DE ZATERDAGAVOND
GRATIS BIJVOEGSEL VAN „HAARLEM'S DAGBLAD".
Letterkundig Weekblad voor Jong en Oud.
Haarlem's Musea.
ceqde HS»
Btadgenooterj.
arlenimer Halletjes.
13. Zaterdag I December. 1900,
Meest gelezen Dagblad, in Haarlem en Omstreken.
XXXI.
IflEUWE REEKS,
lenk van Breemen.
Ier li en die tot onze ..bekende
enooten" gerekend moeten wor-
zijn er waarschijnlijk maar zeer
gen zoo gelukkig het jaar 187:1
mn geboortejaar te mogen noe-
ch is dit het geval met den heer
van Breemen, die in dat jaar te
ivenhage zijn eerste uiterst pri
ve lied en vermoedelijk Ook nu
n een solo op den rammelaar ten
gaf. Of uit het een en ander reeds
ien bepaalden aanleg viel te be
ul voor het kunstvak, welks he
ling de jonge Hagenaar zich later
:vcnstaak zou kiezen, vermelden
onieken niet. Ook niet en dit
eer te betreuren. wanneer en
ilke wijze die aanleg zich het eerst
leslistheid deed kennen. Maar dat
ch al tamelijk vroeg openbaarde
eer in 't bijzonder aan mëvr. Da-
v. Breemen's eerste klavier-lee-
kan hieruit blijken', dat genoem-
une het de moeite waard vond, de
uingen van haar jeugdigen disci-
ij herhaling te onderwerpen aan
ardeel van haar eigen leermeester.
Dupont te Brussel. Intusschen
de heeren A. Giesen en Rich,
zich genomen den veelbeloven-
in de geheimen der
-theorie in te wijden. Zoo toe-
met kunst en kennis kon hij
veilig als leerling der Berlijnsche
jhschule" aanmelden. Vandaar
Ie hij na een jaartje ierug. rijper
rijker aan ervaring
niet zóó hoog geschoold dan
niet nog gedurende een paar
i jaren baat kon vinden bij de zegenin-
j gen van het Conservatorium te Am
sterdam. En hiermede nog niet tevre
den stelde ten slotte de ernstig streven
de jongs man zijne studieën nog een
wijle onder liet nauwlettend toezicht
van den met roem hekenden Theodor
Leschetitzky te W'eenen. Maar toen ook
keerde hij voor goed naar het vader
land en benoemde zichzelf, in October
'95 tot Burger van Haarlem, welke be-
I noeming na drie jaren werd gevolgd
door die tot leeraar voor de solo-pia-
nóklassen aan de Muziekschool van
de Maatschappij tot bevordering der
Toonkunst,, .en, nog twee jaar later
op Zaterdagavond 1 Dec. 1900 door
zijn promotie tot Bekend Stadge
noot."
Bekend stadgenoot dat klinkt wel-
is-waar vrij alledaagsch; maar de zin,
welke er hier aan te hechten is, maakt
j deze simpele woorden tot niet meer of
minder dan een lofrede op den titula
ris. „Bekend" wil hier natuurlijk zeg
gen m e t- 1 o f bekend, en bekend in
I wijder kring dan door de gemeente-
i grenzen wordt getrokken. In zulke be -
I kendheid verheugt zich de jeugdige
kunstenaar, wiens beeld deze pagina
siert. Niet enkel wij, Haarlem friers,
kennen en achten onzen Henk van
I Breemen als een pianist van rijke ber
Igaving en degelijke, gezonde ontwikke-
i ling; maar ook elders, overal waar hij
zich 't zij als solist of begeleider
cleed hooren, vond hij de waardeering',
die'een zaakkundige en eerlijke critiek
aan ware verdienste nimmer onthoudt.
Moge de even bescheiden als be
schaafde toonkunstenaar door zijn ta
lenten in al ruimer kring „bekend" en
door zijn toenemenden invloed op liet
muzikale leven ten onzent, in steeds
edeler beteeken is onze „stadgenoot"
worden.
PHILIP LOOTS.
