Prof. Bavinck aclitte den tijd voor
evenredige vertegenwoordiging nog
niet rijp. Samenwerking met de vrij-
anti-revolutionairen kan volgens spre
ker alleen op een bepaald program van
actie. Anders krijgt men geen homo
geen ministerie. Over de vraag of bin
nen het partij-verband ruimte is voor
beschermende rechten, antwoordt prof.
Bavinck, dat hierover verschil
van meening bestaat en dit geen twist
appel moet uitmaken.
De voorzitter sprak een afscheids
woord, waarna de vergadering geslo
ten werd met het zingen van Ps. 72 17,
Arrondissemcnts- Recht
bank te Haarlem.
(Zitting van Donderdag 28 Maart).
(Vervolg).
In het bankje der beklaagden ver
schenen nu twee gebroeders J. H. en
R. J. van der Voort, beiden te Haar
lem. Deze hadden zich bij eene arres
tatie hevig tegen de politie-dienaren
verzet., terwijl eerstgenoemde den
agent C. v. d. Bogaerde tevens nog een
slag in het aangezicht had gegeven.
Ter zake van inishan deling en we-
derspannigheid vorderde bet O. M. te
gen J. v. d. Voort 1 maand; tegen R. v.
d. Voort alleen wegens ernstig verzet
3 weken gevangenisstraf,
Th. Dam, te Velsen, hoorde wegens
het beleedigen van den veldwachter G.
B. Woltering, in de rechtmatige uitoefe
ning van zijne bediening, f 5 boete of
5 dagen hechtenis tegen zich eischen.
Tegen J. de Vries, te Hillegom, die
zich aan een gelijk feit schuldig bad
gemaakt, en den veldwachter Hellen-
doorn beleedigende uitdrukkingen had
toegevoegd, werd eveneens f 5 boete of
5 dagen hechtenis gevorderd.
J. Rijkhoff, te Krommenie, die zich
aan mishandeling van een drietal per
sonen had schuldig gemaakt, hoorde
3 weken gevangenisstraf tegen zich
vorderen.
W. Kerkhoven, te Zaandam, die bij
een brandje zoo gedienstig was in bet
verleenen van hulp, dat hij het spek
en vleesch, dat uit den winkel van v. d.
Werve aldaar verwijderd moest, wor
den, zich toeeigende, hoorde 6 weken
gevangenisstraf tegen zich eischen.
Vervolgens werden eenige zaken be
handeld, die zich op 7 Februari, den
huwelijksdag der Koningin te Beemster
hadden afgespeeld. Daar was men
zoo met dit heugelijke feit ingenomen,
dat men vreugdevuren op de straten
wilde ontsteken. Maar hoe aan het
hout te komen? Jan Pronk, een koop
man in takkenbossen, wilde zijn hout
daarvoor niet afstaan. Doch W. Hoek
en M. Pauw wisten daar raad op en tot
de samengeschoolde volksmenigte rie
pen zij luide: „Jongens, wij mogen geen
takkenbossen van dien boer hebben, nu
zullen wij ze gaan rooven." Voor deze
opruiende taal vorderde het O. M. thans
6 maanden gevangenisstraf.
De tweede zaak was tegen D. Beets,
J. Pauw. A. Kwadijk en D. I-Ionig, al
len wonende te Beemster, die daar niet
minder geducht hadden huis gehou
den.
Met een aantal personen, die luide
riepen: „Sla hem de hersens in! Steek
hem dood!" waren zij met knuppels
gewapend, naar het erf van Jan Pronk
getrokken, met het oogmerk om tak
kenbossen te rooven. Daar hadden
de bovengenoemde belhamels Jan
Pronk en Anthonie Hersbacil mishan
deld om zoodoende den diefstal van
brandstoffen gemakkelijk te maken:
waarna beklaagden een aan lal takken
bossen hadden ontvreemd. Natuurlijk
bleven de beklaagden alle schuld ont
kennen, doch het O. M. wist wel beter
en vorderde ter zake van diefstal en
mishandeling tegen wtt hunner 3 maan
den gevangenisstraf.
De laatste hierop betrekking hebben
de zaak was die tegen C. v. d. Kap-
pelle, N. Koning, D. Brugman, W.
Bak en M. Hellingman, ook allen te
Beemster. Deze hadden in plaats van
takkenbossen een hoeveelheid timmer
hout ten nad-eele van L. Boos ont
vreemd. Zij deden allen eene open
hartige bekentenis. Het O. M. dit.
evenals de feeststemming, waarin de
beklaagden verkeerden, in aanmer
king nemende, eischte tegen elk hun-
ner 4 dagen gevangenisstraf.
