KES Sff BINNENLAND A Cappela Koor. De eerste negen concerten welke door „Het Amsterdamsch A Cappela Koor", onder leiding van den heer Joh. Messchaert zullen worden gege ven. z\jn aldus vastgesteld10 Sep tember Hoorn, 17 Amsterdam, (Lu- thersche Nieuwe Kerk), 20 Haarlem, 21 Leiden, 23 Amsterdam (Concertge bouw), 29 Rotterdam, 30 's-Graveu- hage, 4 October Arnhem, 5 Deventer. Machinisten en stokers. De werkstaking der machinisten en stokers bij de Rijnvaart is reeds weder geëindigd. Burgemeesters en secretaris sen in Noord-Holland. In de Maodaag onder leiding vau den heer jhr. mr. J. W. G. Boreel van Hogelanden. burgemeester van Haarlem, ten Stadhuize te Amsterdam gehouden vergadering van de Vereent- ging van Burgemeesters en Secrela rissen in de provincie Noord-Hol landwerd behandeld het rapport door de commissie in zake het pensioen fonds voor gemeentelijke politie-amb- tenaren. De commissie bestaande uit de heeren H. J. Calkoen te Edam, C. W. A. M. Groskamp tcBloterdyk en mr. C. M. Rasch te Haarlem, meent aan het slot van haar rapport dat het beoogde doel te verwezenlijken is door het in het leven roepen eener raste commissie van drie of meer leden welke zoo niet allen, dan toch voor een deel leden der vereeniging moeten zijn. Haar taak zal zijn om met de ver schillende gemeentebesturen in de provincie blijven werkzaam te zyn in zake de verzekering barer politiebe ambten, zoodanig, dat door hen op een bepaalden leeftijd een vaste pen- sioennitkeering van f250 's.jaars wordt verkregeu. Daartoe wordt door de gemeentebesturen aan de commissie jaarlijksch betaald een vaste contri butie of premie waarvan het bedrag voor eiken beambte zich regelt naar den leeftijd op het oogenblik van toe treding. Elke gemeente wordt geheel vrij gelaten om al dan niet en tot weik bedrag en naar welken maatstaf haar personeel uit eigen inkomsten of salaris in die premie te doen bijdragen Het rapport der commissie werd by acclamatie goedgekeurd en de commis sie opgedragen de gemeentebesturen te vragen haar voorstel te steunen, terwijl de leden der commissie teveos een particuliere audiëntie zullen aau- vragen bij den commissaris der Konin gin, ten einde hem te verzoeken den Gemeentebesturen te vragen de zaak te steunen. De begrafenis der slachtoffers- Op de begraafplaats „Vredenhof" aan den Haarlemmerweg bjj Amster dam zijn Dinsdag ter aarde besteld de stoffelijke omhulsels van drie der bjj het ongeluk op het Noordzeekanaal omgekomenen, de heeren Coppens, De Jong en De Boer. Vroeg reeds had zich op de be graafplaats een groote menigte ver zameld. Om elf uur kwam de treurige stoet met het stoffelijk overblijfsel van den heer Coppens op het kerkhof aan en schaarden zich familieleden onder wie de vrouw en vier kinderen van den overledene en vele vrien den en belangstellenden, aan de groeve. Hartverscheurend was het, de smart aan te zien van die vrouw, van die kindereu. Een der artisten, collega van den overledene, en de heeren Mulder eu Yau Buuren, de beide firmauten aan wier gezelschap de overledene was verbonden, spraken een kort gevoelig woord. Maandagavond omstreeks 9 uur heeft een man een ruit aan de voor zijde van het Koniukiyk paleis in het Noordeinde, stukgeslagen. De schildwacht riep de hulp in van militairen eü burgers, waarop de man gegrepen eu naar het commissariaat van politie aan de Groenmarkt ge bracht werd. Daar gekomen stelde de man zich woest aan en beantwoordde geen der hem gedane vragen. De mao, die des nachts aan het politiebureei werd gehouden, noemde Dinsdagochtend zijn naam, vertelde dat hy zonder vaste woonplaats was en verklaarde dat hy gehandeld had waarscbynljjk in een plotseling opko mende vlaag van waanzin. Jonge heethoofden. Zaterdagavond, na het sluiten der kroegen, omstreeks half elf, ontmoette de politie te Dedemsvaart eenige ziu