NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
Ie Falsaris.
17e Jaargang.
Woensdag 21 Februari 1900,
Ho. 9107
HAARLEMS DAGBLAD
J"S
Voor Haarlem per 3 maanden. 1.20
Voor do dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der
gemeente), per 3 maanden1.30
Franco door het geheele Kijk, per 3 maanden«1-65
Afzonderlijke nummers0.06
Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden0.80
de omstreken en franco per post O&T^/s
Directeur:
Van 1—5 regels 50 Cts.; iedere regel meer 10 Cts. Groote letters naar plaatsruimte.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Reclames 20 Cent per regel.
Abonnementen en Advertentien worden aangenomen door onze Agenten
en door alle Boekhandelaren en Courantiers.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Bureaux: Kleine Houtstraat 14, Haarlem. Telefoonnummer 122.
PEEREBOOM.
Hoofdagenten vow liet Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangere G. L. DAUBE Co. JOHN F. JONES, Succ., Parijs Slbis Faubourg Montmartre,
Met uitzondering van het Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentien en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan het
Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam.
BUITEN het Arrondissement Haarlem is de prijs der Advertentiën van 1—5 regels ƒ0,75, elke regel meer ƒ0,15; Reclames per regel 0,30.
Agenten voor dit blad in den omtrek zijnBloemendaal, Sandpoort en SchotenP. v. d. RAADT, SandpoortHeemstede, J. LEUVEN, bij de TolSpaarndamC. HARTENDORPZandvoorlG. ZWEMMER
Velsen, W. J. RULJTER; BeverwijkJ. HOORNS; Rilleqom, ARIE HOPMAN, Molenstraat. Genoemde Agenten nemen Abonnementen en Advertentiën aan.
„Haarlem's Dagblad" van 21 Fe-
•nari bevat o. a.Kijkjes in de
echtzaal, Brief uit den Oranje-
rijstaatBelangrijk Oorlogs-
lenws, De aardbeving te Soeka-
ai»emie, De Stedelijke Atlas. enz.
Foliilak Ovepzieh!.
Belangrijk is het bericht van een
euwe aanvallende beweging, in Na-
door Boller aangevaDgeD. Bulier
acht blijkbaar de Boeren om Lady-
litb zoo te bedreigen dat zij CroDjé
et te hulp kunnen komen. Opmer-
cg verdient dat hy nn zijn aanval
richt beeft op den Hlangwane, ten
lordoosten van Obievely, vanwaar
eds vroeger (tijdens den slag by
>lenso) een gedeelte van zijn troe-
ui, met Dundonald's roitery, tever-
iefs beproefden de Boeren te ver
even. Deze positie, die door da
ocren krachtig versterkt was, is van
iwicbt omdat de stelling by Gro-
srskloof. op den noordelijken oever
■D de Toegela, en ook de omtrek
m Pieters, bdz., niet ver ten zuiden
m Ladysmith, erdoor bestreken wor-
iD. Montecbristo moet een onderdeel
m den Hlangwaue zyn, de overige
apmen zyn op geen baart te vinden,
Omtrent deze
VIERDE POGING VAN
BÜLLER
inde Reuter ons twee telegrammen
t bet Boerenlaager bij Ladysmith
j een uit Londen. De Boerenberich-
q zijn bet oudste. Daarin wordt
eegedeeld dat Donderdag de Engel-
hen trachtten de strijdmacht der ver-
mdenen om te trekken door te pogen
lor te dringen by de samenvloeiing
in de Blauwk ansrivier metdeToe-
>la en Bosclikop bij Colenso in te
imen.
DE ENGELSCHEN WERDEN
TERUGGESLAGEN
de Boeren behielden albnnnestel-
igen daar. Aan de zijde der Boe-
n werden drie man licht gekwetst.
e verliezen van den vijand zyn niet
ikend.
Om Ladysmith is alles rustig. Het
ader is onafgebroken heet. Regen is
ler noodig.
