NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
Meestgelezen Dagblad in Haarlem en Omstreken.
18e Jaargang
Vrijdag 3 Mei 1901
HAARLEM'S DAGBLAD
ABONNEMENTSPRIJS: AD VERTENTIEN
Voor Haarlom per 3 maanden1.20 Van 1—5 regels 50 Cfcs.; iedere regel meer 10 Cte. Buiten liet Arrondissement Haarlem
Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der gemeente), *3 PrÖs ^er Advertentiën van 15 regels 0.75, elke regel meer 0.15.
per 3 maanden1.30 Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Franco door bet gebeele Rqk, per 3 maanden1.65 Reclames 30 Cent per regel.
Afzonderlijke nummers0.02>£ jij Bureaux: Gebouw Het Spaarne, Kampersingel 70, vlak bij de Turfmarkt.
Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden0.37K Telefoonnnmmor der Redactie 600. Telofoounummer der Administratie 122.
M de omstreken en franco per post0.45 -êü Intercommunale aansluiting.
Uitgave der Vennootschap Lourens Coster. Directeur: J. C. PEEREBOOM.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze Agenten en door alle Boekbandelaren en Courantiers. Met uitzondering van bet Arrondissement Haarlem is bet uitsluitend recbt tot plaatsing van Advertenti
en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan het Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam.
Dit blad verschijnt dagelijks» behalve op Zon- en Feestdagen,
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère G. L. DAUBE Co. JOHN F. JONESP Succ., Parijs 31&»s Faubourg Montmartre.
Dit nummer bestaat uit
acht bladzijden.
Haarlexn's Dagblad van 3 Mei
bevat o.a.
Weer eens oneenïglieid in China,
Allerlei oorlogsberichten uit Zuid
Afrika, Dreyfus op het Duivels
eiland, Parlementaire Praatjes, Na
betrachting van den Gemeenteraad,
I-Meidag te Amsterdam en Haarlem.
Officieele Berichten.
BURGEMEESTER EN WETHOU-
DERS van Haarlem, brengen ter open
bare kennis, dat is ingekomen een ver
zoekschrift van M. Germans om ver
gunning tot het verkoopen van sterken
drank in het klein in de gelagkamer en
de achterzaal van het perceel aan het
Plein no. 21.
Haarlem, 1 Mei 1901.
Burg. en Weth. voornoemd,
DE HAAN HUGENHOLTZ,
L.-B.
De Secretaris,
PIJNACKER.
Politiek Overzicht.
Wie de geschiedenis der Ghinee-
sche kwestie gevolgd heeft, weet,
hoe dit een aaneenschakeling van
bewijzen van on-e enigheid tusschen
de mogendheden geweest is, zoo
wel op militair als op diplomatiek
gebied.
Nu in de laatste dagen is en- weer
een staaltje, van gebrekkige samen
werking komen opdagen, n.l. ge
neraal Von Retteler's expeditie om
generaal Liu's troepenmacht uit
Petsjili te verdrijven.
Dat- heeft generaal Von, Kelfe.ler
naar het schijnt, gedaan, doch toen
is hij, na de passen vani Sjansi en
Ko-kwan genomen en de stellingen,
van generaal Liu. bezet te hebben,
weder teruggetrokken.
Het, mooiste is, dat Engeland ge
neraal Gaselle beslist verbood mee
te doen, en dab ook andere mogend
heden er niets van weten wilden,
alleen1 Frankrijk deed mee. Hier
blijkt dus weer! ten duidelijkste uit
hoe groot de oneenigheid is. hoe
sterk gelogen, het is, wanneer de
schandelijke roof- en plundertoch
ten die onder den naam oorlog door
gaan, worden goedgepraat met de
bewering, dat. voor een groot geza
menlijk doel eendrachtig de strijd!
is aangebonden. Daar is geen letter
van waar. Er bestaat geen gemeen
schap pejlijk doeldat heeft mis
schien een oogenblik bestaan, toen
de dood' dier gezant en gewroken
moest worden, miaar nu niet meer.
Het zijn roovers-belangen, diie die
mogendheden elk afzonderlijk heb
ben en zoolang die lijnen dier be
langen tusschen^ twee of meer mo
gendheden par allel; l oop en, gaan ze
same®, verder niet.
In tusschen hebben, dei Chineezen
van de Duitschei expeditie partij ge
trokken door te gaan beweren, dat
de Duitschers ganisch verslagein en
overwonnen zijn.
