Winteravond.
Parijsclie Brieven,
Tweede Blad,
behoorerrtüe bij
Elaarlems Dagblad".
van
Dinsdag 20 Nov. 1900.
&o. 5333.
Officieele Berichten.
(Nationale Militie).
BURGEMEESTER en WETHOU
DERS van Haarlem,
Brengen ter kennis van de belan~h2b-
benden, dat de zitting van den Militie
raad in 1900, voor deze gemeente zal
worden gehouden in den Doelen alhier,
op Maandag 10 December aanstaande
voor hen, aan wie bij de loting no. 1
tot en niet no. 230 is ten deel gevallen
en op Dinsdag 11 December, voor hen,
aan wie bij de loting no. 231 tot en met
no. 586 is ten deel gevallen, telkens des
voormiddags te 10 ure, en dat die zit
ting bestemd is tot het doen van uit
spraak omtrent:
de lotelingen, die redenen van vrij
stelling hebben ingediend;
de lotelingen, in de artt. 55 en 56
der wet bedoeld;
alle overige lotelingen.
Vestigen de aandacht van de lotelin
gen, die vrijstelling wensclien te be
komen als te zijn cenige wettige zoon
of wegens broederdienst, hierop, dat
hun belang medebrengt, dat zij die
Vrijstelling vragen in de zitting van den
Militieraad, zullende onvolledigheid
van stuiken of misstellingen daarin,
die onopgemerkt bleven en oorzaak
"zijn dat cene gewenschte vrijstelling
door den Militieraad niet is verleend,
niet kunnen worden opgeheven, in
dien ni t iiiciig legen de uitspraak van
dat college bezwaren zijn ingebracht
bij Gedeputeerde Staten, terwijl een
beroep op onvolledige of onjuiste in
lichting omtrent het bestaan, al of
niet, van recht op vrijstelling, ter ge-
mo-.ntt-secretarie of elders verstrekt.,
niet kan leiden tot vrijdom van dienst,
indien verzuimd is de reden tot vrij
stelling te bekwamer lijd, waar behoort
overeenkomstig de wet te doen gelden.
Hcrir. 'oron, dat voorden Militieraad
moet verschijnen de loteling, die vrij
stelling verlangt wegens ziekelijke ge
steldheid of gebreken of wegens gemis
van de gevorderde lengte.
Haarlem, 17 Nov. 1900.
Burg. en Weth. voornoemd
BOREEL.
De Secretaris.
pijn acker.
Met de gure najaarsstormen en de
druilige regendagen, met de lange
winteravonden komt het intenser le
ven. De tijdelijke dood buiten ons
heeft meer gebracht een ni„nw, opge
wekt leven van den geest.
Overal zijn de parlementszittingen
begonnen en tal van hoofden en har
ten volgen den strijd der politieke mee
ningen, waaruit de wettelijke toestan
den geboren moeten worden die onder
de huidige omstandigheden voor dc
volkeren passen.
Op politiek gebied is dus nieuw leven
ontwaakt en allen die mee willen strij
den in der dagen strijd en dLe niet
lauw blijven voor het wel en wee van
hun landgenooten gorden zich aan.
werken zich in in de dingen van politiek
beleid en vormen hun oordeel. Nu reeds'
om, met kennis toegerust, hun stem te
kunnen uitbrengen op den man hun
ner keuze hij de aanstaande verkiezin
gen.
Hun geest vindt in de winteravon
den, wanneer de couranten hun de tij
dingen brengen van het verhandelde in
de regeeringslichamen en de bladen en
tijdschriften beschouwingen daarover,
ruim voedsel.
En als ze dan binnen zitten aan der.
huiselijken aard of in de stilte van hun
kamer, en ze hooren dan het gieren
van de gure winden daarbuiten, die
wild en woest den regen en den sneeuw
jagen door de stille straten, dat hen
dat dan spreke van den woesten
drang onzer dagen om mee te leven
met den tijd, die versuffing en ver
starring niet gedoogt, maar ernstig na
denken, frischbeid van geest, warmte
van hart, onbevangenheid van blik.