B i nnenland.
Parlementair© Praatjes.
Het wetje, nader de bevoegdheid ver-
leenend om van de militie een zevende
lichting in dienst te houden gaf den
heer Kuyper aanleiding de crisis ter
sprake te brengen. Van tweecn één,
redeneerde hij: of deze tijdelijke be
stendiging sloot in een hervatting der
legerwetten, of deze voorziening was
onvoldoende en de Regeering moest 8
lichtingen aanvragen. Anders was zij
niet verantwoord na haar eigen ver
klaringen omtront de defensie. De eer
ste onderteekenaar dezer wet, de mi
nister van ooriog, was hier niet aan
wezig hoewel nog niet afgetreden. Re
den te meer om een verklaring noodig
te maken.
Min. Pierson zeide dal gewïehtige
redenen beletten mededeelingen te doen
over den stand der ministerieele cri
sis. Intusschen hoopte hij daartoe
binnen kort in staat te zijn.
Min. Borgesius voegde er bij, dat de
heer Kuyper, die 8 lichtingen wensch-
te, dan toch zeker genoegen moest ne
men met dit wetsontwerp dat er alvast
7 gaf.
Natuurlijk bevredigde dit den beer
Kuyper niet; allerminst dat de Min.
van Binnenl. Zaken en niet b.v. de Min.
van Marine een militair onderwerp
verdedigde. Hij maakte de gevolgtrek
king dat omtrent de legerwetten feite
lijk x-eeds een beslissing was genomen,
men had dan ook een verklaring der
Reg. gewenscht. Met t>4 tegen 9 stem
men werd het ontwerp aangenomen,
en daarna nagenoeg zonder debat de
wetten van geringeren omvang, die te
gen den aanvang van de vergadering
aan de orde waren gesteld.
Daarna werd het debat over de Wo
ningwet hervat, en wel bij de par.,
handelend over de uitbreiding der be
bouwde kommen, waarvoor de gemeen
tebesturen plannen vaststellea voor
straten, pleinen en parken, met ver
bod van bebouwing der daarvoor in
aanmerking komende gronden. Tegen
over sommiger betoog, dat door deze
bepalingen de rechten der eigenax-en
worden verkort, stelde Min. Borgesius
dat waar vroeger slechts beroep op de
kroon was toegelaten van de beslui
ten cïer gemeenteraden, in het nieuwe
stelsel ook de goedkeuring van Ged.
Stalen werd vereiseht, zoodat de posi
tie der eigenaren verbeterde, Op aan
drang van den heer Mackay liet de Min.
de parken uit de wet vervallen.
Aangenomen werd voorts een amen
dement van den heer Pijnappel om de
grachten speciaal te vermelden.
Nu werden deze artikelen goedge
keurd en hervatte men het debat over
art. 4 dat aan B. en W. opdraagt „den
eigenaren der woning of dengen e die
voor het onderhoud daarvan aanspra
kelijk is aan te schrijven tct het doen
aanbrengen van noodzakelijk gebleken
verbeteringen enz. Bij dit artikel ge
noot de Kamer van hetgeen de heer
Drucker noemde een „juridisch bacha-
naal", van redactie-verbeteringen en
amendementen alleen ten doel hebben
de om toch maai- duidelijk aan te wij
zen, wie de verbeteringen moest aan
brengen.
De Min. van Justitie trachtte over
eenstemming te verkrijgen door een i"e-
dactie-wijziging. ten gevolge waarvan
de aanschrijving zou worden gericht
aan den eigenaar of dengene, die tot
het aanbrengen der vereischte verbe
teringen bevoegd was. En zoo werd
het artikel goedgekeurd, na verwerping
van een amendement-van Sty rum, het
eenige wat van de gansche reeks was
overgebleven
Bij de paragrafen handelende over
den geldelijken steun van gemeente- en
van rijkswege voor woningbouw, kwam
de heer Schaper terug op het vraag
stuk van den woningbouw van gemeen
tewege en had gewenscht, dat de wet
daartoe in meerdere mate de gelegen
heid zou openen. Terwijl de min. Pier
son betoogde, dat bevordering van wo
ningbouw door de gemeente langs in-
directen weg moet. plaats hebben.
Heden voortzetting.
G. Jr.
Generaal Kool was Donderdag op
audiëntie bij H. M. de Koningin.
