Tweede Blad,
Koning Mammon.
behoorende bij
„Haarlem'* Dagblad"
van
Diasdag 19 Fehr. 1901.
Mo. 6411
Stadsnieuws.
AATdrijküknnde van Neder
land.
De heer J. B. A. Saeija trad Zater
dagavond als spreker op in de verga
dering der afd. II van het N. O. G.,
met het onderwerp: ,,Het onderw. in de
Aardrijkskunde van Nederland." Wan
neer men met de leerlingen de woon
plaats en de naaste omgeving behan
deld heeft, zeide spr., gaat men over
tot het voor hen onbekende. De sprong
tot een kaart van geheel Nederland is
te groot, daarom gebruikt men als tus-
schentrap een kaart van eene provin
cie. Spreker keurt het gebruik van zulk
eene kaart af. In de eerste plaats toch
is een provincie zooals bijv. Noord-
Holland, geen natuurlijk geheel, waar
door op zulk een kaart waterwegen,
spoorlijnen, waterschappen, ent., wil
lekeurig doorgeknipt worden en in de
tweede plaats krijgen de leerlingen
een verkeerd denkbeeld van provinciale
grenzen. Deze mogen vroeger tijd eene
groote beteekenis gehad hebben, thans
hebben zij slechts administratieve
waarde bij indeeling der gemeenten,
kiesdistricten, enz. Om genoemde en
andere redenen gebruikte spreker al
geruimen tijd bij zijn onderwijs in de
aardrijkskunde een kaart van het ge-
heele I-Iollandsch-Utrechtsche polder
land, dat een natuurlijk en hoogst
eigeuaardig geheel vormt en scherp te
genover de andere Nederlandsche
landschappen staat. Op verzoek van
vele leerlingen heeft spr. die kaart la
ten uitgeven. Thans volgde een verkla
ring van de werkelijk fraaie én zeer
sprekende kaart.
De drie grondsoorten, zand, veen en
klei zijn door frissche kleuren van el
kaar onderscheiden. De waterwegen
zijn blauw gekleurd en zijn des te dik
ker geteekend naarmate zij belangrij
ker zijn. Cijfers geven de hoogte van
den waterstand, en de talrijke duide
lijk aangegeven sluizen gtven ons een
juist idee van het verschillend peil der
onderscheidene boezems en tevens van
de bezwaren voor de scheepvaart in
dit deel van ons vaderland. Alleen in
het Merwedekanaal zijn zes sluizen.
Geen wonder dat dit werk alleen meer
dan 20 millioen gulden kostte. Duide
lijke zwarte lijnen wijzen de dijken
aan, terwijl cijfers de hoogte van eb
en vloed aangeven, wat van het groot
ste belang is met het oog op de water-
"loozing. Spoorwegen tn trams zijn rood
gekleurd, evenals de steden en dorpen.
De kaart geeft een juist en helder beeld
van dit voornaamste deel van ons va
derland. Wij twijfelen dan ook niet,
of velen zullen zich deze kaart aan
schaffen. Den heer Saeijs zij met zijn
fraai werk veel succes toegewenscht.
Wanneer dit deel der aardrijkskun
de is afgehandeld, volgt de kaart van
Nederland. Ook hier weer gaat men
zooveel mogelijk van het bekende uit.
Zoo worden in de eerste plaats de ver
schillende grondsoorten in ons land
aangewezen. Spreker gaf een overzicht
van de zandgronden in Drente, Over-
ijsel, Gelderland, Noord-Brabant en
Limburg. Overal dezelfde producten,
dezelfde bezigheden; een arme, maar
tevreden bevolking, die van den schra
len grond haalt, wat er te halen is.
Itogge-, boekweit- en aardappelvelden
bij de dorpen, verder heidevelden met
ner en daar mastbosschen en akker
maalshout ziedaar de stoffage van het,
landschep. Op dezelfde wijze werden
■le vemigrmden en de rijke kleistreken
van Nederland behandeld.
Bij de wegen in het polderland slui
ten aan de groote verkeerswegen door
geheel Nederland en de verbindingen
met het Buitenland.
Men make den leerlingen duidelijk
de groote beteekenis der groote rivie
ren en wijze op het verschil in water
stand van Rijn en Maas. De Rijn. die
's zomers gevoed wordt door het smelt
water der Zwitschersche gletschers,
blijft 's zomers bevaarbaar, terwijl de
Maas. die van het regenwater alleen
afhankelijk is, in dat jaargetijde wa-
terarmoede lijdt. Bovendien is het ver
val van de Maas tusschen Maastricht
en Venloo zeer groot, wat ook <le -
I1 It 1 11 l u u.
