NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOM.
IÉ
17e
IJaansïssjg 21 Augustus JS83
Bo 4353 a
IU1
HAARLEMS DAfiBLAD
^^OT^TST^TM:iuiTa?S3P£iI>JS:
'Voor Haarlem per 3 maandenf 1,20
'Voor de dorpen in den omtrek -waar een Agent gevestigd is (koni der
gemeente), per 3 maanden1.80
■Franco door het geheele Rijk, per 8 maanden1.65
Afzonderlijke nummers0,05
Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden0.30
de omstreken en franco per post 0.37^
A "D'V hlFP/PTi-IKTT'-t IH!KT-
Van l—o regels 50 Gts.iedere regel meer 10 Cts. Groote letters naar plaatsruimte.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Reclames 20 Cent per regel.
Abonnementen en Ad verten d-'m worden aangenomen door onze Agenten
en door allo Boekhandelaren en Courantiers.
Bit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Bureaux: Kleine Houtstraat 14, Haarlem. Telefoonnummer 122.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Elrangère G. L. BAG BE Co. JOHN F. JONES, Succ., Parijs 311ns Faubourg Montmartre.
Met uitzondering van hot Arrondiss©m®nt|Haarlèia is lm uitsluitend recht tot plaatsing tan AdvertontiSn m Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan hst
Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam.
BUITEN hot Arrondissement Haarls® is de prils der Advertentien van 1—6 regels f 0,75, elke regel meer f 0,15Reclames per regel ƒ0,80.
Agenten voor dit blad in den omtrek zijn: Bloemendaal, Santpoort m Schoïen, P. v, d. RAADT, SantpoortHeemstede, J. LEUVEN, bij cb tot; Spaarndu n, C. HARTENDORPZandvoort, G. ZWEMMKlt
Veis en, W. J. RUIJ TER; Beverwijk, J. HOORNS; HülegomARIE HOPMAN, Molenstraat. Genoemde Agenten nemen Abonnementen eo Adrertenüën aan.
Dit nummer bestaat uit
twee bladen.
Stadsnieuws.
Earstö ©n tweede pagina.
Haaelem, 19 Aug' 1899.
Volksdouchebad.
In de afgeloopen week zyn in het
douchebadhuis geüoraen 446 baden.
t,
ek
Museum van Kunstnijverheid.
Op bet Museum van Kunstnijver
heid alhier, zullen morgen, Zondag,
nog tentoongesteld zjjn, de verschil
lende werken in metaal, drijf- en cise
leerwerken, die door de leerlingen der
aan het Museum verbonden school
vervaardigd werden.
De afgietsels der Hindoemonumen-
ten, en die der medailles en plaketten
I zijn eveneens Dog te bezichtigen.
Zondag is het Museum geopend
van 10 tot 4 uur en de toegang 10
cent de persoon.
Aanbesteding.
Hedenmorgen werd door den archi
tect S-Roog, in het café „Brinkmaan",
aanbesteedHet bouwen van vjjf
woonhuizen aan den Kinderbuissingel.
Ingekomen waren 11 biljetten. Hoog
ste inschrijver was do lieer A. van
't Wout alhier voor f36200; laagste
de heer Th. Smit te Heemstede voor
f31675.
Jeugdige dieven.
Vrydag werden door den agent-
rechercbeur Hessels drie jongens, van
.11 jaar, opgespoord, die Woensdag
den tuin van den heer van Zuidam,
aan den Jansweg, waren binnenge
klommen en na met stokken en stee
pen vruchten te hebben af ge-worpen
zich daaraan te goed deden. De
agent-rechercher Kamp spoorde er
vyf op van 7 en 8 jaar, die zich aan
een soortgelijk feit hadden schuldig ge
maakt, doch zich daarbij minder
moeite hadden gegeven. Zjj hadden
ral het pakhuis van den groeotenhande- i
Kok, in de Brouwersstraat, we-
ten te openen en hadden daar samen i
ongeveer een kwart Hectoliter peren i
opgepeuzeld en iu de zakken mede
genomen.
De afd. Haarlem van den Cbr. Hist.
iKiezersboDd heeft in hare vergadering j
j van 18 dezer besloten, geen eigen
icandidaat te stellen, maar de candi-j
Idatuur van den heer Dr. H. J. Tjeenk I
Wil link t.e steunen.