I Aan den „Maaltijd van officieren en
onderofficieren der schutterij" van
Frans P. Grebber zit nog eene kleine
geschiedenis vast. Bij resolutien van
Burgeineesteren van 22 Nov. 1618 en 9
Maart 1619 werd den schilder nl. gelast
drie ontschutterde poorters, die hij van
dit stuk had uitgewischt, er weer op te
zetten en het stuk niet in den Doelen
te brengen vóór dit was geschied. In
dien tijd was kunst dus wel degelijk
regeeringszaak 1-Iet is dus geen uit
vindsel van later dagen.
Er zit niet veel leven in de koppen.
Ze zien er zoo blik uit, vooral ook
door de ijskoelte der kleuren.
Zie daarbij eens de ..Hegenten van
het. Leprooshuis", door Jan de Bray
gemaald. Wat een heerlijke durf zit
I hierin, en hoe was de schilder volko-
i men zijn penseel meester. Ilij zette het
neer, zooals hij het wilde. Die tafel
heeft breedte, let geld dat er op ligt
hoogte, de handen hollen zeer natuur
lijk op, zijn vleezig, men voelt daar het
bloed in kloppen, als in de welgedane
gezichten der regenten. Ook de verlich
ting is mooi.
De „Regentessen van liet Leproos
huis" van De Bray, vormen een waar
dig pendant van deze regenten. Toch
'bereikt de schilder hier niet die hoog
te in.
De ..Vergadering van officieren van
den Cluveniersdoelen" is een verdien
stelijk stuk werk. maar toch voldoet
het niet geheel. Elk kunstenaar is er
nog niet een bij de gratie Gods, zooals
onze Frans 1-Ials.
Het is aan den rijkdom onzer voorva
deren en hun zucht zich op waardige
wijze te laten uitbeelden, te danken,
dat zooveel meesterstukken uit dien
bloeitijd der Nederlanden van na den
80-jarigen oorlog, aan ons zijn nage
lalen als een kostbare, onwaardeerbare
erfenis. Daardoor kunnen wij genieten
van de edele kunst, waarvan de aan
schouwing onzen smaak vormt en
kuischt. Zie b. v. deze „Regentessen
van het. Oude Mannenhuis". Alle kop
pen zijn, menschelijkerwijze gespro
ken, niet even mooi, waar ze zijn
weergegeven met een magistrale ruw
heid, een nonchalante zekerheid, met
fiksche, rake streepen, die zóó en niet
anders moeten staan, wars van fijn,
kleinzielig gepeuter om een haartje.
Geheel in den zelfden geest zijn de „Re
genten van het Oude Mannenhuis".
Nu komen wij langzamerhand in een
goede omgeving. Op een schut, dat
midden in de zaal staat, komt vele ma
len de naam Hals voor, maar de meeste
zijn vooral belangrijk uit een curio
siteitsoogpunt. Bijv. de „Spelende Kin
deren" van Johannus Hals (1635), in
1891 door de vereeniging tot uitbreiding
van de Kunstverzameling op het Stede
lijk Museum geschonken. Aardig is wel
het Pap-etend kind, van Reynier Hals:
het domineert in deze omgeving, ook
door de heldere kleuren en de vroolijk-
heid van het onderwerp, dat niet slecht
is uitgevoerd. Voorts hangt er nog een
Binnenhuis van Frans Hals, waarvan
het stilleven hier en daar wat overdre
ven natuurlijk, ik zou haast zeggen
uilbundig duiqelijk, is voorgesteld,
zonder een waas van atmosfeer daar
omheen. Dirk Hals heeft als bijdrage
hangen een coquet dametje, in zijde
gekleed, dat de clarinet bespeelt.
Hierboven geven we de portretten
van Alphonsus YIIL Koning van Spa
I je, en tie Koningin-Regentes. Maria
i Christina. De jonge k -ning heeft on F
Mei jl. den leeftijd van li jaren bereikt
Hij is een afstammeling van t vorsten-
huis der Bourbons dat in het laatst der
17e eeuw den troon van Spanje heeft
I beklommen. Nooit was de regeering in
jonger handen, dan op dit oogenblik.
nu een knaap van nog geen 15 jaren,
i onder voogdij van zijne moeder den
I troon bekleedt.
