Tweede Blad,
behoorende bij
„Haarlem s Dagblad"
van
Maandag 20 Mei 1901.
No. 5486
Stadsnieuws
Stukken van den Gemeente
raad.
B. en W. ontvingen een adres van
W. B. Scheerder alhier, waarbij hij
aan de gemeente kosteloos aanbiedt
een strook grond aan de Minnebroeder-
steeg, en stellen den Raad voor dien
grond te aanvaarden.
Door de raadsleden: dr. H. D.
Tjeenk Willink, Jhr. H. M. Ridder Ba
ronet Speelman, S. Roog en L. Modoo
is het voorstel gedaan om de tegen
woordige raadzaal te vergrooten of over
te gaan tot het bouwen of Inrichten
eener nieuwe raadzaal. Een naai- aan
leiding van dat voorstel ingesteld on
derzoek heeft aan het licht gebracht,
dat vergrooting der tegenwoordige
raadzaal geen aanbeveling verdient,
zoodat de voorgestelde wijziging zou
moeten bestaan in het inrichten van
eene nieuwe lokaliteit voor de Raads
vergaderingen.
Daar ook naar de meening van B. en
W. de tegenwoordige voor het publiek
bestemde ruimte te wenschen overlaat
meenen zij, dat op den duur tot de in
richting van een nieuwe raadszaal zal
besloten moeten worden en geven z':
den Raad in overweging om wan
neer dit college met hen van meenin-
is dat door eene verbouwing van de Sta
tenzaal de beste oplossing zal worden
verkregen B. en W. uit te noodigen,
de daarvoor vereischte plannen te doen
opmaken.
Inmiddels zou door eene verbetering
der ventilatie waarmede 500 -emoeid
zou zijn, de bezwaren van de tegen
woordige RaadszaaL voor een gedeelte
kunnen worden weggenomen. B. en W.
doen een desbetreffend voorstel.
Ked^rl. Jougelings-Vorbond.
De bijeenkomst op Maandag 27 Mei
a.s. te Heilo bij Alkmaar te houden
gaat uit van den Ring „Haarlem". on~
derafdeeling van bovengenoemd Ver
bond en wordt gehouden in het bosch,
daartoe welwillend afgestaan door den
Hoog Welgeb. heer Jhr. Foreest.
Op het programma ls abusief vermeld
dat Jhr. Foreest burgemeester van
Alkmaar is. Dit is niet het geval.
Bioamendaal.
De benoeming van dr. G. C. van
Walsem, geneesheer aan het krank
zinnigengesticht Meerenberg bij Bloe-
mendaal, tot hoogleeraar te Leiden,
in de plaats van dr. Siegenbeek van
Heukelom, was aldus schijft men
uit Leiden aan het Hbld. in medi
sche kringen een zeer aangename ver
rassing. Dr. Van Walsem staat be
kend als een man met groote gaven
en een verbazende werkkracht. Hij is
betrekkelijk nog jong en indien hij
voor de hoogeschool gespaard blijft,
zal li ij tot den bloei en den glorie der
medische faculteit kunnen meewerken.
De nieuwbenoemde hoogleeraar is
geboren te Wateringen. Hij werd in
1880 als medisch student te Leiden in
geschreven, waar hij in 1886 zijn arts
examen met lof aflegde, terwijl hij 25
Febr. 1889 cum lande promoveerde
met een doorwrocht proefschrift, ge
titeld: „Eenige onderzoekingen en be
schouwingen op het gebied van de
pathologische anatomie van het rug-
gemerg in verband met zijn normalen
bouw."
binnenland.
Aan de Kieze? s.
Het bestuur der Liberale Unie heeft
aan de kiezers het volgende rondschrij
ven gericht:
Met spoed naderen de verkiezingen
voor de Tweede Kamer der Staten-Ge-
neraal en de Provinciale Staten, die,
gelukt de toeleg der tegenstanders,
voor vele jaren een einde zullen maken
aan de politiek van sociale hervormin
gen, eerst sinds korten tijd met groote
kracht ter hand genomen.
Het groote clericale verbond oi'gani-
secrt zich kiachtiger dan ooit. De Cal-
vinistisch-anti-revolutionnaire partij
onder leiding van Dr. Kuyper drijft
reeds groote ruilhandel in zetels met
Rome, ja verklaart, zich bereid, waar
zij dit noodzakelijk acht, reeds bij eer
st.osteniming^^ te
feuilleton.
SSÏSIN JAAR
Naar het Engelsch
van
DOROTHY GERARD.
