Tweede Blad,
Be schild van den
Geneesheer.
behoorende bij
„Haarlwn't Dagblad"
van
Donderdag 1 Nor. 1900.
No. 5320
Officieele Berichten.
De BURGEMEESTER van Haarlem,
brengt bij deze ter kennis van de in
gezetenen dezer gemeente, dat het op
den 29en October jl. executoir ver
klaard kohier no. 9 op de personeele
belasting dezer gemeente dienst 1900,
op heden aan den ontvanger der di
recte belastingen is ter hand gesteld.
Wordende de ingezetenen tevens
herinnerd, dat de belastingschuldigen
verplicht zijn hunnen aanslag op den
bij de wet bepaalden voet te voldoen.
De Burgemeester voornoemd,
BOREEL.
Haarlem, 30 Oct. 1900.
BURGEMEESTER cn WETHOU
DERS van Haarlem,
Gelet op art. 8 üer Hinderwet
Doen te weten, dat bij hunne be
schikking van 23 October jl. aan T. A.
Van Breugel, voor een proeftijd van
één jaar vergunning is verleend tot
oprichting van eene smederij in het
perceel nan de Nvrderschoolsteeg no.
3, Kad. Sectie C no. 2728.
Burg. en Weth. voornoemd,
BOREEL.
De Secretaris.
PIJNACKER.
Haarlem, 30 October 19-jO.
BURGEMEESTER EN WETHOU
DERS van Haarlem brengen ingevol
ge art. 5 der wet van 28 Juni 1881. (Stbl.
no. 97), gewijzigd bij de wet van 23
April 1884 (StbL no. 54) en bij die van
16 April 1885 (Stbl. no. 78) ter openba
re kennis, dat is ingekomen een ver
zoekschrift van J. M. Koning, echtge-
ooote van W. Viset om vergunning tot
het verkoopen van sterken drank in
het klein in het voorhuis aan de
Itaamsteeg no. 8.
Haarlem, 30 October 1900.
Burg. en Weth. voornoemd,
BOREEL.
De Secretaris.
PIJNACKER.
BURGEMEESTER EN WETHOU
DERS van Haarlem,
Doen te weten, dat van heden op al
le werkdagen, van des voormiddags
10 tot des namiddags 4 uur, tot 13 No
vember e.k., 's namiddags ten 1 ure,
':er gemeente-secretarie (7o afdeeling)
ter visie is nedergelegd, het ingekomen
verzoekschrift met de bijlagen van M.
Iloozekrans om vergunning tot op
richting van eene distilleerderij in het
perceel aan de Helmbrekersteeg no. 9.
en van J. Graaff om vergunning tot
oprichting van eene smederij in het
perceel aan de Zoetestraat no. 4 en 6,
en dat op den veertienden dag na he
den, zijnde 13 November e.k., en wel
des namiddags ten 1 ure op liet Raad
huis der gemeente de gelegenheid zal
worden gegeven, om ten overstaan
van het Gemeentebestuur of een of
meer zijner léden, bezwaren tegen het
oprichten der inrichting in te brengen.
Haarlem, 30 October 1900.
Burg. en Weth. voornoemd,
BOREEL.
De Secretaris,
PIJNACKER.
Stadsnieuws
De Dinsdag gehouden Turfcollecte
voor de Israëlitische armen, heeft op
gebracht de somma van f 410.55L
De uitvoering Proza en Poëzie
Vrijdagavond, gegeven ten voordee-
le van de Wed. Wesseling, heeft
na aftrek van alle kosten een batig
saldo van 181.77^ opgeleverd.
Heemstede.
Maandagavond werd alhier in het
Café Landzicht door de R. K. vereeni-
ging „Door Vriendschap Bloeiende" de
eerste gewone winteravond-vergade
ring gehouden.
Als spreker trad hierbij op met eene
leerzame rede, de WelEd. Zeergel. heer
Dr. E. A. M. Droog, alhier, wien na af
loop door den President dank werd ge
zegd.
Hertog Hendrik als jager.