gende jongens. By de sommatie om rujiig naar huis te gaan, omvmgei de beide agenteu ieder onverwacht eenige slagen met gebroken flesschen tegen de hoofden. By de arrestatie ging het zoo heet loe, dat de rijks veldwachter B. Sehoenraaker eu de gemeente-veldwachter H. Klinge zoo vrecselyk gewond zijn, dat ze huu dienst eenigen tijd niet kunnen waar nemen en door marechaussees worden vervangen. By de arrestatie is een der gebroeders Koudys ontkomen. De gearresteerde is Zondagmiddag zwaar geboeid door de marechaussees uaar Ümmeu gebracht. Aanleidmg tot deze daad vermoedt men te vinden in ze keren H. v. M., die volgens zijn mee- niug met den agent Klinge nog iets af te rekenen had eu waarvoor by zyn makkers sterk zou getrakteerd hebben. NjtoH era lfed»8f>|«Se«. Henry Mayers heeft Zondag bij den wedstrijd om den Grooten Prys van Duitschland geen teluk gehad. Hy werd slechts twee in zijn afdee- ling tegen Büchner. In de beslissing werd Seidl 1, Arend 2, Huber 3, Büchner 4. Tjjd 3 m. 39 sec. INGEZONDEN MEDEEE LING EN. 30 cent*» per regel. SSSWgJi.'iö &5EL?lfe'S Het Proces Dreyfus. De zitting met gesloten, deuren heeft Dinsdag geduurd van half zeven tot kwart voor achten. Zij werd geheel ge wijd aan het onderzoek van het gehei me spionage-dossier Cernusohi werd niet gehoord. Dadelijk na de opening van de open bare zitting dient Labori de volgende conclusiën in „Het moge den krijgsraad behagen „overwegende dat hij in de zitting van Maandag heeft laten hooren Cer nusohi, die onder anderen beweert, dat Dreyfus hem door een referendaris aan het departement van buitenlandsche zaken van een Miöden-Europeesche mo gendheid er door een officier van den genera l en staf van een andere mogend heid is aangewezen als aanbrenger in dienst van vreemde natiën ..overwegende dat een dergelijke han deling van een buitenlandiseh officier tegen een Fransch officier de verdedi gers noopt verder te gaan dan zij voor nemens waren, en uit te lokken, dat aan den krijgsraad worden overgelegd! de in het borderel opgenoemde stukken daar de overlegging van die stukken op schitterende wijze de onschuld van den beschuldigde aan den dag zou brengen, ter bestrijding van beweringen, die slechts door de officiëele stukken geheel en onmiddellijk kunnen word'en ver nietigd; „te gelasten en te bevelen, dat. die regeeri ngscomm issaris de regeering moet uitnoodigen, de betrokken vreemde mo gendheid af mogendheden laings diplo mat! eken weg te verzoeken om de re geering de in het borderel opgenoemde stukken te verschaffen."' Labori voegt er bij „Ik geef mij rekenschap dat wij voor nieuwe netc- hge omstandigheden staan, maar aan gezien ik geen baas ben over de beslui ten van den krijgsraad, heb ik de eer mee te dedendiat ik den regeerings- commissaris verwittigd heb heb noodig te achten, voor den. krijgsraad to dag vaarden de heeren Schwartzkoppen en Panizzardi. of zij willen komen getuigen. Buitengewone omstandigheden hebben ons gebracht tot het besluit om een beroep te doen op het getuigenis van buitenlandsche officieren. Dat is in overeenstemming met hetgeen vroeger bij dergelijke gelegenheid is gebeurd. Wij naderen het tijdstip waarop de waarheid en het licht zullen uitblinken volledige onschuld van den be klaagde toceien.' De regceiiugscommissaris Carrière zegt, dat men niet vooruit mag loopen op den afloop van het proces. In de con clusiën va.ii Labori is het teere punt dSt, dat hij den krijgsraad aan den re- geeringscommissaris wil laten opdra gen, de Fransehe regeering te verzoe ken, om langs diplomatioken weg aan een vreemde regeering een verzoek te doen dat strekt om stukken, die al heel weinig op diplomatieke gelijken, terug te krijgen. Men kaai zich niet voorstellen, zegt Carrière, dat die eene regeering tot de andere zoo'n verzoek richt, en daarom maakt hij alle moge- iijke