45)
Laat het verledene u niet ver
hinderen, een schitterende toekomst
tegemoet te gaan. Ik kan niets voor
u zijn ik heb noch macht, noch
fortuin om 11 aan te bieden en mijn
hart is ook niet meer vrij.
Je hart niet meer vrij riep
zij doodsbleek uit, terwijl zij haar
hand terugtrok. Mi in God,
Ralph, aan wie heb je het dan ge
schonken
Vraag er mij niet meer naar.
Ik weet dat uwe bedoeling goed is.
U wilt het leed dat u mij aange
daan hebt, weer goedmaken. Ik
was wanhopig het kwam mij
wreed voor u te moeten verliezen
maar wat voorbij is moeten wij
vergeten Ik ben niet erg gelukkig
laat mij alleen mijn weg door
het leven banen, en onthoud mij
niet uw vriendschap.
Lady Elmslie ging, met flikke
rende gogen een pas achteruit
vaarbaarheid niet bevordert. Daarom
werd de Willemsvaart gegraven.
Bij de bespreking der rivieren bren-
ge men allerlei juiste begrippen van
dijken, uiterwaarden, overlaten, krib
ben, enz. aan. Men wijze op het ge
vaar voor overstrooming en de ellen
dige gevolgen van zulk een ramp.
Bij de groote verkeerswegen, zoowel
de waterwegen als de spoorlijnen en
de voorname tramlijnen worden de
steden en dorpen geleerd.
Ten slotte bespreke men nog met ae
leerlingen de middelen van bestaan
der bevolking; waar landbouw, vee
teelt, industrie of handel den hoofdrol
speelt, en waarom. Met oudere leerlin
gen kan men dan nog het klimaat van
Nederland bespreken, dat een onderdeel
vormt van het klimaat van geheel
West-Europa en den verst gevorderden
leerlingen zou men nog een overzicht
kunnen geven van de wordingsgeschie
denis van den bodem van ons vader-
land.
De warme improvisatie van den heer
Saeijs werd met de grootste aandacht
gevolgd. Een aangenaam debat ont
spon zich en verschillende vragen en
opmerkingen werden door den inlei
der beantwoord.
't Was een aangename en leerzame
avond en ieder der aanwezigen stemde
dan ook met den voorzitter, den heer
Prins, in, toen deze den heer Saeijs
in hartelijke bewoordingen dank zeg
de voor zijne leerzame voordracht.
Binnenland.
Naar men verneemt is H. M. die
Koningin voornemens, den leden
van de Staten-Generaal op Donder
dag 7 Maart te Amsterdam de door
beide lichamen aangevraagde
audientiën te verleen en en des
avonds de Kamers aan een diner
ten paled ze te vereenigen.
Militie-wet
Ingediend door de Regeering hij de
Tweede Kamer is eene tweede Nota van
wijzingin op het ontwerp, houdende
nadere wijziging en aanvulling van de
wet betrekkelijk de Nationale Militie en
van daarmede in verband staande
wetten.
Een aanvulling wordt hierbij voor
gesteld om te voorzien in het geval dat
bij de militie ingelijfden, wegens inlij
ving van anderen vroeger ontslagen,
opnieuw worden ingelijfd, als wanneer
de billijkheid meebrengt dat de krach
tens de vroegere inlijving reeds vervul
de diensttijd in vermindering wordt
gebracht. Voorts wordt mogelijk ge
maakt den duur der verbintenis bene
den 6 jaar te bepalen voor hen die voor
de militie ingeschreven en voor hen
die daarbij ingelijfd zijn, door den ge
noemden termijn voor de vrijwillige
verbintenis te doen vervallen. Andere
aanvullingen strekken om vrijstelling
wegens eigen militairen dienst te voor
komen, wanneer de" "verbintenis voor
minder dan 5 jaar aangegane vrijwilli-
te voorkomen de toepassing van art.
48 der militiewet op een loteling als ge
volg van een door zijn broeder vooï'
minder dan jaar aangegane vrijwilli
ge dienstverbintenis. Voorts wordt aan
bij de militie te land ingelijfden ver
gund na volbrachten oefeningstijd voor
den door den minister van oorlog be
paalden tijd onder dienst te blijven;
in art. 127 ontheffing voor minder dan
1 jaar mogelijk gemaakt en de redac
tie van art. 161, nu de inschrijvingsre
gisters voor de militie op 31 Augustus
van 't jaar voor goed zullen gesloten
worden, gewijzigd.