De collecte voor de Boeren heeft te
Utrecht f 2477.86 opgebracht.
Groote raviie.
Volgens de Maas- en Roerbode moei
het plan bestaan, dat bij de groote
manoeuvres van de 3e divisie, onder
comniandto van generaal Schneider de
zen zomer om Maastricht te houden, de
Koningin zal tegenwoordig zijn, ten
einde dan Prins Hendrik, welke aan de
manoeuvres zou deelnemen, als het
ware aan het leger voor te stellen.
De groote revue zou gehouden wor
den in Maastricht: de. troepen zouden
opgesteld worden op de boulevards, en
door de Boschstraat optrekken om te
defileeren langs het stadhuis, waar dë
Koningin en Prins Hendrik met den
generalen staf hunne standplaatsen
zouden hebben.
Van betrouwbare zijde wordt aan het
blad verzekerd, dat de Duitsche Kei
zer, die tegen dien tijd te Aken zal
zijn, aan de slotrevue zou deelnemen.
Acad. Examens-
Aan de universiteit van Amsterdam
is met gunstig gevolg het doctoraal
examen in de Rechtswetenschap afge
legd door de hh, L. P. A. M. van Cra-
nenburgh, J. P. Kru'seman Aretz en
A. Raaff.
UTRECHT. Bevorderd tot doctor in
de geneeskunde op proefschrift: „De
Patliogenese van de chronische maag
zweer", de heer W. van IJzeren, arts,
adsistent der Medische Polikliniek
aan de Rijks Universiteit, geboren te
Meerkerk.
Kamers van Arbeid.
„Het Volk", het orgaan der Scci-
aal-deanoccalisohe Arbeiderspartij
geeft maar aanleiding der jongste
Kamerverkiezing in district III van
Amsterdam, eenige cijfers over de
werking der bestaande Kieswet..
Het heeft nagegaan', hoeveJe kiezers
voor de Kamers van Arbeid in dat
district wonen en hoeveel van de
ze tevens kiezers voor de Tweede
Kamer zijn. Het deelt daaromtrent
de volgende cijfers en gevolgtrek
kingen mede
„Van de kiezers voor d!e kamer
van arbeid voor voediings- en genot
middelen wonen 476 in district III.
Let wel, al deze kiezers voor de
kamers van arbeid zijn' mini of
meer gezeten arbeiders, rmenschen
met. vast werk, dus onder de ar
beiders nov een uitgezochte schaar.
Welnu, van 476 diie in district III
wonen zijn er 127 kiezers voor de
Tweede Kamer.
„Van de 244 kiezers voor de ka
mer van arbeid in 't haven- en dok-
bedrïif zijn slechts 59 kiezer voor
de Tweede Kamer.
„Van de 639 kiezers irn de metaal-
en houtbewerking, die in district
III wonen, zijn 152 kiezer voor de
Tweede Kamer.
„Van de in dit district wonende
289 arbeiders die kiezer zijn voor
de kamer van arbeid der bouwvak
ken, zijn slechts 74 Kamer-kiezers.
„Van deze élite van arbeiders is
dus in den regel ongeveer kiezer
voor die Tweede Kamer. Voor den
gemeenteraad vallen van. dezen nog
weer eens een deel af.
„Dat is de oorzaak van onze ne
derlaag van Woensdag, en het is
waarlijk geen wonder dat de bour
geoisie zich vastklemt aan 't v. Hou
ten's vknoeiproducthet is zoo'n
goede barrikade op den weg. dien
de arbeidende klasse te march ee-
ren heeft tegen, haar klasse-over-
heerschinig."
President Kruger.
Volgens een bericht van den
Brusselschen. correspondent van de
„Morning Post" zou president
Kruger het voornemen koesteren
binnenkort naar Noordf-Amerika te
gaan. waar hij dan een onderhoud
met president Mc. Kimley zou heb
ben. Naar het „Hbld." verneemt is
daarvan in de omgeving van den
president niets bekend'.
Naar men verneemt zal president
Kruger. gedurende zijn verblijf te
Hilversum, een villa op Trompen
berg betrekken.
Toch vrieuden 1
II. M. de Koningin heeft aldus
wordt uit den Haag geschreven aan
graaf De Selir, gezant van Portugal
bij ons Hof, evenals onlangs aan an
dere gezanten of vreemde vertegen
woordigers die bij gelegenheid van
Hr. Ms. huwelijk door hunne souve-
reinen belast waren met de overhandi
ging van ordeteekenen aan H. M. (van
welke opdracht de gezant zich verle
den week heeft gekweten) het groot
kruis der orde van Oranje-Nassau ge
schonken bij bevordering, vermits de
graaf De Selir reeds vroeger tot com
mandeur was benoemd.
