NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD. Meestgelezen Dagblad, in Haarlem en Omstreken. De schuld van den Geneesleer. 18e Jaar"an" Zaterdag 15 September 1900. No. 5280 HAARLEM'S DABBLAB ABONNEMENTSPRIJS Yoor Haarlem per 3 maanden 1.20 Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der gemeente), per 3 maanden r 1.30 Franco door liet gelieelc Rijk, per 3 maanden1.65 Afzonderlijke nummers. 0.021; Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden0.37>5 de omstreken en franco per post 0.45 ADVERTENTIËN: Van 1—5 regels 50 Cts.; iedere regel meer 10 Cts. Baiten bet Arrondissement Haarlem is de prijs der Advertentiën van 15 regels 0.75, elke- regel meer 0.15. Groote letters naar plaateruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat. Reclames 30 Cent per regel. Bureaus: Gebouw Het Spanme, Kampersingel 70, vlak bij de Turfmarkt. Telefoonnummer der üSedactie 600. Telefoonnummer der Administratie 123. Intercommunale aansluiting. Uitgave der Vennootschap Lourens Coster. Directeur: J. C. PEEREBOOM. Abonnementen en Advertentiën irden aangenomen door onze Agenten en door alle Boekbandelaren en Courantiers. Met uitzondering van het Arrondissement Haarlem is bet uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentiën en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan het Ah- neen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam. Dit blad verschijnt dagelijks, "behalve op Zon- en Feestdagen Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicilè Elrangèrë G. L. DAUBE Co. JOHN F. JONESSucc., Parijs Slbi* Faubourg Montmartre. „Ilaarlem's Dagblad" yan 15 Sept. beyat o. a.: Kruger's reis. Onge vallenwet, De oplossing. Tijding uit Ceylon, Do manoeuvres der 2de Divisie, De moord op den I leiders clie politieagent, Het eten in het Buitenbuis, enz. AdyepeHUên VOOR HET Zaterdagavondnummer. Meermalen zijn wij tot ons leedwe- ze genoodzaakt Advertentiën af te wij zen voor het Zaterdagavondnummer, die des Zaterdagsmorgens pas worden bezorsd. Wil men zeker zijn. van de plaat sing, dan is inzending op Vrijdag avond noodig, uitgezonderd natuur lijk kleine advertenties of familiebe richten, die moeilijk vooraf kunnen worden ingeleverd. DE ADMINISTRATIE. hebbenden, dat het inschrijvingsregis ter en de daarbij behoorende alphabe- tische naamlijst, betreffende de jonge- lingen, die zich binnen deze gemeente, in 1900 hebben doen inschrijven voor de lichting der Nationale Militie van 1901, ter secretarie dezer gemeente (af- deeling Militie, Schutterij, enz.) voor ieder ter lezing (s nedergeiegd van he den tot 21 September a. s.„ van des morgens 10 tot des namiddags 4 ure en dat tegen register en lijst binnen genoemden tijd bezwaren kunnen wor den ingebracht bij den Commissaris der Koningin in deze provincie, door middel van een bij den Burgemeester in te leveren, door de noodige bewijs stukken gestaafd, verzoekschrift op ongezegeld papier en onderteekend door hem, die ze inbrengt. Haarlem, 13 Sept. 1900. Burgemeester en Wethouders voornoemd, A. C. WALLER, L. B. De Secretaris. PIJNACKER. Weekblad voor de Jeugd. Aan hen die daarop zijn geabon neerd, wordt hierbij verzonden no. f.1 van het „Weekblad voor de Jeugd". Dit keurig geïllustreerde weekblad, onder redactie van den heer F. II. van Leent, bevat in dit nummer: Poesje lief. Grootmoedertje. Wie zal do erfgename zijn. Op het hooiland. In den lusthof. Hij had de gave ontvangen. Bericht. Allerlei. Raadsel. Antwoord