NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD. Meestgelezeii Dagblad in Haarlem en Omstreken. Koning Mammon. 18e Jaargang. Vrijdag 18 Januari 1901. No. 5384 HAARLEM'S DAGBLAD ABONNEMENTSPRIJS: ADVERTENTIEN: Yoor Haarlem per 3 maandenƒ1.20 Van 15 regels 50 Obs.; iedere regel meer 10 Cts. Buiten liet Arrondissement Haarlem Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der gemeente), is de prijs der Advertenticn van 15 regels 0.75, elke regel meer 0.15. per 3 maanden 1.30 t Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat. Franco door het gelieele Rijk, per 3 maanden1.65 Reclames 30 Cent per regel. Afzonderlijke nummers0.02 $43^Bureaux: Gebouw Het Spaarne, Kampersingel 70, vlak bij de Turfmarkt. Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per Z maanden0.37H Telefoonnummer <ler Kedaetie 600. Telefoonnummer der Administratie 122. de omstreken en franco per post0.45 Intercommunale aansluiting. Uitgave der Vennootschap Lourens Coster. Directeur: J. C. PEEREBOOM. Abonnementen Advercentiën worden aangenomen door onze Agenten en door alle Boekhandelaren en Courantiers. Met uitzondering van het Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentiën en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan het Algemeen Advertentie-Bureau A. DB LA MAR Azn. te Amsterdam. Uit blad. verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicity Etrangère G. L. DAUBE Co. JOHN F. JONESSucc., Parijs 3B" Faubourg Montmartre. Dit nummer bestaat uit acht bladzijden. Haarlem's Dagblad Ij van 18 Jan. bevat o. a. Het wordt nacht voor de Engel- schen in Zuid-Afrika, Botsing tus- schen Lord Roberts en het Depar tement van Oorlog 1 Het Melk- onderzoek te Haarlem, Nabetrach ting van den Gemeenteraad, Recht bank, Havenbrand te Amsterdam, De huwelijkswetten. NABETRACHTING van den GEMEENTERAAD. Het belangrijkste punt dat Woensdag in den Raad voorkwam, was de me- dedeeling van B. en W. dat er een plan was ingekomen betreffende den bouw van een nieuw station te Haarlem.De- ze mededeeling waarbij door B. en W. geene nadere omschrijving werd ge daan, is door den Raad met applaus ontvangen. Bijzonderheden zijn dus op dit oo- genblik aan de Raadsleden nog onbe kend. Waarschijnlijk was het plan nog maar sedert zeer korten tijd in het bezit van B. en W. en hadden dezen Woensdagmiddag zich zelf nog niet in de finesses ingewerkt. Zooveel is wel al zeker, dat de plaats dezelfde blijft, dat bet nieuwe station hooger zal wor den gebouwd en dat twee tunnels, een aan den Kruis- en een aan den Jans- weg, de communicatie zullen vormen met bet tot dusver geïsoleerde Noor derkwartier. Feitelijk is het dus niets anders dan een terugkeer tot het oude plan van den hoogleeraar Telders, dat reeds jaren geleden in den Raad in behandeling is geweest, maar nooit tot uitvoering is kunnen komen, om dat de I-Ioll. Spoor op de laatste voor stellen van den Haarlemschen gemeen teraad een nog altijd zeer onbegrijpe lijk gebleven stilzwijgen heeft in acht genomen. De onderhandelingen van dien tijd zijn dus feitelijk nooit tot een einde gekomen. Ik wil hopen, dat het nieuwe plan een beter lot zal ondergaan. Toch zal men wel doen zich voorloopig nog niet al te zeer te verheugen. Het station staat er nog niet en er zullen zeker nog heelwat discussiën in den Raad en onderhandelingen met de Holl. Spoor noodig wezen, vóórdat men zeg gen kan, dat de zaak haar beslag ge kregen heeft. De Holl. Spoor zal zon der eenigen twijfel een bijdrage uit de gemeentekas wenschen, hetzij in den vorm van een subsidie, hetzij in den vorm van afstand van grond, mis schien wel en dat lijkt mij het waar schijnlijkst vraagt zij het een en het