Neierl. verpleegsters naai
Zui a-Afrika
Mevrouw Wazklewicz heeftde bemid
deling van mrs. Leonard Courtney in
geroepen om verlof te krijgen pleeg
zusters naar de vrouwenkampen in
Zuid-Afrika te zenden.
Mrs. Courtny zond. haar nu den vol
genden brief, gericht aan Thomas Co
chrane, M. P., gedateerd: Ministerie
van oorlog, 8 Februari 1901.
Ik heb mrs. Courtney's brief aan den
chef getoond. Hij ziet er niet het min
ste bezwaar in dat Hollandsche pleeg
zusters worden gezonden en zal de
noodige maatregelen nemen dat zij tot
de verschillende vrouwenkampen in
Z.~A. worden toegelaten.
(w. g.) STANLEY.
Mrs. Courtney schrijft er bij: ..De.
,,chef" waarvan hier sprake is, is de
Commanderin Chief, zoodat er nu geen
bezwaar zal zijn om uwe pleegzusters
t laten vertrekken. De schrijver Lord
Ralph, riep zij uit, je kunt
mij niet bedriegen je hebt Claude
Tracey lief, en zD zal mij wreken.
Zij kan niet vergeten dat je haar
uit geldzucht ten huwelijk hebt ge
vraagd. Met haar weinige onder
vinding is zij nog romantisch als
een bakvischje, en zii weet niet,
zooals ik, wat er noodig is om te
kunnen leven. Zij zal jou nooit
liefhebben.
Waarschijnlijk niet. hernam
Brandon koel, terwijl hij verrees
en tegenover haar ging staan.
Maar ik zie niet in wat d!at
hiermee te maken heeft .Waarom
zoudt gij willen dat ik wraak on
dervond Ik heb u nooit kwaad ge
daan? Het is uwer niet waardig,,
u die zoo verstandig zijt, om u zóó
door verbeelding te laten verblin-
den.
Ik ben niet verblind. Ik weet
wat ik wil, ik ben ellendig Ik kan
de woorden niet terugroepen die,
ik weet dat mij vernederen. Denk
je nooit meer eens aan dien geluk
kigen tijd, toen ik alles voor jè was? j
Zou ik dat niet weer kunnen wor-1
den in de toekomst, nu dat ik de
middelen heb om je te helpen, en
het zoo innig wensch? Maar
Stanley is aan het Ministerie van Oor
log verbonden. Miss Hobhouse is naar
Z.-A. gegaan met voedingsmiddelen en
kleederen, die wij bijeengebracht heb
ben, en is nu in Bloemfontein. Zij helpt
alleen, die in den nood zijn, zonder
oderscbeid te maken in nationaliteit
of politieke richting."
Mevrouw Waszklewicz heeft van de
Vereeniging Nederland en Oranje te
Berlijn eene eerste zending van f 1200
voor het uitzenden van pleegzusters
onvangen.
Een huldeblijk.
Eenige maanden geleden werd op
't Loo uit ambtenaren, officianten, be
dienden en verder personeel van het
Departement der Intendance en het
Koninklijk Jachtdepartement eene
commissie samengesteld voor het aan
bieden van een huldeblijk aan IJ. M.
en Hertog Hendrik. Het eere-lidmaat-
schap werd aan den intendant van het
Loo aangeboden en de heeren H. W.
Bontzen en A. Bouwmeester werden ge
kozen tot voorzitter en secretaris-pen
ningmeester.
Op voorstel van een der leden werd
besloten een zestal gedenkramen te
plaatsen in de Hofkapel van het Paleis,
terwijl ieder raam versierd zoude zijn
met- een medaillon met tekst van in
goud gebrande letters.
Een door de firma J. E. Kouwenho-
ven en Zoon te Delft ingezonden ont
werp werd, nadat Harer Majesteits
goedkeuring was verkregen, gekozen
en aan die firma de vervaardiging op
gedragen. De gedenkramen zijn in go-
thischen stijl opgetrokken.
Met het huldeblijk werd Woensdag
een oorkonde aan het Hooge Echtpaar
aangeboden, waarvoor zich de com
missie had vereenigd in de Hofkapel
op 't Loo. De heer Bontzen bood met
een paar gepaste woorden het prach
tige geschenk aan en H. M. de Koning
in en de Prins-Gemaa.l betuigden daar
voor hunnen hartelijken dank. Onder
de tonen van het Oude Wilhelmus ver
liet het Koninklijk Echtpaar de Hof
kapel.
