5"
Klsioe Houtstraat 31 Haarim
Modelhoeden en Nouveautés
MIES, en HHDER-HOEDEN.
Specialiteit in H0UWHO131IEIfa
i w
Bericht hiermede de ontvangst der
voor het a. s. Seizoen.
Groote sorteering' Gegarneerde en Ongegarneerde
Een geheimzinnige macht.
Zekere mevr. Smith, echtgenoote van
een New-Yorksch koopman, heeft op
haar buitengoed aan de Hudson haar
drie kinderen een jongen en twee meis
jes, 4 tot 12 jaren oud, en daarop zich-
zelve met revolverschoten van het le
ven beroofd. De vrouw liet een brief
achter aan haai- man waarin zij zegt
niet te weten welke geheimzinnige
macht haar onweerstaanbaar tot de
daad dreef, daar zij volkomen geluk
kig was en al de haren innig lief had.
Volgens een nader bericht, was een
der meisjes nog in leven, doch in hoogst
bedenkelijken toestand.
Uit den engelenbak gevallen.
In het Parijsche Théaire des Gobe
lins viel onder de voorstelling iemand
die op een der bovc-nste' galerijen zat
en van plaats wilde veranderen, over.
d.: leuning omlaag. Hij kwam met het
hoOtd terecht op een veertienjarig
meisje: heiden-werden bewusteloos met
zware hoofdwonden weggedragen, ter-,
wij! onder het publiek een begin van'
paniek ontstond.
O etober*wfcrmte.
Men brengt de buitengewoon warme
dagen die wij deze maand genoten heb
ben, in verband met een m'oote groep
zonnevlekken, die waargenomen zijn
en waarvan sommige zoo groot zijn ais
de aarde.
De Barbaren.
De „Figaro" heeft den officier J.
Carné in de gelegenheid gesteld in
hare kolommen te publiceeren het
geen hij, door persoonlijke erva
ringen, door gesprekken met an
deren, door lectuur en nadenken,
over de Boeren weet te vertellen.
J Carné heeft het over „de bar
baren..." en merkt op, dat het En-
gelsche publiek van de Boeren niet
veel meer weet, dan hetgeen de
journalisten gelieven te schrijven,
en wat uit de romans van Rider Hag
gard is te lezen. De pers en deze
romancier zijn er op uit, zegt deze
schrijver in de „Figaro" om hun
vijanden af te schilderen als min
der dan wilden. Van het begin der
vijandelijkheden af is deze waan
"zorgvuldig onderhouden door de
officieren onder hun manschap
pen, door de journalisten ouder
het Londensche publiek.
Maar ooggetuigen van den oor-
log spreken een andere taal. Stee-1
vens, de correspondent van „Daily
Mail", die gedurende het beleg van
Ladysmith aan de typhus gestor
ven is, beschreef het gedrag der
Boeren, na het beleg van"Nichol
son's Neck op 30 October aldus
„De Boeren gaven onze mannen
het water uit hun veldflesschen
zij haalden de dekens van de za
dels hunner paarden orn zelf on
beschut te slapen op hét veld. Hoe
wel slecht voorzien van transport
middelen, stonden zij hun muil
ezels af om die voor de ambulance
te spannen. Een gevangene speelde
met een geldstukniemand dacht
er over het hem te ontnemen. En
kele Boeren vroegen aan gevangen
soldaten om hun geborduurde "gor
dels, als aandenken, doch toen er
een antwoordde, dat zijn geld daar
in zat, sprak niemand er meer
over."
Men moet de brieven lezen van
de soldaten, die in 't laatste deel
van den veldtocht gevangen ge
nomen zijn. De Boeren hebben
hen niets dan hun wapens ontno
men, en kochten zelfs de sporen.
Be Roeren-commandant was be
reid grieven aan te hooren en
noodzaakte een van zijn burgers
een veldflesch terug te geven, die
ij een der gevangen soldaten ont-
nomen had.