Het politieke leven wordt ook geleefd
jp vergaderingen, waar alle partijen
hun kranigste woordvoerders voor het
front laten komen om hun program
ma's uiteen te zetten, waar besproken
wordt het belang van dit en dat wets
ontwerp cn wordt overwogen en be
schouwd in het licht der overdenking
van voor- en tegenstanders.
Dat de breede schare arbeiders, uit
wier rijen steeds meerderen en die aan
stonds allen zullen worden geroepen
om te stemmen over wie ben ro. ge eren
zullen hun kennis hier gaan verrijken,
niet eenzijdig, maar van alle kanten
leeren beschouwen de dingen, die over
hen zullen worden behandeld en zul
len leeren waardeeren wie het best de
belangen in de regeerings-colleges be
hartigen zal.
Het volk krijgt dc regeering die bet
verdient
Met de winteravonden is bet seizoen
van dé uitgaande wei*eld geopend De
bevoorrechten gaan genieten in
schouwburg cn opera, van concert of
voordrachtavond.
In de deftige huizingen gaan vaak de
luchters branden, die in hellen gloed
schijnen over de fijne weelde der rijke
intérieurs. Er worden bals gegeven en
soirée's en in de vroolijke lichtschitte-
ring wordt door de beau-monde bet
intenser leven der winteravonden ge
leefd, en het leven gerekend bij het
aantal kunstgenietingen, jours, soirs,
diners en bals
Toch, de teekenen der tijden zijn er
naar, zal het wel eens moeten schijnen
alsof om de helder lichlstralende luch
ters een lichte nevel hangt, of er een
sombere toon komt in de flonkerende
kleurenpracht, of bij
het schuimen der bokalen
en het schaat'ren van de vreugd
er zooiets van een ernstige toon zich
komt mengen, die spreekt van de zwar
te ellende die daar met en naast dat
feestleven wordt geleden en die drin
gend schreit om verbetering. Die met
ijzeren vuist dwingt om zich van de
luchtige vreugd van het onbezorgde
leven een wijle af te wenden en te luis
teren naar de stemmen die spreken van
den weg ter verbetering en ter ontkro-
ning aan die schrille contrasten.
De winteravond.
Wat veel kan daarin worden gedaan,
wat veel moet daarin worden gedaan
op elk gebied waarop zich het mensche-
lijk denken en voelen beweegt om de
menschheid vooruit te brengen op de
banen waarlangs zich de beschavings
geschiedenis beweegt.
Om met het woord cn de daad naai
de mate zijner krachten mee te wer
ken dat de winteravonden eens de
avonden van ontwikkeling van den
geest en avonden van genot zullen wor
den voor de duizenden die nu tegen de
komende opzien als tegen lange uren
van zorg, kommer en gebrek.
.Tuist in de tijden dat het menschelijk
lijden het meest gevoeld zal worden
komen de denkers en gevoelsmenschen
met hun theorieën van maatschappe
lijke verbetering en vooruitgang.
Dat men kennis neme van die theo
rieën en met oordeel vverke in de rich
ting die het beste blijkt na ernstige,
eerlijke overweging.
JOFIER.
Stadsnieuws
Brand..
Een brand heeft, niettegenstaan
de zijne schrikwekkendheid. zijne
vaak zoo treurige gevolgen, toch
steeds eene groote aantrekkings
kracht.
Het nachtelijk geroep van ..Brand!
Brand!" doet zelfs de verstoktste
slaapmuts, plotseling overeind rij
zen, en met acrobatische vlugheid
uit bed glijden koude noch voclit-
ligheid ontziende, het raam open
schuiven en den eersten den bes
ten voorbijganger aanroepen met
de voor hem direct begrijpelijke
woorden „Waar is het."
Is de lucht rood gekleurd, dan
wordt toilet gemaakt en de huis-
genooten welke in aanmerking ko
men om mede naar den brand te
gaan. gewekt, en „en familie"
wordt de tocht dan ondernomen.