ander. Het spreekt wel van zelf, dat er over het aantal guldens, zoowel als over het aantal meters nog wel een ien ander zal worden gezegd. Vooral wanneer het juist is, dat het goederen- station zal worden gebouwd in den omtrek van de Houtvaart, een plek waartegen wel eenige oppositie zal ge voerd worden, omdat velen door het groote aantal vaste bruggen in de stad die plaats minder geschikt achten. Ik behoef hier wel niet meer te vei*- zekeren, dat het hoog tijd is, dat hier een nieuw station komt. Geen Haar lemmer die den toestand kent, denkt er anders over. Voor een gemeente die zich uitbreiden wil zooals de onze, is het een kwelling, dat zij aan den Noordkant letterlijk in de boeien ligt. Maar ook het algemeen aanzien van de gemeente eischt dringend verbete ring van ons station? Het maakt op menschen, die hier zouden willen ko men wonen, een ver van schitterenden indruk dat het station letterlijk in al les tekort schiet. En toch moeten wij nieuwe be woners lokken, zal Haarlem, niet stil staan of achteruitgaan. Aan alle kan ten staan de eigenaren van bouwgron den gereed, de bouwers te ontvangen: in de Raadsvergadering van Woensdag waren niet minder dan drie plannen ingediend, waarvan er twee dadelijk werden goedgekeurd en het derde (dat van den heer Peltenburg) op het doo- de punt bleef, omdat de stemmen daar over staakten, hoewel de heer Waller met meer goeden wil dan succes, de aanneming daarvan had aanbevolen. Tot dien aanwas van de gezeten be volking zal ongetwijfeld ook bijdragen het tot stand kómen van de electrische tram AmsterdamHaarlem. Het is wel toevallig, dat de concessievoorwaarden voor die onderneming in den Raad be handeld zijn op denzelfden dag, waar op de mededeeling over het nieuwe station van de Holl. Spoor ingekomen is. Ik zal niet beweren, dat de Holl. Spoor daarop gewacht heeft, maar het zou, menschelijkerwijze- gesproken, zeer verklaarbaar wezen, wanneer hare directie door het voortgaan van de plannen der heeren Anderheggen en Neumeijer, zich had genoopt gevoeld tot verweer tegen den naderenden con current. Ondernemingen als deze marcheeren niet zoo heel snel. Voor de heeren An derheggen en Neumeijer evenwel is de periode van de grootste zwarighe den voorbij. Alle concession zijn ver kregen, het kapitaal is aanwezig, het wachten is nu slechts op de goedkeu ring door de autoriteiten van de tech nische plannen en deze kan binnen enkele maanden worden verwacht. Is men eenmaal zoover, dan gaat de uit voering van de werken vlot genoeg en ik heb de hoop, dat wij in cle electri sche tram naar Amsterdam zullen rij den, vóórdat we twee jaar ouder zul len zijn. Misschien staat tegen dien tijd de bouw van het nieuwe spoorweg station ook wel vast. Dan zal de tijd aanbreken, waarop wij vaker, aange namer en goedkooper naar de hoofd stad zullen kunnen reizen. In afwachting daarvan durft de Raad stoute dingen doen. In de eerste plaats kende hij aan zichzelven het recht toe om de tech nische plannen van de heeren Ander heggen en Neumeijer goed te keuren, daarmee een veer uit den staart trek kende van het College van B. en W., waaraan die goedkeuring bij soortge lijke gelegenheden opgedragen was. Aan den heer Schürmann komt de eer toe, dit succesje te hebben behaald. De tweede daad van courage is deze, dat zoolang de hevige kou duurt, de kachels in het Stedelijk Museum ook 's nachts zullen doorbranden. De nachtwaker is er toch, zoo zei men, hij moet daar ook maar op letten. Ik ben niet bang voor kachels en stel vertrouwen in den waker, maar 's nachts kachels bij al die kostbare schilderijen te laten branden, getuigt van moed. De natuur zelf is er dan ook zoo van geschrikt, dat