20)
De eerste was gedateerd uit Parijs,
en ziehier zijn, inhoud, Misschien
heb ik er eenige woorden in ver
anderd, maar dat is niet hinderlijk:
er was eens een tijd diat ik dleze
brieven uit mijn houid kende.
Parijs, Hotel d'Angle tenue,
11 Mei 185—.
Waarde Graaf,
lk heb het nog niet gedaan,
•maai" ik hoop het te doen. God weet
dat ik geen rust zal hebben voor ik
het volbracht heb. Ik zou u reeds
geschreven hebben indien uw brie
ven uit Marseille niet waren ge
komen. want in ons overijld onder
houd van verleiden. Woensdagmor
gen kon ik zelfs niet trachten mij te
rechtvaardigen in uw oogen, zelfs
mij niet gedeeltelijk verontschuldi
gen. U bent waarschijnlijk nooit
steunen. En waar een goede kans zich
aanbiedt door zulken ruilhandel vrij-
anti-revolutionairen en Christelijk-
Iiistorischen met haar te doen optrek
ken, daar zijn de conservatieve neigin
gen der eersten, en de fel anti-papis-
tische gevoelens der laatsten geen be
zwaar om tot zegepraal' van het ver
bond van Dordt en Rome mede te wer
ken.
Wordt die behaald, dan staat ons een
tijdperk van stilstand in de wetgeving
te wachten. De partijen, die stammien
uit één wortel des geloofs, hebben geen
staatkundig' programma gemeen, en
sterk in 't gezamenlijk afbreken, zul
len zij onmachtig blijken samen naar
vast beginsel de algemeene volksbe
langen te bevorderen.
Wijt ons niet, dat wij het clericale
spook oproepen; het is geen spook; het
verbond staat dreigend in houding
vóór ons, en dwingt allen, die de ont
wikkeling van onze staatsinstellingen
in vrijzinnigen geest voorstaan tot te
genweer.
Maar aan de andere zijde bedreigt
ons een tweede vijand in de soc.iale-de-
mo oratie.
Op den voorgrond stellende allerlei
vraagstukken en hervormingen, die
ook voorkomen op de programma's dei-
liberale groepen, ia haai' einddoel om
mekeer der sociale orde, afschaffing
van het particulier bezit der productie
middelen, het dienstbaar maken van
de staatsalmacht aan de belangen van
ééne klasse, doodend het particulier
initiatief, in het leven roepend de ti
rannie van enkelen, die heel het maat
schappelijke leven in vaste kluisters
zullen slaan.
Wilt gij daarheen?
Ge weet, dat de Sociaal-democratie
hare opkomst te danken heeft aan het
helaas niet te ontkennen feit, dat de
liberale partij tegenover d'e sociale noo-
den te lang onverschillig of althans
werkeloos is gebleven. Maar Ge weet
ook, dat die tijden voorbij zijn, en dat
de liberale partij zich in hare verschil
lende schakeeringen er ernstig op toe
legt, door krachtig ingrijpen der ge
meenschap, waar particuliere krach
ten te kort schieten, het peil der Volles-
welvaart te verhoogen, en de maat
schappelijke nooden te lenigen.
Heerscht geen volkomen eenstem
migheid omtrent de wijze, waarop ver
schillende vraagstukken moeten wor
den opgelost, openbaart zich verschil
van gevoelen over de vraag, hoe ver
de Staatsinmenging moet gaan, of op
welk gebied het eerst moet worden in
gegrepen, Gij gevoelt dat zulks geen
reden mag zijn om af te stooten hen,
die in hoofdzaak ééns van zin zijn,
overluigd als Ge zij t, dat geen.grooter
ramp ons land kan treffen, dan dat
door verdeeldheid onzerzijds de zege
praal der tegenpartij en daarmede de
staking van alle sociale hervormingen
werd in de hand gewerkt.
En Ge weet, dat er geen heter mid
del bestaat, om de uitbreiding der so
ciaal-democratie te stuiten dan een wel
overlegde gestadige vooruitgang op den
weg der hervormingen.