op het Raadsel. Apen. (Elk No., groot 8 bladzijden, beva - tal van fraaie, gekleurde platen en een voor kinderen alleraardigsten tekst. De prijs per drie maanden is slechts 50 Cents.) Gfficieele Berichten. BURGEMEESTER en WETHOU DERS van Haarlem Maken bekend dat de lijst van kiesgerechtigden voor de Kamer van Koophandel en Fa brieken in deze gemeente met ingang van 12 September e. k. gedurende acht dagen voor een ieder ter inzage is ne dergelegd op de gemeente-secretarie, afdeeling Onderwijs, op alle werkda gen van 10 tot 4 uur dat bezwaren tegen die lijst, hetzij die den klager, hetzij die andere per sonen betreffen, gedurende acht dagen na heden bij den Gemeeuteraad schrif telijk kunnen worden ingebracht. Haarlem, 11 September 1900. Burg. en Weill, voornoemd, BOREEL. De Secretaris, PIJNACKER. BURGEMEESTER en WETHOU DERS van Haarlem Brengen ter kennis van de belang- Politiek Overzicht. De reis van den staats-nresident. waaraan we in onze rubriek Buiten- landscl» Nieuws een speciaal artikel wijden, is het belangrijkste, waarover on dit moment in Zuid-Afrika te den ken valt. Het staat o. i. als een paal boven water, dat die reis de bedoeling hoeft in Europa steun te zoeken, en van harte hopen wij, dat hem die steun geworden moge, al bestaat er cok veel vrees, dat 't hem gaan zal als 't Transvaalsche driemanschap. Telkens duikt weer het gerucht op, dat Botha onderhandelt over de over gave: maar telkens blijkt dit gerucht uit de lucht gegrepen te zijn. En de andere geruchten, die door Engel sche bladen verspreid worden, zijn al even onbetrouwbaar. Botha en De Wet zouden naijverig op elkander zijn ar daarom zou De Wet naar den Vrij staat zijn teruggekeerd om daar op eigen gelegenheid de guerilla voor! te zetten. Dat de Wet naar den Vrijstaat is getrokken, is zeer waarschijnlijk; maar hij deed dit om Fourie te hel pen, die in de buurt van Ladybrand voortdurend den Engelschen verlie zen toebrengt. En Botha denkt niet aan overga va. Hij heeft, in het moeilijke en voor vreemde troepen bijna onbegaanbare terrein benoorden en beoosten Lijden burg, een macht van 4000 tot 10,000 man bij zich en een groot aantal ka nonnen, waardoor hij in staat is Bul- ler's voortrukken zeer te bemoeilij ken. En daar komt dan nog bij, dat Buller, in zijn haast om Botha's macht achterna te zetten, somtijds zonder artillerie zit, zooals na de bezetting van Mauchberg, toen de Gordons de Boeren op 8000 yards voor zich zagen, doch door gebrek aan artillerie hen niet konden deren. Omtrent den tocht van lord Metliu- en in het westen der Z. A. Republiek bevat de „Times" de volgende be richten: Lord Metliucns ftoepenmacht ver liet Mafeking den 8en September; reeds hij Grootfonteïn werden de En gelschen door de Boeren beschoten. Een Boerenconvooi werd gezien op de linkerflank der Engelschen, gaande in de richting van Molopo. Des avonds werd door lord Methuen gekampeerd te Grootfontein, waar de posten der Engelschen beschoten werden door de Boeren-snipers, totdat de duisternis viel. Den volgenden dag rukte lord Me thuen op in de richting van Molopo. Volgens zijn verkenners was daar een Boerencommando onder com mandant Vermaak. Bij het voortruk ken der Engelschen werden deze door de Boeren hevig beschoten. Op de lin kerflank van lord Methuen opereerde generaal Douglas, die blijkens zijn geschutvuur eveneens in gevecht ge wikkeld was. De yeomanry, onder lord Ches- hara, werden uitgezonden