Van het andere oorlogsterrein
weer veel nieuws. Uit Cradock
wordt van Engelsche. zijde bericht
Gedurende de laatste 14 dagen
zijn stelselmatig pogingen] gedaan
om een cordon te trekken om de
Boerentroepen. in de middellandsch-
distrdcten in de Kaapkoloniedie
troepen zijn 180 mian in Sneeuw
berg onder Scheepers. 40 onder
Malan die naar gemeld wordt noord
waarts oprukt, 60 onder Swan.e-
poel in' de nabijheid van Nienw-
Bethesda en- eenige honderden on
der Fouché in de Zuurbergen. Er
schijnt weinig twijfel te bestaan,
dat Kreutzinger verleden week de
Oranje-rivier overbruK
Majoor Grewe raakte in de laat
ste dagen tweemaal slaags met
Fouchédeze trok telkens met
eenige verliezen terug. De Yeoman
ry was gisteren in gevecht met het
commando van Scheepers. Dage
lijks hebben kleine schermutselin
gen plaats.
De. ..Standard" verneemt uit Dur
ban, dlat de Boeren, die zich heb
ben overgegeven in heb Standerton-
sche, er ellendig uitzien. Zij vertel
len, dat de helft der Boeren te vel
de zich zou onderwerpen als zij
slechts konden wegloop en.
De Standard" laat zich uit Kaap
stad seinen, dat e.en wapenmakker
van Van Niekerk zich heeft over
gegeven omdat d'e Wet hem had la
ten geeselen. Van. Niekerk deelde
hem. mede, dat Steijn die Wet wilde
raadplegen, over een capitulatie,
maar de Wet dreigde Steijn ook
mee een strenge tuchtiging als- hij
en weer over sprak.
Kitchener seint 1 Mei uit Pre
toria
Generaal Grenfell heeft de Boe
ren aangevallen te Bergplaats, bij
Halvertsberg. waar hun- laatste
Long Tom opgesteld wasHet stuk
opende het vuur op 10.000 el af-
stancHs. Kite lienor's Fighting Scouts
trokken daarop, snel voort tot op
3000 el. toen liet mien het kanon in
de lucht springen en de Boeren
gingen op de vlucht. Tien Boeren
werden gevangen genomên.
Andere afdeel ingen vermelden 10
Boeren als gesneuveld en 6 als ge
wond, 6 zijn gevangen genomen.
60 hebben zich overgegeven. 40.000
patronen zijn buitgemaakt. De; ver
liezen onzerzijds waren 4 doodlen
en 7 gewonden.
Men gaat dus lustig voort de Boe
ren te verslaan en te verdelgen... I
Buitenlandsch Nieuws.
Dreyfus op het Duivelseiland
Woensdag is, in verschillende ta
len. het reeds eenigen tijd geleden
aangekondigde boek van kapitein
Dreyfus Vijf jaren uit mijn leven
verschenen. Het boek handelt voor
namelijk over den tijd. die Drey
fus. op het Duivelseiland heeft door
gebracht en bevat dus over de Zaak
uit den aard geen nieuws. Daaren
boven is het meeste w.at in het werk
te lezen staat in den loop der zaak
reeds bekend geworden. Wij stip
pen daaruit nog slechts een enkel
gedeelte aan waaruit kan. blijken
hoe de Fransche Regeering tegen
over den banneling in alles te kort
is gekomen, waarop welk iruensch.
ook aanspraak kan maken.
Het eten, dat. «an Dreyfus werd
toegediend, was zoo afschuwelijk,
dat hij het meer dan eens in zee
wierp, en drie. of vier dageni zon
der voedsel doorbracht. Hij moest
zijn eten zelf koken,, maar gereed
schappen. had hij' daarvoor niet ver
kregen hi i maakte die zelf van
eenige stukjes oud roestig ijzer,
waarvan het roest in het voedsel
kwam. waardoor hij ziek werd in
zijn ingewanden. Die gereedschap
pen moeist hij met zijn zakdoek
schoonmaken.
Zijn linnen moest Dreyfus zelf
wasschen. maar zeep kreeg hij daar
voor. niet; een bad mocht hij nim
mer nemen, hoe vuil hij' ook werd.
Om zijn hut te verwarmen moest
hij, zelf het hout zagen, en de schoor
steen was zoo slecht, dat het hout
nauwelijks wilde branden en d'e
kamer vol rook kwam. Drie kwart
van, den macht was het hem onmo
gelijk te slapen
Ten slotte mocht hij niet meer
wandelen, en: er werd' een houten
beschot om zijn hut gemaakt, zoo-
dat hij geen uitzicht meer had'. D.e
warmte bezorgde hem ondragelijke
hoofdpijnen en hevige, koortsen.