Bij zijn geboorte is Alphonsus XIII
lot koning uitgeroepen, een geval bij
na zonder weerga in de geschiedenis.
Zi n geboorte was een gelukkige ge
beurtenis voor bet land, daar zij de
opvolging voni de dynastie verzekerde
in spijt van de agitaties der Carlisten,
die. hun aanspraken nog altijd zullen j
doen gelden.
Zijne moeder, de Koningin-Regentes,
is nu ongeveer -12 jaren. Haar kastan
jebruin haar. met enkele zilveren dra
den vermengd, omlijst een smal ge
zicht. Haar donkere oogen hebben een
zachte innemende uitdrukking, terwijl
zij overigens geen schoonheid is. Sinds
den dood van haar gemaal kleedt zij
zich zeer eenvoudig.
Zij is oone vrouw vol energie, die
met beleid de teugels van :t bewind
weet te voeren,
J Voor wij aan de eigenlijke Halzen
I beginnen te smullen, zullen wij de Ie-,
den dier familie, die zich onder de va
nen van St. Lucas schaarden, nader'
I aanduiden, zonder met de volgorde
den graad van verdienste te willen aan-
j goven.
Dirk Hals, geboren te Haarlem, ge-
doopt 19 Maart 1591: in 1621 wordt hij
als getrouwd vermeld: begraven te
Haarlem 17 Mei 1656. Broeder van Frans
j Hals.
j Frans Hals, geboren te Antwerpen
in 1584, overleden te Haarlem 29 Aug.
11666 en begraven in de St. Bavo 2 Sept.
Leerling van Karei van Mander.
Johannes Hals, geboren te Haarlem,
zoon van Frans Hals. Trouwde te Bloe-
mendaal 12 Januari 1648 Maria de Wit
en hertrouwde te Haarlem 4 Juni 1649
met Saartjê Gerrits.
Frans Hals, de jonge, geb. Ie Haar
lem, tusschen 1617 en 1623, zoon van
Frans Hals. Trouwde te Bloemen daal
19 November 1643 Hester Jans van
Groenvelt. Leefde nog in 1669.
Reynier Hals, geboren te Haarlem
in 1627. getrouwd met Margaretha Lo-
dewijek van Amsterdam, zoon van
Frans Hals.
Groot en Klein.
Nemen wij eens aan. dat er op aarde
1300 millioen. menschen leefden, en
dat elk tiental daarvan een huis be-j
woonde, veertig voet hoog en breed en
dertig voet diep, dan zou de totale in
houd van deze gehouwen 6240 milliard
kubieke voet bedragen. Een kolossaal
sommetje, dat echter in werkelijkheid
nog geeri halve kubieke mijl (Duitsche,
bedraagt. Stelt men zich derhalve een
kist, die een Duitsche mijl of 7420 M.
hoog, breed en lang is. voor, dan zou
den daarin alle steden, dorpen en hui
zen, benevens «He dieren en menschen
gemakkelijk plaats kunnen vinden en
dan zou er nog ruimte genoeg over
blijven. Werden evenwel alle men
schen als haringen in tonnen opeenge
pakt, dan kon een kist van 2400 voet
lengte, breedte en hoogte ze allen ge
makkelijk bevatten. Wat is nu groot
en wat is klein.'
Een Zaterdagavondpraatje.
uter heeft mij weer eens duchtig
lachen. „Daar heb je het nou al,"
j. „Je bent een verstokt voorstan-
eigen exploitatie van de gas-
je wou en zou gemeentelijk
randen en nog een fabriek voor
licht bouwen daarbij. Wel
i De Imperial moest er uit, ja wel.
noest de gemeente het zaakje ter
nemen. En wat heb je nu zien
ren? De steenkolen zijn in de
e jaren in de hoogte gevlogen, de
zijn duurder gewor-
n tot overmaat van ramp blijkt
k, dat de fabriek geen anderhalf
en moet kosten, maar net zoowat
drie lieve millioentjes.
man, wat heb je je weer leelijk
Had de concessie van de
ial maar liever verlengd! Dan
eerden we nu al jaren van den
m gasprijs, de gemeentekas
jaarlijks een fermen zakduit en
van de risico af. Ja, we zou-
dan nog om kunnen lachen, dat
gelschman zijn kolen zoo duur
oeten betalen."
was in een slechte bui en daar
zulke oogenblikken niets met
te vangen is, nam ik maar
id en ging naar huis.
neemt niet weg dat hij de mee
ning uitspreekt van velen. „Hadden
we nu maarzeggen ze en schud
den het hoofd, zelfs wanneer ze vroe
ger liet hardst hebben geroepen: „Weg
met de Imperial! Leve de gemeente-
fabriek!"