om de rech terflank van lord Methuen's colonne te beschermen. Nadat de Engelschen te Molopo wa ren aangekomen, achtervolgden de be reden troepen de Boeren, waarbij zij 30 gevangenen maakten, 22 wagens, 2 heliografen, een aantal paarden en 40,000 rounds ammunitie buit maak- teu. De vermoeide toestand van de paar den der Engelschen maakte aan de vervolging der Boeren een einde. Den volgenden dag rukte lord Me thuen naar Ofctoshoop, waar hij zijn troepje rust moést geven. Rij Johannesburg heeft de cavalc- rie-briga.de vankolonel Dalgety een hevig gevecht moeten leveren, waar in hij 12 dooden cn 30 gewonden ver loor; de Boeren hadden vijf dooden en 9 gewonden. Generaal Little is ge-, wond. De brigade is op weg naar Kroonstad. De ernst van den toestand in China neemt met den dag toe. De „Times" bevat een lang tele gram van dr. Morrison, zijn correspon dent te Peking, die seint, dat Ruslands plan tot ontruiming van Peking in het geheel niet in overeenstemming is met Ruslands houding. Voortdurend worden meer Russi sche troepen naar Peking gezonden, seint dr. Morrison; den 29n Augustus kwamen 2800 man aan, den 30n Aug. weer 1500. De intocht in de verboden stad werd dan ook, naar de „Times" meldt, een schitterende triomftocht voor Rusland, gevolgd door de ande re mogendheden. Het keizerlijk paleis is geheel in de macht der Russische troepen, en alles toont ten duidelijk ste, dat het overwicht van Rusland steeds toeneemt. De geheelc wijze van optreden van de Russische ambtenaaren en de Rus sische troepen, en de overmachtige positie die Rusland thans in Peking inneemt doen het vermoeden rijzen, dat Rusland de bezetting van Peking als een permanente bezetting be schouwt.. Deze meening wordt nog versterkt door de aankomst van admiraal Ale- xejef, de hoogste Russische ambte naar in Oost-Azië, die, naar gemeld wordt, den geheelen winter in Peking zal blijven. Rusland is dus, naar dr. Morrison meent, voornemens zoo wat geheel China te bezetten. Het bezette King- Tsjau en de zijlijn van den spoorweg naar de Nan-Piou-mijnen, waardoor het 0e rijkste kolenmijnen van Noord- China onder zijn beheer krijgt; het bezette Sjan hai-Kwan, liet eindpunt van de spoorweglijn naar Peking, en het bezette Mantsjoerije met zoo veel troepen, dat niemand het er uit zal kannen verdrijven. En thans zendt het een overstelpende troepenmacht naar Peking. Buitenlandsch Nieuws. Kirsjger's reis. Natuurlijk wordt op verschillende manier het gaan van Kruger naar Lou- rengo Marquez uitgelegd. De Engelschc jingo-bladen schetteren begrijpelijker wijs van de vlucht van president Kru ger, selfs een blad als de „YVestm. Ga- zette" zegt, dat de „overijlde vlucht" waarschijnlijk het gevolg zal zijn van tie operation van generaal French bij Barberton, en het vooruitdringen van Bullër's troepen naar Pelgrimsrust, en gaat zelfs zoover te beweren, dat de telkens opduikende berichten van Bo- thAVonderhandelingen over de overr gave. die eerst nletwaarseb ijnlijk sche nen, in 't licht van dozo vlucht zeer aannemelijk worden. Andere bladen dan de Engelsche jin- go-pers tneenen, dat Kruger van Lou- rengo Marquez uit de zaken in zijn Republiek zal gaan besturen, maar over 't algemeen is men toch van oor deel, de overige buitenlandsche pers bijna eenstemmig, dat de reis van den bijna 75jarigén grijsaard ten doel heeft bij de mogendheden steun te zoeken. Een droeve reis voorwaar, en 't resul taat... Ja, wat zal dat zijn? Dit, deze