Tweede Blad,
De gestolen bacil.
behoorende bij
Haarlem's Dagblad"
van
Dinsdag 6 Nov. 1900.
No. 532a
Stadsnieuws
Vergadering van den Raad der
gemeente Haarlem, op Woensdag
7 November 1900, des namiddags
ten 11/4 ure.
1 Mededeelingen en ingekomen stuk-
Ken.
2. Voorstel B. en W.W. met nadere
voorstellen en amendement vaststel
len reglement van orde.
3. Stemming voorstel S. Roog subsi
die R. K. Volksbond, waarover de
steramen hebben gestaakt.
4. Voorstel B. en W.W., vaststelling
tarief van onderstand.
5. Id. id. staat van te vellen hoornen.
6. Rapport commissie voor de tram
plannen en voorstel B. en W.W. ver
koop grond Wagenweg.
7. Voorstel B. en W.W. aankoop
gronden Sckeepmakersdijk en Papen-
torensvest.
S. Id. id. aankoop perceel Botermarkt
9. Voorstel commissie van voorberei
ding voor de oprichting van een abat
toir. jaarwedde directeur.
10. Schrijven J. Klein e. a. en voor
stel B. en W.W. vervanging van het
woord „abattoir".
11. Voorstel B. en W.W. adres Wed.
BakkerStubbs om onderstand.
12. Id. id. adres D. van Dokkum, prijs
duinwater.
13. ld. id. onbewoonbaarverklaring
perceel Klein Heiligland No. 43.
14. Id. id. adres C. Meijer erfpacht
grond Oude Raamstraat.
15. Id. id. adres C. van Andel plan
bebouwing grond ten noorden van de
Maerten van Heemskerkstraat.
1G. Motie Th. G. Schiirmann, betref
fende commissaris van politie.
17. Voorstel B. en W.W. opheffing
betrekking onder-directeur H. B. Scho-
,lcn.
18. Voordracht Burgerlijk Armbe
stuur benoeming armen-opzichter.
19. Id. B. en WAV. benoeming twee
onderwijzeressen ode Tusschenschooi.
20. Benoeming leden stembureau
verkiezing leden Kamer van Koophan
del.
21. Verslag opzichter gasverlichting
September 1900.
Blooraendaal.
Bevallen: G. II. M. RoosenRoosen
z., D. WesselingCassé, d. II. v. d.
VeldtVan Balcel, z.
Overleden: H. Bos, 72 j., Meerenberg.
Zaadvoort.
Voor de betrekking van een nieuwe
agent van politie alhier op eene jaar
wedde van f 450, f 50 vergoeding voor
kleeding en deelneming in een pensi
oenfonds hebben zich 24 solicitanten
aangemeld.
In de Vrijdagavond gehouden verga
dering van de afdeeling Zandvoort der
Noord-hollandsche vereeniging „het
Witte Kruis" is het plan voor het te
bouwen ziekenhuis goedgekeurd. Het
bestuur werd gemachtigd een publieke
aanbesteding te houden, die spoedig
zal plaats hebben.
Getrouwd: W. Steenhuizen en W. J.
Weber.
Bevallen: J. Visservan Duivenbo-
den, z.
Overleden: P. J. Water 5 d.
Bij B. en W. is ingediend een bouw
plan voor eene villa aan de Haarlem
merstraat door F. Zwaan alhier.
Binnenland.
Academischs examens.
Leiden. Bevorderd tot arts de heer
L. P. J. de Does.
Geslaagd voor het eerste gedeelte van
het artsexamen do heer P. van der Ma-
rel.
Geslaagd voor het doctoraal examen
in de rechten de heer H. N. van Walréc.
Pres. Krugor en Marseille.
I-Iet comité dat te Marseille is ge
vormd ten gunste van de onafhanke
lijkheid der Boeren heeft tot de bevol
king een oproeping gericht, waarin het
kennis geeft van zijn voornemen om
feuiiietou.
zeide de bacterioloog, een
glasplaatje onder het microscoop
schuiven den, ,,is een praeparaat
van de beroemde cholera-bacil.
De man met het bleeke gezicht
keek door het microscoop. Klaar
blijkelijk was hij niet gewend aan
j.uik werk, en hield daarom de lin-
kerhand voor het eene oog.
„Draai aan dege schroef zeide
üe geleerde, „misschien is de mi
croscoop niet goed gezet voor uw
bog."