Ja. hadden we maarWanneer
ieder van te voren weten kon, hoe de
zaken in de toekomst zouden loopen,
dan zouden er heel andere besluiten
genomen worden, in alle denkbare ge
vallen. Maar wie kon van te voren we
ten, dat de kolen zoo geweldig zouden
stijgen.' Dat voorzag zelfs een gerou
tineerd kolenkoopman als de Imperial
niet, andei's zou die indertijd zulke
voordeelige voorwaarden niet aange
boden hebben. Nu moet men dus het
Gemeentebestuur er geen verwijt van
maken, dat de kolen-prijs zoo gestegen
is. Het zelfde kan gezegd worden van
de prijzen van ijzer, hout, steen en
glas. Niemand kon die voorzien. Daar
om kan men er alleen van zeggen dat
liet jammer is, maar men mag er het
gemeentebesuur niet scheef over aan
kijken.
Het ergste is echter in de oogen van
Wouter en gelijkdenkenden, dat de
begrooting voor den hou wzooveel hoo-
ger is, dan die door de gascom missie,
onder voorlichting van den heer Van
der Horst was opgemaakt Nu is er in
de wereld niets merkwaardiger, dan
een begrooting. Laat tien menschen
ieder voor zich. een begrooting maken
van dezelfde zaak en gij krijgt wis en
zeker tien bedragen die duizenden uit
elkander loopen. En liet mooiste is,
I dat de duurste begrooting misschien
nog wel de goedkoopste is.
Dit vereischt toelichting. Ik zal die
trachten te geven
Bij het bouwen van een nieuwe fa
briek, op welk gebied ook, is het stre
ven altoos, om menschenwerk door
machinekracht te vervangen. Bij de
jgasfabrikage niet het minst, omdat
I daar zulk een groot personeel voor noo
dig is. Welnu, voor de nieuwe gemeen
telijke gasfabriek wordt een automa
tische inrichting gemaakt om de kolen
uit de wagons of schuiten in de fabriek
en daarna in de retorten te brengen.
Nu is er voor de ovens wel honderd
duizend gulden meer noodig dan de
lieer Van der Horst had geraamd,
maarvoor de bediening zijn 42
J man minder noodig. Als we nu liet
I loon van die 42 man berekenen op ge-
1 middeld 12 gulden 's weeks ('t. is in
I werkelijkheid hooger) dan wordt, er
I dus tegenover een hoogere uitgaaf in
eens van f 100.000. jaarlijks een som
aan arbeidsloon bespaard van meer
dan f 26000.
In vier jaar tijds is dus het verschil
uitgespaard. Daarna heeft de fabriek
er jaarlijks een kwart ton voordeel bij.
Ik ben niet van plan hier een over
zicht van cijfers te geven. Daarvoor
is het Zaterdagavondpraatje de plaats
niet. Maar 't kan geen kwaad om eens
te laten uitkomen, dat men ze moeilijk
beoordeelen kan. zonder daar een toe
lichting bij te hebben. Ons gemeente
bestuur is door de begrooting van on-
I zen nieuwen gasdirecteur volstrekt
j niet verpletterd. De directeur zelf ook
niet. Al deze autoriteiten zijn vol
I goeden moed en verzekeren u, als ge
1 er hun naar vraagt, dat we over een
jaaj- of wat niet alleen een mooie fa-
briek zullen hebben, maar er ook een
I mooie bate van zullen genieten. Huu-
den we dus, medeburgers en medebe-
i lastingbetalers, den kop er voor en la
ten we ons geen angst en schrik aanja
gen door: ..hadden we maarof:
I „hadden we maar niet!"
