mmmtmètmmmmÊmimms
Een tocht met hiüdernisseii
11 Mi-1 MrnM-Mel,1
Heiae Houtstraat 105.
Nieuw! Nieuw!
3s Famiüa-Vioal-Zithsr
is tot toste Aires.
Steenkolen.
Rookworst,
T. A. DQNNEE,
«Cs-ffers.
M. SCHAUBT,'
(^JSïzijs„Os Sciifen Bril").
Bier 5 Cent. Bier 5 Cent.
Dc Kleine Vereeniging.
Bier 5 Cent. Bier 5 Seat
§IPKE§'
Roode en Witte Bessenwijn,
Limonade-Siropen,
maken. Hier komt bij het betreurens-
Rraardige maar beslaande en soms ge
rechtvaardigde vooroordeel tegen de
rrouwen en kinderen van mannen die
„zitten", waardoor men hun geen
Werk toevertrouwt.
Dit verschijnsel is ornslig genoeg om
afzonderlijk onder de oogen gezien te
worden. Men stelle zich den fertelijkeu
toestand duidelijk voor. Men denke
Jaarbij niet alleen aan het lot dezer
Ongelukkige gezinnen in groote ge
meenten, waar zij wellicht niet zco in
t oog vallen aan ieder, die niet -speci-
ml met armenzorg belast is, maar in
lc kleine stads- en dorpsgemeenten,
waar om zoo te zeggen allen elkander
cenncn en de ellende van dit verschijn-
lel doorgrond kan worden.
A&n wie de zorg voor deze ongeluk-
dgeu? Het ligt eenigszins voor de hand
im tc denlcen dat zij thuis behooren
jij del burgerlijke armbesturen. Het
ilinkt nog al logisch, dat waar de
Jtaat de mannen straft en hen aan de
maatschappelijke of burgerlijke sa-
aenleving onttrekt, het ook op den
peg van den Staat of burgerlijke,
asu gemeentelijke overheid ligt
oor de overgeblevenen te zorgen. Dit
:eschiedt dan ook vele malen, maar
iet is niet te ontkennen dat dit met
Tootcu weerzin geschiedt en dus tot
et allergeringste, om niet te zeggen
nmogelijke.beperkt wordt Men heeft
211 dief, een strooper.een vechtersbaas,
6n dronkaard in zijn midden gehad;
len heeft reeds veel overlast van hem
ndemmden. Nu men hem eindelijk
ens kwijt is, moet men zorg gaan dra-
on voor zijn gezin! Een taak, die een
ewoon mensch niet van harte afgaat,
laargolaten nog de vele armbesturen,
ie de desbetreffende woorden der ar-
icnwet in den allerstrengsten zin op-
Ettten en toepassen en deze armen on-
erhiddelijk dc deur wijzen en verwij-
»n naar de kerkelijke besturen.
En deze? Dat zij huiverig en onge
il d zijn om deze armoelijders onder
anne bedeelden op te nemen ligt voor
e hand. Zeker, er is een zeer hoog
landpunt, waarop de Christelijke
rmverzorging kan en moet zeggen,
at zij havo barmhartigheid heeft uit
e strekken, misschien wel juist en
Ij voorkeur tot de dubbel ellendigen,
ie de schande dragen van de misdaad
i het wangedrag vss een man en va-
jr en door zijne schuld aan armoede
n prooi zijn. Maar in de praktijk is
ït niet kwalijk te semen, dat. zelfs
srkeüjkc, arm verzorgers een eenigs-
ns lager, minder ideaal, standpunt
inemen. Zij hebben reeds zooveel te
jen met andere armen; moeien zij
:n last van de bedoelde huisgezinnen
nog bij nemen?
Hier komt bij, dat kerkelijke armver-
jrgen uiteraard en door hun
iglementen verplicht zijn het zedelijk
ven van hunne bedeelden na te gaan
1 in geen geval bedeeling mogen ver
rekken wanneer zij daardoor onze-
elijkheid of ongebondenheid in de
lüd werken. En nu de arme kin
nen geheel daargelaten is het een
it dat in niet weiuige gevallen de
rouwen van vele veroordeelden wei-
ig beter zijn dan de mannen. Zijn zij
niet medeplichtig aan het kwaad,
it hun man bedreven heeft, mede-
etende zijn zij maar al te dikwijls,
idien zij maar niet den man er toe
inzetten of in stijven. Zouden er wel
:1e vrouwen in de volksklasse zijn,
ie er niet alles van weten, wanneer
iar man wild stroopt, of etenswaren
eelt, of met plannen rondloopt om
j dezen of genen wraak te nemen? En
ït is juist de wetenschap hiervan die
ïrkclijke armbesturen noopt, vooral
lar waar men goed op de hoogte der
'zinnen is, tegenover deze bedeeling
tekenden de uiterste voorzichtigheid
i acht te nemen, aan de voorwaarde
in zedelijken levenswandel streng
hand te houden eu geen of de aller-
ïringste bedeeling te verstrekken.