Den volgenden dag hervatten de
StJogelschen blijkens bet tweede
- oerontelegram den aanval, en bescbo-
n de stelling der Boeren bij Bosch-
ip. Van een resultaat vernemen wy
er niets in, alleen wordt gezegd dat
ït gescbutsvuar voortduurt.
Toch schijnt het dat Buller's onver-
oeid pogen daarop met goeden uitslag
1 jgfioond werd. Ten jminste iD een
legram van den generaal nit Chie-
gedateerd 19 dezer, wordt ge-
eld dat by den vijand aan de andere
jde van de Toegela heeft verjaagd
t de sterke stellingen die by bezette,
uller viel deze stellingen gelijktijdig
front, op de flank en van achteren
I aan. De Engelschen namen vele kam
'pen en vele wagens met munitie en
i levensmiddelen, benevenseenige krijgs
gevangenen.
Ook de Eogelscbe bevelhebber
I klaagt over de groote hitte. Voorts
zegt hij: het terrein is uiterst moei
lijk, de troepeD streden met veel
vaur.
Nog alty'd zyn de meeningen Z9er
verdeeld over
HET TERUGTREKKEN VAN
CRONJÉ.
Wy sluiten ons in deze geheel aan
bii de meening van iuit.-kol. C. de
Wit, die in zijne militaire beschou
wingen in de „N. R. Ct." hieromtrent
het volgende opmerkt:
I „Ons komt het niet on waarschijn-
i lyk voor, dat de zaak het volgeDde
verloop beeft gehad. De Boeren, als
I gewoonlijk goed onderricht over het
geen by den vijand voorviel, hebben
geweten dat Roberts zich naar de
Modderrivier had begeven, en dat
aldaar aanzienlijke versterkingen wa
ren aangekomen, o. a. ook uit het
noorden van de Kaapkolonie. Beducht
voor eeu inval in den Oranje-Vrij
staat, hebben zjj het beleg van Kim
berley opgebroken, en is Cronjé in
oostelijke richting afgetrokken om
een Engelsche legermacht op weg
naar Bloemfontein den weg te var
sperron. een kleinen troep achterla
tende om de overgangen over de Mod
derrivier waar te Demec.
„Roberts, van den aftocht onder
licht, heeft onmiddellijk French afge
zonden, om op de nu bekende wjjze
in Kimberley te komen, welk doel by:
na het overwinnen van geringen
weerstand bereikte."
Voorts wyzen wy erop dat
DE POGING VAN KENNY-
KELLY,
om Cronjé op zyn teragtochtsweg op
te houden en tot den strijd te dwin
gen mislukt is.
Een „Daily News" beticht meldt
ten miusie, dat Croüjé bjj een krom
ming vaa de Rietrivier er in geslaagd
is te ontkomen. Id dat geval zal
lord Roberts genoodzaakt zyn de
stellingen, die de Boeren reeds maan
den geleden voor en om Bloemfontein
hebben ingericht, aan te vallen. En
daar kon dan de zegetocht van den
overwinnaar van Kaudahar wel eens
geëindigd zya.
Van Zondag wordt nit Jacobsdal
aan de „Evening News" geseind dat
generaal French liet Boerenlaager te
Dronfield ten Noorden van Kimberley
beeft omsingeld en het beschiet.
Het scbynt aldus wordt uit
Pretoria geseind, dd. 17 d^zer dat
onder den buit, dio Vrijdag door de.
Boeren in de nabijheid van Koffiefon-1
teirr is veroverd, drie tot vierduizend
stuks vee zyn, benevens enu aantal,
wagens, waaronder achttien goladen
met levensmiddelen voor Kimberleyj
bestemd. Da Boeren moeten eon aan-
tal gevangenen hebben gemaakt.
"Het gerucht gaat dat zich Zater
dag een zwaar gevecht ontspon in
de nabijheid van Kimberley.
Volgens de laatste berichten be
houden de verbondenen onder Cronjé
hun stelling.
IN DE KAAPKOLONIE.
Reuter seinde ons uit Sterkstroom,
van 18 Februari, 's Avonds. Daar de
Boeren in den avond terug trokken,
trekt de koloniale divisie onder bevel
Yan generaal Brabant nu ia Dord
recht binnen.