Naar wij vernemen zal Donderdag j
|a. s. de afd. Haarlem van hetNederl.
Werkl. Verbond vergaderen, ter be-
spreking van de Raadsvacature en
den meest geweuschten candidaat.
Naar wij vernemen zal dezer dagen
idoor den boekbandelaar D. J. van
der Willi, Groole Houtstraat 94, wor
den geëtaleerd het groote schilderij
[van den beroemden dierenschilder O.
FEUILLETON.
|DeLotgevallen vaneen
jongen Man.
Uit het Enqelsch
VAN
ALFRED W. COLE.
I84)
„Gij zijl een bewonderenswaardig
meisje, Jessie," zeide Larimer, liaar met
frerrulcking en teederheid beschouwende.
„Neen, dat ben i.k volstrekt niet,"
mtwoordde zijne zuster, „en ik wil niet
[gevleid worden. Maar ik heb uwe hulp
feoodig, Lorimer."
„Hoe dat?" vroeg hij.
„Om mij eene lijst van: schoolboeken
i helpen, maken. Vele van die, welke
meisjesscholen gebruikt worden, zijn
lulke nare dingen, louter feiten cn
jaargetallen, dio met geweld in het
moofdj gestampt kunnen worden, maar
onvermijdelijk weder moeten uitval-
oi, even als de dingen in. een slecht
gepakten reiszak, cn die van hoege-
«a»öaamd geen nut kunnen zijn, al blij-
löl ven zij er ook in. Nu houd. ik mij ver
zekerd' dat er veel beter opvoedingsboe-
Eerelman, voorstellende: „De intocht
van H'. M. de Koningiu binnen Am
sterdam op 5 September 1898".
Wy nemen ons voor nader op deze
expositie terug te komen.
Heemstede.
Bevallen: G. O. Tromp—Slootemaa-
ker z. J. H. van Leeuwen—Bos d.
O. Couenberg—Brouwer z. M. vau
der Linden— Westerman z.
Overleden: J. P. v. d. Putten 4 m.
H. M. van Wees 4 m. M. Kauffman
29 j. M. A. Bank 6 m.
Halfweg.
De collecte van de school met den
Bybel heeft alhier en in de onmid
dellijke omgeving opgebracht f 163.18°.
Haarlemmermeer.
Z.Ed. de Commissaris der Koningin
bracht heden een officieel bezoek aan
deze gemeente en aan Aalsmeer.
Beunebroek.
Bevallen: M, TeeucvenWarmer
dam d. E. A. C. v. d. Mey—de Groot d.
Zandvoort.
BevallenM. C. A. W. Klem-
Deus d.
Overleden G. Visser—Wijker 77 j.
G. E. Groenewoud 23 md. C. Drayer
7 'md. E. J. H. Aoema 13 md. W.
v. d. Patten 5 md.
Scbotén.
Bevallen E. A. Ruygrok—Henue-
ke d. H. van Schie—Schoorl d.
Spaarndam.
Werd in ons vorig nummer melding
gemaakt van iemand die aaugifle deed
van de geboorte van zyn drie en
twintigste kind, alhier gaf onlangs
een vader zyn vier en twintigste kind
aaD.
Men schryft ons:
In de hoogere zandgronden, zooals
in de streek van Haarlem tot Alk
maar veroorzaakt de langdurige droog
te groote schade; de weilanden zyn
als zoodanig niet meer te herkennen,
zy vertoonen een dorre oppervlakte,
zoodat het vee daarop geen voldoend
voedsel meer kan vinden; ook voor
de tuinen wordt zeer naar regen ver
langd.
De weilanden oostelijk en zuidelijk
van Haarlem ondervinden niet dat
groote nadeel van de droogtedat is
nl. polderland, alwaar men door het
inlaten van buitenwater, den water
stand hoog kan houden.
Bevallen: G, P. Dijksman—v. Gel
der z. W. Hartendorp—Harteudorp
d. C. Ruygvoorn—Jukes z.
Overleden J. van Ombergeri z. 9
d. L. P. Ruygvoorn z. 1 u. J. van
Andel d. 4 m. M. M. Ötoffeleu d. 8 m.