Soms werd hij nog in een d'wamg-
blok gesloten. Alle kwellingen van
de inquisitie werden dag op dag
maand na maand op hem toegepast
en. hoe meer die, Zaak in Europa
vorderdedes te heviger werden, de-
pijnigingen, die op het Duivels
eiland op hem werden toegepast.
Algemeens berichten.
DE OORLOG IN Z.-AFRIKA.
Een berichtgever meldt uit Plu-
mer's hoofdkwartier aan de Oli-
fantsrivier, van. 29 April
Kolonel Jeffreys, die in het oos
ten staat, heeft de Boeren aan
gevallen en hen teruggedreven. Een
groote. kudde, vee is buitgemaakt.
De Boeren Lieten, een d'oode en een
gewonde achter. Het verlies der En-
gelschen was een doode en drie ge
wonden.
In andlere streken zijn een me
nigte, wagens en veel vee buitge
maakt.
De, Roslin Castle met 500 Boeren,
die allen gezond zijn, is te Madras
aangekomen. Heden gaa,n de krijgs
gevangenen naar Bellary.
Stadsnieuws.
Haarlem, 2 Mei 1901.
De „Staatscourant" bevat de statu
ten der Cultuur-maatschappij ,,Ken-
teng", alhier. Doel: het ontginnen en
bebouwen van gronden, gelegen op Ja
va, het beplanten dezer gronden met
koffie en andere gewassen, het daar-
stellen der benoodigde inrichtingen en
bet exploiteeren daarvan, het verwer
ken en het tot vervoer en verkoop ge
schikt maken der ingeoogste en door
bebouwing verkregen producten en het
doen vervoeren en verkoopen daarvan
naar en op zoodanige markten als
meest in het belang der vennootschap
zal worden geacht. Van den werkkring
der vennootschap is uitgesloten de ex
ploitatie van gronden in de residentiën
Soerakaita en Djokjokarta (Indisch
Staatsblad van 1884, nummer 9, en van
1891, nummer 255).
Duur: 30 jaren. Kapitaal f 155.000 ge
heel geplaatst. Voor de eerste maal di
recteur A. F. Kremer.
Ingevolge Kon. Besluit van 9 April
1901 no. 43 zullen de miliciens-verlof
gangers voor ten hoogste 35 dagen on
der de wapenen worden geroepen, als:
le. lichting 1897, zij. die beliooi'en tot
de veld-bataljons van de regimenten
infanterie;
2e. lichting 1898, die van de regimen
ten infanterie, huzaren, veld- en rij
dende artillerie, pontonniers, torpedis-
ten en genietroepen; en
3e. lichting 1899, die van de vesting
artillerie, pantserfort-artillerie en ge
nietroepen.
Schouwburg.
Op Hoop van Zegen.
Dat de belangstelling voor dit stuk
nog niet is uitgeput, bleek gisteren
avond uit den vollen Schouwburg. Voor
een derde voorstelling in Haarlem is het
een ongehoord feit, dat men daarbij
nog zooveel toeschouwers ziet.
Het stuk maakte evenals steeds een
zeer diepen indruk en de spelenden
wei-den levendig toegejuicht.
De 1 Mei-dag.
In de bovenzaal van ,,De- Vereeni-
ging" was de vergadering belegd
door de afdeeling van de S. D. A.
P., dfe gemeend had met een vast
om-lijmde leuze voor den dag te moe
iten komen, ni. den achturendag, in
dertijd1 op het congres te Parijs aan
genomen en nu weer op den voor
grond tredend.
Dit idéé van d'en achturendag
werd in de eerste plaats door d'en
hr. TenBoekhorst uiteengezet.
Het is aan de voortdurende agita
tie van- dei- arbeidersbeweging te
danken, dab ook de negeererude klas
se heeft ingezien dat het eindelijk
tijd wordt zich met de arheidersza-
ken in te laten,, en daar geeft de ar
beidswetgeving in de laatste jaren
blijk van.
Maar treurig is het dat de woor
den der bewuste arbeiders slechts
begrepen worden door zu.lk een
kleine schare en- niet door de groo
te menigte die daar buiten staat.