voorbehoud. Paléologue. hoofdambtenaar aan het departement- van buitenlandsche zaken, zegt heel goed te begrijpen hoe veel be lang de verdedigers er aan- hechten, dat; de in het borderel opgesomde stukken bij de processtukken worden gevoegd', aangezien zij de kern van de quaes tie vormen. Intusschen beletten uiterst zwaarwichtige redenen dè Fransehe re geering, van een vreemde regeering die stukken op te vragen, als deze ze niet uit zichzelf geeft. Paléologue weet niet, of de regeeringscommissaris bevoegd zal zijn. de hem toegedachte taak te ver vullen. Uit een diplomatiek oogpunt is het stoffelijk en zedelijk onmogelijk. Hij gelooft dat het doel waarnaar men streeft niet te bereiken is. De verdedi gers, die over machtige middelen be stikken. zouden misschien officieus die stukken kunnen verkrijgen. Paléologue heeft reden om aan te nemen dat die regeering zich niet met zoo'n taak kan belasten. Daarentegen, is er z.i niets tegen d'ait Schwartzkoppen, en Paniz zardi komen getuigen. Hel staat aan den. krijgsraad te beoordeel en, of hij al of niet gevolg wil geven aan liet ver zoek van dë verdedigers. Paléologue be sluit mot te zeggen, dat liet verzoek, hoewel naar recht en logika gewettigd, uit een diplomatiek oogpunt niet voor Inwilliging vatbaar is. Do voorzitter deelt mee, dat <1; krijgsraad naderhand beslissen zal. De getuige Basset vertelt, dat hij et telijke malen door de ..Matin" naar Londen was gezonden, om Esterhazy te interviewen. Deze verklaarde eerst, dat hij niet de schrijver van het borde rel was. Hij beklaagde zich bitter over die generaals en zei, dat hij zicli vior den kop zou schieten. Basset ried toen Esterliaay aan, zich niet dood te schie ten, maar do geheele waarheid aan het licht te brengen, omtrent de rol die liij gespeeld had- En toen vertelde Es terhazy hem, zoo maar op eens, op hot Piccadilly, dat hij de sclunjver van het borderel was en het in 1894 geschreven, had op verzoek v«in SajndOierr. Deze liad hem verteld, dat or een venader aan den gen er alen staf was, kapitein Drey fus, em dat men dien moest te pakken krijgen. Esterhazy aarzelde toen niet, het borderel te maken. Hij deed! die bekentenis, zegt Basset, omdat hij zwaar gedrukt was omdat allen hem in den steek lieten. Ten slotte verklaart Bas set, dat hij de verklaring door Estor hazy liet waarmerken. Een lid van den krijgsraad vraagt: Heeft Estorhazy u heusch gezegd, dat Dreyfus de schuldige was?" Basset ant woordt bevestigend. De voorzitter zegt, diat de twee be weringen vaar Estorhazy niet met elkaar strooken. Basset herneemt, dat hij niet behoeft te verklaren. De voorzitter verzoekt den reg ri ngscomm issaris zijn opmerkingen ten beste te geven over het. getuigenis vtan, Basset. Carrière antwoordt, dat daar over veel te zeggen zou wezen, maar da,t. hij als stelregel heeft aangenomen, niet met die getuigen in debat, te treden. Hij komt echter, in naam van de na gedachtenis van Sandherr, levendig op tegen de insinuatie van Estorhazy, dat Sandherr hom opgedragen, zou liobbcn het borderel te schrijven. Laibqri hoopt, dat het protest, niet de verdedigers geldt. Natuurlijk niet," antwoordt Carrière, „het heeft niets met de verdedigers te maken, maar gaat hem aan die zulke dingen moet ge zegd! hebben." Op een vraag van Labori verklaart Roget, dat hij in Augustus een brief van Estorhazy heeft ontvangen en hem aan den voorzitter van den krijgsraad, heeft ter hand gesteld. De voorzitter zegt. dat. hij den brief niet bij het dos sier heeft gevoegd, omdat die alleen persoonlijke beleedigingen en verwijten bevat. Maar, daar de verdedigers erop aandringen, zal hij dien brief en andere bij het dossier voegen. Roget leest den laatsten blief voor, dien Esterhazy hem heeft gesclireven. Daarin beweert Esterhazy, dat liij het beslaan van heit syndicaat kan aantoo- nen. Carrière