„O, nu zie ik het", zeide de be-
oeker. „Nu, veel bijzonders valt
Ir niet aan te kijken. Kleine pun
tjes, meer niet. En deze nietige
Schepseltjes, kunnen een geheele
Uad ontvolken, 't Is merkwaardig!"
Hij stond op en het glasplaatje
ran het microscoop nemende, hield
hij het tegen 't licht. Nauwelijks
ichtbaar," zeide hij. Plotseling
.arzelde hij: „zijn zo levend?"
rroeg hij op angstigen toon.
„Deze zijn geprepareerd en dus
president Kruger bij diens aankomst
een waardige ontvangst te bereiden
„voor de burgerdeugd, de toewijding
en den moed dien de bewonderens
waardige grijsaard toont ter verdedi
ging van de onafhankelijkheid der Z.-
afrikaanschë republieken." Voor den
goeden naam van Frankrijk en Mar
seille is het zoo leest men verder
van belang dat do betooging een
grootsch en waardig karakter draagt,
den stempel van sympathieën bewon
dering voor den ontembaren moed van
een volk dat voor zijn onafhankelijk
heid worstelt, een afspiegeling van der
Franschen liefde voor recht en vrij
heid.
Terwijl het Comité hiervoor de me
dewerking der stadgenooten inroept,
doet het tevens nadrukkelijk uitkomen
dat het geenszins beoogt „betoogingen
in daden of woorden tegen een natie
waarmede Frankrijk vriendschapsbe
trekkingen heeft. Het doel is veel ede
ler, hooger, het bestaat in het bren
gen van de welverdiende eer aan den
man, in wien de strijd van den zwak
ke voor vrijheid is belichaamd en wiens
reis naar Europa een nieuwe helden
daad is, die aller eerbied afdwingt."
Alle staatkundige quaestiën moeten
daarom buiten gesloten worden en bij
voorbaat wordt de medewerking afge
wezen van ieder die er een partij doel
mee beoogt. ..Wij doen een beroep
en zijn er zeker van dat men er aan
zal gehoor geven op alle mannen
van goeden wil, die met ons vervuld
zijn van eerbied en bewondering voor
een burger die tot znij laatsten adem
tocht geeft om de eer en de onafhanke
lijkheid van zijn land te verdedigen."
Voorzitter van dit comité is het lid
van den departementalen raad II. Thou
rel, secretaris de reeder A. Viclle.
Uit de Arbeiderswereld.
BINNENLAND.
De werkstaking aan de Heine-
ken's Amst. Glazenwasscherij is
Zaterdag- geëindigd. De eischen der
werklieden zijn ingewilligd. In
den stand der staking aan de Wes
ter Suikerraffinaderij te Amster
dam is geen noemenswaardige
verandering gekomen.
Koloniën.
De toestand in Atjeh.
Onder dit opschrift schrijft de
„J.B." onder meer het volgende
Van iemand van gezag bij uit
stek tot oordeelen bevoegd en se
dert jaren in Atjeh gevestigd, ont
vingen wij de mededeeling dat de
bi] sommigen gevestigde indruk
en wij moeten eerlijk bekennen dat
wij ons zeiven ook tot die som
migen" rekenden als zouden de
bezettingstroepen in dat gewest te
zeer zijn uitgeput om op dit oogen-
blik het verzet in Samalanga te
fnuiken, ten eenenmale onjuist
moet heeten. In de eerste plaats
toch kan een „toenemend" verzet
in Samalanga kwalijk besproken
worden. Het hoofd van dat land
schap heeft steeds den gehoorza
men dienaar jegens het bestuur
gespeeld, gezorgd dat in zijn ge
bied geen schot viel, enz., maar te
vens allerlei vijandige elementen
geherbergd, in de gelegenheid ge
steld om, onder zijne vredesvlag
verborgen, in het Samalangasche
van hunne vermoeienissen uit te
rusten, om, bij gunstige gelegen
heid even buiten de grenzen de
Kompeunie afbreuk te gaan doen.