Gemeld Nieuws.
Het proces-Dreyfus.
(V ervolg).
Sprekende over het rapport dat hij,
opmaakte van het onderhoud der beide
Piequart herinnert aan de geruchten
van ontsnapping van Dreyfus in 1896,
spreekt over het valsche stuk-Weyler.
Daaromtrent vertelt hij de stappen die
hij bij; minister Lebon deed. Hij werd)
het toen met den minister van kolo
niën eens in dit opzicht dat het stuk-
Weyler een manoeuvre was vain de far
mil ie Dreyfus, die ten d:oel had een
ander in. de plaats te stellen van d'eni
veroordeelde. Men. hadi trouwens bij'
den generalen staf voorzien dat de far
milie Dreyfus zou trachten, deze sub
stitutie gedaan te krijgen drie jaar nai
de verooirdeeling, wanneer deze verjaard
zon zijn. Piequart, die toen 'hij bij Le
bon kwam liet origineel van het val
sche stuk-Weyler niet had gezien deel
de deze meening, die onder den gene-
officieren, met R. C. te Bazel, d'oet- ralen staf zeer was verspreid',
hij opmerken, dat deze de beloofde in
lichtingen waarschijnlijk weigerde om
dat men hem belette te spreken.
Piequart sprak reeds twee uur onaf
gebroken en deed door een licht kuchen
blijken, dat hij vermoeid was. Maar de
Piequart vertelde daarna al wat hij j president scheen de zitting niet te wil-
wist. over Est er hazy aan Boisdeffre, die. ten schorsen. v
zijn handelwijze geheel goedkeurde. „ïkj Piequart spreekt verder over de mat-
was er zeor tegen dat Ester hazy aan i noeuvres der bladen tegen Dreyfus, in
het ministerie wikle komen. Toen hij 'bet bijzonder van de „Éclair", van wei-
aandrong, verschafte ik mij zijn schrift j ke zij den indruk kreeg dat zij' waren,
en word getroffen door de gelijkenis geïnspireerd' d'oor iemand die nauw be-
met het- borderel". trokken was bij de zaak-Dreyfus. Zij
Hij vertelt dat bij toen photographic- kunnen dus niet afkomstig zijn van. de fa-
ün liet maken vau de brieven van E»-j milie Dreyfus maar schenen uit den
teirhazv, waarbij hij de datums wegliet.koker van Du Paty te komen. Men ver-
.Bertillon verklaarde later, dat ik hem i bood hem evenwel een onderzoek in te
was komen opzoeken m'et mijn photo- j stellen naar de herkomst- van de artike-
graphieën op een' datum vroeger dan die lc-n. van de „Éclair",
welke op de brieven stonddat was dus: Vervolgens vertelt de getuige van
een onjuiste bewering." zijn onderhoud met- generaal Gonse,
Sprekende over de photo's die hij Ber- toen -deze 'hem zeide. dat generaal Bok-
till on toonde, zeide Piequart, dat Ber-jdeffre en de minister van oorlog van
tillon trachtte te weten te komen waar j oordeel waren, dat men -deze zaak niet
hij dat schrift vandaan had. Ik zeide weder oprakelen kon. Gonse zeide tot
hem alleen, dat- het een veel voorkei I hem„als gij. niets zegt zal niemand
HaarlemmeiTiede en Spaarn-
woude.
GetrouwdA. J. van Leeuwen en
E. Kassing.
Bevallen K. Medenblik—v. Wil-
sum d.
Overleden: G. A. Smit d. 15 j. D.
M. Kalf vr. 59 j.
mend schrift was, pas geschreven. Hij i het weten." Ik antwoordde daarop den
sprak mij toen over een mogelijk door-[generaal„Wat ge zegt- is afschuwelijk,
trekken van het schrift en eindigde met j ik zal dit. geheim, niet in het graf me-
I te zéggen „Als het veelvoorkomenddenemen." (Levendige ontroering). Zoo
'schrift is, dan kon het slechts zijn van j k het gegaan.