Ik was in dc gelegenheid twee
maal Engelsclie officieren- te zien
gevangen nemen. Een Beuren-com
mando uit Johannesburg maakte
zich meester van de South African
light horses en leidde ze naar ons
bivac. Wij legerden oris rondom
een boerderij, zij werden er in
geplaatst. Twee dagen lang leef
den we van beschuit, maar voor
hen vond men toch nog brood en
zelfs boter, een luxe die wij in
twee maanden niet gekend had
den Een maand later, dicht bij
Pretoria namen %ve een Nieuw-
Zeelander gevangen, die evengoed
behandeld werd als de anderen,
en die uit grond van zijn hart uit
riep „Tliank God Now I am out
of it" (Nu ben ik er, Goddank uit.)
Dat zijn dus de barbaren die
men overweldigt in naam der be
schaving. Ik weet niet hoe de Boe-
rengevangenen behandeld zijn,
zegt de heer Carné, maar te oor-
deelen naar hetgeen de eerste,' die
overgebracht zijn, per Ha-warden
Castle, vertellen, dan vraagt men
siieli af of die eenvoudige, ruwe
Boeren geen beter menschen zijn
dan dc zoogenaamde kampioenen
der beschaving en vrijheid.
Vervolg
Nieuwstijdingen.
Atjeh,
Bij koninklijk besluit zijn -de navol
gende onderscheidingen toegekend
aan hen, die zich in Atjeh en onder-
hoorigheden hebben verdienstelijk ge
maakt, hoofdzakelijk gedurende het
eerste halfjaar 1800
bevorderd tot ridder Sc klasse van
de Militaire Willemsorde de sedert ge-
gageerde sergeant der maréchaussee
II. M. H- den Rooi jen (alg. stamboek
no. 27367)
b. benoemd tot ridder 4e klasse van
de Militaire Willemsorde
de kapitein der infanterie jhr. A. W.
van Ilolthe
de eerste-luitenants der infanterie
J. W. Berenschot, A. A. Dijkstra en J.
F. Daams
de onder-luitenant der infanterie J.
A. Matthijsen (alg. stamboek no 298-14);
de militaire opzichter le klasse dei-
genie P. K. W. Haack van der Goes
(no. 30156)
de sergeant der Infanterie Q. C. P.
K. Michels (no. 36244)
de inlandsche korporaal Soerosen-
tono (no. 11663)
de fuseliers W. Blaauw (no. 36424)
en J. de Koele (no. 41807), en
de cavalerist 2e klasse C. Schouten
(no. 31040)
c. bepaald bij afzonderlijke dagor
ders, zoo in Indie als in Nederland,
eervol te deen vermelden
de majoor der inf. G. II. Berenschot;
de eerste-1 uiténant der infanterie "B.
Lamberts
de eerste-luitenants der cavalerie P.
Sorgcrager en A. M. B. Tergast;
de sergeanten der maréchaussées C.
van der Geugien (alg. stamboek no.'
S2021) en I. H. L. Buschgens (no.
47362);
de sergeant der infanterie H. Mulder
(no. 36638)
de infanterist lc klasse A. M. Breek -
pot (no. 30475) en de fuselier D. van
Ginkel (ïio. 32106), sedert aangesteld
tot infanterist le klasse, en
d. benoemd tot ridder der orde van
Oranje-Nassau, de kapitein der infan-
terie I. F. M. Dart
(St.-Ct.)
Do taak van. een kleiasn-staat.
Het derde nummer van Sehaep-
man's brieven behandelt de arti
kelen van den hoogleeraar J. de
Louter in het „U. D." opgenomen,
onder den titel „de taak van een
kleinen Staat", een critiek bevat
tende op de houding door onze Re
geering in dc Zuid-Afrikaansche
quaesti e aangen omen
De heer Schaepman .onthoudt
zich alsnog van een oordeel, om
dat de gedachten-wisseli ng over
deze quaestie in de schrifturen
over de Staatsbegrooting door de
Tweede Kamer zal worden voort
gezet èn omdat de voorzichtige
taal der Regeering ons niet tot
onvoorzichtigheid mag hopen cn
omdat de zending van de Gelder
land voor het nationaal geweten
een schoone voldoening is geweest.
„Naar ik meen, is men ook in
Downingstreet wel overtuigd, dat
het zenden van dit oorlogsschip
Groot-Britannië van een grooten
last ontheft.. Paul Kruger te Lou-
renco Marquez is oi was voor En
geland een groote last. Men is maar
niet zonder meer'brutaal. Men kon
hemde zee doen injagen door
den Portugees, maar een druppel
doet soms den emmer overloopen.