Niettegenstaande men weet, dat
wanneer de brand van emstigen
aard is, het terrein door militairen
Is afgezet, en men zich tevreden
moot stellen met een bescheiden
plaatsje, ver van het brandende
perceel.
Niettegenstaande dit is het aan
tal toeschouwers bij kleine of groo
te branden steeds aanzienlijk. Het
is ook een waarheid, dat een groote
brand bij nacht, een verrukkelijk
schouwspel oplevert.
Eenige jaren geleden, had ik
mij, bij den heer H. J. D. üaudey,
kapitein van Spuit No. 10 opgege
ven, om in aanmerking te komen,
voor 'vrijwilliger bii genoemde
Spuit, waarop ik mijne aanstel
ling ook ontving.
Vele branden heb ik sedert dien
tijd medegemaakt, veel geleerd on-
der de uitstekende leiding van den
kapitein van dit vrijwilliger korps,
die steeds door woord en beeld een
voorbeeld voor de jongelui is.
En na eiken brand nam mijne
belangstelling voor het brandwe-
zen toe.
Eenige dagen geleden wandelde ik
over de houtbrug en tuurde langs
de rijen hoogopgaande ontbladerde
hoornen langs de Vestzijde, die
zich in de verte op schenen te los
sen in den opkomenden mist.
De rook sloeg laag neder over
de morsige straten.
Verbeeldde ik het mij. of was
het waarheid, kwam de rook niet
uit een der daken van de huizen
aan de Singelzijde? Het bleek wer
kelijkheid te zijn, ook vlammen
vertoonden zich voor het dakven
ster van het perceel, dat bewoond
werd, door de ouders van één mij
ner vrienden.
Andere menschen hadden ook
reeds de vlammen bemerkt. Een
politieagent kwam met groote pas
sen aangestapt. In mijne kwaliteit
van brandbh.sscher bereikte ik bui
ten adem het aangetaste perceel,
belde twee drie maal achtereen
inlusschen trachtte ik mijne kalm
te te herwinnen, om de niets
kwaads vermoedende huisgenooten
niet te verschrikken, met mijne tij
ding. dat hun huis spoedig een
prooi der vlammen zou worden.
Ik had reeds bemerkt dat de
brand woedde, in dat deel van het
gebouw, waar de zoon des huizes
zijne scheikundige proeven hield.
De dienstbode opende de deur.
Op mijne vraag of de jonge mijn
heer tehuis was, antwoordde zij
bevestigend, en zonder verdere ex
plicatie stormde ik naar boven.
Tweemaal riep ik zijn naam. zon
der echter antwoord te kr - r i. Hij
was dus zeker nog niet in zijn la
boratorium, en de gedachte drong
zich bij mij op. hem gestikt, door
den rook, overladen met brandwon
den. op den grond te zien neder-
liggen.
Verward drongen verschillende
'stemmen buiten tót mij door.
Bijna had ik zijn atelier bereikt
on riep hem nogmaals luid bij zijn
naam.
Goddank ik kreeg antwoord.
Dood was hij dan toch niet, maar
hoe zou ik hem vinden, en in ge
dachte reneteerde ik het boekje
„Eerste hulp bij ongelukken."
„Kom maar boven amice, hier
zit ik." Wie schetst mijne verba
zing toen ik den student, dood op
zijn gemak met een pijp in den
mond, in het vensterbank van eene
nabijzijnde kamer zag zitten.
„Kijk eens hier, hoe al de men
schen op de brug, naar hier zien,
er gebeurt zeker wat in de buurt."
Zelfs tot hier drongen rookwolk
jes door het houten beschot. ..Maar
kerel", zei ik driftig, zie je dan
die rook niet hier die door het be
schot komt, je laboratorium staat
in brand."
Ik liep naar de deur en opende
di. Eene gele, dikke rook belette
mij adem te halen en te zien. Hij
bleef echter kalm zitten, korte
trekjes aan zijn piip doende, stond
langzaam op en zei schouderop
halende „Ik neem proeven."
„Maar die vlammen zoo straks
en die rook?" bracht ik in het mid
den.