Onder zulke omstandigheden kon
alles pais en vree blijven, zoolang
wij ons van bemoeienis met de
onderhoorigheden onthielden, te
vreden waren met een schoonen
schijn en ons niet ten doel stelden,
het verzet in zijne schuilhoeken aan
te tasten, maar liever zelf er voor
wegscholen. Nu dit alles verander
de, moest te eeniger ure T. Tji Sa
malanga genoopt worden kleur te
bekenuen. Nadat hij reeds vele
waarschuwingen had ontvangen,
werd eindelijk met uscces in zijn
gebied buiten zijne medewerking
een onderzoek ingesteld, waardoor
zijne dubbelzinnige houding on
dubbelzinnig aan liet licht trad,
en weldra daarna hield hii zelf,
beducht voor straf, zich schuil, hoe
wel steeds nederige brieven schrij
vend. De verzetspartij maakte van
die pauze gebruik om hem gehéél
te compromitteeren, en nu zal dus
in Samalanga gewapenderhand
moeten worden opgetreden.
Niet wegens uitputting van den
troep, maar omdat de rouverneur
dood", antwoordde de bacterioloog,
„ik wilde wel dat we alle konden
dooaen."
„Ik veronderstel", hernam de
bleeke man met een lichte glim
lach, „dat gij de bacillen die ge
hier hebt, wel niet zal laten leven?"
„Integendeel, we moeten het
wel," zeide de geleerde. „Hier bij
nier door en nam een van de vele
voorbeeld", hij liep de kamer
door en nam een van de vele ver
zegelde buisjes „is de levende
cholera-bacil."
Een lichte glimp van voldoening
gleed over het gelaat van den
bleeken man. „Het is gevaarlijk,
zoo iets te bezitten," zeide hij, het
kleine buisje als met de oogen ver
slindende.
De bacterioloog las het verholen
genoegen op het gezicht van den
bezoeker. Die man, die hem dien
middag was komen bezoeken, met
een aanbeveling van een ouden
vriend, boezemde hem belang in,
door de contrasten, die zijn uiter
lijk opleverde. Het sluike zwarte
haar en de diepliggende grijze
oogen, de woeste uitdrukking van
zijn gelaat en zijne zenuwachtige
manieren gevoegd bij de onrustige
bewegingen van zijn bezoeker, dat
liefst zijne werkzaamheden en ha
re volgorde» zelf regelt en niet door
den vijand laat regelen, is die ex
cursie tot dusverre uitgesteld. Zoo
wel ter Noordkust, in de Pasè-
streek, als ter Westkust (èn in het
Meulabohsche, èn in de onderaf-
deeling Tapa Toean) was men be
zig met wegenaanleg, en als er nog
meer troepen waren «-eweest, zou
den die elders *p soortgelijke wij
ze werkzaam zijn geweest. Daar
voor waren natuurlijk tijdelijke
bivaks, regelingen van vivresop-
voer, enz. noodig, en om dit alles
nu in de war te laten sturen en het
belangrijke werk in het geschikte
seizoen te staken wegens verhou
dingen in Samalanga welker re
geling niet urgent is, omdat eenig
uitstel den toestand eer ten onzen
gunste dan ten onzen n&deele wij
zigt dat zou van weinig beleid
getuigen. Zulke dingen doen wij
op den tijd, die ons het best gele
gen komt, schrijft onze zegsman,
andere zouden telkens vijandige
hoofden het spelletje kunnen en
zeker ook willen spelen van onze
krachten te onttrekken aan den
meest nuttigen arbeid.
De bewering dat generaal van
Heutsz van het klein aantal troe
pen, dat hij te zijner beschikking
heeft, te veel zou vergen, wordt
verder kortweg onwaar genoemd...
En wat nu den algemeenen toe
stand betreft, het verzet neemt
gaandeweg af, onze invloed neemt
voortdurend toe. De snelheid,
waarmede het een zoowel als het
ander vorderen zal, laat zich niet
vooraf in cijfers uitdrukken, maar
we staan geen oogenblik stil, laat
staan dat we achteruit zouden gaan,
en Samalanga jaagt geen schrik of
bezorgdheid aan, al zulten enkele
politici en visschers in troebele
wateren wel hun best doen.
Rechtszaken.
Uit Tiel meldt men
De moord te Appeltern, die op 2 Febr.
van dit jaar gepleegd werd, wekte de
woede van het volk op, die zich uitte
in mishandeling, ook van hen, die met
de bekende sekte aldaar niets hadden
uit te staan. Op verschillende plaatsen
werden de ruiten ingeworpen, en daar
dit in den regel bij nacht geschiedde,
was het der justitie hoogst moeilijk de
daders te vinden.
Beklaagd van op 5 Febr. bij de gebr.