•en v een aanslag op éen man wekt
;oms grooter verontwaardiging clan
een aanslag op een volk. Zóo kon
de brutaalste brutaliteit wel eens
blijken te zijn, niet alleen „un cri
me", maar „plus qu'un crime, une
faute."
Verder zegt de heer Schaepman
o. a.
„Heethoofdigheid" en „offeren
aan den waan van den dag" zijn
harde woorden. Ik zou zo tegenover
den heer De Louter ook niet gaarne
bezigen. Maar, naar den toon van
zijn vertoog te oordeelen, vind ik
daarin toch wel meer ijver dan
beraad, meer goede bedoeling dan
juiste gedachte.
Vooral dit laatste juistheid en
klaarheid van gedachte wordt nog
al gemist. In een geding als dit
moet men weten te zeggen en we
ten juist te zeggen wat men wil.
Gij verlangt van de Regeering
verte-ogen, goed.
Maar als men die vertoogen;
naast zich neerlegt
N ader e vertoogen
Maar als' men die nadere ver
toogen als „ongevraagd advies" af
wijst
Nog nadere vertoogen...
Maar als men dan doet verstaan,
dat men die nog nadere vertoogen
niet als bewijzen van vriendschap
en belangstelling beschouwen wil
Een aaneensluiting van kleine
Staten.
Welke
België? Portugal??
Het is toch wat al te gemakke
lijk te zeggen „Alleen de Regee
ring beslisse over de keuze der
middelen" en 3an in wat beeld
spraak te verklaren wat zij zooal
heeft te doen.
Ja, de beeldspraak van den Hoog
leeraar toont ook niet juist een
normalen toestand. „Hoe nader bij
den troon, des te minder schroomt
men het licht der zon." Wat is dat?
Is dat proza Of rhetoriek
Indien de hoogleeraar De Louter
ernstig wil onderzoeken waarom
wij, als kleine Staat," niet meer
voor cle Zuid-Afrikaansche Repu
blieken hebben kunnen doen, dan
wil de heer Schaepman hem wel
op den weg helpen.
De eerste reden is dezeOnze
Regeering heeft zich te toeschiete
lijk betoond waar het betrof de
voorbereiding voor de Vredes-con-
ferentie. Van deze zeer langwijlige
Journ-ée des Dupes is .zij de eerste
dupe geweest. Zij dacht Richelieu,
den veroveringsoorlog, aan de deur
te helpen zetten en Richelieu
kwam, van het hoofd tot de voeten
gewapend, binnen. Onder de bloe
menslingers van allerlei bepalin
gen behield de hebzucht vrij spel.
Aal ik de machten van de hebzucht
noemen Ik wijs slechts op éen
bijzonderheidde Aziatische des
poten werdén toegelaten, zelfs de
unspeakable Turk", en christen
vorsten werden buitengesloten te
gen openbare verklaringen he
laas, Moskovitische verklaringen 1
in.
C-nze teèder-kinderlijke en be
minnelijke ij delheid heeft ons de
gastvrijheid doen verleenen aan
de- keizerlijk-Russische Conferen
tie. Wij meenden het zóó goed.
Maar wij hebben niet den moed
gehad te zeggen, zóó of... neen.
Deze is de eerste reden, die ons
tot lijdelijkheid dwong bij latere
gebeurtenissen.
Maar er is een andere, en die
ligt dieper.
Het rechtsbewustzijn van een
volkhet geweten dat op den duur
den Staat en wat dies meer zij,
belu-orscht is niet een opwelling
van gevoel, een vraag van stamver
wantschap, van vrijheidszin, van
v< ©rlSpers en nazaten. Het is een
vraag van consciëntie, van..goed of
kwaad. Alles komt liierpp aan of
in liet volk een waarachtig geweten
en bewustzijn van recht of onrecht
leeft. Dat is niet de uitkomst van
een openbare meening, van „de
heerseheres over de toekomst", of
hoe men het wezen noemen wil.