Verkiezing voor de Tweede
Kamer.
In het district Beverwijk wordt, naar
men aan de „N. R. Ct,." meldt, van
anti-revolutionnaire zijde voor de a. s.
verkiezing een eigen candidaat. gesteld
_De heer Dr. D. Bos heeft de candi-
datuur voor de Tweede Kamer, hem
aangeboden door de Centrale Vrij
zinnig-democratische kijesvereejniging
in het district Winschoten, aanvaard.
Verdwijning van man en geld
Sedert Zaterdag is een beambte van
de Petroleum-maatschappij De Auto
maat te Groningen, zekere K., afkom
stig uit Rotterdam, spoorloos verdwe
nen. Het verdwijnen van dezen man,
die een veel bewogen leven achter den
rug, een niet onbelangrijke som gelds
van zijxx familie zoek gemaakt en een
tijdlang in het Tehuis voor Dakioozon
vertoefd heeft, wordt in verband ge
bracht met het verdwijnen van een
som van f 1100, die bedoelde K. van
bovengenoemde maatschappij onder
zijne berusting had. Men zoekt K. tot
nu toe te vergeefs.
Rechtszaken.
D© zaak-Schermbeek.
Woensdag behandelde het gerechts
hof te 's-Gravexxhage het hooger beroep
van het Openbaar Ministerie tegen de
vrijspraak van baron Van Harinxma,
burgemeester van 's Gravenliage, van
de aanklacht van beleediging van den
oud-hoofdcommissaris van politie, den
heer Van Schermbeek. Er was veel pu
bliek, waaronder dames, ter audiëntie.
Ondervraagd door den waarn. vice-
president mr. Van Geuns, betuigde de
burgemeester, ua verzekering dat hij
geen animositeit tegen den heer Van
Schermbeek had, nogmaals spijt dat
hij door een vergissing hem ten on
rechte heeft, beschuldigd. Hij bekende
het woord leugen te hebben gebezigd,
maar hield vol met de zinspeling op de
bemerking van ooggetuigen, hem bek],
en jhi\ Roëll alleen bedoeld te hebben.
De president wees op het grievende
voor den verdienstelijken hoofdcom
missaris dat men hem niet geloofde-en
zelfs zijn getuigen niet hoorde. Ge
vraagd waarom de burgemeester den
heer Van Schermbeek wantrouwde,
antwoordde bekl. dat hij ontstemd was
dat deze een 77jarigen hoofdinspecteur
direct na een opmerking van
den burgemeester omtrent 's mans
hoogen leeftijd, wilde zien ont
slaan, en omdat hij van een verwon
ding van een ingezetene door een poli-
tie-agent eerst zes weken later kennis
gaf.
De heer Van Schermbeek werd. weer
als getuige gehoord. Behalve hetgeen
hij vroeger voor de rechtbank verklaar
de en indertijd vermeld is, bleef hij de
verdenking van bewerking van getui
gen als tot hem gex-icht beschouwen,
schreef hij het toenemen van zijn mo
reel lijden aan het gebeurde toe. Ont
hutst zweeg hij op 's burgemeesters be
risping. Hij geeft toe dat behalve deze
bejegening en zijn ongesteldheid nog
tot zijn ontslagname medewerkte een
wenk van den minister van justitie om
zich te laten afkeuren voor den dienst
en, hoewel in verwijderd verband, de
incidenten met Jong-Turken en Arme
niërs. Hij vermeldde nog een bezoek
aan den Commissaris der Koningin,
niet om een schikking met schadeloos
stelling te verkrijgen, maar om den be
klaagde tot excuus vragen te bewegen,
wat deze echter hoegenaamd niet deed.