De „Nederlandsche Jager" geeft een
reproductie van een niet heel geluk
kige afbeelding van Hertog Hendrik
op jacht. En jhr. R. C. Six wijdt een
uitvoerig artikel aan den Hertog als
jager. Hij beschrijft de afbeelding al
dus
Wij zien daarop den Hertog afge
beeld, staande naast den door Zijne
Hoogheid ten behoeve van de veldproef
geschoten tienender (kroongewei), die
zooev9.n het vang-schot heeft ontvai-
gen, nadat de leid-hond Saul Gahren
berg toebehoorende aan den wa
rande-meester Sellheim te Mïiaden cn
voortgejaagd door den koninkl. hout
vester Wie (houtvesterij Gahrenberg)
het hert stond in een dichte groep
sparren en luid aansloeg.
Aan hetgeen jhr. Six verder verhaalt,
ontleenen wij het volgende
Zijne Hoogheid is eerste voorzitter
van de bekende vereeniging Hirscli-
mann (zetel van het bestuur te Herz-
berg in den Harz). Deze vereeniging
bestaat nu ruim 5 Jaar en heeft ten
doel de bevordering van het fokken en
aanbrengen van leid- en speurhonden
alsmede de verbreiding van ras en de
verbreiding van de kunde om deze
honden aan te brengen en te besturen.
Het is een belangrijk doel, dat deze
vereeniging zich voor oogen heeft ge
steld, want zoowel het ras der leidhon-
den als de kenpis hunner africhting
was in Duitschland zeer op den ach
tergrond geraakt. En voor al wie op
grof wild jaagt, is het bezit van een
goed afgerichten leidhond van wezen
lijk nut. De beoordeeling van den ar
beid van leidhonden is, evenals bij an
dere jachthonden, ondoenlijk zonder
veld-proeven. In die richting is de ver
eeniging Hirschmann sedert hare op
richting ij verig werkzaam. Reeds wer-
de de volgende veld-proeven gehouden:
1895 in het jachtveld Gelbensande
1896 in de jachtvelden van graaf Arnim
Boitzenburg 18971898 in de jacht
velden van graaf Schulenburg te Lie-
berode en in die te Ludwigslust in
Mecklenburg1899 in de jachtvelden
der opper-houtvesterij Gahrenberg bij
Münden.
Tegelijk nu met de bespreking van
deze laatste veldproeve, gehouden op
2729 November, verscheen in St. Hu-
bertus een artikel over Hertog Hendrik
van Mecklenburg, en de bovenom
schreven afbeelding.
Saul-Gahrenberg deelde den derden
prijs met Hirschmann-Braunberg. De
lste prijs viel ten deel aan Sylva-Neu-
haus, die zeer goed spoor hield van een
zwaar aangeschoten, jong wild zwijn
en het reeds op korten afstand stond
(10 pas), waarna het werd afgevan
gen. Ook de overige arbeid van deze
uitstekende teef was onberispelijk. Er
was nl. door Zijne Hoogheid eene oude
hinde geschoten. Het aanschot toonde
geen zweet, alleen afgeschoten haar
de teef ging echter na eenige oogen-
blikken zoekens den voet, en baar ge
leider gaf als zijne meening te kennen,
dat het een middenromp-schot zou blij
ken te zijn. Na ongeveer twintig pas
zoekens springt in de nabijheid dei
teef een beer (mannelijk wild zwijn)
uit een klomp sparren, wat haar ech
ter niet in het minst in de war brengt.
Integendeel, Sylva bracht de jagers in
snel tempo en met groote zekerheid,
zonder dat zweet gevonden werd, na
ongeveer 200 pas aan het reeds gesneu
velde stuk. Het schot was aan de ach
terbout ingegaan en door het geweide
mat geslagen. De kogel zat op de an
dere zijde van den romp onder den
dos. Voor dezen arbeid, die op den
derden dag nog vermeerderd werd met
eene zeer goed doorstane proeve, ver
wierf Sylva den eersten prijs (200 M.)
en haar geleider, de koninkl. houtves
ter Radecke, vier verschillende beloo
ningen. waaronder twee wijnkaraften
met zilver beslag, uitgeloofd door den
lsten voorzitter.