Visser te Altforst de ruiten te hebben
ingeworpen, stond Vrijdag terecht de
38-jarige' H. A. van Dijk uit Appeltern
te Tiel terecht.
In deze zaak worden 7 getuigen ge
hoord, waarvan alleen W. Schram-
mers den beklaagde als dader aanwijst
en de anderen slechts ophelderingen
geven.
In zijn requisitoir noemt de subst.-
officier van justitie, mr. A. Mijnlieff,
den beklaagde een van dc grootste bel
hamels in de moordzaak te Appeltern,
op wien niet ten onrechte de verden
king rust de hand gehad te hebben in
tal van zaken als deze. Het valt der
justitie moeilijk de bewijzen tegen in
dividuen als dezen machtig te worden,
daar de menschen bang zijn voor be-
klaagdes wraak. De officier brengt
daarom hulde aan get. Schrammers,
ciie zonder aarzeling verklaarde, wat
hij wist.
Het is niet de eerste maal, dat bekl.
terechtstaat. In 1893 is hij wegens mis
handeling tot 4 maanden veroordeeld.
De oficier acht het wettig en overtui
gend bewijs van beklaagdes schuld ge
leverd en eischt zijne veroordeeling
tot één jaar.
De tribune was geheel gevuld met
Maas-en-Waalsch publiek.
Sport en Wedstrijden.
Wieleroi6uws.
Er is sprake van dat de wielerbaan
te Maastricht heel spoedig het voor
beeld van de Amsterdamsche baan zal
volgen; waarschijnlijk wordt zij vóór
het begin van het volgend seizoen nog
afgebroken. Ook de Baarnsche baan
heeft in het afgeloopen. seizoen haar
laatste stuiptrekkingen te zien gege
ven, terwijl de tand des tijds het ove
rige zal doen aan hetgeen te Scheve-
ningen en Tilburg nog aan wielerba
nen in ons land rest.
Wanneer men meenen mocht, zegt
de Kampioen, dat het alleen in ons
land aldus toegaat, dan vergist men
zich. Ook in het buitenland verdwijnen
dc wielerbanen de ecu na dc ander. Af
alles was,zoo ongewoon, dat zelfs
de phelgmatieke geleerde er bui
ten zijn gewone doen, door raakte.
Hij staarde in gedachten verzon
ken in het buisje. „Ja, hier is de
pest gevangen. Wanneer men
slechts één zulk buisje breekt en
den inhoud in drinkwater gooit,
dan verspreid het verderf zich
over de stad, ja over 't geheele
land. Het sluipt langs do straten,
baant zich een weg tot le uiterste
hoeken en de dood volgt het op
zijne schreden. Het
De geleerde hield plotseling op.
Voor zijn doen had hij veel en lang
gesproken. Het houden van rede
voeringen was zijne zwakke punt.
„Maar hier is hij veilig, zoo licht
zal hij er niet uitkomen."
De bleeke man knikte, zijn oogen
schitterden. „Wat zijne de anar
chisten toch domooren om bom
men te gebruiken, als men die din
gen onder zijn bereik heeft." Hij
wees op het buisje.
Een licht geklop op de deur deed
beiden opzien. De geleerde deed
open. Het was zijn vrouw die hem
vroeg even bij haar te komen. Hij
ging. Toen hij zijn laboratorium
weer binnentrad, stond zijn bezoe
ker op zijn horloge te kijken.
en toe leest men dat er Weer hier of
daar een is geëclipseerd. Roubaix, Flo
rence, Milaan zijn voorbeelden der
laat3te weken.
De Fransche rijder Baugé, die eeni-
gen tijd houder was van het uur-record
op de baan met motor-gangmaking,
dat hem door den Amerikaan Stinson
onlangs te Philadelphia ontnomen is,
heeft Woensdag op de Pare des Prin-
ces-baan te Parijs, getracht zich dat
record weder toe te eigenen. Wellicht
zou zijn poging ook gelukt zijn, zoo
zijn gangrnakende motor-driewieler
hem niet tweemaal in den steek gela
ten had, waardoor hij het niet verder
kon breugen dan G4 kilom. 350 metera,
hetgeen toch nog een respectabel gan
getje mag genoemd worden. Stinson's
afstand bedroeg 64 kilom. 672 meters.
Een vaio-kannibaal.