Alles ijdelheid Zoolang de groo
te leeraren van het recht in Neder
land geen ander recht weten te
leeren dan het recht van den dag,
zoolang zij tot hun leuze houden
„3o sitze ich am sausenden Web-
stuhl der Zeit
Und webe der Got the it leben-
diges Kleid",
het „lebendige", dat is het altijd
wisselende en verwisselende Meed
van het oogenblik, dan ontbreekt,
door het ontbreken van een eerlijk
volksbewustzijnhet merg en het
bloed, de pit en de kracht van den
Nederlandschen Staat om te zijn
een Staat van recht.
Ook de lioogleeraren in den Ne
derlandschen Staat vergeten maar
te dikwijls, zegt de schrijver ten
slotte, dat door de aanneming van
de motie-Dumbar het souvereine
recht van den Statenroof openlijk
is erkend.
De voorzitter van de Tweede Kamer
heeft benoemd tot leden van de com
missie voor de verzoekschriften de hee-
ren Smeenge, Geertsema, de Bieber-
stein, van Heemstra en Verhev.
De gemengde commissie voor de ste
nografie uit de Staten-Gen er aal .heeft
den heer De Savornin Lobman tot ha
ren voorzitter herbenoemd.
Academische examens.
Amsterdam. Met gunstig gevolg is
afgelegd het propaedeutisch examen
in de geneeskunde door de heeren D.
C. J. van Rompu en II. Klein het ean-
didaaisexamen in de Ned'erL letteren
door den heer J. L. J. ten Dam Ham.
In verhand met de pogingen die aan
gewend worden om het oude Buiten-
gasthuis te Amsterdam "té behouden ij
de tegen heden uitgeschreven aanbestel
ding der slooping voor onbepaalde.)!
tijd uitgesteld.
Transvaal en. Oranje-Vrijstaat!
I-Iet Middelburgsche dames-comitl
voor de krijgsgevangen Boeren ver
zoekt ons, in aansluiting aan een vorig
bericht betreffende zendingen naax
Kaapstap op 18 dezer, te willen wijzen
op de omstandigheid, dat op 19 Octo!
ber ook een verzending naar St. He-'
lena plaats heeft.
Uit een van daar bij het dames-co
mité ontvangen particulier bericht
blijkt, dat de nood er ook nog zeei
groot is. Vooral een flinke partij wob
len dekens zou bijzonder welkom zijn,
terwijl kleeren, provisiën en boeken
mede steeds gebruikt kunnen worden:
Len en ander gelieve men te zenden
door tusschenkomst van de cargadoor;)
en expediteurs De Vries Co. te Am
sterdam, onder het merk M. C., met
opgaaf van inhoud.
Faillissementen.
Uitgesproken 10 Oct. Rotterdam: G. v.
Grieken, bouwondernemer. Rechter
commissaris mr. K. W. Brevet.
Maastricht, 4 October. J. H. E.
Schreurs, molenaar, te Caestert, ge
meente Eysden, Recliter-commissaris
mr. P. Besier.
Geëindigd: B. van Zweeden en "VV,
Engelsman, heiden kooplieden, te Am
sterdam; I-I. van der Sluis, koffiehuis-!
Jiouder, te Bodegraven; J. D. Nodedijk,
timmerman, te Dordrecht.
Commissariaat van Politie
te Haarlem,
Inlichtingen omirenl de voorieerpw
zijn dagelijks, behalve Zon- en
Feestdagen, van 11 tot 1
uur voor de eigenaars
ie bekomen,
Een pakje met lint. Een kope
ren ring. Een horloge. Een kool-
zuurflesch. Een boezelaar en over
hemd. Een overhemd. Een kerk
boekje. Een zilveren dames hor
loge. Drie geldstukken. Een roze-
krans. Een portemonnaie.
kinderzak. Een hond. Een geboor
tebewijs. Een wagenmoer. Een
zilveren 'theelepeltje. Een jongens
jas. Een armband (bloedkoralen).
Een handschoen. Een ring met
sleutels. Een gewicht. Een buig
tang en Engelsche sleutel. Een ta-
fellooper. Een paardengebit. Een
horlogeketting.
CORRESPONDENTIE.
Een Abonné. Dank voor Uwe belang
stelling. Wees zoo vriendelijk ons Uw
adres op te geven, dan zenden wij u
een exemplaar.
REDACTIE.
f;
A -
Hi iSil