„De proef mislukte", was zijn
kalm antwoord en hartelijk lachte
hij, toen hij begreep dat daarvoor
die menschenoploop was.
Een agent van politie kwam met
zware stappen de trap op, en vroeg
verwonderd waar de Ijrand nu
was, en een inspecteur kwam, cn
nog meer menschen kwamen op
duiken.
De politieagent en de inspecteur
hadden de dienstbode gevraagd
waar de trap van het bovenhuis
was, maar haar dienstplicht voor
opstellende. had zij lachend geant
woord dat de biefstuk niet gaar
was, en a!s deze langer bakte zou
ze aanbranden, dus de hoeren moe
ten maar even zelf zoeken, zij zou
direct ook wel komen.
Met den inspecteur gingen wij
het atelier binnen, zetten deur en
ramen open, en in korten tijd was
de rook weggetrokken.
Alleen een verbrand plekje op
de houten tafel toonde het begin
van brand aan.
De inspecteur maakte zijn rap
port op, wij iringen naar beneden,
dronken een glas port, en de brand
behoorde weder tot het verledene.
Spuit No. 10, was echter nog
komen aanrijden, en maar weder
ingerukt evenals de nieuwsgieri
gen die nog eenigen tijd voor het
huis bleven slenteren.
Ik nam afscheid, verheugd dat
de geschiedenis, zulk een rmede af
loop had.
Eenige uren later werd er weder
om alarm gemaakt voor een brand I
in het Wilhelminapark.
De laatste hand was zoowel bin
nen als buiten g:': d. aan een der
aardige gebouwtjes, waaraan bet
Wilhelminapark zoo ri>k is, om den
toekomsfcigei?'eigenaar te ontvangen.
Den volgenden dag zouden zij
te huis komen. Drie weken hadden
zij hunne huwelijksreis aangevan
gen, vol verlangen nu. hun eigen
woning binnen te gaan, waar een
nieuw leven zou beginnen.
Dikke rookwolken stegen uit de
tweede verdieping on. roode vlam
men lekten vurig aau koziinen en
vitrages.
Met eenen inspecteur van politie
trad ik het salon binnen, en beiden
konden wij een uitroep van afkeer
niet weerhoudc-n zoo treurig was
de aanblik hier.
De mollige tapijten stonden ge
heel onder water, de eikenhouten
meubeltjes, de groote in vergulde
lijsten gezette schilderstukken, do
bronze met terra-cottazijde geveer
de gordijnen, alles drijvende van
het water, alles alles bedorven, en
last not least op tafel een bloem
stuk om de binnen tredenden een
welkom toe te roepen. En de
redachte kwam bij mij op, was
alles maar verbrand, daar de asch
van dit alles, wat zoo met zorg cn
kunst bijeengegaard was, niet zoo
pijnlijk zou aandoen, als het ge
zicht, van wat wij nu voor ons
hadden.
Te half v'7 werden de vrijwil
ligers van Spuit No. 10 gecomman
deerd om in te rukken.
De spuit werd opgeborgen tot
den volgenden brand en met een
„de Heeeren worden bedankt voor
hunne assistent,ie,"keerden de jeug
dige vrijwilligers naar huis om
hunne gestoorde nachtrust te her
vatten.
Veel aangename oogenblikken
heb ik als vrijwilliger van Spuit
No. 10 reeds medegemaakt, maar
ook veel, heel veel treurigs onder
de oogen gehad, waarvan dit twee
kleine staaltjes zijn,
PAL.
Vergadering van den Raad dei-
gemeente Haarlem op Woensdag
21 November 1900, des namiddags
1 1/4 ure.
1. Mededeelingen en ingekomen stuk
ken.
2. Voortzetting behandeling voorstel
B. en W. met nadere voorstellen en
amendementen reglement van orde.
3. Voorstel B. en W. aanvaarding
grond Fobriciusstraat.
4. Id. id. aanvaarding aanbod Ver
eeniging legen, het mishandelen van
dieren, betreffende drinkfonteinen.
5. Id. id. aanbrengen tochir&meii en1
vloer groote zaal Raadhuis.