Men schrijft ons
De Druivenborstlionig uit de fabriek
van H. J. Koers te Zutphen en Emme
rik is bereid uit zuivere, natuurlijke
grondstoffen.
Zij is voor ieder gestel en leeftijd aan
te bevelen, als het meest geneeskrach
tig en heilzaam middel tegen hoesten,
heeschheid, bezetting op de borst en
verdere onheilen, uit gevatte koude of
slechte borst voortvloeiende.
Niettegenstaande de vele middelen,
welke tegen hoest en borstkwalen wor
den aanbevolen, is deze Druivenborst-
honig, zoo niet het eenige. dan toch
voorzeker het best afdoend middel,
waarbij voor bovengenoemde kwalen
baat wordt gevonden.
Boven dit alles is deze Druivenborst
lionig bijzonder aan te bevelen tot juce
bij tiet dessert en geeft tevens aan alle
gerechten een veel heerlijker smaak
dan suiker. Verkrijgbaar bij alle voor
name Drogisten en Comestib 1 esliaiide-
laren, in flacons van f 0.40. f 0.75 en f 1.
Men lette er vooral op, dat alle fla
cons voorzien zijn van capsule met
druiventros, terwijl op het étiquet het
roode kruis met druiventros, alsmede
de naam van den fabrikant moet voor
komen.
A.oad eximens.
Utrecht. Cand. theol. 2, de heer C. P.
Böorsma. prop. theol., de heer J. J. van
de Polbevorderd tot arts, de heer Pb.
L. Taminiau.
Amsterdam. Bevorderd tot arts
de heeren A. P. Gloud'emans geb.
te Sovabaya J. H. van Geijt geb.
te N i eu w er- Am stelen geslaagd
voor hst eerste eedeelte de heeren
N, van der Koogh eh K. H. Bou-
man.
Li et ol and sell- Afrikaanscb
element in uid-*f'ika
Onlangs is eene vereeniging opge
richt onder den naam Vereeniging
tot handhaving van het Hollandsch-
Afrikaansch elementtin Zuid-Afrika,"
met het doel „de aandacht van de Hol
landsche gelbeleggers over de wereld
te vestigen op de enorme voordeelen
en het groote belang, welke de Hol
landsche stam er bij heeft om te zor
gen, dat: a. het grondbezit in Zuid-
\frika voor het IIoil.-Afrik, element
aldaar behoude blijve cn niet als gevolg
van den thans gevoerd wordenden ooi -
g in vreemd bezit overga: b. de
plotseling het wanhopige van haar
smeeken inziende Ik verspil
maar woördlen, ik kruip in het stof
voor niets. Je bent van mij ge
gaan tot één die je niet waardeert.
Zoo gaat het in de wereldZij
verborg het gelaat in d'e handen,
en wierp zich op een' stoel neer.
U moet niet zoo hard oordee»-
len. Lady Elmslie. U doet er mij
groot verdriet mee. Onthoud wel,,
dat ik niet gezegd' heb dat uw ver
moeden juist was. Ik ben heeie»
maal niet verplicht te bekennen
wat mij aldus doet handelen. Over
een jaartje, zult ongetwijfeld mii
dankbaar zijn, dat ik van uwe
edelmoedigheid geen partij heb ge
trokken, wanneer u anderen ont
moet die u veel meer waardig zijn
dan ik, d:ie met hart e-n ziel zic-h
aan u kunnen geven. Vergeet deze
tijdelijke halluc.ina.tie, en word
weer de oude. U kunt overtuigd
zijn, dat ik het gebeurde spoedig
vergeten zal. en ik zal u nooit an
ders beschouwen dan als een" op
rechte vriendin
Zwijg, zei Lady Elmslie op
harden toon. Spot niet met mij
ik hield van je zelfs toon ik van je
heenging nog houd' ik van je, en
Holl.-Afrik, bevolking in Zuid-Afrika
in staat gesteld worde haar landbouw
bedrijf op die gronden weder aan te
vangen en voort te zetten; c. in Zuid-
Afrika de Holl. Afrik, handel en nij
verheid de plaats innemen van de
Engelsche".
De vereeniging bestaat uit Holland
sche Afrikaners, welke slechts tijdelijk
in Nederland vertoeven; de heeren
Janson, Schutte, Boersma en Posthu
mus Meyjes zijn thans bestuursleden.