moeilijke zware reis op zijn leeftijd is de laatste opoffering mis schien, die de oude man zich voor zijn dierbaar land, waar hij al zijn kracht en energie, zijn leven lang, aan gewijd heeft, getroost. En dan moet men een smerig jingo- blad als de „Daily Mail" daarover hoo- ren schelden. Dat blad spreekt "Van den ex-President, die nooit .een greintje waardigheid en eergevoel bezat; die de uitlander-rechten verkortte, en nu de ruines ziet, die hij door dat werk heeft gemaakt. Maar, we willen van die vuile schendtaal liever afstappen. Hoe dur ven de gemeene roovers en plunderaars nog te spreken van rechten van uitlan- ders. Zij, die zelf op alle mogelijke wij ze den spot staken met alles wat recht heette, geschreven of ongeschreven. De geschreven wetten hebben ze verkracht, het oorlogsrecht geschonden, geroofd en geplunderd en van moreel recht doen is zelfs in de verte nooit sprake geweest. Kruger is nog geen ex-President, maar al ware hij het, dan nog paste het geen mannen van e.er hem uit te jouwen. Hoe nobel steekt hierbij af het gedrag van de Boeren, die indertijd, toen de eerste Engelsche gevangenen in Pretoria werden gebracht, niet dul den konden dat een jongen zich ten hunnen koste vroolijk maakte. De houding van de Duitsche pers is zeer sympathiek. Met diep medelijdon geven Duitsche bladen hun overtuiging te kennen dat ook Kruger met zijn reis naar Europa bij de mogendheden niets zal uitwer ken. De radicale Berliner Zeitung zegt b. v., dat wel onder het volk de deelne ming voor hem en de Boeren opnieuw zal opvlammen, maar dat de prakti sche politiek, die iederen staat nood zaakt allereerst zijn eigen belangen te behartigen, zich daardoor niet uit haar vaste haan zal laten brengen. De Vossische Zeitung is van oordeel dat in de wijze waarop Engelsche bla den over Kruger's terugtocht spreken weinig te vinden is van de gezindheid die een edelmoedig volk moest betoo- nen jegens een dapperen tegenstander die voor zijn hoogste goederen strijdt. Misschien heeft de zwaarbeproefde man, toen hij zijn vaderland verliet, gedacht aan het lot dat de Engelsche jingo's hem dachten te bereiden als een zeldzaam dier dreigden zij den ouden man in een kooi naar Londen te brengen, om hem uit te leveren aan den spot cn hoon van het creneupel. Wat de Engelschen ook mogen zeggen, Kruger verlaat niet onteerd zijn ge boortegrond, en geen smaad kan doen vergeten wat hij voor zijn vaderland is geweest. De Natïonal-Zeitung denkt dat Kru ger in Europa zelf wel niet meer zal uitrichten dan het driemanschap. Ook zegt men al lang dat hij aan een ern stige nierkwaal lijdt, zoodat hij onder de vermoeienissen van een reis naar Europa nog te minder voor zijn vader land zou kunnen doen. Al bcteckent zijn reis ook niet dat de tegenstand van de Boeren uit is, zij is toch lvet einde van een verdediging met hoop op goeden uitslag <n dus het einde van don Zuid-Afrikaanschan oorlog. Mis schien is Kruger weggegaan om aan iemand die mindet- in alles betrokken is geweest de onderhandelingen met Engeland over te latenmaar dat is waarlijk geen reden voor spotternijen van de Engelsche bladen. Het eind. als het er is, zal toch het slot zijn van een verpletterend treurspel vol helden moed en rampen." De Berliner Neueste Nachrichten zegt..De Engelsche pers toont zich een groot volk onwaardig, door een man van vijf-en-zeventig jaar schimp redenen toe te werpen, instede van den grijzen tegenstander den