Commandaut Pretorius en drie andere
gekwetste Boerenofficieren werden
Zondag te Arundel aan de Boeren
overgegeven.
Reuters correspondent teColesberg
zendt het volgende verhaal van het
gevecht.
Ik vergezelde Donderdag de ver
bondenen die Rensburg Siding aan
vielen.
Toen commandant Peller aankwam
vond hy twee compagnieën van het
Wiltshire-regiment, die naar de nabu
rige kopjes terugtrokken. De verbon
denen werden versterkt door generaal
Schoeraan en achtervolgden de Engel-
8cheD. Zy slaagden er in
ZE ALLEN KRIJGSGEVANGEN
TE MAKEN
op drie na, die ontsnapten. Het aan-j
tal dooden en gewonden is niet be
kend, maar van 200 Wiltshire's wer-1
den 142 krijgsgevangen gemaakt;'
waarbij 44 gewonden waren. De Bur
gers deden wat ze kondon om het lijden
der soldaten te verzachton. Zy boten
eenige gewonden opstijgen en droegen
anderen in dekens.
Te Rensburg had inmiddels
achterhoede der Engelschen by Riel-
foDtein het vuur geopend, hetgeen de
Boeren noodzaakte de gewonden te
verlaten, om zich met. hun Krupp-
kanon te verdedigen. Toen dwongen
zy de Enzelschen naar do bergen
terug te trekken.
De verliezen der verbondenen zyn
twee gesneuveld en vier gewond.
De tegenwoordige toestand is aldus:
De verhoudenen hebben alle stel
lingen tot Rietfontein bezet, De En
gelscben zenden klaarblijkelijk het
grootste deel van hun strijdmacht
over Nauwpoort naar een plaats van
bestemming, dio bij de verbondenen
niet onbekend is.
VERSPREIDE BERICHTEN.
Onder het Vrijstaatsche Lger
heerscht altijd volgens eenEngelsch
telegram uit Maseru 1 de typhus
epidemisch. Vooral by Kimberley en
by Colesberg komen vele sterfgeval
len voor. De Transvaalsche Regeering
zendt groote massa's troepen naar
den Vrijstaat.
Als staaltje van 'net onovertroffen
optimisme der Engelschen moge het
volgende dienen. „Pearsons Weekly"
looft 250 pd. st. uit voor dengeen, die
deD jniston dag raadt, dat do Eugel-
sche vlag te Pretoria zal worden ge-
heschen.
Een optimistische Engolschman heeft
een biiefkaart aan generaal BulLr
geadresseerd Hoofdkwartier Pretoria.
De post te Pretoria heeft de brief
kaart teruggestuurd met het bijschrift
„nog niet aangekomen." Wat zy daar
mee bedoelde?
Hoe groot de algemeene vreugd in zy zwak waren en alleen stonden.
Engeland over het ontzet van Kim- Kimberley, Griqualand West Bechu-
berley is, blijkt o.a. uit het feit, dat analand, was Boereneigendom, hun
te Liverpool de rechter Grantham een ontstolen. Daarenboven hebben de
beschuldigde, die voor het hof der ge- Afrikaners der noordelijke deeleu der
zworenen terecht stond toen het be- Kaapkolonie voor de goede zaak veel
richt kwam, vrjj sprak met het oog gewaagd en wy kunnen hun even-
op de goede tijding, welk vonnis luide min als de Natalsche Boeren weg
werd toegejuicht
Malende
gooien en aan hun lot overlaten. My
I schijnt, het dat de strijd
i TOT HET BITTER EINDE
zal moeten gestreden wordeD. Ea dat
einde zal geloof ik nog ver af liggen
(want ik zie niet welke overeenkomst
Wy ontvingen den volgenden brief er kan getroffen worden, die beiden
uit den Vrijstaat, gedateerd Bethulie kan voldoen.
Brief uit den Vrijstaat.