Een aantal Hollandsche Afrikaan-
ders, die leden der nieuwe vereeniging
zijn, hebben in een groot gedicht dat
aan onze Koningin zal worden aange
boden, hun eerbied voor de Vorstin en
haar Gemaal neergelegd. De laatste
coupletten luiden:
„Ontvang, Vorst en Vorstinne, een
reeks van zegeningen
Van Hem, die 't al regeert en die U,
vroeg en spa,
Met de bescherming van Zijn Almagt
moge omringen
Tot heil van 't Hollandsch volk, ook
in Zuid-Afrika!
Och, dat Uw vriend'lijk hart in liefde
ook blijv' gedenken
Ons lief Zuid-Afrika,
Gij 't felbestreden volk Uw hulpe en
troost blijv' schenken
Het ga dan hoe het ga.
't Zij als verwïnnaar straks of stervende
op de velden
Van 't dood Zuid-Afrika,
De laatste be. zal zijn der laatsten van
die helden:
Voor Neêrlands Vrouw: gena!"
Letteren en Kunst.
Bij de firma W. E. J. Tjeenk Wil
link te Zwolle is verschenen no. 2 van
Schuurman's editie der Ned. Staats
wetten, behelzende de Kieswet, bijge
werkt tot Februari 1901 door den heer
P. II. Jordens, hoofdcommies ter Prof.
griffie van Overijssel.
Na de wetsartikelen met ophelde
rende noten volgen tabellen, die be
trekking hebben op de kiesgerechtig-
heid in verband met art. 1 en 2. der
kieswet, de verdeeling in kiesdistric
ten, verschillende bijlagen, modellen
van invulling der aangifte, stembiljet
ten, enz. enz.
Het is een hoogst practisc'h boekje,
zeer gemakkelijk en duidelijk en voor
al aanbevelenswaard voor besturen
van kiesvereenigingen, kiesrechtco
mité's etc.
Ten einde het publiek meer bekend
tc maken met liet vivisectie-vraagstuk
en de daarbij van verschillende zijden
aangevoerde overwegingen, verzamel
de de Ned. Bond tot bestrijding der
vivgectie eenige artikelen en ingezon
den stukken, zoowel van voorstanders
der vivisectie als van gedeeltelijke eu
volstrekte tegenstanders, welke in No
vember en December 1900 in „De Tele
graaf" zijn gepubliceerd.
De Bond heeft het overeenkomstig
de goede trouw ten opzichte zijner te
genstanders geacht, ten gunste der vi
visectie alleen de artikelen van medi
ci op te nemen, terwijl in een slotwoord
enkele betwiste punten beantwoord en
het standpunt der anti-vivisectio-
nisten zoo mogelijk nog verduidelijkt
wordt.
Deze brochure bevat dan artikelen
van Dr. Wenidly, Dr. Hk. de Vries,
Dr. Luchtmans, met antwoorden van
den heer F. L. Ortt en een slotwoord
van dezen laatsten schrijver, voorzit
ter van den bond.
Uit het slotwoord van den heer Ortt
citeeren wij het volgende:
„Als vegetariër zal ik geen vleesch
eten, maar als ik slechts de keus heb
tusschen verhongeren of vleesch-eten,
dan zal ik dit laatste uil. ovennacht
hoogstwaarschijnlijk wèl doen.
Als in doodsgevaar de eenige dokter
die te krijgen is. zegt dat hij slechts
in één middel heil ziet, dan zal ik als
anti-vivisectionist niemand veroordee-
!?n. die de verantwoordelijkheid der
behandeling aan den dokter overlaat.
Om zeker te weten wat ik zelf zou doen,
zou ik in 't geval verkeerd moeten heb
ben. Zeer zeker zou ik ernstig en drin
gend den dokter vragen, of hij van
geen enkel ander middel buiten se
rum-inspuitingen heil verwachtte.Doch
als 't antwoord beslist ontkennend luid
de en als de man van het vak bij mijne
voortdurende weigering mij verant
woordelijk zou stellen voor den dood
van mijn kind ja, dan zou ik me
waarschijnlijk erbij neerleggen, en
mijn toestemming beschouwen als af-
«redwonsen door overmacht.,
jij hebt je hart geschonken aair
dlat koude ongevoelige kind, dat
veel meer wereld'sch is dan ik 1 Z-'
voelt zic.h aangetrokken tot dien
liqht.zinnigen vroolijken Philip
Brandon, maar nog meer, tot zijn
ongelukkig titeltje z" verbeeldt
zich, dat hij zich op een afstand
houdt omd.at hij te veel eergevoel
bezit om te zoeken wat hij behoeft,
te weten.een vrouw met geld
eerst lacht ze om jou, omdat je haar
ten huwelijk hebt gevraagd en met
een bekend hebt wat je beweegre
denen daartoe v/aren. terwijl ze
toch weêr rekent op je edelmoedig
heid en hoo'^ dat je haar het for
tuin zult schenken, dat zij dan Phi
lip zou ter hand kunnen stellen.