.iemand' die de joden zich sedert een, Piequart legt uit wat. hij tegen Es-
jaar laten oefenen om het schrift van j ter hazy wilde ondernemen, maar Gonse
het borderel na te maken. s en Boisdeffre weigerden toe te laten
j Du Paty zeide miji, toen ik hem dedat hij zijn nasporingen zou voortzet-
photographieën van het schrift liet zien j ten, omdat zij de bewijzen tegen Es-
j dat het van Mathieu Dreyfus was. terhazy onvoldoend'e achtten, Piequart
i Toen ik de overtuiging had gekregen, j merkt op dat hij op dit punt in- het bij
dat 'heb schrift vaai het borderel -datzonder de aandacht vestigt, om te doen
van Est er hazy was, raadpleegde ik het j zien dat men daar den sleutel moest
geheim dossier, om te zieu welk deel j zoeken van waf- er is gebeurd. Du Paty
daarvan op Dreyfus van toepassing konmoet wel zeer schuldig zijn geweest als
blijven en of het ook nieuwe aanwij-hij zelfs met den valschen baard en, een.
zin ven tegen Esterbaizy bevatte. 'blauwen bril moest rondloopcn, maar
Hij zegt; „Ik beken dat ik verbaasd is men er wel zeker van dat hij niet op
stond toen ik het geheim dossier las. J bevel heeft gehandeld V' vraagt hij.
Ik verwachtte daarin ernstige dingen te Nadat Piequart zijp. memorie van.
zullen vinden -en ten slotte vond ik antwoord op de tegen hoon ingebrachte
slechts één stuk, dat evengoed op Es- beschuldigingen had overgelegd werd
terhazy als op Dreyfus van toepassing da zitting geschorst,
zou zijn. Dat was het stuk „Cette ca-j Tijdens de schorsiug wordt Piequart
naille de D." omringd door zijn vrienden, die hem ge-
„Den dag na mijn onderzoek zette ik lukwenschen. Hij verklaart dat 'hij niet
de zaak uiteen aan generaal Boisdeffre vermoeid! is.
en nam -..o stukken mede naar zijn bu- Bij de hervatting der zitting consta-
reau. Ik herinner mij, dat generaal Bois- teert Piequart dat Esterhazy gewaar-
deffre met mij de stukken inzag en mij schuwd en op zijn hoede washij wil de-
toen den raad gaf generaal Gonse op 'huiszoekingen, bij Esterhazy reohtvaar-
te zoeken., die lot hem gezegd! 'had; digen, daar hij mest bescheidenheid te
Zou men zich dan vergist hebben. Ik werk gegaan was. In het rapport, waar-
deed niets verder tot- Boisdeffre's terug- in hij aan generaal Gonse verslag deed
keer den 15en September." van zijn stappen tegen Esterhazy, drukt
PicquaxtKle meening uit, dat hij niet
meer kon doen, dan 'hij gedaan had.
Om zich te schikken naar- den wensch
van Gonse,,wilde hij toch, dat de be>-
wijzen tegen Esterhazy werden aange-
vuld. Toen ondervroeg hij verschillen
de personen.
Hij spreekt daarna over de huiszoe
kingen en, het valsche stuk-Henry, dat-
volgens hem deai 31 sten October is ge
maakt en dadelijk aan generaal Gonse
in. handen gegeven.
Hij spreekt daarna over d'e rapporr
teir van. Guerréa Naar aanleiding daar
van beklaagt hij zich bitter, dat,
terwijl hij chef rail den inlichtingen
dienst was, een ondergeschikt a-gent, die
de rechterhand was van. commandant
Henry, rapporten tegen hem heeft kun
nen opmaken. Nooit heeft hij; aan. ie
mand hot dossier medegedeeld1.
Piequart tracht verband te brengen
tuaschen de rapporten van den agent
Guérin en dé leugenachtige verklaring
van Henry, die beweerde dat hij hem'
had zien zitten met Leblois met liet
stuk ..cette canaille de D." Dat hangt-
alles sa,mem Het was het gevolg van
oen machinatie.