En zoo wordt deze categorie van
rmoelijdenden een ware last voor
mnè omgeving. Er blijft hun weinig
iders over dan te bedelen, bij goede
enschen aan te kloppen en hun nood
zóo vragen wij, met het oog öp de te
verwachten armenwet, een onderzoek
gewenscht zijn naar hetgeen hier en
daar ten opzichte van de verzorging
van deze armen geschiedt door instel-
lingeu, besturen en bijzondere perso
nen? Van onze kant wenschen wij een
denkbeeld aan de hand to doen, dat,
bedriegen wij ons niet, een dubbel
voordeel aanbiedt.
Er wordt in dc gevangenissen ge
werkt en daarmede iets verdiend, dat
bij het ontslag den gewezen veroordeel
den ten goede komt. Zoude het niet mo
gelijk zijn deze verdiensten aan dc
vrouwen over te maken, t. w. langs
officieelen weg door de directie der ge
vangenis aan de armbesturen of daar
toe bepaald aan te wijzen vereenigin-
gen van armenzorg? Stellig zoude dit
goen Voldoende ondersteuning zijn
do armbesturen zouden er wat aan
moeten toevoegen. Maar verkregen
zouden worden deze twee voordeden
dat allereerst ook in de gevangenis de
band van den vader met zijn gezin voor
zijn bewustzijn levendig werdhij zou
gevoelen te arbeiden voor de zijnen,
wier natuurlijke en wettige verzorger
hij is en ten tweede zoude het huisge
zin toch eenige, zij het ook een geringe
tegemoetkoming hebben in zijn behoef
ten en de straf van den vader er min
der zwaar op drukken.
door SI OMONG.
klagen. Of, waar dit streng te keer
£aan wordt, loopen zij de huizen af
et kleine loterijen of wel met ven-
rswaren, wat niet veel meer is dan
irmomdc bedelarij.Trouwens de goed
icfscho menschen geven, om maar
m den last af te zijn, liever een paer
nten dan dat zij een lootje of een
(osje lucifers e. a. koopen. Boven-
en wordt hiermede zeer weinig ver
end, te weinig om geregeld in het
iderhoud te voorzien.
Het gevolg van een en ander is, dat
i bedoelde vrouw en kinderen feite-
k armoede lijden en voor hunne om
ving zeer hinderlijk zijn. Men zit er
sde; het is verlegen werk. Hen terug-
ooten wil of durft men niet; maar
j elke ontmoeting rijst de morrende
aag: moeten wij nu die menschen
tderhouden?
Voor wio iets dieper doordenkt,
jrdt hier een misstand in de samen-
ring openbaar, cene ware onbillijk-
id en wel deze, dat do wet die dc
huldigen straft, met hechtenis, door
Ba straf ook zijn vrouw en kinderen
gevoelige wijze treft, feitelijk alzoo
bi.el straft, onschuldigen met schul
den. Is het de bedoeling van den
■afwetgever de samenleving tijde-
k. te bevrijden van een schadelijk
lividu, hij legt zoodoende haar een
■t op door haar te stellen voor de
volj- ''er armoede van zijn gezin,
n fout in de strafwetgeving die zeker
:t gemakkelijk te verhelpen is, maar
:h niet in de bedoeling van het straf
hei ligt.
Hoge de eenvoudige uiteenzetting
a deze feitelijken toestand meer er-
renen opwekken eenigo donkbeei-
i ten beste te geven aangaande de
hte wijze om in den nood dezer
ielukkigen te. voorzien. Zoude niet,
Mijn vriend Hoogterp de arme
jongen is later bij Tabanchu zwaar ge
wond door een schot door beide lon
gen J cn ik zouden met een ossenwa
gen, beladen met ambulance-goede
ren, van Bloemfontein vertrekken, om
na een reis van verscheidene dagen,
dwars door de Vrij staatse he vlakten,
onze ambulance te bereiken, die, on
der de beide door Nederlandsch-Indië
gezonden doctoren, te Scholizplaats
hare tenten had opgeslagen. Veel had
ik van een ossenwagen hooi en spreken
maar ditmaal zou 't de eerste reis zijn,
die 'k met zoo'n voertuig zou maken.