WIJ KUNNEN GEEN SUPRE
MATIE, PROTECTIE OP
WAT OOK VAN DIEN AARD
ERKENNEN,
betzij van Gr. Brittange alleen of
van eene combinatie der groote mo
gendheden. Het laatste zou meenen
zqoveel meer bemoeizieke bazen in-
van éen. Hoe dus een einde
18 Dec. '99, van de hand des heeren
J. K., lid van den Volksraad. Het
desbetreffend gedeelte mag dienen als
antwoord op de proclamatie van lord
Roberts uitgevaardigd aan het adres
der Vrijstaters.
Bethulie18 Dec. 1899.
Ik schreef den 13n dezer en meldde
n de beide groote overwiuningen doorzal kunnen verkregen worden waarbij
onze burgers behaald by öcholtznekj allen zich kunnen nederleggeu is my
(dit wordt nu de slag van Magers-vooralsnog een raadsel,
fontein genoemd) en ötormberg junc-| Het scbynt waar te zyn dat de
tie. Zonder twijfel is Nederland, toen: beide Highlanders regimenten Black
het kabelgram Europa bereikte, int Warren en Seaportb bij den slag te
groot gejubel en groote opgewonden- Magersfontein zoo goed als vernietigd
heid geweest. Dezelfde week eindigde zyn. De verliezen geleden door den
met de schitterende overwinning bij vijand in de slagen geleverd in de
Colenso, dio Vrijdag gewonnen werd.weiüige mijlen tusschen Groot- of
14000 infanterie en 3000 cavallerie Oranjerivier en Magersfontein moeten
met oneindig veel kanonnen, stonden j verschrikkelijk zyn en die bjj Colenso
tegenover het betrekkelijk kleine ge-J eveneens. Ons verlies in dien laatstee
tal Transvaalsche en Vrijstaatsche worHr
burgers, en toch was de overwiuniDg
de hunne. 10 prachtige groote kanon
nen, 13 vol^eladene ammuniliewagens
150 prisoniers werden genomen, de
Br. troepen uit hunne posities terug
geslagen en het ontzet van Ladysmith
verijdeld. Drie zulke nederlagen in
zoo weinige dagen moet den naam der
Boeren in Europa en in de geheele niet-
Britsche wereld, hoog doen klimmen.
Ik verbeeld my hoe in Amsterdam,
Antwerpen, Parijs en geheel Duitsch-
land en niet minder in Rusland, de
geestdrift moet zjjn ten top gestegen,
toen het nieuws van de Colenso-over
winning op het nieuws der week hot
slag wordt op 30 dooden en gewon
den geschat.. Het telegram waarbij
generaal Botha zijne gloriense over
winning mededeelt, luidt als volgt:
Vrijdag 7.46 n.m. ontvangen.
Van Asst. Gen. Botha aan Staats
secretaris, Pretoria.
Begint15/12, '99.
De God onzer Voorvaders heeft ons
heden eene schitterende overwinning
gegeven. Wij hebben den vijand op
alle zijden drie verschillende punten
teruggeslagen. Wy hebben hen toe
gelaten onder een hevig bombarde
ment van bun kant, 12 kanonnen
by de rivier te brengen en zoodra
hunne paarden afgehaakt waren,
zegel drukte. Wat het onmiddellijk j openden wy vuur met Mausers en
gevolg dezer drie overwinningen zal j dooddeu huno8 bedienden en schoten
zyn is niet te bepalen. hen zoo uit positie dat zy alleen
IK GELOOF DAT HET DEN;slaagden twee kanonnen terug te
ULTELNDELIJKEN VREDE brengen. Wy hebben de overige 10
VOOR GERUIMEN TIJD ZAL prachtige groote kanonnen genomen
VERTRAGEN. j met 13 gevulde ammunitie-wagens.