6. Id. id. onbewoonbaar verklaring
perceel Korte Heerenstraat 8.
7. Id. id. adres in zake 7. Id. id. asi
7. Id. id. adres in zake instelling van
verplichte schoolvergaderingen.
8. Id. id. adres D. H. van Tongeren
om schadevergoeding.
9. Schrijven Curatoren van het Gym
nasium aanbeveling rector.
10. Benoeming lid Burgerlijk Arm
bestuur.
11. Zitting met gesloten deuren.
Stukken van den Gemeente
raad.
Naar aanleiding van een mede-
deeling van den heer P. Goedkoop
Dz., directeur der NI. Venn. Werf
Conrad alhier, dat zijnerzijds niet
zal worden overgegaan tot de uit
voering van het plan van bebou
wing van gronden geleeen tusschen
den Schoterweg en den Spaarn-
damschen weg, stellen B. en W.
voor dat besluit in te trekken.
De heeren W. v. d. Kamn. C. G.
Loomeyer Jr., H. van den Berg, J.
J. F. Beijnes, J. Leupen en S.
Roog, leden van den Raad, stellen
voor aan de teekenschool van den
Ned. R. K. Volksbond voorloopig
voor een jaar eene subsidie te ver-
leenen van f 150.
B. en W. doen de volgende voor
dracht voor een lid van het Bur
gerlijk Armbestuur: 1. H. Selle, 2.
Fr. H. Smit, 3. J. J. Maehielse.
Door het Ministerie van Koloniën te
's-Hage is aanbesteed Het maken en
leveren van 200 mïjnwagens met toebe-
hooren en reservedeelen. Het laagst
werd ingeschreven door de Haarlem-
sche machinefabriek voorh. Gebrs. Fi-
gee, alhier, voor 199,82.
Txgmens in de vrija en orde-
oefeningen der gym lastiek.
Haarlem, 16 November. Opgeroepen
6 dames-cand. Geslaagd de dames D.
Ililderïng, M. Grensbach, S. Lissaur,
M. J. Mensel, A Bos en H. A Vont
steen, allen van Amsterdam.
Heemstede.
Een niet onaardig voorval gebeurde
hier Donderdag. Eenige buren werden
opgeschrikt door een vreeseüjk geluid.
Toen ze gingen kijken zagen ze een
groote kat met den poot in een ratten
sprenkel zitten. Het beest was zoo
kwaad, dat zij moeielijlc te genaken
was, deed niet anders dan bijten en
krabben. Vijf menschen gelukte het
echter de kat met den sprenkel in
een hoek te krijgen, om het beest, zon
der krabben op te Iconen er van te be
vrijden. Toen de kaf vrij was, deed zij
een sprong van blijdschap.
Bij do Donderdag alhier gehouden
stemming van vijf gevolmachtigden
in het kiescollege der N. II. Gemeente,
was de uitslag a's volgt: I-Ierkozen de
d< ie aftredende leden, de heeren C. v.
Dijk, W. van Amstel en II. W. van
Dort, en gekozen in plaats van den
heer J. Iïekkel die had bedankt en van
wijlen den heer M. Tibboel Sr., de
hooreis G. Klijn Sr. en G. van den
Brink.
Binnenland.
Par.omentairo Praatjes.
De behandeling, in eerste lezing,
van de herziening der regeerings-
reglementen voor Suriname en Cu
rasao is snel ten einde gebracht.
Wat het laatste betreft nagenoeg
zonder discussie. En wat het eerste
gaat, na verwerping van de
Leide nog aanhangige amondemen-
r n-van Kol, gelijk reeds per tele
graaf werd gemeld.
De eindstemming is bepaald op
Woensdag a. s.
Daarna ving de behandeling aan
van de suppletoire Indische begreo-
lipgin verband met de ontbinding
van het Hoosro-erechtshof in Ned.-
ïndië. Bij de verdediging van dit
wetsontwerp werd de min. van Kol,
bijgestaan door den regeerings
commissaris mr. Winckel, die ne
vens hem plaats nam.