De vorige maand werden een heer
en dame, die te Bergumerheide aan 't
wielrijden waren, door een hondenkar
in de wielen gereden, zoodat de wiel
rijder tusschen kar, wiel en boom be
kneld raakte, de dame viel, en beide
rijwielen erg beschadigd zijn.
De bestuurder van den hondenkar
had de honden heel rustig op de wiel-
ders laten aanrijden. Hij is hiervoor
door den kantonrechter tot vier dagen
hechtenis veroordeeld. Merkwaardig
in deze zaak is het zeer behartigens
waardige requisitoir van den ambte
naar van het O. M. Deze zei, volgens
de Bergumer Courant
„Als men zoo het platteland van
Friesland rondreist, krijgt men den in
druk, dat de bevolking over 't algemeen
niet gesteld is op nieuwe vervoermid
delen. Zij moeten die wel dulden, maar
bemind zijn ze niet. Integendeel, het
zijn meest hondekarren en oude wa
gens op riemen veelal, die men ont
moet, en de bestuurders daarvan schij
nen te meenen, dat zij eigenlijk de
heerschers of koningen zijn van den
weg. Zij schijnen het idéé te hebben,
dat voor hen eigenlijk de wegen aan
gelegd zijn, dat een ander daarop niets
te maken heeft. Zij hitsen de honden
aan, zij gaan niet uit den weg, zij wij
ken voor niets en keeren betgeen ach
ter lien aankomt zoolang mogelijk,
door niet een stroobreedte uit den weg
te gaan, zelfs wanneer daartoe vol
doende' ruimte is. Het zijn vooral de
wielrijders, die daarvan den last en
het nadeel ondervinden. Wanneer een
wielrijder zoodanig voertuig passeeren
moet, is 't maar het best van zijn wiel,
en zoo ver mogelijk aan den kant te
gaan, wil hij niet in gevaar verkeeren
van aangereden te worden en somtijds
veei schade aan zijn persoon of zijn
machine toegebracht zien. Een wiel
rijder op den weg schijnt in sommige
stroken van Friesland een half vogel
vrijverklaarde-, een wilde, een dier te
zijn, dien men het zoo lastig mogelijk
mag maken.
Het is m. i. hoogst noodzakelijk dit
wanbegrip met alle mogelijke midde
len le keer te gaan. Waar men in de
gelegenheid is, dient men die niet te
laten voorbijgaan, om een voorbeeld
te stellpn, teneinde den wielrijders een
meer veilige passage langs den weg te
verzekeren. Het is bijna opzet, de om
standigheden waaronder bet thans
aanhangig feit is geschied. Uit de een
parige verklaringen der drie getuigen
is gebleken, dat bekl. R. de aanrijding
had kunnen voorkomen, indien hij tij
dig van de kar gesprongen was om de
honden te keeren. Ik hoop en vertrouw,
Ed.Achtb. heer kantonrechter, dat u
het met mij wensehelijk zult achten,
dat in dezen de hoogste straf zal wor
den toegepast, die het Wetboek van
Strafrecht toelaat, en de bekl. dus zal
worden veroordeeld tot betgeen ik de
eer heb te requireeren :6 dagen hech
tenis.
Wij meenen alleen met bescheiden
heid te mogen opmerken, dat liet hier
bedoelde wanbegrip ook nog wel in
andere provincies dan Friesland, dient
bestreden te worden.
Het automobilisme te Amster
dam.
In de „Kampioen" lezen wij het vol
gende:
Onze goede stad Amsterdam neemt
gaandeweg wereldstadsche allures aan
We hebben nu al electrische post-auio-
mobieleu, waar we uit een zekere voor
name geblaseerdheid al niet eens meer
naar omkijken; er rijdt door de Mar-
nix-buurt een zéér vóórname electri
sche train met bovengrondsche gelei
ding; onze vroede vaderen overwogen
reeds de wenschelijkheid der invoe
ring van een modernen motor-politie
wagen: gemeente-autoriteiten maken
„ik dacht niet, dat ik u reeds
een uur had opgehouden," zeide
hij. ,,'t Is twaalf minuten vóór vie
ren. ik moest reeds om half vier
ergens anders zijn. Maar uw
laboratorium is zoo interessant,
dat de tijd is omgevlogen, voor
dat ik hot wist. Maar nu kan ik
heusch niet langer blijven. Adieu
dus en bedankt voor uwe bereid
willigheid."