Er zyn zoovele Amajnba'sgevoegd;Wij hebben ongoveer 150 hunner
bij de oorspronkelijke, dat als zij voor beste mannen, die zoo dapper keer op
allen wraak willen nemen er geenkeer stormden gevangen genomen,
einde zal zijn. De Britten zyn een j Onder hen zijn verscheidene officieren
trotsch volk, vol eigenwaan en inbeel-j Het yerlies van den vjjand moet ver
ding, en zij zullen ons de vruchten.schrikkelijk zijn geweest. Zy liggen
van onze overwinningen niet willen j aan elkander en ik denk zeker 2000
geven. Aan de andere zijde kan men - man. Van onzen kant ongeveer 30 ge
niet verwachten dat de Republieken j wond en gedood,
na al dien stryd, al dat bloed ookj Juister bericht sein ik U later. Ik
onzerzijds gestort, zullen terugkeeren i kan met een dankbaar hart U en het
tot de positie, waarin wy voor denAfrikaansche volk geluk wenschen
oorlog stonden. met deze schitterende overwinning.
Natal is wettig eigendom derBoeren. I Ik ben verplicht aan te dringen de
van oudsher. j Br. regeering te doen verstaan, dat
Bloed en tranen hebben in vroege- onder den dekmantel vaa hot Roode
ren tijd dat land gekocht, dat hnn Krais, kanonnen te plaatsen, of be
door den Brit werd ontnomen, toen scherming te zoeken, gelijk zy overal
|en op eene plek driemaal
hebben,ten eenenmale ongeoorloofd is.
Woensdag kwamen de 548 gevan
gene troepen bier door, onder hen zyn
11 officieren o. a. een majoor en een
milord. Zjj kwamen allen te voet be
halve de voetzeeren die op wagens
zaten. Zy waren gekleed in khaki-
kleeren van een vuil vale kleur veel
gelykemde op de kleur van den grond.
Zy zyn dus in het veld liggende hoogst
moeilfik van deu grond te onderschei
den. Toch verbeeld ik my, dat
HET GEMIS VAN DE UNIFORM
ontmoedigend werkt op honne solda
ten. Het dragen van de hen onge
wende kleeren doet hen van den be
ginne zien dat er groot gevaar voor
hen in de onderneming is en ik ver
beeld my die vrees verlamt. Wat onze
burgers kracht en moed geeft is het
feit
DAT ZIJ DEN BRIT ALS SOL
DAAT MINACHTEN.
Zy denken niets van hen en hun
schieten. Wat hier door kwam wareu
meest reservetroepen naar betscbeen
en zy spraken met tranen in de oogen
van vrouwen familie tehuis,over wier
lot nu de winter daar is, zy erg
bekommerd schenen, daar de brood
winner van huis is. Dit is ook de
rechte stemming niet om met volle
hart en ziel te vechten.
By Magersfontein en do 3 vorige
slagenen waarschynljjk ook bjj Colenso
vochten onze meuscheu met Br. Keur
troepen en waren overwinuaars. Wat
zal het zyn als net half getrainde
schorremorrie komt. Gisteren kwamen
de lichtergewondcn hier doordo sym
pathie der Jingo's was groot, Èeae
Jingotante liep met een groote flesch
eau de cologne rond, ze voor verfris-
sching besprenkelende. De kerels had
den zeker nog niet dat goed in hun
leven geroken. Zjj schenen aan tabak
en sigaretten verreweg de voorkeur
te geven. Ik kon geen sympathie voor
hen hebben want ik dacht onwille
keurig aan de behandeling die hunne
kameradeo, de onzen te Elaiadslaagte
en elders hebben aaogedaaD.
De Nederlandsche ambulancewagen
was bjj deu trein, eeD paar Nederl.
verpleegsters en een Nederl. dokter.
Ik heb den wagen enz. niet gezien,
maar men verbaalt mjj dat de wagen
bizoDder fraai is ingericht. Het ver
heugt mjj dat Nederland dit bljjk van
sympathie gaf.
5TABS3IEEUWS
Eerste en derde pagina.
Haablbm, 20 Febr. 1900.
Voor het kiesrecht hebben zich dit
jaar aangemeld
a. 4 loonkiezers (niet verwant).
b. 1 (inw. zoon).
O pensioenkiezers.