het na het Raadsbesluit van stonde aan is gaan dooien. Met deze temperatuur is de nachtstokerij overbodig. Poliliek Overzicht. I-Iet beste bewijs hoe donker er hei voor de Engelschen uitziet in Zuid-Afrika is de volgende nood kreet van een Engelsch officier in de Times" ..De waarheid is, dat wij in Zuid- Afrika lang niet genoeg troepen hebben. ,,Dit moge een zonderlinge ver klaring schijnen, maar het is de waarheid. Toen wij oprukten naar Pretoria hadden wij juist genoeg troepen om te houden wat wij ge nomen hadden. Sedert hebben wij ongeveer 800 mijlen spoorweg en een aantal steden meer ter bewa king gekregen. „Denk eens een oogenblik over wat het Engelsehe leger in Zuid- Afrika te doen heeft, en gij zult moeten toestemmen dat ik niet ver van de waarheid ben, als ik zeg, dat wij uit de rangen van het En gelsehe leger moeten voorzien in politieke organisatie van het voor loopig bestuur der beide kolonies, plaatselijke politie voor Pretoria. Johannesburg en Bloemfontein, een groot deel van den staf voor het be heer van meer dan duizend mij len spoorweg, garnizoenen voor meer dan 30 steden en dorpen, voor meer dan 40 bruggen, een lange verdedigingslinie voor den spoor weg waarvan 1800 mijlen moeten worden beveiligd en bevestigd. Hiervan is geen man over voor ac tief optreden tegen den vijand. En dan moet er nog bijgevoegd wor den dat met deze troepenmacht de driften over de Oranje-rivier moe ten bewaakt worden en de linie van versterkte posten tusschen La- dybrand en Taba'Nchu bezet." Dus ook maar weer cle roep om meer troepen, het oude liedje. Uil Calcutta wordt gemeld dat 15,000 Engelsehe soldaten, wier diensttijd1 geëindigd is. niet naar Europa worden gezonden, omdat de aflossingstroepen nog niet aan kwamen. De Regeering heeft last gegeven dien soldaten hooge pre mies aan te bieden, zoo zij in dienst willen blijvenmaar de lust is niet groot. Het effectief van het En gelsche leger in Indië is reeds 9000 minder dan de organisatie eischt. En reeds maanden geleden heeft lord Wolseley verklaard niet ver antwoordelijk te willen zijn voor dien toestand', die tot ernstige ge varen aanleiding kan geven. De toestand is zelfs zoo ernstig, dat men spreekt van een botsing tusschen lord Roberts en het de partement van oorlog te Londen. Verschillende hooggeplaatste amb tenaren aan het departement wil len hun ontslag vragen indien lord Roberts de vrije hand krijgt voor de reorganisatie van het departe ment en van het leger. Overtuigd dat het zóó niet langer gaan kan zou lord Roberts voornemens zijn den toestand te veranderen of heen te gaan; en St. John Brodrick, de nieuwe minister van oorlog, zou den opperbevelhebber steunen in zijn voornemens. Waar moeten de mannetjes nu vandaan komen Kitchener raakt met dat al lee- lijk in de klem, en 't bericht dat de „Paris Nouvelles" mededeelde, nl. dat in den Engelschen minis terraad reeds een balletje is opge gooid voor interventie, kan wel eens niet zoo ongelooflijk zijn. als het nu moge schijnen. De deskundigen meenen vrij alge meen dat de groote verdeeling in commando's, zooals aan den Dela- goa-spoorweg, toen op een reeks plaatsen tegelijk aanvallen gedaan werden, niet de rechte strijdwijze voor de Boeren is, en dat ze daar door verzwakken. Dit is zeer wel mogelijk. En juist, hechtend aan dit deskundigen-oordeel moet een bericht als nu weer door de ..Daily Mail' gepubliceerd, die uit Preto ria het bericht ontving dat, de Boe ren een convooi buit maakten van 12 wagens, onder escorte van 23 Engelschen in de nabijheid van Pihenosterkop, doen zien, hoe die kleine af deelingen met dat al over al en altijd hun slag maar weten te slaan. De officieele Engelsehe