Het tegenwoordige Kabinet schonk
U de wetten, die aan stuitende privile
giën op liet gebied der landsverdedi
ging een einde maken, die verwaarloo-
zing van de kinderen des volles voor
komen, en aan reeds verwaarloosden
de reddende hand reiken, die den door
een bedrijfsongeval getroffen arbei
der de zekerheid bieden eene volkomen
..vergoeding voor zijne verminderde ar
beidskracht die de zorg voor de open
bare gezondheid op steviger grondslag
vestigen, en eene deugdelijke verbe
tering der volkshuis vesting bevorderen,
Op dien weg moet, worden voortge
gaan. Zoodra de mogelijkheid zich aan
biedt het Kiesrechtvraagstuk tot defi
nitieve oplossing te brengen, zoodat
het Kiesrecht niet langer zoöals thans,
hoofdzakelijk aan bezit verbonden
blijft, daar zullen ook wij dié"aangrij-
psn en aan de daarvoor noodige grond
wetsherziening medewerken. De verze
kering tegen ongevallen moet worden
uitgebreid, zoodat ook landbouwer en
visscher hetzelfde recfrt als de arbei
der in de nijverheid deelachtig worden.
De oude dag van den arbeider moet
worden verzekerd. Verbeterde armen
zorg moet voorkomen, dat wie werken
wil, maar niet werken kan aan nijpen
de armoede ten prooi is. Door regeling
van het arbeidscontract moeten de we-
derzij dsche rechten en verplichtingen
van werkgever en werkman afgebakend
worden. Maar tevens moeten de pro
ductieve krachten des volks worden ver
sterkt en al zoo de welvaart bevorderd
worden door eene verstandige handels
politiek, door uitbreiding van vakon
derwijs, door bevordering van ver
keersmiddelen, door staatszorg en
wanhopig geweest, want anders
zou u weten d!at een wanhopend
man niet te vergelijken, is met een
die zichzelf meester is. Na d)e vele
aangename uren doorgebracht in
uw gezelschap, zou ik ongaarne
willen dat Lk geheel in, uw achting
zou dalen en daarom wil ik in het
kort verhalen, de geschiedenis van
mijn groote fout of van mijn mis
daad'. zooals u het noemt.
Gij herinnert u dat ik voor een
week geledien. veel geld verloren
heb deze uitslag van het verderfe
lijk spel had mijn. zenuwen aange
tast. geloof ik, zoowel slaap als eet
lust verdwenen, en ik leefde in een
opwinding, die geen grenzen ken
de. Toen kwam die vreeselijke
Maandag, toen alle booze geesten
tegen mij schenen samen te span
nen. Toen ik dien nacht van die
speeltafel opstond neen het was
reeds morgen wist ik dat ik mii
bijna geruïneerd1 had dat kondlt
ge allen zien. geloof ik, want ieder
een was het er over eens dat er re
vanche moest worden, gegeven, aan
mlf, en hij ik kan er niet toe ko
men zijn naam neer te schrijven,
dien ik ongelukki- heb gemaakt
was de eerste die het mij dien vol
genden. nacht aanbood. Ik wist diat
staatshulp, overal waar leiding en
steun vaii het particulier initiatief noo-
clig is.
Ziehier het programma, dat de Li
berale Unie u biedt, en dat ook bij an
dere Vereenigingen weerklank vond.
Daarvoor roepen wij u ten strijde.
Geene lauwheid, geene onverschil
ligheid, onze beginselen zijn 't waard,
dat daarvoor met inspanning van alle
krachten wordt geijverd.
De toekomst van Nederland ligt in
uwe handen!
09 Is de Zuiderzee ontstaan
Over dit actueele onderwerp schrijft
v. d. V. in het „Rotterdamsch Nieuws
blad" 't volgende:
In historische tijden vindt men voor
het eerst van de Zuiderzee srewag ge
maakt door Pomponius Melaeen Ro-
meinsch officier die, als behoorende
tot de legioenen van Drusus, broeder
van keizer Tiberius, in liet jaar 10 voor
de Christelijke jaartelling' het eiland
der Bataven heeft bezocht.
Deze zegt in de „Situi Orbis" van den
Rijn:
„De Rijn vloeit uit de Alpen... na een
grooten afstand te hebben afgelegd,
zonder zich in takken te scheiden, en
in een welbepaald bed, verdeelt hij zich
niet ver van de zee in verschillende
armen, waarvan do linker tot aan zijn
mond toe den naam van Rijn blijft
dragen. De rechterarm behoudt eerst
dezelfde breedte als vóór de vertakking
doch langzamerhand breidt hij zich
meer uit, en gelijkt niet langer op een
rivier, maar op een uitgestrekt meer,
dat waar het zijn grootste breedte be
reikt heeft, Flevo genoemd wordt en
een eiland van dienzelfden naam om
spoelt; daarna wordt de rivier weder
om smaller, en werpt zich dus in den
Oceaan."