O spaarbankkiezers.
c. 4 examenkiezers.
O vaartuigkiezers.
O groolboekkiezer8.
d. 2 woningkiezers.
FEUILLETON.
D 0 O B
CHARLES READE.
P „Alleen uit zelfverdediging beschul-
■gdie ik Arthur Wardlau," zeide Pen-'
ibld.
„Gij, aeidet zoloeven dat er beschut-
ugetn zijn diie eeai smet blijven w er
op eeai man. Als gij in mijn plaat3
t zoudit gijj dan uw dkwhter laten
wen met een man valn eer, die on-
lukkigerwijs beschuldigd ia bedrog
pleegd 'e hebben!"
Robert steunde, aarzelde even alvo-
eufl te antwoorden en zeide „Neen."'
„Wat moet er dan gedaan worden?
ii) moet of haar woord houden of het
reken. Voor wien Voor een man,
ie® zij aioht en liefheeft maar niet
a® trouwen. Een lepralijder kan een
tilige zijn, maar ik zou mijn kind lie
er gaan begraven dan haar met zoo'n
^gelukkige laten trouwen. Een ver
sdeel de kan ook een heilige zijn,,
maar ik zou haar eferder met eigen
hand dooden dan toestemming geven
tot een huwelijk met een veroordeelde.
En als gijj naar uw hart en geweten
spreekt, kimt gij, mij geen ongelijk ge
ven, Als gij vader waart zoudt ge even-
ztoo handelen. Wat blijft er dan over
dan haaa- trouwbelofte te houden?
En zou het 't beste dan niet zijn dat
gij haar verliet, haar diepe achting en
mijn dankbaarheid mieenemencli? Het
dient nergens toe om maar ten halve
goed of ten halve slecht te zij®.
Gij moet of een zelfzuchtige gemeene
kerel zijn, die haar aanspoort alle
schaamte op zij te zetten en met hem
op het eiland te blijden leven of een
eerlijk man, die inziet dat een schei
ding onvermijdelijk is. Denk eens goed
na, mijnheer. Uw welsprekendheid en
haai- medelijden hebben, mijn dochter
tot een bekentenis gebracht, die u bei-
dien scheidt. Haai' samemzijini met u
was van onschuldigen aard. Maar dat
zou niet zoo zijn na de dwaze bekente
nis, dat zij u liefheeft. Ik zal openhar
tig zijn; als gij er nu nog op aan
dringt met ons mede te gaan, zal ik
aan uw veraoek voldoen dat eischt die
menschlieveoidheadmaar dan zal ik
verplicht zijn u aan het gerecht over
te leveren, want uw straftijd was nog
niet verstreken. Misschien moest ik
dit toch doen, maar ik ben ea- niet ze
ker Van tot walk land dit eiland be
hoort. Op vreemd grondgebied heb ik
geen recht u te arresteeren, maan" een
Engelsch schip behoort ook tot Enge
land.
Zoodra gij, dus een voet op de Spring
Lok zet, zijt gij verloren. Welnu, giji
zijt een man van eer en bemint mijn
kind oprecht, niet zelfzuchtig. Tot nu
toe hjabt gij getoond welk een ediel ka
rakter gij, bezit ga nu nog een stap
verder. Roep uw eer en Godi, dien gij
gezrworen hebt te dienen, te hulp en
doe uw plicht."
„Er blijft mij slechts één weg over,
mijnheer. Breng gij haar naar huis u
ik blijf hiea-.
„U alleen op dit eiland achterlaten,
riep Helen. uit. Nooit. Als gij hier
blijft, blijf ik om u fe troosten."
I „Dat offer weiger ik troost be
staat er voor mij niet meer."
j „Bedenk wat gij doet, Robert/" zei-
dé Helen met onnatuurlijke kalmte.