Je moet wel bedenken dat zii bij
zonder vertrouwelijk met mij is.
Jij kent haar niet zooals ik geen
man kan ooit een koude gereser
veerde vrouw doorgronden, als
ze iemand lief kan hebben, dan
heeft zij Philip Brandon lief.
Welnu, als ze van elkaar hou
den. zal ik me niet tegen hun hu
welijk verzetten Claude zou een
slechtere keuzo kunnen doen. Zoo
als u zegt, is 't nog al moeilijk om
een gereserveerde vrouw te door-.
En werd mijn kind behouden, dan
zou ik niet dankbaar juichen over het
nut van vivisectie en serum-therapie,
maar het blijven betreuren dat er geen
ander kundig arts, bv. uit de school
van Winternitz, bij de hand geweest
was, wien ik met gerust geweten de
behandeling had kunnen toevertrou
wen; en ik zou hopen dat de Hoogste
Liefdemacht, in Wiens oog de vivisec
tie een gruwel moet zijn, het mij niet
als schuld zal toerekenen, dat ik in
dat oogenblik van angst en wan
hoop over 't leven van mijn kind klein-
geloovig was, zonder kracht om te
handelen volgens mijn overtuiging
van wat goed is.
Maar of ik zwak ben of beginselvast
ik zal blijven protesteeren tegen een
geneeskundige school, die ongeoorloof
de middelen bezigt ter bereiking van
haar doel; ik zal blijven pleiten voor
een leerstoel in hydro therapie en ande
re anti-vivisectionistische richtingen
aan onze universiteiten, opdat artsen,
die zich vrij houden van vivisectie en
hare gevolgen, meer in ieders bereik
komen; ik zal blijven ijveren voor ver
breiding van hygiënische begrippen en
natuurlijke leefwijze, opdat het gevaar
voor diphterie en croup verminderd
worde en men er evenals Dr. Lucht-
mans lachend de schouders mag
ophalen, mijn overtuiging van
hetgeen goed is, zal niet aan
't. wankelen worden gebracht door
't feit dat het ons, zwakke menschen,
in onze achterlijke samenleving soms
moeielijk of onmogelijk is ten volle
goed te zijn.
Van „Het Land van Ivruger en Steyn"
door J. N. van Hesteren is verschenen
aflevering 20 en 21. Tal van afbeeldin
gen, o. a, van Transvalers en Vrij sta
ters, van de staatsmodelschool te Pre
toria, gymnasium te Pretoria, sanato
rium bij Kaapstad, voorts gezichten
op Ladysmith, op Est.C^-urt, op den
vuurtoren en pyramide te Port-Eliza-
beth, enz. veraangenamn dit prettig
geschreven boekwerk.
Wij bleven tot nog toe in gebreke aan
te kondigen de afl. 1 en 2 van het nieu
we werk van den heer Domela Nieu-
wenhuis: „De geschiedenis van het
socialisme".
„Toen ik het socialisme in Neder
land, zoo al niet voor het eerst het
zou onbillijk zijn den tijd der oude
Internationale weg te doen, als ware
hij er niet geweest dan toch op nieuw
binnenleidde, toen begreep ik hoe moei
lijk het voor mij zou zijn zegt de
schrijver in zijn voorwoord om
schior alleen tegenover een geheele we
reld, in het publiek optredende en dus
het bekijk van allen hebbende, mijn
standpunt te kunnen handhaven.
Ik gevoelde toen, hoe het noodig was
om in het strijdperk tredende, gewa
pend te zijn met de volle wapenrusting
der wetenschap, zooals Lassalle het
eens uitdrukte en dus eiken stoot van
zijn tegegpjartijder te kunnen afwach
ten zondërt vrè^s, .om uit het zadel te
wnrdeïTgêVvófpenL "En" vóórdat, ik het
dus waagde om in het publick op te
treden, had ik mij in stilte voorbereid.