De heer Pijnacker Hordijk be
toogde, dat deze reorganisatie scha
delijk zou blijken voor de rechts
spraak, speciaal in strafzaken, in
Ned. Indië, terwijl ook de heer
Mackay bezwaren onnerde. Door
dien de raden van Just, een deel
van de zaak des Hcoggerechishofs
overnamen, zou hun eigen taak te
sterk worden bezwaard tot schade
van de goede justitie en de justi-
ciabelen. Ook achtte hij den maat
regel in strijd met het regecrings-
reglement, dat voorschrijft dat alle
vonnissen zonder onderscheid bij
het Hooggerechtshof kunnen ge
bracht worden. Dat bleef nu niet
het geval.
De heer Troelstra begon met er
op te wijzen, dat de regeringscom
missaris, vermoedelijk aanstaand
vice-president van het Hof, niet de
onpartijdige man in deze materie
kon zijn, dien men verlangen
mocht.
Intusschen liet de voorzitter hem
terecht niet toe op dit thema door
te gaan.
De heer Troelstra leverde dan
verder een betoog tegen de gebrek
kige regeling der geheele justitie in
Indië en om aan te toonen, dat de
ze materie niet voldoende was voor
bereid om door de Kamer te wor
den beslist. De Kamer, niet vol
doende ingelicht, had de beieeke-
nis dezer wetten niet voldoende be
grepen. Desniettemin leverde spr.
een uitvoerige critiek, om te ein
digen met een motie van orde, lui
dende. dat de Kamer nadere toe
lichting noodig oordeelde om het
ontwerp met kennis van zaken le
kunnen beoordeelen. Een motie die
buiten behandeling bleef, als niet
voldoende ondersteund.
Met den heer Troelstra betreurde
de heer van Styrum, dat de advie
zen aan de Reg. door deze niet aan
de Kamer waren overgelegd en dat
de Mem. van toelichting zoo onvol
ledig was. Hij achtte niet gebleken
waarom de tegenwoordige rechts
spraak in Indië onvoldoende was,
nóch wist men hoe het Hoogge
rechtshof over de zaak dacht. Deze
geheimzinnigheid keurde hij af.
Waar niet was aangetoond dat de
Indische rechtsspraak niet deugde,
achtte spr. de aanneming van dit
wetsontwerp niet te verantwoor
den. Hij gaf er de nadeelen van
aan, de financieele voordeelen niet
tellende waar de justiciabelen, ook
de inlanders, er geen meerdere
rechtszekerheid door kregen.
Nadat de heer Geertsema de
wenschelijkheid van een kleiner
Hof had bepleit, tegenover den
heer van Styrum van meening, dat
de revisie zeer goed aan de raden
van justitie kon worden opgedra
gen, begon de min. Cremer met
een verdediging van de keuze des
Regeeringscommissaris, wiens on
partijdigheid z. i. vaststond en
wiens bevoegdheid aan geen twij
fel onderhevig was.
De voordracht werd door hem
in hoofdzaak behandeld en verde
digd, terwijl hij de détails aan
den Regeeringscommissaris over
liet.
Deze zal Dinsdag antwoorden.
De Kamer heeft daarna in gehei
me zitting het gew::zigd reglement
op den stenograiischen dienst be
handeld.
Besloten is om na de periodieke
wetten de Indische beerooting te
behandelen, daarna, zoo mogelijk,
het wetsontwerp betreffende de
toelating van schippers tot de koop
vaardij.
De Kamer komt Dinsdag 11 uur
bijeen.
G. Jr.
Academsche examens.
Utrecht. Doet rechten de heeren R.
A W. J. J. Cremers. Bevorderd tot
semi-arts de heer G. J. P. Daniels. Be
vorderd tot arts de heeren B. Cl. v. d.
Nagel en C. J. C. Burkens.
Groningen. Het candidaats-examen
in de rechtsgeleerdheid met goed ge
volg afgelegd door den heer E. F. En
gervoor het tweede natuurkundig
examen slaagde de heer J. A Groen
man.
Vogelten toon stelling.