Nu, 't leek me geen erg aanlokkelijk
vooruitzicht, zoo'n afstand af te leg
gen, vooral nu ik vooruit over 't een
en ander informaties ingewonnen had,
en gehoord dat men zoo ongeveer 18
mijlen per dag, of liever per nacht,
vorderde, omdat de hitte midden cp
den dag te groot voor do trekdieren
zou zijn. Gemakken biedt zoo'n voer
tuig in 't geheel niet aan en een w
geutje op vseren is 't ook niet Stel u
voor, een houten stel van planken en
binten, alles even soliod maar zwaar,
gedragen door een viertal plompe wie
len. 't Geheel kraakt eu waggelt en
elke oneffenheid in den weg doet u
een schok voelen, dat men er werke
lijk een goed stel holten op na moet
houden om niet uit elkaar te vallen.
Meestal heeft men 16 ossen voor een
zworen wagen gespannen, en is dit 't
geval, dan wordt elke os afzonderlijk
door een naam aangeduid. De twee
ossen die aan den trekboom gespannen
zijn heeten hotachtcr cu haarachter
of ook wel beide achterossen; de twee
die hiervoor staan zijn de naast-ach
ter en zoo vervolgens 't derde paar hot
op zes, haar op zes; hot op acht, haar
op acht; hot op tien, haar op tien; hot
op twaalf, haar op twaalf, hot naast
voor, haar naast voor en ten slotte de
belde voorosen. Buiten deze namen
bezit elke os nog een eigennaam en
deze hangt meestal af vair de kleur;
Holland, Zwartland, Witvoet, zijn zoo
wat dc meest gebruikelijke namen, 't
Is vermakelijk om een kaffer met zoo'n
stelletje ossen te zien manceuvreeren.
Een lange zweep in de hand.schreeuwt
ea bruit hij met langgerekt, heesch
keelgeluid om de dieren tot suoed aan
te zetten. Nu en dan laat hij het zweep-
leder een paar malen door de lucht
gieren, waarna hij 't met geoefende
hand precies op dien os laat neerko
men, die zijns inziens tegen de trek-
wetten zondigt. De voorossen zijn
meestal een paar schrandere dieren,
waarvan alles afhaugt, terwijl de
acheterosen meeslad de greed hertte
en sterkste zijn. Met ziju zweep weet de
kaffer alle ossen op een lijn te houden
zoodat zij regelmatig aan den ketting
trekken. Zoodra da voorossen een wei
nig uit den koers zouden gaan,
schreeuwt de drijver met vervaarlijk
geluid: „Hou pad, schelmen, vagebon
den!" en als 't span soms een oogen-
blik mocht verslappen, dan klinkt 't:
Vat, vat, vat!" terwijl elk „vat"
begeleid wordt door een klinkenden
1 zweepslag. Men zal 't woord „vat"
misschien niet begrijpen, maar de drij
ver bedoelt er mee „aanvatten, aan
trokken", en gedwee volgen de ossen
't bevel op.
Banken of zitplaatsen zijn er op
zoo'n wagen niet aangebracht. Wel
bestaan er andere, de zoogenaamde
„trekwa", waar van achteren op een
derdo gedeelte van de ruimte een af
gesloten gedeelte is gemaakt met een
huif er over en waar dan dc geheele
Boerenfamilie in logeert. Aan beide
zijden van den wagen bengelen de
kookgereedschappen, mesial bestaande
uit een grooten koffieketel en een paar
kafferpollen. De onze was echter ge
heel en al een transportwagen, en daar
er natuurlijk van liggen geen sprake
was, zochten mijn vriend en ik maai
de zachtste kist op.