zegt, dat hij ook verschei dene brieven van Esterhazy heeft ge kregen. maar ze nooit gelezen heeft. Gelach). Op een vraag var Labori antwoordt Roget, dat hij aan die bekentenis van Esterhazy geen waarde hecht. Hij heeft geen bewijzen dat E~terhazv een stroo- pop is, maa.r hij heeft neiging om het te gelooven. Li 1894 was Esterhazy rog goen stroopop. In strijd met Esterha zy's verklaringen verzekert hij. dat de officieren van den generalen staf geen betrekkingen met Esterhazy hebben gehad. (Beweging). Labori vraagt Roget hoe hij verklaart, dat Esterhazy niet bekend heeft tijdens het prooes-Zola. Roget zegt, dat hij het niet weet- Hij weet ook niet, waarom of men tijdiens het proces van 1898 Esterhazy niet als stroopop aanwees, daar hij: dat proces 21 iet heeft bijge woond. Labori vraagt vervolgens aan Roget, waarop zijn overtuiging in deze zaak burust. Roget antwoordt,.Op de rol van Esterhazy." Labori verwijt Roget dat hij eerst een waar requisitoir heeft uitgesproken en nu op vragen niet wil antwoorden. Hij legt er nadruk op dat men Ester hazy heeft voorgesteld als een stroopop, terwijl de feiten retejdls lang bekend waren De griffier leest het rapport voor an den raad van onderzoek, die advies uit te brengen, had over het ontslag van Esterhazy uit den dienst. Labori zegt. dat blijkens dat rapport de raad alleen advies uit. te brengen had over do vragen die de minister had ge- speldt. en daarvan niet mocht afwijken. Een van die vlagen betrof het zenden, van brieven aan den President van de Republiek. Esterhazy dwong d!u Paty te zeggendiat hij, ze in de pen had ge geven. en die omstandigheid heeft groo ten indruk moeten maken op de leden van den krijgsraad (in de zaak-Ester- hazy) Wat aangaat de betrekkingen van Esterhazy met de houdster van een verdacht huis, dlie werden niet vastge steld'. De krijgsraad die Esterhazy von niste. kon meenen dat hij eenvoudig een eondottiere was, en was daarom goedertieren jegens hem, wa.t overigens strookt met de overleveringen in het leger. Labori veivocikt den voorzitter, aan generaal Billot een vraag te stellen over het vrijmakend stuk. maar Jcuaust weigert. Demangc komt terug op de vraag, of Esterhazy een stroopop was, en uit zijn verbazing over de bewering dat de ver dediger-s den general eu staf willen com- pi omittoeren. Roget zegt., dat oen van de redenen, die hem tot de. overtuiging brongen dat Esterhazy oen- «troopop is en vreemd! aan liet verraad', deze is dat zijn beken tenis, dat hij het. borderel heeft ge schreven, geen geloof verdient. Roget spreekt opnieuw over den zin ..Ik ga op manoeuvre", hetgeen Drev- fus aanleiding geeft om te zeggen, dat de krijgsraad, die de circulaire van 17 Mei '94 bezit, zich zal kunnen overtui gen, dat deze circulaire aan die stagiai- .1 cv-' zeer duidelijk is. Ik heb nooit ge waagd, naar die manoeuvres to mogen gaan. zegt hij. I11 het borderel staai ..Ik ga op manoeuvre", wat op stellig heid wijst welnu ik ben nooit naar do manoeuvres moeten gaan. Roget be twistte nog de betrouwbaarheid van Cominge. Dcffea, redacteur van de ..Temp?", zegt diat hij op efen reis naar Londen Esterhazy heeft hooren zeggen, dat hij de schrijver van het borderel was. Op een vraag van een lid van den krijgs raad1. zegt hij, Esterhazy niet gevraagd te hebben wie de stukken van het bor derel geleverd hadi; maar hij. kreeg den dien indruk dat Esterhazy erkende, die schrijver te zijn van den „brief van den Uh.aaai." Trarieux legt getuigenis af. Hij geeft een overzicht van de zaak. I11 liet eerst was hij overtuigd van Dreyfu?' schuld. Getuige vroeg er toen Hamotaux naai-, die hem sprak over het stuk „Ce ca naille", maar zander hem te vertellen, dat het aan de rechters was voorgelegd) buiten weten van den beklaagde eu zijn, verdedigers; dat was een onwettigheid waardoor het heilige