Elkeen die een grootsche taak aan
vaardt, zal goed doen zich veertig da
gen lang af te zonderen in de woestijn,
d. w. z. zich eerst voorbereiden. Wel
nu, dat deed ik en ik verdiepte mij in
de werken onzer groote voox-gangers
en verzamelde van alle zijden bouw
stoffen. Eerst daarna trad ik op. Dit
heeft het mij mogelijk gemaakt een
werk als het gegevene samen te stel
len, want men zal toch zeker wel le
vendig begrijpen, dat het mij, te mid
den van den strijd staande, onmogelijk
zou zijn geweest nu een dergelijk werk
te vervaardigen. Ik had echter mijn
bouwmateriaal bijeen, ik had het
slechts tc ordenen en te schikken."
Dit werk zal verschijnen in 2 deelen
beslaande ongeveer 60 70 vel druks
12 1/2 ct. en tal van portretten be
vatten.
Deze eci-ste afleveringen geven een
afbeelding van Mozes, naar hel beeld
van den wetgever, voorkomlnd op den
Mozesput te Dyon, uitgevoerd tus-
scheix 1395 en 1401 door Claus Sluier.
Verder zullen onder de portretten,
naar kunstwerkexx, zeldzame afbeeldin
gen enz. gereproduceerd, nog voorko
men: Busten van Plato, Jezus, Tho
mas Morus, Campanella,Thomas Mün-
zer, Jan van Leiden; Fourier, Robert
Owen, Fichte, Carlyle, Paus Leo XIII,
Kardinaal Manning, Lassalle, Engels,
Marx, Proudhon, Liebkneeht, Bebel,
Elisée Reclus, Bakounin, Kropotkin,
generaal Booth, Jaurès, Guesde, Wil
liam Morris, Ruskin, Tolstoy, Spen
cer e. a.
gronden, en ik moest u daarom
dankbaar zijn. voor uwe inlichtin
gen door mij hare confidenties m.ee
te deelen. om niet te snreken van
verraden.
Hij kon niet nalaten haar dezen
steek te geven, terwijl hij haar
strak aankeek.
Laat mij alleen, riep Ladly
Elmslie, terwijl ze opstond met
flikkerende oogen, haar gelaat
bleek van woede. Meer kan ik
niet verdragen verzin een excuus
om moi-gen hier van daan te gaan.
Ik hoop je nooit meer terug te zien.
Brandon nam ziin hoed maakte
een diepe buiging en verliet zwij
gend de kamer. Hij was zeer ver
stoord. Daar hij natuurlijk liefst
wilde vermijden iemand te ontmoe
ten vóór hij zijn gedachen bij el
kaar had, .wandelde hij naa? li
meergemelde visschersd orp j e
Dat Lady Elmslie zoo'n bekenten
nis gedaan had, verbaas ie hem,.
Hij was zoo ten eenenmale genezen
van zijn voormalige gunntige ge
voelens jegens haar, dat vij niets
gemerkt had van haar teedere ge
voelens jegens hem. Haar uitbars
ting had hem beschaamd en ge
schokt, en hij zou medelijden met
Sport en Wedstrijden.
De wielerbaan in de hoofd-
stad.
Over de Amsterdamsche wielei-baan
wordt door de „Fiets" nog het volgen
de verteld
De nieuwe standplaats van de baan
is, zooals men weet, aan den Zeebur-
gerdijk. Tegenover de brug naar het
abattoir bevindt zich het Hotel en Café
„Zeeburg", waarnaast, aan den kant
van de Oranjesluizen, de baan in do
lengte komt te liggen. Het café, even
eens aan de maatschappij toebehoo-
rend, wordt dan de toegang tot de wie
lerbaan. Deze komt te liggen met de
verhoogde tribune naar den Zecbur-
gerdijk toe, om inkijken van den dijk
af zooveel mogelijk tegen te gaan. De
inrichting blijft dezelfde als vóór de
overplaatsing.
De lenget zal 333 1/3 meter blijven
bedragen en de baau zelf van hout,
daar de hooge kosten de maatschappij
terughielden van een vergrooting of
verandering van hout in cement. Hot
geheel zal dan aan den meestbiedende
verpacht worden, waarvoor zich nu al
eenige liefhebbers hebben aangemeld.