Eindelijk, nadat wo met een aantal
kaffers een heeleen dag gesjouwd had
der om de zaken „achter elkaar" te
krijgen, was de wagen geladen en ons
vertrek om 6 uur tegen den avond be
paald. Nog enkele beschikkingen en
koopen werden te Bloemfontein ge
daan, o.a.de onmisbare waterzakken,
en nadat onze lieve gastvrouw, waar
we twee dagen ie Bloemfontein geweest
waren, ons ruimschoots van 't noodi-
ge had voorzien, gingen we schonune-
lende op pad. Een tweede ossenwagen,
bestemd voor de Duitaché ombulanco
lc Jacobsdal, was aan onze zorgen toe
vertrouwd, en zoo vertrok onze kleine
karavaan. Mijn vriend Hoogterp, die
ai een jaar of wat in Afrika geweest
was, trok zich van de heele geschie
denis niet veel aan, on vond nog ge
legenheid om zoolang 't daglicht 't toe
liet, een courant in te Kijken, wat mij
echter onmogelijk was. Ik had genoeg
werk om me vast te houden, want elk
oogenblik vreesde ik een tuimeling
naar beneden te maken. Piepend en
knarsand, hotsend en stootend zeulde
't logge voertuig over 't zware zandige
pad, dat overal vol gaten en kuilen
zat.
Eenmaal in 't schuitje, moet men
meevaren, dacht ik, en dus verdroeg
ik gelaten al dc kwellingen en zat er
over te filosofeeren waarom nu de dok
ter toch niet voor een gemakkelijker
vervoermiddel gezorgd had, ea als ik
dan van tijd tot tijd weer een gevoeli-
gen duw in mijn rug kreeg, slingerde
ik een onvriendelijkheid aan 't adres
van den dokter uit, die 't gelukkig niet
kon hooren. Onder 't geschreeuw van
de drijvers en het klappen van dc
zweep, ging de wagen gestadig voort,
toen op eens: krak! daar viel de wa
gen 't onderst boven en mijn vriend
Hoogterp en ik vormden met de door
elkaar gesmeten manden cn kisten
een vermakelijken chaos. Eindelijk
kon ik me van de boven op me geval
len manden loswerken en wreef mijn
pijnlijke ledematen. Hoewel wc bei
den natuurlijk eerst om 't ons overko
men grapje volstrekt niet lachten, deed
ons 't komisch wanhopig gezicht van
den drijver, die van schrik de zweep
had laten vallen en nu met de handen
in 't haar zat, toch in een hartelijke
lachbui uitbarsten.
Goede raad was nu duur. Midden in
't veld een uur verwijderd van Bloem
fontein, dat was ecu onpleizierig geval.
We bespraken een oogenblik de kwes
tie en kwamen lot dc conclussie, dat
we beiden te voet naar Bloemfontein
zouden terugkceren, terwijl de kaffers
't gebroken wie! naar het dorp zouden
brengen om 't te laten herstellen. Wij
beidjes togen dorpwaarts en, toen wc
daar 's avonds tegen 8 uur in 't don
ker weer bij onze gastvrouw aankwa
men en haar 't geval vertelden, lachte
zij ons op den koop toe nog uit. 't
Beste was echter dat de goede vrouw
ons een heerlijk maal verschafte, dat
we smakelijk verorberden. He sliep
dien nacht als een roos, crcomende
van onzen vertoornden dokter, die me
allerlei liefelijke woorden naar nvn
hoofd gooide, die me echter koud lie
ten. Als hij Lij ons geweest was, dan
had hij ook den Afrikaar.schen grond
eens kunne kussen en voelen hoe een
stevige aanraking met een houten
kist is. Den volgendeu morgen waren
we allebeide zoo stijf als een hout en
alle ledematen deden ons pijn. Maar
we wisten toen nog niet, dat dit pas
't begin van ons lijden zou zijn. Toe
vallig was mijn vriend juist dien dag
jar»g en we hadden nog een pondje,
zoo dat zich laat begrijpen, dat we r ap.
dien oenen dag vacantia profiteerden
om Bloemfontein eens terdege te be
kijken. Veel was er niet tc zic-n en dc
stad, of liever het dorp, viel ons ere
togen. Overal waar men kwam En-
geïsch sprekende dames en lieeren.
Engelsche winkels, Engelsche hotels,
enfin, alles Engelsch. Een aardig ge
zicht leverde d en dag 't Marktplein
op, omdat t juist marktdag was. Hon
dorden ossenwagens beladen met per-
zikjes en vroonten waren ter markt
ea t ging er levendig toe. Bloemfon
tein verdient d.'.en naam minder dan
Pretoria het z-mde doen, omdat daar
inderdaad lijnn elke villa een tuintje
heeft, voorzien van heerlijke rozen
en djuizenden andere bloemsoorten.