verliezen- lijst constateert, dat de Engelschen den Hen dezer een ernstig verlies hebben geleden bij Murraysburg in de Kaapkolonie (tusschen Graaff Reinet en Victoria-West). De En- gelsch-koloniale ruiters verloren kapitein Fitzherbert en vijf cavale risten aan gesneuvelden. Luitenant Fleming en vijftien manschappen zijn vewond luitentant Venables en vier man worden vermist. Buitenlandsch Nieuws. Algemeene berichten. DE OORLOG IN ZUID-AFRIKA Naar Reuters bureau te Johan nesburg verneemt is De Wet de Vaalrivier overgetrokken en heeft hii zich aangesloten bij de Trans- vaalsche commando-s. Uit nadere bijzonderheden moet blijken dat de Boeren nogal zware verliezen geleden hebben, toen zij terugtrokken na hun vergeefschen aanval op Zuurfontein en Kaalfon- tein 11. Zaterdag. Hun verlies wordt geraamd op 60 dooden en gfewcndvin Een blad in Tientsin noemt de bedragen, welke Duitschland, Rus land en Frankrijk zullen eischcn als schadeloosstelling van de Chi- neesche Regeering. Duitschland zou 36. Rusland 40 en Frankrijk 28 millioen pd. sterling eischen. Stadsnieuws HAARLEM. 17 Jan. 1901. Melkoiiderzoek in Haarlem. Onze lezers weten, dat de Ge meenteraad in zijn vorige zitting ;>i beginsel heeft goedgekeurd het ontwerpen van een verordening tot reglementatie van den verkoop van melk. Het gaat niet aan, op dit oogen blik de zaak au fond te behande len, omdat de rechtsgeleerde Com missie in den Raad met het ont werpen van de verordening bezig is. Toch achten wij een woord in 't algemeen over de zaak wel op zijn plaats. Bij Burgemeesters-en Secretaris sen van Noord-Holland is deze zaak reeds, lang geleden ter sprake ge bracht. In hunne, door onzen Bur gemeester gepresideerde, bijeen komst van 6 Maart 1899 werd de heer C. D. Donath, Secretaris der ge meente Alkmaar, uitgenoodigd de zaak te onderzoeken en den ISden Juni jl. hield deze daarover in het zelfde College een rede, die. thans in druk verschenen is. Hij wijst in dit betoog allereerst op het feit, dat uitgebreide typhus- epidemieën, ook roodvonk, diphte- ritis en cholera zijn ontstaan of verspreid! door geïnfecteerde melk. Het is daarom een wijs beleid van de .gemeentebesturen te noemen, dal zij zooveel mogelijk zorg heb ben vedragen voor het algemeen verkrijgbaar stellen van goed drinkwater, maar die zorg wordt voor een groot gedeelte te niet ge daan door het ongecontroleerde bedrijf van den melkslijter. Aan de overheid dan ook de taak, om te_ trachten, de vele nadeelen die ui't het gebruik van slechte melk kunnen voortvloeien, op te heffen. Een eigenaardigheid van melk met hare zeer wisselende samen stelling is, dat zij tot zekere hoogte vervalscht worden kan. zonder dat de vervalsching als een feit in rech ten kan worden geconstateerd. Hij, die de melk verkoopt of aflevert is niel noodzakelijk tevens de ver- valscher. Daarom kan, naar de schrijver betoogt, cle strafrechter weinig tegen de melkvervalsching doen en is het beter de zaak bij politie-verordening te regelen. Des heeren Donaths ideaal is daarbij een gemeentelijke melkin richting. waar uitsluitend goedge keurde melk wordt afgeleverd en die derhalve ook een keuring van het melkvee meebrengt. De melkslijters zeiven hebben nog niet geldaagd, zij meenen waarschijnlijk, dat dit vroeg ge noeg zal wezen als eenmaal een ontwerp-verordening is opgemaakt en men precies weten zal, w a t de rechtsgeleerde Commissie ver langt. In den Raad evenwel is al geprotesteerd tegen de belemme ring van de persoonlijke handels vrijheid en beweerd, dat het. niet op den weg ligt van de overheid, om zich daarmee in te laten en het staat te voorzien, dat- men bij latere discussiën dit argument zwaar zal