Het meer Flevo moet worden be
schouwd als ongeveer het middelbas
sin te zijn geweest van den tegenwoor-
digen waterplas, dien wij Zuiderzee
noemen, en dien wij ons in den tijd dei-
Bataven hebben voor te stellen als
veenmoerassen, zooals alle venen in
hun oorspronkelijken toestand met
houtgewas bedekt en doorsneden niet
meertjes en waterplassen, waar tus-
schenin men ook nog een plaats moet
overlaten voor den IJsel met al zijn
water, en met hetgeen herwaarts door
de Vecht uit Overijssel toegevoerd
wordt. Zoo zeker waren dit veengron
den, dat men zelfs een hier te lande
niet ongewoon verschijnsel dienaan
gaande geboekt vindt, het wegdrijven
namelijk van den grond en het terug
vorderen van hun eigendom, door de
ooi'spronkelijlv© eigenaren.
Aan de Stichtsche zijde van de Zui
derzee was bij een overstrooming in de
tweede helft der twaalfde eeuw zoo
veel land van de overzijde aans-esooeld,
dat er verschil over ontstond tusschen
de Utrechtenaren en de Friezen. Dezen
verklaarden hun eigendom te willen
behouden, al was 't ook van plaats ver
anderd; genen erkenden volmondis de
deugdelijkheid van dien eisch en wil
den gaame den grond weder afstaan,
onder beding evenwel, dat de Friezen
dien, naar huis zouden me de,nemen.
Zoo dreef ook in November 1776. een
stuk land van ruim een derde hectare
groot, met drie schapen onder Beulak
ker weg en landde, drie dagen daar
na, met de weidende schapen aan den
Zomerdijk tusschen Z war tl suis en Mep-
pel.
In de eerste eeuwen der Christelijke
jaartelling waren de provinciën Noord-
Holland, Zuid-Holland en ^edeelten
van Friesland Groningen en der Zui
derzee met, boschvenen bedekt, dit ~c-
lieel wordt het Holland-Zuiderz^e-veen
genoemd.
Deze boschvenen waren, genoegzaam
onbewoond en onbewoonbaar en wat
de waarde van den bodem aanging,
was er in den grond der zaak weinig
aan gelegen of men hier een half milli-
oen hectaren moeras dan wel water be
zat.
Opmerkelijk is het feit, dat door de
afsluiting en droogmaking der Zuider
zee, de geologische toestand van voor
ongeveer twee duizend jaren weder zal
worden hersteld, met dit onderscheid
evenwel, dat waar toen poelen, moeras
sen, eilanden en lage landen waren, I
die telkens overstroomd werden om
dat ze nog niet door dijken werden be
schermd, nu zullen worden verkregen
vier groote, goed beveiligde polders van
vruchtbare bouw- en. weilanden.
De groote waterplas, waarvan het ei
land Flevo het middelpunt was, is niet
in een^ doch geleidelijk ontstaan.
De Nederlandsche geschiedschrijver
Wagenaer zegt, dat in 1170 op een hee-1
ten zomer, in het najaar een geweldige
storm volgde, die het zeewater hoog
over het land joeg. Het lage gedeelte
het mijn laatste kans was ik wist
dat. nóg zoo'n nacht mij tob den be
delstaf zou brengen,. Alles, mijn,
geheel e toekomst hing af van d'e,
kaarten. Ik zweer u, bij die nage
dachtenis van mijn moeder, diat ik
toen ik aan de tafel zat niet de .min
ste gedachte' had aan een oneerlijke
daadi of om een mijner vrienden
te vermoorden. Ik speelde op goed-
geluk. hopende dat de kans zou
keer en. Eerst toen ik duidlelijk zag
dat de kans niet keerde en deze
nacht een herhaling zou worden
van, den vorige, kwam er een soort
van waanzin over mij. Toen op een
oogenblikO I die spiegel, die
noodlottige spiegel I Als ik niet op
die plaats had1 gezeten, zou ik er
zelfs niet aan gedacht hebben eenig
kwaad te doen. Hoe kwam ik er
toe valsch te spelen Ik had ge
hoord' vani gemerkte kaarten, maar
ik had' zelfs nooit het idiée gehad
zulk een handeling te plegen en ik
zou mij ook direct verraden heb
ben bij d'e eerste poging maar
de spiegel wees mij deni weg. Ik
hield de „Bank", herinner ik mij.