Bloemfontein is echier wel een mu
seum rijk, waar we ons eenige uren
iu ophielden en waar we veel merk
waardigs te zien kregen op 't gebied
van dc mineralen-, de dieren- en vo
gelwereld. Voor 't Gouvernementsge
bouw staat een standbeeld van wiiien
president Brand. Als een indrukwek
kende figuur staat de oado Brand
boven op zijn voetstuk, waarop dc
woorden staan gegrift, door hem in
moeilijke iijdan gesproken.
Alles zal recht kom," sprak de pre
sident eens, en dat klinkt nu als eene
profetie. Ja, alles zal recht kom, al
mogen er duistere oogenölikken zijn,
waarin de onafhankelijkheid der beide
zusterrepublieken dreigt vernietigd tt:
worden door 't machtige Engeland, t
Was of ik gevoelde ds.t deze woorden
waarheid zouden worden toen ik voor
't standbeeld stond. Wel werd ons ge
loof in den goeden uitslag vau deze
vreeselijke worsteling voor vrijheid en
recht later op een zware proef gesteld,
maar de dagerand begint nu te lichten.
De Boeren hebben geleerd door zware
beproevingen hunnen plicht te doen,
en de zwakkelingen volgen hoe langer
hoe meer 't voorbeeld van de braven.
Onwillekeurig ben ik echter afge
dwaald en zal nu den draad van mijn
verhaal weder opvatten.
Tegen den avond zou 't wiel gerepa
reerd zijn en zouden wij onzen tocht
kunnen voortzetten. Den kafferdrijver
werd gelast ons in ons kosthuis te
komen waarschuwen, wanneer alles
klaar zou zijn. Maar boy Jan had de
opdracht verkeerd begrepen en de
wagens waren al vertrokken, toen wij
nog rustig op de veranda van 't hotel
zatn te keuvelen. Enfin, avo lieten ons
met een rijtuig tot op de plek waar de
wagen omgevallen was, brengeu en
bemerkten dat deze al uit 't gezicht
was. Er zat voor ons niet anders op
dan te voet verder te gaan. Aange
naam was dat nu juist niet, te meer
omdat we met nieuwe proviand bela
den waren. Maar 't moest en dus
gingen we maar op pad. Bij beurten
droegen wij 't korfje met brood en
vloesch voorzien. Tot overmaat van
ramp overviel ons een stortbui, die ons
in een oogenblik doornat maakten.
Wel zochten we voor een oogenblik een
schuilplaats onder een eenzaam staand
doornboabooinpje, maar dit bood wei
nig beschutting; 't regende er hard
door. Toen ons bleek dat 't toch niets
baatte, stapten we maar op.
Eindelijk na twee uren gemarcheerd
te hebben, bereikten wij de wagens
cn scholden do kaffers eens flink uit
om ons hart to luchten. Nadat de os
sen een oogenblik gerust hadden, werd
hen 't juk weder opgelegd en hobbelde
de wagen weer verder. Weer werd door
ons 1 zachtste plekje opgezocht De
zon neeg ter kimme en langzamerhand
trad de duisternis in. 't Zou de eerste
nacht zijn, dat ik onder den Zuid-
Afrikaanschen hemel zou slapen.
Maar 't was een heerlijke nacht; zacht
en zeel was 't windje en boven onze
hoofden schitterde een prachtige ster
renhemel. Heel in de verte, even vaag
uitkomende tegen 't uitspansel, 't be
kende Spitskopje van Bloemfontein en
de verderop gelegen reeksen kopjes,
bultjes eu randjes. Vreedzaam lagen
de trekossen paar aan paar, een oogen
blik ontlast van hunne trekhouten. te
slapen. Mijn vriend en ik lagen op on-
nitgespreide kombaarzen, een
pijpje in den mond, nog een poosje
gezellig te babbelen, totdat uit gebrek
stof we zachtjes indommelden.