Op den 27sten Januari van dit jaar
werd te Berlijn de zesde Duitsche ge
weien-tentoonstelling geopend op den
geboortedag des Keizers, den bescherm
heer en bevorderaar dezer voor jagers
zoo belangrijke tentoonstellingen. On
der de geweiverzomelingetn bevond
zich aldaar ook een groep van 18 kapi
tale geweien van edelwild, ingezonden
door het Groothertogelijk Mecklenburg
•Schwerinsehe Hof-Jacht-Ambt, waar
van twee, afkomstig van door Z. H.
den Hertog-Regent geschoten, zeer
brave herten, dan ook medailles ver
wierven. Het eene gewei, van een op
16 Aug. 1899 geschoten 14 Ender, ver
toonde voortreffelijk geparelde en ge-
groefde donkerkleurige bree-ie stangen
met breeda vlucht, en het andere was
een op October 1899 verworven, iets
lichter gekleurd, zeer goed geparelde
16 Ender-gewei. De gezamenlijke
Mecklenburgsche geweien waren, even
als die in voorgaande jaren, een wei
nig gedrongen van bouw, en hadden
zeer goed geparelde, donkerkleurige
stangen met goede kroon-vorming en
breede vlucht. Van meerdere geweien
waren, gelijk in vorige jaren, de oog
enden zeer diep naar voren opgezet.
Drie geweien van door Z .H. Hertog
Hendrik van Mecklenburg—Schwerin
geschoten herten waren, na die welke
medailles verkregen, zeker de beste de
zer prachtige verzameling te noemen.
Wij zien hieruit, dat onze aanstaan
de Prins-Gemaal geheel vertrouwd is
met de jacht op edelwild. Geen wonder
trouwens, want zijn geboorteland kan
met gerustheid op jachtgebied in me
dedinging treden. Op bovengemelde
tentoonstelling vielen, gelijk ook in
1899, 14 bekroningen ten deel aan in
zendingen uit het Groothertogdom en
dit stond hierin dus gelijk met Posen
Brandenburg, Oost-Pruisen en Pom-
rneren verwierven er 16, Silezië 33 be
kroningen.
Voor wie zich eenig denkbeeld van
den wildstand in Mecklenburg wil
vormen, diene de volgende opgave over
liet wild, dat in de Groothertogelijke
Staatswouden geschoten is van Sint
Jan 1842 tot Sint Jan 1875.
14,428 stuks edelwild, 1362 stuia dam
wild, 36,254 reewild, 125,543 stuk3 ha
zen, 1556 stuks wilde zwijnen, 43 sluis
trapganzen, 212 stuks wilde rauzen,
282 stuks fazanten, 1749 stuks korhoen
ders, 41,295 stuks houtsnippen. 27,596
stuks eenden, 193,578 stuks patrijzen,
13,838 stuks watersnippen, enz. enz.
Aan rooftuig werd gevangen en ge
schoten
13,778 stuks vossen, 17,194 stuks val
ken en haviken, 28,175 stuks wouw-m,
21,644 stuks sperwers, 10,440 itikj ra
ven, 12,631 stuks kraaien, enz. enz.
In Mccklenburg-Schwerin werd het
heerlijk jachtrecht door paragr- u' 47
van de grondwet van 10 October l-rt9i
zonder vergoeding vernietigd, doen
door scheidsrechterlijke uitspraak ten
gevolge van de daartegen door de Rid
derschap ingebrachte bezwaren, sedert
11 September 1850 wederhersteld. l)e
uitoefening van de jacht en het jucht-
strafrecht zijn door de verordening van
31 Mei 1879 met de Rijkswetgeving in
overeenstemming gebracht, ren op
zichte van het jacht-volgrecht en het
jagersrecht geldt de verorlening van
22 Januari 1859.
De gesloten tijd is in Mecklea'u.rj,
bepaald voor herten en reewild van 1
Maart tot 25 Juli (St. Jacob). Schooner
volgens mijn bron (professor dr. Josei
Albert: „Die Deutsche Jafigesetzge
bung nach ihrem dermaligen Stando,
München 1890, bl. 47") in het Gr mi'
hertogdom geen gesloten tijd vorr ha
zen zou bestaan, hetge m alsdan de
eenige uitzondering zou wezen in het
gansche Duitsche rijk, zoo blijken er
volgens de opgaven in de Duitsche
jachtbladen toch nog behoorlijk ha
zenjachten gemaakt te worden in som
mige Mecklenburgsche jachtvelden.
Men ziet dus, dat onze toekomstige
Prins-Gemaal uit eene landstreek
stamt, waar het edele weidwerk in
hooge eere wordt gehouden.