En wat nu de leuze van den acht
urendag betreftwaar de arbeids
duur tegenwoordig zoo schrikba
rend lang is, daar is het noodig dat
die van overheidswege beperkt wor
de. De misstanden, die thans be
staan in de, maatschappijmen mioot
zelf geleefd hebben het arbeidersle
ven om te beseffen, de groote ver
woestingen die door het kapitalisme
worden gesticht.
En de enorme werkloosheid b.v.,
en andere misstanden, ze zullen
niet eensklaps verdwijnen, wan
neer de eisoh van den achturen-dag
is ingewilligd, maar door d:em lan
gen arbeidstijd, die de arbeiders af
stompt, en met angst doet uitzien
naar tijd van, werkloosheid is het
hen onmogelijk om. te voldoen aan
de burgeplichten, die'die maatschap
pij van hen eischt. Hoe kan men
verwachten dat een arbeider., die
dagen van veertien, zestien eni meer
uur maakt, altijd verrichtend het
zelfde geestdoodende, eentonige
werk, zich z,al verheffen en ontwik
kelen. Hij gaat gebukt en gekromd,
onder den druk van dat zware
we.rk-l.even. Zóó vormen de maat
schappelijke misstanden armoede
en misdaad'. En omdat dei arbeiders
de economisch zwakkeren zijn,
houden ze zich met lapmiddelen
als den achturen-dag bezig, daar
mee bedoelend tijd te verwerven, tot
ontwikkeling tot politieke en eco
nomische actie, waardoor alleen
hun strijd tegen de macht van het
patronaat succes kan hebben.
Thans, op den 1 Meidag, zei spre
ker. brengen wij een broedergroet
aan de arbeiders over de ganscho
aard'e, omdat wij gevoelendat, op
dezen d'a'g over de geheele wereld
de arbeiders zich sterk maken zoo
wel politiek als economisch. De re-
geerend'e klasse staat sterk, omdat
zij weet, geen sterke macht tegen
over zich te hebben en zelf te kun
nen, beschikken over politie en ju
stitie,doch door hun eensgezindheid
en strijd" moeten, de arbeiders over
de heele wereld hun macht daar te
genover stellen.
De tweede spreker was de heer
F. W. N. Hugenlioltz Jr.
Niemand is zóó verstompt, zei
d'e heer Hugenholtz, of hij' voelt iets
voor de schoonheid' der natuur. Het
trilt in hem van, blijheid en bewon
dering als- hij in Mei, in de lente
maand, de zwellende knoppen' en
groene blaadies aanschouwt, en het
bloemenkleed, dat ais een bruids-
kleedij over die aarde ligt beenge-
spreid. Die heerlijke Meidag is, een
protest van de natuur tegen den
doodslaap, waarin de winter haar
verstijfd had'. En die mensch juicht
bij dit heerlijk ontwaken, bij dit
krachtig protest van do lente.
De arbeiders ontwaken op den
eersten Meidag ook, en laten hun
protest klinken en daveren over de
aai"de, hun protest tegen den dood
van, het kapitalisme.
Een oud), eerbiedwaardig boek
zegt: zes dagen zult gij arbeiden en.
den zevenden dag zult- gij. rusten,
doch het kapitalisme zegt365 da
gen zult gij arbeiden, indien ik het
wil. en 24 uur in het etmaal, als
het in mijn vermogen ligt.
Maar nu, op den eersten Med, nu
zeggen, de arbeidersdie eene dag
is voor ons, dat is onze feestdag, nu
willen we vrij zijn, één dag in het
jaar, en we willen bieren ons groo
te feest van den arbeid).
We moeten, ons, zei spreker, niet
laten ontmoedigen door het feit dat
we met zulk een kleine kudde zijn.
Wel is waar. zijn de arbeiders nog
zoo verdrukt* dat ook hier in, Haar
lem, b. v. er waarschijnlijk geen,
enkele tot zijn broodheer zou dlur-
ven. zeggen: Ik neem vrij op mijn
feestda- maar langzaam aan zal
de arbeidersbeweging toch toene
men in kracht, totdat de eerste
Meidag d'e vrije feestdag der arbei
ders is.
En er is nog iels anders, dat tot
nadenken stemt. Dat is de ver
deeldheid onder de arbeiders, dio
zich ook nu weer op den 1 Mei-dag,
het verbroederingsfeest, gevoelen
doet. Zoo zijn, hier in twee verschil
lende zaley Mei-mieetinigs. TerwijL
toch d'e arbeiders allen ta zamen
hoorden op dit feest.