Voor we slapen gingen hadden we ech
ter eerst nog even onze proviand aan
gesproken en een hartig slokje geno
men. Doodstil was 't daar om ons
heen, geen enkel geluid werd verno
men dan nu en dan 't zware gezucht
der ossen. De kaffers hadden gauw
een vuurtje van bosjes (een soort erica)
gemaakt en daarop hun kafferpot go-
zet, om kost te keken, die gewoonlijk
beslaat uit pap van kafferkoren en een
stukje schapenvieesch, meestal afval,
zoo maar in 't vuur gelegd eu dan ge
roosterd of liever gebrand, 't Is een
fantastisch gezicht, de in lompen ge
hulde gestalten der kaffers te zien zit
ten om een mestvuurtje, terwijl de nu
en dan opflikkerende vlammen hunne
vuilzwarte gezichten verlicht. Als hun
kost ga&r gekookt en gebrand is, gaan
zij stilzwijgend aan den maaltijd, om
eindelijk vermoeid van 't schreeuwen
en sjouwen, ergens onder den wagen
te gaan slapen. Om 1 uur 's nachts
werden wij uit onzen slaap gewekt
om verder te trekken. De maan ver
toonde zich als een heldere bol aan 't
firmament en bescheen de uitgestrekte
vlakte met een flauw licht. De ossen,
door slompen cn slagen uit hunne
rust opgeschrikt, schikten zich weder
gedwee in hunne trek jukken en loei
den zacht. Da kaffers hingen hunne i
kookgereedschappen weder aan den
wagen en rolden onze kombaarzen op.
en wij, door den slaap huiverig gewor
den, hulden ons in onze warme jassen.
Met slapen was 't gedaan; zou men 't
beproeven dan zou men toch elk oog n-
biii: uit en domraeling opschrikkceu
doordat dc wagen telkens tegen een of
andere klip stiet. We staken daarom
onze pijpjes maar weer aan en spraken
over onze familie, die duizenden mij
len ver, in angst en spanning naar
tijding uitzag, ik vertelde mijn vriend
\an 'i heerlijk Insuliade, waar da
maan nog mooier scheen en de natuur
'wisselend Avoest en idyllisch vredig
dat met zijne kraters en bergen zc-o
meel verschilde van deze eindelooze
grasvlakten, Avaaron zich slechts hier
en daar een heuvel' verhief. Hier alles
eentonig, daar een wereld vol afwisse
ling. Tcch lag er ook iets bekoorlijks
in deze stille eenzame omgeving. Zoo
trokken wij weer verder, totdat al
lengs dc dageraad begon te schemeren
en de zon haar licht over de vlakten
goot. Tegen 8 uur werd weder halt
gehouden en werden de ossen 't A*eld
ing Uiurd om te kunnen grazen. Ook
onze maag reclameerde en deed ons
onzen voorraadskorf aanspreken. En
na onzen maaltijd brachten v.lj den
dag door in een heerlijk dolce far
niente.
Tegen den namiddag, toen de zon
mind.er warm scheen, trokken wij weer
voort, cn ontmoetten des avonds op
onze uitspanningsplaats een ander
transport,dat voor de laagers van Cron-
jé bestemd was. De Irar.sportcomman-
dant, een oude Boer, begeieide met
zijn heele familie en zijn trekwagen
't convooi cn wc maakten met hem
kennis. Hij deelde ons mede, wat het
doel van zijn tocht was, zoodat, toen
het bleek dat wij denzelfden kant uit
gingen, Avij voor een eind althans
reis- e nlcrtgenooten konden zijn. Brits,
zoo heette de Boer, was een oude voor
trekker geweest, maar nu te oud om
zc-lf nog te vechten, had hij zulks aau
zijn zoons en kleinzoons overgelaten
en bewees nu op deze manier nog goe
de diensten aan zijn land. Hij Avas ver-
gezld van zijn vrouw en drie kleine
kinderen, zijne kleinkinderen. De moe
der was dood en de vader vocht op
commando, zoodat de drie stumpert
jes bij hunne grootouders onder dak
waren.
't Spreekt van zelve, dat wij een
praatje met den oude ntakhaar aan
knoopten, waarbij hij ons veel inter-
ressants vertelde uit zijn jongelings
jaren, toen hij de groote trek uit Na-
tal medegemaakt had, overal vervolgd
door de rooibaatjes. Sprekende over
't trekken met, een ossenwagen, vond
ik dat nu niet zoo'n aangename bezig
heid en gaf hem dan ook te kennen,
dat ik voor mij liever in een gemak-
kelke spoorwegcoupé zat.
„Neef moe niet zoo praat nie", ver
dedigde de Boer het aloudo vervoer
middel der Boerennatie, „ons vin die
ding banja maklik. Ons kuier, ais ons
lust het, achter dia wó. an, en als ons
moeg is, klim ons weer op. As ekke
uitspan ze ik voor m'n jong: boy, jij
blij hier en pas op die osje3 en daa ga
ekke sketi. Die kinders kan op en af
klim en raas zooveel als hullie wil en
cklce is nooit zoo gezond nio as in die
veld,"
„Ja, maar oom," wierp ik tegen, „je
wordt haast uit olkaar gerammeld en
je heele lichaam doet zeer van de
schokken en etooten."