Nadat de directeur-generaal, der
posterijen en telegraphie, de heer Ha-
velaar, nog eenige inlichtingen had ge
geven omtrent zijn indruk van de op
vatting des burgemeestersvan de plaats
van den heer v. S. voor den stoet, kwam
het, O. M., waargenomen door den
proc.-gen. zelf, mr. Bylev&ld, aan het
woord. Al dadelijk gaf proc.-gen. te
kennen dat het op berispenden toon ge
lasten aan V. S. om naar het paleis te
gaan, schoon onnoodig, geen beleedi
ging oplevert, evenmin als het verwijt
dat hij hem zou weten te vinden, dat
hoogstens een ontevredenheidsbetui
ging is, waarop later zal worden terug
gekomen. De te laste legging van „gro
ve leugen" weet proc.-gen. aan over-
prikkelheid van den burgemeester te
genover de tegenspraak door V. S., van
hetgeen hij voor waar hield. Ten aan
zien van het derde feit echter verklaar
de proc.-gen. dat voor hein geen an
dere explicatie uit 's burgemeesters
brief van 5 October 1898 kan volgen,
dan dat de woorden „bewerken van
ooggetuigen" slaan op de getuigen
waarop de hoofdcommissaris zich be
riep. Deze imputatie achtte het O. M.
hoogst grievend en beleedigend voor
hem, die als politieambtenaar zijn werk
maakt van getuigen hooren. De bedoe
ling om te krenken uit verschillende
feiten en omstandigheden afleidende,
betoogt proc.-gen. in tegenstelling met
de beschouwingen der rechtbank, dat
de beleediging ook strafbaar blijft al
stond zij in een kabinetschrijven, daar
geen openbaarheid voor strafbare be
leediging noodig is. Of de woorden
sloegen op anderen, verandert z. 1. niets
aan de onzedelijkheid der daad, dat
een ambtenaar tracht lieden er toe te
brengen iets anders te verklaren dan
zij hebben waargenomen. Proc.-gen.
dit feit qualificeerende als eenvoudige
beleediging. aangedaan aan een amb
tenaar gedurende de rechtmatige uit
oefening zijner bediening, vorderde
veroordeeling van den burgemeester
tot f 300 boete, subsidiair tot 60 dagen
hechtenis.
Mr. D. van Houten, advocaat van den
heer Van Schermbeek, lichtte diens ci
viele actie toe. Ilulde brengende aan
de onpartijdigheid van Parket en Hof,
betreurde pleiter de houding van bekl,,
die noch excuus aangeboden, noch zij
ne beleedigende woorden ingetrokken
heeft, maar de eer en het karakter van
den aanklager aantastte. Overigens
leidt hij uit verschillende feiten af dat
de burgemeester een partï-pris had te
gen den hoofdcommissaris. en dat be
klaagde getracht heeft de redenen van
ontslag van V. S. verdacht te maken.
Te dien aanzien deelde pl. mede dat
op last van den minister van justitie
de proc.-generaal aan den heer V. S.
heeft moeten mededeelen dat de Min.
niet ingenomen was met zijn houding
hij 't incident met de Jong-Turken,maar
dat de Minister voldaan was toen de
heer V. S. den Minister dit incident op
helderde. Pl. handhaafde als de eeni
ge reden van ontslag; zijn gezondheids
toestand wegens zijn positie tegenover
den burgemeester. Hoewel door zijn
ontslag de heer Van Schermbeek finan
cieel en in gezondheid is achteruit ge
gaan, vroeg pl. vergoeding van moi*eele
schade tot het maximum, waarna de
advocaat, ten betooge dat niet de bur
gemeester doch de hoofdcommisaris
de verantwoordelijke persoon was voor
de maatregelen, omtrent de verhouding
tusschen bekl. en den hoofdcommissa
ris in beschouwingen trad, die hij op
verzoek van den president van het Hof,
niet voortzette.
Mr. Van Houten concludeerde ten
slotte tot toewijzing van zijn eisch in
het belang van de waardigheid, der
justitie en de eer van zijn dienst.
Daarna hield mr. \V. Thorbecke, be-
klaagde's verdediger, zijn pleidooi.
Een man, die een der leden van de
Amsterdamsche rechtbank, baron Im-
hoff, een dreigbrief had geschreven,
is Donderdag door de rechtbank aldaar
veroordeeld tot één jaar gevangenis
straf.
Being.
Het gerechtshof te 's Gravenhage,
Donderdag uitspraak doende in de be
kende zaak der heling van schilderijen
door een antiquair daar ter stede, be
vestigde het veroordeelend vonnis der
rechtbank aldaar, behoudens enkele
aanvullingen in de gx-onden en met
bevel dat het notitieboekje aan den
beklaagde zal worden teruggegeven
binnen 8 dagen nadat het arrest in
kracht van gewijsde zal zijn gegaan.
De rechtbank had bekl. veroordeeld
tot 2 jaar gevangenisstraf.
INGEZONDEN.
Voor den inhoud dezer rubriek stelt
de redactie zich n et aansprakelijk.