Klaaggraag als de menseh is, kan
ik nu toch niet. nalaten ook even een
kleine verzuchting te slaken. De ge-
i meentcfabriek zal het gas voor 2 cen
ten oer stère minder leveren dan de
I Imperial nu doet, maar het gas voor
I keuken- en fabrieksgebruik wordt niet
goedkooper geleverd. Het blijft zeven
cents zooals nu.
j Ik heb mij al eens afgevraagd, waar
aan dat liggen kon. Je zou zoo zeg
gen: hoe meer gas de fabriek over daa
als werkgas levert, des te beter. En hoe
goedkooper ze het stelt, des te meer
zal er gebruik van gemaakt worden.
Maar onze itieuwe gasdirecteur is
niet alleen een aangenaam en bekwaam
man, hij is ook wat je noemt een slim
me koopman. Ik vermoed, dat hij lie
ver den prijs voor werk- en kookgas
wat hoog houdt, om de menschen tr
toe te krijgen electrische drijfkracht
te gebruiken. De electriciteit-leveraniie
is namelijk een ra'ar bedrijf. Kun je
alles leveren, wat je maakt, dan is i
mooi, maar kun je niet meer dan do
helft kwijt raken, dan is 't veel te
duur. Ik dacht daarom, dat men orj
boeren wil. niet alleen 's avonds licht,
maar overdag ook kracht te verkoo-
pen. Als iemand het beter weet, mo »t
liij maar voor den dag komen.
Nu ik toch over electriciteit spreek,
-kan ik meteen de E. N. E. T. wel eens
behandelen. De directie wil voortaan
vaste stopplaatsen hebben, zoodat de
menschen tiiet meer zullen kunnen
in- en uitstappen waar ze willen Ik
heb aan een aandeelhouder van de
H&arlemsche paardentram gevraagd,
hoe hij over dat plan dacht.
..Beste vriend," zei hij, „ik juich het
plan ten zeerste toe. Ik ben er bijzon
der mee ingenomen, zoo zelfs dat ik er
jeen lekkere flesch Bourgogne op ge-
i dronken heb."
..Dat begrijp ik toch niet," zei ik
want die vaste stopplaatsen zullen een
verbazenden last opleveren. Ik zie de
menschen zoo'n wagen al achterna dra
ven naar de stopplaats. Ik hoor ze.
wanneer ze hun huis voorbijrijden, al
jvragen: „conducteur, laat me hier
uit en den conducteur antwoorden:
'„tweehonderd meters verder, mevrouw,
|aan de stopplaats." En vind jij dat nu
een maatregel om er oen glas wijn op
te drinken?"
„Je begrijpt me niet," zei hij, ..ik
sprak zooeven niet als mens. li. maar
jals aandeelhouder van de Haarlemsche
I paardentram. Ik geloof namelijk z- -
kcr. dat als die stopplaatsen worden
ingesteld, wij bet volgende jaar zeker
een half percentje dividend meer te
declen zouden hebben op de aandeden
van de paardentram. De tijd is voor
bij, dat een tramonderneining de men-
schen kon voorschrijven, waar ze In-
en uitstappen moeten. Het publiek laat
zich niets meer voorschrijven, het is
door de concurrentie verwend geworden
Ien de een loopt nog harder om het toch
maar te believen, dan de ander. Bij
ons aan de paardentram stopt de koet
sier al. wanneei; iemand het eerste li 1
van zijn vinger maar een millimeter
in de lucht steekt. Voor die electrische
I stopplaatsen zullen de tranilustigen
hartelijk bedanken, wees daar maar
j zeker van."
Zoo sprak de aandeelhouder van de
eoncurreerende onderneming. Hoewel
bij zeker niet onbevooroordeeld was,
scheen het mij toch toe "f hij gelijk
had. Een tram in een betrekkelijk klei-
jne stad heeft alleen reden van bestaan,
jals de menschen kunnen in- en uit
stappen waar ze willen. En zijn ze daar
I eenmaal aan gewoon, dun zijn ze zeker
niet meer tot verandering te krijgen.
oor do E K. r. i. t, geloot ik. te
1 hopen dat de Raad haar verzoek van
de hand wijst.
FIDELIO.