Aan de „Lokal Anzeiger" wordt ge
schreven:
Het was een stormachtige, onverge
telijke nacht op zee. Het schip slinger
de en stampte, liet schuim spatte over
het dek en de storm huilde door de
takelage. De passagiers vielen bij het
loopen over elkander. Alleen hertog
Hendrik, in wiens gezelschap wij op
jacht gingen op Ceylon, stond vast en
kalm tegen den mast alleen op het
dek en zijn groote lichtende oogen
staarden onverschrokken naai- den
strijd der elementen.
Tegen den morgen bereikten wij
Ceylon. De smalle kleine bootjes van
do Singhaleezen kwamen ons tege
moet.
Wij gebruikten het ontbijt in de
villa van consul Freudenberg. Dien
dag maakten wij in de equipage van
den consul een tochtje in de omstre
ken van Colombo. Ofschoon de hertog-
een groot bewonderaar van natuur
schoon is, zag hij toch met verlangen
de jachtavonturen tegemoet, waarvoor
wij alleen naar Ceylon gekomen wa
ren.
Hertog Hendrik is wel een der koen-
ste en hartstoclitelijkste jagers, die
ooit een buks gehanteerd heeft. Hij
kent geen gevaar, weet niet van ver
moeidheid: van zijn schot is hij zeker.
Even gemakkelijk als hij zijn paard
in den zadel beheerscht, hanteert hij
zijn doodaanbrengende buks.
Den volgenden dag werden de noo-
dige toebereidselen getroffen. Op ver
langen van den hertog zou de troep
uit slechts weinig personen bestaan.
In het geheel waren wij 27 man sterk,
waarvan do meesten Singhaleezen
waren. In ons gevolg waren ettelijke
tweewielige karren, waarop proviand,
kleeren enz. geladen waren voor twee
weken.
Dit alles vond de hertog veel te om
slachtig en te belemmerend, maar hij
moest er zich wel in schikken. Het
allerliefst zou hij alleen de dichte
wouden zijn binnengedrongen. Den
6den Maart 1894 braken wij op. De
weg was zandig, boomachtige cactus
sen met kleine roode en witte bloemen
accacia's en bijna ondoordringbaar
struikgewas groeiden langs de kanten.
Een prachtige, witte reiger vloog voor
óns op en werd door den hertog néér
gelegd. Drie apen ondergingen het
zelfde lot.
Na eenige uren gemarcheerd te heb
ben kwamen wij te Belligattu. Het is
klein, uit eenige hutten bestaand
dorp. De omliggende moerassen had
den ons hierheen gelokt, want het was
bekend dajt hierin vele krokodillen
huisden. Een dezer beesten te dooden.
was de wensch van den hertog. Ter
nauwernood gaf hij zich den tijd even
rust te nemen en iets te nuttigen. Van
vermoëienis was geen sprake. Bij het
aflooiien der moerassen maakten de
drijvers zulk een lawaai, dat de bees-j
ten wegdoken, vóór wij ze onder schoot
konden krijgen.
Dat stond den hertog niet erg aan,
hij zond de Singhaleezen weg en ging
alleen naar een moeras. Aan den oever
ging hij liggen met de buks aan den
schouder en wachtte koortsachtig op
het oogenblik, dat een der ondieren
uit het water zou komen. Eindelijk
dook een krokodil op uit het slijk en
het groene lichaam van het middel
matige beest werd zichtbaar. Lang
zaam sleepte het zich naar den oever.
Vol zelfbeheersching wachtte de her
tog het goedo oogenblik af. Eenige
seconden veiHoopen, vervolgens zien
wij een flikkering, het schot weer
klinkt over de vlakte en de krokodil
waggelt doodelijk getroffen naar het
water. Ongetwijfeld was het schot
juist geweest maar toch bezat het
monster nog een verbazende kracht,
want het bereikte nog het water.
Toen geschiedde iets, waarover la
ter hartelijk gelachen werd, maar op
dat oogenblik ons het bloed in de
aderen deed stollen. De hertog was
opgesprongen; bang dat zijn buit hem
zou ontgaan stortte hij zich naar vo
ren, pakte den krokodil, die wild met
zijn staart rond sloeg, beet en trok
hem uit den vijver. Vol ontzetting
keken de Singhaleezen toe en vol eer
bied zagen wij later tot den Duitschen
vorstenzoon, on, die een krokodil bij
zijn staart durfde pakken. Begrijpen
de, dat het gevaar nog niet voorbij
was, kwamen wij den hertog te hulp,
maar het dier lag reeds dood aan de
voeten van den hertog. Zeer langen
tijd, nadat de kop was afgehakt, be
woog het monster zich nog.