Van in ezondev- slukr.en, gepaatst of niet
geplaatst, wordt de kopy niet aan den
inzend' r terug' egeven.
Paarde fokkerij.
Over het algemeen hebben de jl. be
houden hengstenkeuringen niets an
ders opgeleverd dan groote ontevreden
heid en bittere teleurstelling voor xne-
nïgen Hengstenhouder, zelfs zijn er die
schromelijk financieel benadeeld zijn
geworden.
In het belang der paardenfokkerij is
het naar mijn bescheiden meening zeer
gewenscht, dat er maar Rijksdekhem?-
sten in de verschillende provinciën ge
stationeerd worden, tegen een laag
dekgeld. M. i. is dit veel beter dan dat
het Rijk en de provinciën zulke
groote sommen gelds uitgeven voor
premie-keuringen, die niet aan hun
doel beantwoorden.
Ieder paardenfokker en hengsten
houder die met bovenstaande instemt,
zende mij een briefkaart, met de woor
den: „tegen een verplichte Rijksheng-
stenkeuring."
P. S. ZIJLMANS.
Haarlemmermeer.
N.B. De verschillende Redactiën van
dag- en weekbladen worden beleefde
lijk verzocht dit schrijven te willen
overnemen.
Mijnheer de Redacteur!
Een stuk van Dr. P. M. Heringa,
leeraar aan de H. B. S. alhier, getiteld
„Ons Onderwijs", voorkomende in het
„Algemeen Handelsblad" van 23 en
25 dezer, geeft mij aanleiding U om
opname der volgende regelen te ver
zoeken.
In dit stuk leest men o. a.: „En nu
„is het. mijne innige overtuiging dat
„wij want ik ben ook leeraar hij
„het M. O. het eigenlijk er meer op'
„toeleggen die verstandsontwikkeling
„tegen te gaan dan te bevorderen en
„dat alleen dank zij der taaiheid van
„de hersenen en dank zij een zekere
„leukheid die veel leerlingen bezitten,
„er niet meer verknoeid is dan er reeds
„is vei'knoeid".
Verder betoogt Dr. II. dat de oorza
ken van dien on gelukkigen gang van
zaken de examens zijn, dat deze op
Lagere- en Hoogere Burgerscholen be
hoorden te worden afgeschaft., dat het
echter bekend is, dat de regeering
vooreerst niet van plan is ingrijpende
veranderingen in het-middelbaar on
derwijs te brengen. Hij roept allen,
die mede verandering wen schen. te
brengen, op om met vereende krach
ten te zien te komen tot wat men
wenscht.
Heeft Dx\ H. gelijk en is het werke
lijk zoo treurig, ook te Haarlem dus,
met het onderwijs aaxx de H. B. S.
gesteld ?Zoo niet, laat bevoegden zijn
artikel dan weerleggen en de oudei's
genist stellen. Heeft hij echter gelijk,
dan bestaat hier de mogelijkheid van
verbetering, die ten minste aan een
groot deel der leerlingen reeds dade
lijk ten goede kan komen.
Degenen, die het buiten een eind
diploma niet kunnen stellen, moeten
afwachten tot de i'egeering de door
Dr. H. gewensebte ingrijpende veran
deringen brengt.
Er zijn echter genoeg leerlingen
H. B. S. die later een loopbaan zullen
volgen, waarvoor het eind-diploma
geen vereischte is. Voor deze is waar
schijnlijk dadelijk eene oplossing te
vinden. De oudei's zouden den direc
teur kunnen mededeelen, dat het hun
onverschillig is, of hunne kinderen
het eind-diploma al of niet halen,
maar dat zij er in de eerste plaats
waarde aan hechten, dat ze verstan
delijk goed worden ontwikkeld. Het
aantal leerlingen, die geen belang stel
len in het eind-diploma is allicht groot
genoeg om minstens een parallelklasse
van ieder studiejaar te vullen. De
leeraren zouden dan in die klassen de
leerlingen niet voor examens behoeven
af te richten, maar de algemeene ver
standsontwikkeling zoixde daar hoofd
zaak zijn.
Ouders van leexHingen, die mede
willen trachten dit doel zoo spoedig
mogelijk te bereiken, gelieven een
kaartje te zenden aan den inzender
dezes.
F. W. SALOMONS,
Kenaupark 12.
Haai'lem, 27 Maart 1901
Uit de Arbeiderswereld.
BUITENLAND.