„Als gij geen medelijden met u zelf
Voelt, heb het dan met mij. Zoudt gij
mij het leven willen benemen, dat u
zooveel moeite gekost heeft het te be
houden. Mijn vader zal alleen mijn
thjik naar, Engeland overbrengen. Lang
voor wij; 't land bereikt lilobben, dat ik
vroeger lief had, maar nu balat om liet
domme wreede gedrag van mijn land-
genooten jegens u, zal mijn geest mijn
Lichaam verlaten hebben om over u te
waken. Gij smeekt mij een leven van
eenzaamheid en wanhoop te gaan lei
den. Geen Van u beidien hebt mij zoo
lief als ik u."
Een diepe zucht ontsnapte aan de
borst van den generaal.
„Als ik dat had gedajeht.sprak
hij; en liet er toen met zwakke stem
op volgen:
J „Mijn moed begeeft mij. Ik zie nu
j in, dat bet leven van mijn kind' mij
dierbaarder is dan alles ter wereld. Zij
was stervende, vertelde men mij. Als
I ik nu eiens kapitein MorÜand! naar
I Engeland liet gaan om een predikant
'te halen, die het huwelijksformulier
over u zou uitspreken. Dan kunt gij
hier op het eiland blijven leven. Al
leen moet gij mij toestaan ook hier te
blijven want na zoo'n daad zou ik mij
niet meer in Engeland dixrven vertoo
rnen. Het zal een onwaardig eind zijn
van eten eervol leven, maar ik denk
dat het niet, voor lang zal zijn. Schan
de doodt dikwijls even spoedig als een
hopelooze liefde."
„RobertI 01 Robert!" riep Hélen
in doodsangst uit.
Do martelaar zag in dat hij meester j
vau het terrein was en of heel laag of
edel moest handelen een midden
weg bestond er niet. Hij; steunde het
hoofd in. dia handen en dacht na.
j „Stil," zeide Helen,,hij| is verstan
diger dan wij, laat hij bellissen."
„Als ik moar een oogenblik dacht
da/t het vqrdlriet u zou doodien, zou nie
mand in staat zijn ons te scheiden.
Maar zoo zwak zijt gij niet. Als mijn
leven nu eens van het uwe afhing,
Izoudt gij dan blijven leven?" I
„Ja, dat weet ge."
I „Toen ik schipbreuk had geledien op
de witte rots, waart gij zoo moedig.
Misschien één vrouw op de duizend
aou in staat zijn geweest een boot te
zeilen met een boothaak tot mast
en..."
Maar Helen viel hem in de rede
met de woorden
„O! dat beteekende niets ik had
u lief en nu nog meer."
„Dajt geloof ik en daarom verzoek
ik u nog eenmaal krachtiger te willen
zijn dan de meeste vrouwen. En dit
maal staat niet mijn leven op 't spel,
maar iets wat veel kostbaarder is, mijn
goeden naam.'"
1 rOdat ia die moeite waard om voor
to leven", riep Helen nit.
„Het zal eon moeiijko taaik zijn dio
gij te volbrengen hebt, maar niet
moeielijker dan een boot in zee to bren
gen en te zeilen zonder mast. Ga naar
mijn ouden vader en Undercliff do ex
pert. Breng een bezoek bij den advo
caat. Zie alles tot in de kleinste bij
zonderheden te weten te komen en
uit te vinden waarom Arthur Wardla*
niet als getuige wilde versahijnem.
Wees sterk als een man en l
als een vrouw, en spreek niet meer
van sterven zoolang gij de eer van een
vriend hebt te redden."
„Sterven! als ik u van de dood on.
de smet op uw n-um kan bevrijden. I
Zoo zwak ben ik nietORobert boe
goed kent gij mij!"
„Ja, ik ken u ddor en door, Helen.
Ik ben er zeker van dat uw groote ziel
uw lichaam zal sterken, om u in staat
te stellen, de taak te volbrengen voor
hem dien gij lief heeft en u wederkee-
rig bemint. En wat mij betreft, ik
ben krachtig genoeg om nog jaren op
dit eiland te kunnen leven, als gij mij
slechts twee dingen wilt beloven."
„Dat wil ik zeker."
„Welnu dan: beloof dan niet te
zullen eterven of Arthur Wardlau te
huwen, voor de beschuldiging,