eerbied to be wijzen dien hij verdient, als de ziel van een dapperen tegenstand tegen een tienvoudige overmacht en om zijn bui tengewone staatsraanswerkzaamheid. Engeland zou zijn eigen belang het beste dienen met alle beleedïging van den ecrwaardigen man, die jarenlang het hoofd van de Boeren is geweest, te vermijden." Kruger wordt in de gan- sche beschaafde wereld oprecht geëerd, en elke smaad die hem persoonlijk wordt aangedaan, zal opnieuw de openbare meening tegen Engeland en zijn politiek van geweld diep veront waardigd maken. Engeland moet trou wens nog niet erop bouwen dat het ge heel gewonnen spel heeftde oorlog in Zuid-Afrika heeft al zoo vaak verras singen gebaard. Do Börsen-Courrier is het met dit laatse niet eens en roept uit..Het wild is neergeveld Transvaal ligt. bloedend en uitgeput op den grond. Maar als Engeland voor de vraag wordt gesteld of het de „zaak" nog eens zou willen ondernemen, zou het in stilte mis schien ontkennend antwoorden. De overwonnenen behouden den roem, zich als leeuwen een jaarlang te heb ben verdedigd tegen een twintigvou dige overmacht. Als een met roem overwonnene gaat president Kruger in ballingschap en als dapperste der flap peren is generaal Botha bezweken, nadat hij zijn vaderland voet voor voet heeft verdedigd. Het zal voor hem geen schande zijn als hij zich nu overgeeft, zoomin als er eenige blaam op Kruger valt, nu hij zonder leger en vadcrlani in den vreemde een toevl'i ditsoord voor zijn laatste dagen gaat zoeken." Dc Reichsboto vreest dat de Eigel- schen als ze Kruger in volle zee op eux schip vinden, een gewelddiülgheid zullen begaan. Anarchisten. Uit Turijn wordt bericht, dat de po litie eindelijk het spoor ontdekt heeft van den geweldigen blonden jongeling, die te Monza met Bresci was geweest. Hij zou Granotti heeten en een tijd te Grcssoney-St. Jan hebben vertoefd. Maar daar was de politie er meer op uit om Lanner te vinden en schijnt Gra notti over het lioofd te hebben gezien. Na eenige dagen werdliet Granotti daa .echter toch te benauwd, en week hij naar Zwitserland uit. Granotti was aangewezen om ko ningin Margaretha te vermoorden. Te St. Sebastiaan is een Zwitser ge arresteerd, die uit Amerika was geko men. Hij kwam te Santander aan land en reisde te voet naar St Sebastiaan door. Hij bleek een anarchist te zijn, en een aanslag, op het leven van een 'dor Europeesche staatshoofden in den zin te hebben. Er wordt beweerd, dat Loubet bedoeld was. Algemeene berichten. De broeder van Bresci, luitenant dei artillerie, die sedert 5 Augustus op non- activiteit was gesteld, is weder in hel actieve leger opgenomen. Hij is ge- machli^i zijnen naam te veranderen in dien van Godi, den familienaam zij ner moeder. Bij ëe Duitsche spiegelgevechten zijn onlangs ernstige ongelukken ge beurd. Bij Scherfcde kwamen vier man onder een kanon, dat bij het rijden over een greppel omviel. Een was da delijk dood, een werd gevaarlijk en de beide anderen zwaar gekwetst. Bij Blomberg vielen twee huzaren van hun paard in een afgrond en bleven op de plek dood. Het getal slachtoffers van den wer velstorm in Texas wordt thans opgege- ven tusschen de acht- en tienduizend. In Galveston is de orde hersteld, nadat negentig plunderende negers waren doodgeschoten. De lijken van de slacht offers worden in menigte verbrand, Donderdag duizend tegelijk. Parrs. de bankbiljettendief, is ver oordeeld tot zeven jaar tuchthoLsstrat Stadsnieuws HAARLEM, 14 