De buitenlandsche bladen melden da
in de staking te Marseille geen vex-an-
dering is gekomen. De burgemeestex
heeft zich niet laten afschrikken dooi
de weigering van den minister om hem
te ontvangen. Een delegatie is naar
Parijs vertrokken om nog eens een on-
derhoud met. den minister te verzoeken,
nu de stakers op het vexwerpen der ar
bitrage door de patroons, tot het voort-*
zetten van den strijd hebben besloten.
Woensdag zijn de vertegenwoordi
gers der stakers te Parijs aangekomen,
waar zij zich tot de Kamer-afgevaar
digden der Rhönemonden hebben ge
wend om een onderhoud met den mi
nister-president en den minister van
handel te verkrijgen.
Het tramverkeer te Marseille is her
vat.
Volgens een te Amsterdam ontvan
gen posttelegram is echter de werksta
king aan het verloopen. Woensdag
hadden reeds ongeveer 4000 man het
werk hervat.
De werkstaking te Genua is aan
het afnemen. Verschillende werklie
den komen van de algemeene werksta
king terug. De reden daarvan is, dat
degenen, die werken willen, door de
gewapende macht beschermd woi'den.
Ook te Montceau-les-Mines beginnen
er meer werklustigen te komen, nu ex-
maar eenmaal een gedeelte weer aan
den arbeid is gegaan.
Letteren en Kunst.
Mevrouw E. Holtrop—Van Gelder
zal Woensdag-avond voor het eerst na
haar ziekte weer optreden in „Mijn
Schoondochter!" (Ma Bru), blijspel xn
drie hedrij ven van Fabrice Carré en
Paul Bilhaud.
ken,, en wat zij uit cliens mond over
haar aanstaanden, schoonzoon ge
hoord had!, was niet zeer bemoedi
gend. De apotheker verklaarde, dat
hij een. huwelijk met deni provisor
voor een dwaasheid hield, omdat
hij nieis bezat en volstrekt niet met
geld' wist om te gaan. Tiberlius
was een onpraktische dweper ent
hij vond het onverantwoorde lijk
hem een kapitaal toe te vertrou
wen. Een' jaar of wat, en alles zou
op wezenOnder de leiding van
een man van ondervinding, als
deelgenoot, zou het te probceren
zijn. maar nooit met den provisor
als zelfstandig man. Overigens kon
hij slechts naar zijn eigen indruk
ken oordeel en, dat sprak van zelf,
en hij verzocht d!aarom heil gespro
kene alleen als zijn persoonlijk in
zicht te beschouwen en ten gevol
ge daarvan alléén, geen besluit te
nemen.
De oude vrouw, die reedis ge
dweeër ,en toegevender geworden
was en volstrekt zulke rnededieel.in-
gen niet verwacht had. raakte ge
heel van haar stuk. Zij bedankte
Reinhard. boog en ging heen. Toen
zij op straat gekomen was, over
weldigden haar de meest uiteen too-,
pende gevoelens. Het eene oogen
blik was zij 't met zich zelve eens.
Haar voorgevoel had haar dus niet
bedrogen; het was goed dat zij
Reinhard gesproken had.En dan
zav zij weer het diepbedroefd!© ge
laat harer dochter voor dogen, en
was boos op den man bij wien zij
informaties had ingewonnen,. Ja,
een oogenblik haatte zii hem zelfs,
want dat hij ook aan de arme Chris
tine dacht, had' hij met geen enkel
woord getoond.
Ten laatste eevoelde zij een diepe
smart te midden van haar wanke
len tusschen voorzichtigheid en
liefde. Zij kende Christine's karak
ter. Als deze haar wil we-nschte
door te zetten, dan was er niets
aan te doen. Z,ij gevoelde dat het op
ongelukken zou uitloopen, indien
zij zich bleef verzettenneeds zag
zij in haar verbeelding een verwij
dering tusschen moeder en dochter,
en ziehzelve als een arme verlaten
vrouw, eenzaam en zonder liefde,
in haar kleine woning zitten.
Tach moet mij raad geven.
Hem1 moet ik sprekenbesloot zij
eindelijk, terwijl zij haar zwaar
moedige gedachten bestreed en zich
naar de woning van genoemden
advokaat begaf.