„Nee, Avat toch, jij praat daarom
voor mij te snaaksch. Jij het daarom
nog nooit met eon trekwft getrek nie.
On lè een paar dikke matrassen op
die ding en aan een goeie kartel en
dan is ons klaar met die ding. Die wé,
kan da nstoot dat 't zoo barst, ekke
voel dit nie."
Ik kon niet anders doen dan de on
gevoelige huid van zoo'n Boerenfami
lie beAvonderen en denken: zij liever
dan ik, maar alles went, dus ook trek
ken met een ossenwagen.
Gezellig koutend zetten wij de reis
eindelijk voort en 't speet me waarlijk,
dat ik van den vriendeüjken boer af
scheid moest nemen, omdat hij do
Modderrivier zou volgen on wij 't pad
over Petrusburg.
„Da oom! DA Untie!" riepen av.
afscheid, „ons zie mekaar weer", m
Brits groette met een: „DA kèrls" 3'
torug. Ik heb den goeden man en zi,
vrouw nooit meer teruggezien.
IN. Roit. Ct)
Dri9 instrumenten voor één geld.
.22
2
Eh
Nï
2 Het wonderlijkste instrument van de 20e Eeuw.
I So Muziekkennis on nood ig.
Hetgeen dit instrument boven alle instrumenten
p van dien aard verbelt is: dat het op verschillende
wijzen kan gebruikt worden, namelijk:
le. als Viool-Solo, 2e. als Guitar-Zither. 3e. als
£3 Yiool-Zither.
Prijs compleet met Strijkstok, Hars Hing, Slem-
O fluit, Cartons, Handleiding en stevige doos
.2 :TA22,SO.
Aanbevelend, J. BLAD.
(Kaasmarkt) naast de
Korenbeurs Arlak over
het gebouw' van Nijver
heid en bij de aanleg
plaats der booten Bus,
tusschen Melk- en Grave
Steenenbrug, waar de
p- sa. |3» x» voor de
deur uitsteekt,
Apathakatr
E. HAMMESSCHMIDT's
jiiiticnworsten met Lokaas.
D. Pu P. 95277,
zijn de erkend beste verdelgings-
midaelen der wereld. Voor men
schen en huisdieren onschadelijk,
a 40 en 60 ets bij: Drog. A. J.
van der PIGGE, Gierstraat en J.
van GUL1K.
Graaf VON TIELE—Winkler,
Kujau, schrijftHet resultaat uwer
Rattcnworst D. R Patent, was
kolossaal,.den dag na het neerleg
gen van 1 worst werden er 57
doode ratten gevonden. Verzoeke
om HO Kilo."
Inlossing eenige ladingen prima kw.
grove Buhrkacüelkolea,
prijs zeer billijk,
bij G. HONING EN ZOON,
Parklaan 76. Telephoon 230.
Depot te Haarlem bijD. VEEN
Co. en J. VAN GULIK.
Hoe smakelijk een diner ook lijkt,
'tls onvolmaakt, indien het zonder
[Thomson's Padding prijkt.
<*cI«IerssclBe
4e kwaliteit,
bekend door haar fijnen smaak
en zuiverheid,
50 Cents per Kilo.
KI. Houtstraat 62.
De -verkste, de fraaiste en het
billijkst in prijs, zjjn beslist de
eigengemaakte KOFFERS.
Eenig adres aan de Koflermakerjj,
en reparatie-inrichting van
H. L. Rnijtcnsclnldt,
Nassaustraat 23.
Opticien.
AMSïEHüAN.
Groote specialiteit m goed geslepen
BRILLEN, LORGNETTEN enz.
Spjreekdag 10
dag*, ten huize van den Jtle A.
WKIH,. ftrufcwèfrat No. 41.
C-afé
KI. Hontëtraat 77.
Haarlem.
Groote en kleiue zalen dispo
nibel voor:
Vergaderingen,
Bruiloften,
Partijen, Repetities enz.
Billijke condities.
JAMS,
SLEMPSIXOOP,
BISSCHOP-ESSENCE,
zijn verkrijgbaar bij eiken solieden
Comestibles- winkelier.