Sent. 1900. De Broederschap van Hoofd Commissarissen en Com missarissen van politie in Nederland hield Woensdag hare 5e algemeene vergadering in de bovenzaal van het Brongebouw alhier. Men schrijft ons daaromtrent het volgende: Fefflilleton. Roman uit het Duitsch DOOR JUL. M.ARY. 15) En men kan er niet heen rijden, is 't wel O zeker, daar op het plein staat de kalos van meester Lavardet, die de communicatie met de plaats onder houdt. Zeer uitlokkend ziet het ding er weliswaar niet uit, voegde de be ambte er lachend bij, maar 't is altijd nog beter zoo te rijden dan den langen weg te voet te moeten afleggen. De reiziger sprak een vluchtig woord van dank, gaf zijn kaartje derde klasse af en verwijderde zich, terwijl hij met zijn stok zwaaide, die al zijne bagage uitmaakte. Als men hem oppervlakkig bekeek, scheen hij tot den gegoeden stand te behooren, maar als men wat scherper zag, ontdekte men, dat deze indruk niet juist kon zijn. De man droeg in den regel zeker al leen een knevel, maar had zich zeker in de laatste veertien dagen niet laten scheren, en de korte, stijve baardstop pels gaven aan het gezicht iets afstoo- tends. Zijne jas scheen van goede stof te zijn, maar de uitgescheurde knoops gaten, de met laken overtrokken knoo- pen, waarvan nauwelijks een enkele vastzat, de vettige kraag en de ge scheurde zoom maakten dadelijk een onaangenarnen indruk. Een breede, vettige halsdoek verborg het hemd, ze ker op goede gronden, en de vroeger witte, maar thans bruingele hemds kraag scheen blootgesteld geweest te zijn aan herhaalde regenbuien. De broek en de schoenen pasten bij deze jas. De reiziger kon ongeAreer vijfender tig jaar oud zijn, zijn gezicht zou men mooi hebben kunnen noemen, als er niet zulk eene uitdrukking van ver waandheid en listigheid op gelegen had. Lavardet, de koetsier van de kales, klauterde juist naar zijne verheven zitplaats, om zich daar neer te zetten, toen de man bij don wagen kwam met de woorden Je rijdt naar Saint-Laurent-des- Eaux Ja meneer. Stap maar in. Ik ga dadelijk weg. Heel graag, maarHij aarzel de een oogenblik en vervolgde toen met een gedwongen lachjeHoe lang duurt de rit Vijftig minuten. En hoeveel kost het Vijfenzeventig centimes. De man tastte in zijn vestzak en zei Hier zooveel baar geld heb ik nognu ben ik volkomen zonder con tanten. Vooruit dus maar Lavardet bekeek den vreemdeling met een verwonderden blik van boven tot onderen, maar stak het geld in den zak en sprak geen woord, terwijl de reiziger in het rijtuig stapte. Hij gaf zijn paard een flinken zweepslag en de zware wagen zette zich ratelend in beweging. Verstrooid zag de reiziger de landstreek aan zijn oog voorbijtrekken, waar hij thans voor 't eerst den voet had gezet en waarover de brandende Julizon hare stralen wierp. Er mocht reeds een uur vevloopen zijn, toen het rijtuig in een zeer net dorp kwain, welks lage huizen van baksteen waren gebouwd, en voor een herberg staan bleef. Lavardet klauterde van zijn zetel naar beneden. Ge zult bij deze hitte gaarne iets verkoelends willen gebruiken, zei hij tot zijn passagier. Zeer gaarne, antwoordde deze. Maar je weet en hij wees op zijn vestzak. Nu, zei de koetsier, op een glas wijn komt het mij niet aan. Dan neem ik het in dank aan. Ze gingen naar binnen, en nadat men hun den gevraagden wijn had %roorgezet, klonken ze met elkander. De kastelein keek daarbij den vreem deling nieuwsgierig aan en eindelijk kon hij zich