Van, het oogenblik af diat ik bemerk
te dat ondier het uitdealen do;
onderste- der kaarten: in den
spiegel te zien was. kon ik mij
van Friesland, in de omstreken van1
Stavoren, werd geheel overstroomd.
Zóó boog stond het zeewater in liet
Sticht van Utrecht, dat men de zeer
viseh met groote netten in de stads
grachten ving.
Dat da Zuiderzee er door ontstaan
zou zijn, gelijk latere schrijvers heb
ben gegist, strijdt met de oudste he-
richtcn, die van ons land bestaan.
Waarschijnlijk zijn er de zeegalen al
leen door verwijd. In het iaar 1334 le
den de Friezen veel van een geweldigen
watervloed, waarvan ook een gedeelte
van Holland en Zeeland groote schade
had.
De overstrooming door het zeewater
volgde op een geweldigen storm, die
den 23sten November opstak. Vele dor
pen werden overstroomd en een «rroote
menigte mensclien verloor hel leven.
Enkel© uit de vel© geweldige stormen
en watervloeden, di© den oever der Zui
derzee hebben geteisterd zijn genoemd
geworden; doch het algemeen vermoe
den is, da.t die binnenzee in haar te-
i genwoordigen toestand geleidelijk is
ontstaan tijdens de middeleeuwen, toen
de centrale regeering nog zeer zwaa
was, toen ieder gewest voor zün ei<ren
dijken hadi te zorgen, toen het particu
larisme zijn hoogtijd vierde en geen
krachtig bewind zooals tegenwoordig,
de gewesten, kon dwingen hun lande
rijen tegen de hooge waterstanden te
beschermen.
De zaak-De Jongh,
Het dagblad „Het Volk" vervolgt de
mededeelingen over de revisie-aan-
vraag-De Jongh. Het blad schrijft
„De Jongh, eindelijk in hechtenis ge
nomen, gedroeg zich heel zonderling.
Hij deed geen poging te ontkennen welk
aandeel hij had in de moordzaak, maar
hield vol, dat hij niet zelf cle dader was.
Hij zeide aanvankelijk, dat de moor
denaar hem alleen bij name bekend
was en noemde een verkeerden naam.
Gevoelende, dat hij bij voortzetting van
het onderzoek den naam van Kets zou
laten vallen, besloot hij te sterven door
verhongering. Hij weigerde alle hem
aangeboden voedsel, zoodat er een dok
ter ontboden werd om hem tot eiken
prijs in het leven te houden.
„Daar kwam op 16 October een brief
je uit Amsterdam, gericht, aan De
Jonghs moeder bevestigen, dat. een an
der den moord had bedreven. Dat brief
je luidde aldus:
„Mevrouw!
,,Mijn vorig briefje is zeker niet te
recht gekomen, daarom schrijf ik u
nog eens. Uw zoon is niet schuldig aan
de moord, de trouwe jongen moet zijn
schuld niet verzwaren. Ik mag niet veel
schrijven, maar ik zal het u persoon
lijk vertellen. Ik ben in Amsterdam in
i betrekking. Schrijf u nu maar aan An
na Spiegel post restante. Wanneer u
mij in Amsterdam komt spreken en
waar, dan zal ik u alles vertellen. Dat
die. MusqueUer hem zoo gemeen heeft
j verraden, doch hij zal zijn straf ook niet
ontloop en. U moet dit briefje niet aan
de politie laten lezen, mijn naam is an
ders, zij kunnen mij hiermede toch niet
vinden. Ik had gehoopt, dat alles goed
ar zou loópèn. Ons doel was niet om
de jongeheer B. te dooden, dat is in
uiterste nood geschied. Ik ben het meis
je dat bij den heer Ubbens is geweest,
dat wil ik voor u wel weten. Ik deel het
u in vertrouwen mede. Als u bij u zoon
komt, vertel hem dan maar dat u dit
briefje ontvangen hebt..
„Ik heb bij de pastoor gebiegt dus
mijn geweten is vrij. Ik heb de moord
niet gedaan maar uw zoon ook niet,wie
die derde is, za.1 ik u wel zegden, maar
niet schrijven. Ze hadden mij er ook in
gehaald, om zoo als zij het noemden
de Russische daad te volvoeren. Dat uw
zoon zwijgt is, dat hij gezworen heeft als
de andere, te zwijgen en als ze elkan
der ooit verraden, dan zou het des ver
raders moeder het leven kosten. Dus
uit liefde tot u bewaard hij het stil
zwijgen. A. S."