Hij ging heen, de bacterioloog
geleidde hem tot de deur en keer
de toen in gedachten verzonken
naar zijn laboratorium terug. Hij
poinsde over de nationaliteit van
zijn bezoeker. Do man was geen
Germaansch type, noch van gewo
ne Latijnsche afkomst. „Een zieke
lijk gestel, vrees ik". >:-ide hij tot
zich zelf. „Wat stelde hij belang
in die Cholera-bacillen
Plotseling schoot hem iets in de
gedachten. Hij liep naar het stoom
bad, en vervolgens naar zijn
schrijftafel, voelde haastig in zij
ne zakken en liep toen naar de
deur. „Ik heb het misschien op de
tafel in de eetkamer gelegd", zei-
do hij.
„Minnie", riep hij luid in den
gang.
Wat is er, manlief?" vroeg een
na bezetten tijd proefritjes met een gas-
tram alias tram-automobiel, en thans
wordt ernstig gedacht over invoering
van motor-veegmachines, tot reiniging
van den drabbigen bodem, waarop we
thans rondplassen.
Als 't zoo doorgaat wordt onze rijks
hoofdstad het brandpunt van het auto
mobilisme in Nederland, de operatie
basis tot een schitterende automobiel
victorie.
Maar dan moet er van de zij do on
zer vroede vaderen toch nog heel wat
gebeuren. Wij moeten wat consequen
ter gaan worden en wat logischer. Als
bijvoorbeeld post-electromobielen door
de geasphalteerde straten mogen rij
den, dan moet men dat aan particu
liere auto's niet verbieden. Overigens
is onder onze wijze hestuurderen nog
veel bekeeringswerk te verrichten. Een
voudig is dat niet. Hoe maakt men bv.
onzen burgervader wijs dat een motor-
tweewieler geen gevaarlijk voertuig Is
en dus evenveel recht heeft op een
plaats onder de officieel toegelaten
verkeersmiddelen als de motordriewie
ler?
Bij al onze „groszstadtischkeit" blijft
onze keibestrating intusschon aller
treurigst. Een spannend „reisverhaal"
zou bijv. te schrijven zijn van een fiets
tochtje bij slipperig weer van het Cen
traalstation via Damrak naar don
Dam. Als de brijige smeer, die daar
op de bobbelende kinderhoofdjes ligt,
van de juiste consistente boedanigheid
is, dobbert men daar op de fiets rond
als een schip zonder roer. En zoo is bet
helaas niet alleen op het Damrak, maar
ook op vele andere punten der stad,
En daar we ons nog altijd op den he- J
ganen grond bewegen, staat verwaar-
loozing van het rij vlak vrijwel gelijk
met een niet te rechtvaardige onver
schilligheid ten aanzien van de belan
gen van duizenden 1
Automo bilisme.
Koning Leopold van België Hoeft tij
dens zijn verblijf te Parijs de sympa
thie van allo chauffeurs gewonnen door
zijn opvallende voorliefde voor het me
chanisch rijtuig. Zoolang hij te Parijs
was maakte hij iederen morgen een
automobieltoclit. Op een morgen ge
noot een der meest bekende Parijsche
cha""-" de heer Charron, de eer
om den koninklijken gast per auto door
Parijs te mogen geleiden. Op verzoek
ven den koning ging het in de stad een
bedaard gangetje, maar nauwelijks
was men in een der breede lanen van
het Bois gearriveerd of Charron, die
een wedstrijdman pur sang is, kon
zich met moer bedwingen eu liet zijn
12 PK. den vrijen teugel. De koning
scheen een flinke snelheid allesbehalve
onaangenaam te vinden. Een politie
agent was echter van meening dat het
te hatd ging en gaf Charron een tee-
keu om te stoppen. Onmiddellijk stond
Je auto sill, waarop de politieman met
zijn notitieboekje in de hand toesnel
de en den vcet op de trede van het rij
tuig plaatste om op zijn gemak de noo-
dige gegevens voor een proces-verbaal
te verzamelen. Toen de man der wet
echter naai 's konings naam vroeg ont
blootte Charron het hoofd en stelde
met ecu plechtig: „Zijne Majesteit de
Koning an België" den agent op de
hoogte van den toestand.
De politieman ontstelde, borg zijn
boekje op. salueerde plechtig maar ver
zocht niettemin of de keeren wat min
der hard wilden rijden, aan welk ver
zoek natuuilijk voldaan werd.