recht dier verde diging aangetast werd,. Vervolgens won lvij de meening van Teissonnières in. Trarieux deelde de opvatting van Teissonières niet. Zijn twijfelingen vonden bevestiging toen bij vernaiml, dat Scheureer-Kestner bewijzen in han den had! van Dreyfus' onschuld!. Hij prijst Scheur er in warme woorden, en spreekt dan over de rol van Picquart die een heldiar inzicht aan. den dag leg de. Voor Gonse zou liet eene eer zijn geweest geen weerstand te bieden aan de inspraak van bet hart, en Picquart niet in zijn werk te belemmeren. Hij spreekt over de knoeierijen achter die schermen, waardoor Picquart van den inlichtingendienst verwijderd werd: en voorts over hét valsche stuk, geteekend Weyler, en over het. cynische valsche stuk van Henry. Hij voegde hierbij „Men zal misschien op enkele gedeelten, van hetgeen ik hier heb gezegd terug willen komen, maar onder de mannen van eer, dio naar mij luisteren, zal er geen enkele zijn, die twijfelt aan de opre.btheid va,11 mijn getuigenis, noch aan dè waarheid vau hetgeen ik heb gezegd," De chefs, zeide hij, werden bedrogen. Hij komt terug op de identiteit van liet schrift van Esterhazy en dat van het borderel Was er. zegt hij, in 1896, ook maar een enkel bewijs geweest te gen Dreyfus, dan zou Gonse liet getoond hebben aan Picquart. Sedert zij 11 on derhoud met Scheurer-Kestner was hij overtuigd van dè onschuld van Dreyfll? en van dë schuld' van Esterhazy. Zijn geweten stelde hem van dat oogenblik af een plicht. Hij verhaalt nu van de stappen, gedaan bij een buitenla,ndsche.n ambassadeur, die hem. in alle oprecht heid en op bewogen toon bevestigde, dat Dreyfus noch met hem noch met welken militairen attaché of officier ook betrekkingen onderhield. Op aan drang van Trarieux verklaarde dè am bassadeur, dat zijne .overtuiging op vas te gronden berustte, en bovendien, dat hij een brief had geiien van A. (Schwartzkoppen), welke de schuld van Esterhazy bewees. De ambassadeur be vestigde voorts nog, dat. het. stuk„Ce canaille de D.," niet op Dreyfus be trekking had. Trarieux zegt, dat hij van den am bassadeur toestemming kreeg om, zijn verklaringen aan de justitie over te brengen. Deze diplomaat deelde Item ook mede, dat die vervaJsching van Henry sedert lang bij zijne regeering en hem bekend was. De Fransehe regeering krinde dè vajschheid van 'liet stuik volgens hem sedert een jaar. Men heeft gezegd, vervolgt Trarieux, dat ik niet aan had moeten komen met- een getui genis uit den vreemde. Dat is de mea ning van Cavaignac. Zij steunt, noch op feiten noch op de wet. Het getuigenis van een vreemdeling word't niet door de wet gewraakt. Overigens heeft Pa nizzardi reeds getuigd in een zaak we gens oplichting, die te Marseille ge diend heeft. Verdea- heeft. Maandag een eemdehng getuigenis afgelegd1 van Seji-viscfoe nationaliteit, dio hier bet verhaal dcèd van gesprekken met vreemde souvereinen. Waarom zou men. zich verbazen, heb getuigenis te zien aanbrengen van officieele vertegenwoor digers van vreemde natiesen, heeft de wakkere do Gallifeit niet aan het Hof van Cassatie het getuigenis van generaal Talbot overgebracht. (Bewe ging). Ik dring niet aan, roept Trarieux uit, dit. zou onwelvoegelijk zijn. Tra rieux brengt in herinnering dat hij Cavaignac dè schrikkelijke gevaren on der het oog bracht, die men liep door zich van de vervalsching van Henry te bedienen. De Franschen moeten vree zen om een bloedvlek op hun geschie denis te werpen, door een onschuldige to veroordeel em. (Beweging). Ik ver denk, vervolgt getuige, niet de oprecht heid van de rechters, maar* de oprecht heid! van de stukken, die hun zijn voor gelegd Als hij Esterhazy afschildert, roept Trarieux uit: „Als gij het toon beeld van een verrader zoekt, dan is Esterhazy dat, stekende tot over de ooren toe in schulden, een onzedelijk leven leidende, schrijver van de brie ven aan me v.