De tweede internationale tentoon
stelling van zang-, sieraad- en volière
vogels der vereeniging „Luscinia", die
Vrijdag in de manége van Villa Bosch
oord aan 't Bezuidenhout te 's-Graven-
hage geopend werd, mag welgeslaagd
heeten.
Eervolle vermelding.
Bij kon. besluit van 14 November 1900
is bepaald dat, ter zake van zijn gedrag
bij de krijgsverrichtingen in Atjeh, ge
durende het tijdvak November 1896
Juli 1897, bij afzonderlijke dagorders,
zoo in Indic als in Nederland, alsnog
eervol zal worden vermeld de fuselier
van het leger inNed.-Indië B. L. Bonne
(alg. stn. 41574).
(St-Ct)
Een veelbelovend jongmenocli
Bij een familie in de Willem Borend-
straat te Utrecht werd Donderdagoch
tend een doos met appelbollen bezorgd.
Daar er door geen der huisgenooten
iets van dien aard besteld was, zeide
men den knecht, dat het zeker cene
vergissing-was. Doch de knecht had het
juiste adres op een stukje papier bij
zicii. Daar men niet kon vermoeden
dat iemand de lekkernij bij wijze van
verrassing had gezonden, werd de doos
voorloopig op zij gezet.
Een paar uur later werd een tweede
doos bezorgd van precies denzelfden
inhoud, doch van een aanleren confi-
seur. Ook deze knecht v.ist zeker, dat
hij aan het goede adres was.
Vermoedende dat er iels niet in den
haak was met deze verrassingen, werd
bij de leveranciers een onderzoek in
gesteld wie de appelbollen besteld had.
Was de bestelling inderdaad aan het
juiste adres bezorgd dan wist men ten
minste wien men voor die attentie be
danken kon.
Doch wat bleek? Bij den eersten le
verancier was den vorigen dag een
jongeheer geweest van ongeveer 12
jaar, die een stuk chocoade van 25 cent
had gekocht en de appelbollen had be
steld, die den volgenden dag daar en
daar moesten worden bezorgd., liet
stuk chocolade zou hij maar meene
men, en alles moest op de rekening.
De leverancier vermoedde niets kwaads
en zag dus vreemd op toen hij giste
ren vernam, dat hij het slachtoffer was
geworden van een jeugdigen maar slim-
nien opiichter.
Bij den tweeden leverancier was het
precies eender toegegaan. Daar had het
veelbelovende jongemensch een hart
van horstplaat bemachtigd.
Te Amtserdam is een damescomité
gevormd voor de aanbieding van een
huldeblijk van Amsterdaiusche dames
aan de Koningin.
Waarom niet van Amsterdamsche
vrouwen in het algemeen 1
In oen Vrijdag te Groningen ge-
fhouden vergadering van steenfa
brikanten is besloten tot hef. op
richten van een syndicaat. De ge
zamenlijke productie is ruim CO
millioen. Met I Jan. 1901 t-^edt bei
syndicaat in werking.
De kapitein van hel Noorseho fregat
schip „Heidrun", ta Delfzijl aangeko
men met een lading bout van Darieëa
(Noord Amerika), verklaarde in den
Oceaan vreeseüjk noodweer te hebben
gehad.
Tijdens een geweldigen orkaan is de
2e stuurman bij het zeiion reven uit de
bovenbramra op het dek gevallen en
onmiddellijk gedood.
Uit verschillende gemeenten des
lands komt bericht van het vormen van-
plaatselijke comif's voor het aan H. M.
de Koningin aan te bieden huldeblijk.
Uit de Arbeiderswereld.
Naar de Leeuw. Ct. verneemt, is het
getal uitgesloten arbeiders van de
stoomcartonfabriek te Leeuwarden
thans tot ongeveer 25 verminderd, die
nog door de commissie moeten worden
ondersteund.
De commissie zet haar pogingen,
voort om ook nog voor dezen werk ie:
vinden.
BUITENLAND.
De Antwerpsche diamantbewerkers
hebben het werk hervat. Honger en ge
brek dreven hun tot dat besluit.
Sport en Wedstrijden.