(De Kampioen).
Zeilen.
De „Herald" meldt, dat August Bel
mont, als aanvoerder, W. K. van der
Bilt Jr., Cornelius van der Bilt, C. L.
T. Robinson, Edward Brown en Lewis
Ledyard een syndicaat zullen samen
stellen om een vaartuig te bouwen ter
verdediging van de America Cup. De
heer E. A. Williard zal de stuurman
zijn.
Letteren en Kunst
Intern. Zang wedstrijd.
De Kon. Zangvereeniging „Mastreech-
ter Staar" heeft het plan opgevat, het
volgende jaar Juli een groeten inter
nationalen zangwedstrijd te houden.
Zoowel in de 3e als in de 2e afdeeling
zullen twoe koren naar keuze gezongen
worden door vereenigingen, die in de
ze afdeelingen nog geen len prijs be
haald hebben.
Voor de 3e afdeeling worden uitge
loofd verg. zilveren medailles met geld
prijzen van ICO, 50 en f 25. Voor de
2e afd. verg. zilv. medailles met geld
prijzen van 200, f 100 en f 50.
Do eer/wedstrijd zal daai na geliou-
zaohto stem.
ilad ik iets "in de hand, toen ik
daareven met je sprak?"
Stilte.
„Niets lieve, dat ik mij herin
ner
„Heerebewanrme riep de bac
terioloog uit, rende de trappen af
en de straat op.
Minnie, dc deur met luid goraas
hoorende dichtvallen, snelde naar
het raam. Aan 't eind van de straat
stapte een lange magere man in een
rijtuig. De bacterioloog rende zon
der hoed en in zijn huisjas er heen.
„Hij is gek geworden", riep Min
nie uit, „is me dat ook een afschu
welijke wetenschap, die hij er op
nahoudt", en het raam openende,
wilde zij hem roepen.
De lango magere man, scheen
met een tegenovergestelde gedach
ten bezield. Nauwelijks zag hii den
geleerde of hij zeide iets tegen den
koetsier, de tree werd opgeslagen,
de zweep klapte en voort ging het
in dolle vaart. De bacterioloog in
het vuur zijner vervolging, rende
in dolle vaart voort, en in eenige
oogenblikken waren rijtuig en
vervolger om den hoek der straat
verdwenen. Minnie bleef een
oogenblik uit het raam staan kij-
den worden tusschen de vereenigingen
die den len prijs hebben behaald in
de Se en de 2e afdeeling. Te zingen ééo
koor naar keuze. Prijs: een kunstvoor
werp.
Daarna zingt de le afdeeling een vea
plicht koor en één naar keuze: a. VOO*
Nederlandscho vereenigingen die nof
geen len prijs in deze afdeeling
haald hebben, le pr. gouden ined. en
f 300, 2e pr. verg. zilv. med. f 150, 3e
pr. id en f 75, b. voor buitenlandsohe
vereenigingen die nog geen len prijl
in deze afdeeling behaald hebben, 1<
pr. gouden med. ou f 300, 2e pr. verg.
zilv. med en f 150, 3e pr. id. en f 75.
Deze wedstrijd in de le afd. wordt
gevolgd door een eere-wedstrijd tus-
schen de vereenigingen dio den len
prijs hebben behaald in do le afdoe-
iing a en b. Hier zal het verplichte
koor nog eens gezongen worden. Prijs:
een kunstvoorwerp.
Tot de afdeeling van uitnemendheid
worden toegelaten vereenigingen van
elke nationaliteit, die nog niet in de
hoogste eere-afdeeling gezongen heb
ben. Ook hier zal een verplicht kooi
on één naar keuze gezongen worden,
lo prijs gouden medaille eu J 500, 2*
prijs idem en f 250.
Door vereenigingen van elke natio
naliteit wordt dan nog gezongen in do
hoogste eere-afdeeling een verplicht
koor en één naar keuze, le prijs gouden
medaille en 1200, 2e prijs idem en /500
De wedstrijd wordt besloten met een
gemengd koor a rapella. le prijs gou
den med. eu 400. 2e prijs idem en
f 200.
Bekende musici zullen worden uit-
genoodigd om als lid der jury op t«
treden en tot het schrijven van ver
plichte koorwerken.