Sprekende over mededeeling van. het
borderel aan de Matin", zegt Piequart
dat de rechter van instructie Fabre een
onderzoek heeft ingesteld, waaruit is
gebleken, dat Piequart niet met deze
mededeeling had 'e maken. Een zekere
Girard heeft aan d'e .Matin" het fac
simile van het borderel bezorgd. Naar
aanleiding van. de mededeeling van
stukken aan de „Éclair" zegt hij, dat
deze gedaan, is d'oor een, zekere Lissar
jons van 'het „Petit Journal," met wien
H-enry op heel goeden voet stond.
De president doet Piequart opmer
ken, dlat hij een puut bespreekt, dat de
zaak niet raakt. (Men glimlacht).
Piequart zegt, dat- hij over dit punt
alleen uitwijdt, om aan te toonen welk
een invloed- door Henry is uitgeoefend
om deze medledeeling va-lsehelijk aan
hem te doen toeschrijven.
J Daarna, spre-ekt Picqu-art over zijn
(- zending naar Tunis en. zegt hoe hij ge-
kwets! was toon hij. begreep, dat men.
jhc-m verwijderde, omdat men hem niet
wilde la-ten aan- het hoofd van. den in.
licliitingen-dienst. Een openlijke ongena-
de zou hem minder pijnlijk geweest
zijn. Hij Ijekiaagt zich erover dat zijn
brieven in. zijn afwezigheid- werden open
gemaakt. Hij spreekt over de valsche
brieven Speranza en vraagt zich, of door
wien deze geschreven werden. Hij voegt
er bij dat zijn zending naar Tunis ver-
vuldi kon worden door een gewonen of
ficier van politie. Henry schreef hem,
terwijl hij in Tunis was over onbeschei
denheden die hij zou- 'hebben begaan.
Piequart begreep toen, dat er een. dos
sier over hem bestond, dacht dat hij
verloren was en vertrouwde aan een adi-
vocaat diie tot zijn vrienden, behoorde,
de brieven toe die 'hij van Gonse hadi
ontvangen. Ook vertelde hij dezen
vriend de waarheid over Esterhazy. Pie
quart zeide, dat Leblois stappen deed
bij Scheurer-Ivestner, hetgeen het op
treden van dezen bij de regeering ten.
tijde vau Méline tengevolge had. Intusr
schen, werd- de veldtocht mot lasterlijke
praatjes tegen hem te Parijs vervolgd,
geleid door Esterhazy.
Na het slot- van zijn verklaring over
zijn zending naar Tunis, zeide Piequart,
dat hij vervolgens order kreeg; om naar
TripoJi te gaan. Hij sprak daarover met
generaal i_ie Clerc, dio 'hem zeide, dia/fc
hij slechts tot Gobes behoefde te gaan.
Piequart vertrouwde hem toe dat naar
zijn overtuiging Dreyfus onschuldig was.
Hij verhaalt dan van de huiszoeking
tijdens zijn. afwezigheid in zijn. woning
te Parijs gedaan., welke leid-dc tot het
in beslag nemen van een brief getee
kend' „Blanche de Comminger" en die
prijs gemaakt werd alleen om het
woord Blanche, da-t ook in de telegram
men voorkwam. Hij. vestigt- er de aan
dacht op in welken gemoedstoestand de
krijgsraad wel tegen hem moest vcrkce-
ren. op het oogeaiblik, dat hij( bijeen
kwam om over Esterha-zy te oordeelen
en op den invloed van zijn arrestatie
op dienzelfden krijgsraad.
Terugkomend op het borderel zegt:
hij, dat 'hij twijfel koestert wat den
pqrsoon betreft die het aanbracht. Als
het een intelligent persoon geweest was,
dan zou die stellig nadruk gelegd heb
ben op do belangrijkheid va-n dat stuk.
Nadat Piequart- zijn getuigenis 'heeft
beëindigd, zegt Dreyfus dat Lij; hieraan
niets heeft toe te voogem.
Op een vraag van Demango ant
woordt Piequart, dat de geografische
dienst aan zijn drukkerij- ook ni et-mi -
litairc werklieden, gebruikte.
Generaal Roget vraagt daarop nade
re verklaringen aan Piequart. De diar
loog gaat zoo snel, da-t hij niet volko
men te volgen is. Roget vraagt, of Pie
quart zekere stappen die Roget be
weerde da-t hij gedaan had ontkent-,
daar hij beweert uit Parijs afwezig go-
ra eest te zijn, toen de zaak voorviel
Piequart antwoordt niet gezegd te heb
ben, dat hij al den tijd afwezig geweest
is, maar een gedeelte van den tijd.