willen laten wegen. De heer Do nath, overtuigd voorstander van melkcontröle als hij is, heeft dat niettemin wel begrepen en getracht het argument te weerleggen. Hij zegt er namelijk het volgende van ..Zou men in het algemeen wel licht mogen aannemen, dat de ver bruiker de meest bevoegde beoor- deelaar is van de waar die hij koopl en dat hij in 't algemeen door zijn eigen schranderheid vol doende tegen bedrog beschermd wordt met melk is het een ge heel andere zaak, omdat bij de hoedanigheid van dit artikel zoo buitengewoon veel voor. de maat schappij op het spel staat; omdat hei Le -Ren. van de noedanigheid dier waar zoo buitengemeen moei lijk is. waardoor de verbruiker ietieren dag gevaar loopt te worden bedrogen en in dubbelen zin be nadeeld; omdat, indien de over heid do burgers ontlast van de moeite, den last, het tijdverlies en dc kosten van onderzoek, het open baar belang en het algemeen nut het beste verzekerd zijn." Wij veronderstellen dat noch ons dagelijksch bestuur noch de rechts geleerde Commissie voorstellen zul len doen tot oprichting van een ge meentelijke melkinrichting, zooals de heer Donath die wenscht. Wel zullen zij het terrein willen over zien en daartoe zal noodig wezen, dal ieder die zich met den melk- verkoop wil gaan bezighouden, daartoe de toestemming vraagt van B. en W. Op deze wijze heeft het Gemeentebestuur althans een over zicht van hen die zich daarmee bezighouden en kan oo ongezette tijden op hunne waar controle doen uitoefenen zonder groote kosten voor een gemeentelijken keurings dienst. In Rotterdam, waar trouwens een volledige keuringsdienst bestaat werden in 1S98 34 processen ver baal opgemaakt wegens melkver valsching. Dei straffen, die de over treders daarvoor beliepen waren boeten van 3.tot 5.op zich zelf zeker niet groot genoeg om vervalschers af te schrikken, maar indirect zeer nadeelig. omdat aan de vervolging noodwendig zekere publiciteit gepaard gaat die het pu- bliek aanspoort tot voorzichtigheid F«Milieton. m Vindt gij niet dat zij er slecht uitziet, moeder? Ellendig I Er is zeker iets verschrikke lijks tusschen haar en den ouden vrek voorgevallen. Ik hoop dat zij niel het onderspit heeft behoeven te delven Daar is Claude het meisje niet naar. Wat! Onze kleine, bedaarde Claude Ja, onze arme kleine Claude! Zal papa niet schrikken als hii haar ongelukkig gezichtje- ziet? Ze zal er met de lunch beter uil zien. Vader is naar Whiteley en zal niet voor één uur terug zijn. Als ik dat geweten had zou ik hem gevraagd hebben nog wat blauwe züde en gouddraad meê te breneen. Lieve Kate, maak niet al je geld op voor dien schoorsteen. Dat doe ik heusch niet. Gij weet dat ik een aardig sommetje bespaard heb voor dat ik hier kwam, en ik mag met mijn spaar penningen doen wat ik wil. Ik hoop maar dat er geen on herstelbare breuk tusschen Claude en haar vader is ontstaan, zeide mevrouw Selley, haai' courant op nemend. Hij kan haar zijn macht doen gevoelen als hij wil. Ik zou mij de haren uit het hoofd trekken als hij haar onterfde en daartoe is hij best in staat-. Wat een verstokt oud zondaar! riep Kate terwijl zij de anderen na liep. De drie jonge meisjes vonden het heerlijk weer eens bij elkaar te zijn. zij hadden elkaar zooveel te vertellen en massa's plannen te maken Wij gaan morgenavond naar een werkelijk bal, zeide Janet, toen zij Claude van een stofdoek voorzien had; en alle drie vlijtig be zig waren om den wintertuin ver der op orde te brengen. Je moet onze nieuwe japonnen eens zien. De mijne is nieuw of tenminste bijna nieuw, en die van Kate is zoo keurig veranderd. Het is haar witte met de wilde roosjes. Hoe heerlijk! Waar gaan je lui heen? Je hebt