niet onthouden van te vragen Heeft u zaken in deze buurt Ik wil naar het slot Beuvron en zou u zeer dankbaar wezen, als ge mij den weg wildet beschrijven. Heel gaarne. Kent u graaf Renaud d'Alberon, die met zijne zuster daar woont Ik heet Savinien d'Alberon en ben een neef van den graaf. Ah klonk het uit den mond van Lavardet, en terwijl deze een onder zoekenden blik op de kleeding van den ander wierp, mompelde hij Dan zal liet gebrek bij de armoede op bezoek komen. Savinien hoorde deze woorden niet, want hij dronk juist zijn glas leeg, waarop hij zeide En nu, wijs me alsjeblieft den weg. Dat is heel gemakkelijk, en met weinige woorden gaf hij hem de noo dige inlichtingen. Savinien drukte hem de hand, be dankte hem en vertrok. Lavardet riep hem lachend na Waarachtig, mijn beste meneer, het zou veel beter voor u zijn als u een bloedverwant van den heer Richardier in plaats van de neef van den graaf was. Savinien liet hem praten. Flink voortstappend had hij het dorp weldra achter den rug enwas hij op 't vlakke veld gekomen. Hij ging over een klein riviertje en keek onderzoekend rond. Als Lavardet me niet heeft bedro gen, sprak hij op half luiden toon. dan moet ik mij reeds op het landgoed en heel dicht bij het slot bevinden. Maar waar is dan dat slot Hij zag een boer, die met een zeis over den schouder den weg naar het dorp volgde, en vroeg hem Ik ben hier immers op het land goed Beuvron, niet waar Ja, meneer, alles wat u daar ziet, zoover het oog reikt, bouwakkers, wouden, wijnbergen en weiden behoo ren er toe. Meneer Richardier is geen arm man. Voor den tweeden keer trof deze naam het oor van Savinien. Beuvron behoort immers aan graaf d'Alberon? vorschte hij. O neen, maar aan den heer Ri chardier. De graaf bezit bijna niets meer. Niets meer? herhaalde de jonge man, terwijl hij verbleekte. De graaf bewoont dus het slot niet meer Het slot bestaat zelfs niet meer. Meneer Richardier liet alles afbreken, want de oude steenklomp beviel hem niet. Dus heeft Renaud d'Alberon deze streken verlaten? Ook dat niet. Hij bewoont eene vroege hofstede van „Beuvron," waar hij zijne residentie heeft gevestigd en dat hij en zijne zuster werkelijk „slot Beuvron" noemen. De man wees naai* een klein eiken bosch en zei: Achter dit boschje ligt het slot „Landepereuse", de woning van me neer Richardier, en niet zoo heel ver daar vandaan zult ge aan den linker- oever der rivier de hofstede vinden, waarvan ik sprak. En daar woont... De graaf om u te Bienen, me- neer. Na dit gezegd te hebben ging de boer verder, en de zeis, die hij op den schou der droeg, glinsterde in de zon en be woog zicli heen en weer, terwijl hij liep. Ook Savinien zette zijn weg voort en spoedig daarop had hij een nieuw slot, in renaissance-stijl gebouwd, be reikt, dat eene heerlijke ligging op den heuvel had, aan welks voet de Loire stillckens langs vloeide. Maar de jon ge man hield zich hier niet op. maar liep met onverminderde snelheid voort, tot liij in de vlakte een eenvoudig ge bouw, eene boerenhofstede, zag, het welk ongetwijfeld het door zijne bloed verwanten „slot Beuvron" gedoopte huis was. Eens had het werkelijke, thans ver- - dwenen slot „Beuvron" tot de histo rische gebouwen van deze streken be hoord. De oudste gedeelten ervan wa ren uit de elfde eeuw. Op het einde der twaalfde eeuw werd het door Bouchard de Vendume herbouwd en ten derden.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1900 | | pagina 1