- d'e Boulancy. Ester- harcv maakt door zijn gedrag zijn vrouw n kinderen ongelukkig. Dreyfus is een model echtgenoot Trarieux laakt Mercier. omdat hij niet bij het dossier de officieel© lezing lieeft. toegevoegd van de dépêche van November on dat uit ach tea docht je gens zijn collega! van buitenland elie ken. Getuige spreekt van dè oonolu- e-s van Regel en G'uignet. die beweer den te weten, dal die agent B. Pa nizzardi aan zijn amba&sadeur had medegedeeld, dat de agent A. (Schwartz koppen) in betrekking stond, tot Drey fus. Deze beweringen berusten op niets. In liet rapport va,11 B. is er sLechts spra ke van genachten, die in Frankrijk do ronde deden, bovendien is nat rapport van 2 November, denzelfdlen dag da,t die agent B. in zijn telegram zeide, dat Dreyfus in betrekking had gestaan tot geen enkelen militairen attaché. Roget en Cuignet- licbben slecht gelezen. Ik wil niet zeggen, dat zij verkeerd1 ver taald hebben. (Beweging.) Getuige ver klaart opnieuw, dat de ambassadeur hom zeide, diat Esterhaizy de verrader was. Hij brengt in herinnering, dat het Hof van cassatie overigen? Esterhazy geoordeeld heeft, die bovendien bekencl heeft de schrijver te zijn van liet bor- dèrel. Hij heri.naiea.-i- aam die gelijkheid van het schrift van Esterhazy en van het borderel e>n hangt een somber ta fereel op van Esterhazy's moraliteit. Deze heeft zelfs niet het gemoed: van een Franschnian (Opschudding) en men maakt een vergelijking tusschen. hem en een jong officier van onberispelijk gedrag, tegen wien men enkel geheime paperassen heeft. (Beweging). Het ia een onloochenbaar feit, diat Esterhazy A. bezocht en Roget moest bet wetem. Antwoordend op een vraag van. een der leden van den krijgsraad, zet Tra rieux sommige dee.len van zijn getuige nis nader uiteen. Hij toont aan, hoe dè vermoedens va.n de vreemde militai re attache's opgewekt werden door de openbaarmaking vam het borderel in de .Matin". Dain spreekt hij over dë smart die de vreemde attachés gevoelen moe ten nu zij sedert twee jaajr hun woord in twijfel getrokken zien door hun ka meraden vaui het leger eener amdere natie, welker begrippen vam eer en loyauleit zij ongetwijfeld deelen. (Be- weging). Trarieux leest een stuk voor, waar uit mem schijnt te kiuinen opmaken, dat er geen tusschen persoon bestond tusschen dan. agent B. en de Italiaan sclie regeering. Zich dadelijk verbete rende. zegt hij „Ik heb een naam ge noemd, maar laten, wij niet. kinder ach tig zijniedereen weet wat wij be doelen. (Er wordt gelachen,). Carrière maakt tegenover Trarieux hetzelfde voorbehoud als tegenover Labori in den aanvang der zitting. Op een vraag vam Labori, zegt Tra rieux, overtuigd te zijn. djait geeu bui ten landsch geld voor den strijd ten gunste van Dreyfus gebruikt is. Dat is kriertaal. Hij tart iedereen, een, feit aan te voeren, ten bewijze d'ait Dreyfus' verdedigers niet allen belangeloos zou den handelen. Trarieux zegt nogdla,t de mededee- ling vam de sclii et handleiding niet aan Drevfus ten, laste gelegd moet worden, maar aan Esterhazy. Aam het, slot van zijn getuigenis gaat lidj: ven-der na,, wel ke beschuldigingen, tegen Dreyfus in gebracht kunnen worden. De technische quaestien. vam liet borderel er buiten "atendie spreekt hij oven* do zin „Ik ga op manoeuvre'over de richt-tabel, waarvan de mededeeling evenzeer tesi laste van Esterhazy komt. Hij eindigt met een welsprekend beroep op de ge- iitigbeid. Dc tijd der uitvluchten voorbij, het uur vun dè verzoening slaat. Dreyfus luistert zonder aandoening naar het langdurige getuigenis van, Tra- rieux, die met veel vuur spreekt, heen, 11 weer loopend' op de estrade, en een pleitrede houdlt te zijnen, gunste. Na beraadslaagd te hebben- verwerpt de krijgsraad mot, algemeeine stemmen de conclusies door Labori aan 't