Op den terugweg- schoten wij nog
allerlei wild. Hertog Hendrik doodde
bovendien een twee en een halve me
ter lange slang. Op een smal olifan
tenpad richtte zich plotseling een zeer
vergiftige slang op en befei een der
Singhaleezen in het been. Deze droeg
gelukkig leeren beenstukken, zoodat
het beest niet doorbeet. Voordat men
de slang onschadelijk kon maken was
ze verdwenen. Later op den dag werd
door den hertog toch nog zulk een
exemplaar gedood. Bij het ontmoeten
van een kudde buffels kwam vooral de
onversaagde moed van den Hertog aan
den dag. Een groote' buffel kwam re
gelrecht on hem af en eerst toen hij
dicht bij was legde de hertog hem
doodbedaard neer.
Binnenland.
Kieswet.
In overleg met de Commissie van
Rapporteurs heeft de Regeering nog
eenige wijzigingen voorgesteld.
Thans is opgenomen de door den
heer Lohman gewenschte bepaling be
doelende om onware opgaven betref
fende 'Ie vermogens-. bedrijfs- of per-
soneele belasting met verlies van aan
spraak op kiesrecht te straffen.
De negende alinea wordt voorge
steld to lezen aldus
;,Inaien in de plaats van het inkomen
bedoeld in art. 16b2o een tijdelijke on
gevallenrente wordt genoten, wordi
deze, zoolang zij wordt genoten, in re
kening gebracht tot een bedrag ge;ijk
aan het normale loon."
Academische examens.
Leiden. Geslaagd voor het candi-
daats-examen in de rechten de heer G.
E. N. Passtoors.
Zuid-Afrikaansche deputatie.
Bericht is ontvangen dat de Zuid-
Afrikaansche deputatie zich met ds
meergmelde Transvaalsche ambtena
ren thans te Milaan bevindt en nog
verschillende andere sleden zal be
zoeken, zoodat de aankomst te 's-Gra-
venkago nog eenigen tijd vertraagd
is. Als de heeren zich te 's-Graven-
hage zullen hebben vercenlgd, ligt het
in hun voornemen om eerst to vertrek
ken voor het tegemoet-reizen van pre
sident Kruger, na ontvangst van het
bericht dat deze te Port-Said is aange
komen.
Branden.
Maandagnacht brandde te Ensche
de de kruidenierswinkel cn bierbotte
larij met woonhuis van den heer Hoo-
genkamp aan den Voortsweg totaal
uit. Oorzaak onbekend. Verzekering
dekt de schade.
Maandagnacht is op het stations
emplacement te Geldermalsen het ver
minkte lijk gevonden van den treia-
smid P. v. d. S. De ongelukkige is ver
moedelijk door de locmotief van een
goederentrein overreden.
Eeu treurig lamilietooneel
is Zondag te Sïudebuursterveen (ge
meente Slochteren) afgespeeld. De 20-
jarige milicien Eerko Prins, in garni
zoen te Assen, kwam Zaterdag zijne
vrouw, de 27-jarige Harmke Dontje,
in de echtelijke woning opzoeken. De-
verstandhouding scheen niets te wen-
schen te' laten, ook Zondag niet, totdat
Prins in den loop van den middag
zijne vrouw voorstelde, met hem een
bezoek te brengen aan zijne ouders.,
die te Noordbroek wonen. Zij stemde
toe en voldeed aan het verzoek van
haar man, om voor hun vertrek het
schaap binnen te halen en het konijn
voedsel te' geven. Doch toen zij de
schuurdeur weer binnen trad, kwam
hij haar tegemoet en schoot op haar.
De vrouw meende, dat haar man i it
„aardigheid" met los kruit geschot-m
had en vermaande hem, het niet weer
te d< en. Maar een oogenblik later
zeeg 2ij neer. Haar man had 3 re.ol-
verkjgels op haar afgeschoten, war.
van een onder den slaap, de tweede
in de wang, de derde in de borst te
rechtgekomen was. Doch dat was den
milicien nog niet voldoende. Hij nam
haar op. wierp haar op een hoop turf
en bracht haar nog eenige verwondin
gen too met een mes en een hooivork.