Maar, is die verdeeldheid' wel een
wonder? is het een wonder, dat
arbeiders, die het moeilijkste pro
bleem1 hebben op te Lossen:, dat nog
ooit een klasse in den loop der
eeuwen heeft op te lossen' gehad',
n.l. dat der afschaffing van d'en
loondienst, dat zij aan wie langs
historiscben weg de taak is opge
dragen in d'e toekomst de redders
der beschaving te zijn, het oneens
zijn over d'en weg? Neen, het is
veel grooter wonder dat die ver
deeldheid niet nog sterker is.
Het verschil tusschen ons. en on
ze meer anarchistisch geneigde me-
de-arbeiders.^zei spreker, is d'at de
laatsten, d'e> macht der idéé over
schatten en de burgerlijke leer hul
digen dat de ideeën der mensch en
de maatschappelijken vooruitgang
moeten bewerken.
Verbroedering, zeker, die moet
en moest er zijn. riep de heer Hu
genholtz uit, maar hoe wil men d'at
die menschen broeders zullen zijn,
waar de strijd om het bestaan, de
felle concurrentie-strijd hen als
hyena's tegenover elkander plaatst
en het dier in d'en mensch boven
breng!, Verbroedering moet het ge
volg zijn., kan niiet het uitgangspunt
wezeni. En de sociaal-democraten
wenschen niet mede' le doen, aan de
schijnLeuze dier uiterlijke verbroe
dering, als die inderdaad niet be
staat en n,iat thans nog bestaan, kan.
IFeisISieton.
JAAR
Naar het Engelsch
VAN
DOROTHY GERARD.
7)
Het meer zelf leverde vandaag
eerder een merkwaardig dan een
schoon gezicht op, vooral toen het
restje modderig water van twee
voet diepte, uit het morsige meertje
was weggeloopen en. mannen en
vróuwen er blootvoets in romdbag-
gerden, hunne zware netten, achter
zich aan slepende, en ieder en visch
zorgvuldig bergende in d:e zakken,,
die op hun rug h.infecn.
Soms zag men een. grooter net,
dat dan door eenige mannen op
platboomschuiten op een zeker punt
werd neergegooid, terwijl een groot
aantal boeren door het gooien met
steenen of door luid schreeuwen,
de visschen verschrikten, dien te
rugtocht- afsneed en hen d'an zoo in
het net dreef. Al dit volk was in
l'ienst van. den huurder, die steeds
af en aan liepeen ongedurige,
zwarte figuur, die het noodlig scheen
te vinden op alle plaatsen tegelijk
te zijn., en die zoo scherp toezav.
■dat geen enkele visch die in de zak
ken werd geborgen, zijn oog ont
ging.
Jadw.iga en Anulka, met de
vrouw van d'en dokter, hadden
plaats genomen in een boot
om het schouwspel meer van
nabij te beschouwen' en velen van
de jongelieden volgden hen in een
tweede.
Geheel aan mijn lot overgelaten
was ik juist van plan plaats te ne
men op den stam van een der wilgen
waarmede die oever op regelmatige
afstanden beplant was, en waar
van; er een, zoo laag was gegroeid,
dal hij büna dén grond raakte,
toen Wladimir, die in die tweede'
boot zat, mij ontwaarde:, op den
kant springende, naar mij toe
kwam1 hollen.
-Oh, Miss, Miss Het spijt
mij dat ik uw naam vergeten ben,
zei de hij, met een schalksoh en glim
lach, u blijft hier toch zeker niet
alleen Dat zou al te vervelend voor
u zijn
Hij keek zoo echt leuk, dat ik on
willekeurig om hem, moest lachen.
Hij kon zich volstrekt niet voorstel
len dat iemand zich in zijn eigen
gezelschap niet verveelde.
Er is geen plaats m:eer, zeide
ik. daar d'e booten vol zijn.
Wilt u de mijne hebben vroeg
hij met nadruk.
En U' al leem op d'en kant laten?
Dat zeker nietdaar u zelf net ge
zegd hebt dat het vervelend moet
zijn alleen te blijven. U deed er be
ter aan. wat haast te maken en. uw
plaat-s weder in te nemenuw
vrienden stooten juist van wal.
Hij keek naar de' vertrekkende
booten, toen keerde hij zich- vast
besloten, naar mij toe.