Worstelen.
Voor het Worstel-wereldkampioen-
schap zwaar gewicht dat Maandag IS'
Nov. a. s. in het Casino do Paris te Pa-,
rijs aanvangt, zijn tot heden 50 deelne
mers ingeschreven, waaronder ook de'
Hollandsche kampioen Dirk van den
Berg.
In den wedstrijd voor licht gewicht
werd de Hollander Salomon in 4 min.
51 sec. gelegd door den Duitscher M.
Hitzier, zoodat in die categorie van de
Hollanders enkel nog Van Tol is oveiv
gebleven.
Naar het Sportbl. verneemt, hebbent
de onderhandelingen van de H. V. V.
met do bekende üuitsche voetbalvere
niging „Preusen" over een Kerstbozoek,
aan Nederland nog niet tot een resul
taat gevoerd.
Komt de tour tot stand, dan is hot'
plan, de Duitschers op 30 December to-;
gen H. V. V. te laten spelen, den 31n
tegen een Nederlandse!» elftal, waar-»
van de samenstelling aan het Bondsb©^
stuur wordt opgedragen (beide wed
strijden op H. V. V.'s terrein, en tol
slot op Nieuwjaarsdag tegen R. A P.'
te Amsterdam.
De Voetbal-almanak van 1901 nadert,
zoo vernemen wij, zijn voltooiing. Men
rekent op de gereedkoming tegen het
eind der volgende maand.
(SportbL)
INGEZONDEN.
Voor den inhoud dezer rubriek stelt
de redactie zich niet aansprakelijk.
Van ingezonden stukken, geplaatst of niet
geplaatst, wordt de kopij niet aan den
inzender teruggegeven.
Haarlem, 17 Nov. 1900.
Mijnheer de Redacte»ir!
J.I. Donderdag was ik getuige vaa
een jammerlijken aanblik. Daar werd
te Bloemendaal een weduwe met 6 kin-'
deren, benevens haar inboedel, uit hare'
woning verwijderd, om verder zich te1
vestigen in de open lucht, en deze el-'
lende werd haar aangedaan door G.
Honing alhier, wonende naast genoem
de weduwe, vanwaar zij alles wat de
I straat toen te aanschouwen gaf met
lachende gezichten gadesloegen. En
al is het dat door dezen persoon woirdt,
gezegd, als zou deze vrouw een woning,
kunnen betrekken, dan is dat alleen,
om de handelwijs waar hij zich aan
schuldig gemaakt heeft van zich af to
werpen, aangezien Maandag die wo-'
ning pas kan worden betrokken. Zie,:
M. de IL, door deze regelen wenschte ik
het Ilaarlemsch publiek in kenni3 ta
stellen met dc handelwijze van een.
man die wreed genoeg is om in dit
jaargetijde eene weduwe met 6 kinde
ren van huisvesting te hcrooven.
LI, M. de R., dankzeggend voor de
verleende plaatsruimte, noem ik mij,-
als ooggetuige van het gebeurde,
W. v. d. BERG,
Houtdraaier*
(Particulare Correspondentie voor
Haarlem'8 Dagblad
PARIJS, 15 Nov. 1900.
Het deed me genoegen te zien dati
de idee voor coöperatie in Nederland
meer doorgedrongen is dan ik dacht, al'
ken ik gaarne, dat het soort couperatio!
waarvan deze kaarten ons een beeld,
geven, niet die is, waardoor de belang
gen der groote massa en dientengevolge'1
dus ook die der maatschappij ge—'
diend zullen worden.
Hopen wij, die in de coöperatie niet
alleen een middel zien tot verbetering
van de stoffelijke positie der arbeiders,'
maar er ook in vinden een middel tot
opvoeding der massa, een uitstekende'
school voor 't aan kweeken van 't besef
voor vrijwillige discipline, voor 't lee
ren van symetrie, hopen wij dat binnen
niet al te langen tijd een kaart kan ver-
schijenen, waarop een even groot aantel
stippen zullen spreken van in werking1
zijnde coöperatie, verhnJiks- cn voort-