Daarop maakte hij zich haastig uit de
voeten, terwijl d evrouw zich naar
een buurman sleepte, waar genees
kundige hulp werd ingeroepen. Later
is zij op advies .van Dr. Niemeijer,
te Noordbroek, in het Academisch Zie
kenhuis aldaar opgenomen.
Aldus het .verhaal der vrouw. De
tijd zal leeren, of het waar is.
Gisterenmorgen in zijn garnizoen te
Assen teruggekeerd, voerde Prins tot
verontschuldiging van zijn te laat ko
men aan, dat zijn vrouw een poging
iot zelfmoord had gedaan. Hij werd
daarop onmiddellijk opnieuw in het
genot van verlof gesteld. Intusschen
de man aangehouden en ter be
schikking van de justitie gesteld.
(„N. R. CU")
Gemeenschappelijk grond
bezit.
In Mei van dit jaar is te Am
sterdam een vergadering gehouden,
waarin in beginsel besloten werd
tot de slichting van een internati
onalen bond voor gemeenschappe
lijk grondbezit. In het voorloopig
bestuur werden gekozen de hee
ren dr. F. van Eeden, te Bussum,
mr. D. A. van Eek, te Mijnsheeren-
land, P. Looyé, le Rotterdam, D.
de Clercq, te Laren (N.-H.) en J.
Stoffel, te Deventer.
In een vergadering, eenigen tijd
geleden te Utrecht gehouden, is
gebleken, dat de leden van htf
voorloopig bestuur niet genoej
eensgezind waren om krachtig sa
men te werken in gemecnschappa
lijke richting en een voorstel t4
doen tot het stichten van een bond
op de grondslagen, in de vergade
ring van Mei jl. aangenomen. Hei
voorloopig bestuur heeft daaronj
zijn ontslag genomen. De heerert
de Clercq en van Eeden willen ini
tusschen^ nog trachten in de ven
melde richting iets blijvends toi
stand te brengen.
Schilderijendiefstal te 'a-Grat
venhage.
Omtrent dezen belangrijken diefsta)
wordt nader gemeld:
De smid De Bruin, een der verdacht
ten, is uit de voorloopige hechtenis ont,
slagen, omdat gebleken moot zijn daj
hij in dc eigenlijke ontvreemding eij
verkoop der schilderijen geen enkeld
maal do hand heeft gehad. Hij heef]
zich, gelijk hij volledig erkend heeft,
enkel schuldig gemaakt aan het mede;
nomen van tijd tot tijd van enkele
kleinigheden, die hij zonder groote
waarde veronderstelde, omdat zij over-
al slingerden tot zelfs op den vloer van
de tuin-verandak. Tiet waren eenige
paneeltjes zonder lijst, een ouder^
wetsch pistool, eenige medaillons en
eenige porseleinen figuurtjes die als
het ware voor den vinder lagen. Als hij
zoo eens iets vond liggen en hij zeida
tot den huisknecht dat hij die dinge
tjes wel zou willen hebben omdat het
zonde was dat ze daar zoo zwierven,
dan zeide do knecht dat hij die din
gen gerust kon meenemen. Eenige der'
voorwerpen heeft hij verkocht bij den
antiquair Spyer in do Papestraat
voor 1 10, andere voorwerpen heeft hij
thans te pronk gezet. Da Bruin kwam'
sedert geruimen tijd bij den bestolene,
den beer Raedt van Oldenbarneveld,
in huis voor het verrichten van aller
lei werkzaamheden, voornamelijk aan
deuren waarvan het slot moest wor
den opengestoken of die van nieuwe
grendels moesten voorzien worden,
maar dat ging altijd in tegenwoordig
heid van den heer Raedt of van fami
lieleden.
De kamers bevatten stapels schilde
rijen die langs de wanden stonden. Ook
stond het vol met schilderijen op de
bovengang, eveneens langs de wanden.
De huisknecht heeft hem er nooit over
gesproken dat hij schilderijen ver
kocht aan een antiquair. De Bruin
heeft daarvan volgens zijn zeggen ook
nooit iets bemerkt. Wel was de huis
knecht, als De Bruin op karwei was,
altijd gul met het tracteeren op een
borrel. Die huisknecht is daar reeds
12 1/2 jaar in dienst. De Bruin die ne
gen dagen in preventieve hechtenis'
heeft doorgebracht, is onmiddellijk na
zijn ontslag weer in dienst genomen
door zijn patroon.