begin der l' ing gesteld. In de overweging wordt gezegd, dat de krijgsraad zich niet be voegd acht 0111 door zijn uitspraak diplo matieke stappen van de regeering uit te lokkou Hedlen wordt Cermischi gehoord in geli ei me zitting. De zitting wordt om tien minuten voor twaalven gesloten. Hoewel er veel volk op die been is, gebeurt er niets bijzonders. Het gerucht loopt, dat- ar huiszoe king gedaan is in he* hotel te Parijs lar Cerausohi verblijf heeft gehoudien. Labori heeft omstandige telegrammen, gezonden aan Keizer Wilhelmi en Ko ning Humbert, beide vorsten met een welsprekend beroep op den eisch van waarheid! en rechtverzoekende vergun ning te verleenen. dat de twee attache's voor den krijgsraad verschijnen De dagvaairdingen vam Schwartzkop pen en Panizzarc.i om voor den krijgs raad te Rennes te getuigen, zullen door minister Delca&sé aan de Fransehe ge zanten te Berlijn en Rome wordlem, toe gezonden. Schwartzkoppen en Paniz zardi hebben dè keus om zelf voor den krijgsraad to Rennes te verschijnen of hun getuigenis af te leggen voor een magistraat in hun land. Het verhooren vam dëze twee getuigen zal de zitting van den krijgsraad minstens een week rlengen. De Fransehe politie zoekt rog steods naar den dade van den aansl g op mr. Labori. De man die te Limoges gevangen genomen is scbynl niet wel by het hoofd of een dronkaard te ayn. By Nantes is een colporteur gevan gen genomen, Marcelin Faure gehee- ten, wiens signalement overeenkomt met dat van den moordenaar. De man wordt naar RenDes overgebracht. Samenzwering tegen de Republiek. Vele huiszo kingen hebben Divs- dag plaats gehad te Marseille, Tuu- louse, Avignon. Lyon en andere plaat sen, hy personen die behoorden tot de royalistische on piehricPaire groe pen, li- ..L'gue des Patriotes" enz. We pap:e^n zyn in beslag genomen. Leo aantal bevelen tot inhechtenis neming zyn ui'gevaardigd. Engeland en Transvaal. De „Standard" vernetint uit Johan nesburg, dat zelfs mcnschen, die den Boeron ernstig hebben aangcradtu een gematigde richting te Volgen, nu be gomien zyn alle l oop op het verwy deren der vyandeiykhe Ion op te gev.ai. Een van de middelaars verklaart, dat 30,000 man van Transvaal eu 20,000 van den Orarje-Vrijstaat zul len worden gemobiliseerd. Aau de burgers van Ounje Vrij staat worden wapens eu munitie ui> gcdeeld. Op het marktplein te Bioein- füutein liggen groote hoe*ee!hed::ii oorlogsbehoeften. Een vriend van den Oranje Vrystaat schat dat 1000 Mau serge weren, en 600,000 rounds patro nen uit de Zuidafrikaaosche Republiek zyn ontvangen. Er wordt, gepield dat de Bwazi's als liet tot een oorlog kwaui de Boeren zou ien aanval en, tenzij de Engelschen ben bevelen zich rustig te houden. De opgewondenheid te Johannes burg is gezakt ten gevolge van de verklaringen van den staatsprocurenr Smuts over Pakemans gevangenne ming en verzekering dat de Regeering er niet aan deükt bevelen tot inhech tenisneming tegen voorname uitlanders. De veldcomet van Boksburg deelt wapens en ammunitie uit. Uit Kaapstad wordt gemeld dat men daar een commissie van bijstand op richt ten behoeve van de vrouwen en kinderea die uit Jonannesburg vluch- X n. Er zuilen tydelyke verblijfplaat sen voor hen opgericht worden. Sauer heeft in het Kaapscbe parlement ge zegd dat hy met spoorwegdirectiën in Nata! en den Vrijstaat overlegde of er een verminderd tarief voor hot ▼erxo r vau die raenschen gemaakt kon worden. Een Boeren commando heeft Maan dag een verkenningstocht gemaakt vao Utrecht langs de oevers van de Buf felrivier. De laatste berichten uit Durban zeggen: De vrijwilligers oefenen zich avonds. Een inillioen patronen zyn er naar P.elermaritsburg gezonden. Kolonel Knox is aangekomen om het bevel te aanvaarden in.,het dis trict. Kimberley. Vele Boeren hebben bun hóeven in Betsjoeanaiand verlaten om over de grens