Nu er geen plaats is voor ons
beiden, zal ik hier blijven'. Het zou
mijn geheelei genoegen bederven,
wanneer ik er aan dacht, dat u
daar alleen op dien ouden, verga
ne n wilg zou zitten.
Ik keek ongeloovig naar hem, en
zag, tot mijn verrassing, dat hij
werkelijk meende wat hij zeide.
Zooals ik hem, later leerde, kennen,
was het mij duidelijk dat zijn plei-
zier zeker vergald was bij het. denk
beeld', dat ik mij aan wal verveelde.
Er zijn van. die menschen, en
zeker zeer beminnenswaardige
die zich zelf niet kunnen verheu
gen, tenzij zij weten d'at anderen
dit ook doen.
Als er dan geen plaats voor u
in de boot is. dan is er zeker plaats
voor mij' op dezen stam, zeide hij
vroolijk, en zonder verdere plicht
pleging nam hij plaats aan mijn
zijde. Het werd alles gedaan1 met
zulk een jongensachtige gratie, en
de geheele handeling was op zich
zelf zoo aardig en vriendelijk ge
meend dat ik niet kan. ontkennen,
een oogemblik er door te zijn getrof
fen. Dat een jonge man, door en
door verliefd zijnde en in. tegen
woordigheid van het voorwerp zij
ner vergoding, tijd' vond om te zien
n:aar een alled'aagsohe, oudere
vreemde, terwijl die vreemde een
gouvernante was, leek mij inder
daad' iets ongewoons.
Werkelijk, de sohoongebouwde
prins deed duidelijk ai in karakter
uitkomen door zijne daden en d'oor
zijn oogen. Hij was een van die
jongelieden die voor een oude
vrouw een bos hout zouden d'rai-
gen of een verwond been aan den.
weg zouden verbinden, ja een muis,
die gevangen was, weer vrijlaten.
Waarlijk, in de sprookjes zou de
ze jongeman beloond worden met
een schoone prinses of een gouden
kasteel, maar welke bel oom ng kon
Wladimir ooit van mij hopen te
krijgen?
En toch, wanneer hij werkel'iik
verwacht had van mij zoowel het
kasteel als de prinses te krijgen,,
kon, hij niet gedienstiger zij,n dan
hij zich dat uur toonde.
Slechts een peinzende, blik in
de richting van de booten, een kor
te uitdrukking van angst op zijn.
gezicht, wanneer een luid, vroolijk
gelach van- uit de booten tot ons
doordrong, verried zijn. ver van mij
dwalende gedachten. Waarom hij
rnijmie sympathie trachtte te -wer
ven. kon ik onmogelijk begrijpen,
ofschoon dit mij duidelijk bleek.
Den Zondag te voren had hij niet
zoo bijzonder op mij. gelet; waar
schijnlijk was hij toen te veel in.
de war' bij d'e wederverschijning
van Jad'wigamaar vandaag maak
te hij druk werk van mij en scheen
geheel vervuld van. dezen overvloe
dige gastvrijheid, die ook mevrouw
Konska mij had' getoond.
U moet onze gewoonten erg
barbaarsch vinden, zeide hij plotse
ling met een zucht, toen de kreten
van, d'e blootvoets loopendë boe-ren
weer luid' lot ons doordrongen-,
want het is een eerste vereischte
van dit bedrijf zooveel mogelijk le
ven te makpn.
Ik kon zien dat hij nieuwsgierig
naar mijn antwoord' was, om te
zien of dit taf reel geen zonderlin
gen indruk op een vreemdeling
maakte.
Schilderachtig barbaarsch, ant
woordde ik.
Maar toch barbaarsch, hernam
hij, waarschijnlijk niet voldaan.
Vertel mij ,eens, d'oen zulke tafrea-
len u geen slechten, indruk krijgen
van het volk d'at ze u toont?
Och, zeide ik, mij amuseeren-
de met zijn grooten ernst, ik heb
over dit punt nog niet ernstig na
gedacht. Uw volk is inderdaad! zoo
vreemdsoortig en zoo bijzonder
in zijn manieren dat ik en mij nog
geen juist begrip van kan vormen.
Hij schoof een weinig dichter bij
mij op onze schilderachtige zit
plaats; zijn belangstelling nam
blijkbaar toe.
Vertel mij eens. hoe bedloelt
u d'at, in welk opzicht bijzonder?
Welke hoedanigheden vindt u in
ons te laken, welke te prijzen
Om te beginnen met het laat
ste neem ik den rnoed en ridderlijk
heid. daar gij die meer bezit, dan