Letteren en Kunst.
Tot juryleden voor den eerlang te
houden tooneelwedstrijd te Purme-
rend zijn benoemd do hoeren J. H.
Róssing, S. Bouberg Wilson cn Louis
Bouwmeester, die deze benoeming
hebben aangenomen.
Het Hollandsch TrioCoenraad
Bos, Joseph van Veen en Jacques
van Lier te Berlijn, heeft 11. Don
derdag een concert gegeven dat
door dr. Leopold Schmidt in het
,,Berl. Tageblatt" zeer gunstig
wordt beoordeeld. O. a. werd daar
voor het eerst uitgevoerd een
„Trio" van den Berlijnschen com
ponist Eduard Behm, dat aan bo
vengenoemde vereeniging is op
gedragen.
De heer Van der Linden heeft
voor de opvoeringen van „De Ar
me Student" (tournée Adeo Co.)
geëngageerd mevrouw W. J. R.
BudermanVan Dijk, dio de rol
van Laura zal vervullen. Do voor
stellingen in de naaste toekomst
hebben plaats Donderdag 1 Nov.
Arnhem Maandag 5 Nov. Zut-
phen Woensdag 7 Nov. Leiden j
Donderdag 15 Nov. Haarlem
Waarschijnlijk hebben to Am
sterdam voorstellingen plaats in de
maand December.
Te Oxford is overleden do groo
te taalkundige, de hoogleeraar in
de vergelijkende taalstudie, Prof
Max Müller.
Hij was 6 December 1823 te Des
December.
Oxford wonen, waar hij in 18Sg
Feuilleton.
Roman uit het Duitsch
DOOR
JUL. MARY".
55)
(Slot).
Gelukkig heeft deze vluchte
ling bewijzen.
Zoo I Ook hij heeft die
Ook hij heeft den brief gele
zen, waarin uwe plannen worden
verraden. En de vluchteling heeft
een goed geheugenzal hij u den
brief woor voor woord opzeggen?
Dat berekent niets. Den brief
zelf wil ik zien, of ik verklaar u
voor een elLendigen lasteraar 1
Nu kwam de staatsprocureur
naar voren en zei glimlachend
U hecht zeker wel veel waar
de aan dezen brief eens te zien?
Zeker. Een brief, die nooit
heeft bestaan dat zou toch geen
alledaagsch gezicht zijn
Welnu, uw wensch zal ver
vuild worden. Deze brief heeft be
staan, bestaat zelfs nog, want hij
bevindt zich in mijn bezit. Hier is
hij, herkent u uw schrift en uwe
handteekening Savinieu werd
doodsbleek. Dit was werkelijk de
brief, dien hij met eigen hand had
geschreven. De rechter echter ging
bedaard voortDaar u zoo'n slecht
geheugen heeft, dat u het bestaan
van dezen brief geheel en al kon
vergeten, wil ik u den inhoud voor
lezen, opdat de geëerde aanwezi
gen er ook mee op de hoogte ko
men. En d'Aigurando las den brief
voor.
Toen. hij daarmee klaar was,
schreeuwde Savinien, wien de
oogen bijna uit het hoofd puilden
Leugens I Krankzinnigheid I
Verdichtsels 1
U kan het blijkbaar maar niet
begTijpen, sprak Jean Vandale
thans op kalmen toon, hoe de ju
stitie in 't bezit van uwen brief
kon komen, die u vernietigd meen
de te hebbenook freule Helene
schijnt de zaak onbegrijpelijk te
vinden, daar ik haar, zooals zij
meent, drie dagen geleden het do
cument teruggaf. De verklaring is
zeer eenvoudig. Ik vermoedde, dat
Savinien d'Alberon zich van den
brief meester zou trachten te ma
ken, en overhandigde haar daarom
een door den heer d'Aigurande ver
vaardigd photografisch facsimile
van 't origineel, welk origineel ik
behield. En nu beschuldig ook ik
u van de twee misdaden de moord
op Richardier en Renaud. Ik heb
u eens in angstzweet badende in
de doornenkloof aangetroffen,
waar u, door gewetenswroeging
gekweld, het bloedige lijk van uw
slachtoffer meende te zien. Ik heb
u later betrapt, toen u na den
moord op uwen neef Renaud hei
melijk het slot trachtte uit te slui
pen, dat u in 't geheel niet verlaten
had. Ge zijt een ellendige misdar
diger, een dubbele moordenaar.