Wel, juffrouw Lassen.! Nu
dat gebeurt ook niet dikwijls! En
waaraan heb ik uw bezoek te dan
ken? vraagde de kleine man op
zijn eigenaardige, platduitsche wij
ze van spreken. Onderwijl bood' hij
haar een stoel aan, gaf den aanwe
zigen klerk een wenk om het bu
reau te verlaten en draaide de*
flauwbrandende lamp wat op. Het
kleine vertrek was aangenaam ver
warmd. We) was de atmosfeer er
niet van die aangenaamste wegens
liet vele rooken, maar toch had' het
iets gezelligs. Alle muren waren
met schildert jen behangen en voor
't overige verborgen, achter schap
pen en kasten
De advokaat liet juffrouw Lassen
vertellen en luisterde, zonder haar
in de rede te vallen, aandachtig
naar haar lang en wijdloopig ver
haal. Terwijl zij sprak schud.do
hij. volgens zijn gewoonte, van tijd
tot tijd het hoofd en liet die kin,
zijn stijf opstaande cravat ras-
ten..
Toen zij' met spreken ophield,
zeide hij
Ja, wat zal ik daar veel van
zeggen Naar men' hoort, moet de
provisor een oppassend' man we
zen, wel een. beetje zonderling zoo
als trouwens alle apothekers, om
niet te zeggen, maar om 't even I
En na een oogenblik nadenkens
vervolgde hij Hebt gii reedis met
mijnbeer Reinhard' gesproken?
Vraag er hem eens naarHij kan
u natuurlijk het best eenige inlich
tingen geven
Bij hem ben ik al geweest
zeide de oude vrouw aarzelend,
haalde een grooten, opgevouwen
zakdoek voor den dag en wischte
zich de oogen af. Hij raadt mij af
mijn toestemming te geven. Hij is
van meening dat Tibertius niet
met geld weet om te gaan, 'en niet
in staat zou wezen zijn eigen za
ken te besturen.
Zoo zoo Dat klinkt juist niet
uitlokkend. Maar och, mijnheer
Reinhard is een echte betweter.
Dat wil niet veel zeggen. Indien
de provisor zijn plichten bij ande
ren goed vervult, waarom zou hij
het dan in zijn eigen zaken niet
doen? Geloof vrij, dat de apothe
ker hem, reeds lang weggezonden
had., indien hij onbruikbaar ge
weest ware.
En hii heeft hem- zijn betrek
king opgezegd,, lang vóór dat de
provisor bij ons aan huis kwam,
zeide de oude vrouw met na-
dra k. Er moet toch wel ie>ts voor
gevallen zijn.
En uw dochter?
Zij wil niet van hem afzien
daar is geen denken aan I
De advokaat dacht -een oogen
blik na, en zeide toen
Maai*, als Christine nu ern
kei baar interest mee ten huwelijk
brengt, d'an kunnen de jongelui
toch vast daarvan leven. Kunt gii
dat niet zien te bewerken, als h.G
toch werkelijk zoo onpraktisch is?
Er kwam een klerk binnen met
eenige stukken voor „mijnheer"
om te onderteekenen. Terwijl Tach
met kromme vingers zijn handtee-
kening zette, zat de oude vrouw
daar, ten einde raad', in zich zelve
te mompelen.
Nu zoo hervatte de advokaat
het gesprek, hoe dénkt gij er
over
Daar wil Christine toch niets
van weten.
Zoo? Ja, beletten kunt ge het
huwelijk in geen geval, ka.pi-
teinscbe
Tach zeide opzettelijk „kapi-
tcmsche". Zulk schijnbaar onbe
duidende zetten had hii altijd bij
de hand. Door zulke kleine a-rep
pen kreeg hij de cliënten gemak
kelijker op zijn .hand en bekortte
de nutteloos lange gesprekken. Hij,
had zich ook nu niet vergist, want
juffrouw Lassen, zeide
Dat weet ik, dat weet iken
U hebt toch ook een woordje mee
te praten. Maar dit slaat bij mij
vastik geef hem geen kapitaal
mee in de zaak. Wat mijn goede
man zaliger met zooveel moeite bii-
een gespaard heeft, zal niet maar
zoo opeens verkwist worden. Eni
waarvan zou ik later dan ook le
ven
Nu werd het gesprek voor een
oogenblik gestaakt. Tach zat in ge
dachten met do punt van zijn pen,
op een vóór hem liggend papier te
tikken. Eindelijk zeide hii
Ik wil u een voorstel doen,
kapiteinsche. Zend den provisor
eens bij mij. Misschien heeft de
man het geheele kapitaal niet eens
noodig. Wat wil hij ondernemen?
Weet u zijn plannen
Ja, dat is het juistHij wil
met alle geweld een fabriek op
richtten. Ik weet eigenlijk niet wat
voor een soort fabriek, want ik
versta die vreemde woorden niet.
(Wordt vervolgd).