in lager te gaan. Er ziju te Durbau 147 vluchtelingen uit Transvaal aangekomen. Volgens telegrammen, dieteB°rlyn uit Pretoria aangekomen zyn, is een deputatie by president Kruger ge weest om in naam van drieduizend Duitscliers uit Pretoria, Heidelberg, Johannesburg en Krugersdorp hun steun in geval van oorlog aangebie den. De regeering der Republiek heeft goed gevonden, dat de Duitscbers, van wie de meeslen al in het vaderland gediend hebben en militair gevormd zyn, zelf hun officieren kiezen. Verzet. Voor de rechtbank te Arnhem ston den Din-dag terecht J. P. Seltes. 2e laitenant der koloniale reserve, F. L. Lambrechtsen, 1ste luitenant der in fanterie, en Ph. J. Kleyn, ingenieu:. allen te Nymegen, beklaagd van ver zet in vereeniging gepleegd en mis handeling van een gemeenteveldwach ter, die hen bekeurde wegens over treding der verordening op de rijwie len. Het O. M. eisehte tegen deis eersten beklaagde 14 dagen gevange nisstraf, tegen den tweeden 7 dagen, tegeu den derden eene maand. Mr. Pnaff, uit Nijmegen, trad a verdediger op en trachtte in een klem mend p'eidoói aan te toonen, «lat de veldwachter de grootste schuld had en door zyn onhandig optreden he! verzet had uitgelokt. Pleiter conclu deerde tot vrijspraak voor de eerstt twee beklaagden. Voor den laatsten beklaagde, die ailes erkende, riep bj de clementio der rechtbauk in. Stadsnieuws Haarlem. 6 Sept. 1899. H. B. School. Tot de Hoogere Burgerscholen me 0- en Sjarigen cursus zijn bevorderd, r.i gehouden her-examen Tot do 1 e klasse'II. T. C. But maun. J. Ge-rber, H. G. L. Hermse, J. Halfhide, H. Luden, T. Polling, "W F. J. Riesener. N. A. do Rijk. Tot- de 2e klasse Jolianiia. Blanken berg, P. F. J. Evcrardl, J. H. Croocke wit, M. H. Fick. G. E. van de Griendt Geertruida J. JeLsnia. F. E. A. Hessel^ G. J. vam Holk, J. J. Hoorn-?, R. J. d< Jong, J. M. Klein, J. vaai Konijnen burg. Th. J. van Lohuizen, II. Niel. Margaretha van der Sleen, L. alen Vinne, AgaitJie Zyni. Tot de 3e klasse': C. IJ. Galama L. xi. J. v. d. Graaff, G. Holst, J. A E. Kemp^rs. A. van der Maaren Jan sen, J. F. van der Mersoh, J. L. Pfundt H. 1'. Schouten, B. M. Sefwé, W. Visser. Tct de lc; klasse: L. Hartoeh, E. H Kerkhoven, E. Schuyten. F. v. Twist C. J. Vis. T 't dë 5e klasse-A. van der Laar. M. T. W. Vorstman. Na gehouden toelalings-oxamieai zijl bevorderd tot de le Ida'sse I. P. Eldcrmams. W. Gonlag, C. Ha» togh, F. Haverkamp, G. G. Kloeke. V G. N. van dor Sleen. Tot dë 2e klasseP G. Doulëben ei D. Schuur main. Tot dë 3e klasse J Kolff. H. Mm niks de Jong, C. J Speelman. Tot de 4e klasse.J. H. F. le Comtl W. J. Modderman. K. C. v. Oordt. -1 F. Teupke. Foest - 08terkwartier. Hcd-. n was hei feest in liet Leidf kwartier. Schier vau alle woningen w porde du driekleur. Te 9 uur name .eesup.lijkhcdem een aanvang met li 11 do:optocht, waaraan ongeveer 70 kinderen deelnamen. Het was een aardig gezicht die jeus rijk met o-ranje getooid, opgewekt e blijde tt zien. deelnomen aan eten i één woord gezegd, keurigen stoet. Daar wij wegens plaatsgebrek kc< moeten, zijn, willen wij alleen ven den. dii.t dë optocht bestond' uit- groepende een neg fraaier dan de dere. De Koninginnewagen het stooi ■chip Koningin Wilhelmi 11a; dë wag voorstel] en dë de elf provinciën en linten-groep trokken in 't bijzonder aandacht. Met dë politie en een n ziokkopps voorop ging de stoet .langs voorgesch reven, route, waar zich ve belangstellenden haddon opgesteld. Na afloop van den optocht namen kinderspelen op het in, een feesttei>« herschapen Leidséhe plein een aanvru en had tevana uitreiking vaai versnap ringen plaats. De matinee van If 2 uur door het fanfare-corps „Wilh mi na" gegeven, had ook veel bcOaB stelling. Hedenavond zal een geilhtf neerde optocht worden gehouden,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1899 | | pagina 2