Antwoord op hetgeen tegen u
wordt ingebracht.
U heeft zeer handig gecombi
neerd, zei Savinien, die intusschen
weer zijne brutaliteit had terugge
kregen, op uitdagenden toon, maar
het doel van dit alles kan ik nog
maar niet snappen. Deze brief be
wijst alleen, dat we gemeenschap
pelijk met elkander plannen ont
wierpen, maar niet, dat wij ze ook
uitvoerden't is misschien vol
doende om verdenking jegens mij
te koesteren, maar nog niet om mij
te laten veroordeelen, als u geene
andere bewijzen heeft. En dat zal
hoogstwaarschijnlijk wel niet het
geval wezen. Richardier en Re
naud zijn dood, misschien ook zijn
ze vermoord, dat is mogelijk. Maar
ik zweer, dat ik aan det beide mis
daden onschuldig ben. Bewijs u
nu-het tegendeel, als u kan.
Jean Vandale was naar den
staatsprocureur gegaan en had hem
snel ingefluisterd
Spreekt de ellendeling de
waarheid
Helaas, maar al te zeer
Denkt u, dat eene rechtbank
hem niet zou veroordeelen, nu we
geene andere bewijzen tegen hem
ebben
Ik ben er van overtuigd.
Dan is 't goed.
Wat wilt ge doen, Vandale
Deze gaf echter geen antwoord,
liep naar den avonturier, ging
dicht voor hem staan, en sprak
Savinien d'Alberon, jij hebt
Richardier en Renaud vermoord.
Dat is een leugen I
Behalve de moreele bewijzen
zijn er weliswaar geene andere te
gen u aan te voeren
U erkent dat dus ook t
En de jury zou je dus waar
schijnlijk niet veroordeelen.
Hoe zouden ze dat kunnen,
daar ik onschuldig ben?
Je bent niet onschuldig, maar
je zoudt in weerwil van je misda
den straks straffeloos en triomf ee
rend van hier gaan, als er geen
wreker van de door jou gepleegde
schanddaden opstond.
Ik vrees voor geen wreker ter
wereld.
Daar doe je verkeerd aan Sa
vinien d'Alberon En toen de avon
turier bij deze woorden luidkeels
begon te lachen, ging Vandale
voortJe zeidet eens hier in dit
vertrek, dat slechts ik de moorde
naar van Richardier en Renaud
kon zijn.
Deze beschuldiging klonk te
waarschijnlijker, omdat ze werd
uitgesproken tegen iemand, die
reeds wegens moord veroordeeld
was.
Om deze beschuldiging eeni
gen grond te geven, zei je dat ik
waanzinnig- was geweest, toen ik
voor twintig jaren het ongeluk had
Christine Richardier te dooden.
Wat dat misschien niet waar?
En dat ik ook waanzinnig ge
weest was, toen ik Richardier en
Renaud gedood had?
Ook dat heb ik gezegd.
Nu dan, zoo ben ik ook op dit
oogenblik waanzinnig, daar ik tot
je spreek en jou de welverdiende
straf bezorg. De aardsche gerech
tigheid kon je niet tuchtigen, daar
om zal ik het doen, ik, dc waan
zinnige
En eer men het kon verhinde
ren, eer Savinien zelf begreep, wat
met hem gebeurde, was er eeno
met eeno dolk gewapende hand
opgeheven en had hem met on
weerstaanbare kracht in de borst
getroffen, waaruit eene roodo
straal hoog op spoot.
Savinien stond daar met wijd
opengesperde oogen, deed nog met
vooruit gestoken handen eene
schrede voorwaarts om Jean Van
dale to grijpen, maai' viel toen in
zijne volle lengte dood op het vloer
kleed.
Nu keerde Jean Vandale zich tot
den rechter en sprak
Vergeef me, meneer de staats
procureur, maar ik kon niet an
ders
Drie dagen later stierf Jean Van
dale zonder doodstrijd in 't zieken
huis te Blois. Wat hij in den laat-
sten tijd had ondervonden, had
zijne lichaamskrachten gesloopt.