Op de vraag van den voorzitten, erkent
Piequart eenige brieven over de zaak
Cainalli naar Belfort gesclireven te heb
ben maar hij vraagt die te mogen, zien,
want er zijn zooveel valsche stukken in
deze zaak. De voorzitter wensch-t te
weten of hij den. geheimen, agent naar
Zwitserland heeft teruggezonden. Pie
quart- antwoordt, dat hij, den geheimen
agent heeft teruggezonden naar do
plaats vanwaar deze vertrokken was, op
dat hij niet herkend zou worden.
Roget staat opnieuw stil bij het feit,
dat er in de zaak Gainelli met me
deweten van of door Piequart ge
heime stukken aan cle rechters te Bel
fort- overgelegd zonden zijn. Ook da
voorzitter dringt op dit punt aan. Pio-
quart zegt. dat -die stukken aan het per-
ket te Belfort gezonden zijn. Mr. Do-
mange doet opmerken, diat de veroor-
d-eeling van bedoelden, persoon uitge
sproken is door den burgerlijken straf
rechter. Roget zegt op minach tem
den toon, dat hij alles afwijst, wat Pie
quart gezegd heeft over de mededeelin-
gen te dezer zake in de „Gaulois". Hij-
zegt nooit eenige inlichtingen, aan do
pers te hebben gegeven.
Daarna volgt een zeer levendige
woordenwisseling tusschen Roget en
ken zijn uitgegeven boeken, die een
kind door het onderwerp, dat zij lee-
ren, vooruit leiden, en het niet alleen
feiten, toewerpen om zijn hoofd in de
war te brengen, en zijn geheugen te
I kwellen".
„Op mijn woordi, Jessie," zei-de Lori-
mer lachend, .gij zult u in uwe nieuwe
j loopbaan onderscheiden gij; schijnt
reeds een vast eigen stelsel ten opzichte
van opvoeding te hebben."
j „Gij plaagt mij maar, dat weet ik
wel," antwoordde Jessie; maar ik heb
althans veel over dit onderwerp nage
dacht, en h-et schijnt mij toe zeer moeie-
lijk te begrijpen te zijn."
„Wij leven voorzeker in eene eeuw
dat liet d'e mode is om- alles te lachen,"
zei d'e Lorimer.
„Ja, omdat het g erna lekei ijker is om
alles te lachen dan het te begrijpen. Nu
schijnt het mij,, naar mijne beschei-
den-e wijze van zien, toe, dat die on
kunde en, spotzucht ik zeg niet dat
zij onafscheidelijk zijn niet uit ge
brek aan verstand ontstaan, maar uit
eene gebrekkige ontwikkeling van het
verstand1, en omdat 't de noodige leiding
niet gehad heeft om zich te oefenen en
te versterken door een of ander on-der-
werp te bestudeeren, maar zich verge
noegd heeft met- stukken en brokken
uit al de geschiedenissen en wetenschap
pen, die in de wereld bekend zijn, bij
eenverzameld."
„Bravoriep Lorimer. „Ala ee.n pro
fessor gesproken, en als een wijsgeer
geredeneerd
Welnu, ik zal er niet meer over;
spreken," zeide Jessie, „want gij- lacht
er toch maar om, cn ik heb voorzeker
tot vervelens toe geredeneerd! Evenwel
ben ik voornemens mijne theorie bij
mijne leerlingen in praktijk tc brengen,
om te zien of ik niet tegelijk het ver
stand en het karakter lean vormen. En
lcom; n.u eens hier, Jongeheer neem
die pen en dat papier, en. schrijf de
lijst op."
Terwijl zij aldus bezig waren, en juist-
om eene aanmerking van Jessie vroolijk
lachten, trad Mrs. Littlegood, die zoo
was opgestaan, de kamer binnen, en
S'aarde verbaasd de opgeruimde gezich
ten har er bedd'e kinderen aan.