generaal Bolton en zijn jonge vrouw te Dresden nog wel gekend. Welnu, die wonen nu in Inverness Terrace; ei1 wordt een partij voor kinderen en jonge lui gegeven, en daar gaan wij heen. Ik wildé dat gij ook meê kondt gaan, Claude, zeide Kate. „Maar het is alles zoo gauw in zijn werk gegaan. Vader ontmoette den generaal een paar dagen geleden en toen kwam mevrouw ons invi te eren. Ik zou toch niet hebben kun nen gaan, al was ik sevraagd. Kate. Ik bezit niels dan mijn oude rose japon en daar ben ik eigenlijk ge heel uitgegroeid, en de arme Clau de was blij dat zij met haar rug naar haar nichtjes toestond, be denkend hoe weinig zij tegenwoor dig om dergelijke feestje,s gaf. Haar nichtjes waren te zeer in hun bezigheden verdiept om op haar te letten. Het is werkelijk een schande, zooals Tom terecht zegt, zeide Ka- te, „dat gij zoo krar wordt gehou den. Je bent te zacht, en te mee gaand, Claude. Als jouw vader de mijne waswel... ik, ik zou werkelijk niet weten wat ik moest beginnen. Wel, zoo denk ik er ook over, Kate, antwoordde Claude. Eerst wordt er muziek ge maakt en dan gedanst, zeide Janet, die vol was van het feest. ..Kate en ik zullen een duet zingen en zij is erg zenuwachtig, zegt zij, maar ik geloof er niets van. Dank je, antwoordde Kato lachend. Toen na even nagedacht te hebben, voegde zij er aan toe Het zal mij verwonderen neen ik denk niet dat hij het doen zal. Waarover heb je 't? zeide Janet. O! niets; het zou alleen erg gezellig zijn als Sir Philip Bran don ook kwam, maar ik denk 't niet. Neen. zeide Janet, beslist. „Hii is een man van deftige familie en beweegt zich alleen in zeer aristo cratische kringen, zegt kapitein O'Hara. Welnu, generaal Bolton is een zeer gedistingueerd man. Jawel, maar op een andere manier. Wel Janet, waar heb je dat verschil geleerd? vroeg Claude. Je varens doen het goed' en ik denk dat je een mooie verzameling hyacinthen zult krijgen. Ik wilde dat wij ook een wintertuin hadden maarZij zweeg plotseling. zich bedenkend dat zij misschien nooit weêr in haars vaders huis zou te rug keeren. Ik wilde dat je weêr hij ons woondet, Claude, zeide Kate, ge troffen door de melancholie in de houding en stem van haar nichtje, en haar ann hartelijk door den hare trekkend, voegde zij er aan toe Kom. het ziet er hier nu wel netjes uit; nu moet gi.i ons duet eens hooren. Tebbets hield trouw haar woord en zond Claude's japon zoodat al les op lijd in orde vvas. Het gezelschap vertrok in een opgeruimde stemming, zeer be nieuwd naar hetgeen hen wachtte. Naar dé komedie gaan is een zeei ernstige onderneming in En geland, zeide mevrouw Selley, ter wijl zij naar Drury Lane sukkelden. „Het is geen alledaagsch amuse ment, anders zouden de menschen zoo'n tocht wel vereenvoudigen. Denk eens aan, het vervelend toi let maken, de kosten van een cab en die van de plaatsen. Jc moet niet denken dat je dikwijls zuil gaan meisjes, of je moet met den omnibus tevreden zijn. O! het kan mij niel schelen ah ik vader maar bij mij heb. Maar het is heerlijk dat. Sir Philip een loge voor ons gereserveerd heeft. Ik wilde dat Tom ook meê kon gaan. Dan zou er één le veel geweest zijn. zeide mevrouw Selley. „Ik wilde dat wij maar wat vlugger reden. Vader zal anders zoo lang moeten wachten. Zij waren nog al vroeg; de pracht en omvang van he4 göö.ouw wekten hun bewondering op en de bin nenkomst van verschillende men schen hield hen aangenaam bezig. Eindelijk werd het scherm opge haald en toen vergaten zij alles be halve de voorstelling. De prachtige decoraties en de costumes brachten hen in verruk king, maar behalve de aardige bal-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1901 | | pagina 1