Bij de reconstructie heeft de maat
schappij evenwel het goede voornemen
om eerst te confereeren met eenige wel
bekende Amsterdamcshe renners, die
veel op buitenlandsche banen gereden
hebben, ten einde zooveel mogelijk de
bochten, waar vooral voor lange af
standen nogal over geklaagd werd,
zoo gerieflijk en gemakkelijk mogelijk
te maken. Bovendien hangt het nog
in het onzekere, of de baaix gedeeltelijk
overkapt zal worden, ja dan neen. In
dien het wèl gebeurt, bestaat het voor
nemen, om de overkapping los te ma
ken, zoodat na een wedstrijd de scner-
men kunnen opgehaald woi'den ter
voorkoming van vernieling door storm
als anderszins, waarvan de overkap
ping der vorige baan zoo duchtig te
lijden had.
De maatschappij is ook nog in con
tact getreden met een heer in Boskoop,
die zeide een middel gevonden te heb
ben, waardoor de inrichting van de
baan zóódanig zou worden, dat ze zelfs
zonder wielerwedsti'ijdeu tóch publiek
trok. Wegens de te hooge kosten zijn
de ondei handelingen evenwel afge
sprongen.
Het terrein aan den Zeeburgerdijk
is op twee manieren te bereiken. Aller
eerst natuurlijk over den Zeeburgdijk,
Mauritzkade ofCzaar Peterstraat maar
verder ook, komende met de tram Dam
Linnaeusstraat. door de le van Swin
denstraat, over het station Muider-
poort en dan langs een nog in aan
bouw zijnde straat naar den Zeebur
gerdijk. liet zal evenwel niet zoo heel
lang meer durexx misschien dezen
zomer a] of de electrische tram naar
het abattoir loopt en brengt u tot vlak
vóór de baan. De aldaar overal gepro
jecteerde en reeds hier en daar in aan
bouw zijnde straten beloven trouwens
spoedig betere en overvloediger wegen
te zullen vormen om het sporttexrein
„Zeeburg" te kunnen bei-eiken.
Tuf-Tuf.
Tc Parijs opei-eert op het oogenblik
een dievenbende, die zich speciaal ge
wijd heeft aan het automobielvak. De
leden hebben het voornamelijk gemunt
op automobielen met gloeibusontstc-
king, waarvan zij met verbluffende
handigheid de platina gloeibuizen we
ten te verwijderen. En daar zoo'n pla
tina gloeibuisje al gauw een vijftig
francs kost, begrijpt men licht dat de
chauffeurs, die van het kunstje heb
ben gehoord, zich met zorg tegen der
gelijke operaties in acht nemen door
hun rijtuig nimmer zonder toezicht te
laten cn de huisjes, door het aanlaten
der branders, steeds gloeiend te hou
den. (De Kamp.)
^3 W orstolen.
Het kampioenschap van Europa in
het worstelen, te Rottex-dam gehouden,
is gewonnen door den heer W. Zim
merman van Amsterdam.
HondeD sport.
Op de Donderdag te Londen gehou
den tentoonstelling is een terrier, inge
zonden door mej. J. Hulscher te Am
sterdam, bekroond met den 3en prijs.
Deze hond zou stellig den len prijs
hebben gehad, wanneer hij niet den
naam droeg van „Generaal De Wet".
Men kon hem ixaluurlijk niet wcige-
i-en; men moest zijri naam in de cata
logus afdrukken, maar de resulta en
van dien naam bleven niet uit.
haar gehad hebben ja diep me
delijdenals zij Claude niet zoc
heftig had: aangevallen.
Toen zij dit deed, wist Ladv
Elmslie zelf niet, wat haar daartoe
bewoog. Zij vermoedde niets van
de intieme verhouding die ontstaan
was tusschen, hem en zijn pupil
en die 't gevolg was van hun we
derzijds elkaar begrijpen. Brandon
geloofde lang niet alles wat zijn
..oude liefde" van Claude gezegd
had, maar dat zij zich aangetrok
ken voelde tot zijn neef was hoogst
waarschijnlijk dat zij hem be
schouwde als een eerzuchtig be
daard man die rechtvaardig en goe
dig genoeg was om vertrouwd te
wordenmaar wien zij niet kon
liefhebben, was nog waarsehijnïij
ker. Dat zij gesteld was op een ti
tel en op weelde geloofde hij niet.
Misschien was ze wat koud van
natuur en koud voor liefde, daar
over kon hii niet oordeelen. Als
dit zoo was zou het een hel op aar
de zijn om haar echtgenoot te we
zen, want hij wist maar al te goed'
dat slechts oprechte liefde, het in
nig verlangen naar haar dat zijn
ziel vervulde, kon bevredigen.
Wat leek zij bleek, klein en een-