De rolverdeeling in Tristan und Isol
de," Donderdag 8 en Zaterdag 10 No
vember a.s. in den Stadsschouwburg
te Amsterdam, onver leiding van mr.
Viotta, is als volgt: Tristan Hjnar
Forchhanuuer Dresden, Isolde losefi-
no Reine Berlijn, Brangano Char].
Hukn Dresden, Kurvvenai Max Buck-
sath Schwerin, König Marke Hans
Schütz I.eipzig, Melot David Mann
heim, Ein Hirt en Jonger Semiann,
Sebast. Hofmüller Schwerin.
Nog nooit vo» rgokomen.
Bij de onlangs to Dordrechv gehouden
zangwedstrijden waarin „Proza en
Poëzie" on „Kunst na Arbeid", beiden
van hier, respectievelijk den derdei
en den vierden prijs behaalden in ds
derde afdeeling, deed zich het zonder*
I-nge ge ra. voor, dat in de eerste af
deeling da jury verklaarde geen uit
spraak te kunnen doen. Het verschil
bedroeg slechts een enkel punt, maar
er was dan toch verschil. „St. Cecilia"
van den Haag, „de Rotterdam scha
liedertaf el" en de liedertaf el „Crcs-
sendo" van den liaag, haddon, na at
de mcening der jury. allen dan eer
sten prijs verdiend. V. ijl echter slechts
één de uitverkorene kon zijn, werdei
de directeuren en prsidentcn verzocht
op het podium to komen loten. Daarbij
viel do medaille van den eersten prijs
ten deel aan „Crescendo", die werd
aangewezen in de eerste afdeeling van
den eere-wedstrijd te zingen; do meded
le van den tweeden prijs werd toege
wezen aan ,,St. Cecilia', dio in den
tweeden afdeeling van den eerew»d-
strijd zingen moest, eu de medaille
van den derden prijs werd afgestaan
an „de Rotterd. Liedertafel", die...
niet mocht zingen in don eorewedstrijd.
In do moeilijke quaestie, Wie nu de
gelden aan do prijzen verbonden, toe
kwam. werd gemoedelijk do knoop
doorgehakt: de „dubbeltjes" werden
eenvoudig bijeongeteld, en ieder der
drie vereenigingen kreeg een -derde,
ruim 100.-.
In den eerewedstrijd verwierf „Cres
cendo" den prijs in de le, „St. Cecilia'
die in do 2e afdeeling.
Dé heer Henry Brandts Buys pro
testenlo tegen de zonderlinge beschik
king der jury, die alle drie een eersten
prijs waardig keurde, maar tJechi9
één toeliet in de eerste afdeeling te
zingen.
De jury, die dezo nog nimmer ge
hoorde uitspraak gaf, bestond uit de
hoeren: C. v. d. Linden, Amsterdam,
A. B. Verhey, Rotterdam, IIoogman3,
Elderman en Vink, allen uit Dordrecht.
De Hollandsche Revue-
Ook ditmaal ia het maandblad weer
actueel, liet opent met een goede re
productie naar eene fraaie gravure,
welke dezer dagen verschijnt bij da
Haagscho Boekh. en Uiig.-Mij, en die
iot Vorstfdijk bruidspaar vor>rslclt.
ken. Toen trok zij haar hoofd te
rug en verwijderde zich van het
venster. Zij was sprakeloos van
verbazing.
„Dat hij wat excentriek is, kan
ik me begrijpen, dat brengt zijn
vak mede", zeide zij bij zichzelren,
„maar blootshoofds door do straten
van Londen te rennen, dat ik toch
al te gek I"
Opeens schoot haar een gedachte
te binnen. Zij zette haastig haar
hoed op, deed haar mantel aan. en
ging de straat op. Toevallig kwam
er juist een ledig rijtuig aanrijden.
Dit aan te roepen en er in te sprin
gen v/as 't werk van een oogen
blik.
„Rijd den weg naar Havelock
Crescent op en zie goed uit naar
iemand met een fluweelen jas aan
en zonder hoed."
„Goed mevrouw", antwoordde
de koetsier, en het rijtuig sloeg
den aangeduiden v/eg in.
Eenigo minuten later zagen do
voorbijgangers in Havelock Hill,
vol verbazing drie rijtuigen in vlie
gende vaart elkander achterna ren
nen. Men zal begrijpen, wie of ei
in deze rijtuigen zalen het waren
de lange magere man, de baterio
loog en Minnie. De eerste zat in