Is het wonder, dat zijn kameraads zich op ons willende wreken, tot dadelijkheden oversloegen, dat mijn personeel voor mij partij trok en. het politiezaak word? Is het won der dat de. dronken bende partij voor hun gewonden kameraad koos en voor de politie eendrachtig verklaarde, dat mijn dochter hem met een ijzeren ket ting had geslagen Er is in mijn geheel molen geen ijzeren ketting te vinden, omdat ik die in 't geheel voor mijn be drijf niet noodig heb. Ik verklaar dan ook naar waarheid, dat mijne dochter avond vertrokken waren, stilstond liet was echter niet zoo, hoewel de tegen woordige herberg veel overeenkomst met de and.re had. Toen zij rond zag bespeurde zij da.t zij een aanmerkelijk eind verder in de landstreek was. daar er veel minder huizen te zien waren, maai velden van allerlei soort, en heg gen. en rundvee, en schapen. .Zoo. meisje eindelijk wakker, hè? Je hebt geducht geslapen, en dat zal u goed doen," riep de voerman, naar haar toetredende. Kom er ntt uit, en gebruik hier binnen een ontbijt;" en liij tild© Peg Todd op den grond, en geleidde haar dei kleine gela.gka.mer in, waar een groot stuk spek. wat brood, cn eene kam met warme melk. op de tafdl waren gezet. Het is niet te veel gezegd dat. dit het weelderigste maal was, dat Peg ooit gebruikt had, sedert den dood van den ouden man. die haar in zijne bescherming had genomen, voor dat zij in handen van onzen vriend Weazel overging. (Wordt ^ervolifii»

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1899 | | pagina 2