„Mijn beste jongen riep zij uit, toen
Lorimer opstond en haar omhelsde. „En
heeft Jessie u ook gek gemaakt?" vroeg
zij „want ik zie u beiden lachen, alsof
er heel wat prettigs gebeurd ware, in
plaats da-t- wij allen geruïneerd zijn."
„Jessie zegt dat wij de zaken geene
leolijike namen, moeten geven, en- dat
wij e<r dan niet zoo ongerust over zullen
zijn," antwoordde Lorimer; „en waan
lijk, lieve moc-der, ik begin- geheel van
haar gevoelen, te zijn, want ik kwam
hi ei" verschrikkelijk neerslachtig, en de
kleine toovenaarstca- heeft mij zoo wijs
gepraat, dat ik mij nu bijna te moede
gevoel, alsof ik in het bezit van eeni
ver moven ware gesteld in plaats van
er een verloren te hebbon";-
„O, die slechte Bosher!" zeide de ou
de dame, met een zucht,
Lorimer mompelde iets, dat naar een
scheldwoord gel-eek; wij willen hopen
dat het or geen was, daar niemand 'het
toch hocrd'e.
„Hiji heeft mij, in ieder geval', eerua
dienst bewezen," zeide Jessie.
„Hoe da-t?" vroeg Lorimer.
„Door heen te gaan, antwoordde zij.
„Ik gevoelde mij in de tegenwoordig
heid van dien man nooit op mijn ge
mak ik vreesde en wantrouwde hem
altijd kortom, hij was mij zoo onaan
genaam alsof er eene boa constrictor
door mijne kamer kroop, en ik elk
oogenk-lik moest vreezen dat zij op mij
zou. toeschieten."
,Wij zullen van nog meer familiën
hoofren, die door de slechtheid van dien
man iu 't ongeluk zijn gestort," merkte
Mrs. Littlegood aan.
„Laat- ons dan hopen, lierve moeder,
dat het- niemand zwaarder valt dan ons,'
hernam Jessie. „Wij hebben een huis
om in te wonen, en bezitten, zelfs iu-
ohze armoede, eene onafhankelijkheid,
die velen ons zouden benijdentwee
van ons zijn jong, en vol hoop, kracht
en gezondheid; en. het zou al zeer
vreemd' zijn als wij het- u, de derde, niet
gonoegelijk konden maken."
„God zegene u, mijne kind-erenzei
d-e oude dame, weenende, terwijl Lori
mer zacht de hand zijner zuster in die
zijne drukte.
En dien nacht sliep Lorimer Little
good gerust, en. den volgenden ochtend
ontwaakte hij. met een luchtig hart. De
kamp dés levens moest- gestreden wor
den, en liij had zich tot den strijd aan
gegord!
HOOFDSTUK XXI.
Wij behoeven, nauwelijks te zeggen,
dat William Beiraoch Esq., nu een zeer
groot man ;n zijne eigene schatting, en
in, die van al zijne vrienden en beken
den was. De eenige, die geneigd scheen
zijne grootheid te betwisten, wa-s zijne
vrouw, die hemi nog altijd als een zwijn
beschouwde, hoewel nu een rijk zwijn.
Weazcl was misschien van hetzelfde go-
voelen; maar Weazel was veel te voor
zichtig om voor zijn gevoelen uit te
komen, dewijl het va-u groot belangvoor
hem was op een goeden voet mot zijn
vriend te staan. Natuurlijk had Weazel
wel voor zich zeiven gezorgd, en, Ben-
noch overreed om hem1 zooveel con-tan-
i ten ter hand te steLlen a-ls hij met fat
soen, onder allerlei voorwendsels, vra
gen kou.want Bennoch was niet gie-
rig van aard'hij. was alleen maar
l een dronkaard, met al do lage en grove
ondeugden, die noodwendig mot dat ka
rakter verbonden zijn. Echter was 'hij,
m'et de geslepenheid aan- ge.kkeu en
djrbnkpords; eSgen, d'ikviijls wantrou
wend, d)at hij „bedot" werd; en bij
zulke gelegenheden vond; Weazel zijn
man in hem, en hield) hij zijne beurs
gesloten.
j Het eerste wat de Bcnnochs deden,
was naar eene goedé woning te verhui-
zen.
(Wordt vervolgd).