„De moeder ging op dit briefje niet
in en leverde het aan de justitie, die
meende met een mystificatie te doen te
hebben. Echter werd het aan De Jongh
getoond, om nogmaals te pogen iets;
uit hem t.e krijgen. Dit, gelukte ten laat- I
ste aan zijn zuster Anna, dezelfde ter
wille van wie hij den naam des moor
denaars te hebben verzwegen.
„We halen weder den brief van 12
Mei 1896 aan
„Ge weet verder, hoe ik zeker zijnde
van mijn plan om mij te doen doodhon
geren, gedurende die poging door allen
en op 't laatst zelfs door Anna gehar-
zeleerd werd om den moordenaar aan
te wijzen. Onder Anna's toespraak
kwam de naam van Kets mij reeds bij
na op de lippen; de heer Schermbeek,
welke- er bij zat., zeide: Ik zie wel, dat
met weerhouden hieirvan gebruik
te maken. Eerst deed ik hel meer
bij wijze van proef. Ik kon, toen
mi eb begrijpen, d'at de spelers van
deze manoeuvre niets sagen, maar
toen ik tot deze ontdekking kwam,
scheen mijn, wil mij geheel te ver
laten. Denkt u eens, aan mijn eene
zijde stond het verderf, r.i-:; slechts
zijn schaduw, maar l:o, verderf
zelf. aam de andere zijde dv zoo ge
makkelijke manier om mi, v, rlïe-
zem terug te wirunenliet was als
een nieuw soort truc in, het spal en
ik voelde er sLeeds grooter belang
stelling voor ik speelde groffer en
begon hoe langer hoe meer te war
gen daar hel. vertrouwen, in mij
onbegrensd scheen. Niemand heeft
ooit zoo voorspoedig gespeeld!. De
omstander en de grofheid van 't
spel hadi menigeen naar die tafel ge
lokt. verklaarden lachende dat
ik meer dan mijn revanche mam.
Alleen eens. opwaarts kijkend, zag
ik tusschen die toeschouwers een
paar oogen op mij gericht, die mij
met achterdochtige oplettendheid
beschouwden. Dat waren uwe
oogen, Graaf, rmaar op d'at oogem-
blik van het spel was ik te opgei-
wonden om de waarschuwing, d'ie
er in lag te begrijpen. Het was
liij u iets te zeggen heeft, e.n zal u bei-1
don een oogenblik alléén laten." Toen
vermande ik mij en volvoerde wat ik
reeds overdacht had, nl. dat ik den
moord op mij nam, ten einde zonder
verdere plagerij te sterven en door mijn
dood! Kets te sparen met 't doel om An
na te redden."
„Voortdurend bleef De Jongh nogin-
gen aanwenden om zelfmoord te ple
gen. Toen de hongerkuur niet gelukte,
verslond hij met zijn uitgevast lichaam
ineens alle spijzen, die hem voorgezet
waren om hem tot eten te bewegen. Dit
had wel ten gevolge, da.t hij ziek werd,
maar hij ging niet dood. Ook een po
ging tot zelfmoord door middel van een
stuk glas, dat hij uit een drinkglas
heet en trachtte in te slikken, mislukte.
Met de bekentenis, dat hij den moord
gepleegd had, was voor De Jongh de
kwellende ondervraging niet nfgeloo-
pen. Integendeel werd het verhoor nu
nog scherper. De beklaagde had moeite
een verhaal bijeen te brengen, dat aan
nemelijk maken zou, dat hij alleen den
moordi gepleegd! zou hebben. Verschil
lende aanwijzingen duidden op een
tweeden dader, maar men moest de be
kentenis van iemand, die een zoo zware
misdaad op zich nam, wel aannemen."
Het blad stelt vervolgens de vraag,
of het nieuwe verhaal van De Jongh
aannemelijk is, wat be.treffc de geloof
waardigheid van het verbaal zelf en
in verband met den toestand waarin De
Jongh zich bevond, en dan komt het
blad tot deze conclusie:
„Gegeven een man, wiens toekomst
gebroken is, die wegens zijn aandeel
in do zaak, waarvan men hem beschul
digt toch zeker een zwaar vonnis te
wachten heeft en die door zijn schuld
nog te verzwaren, een zuster, welke hij
liefheeft, kan sparen van iets dat hij
het ergste vindt wat een, meisje kan
overkomen is het dan zoo onbegrij
pelijk wat Do Jongh gedaan heeft?
Voeg dan daarbij den overprikkelden
toestand waarin hij verkeerde, een toe
stand, die blijkbaar reeds begonnen is
bij het ontwerpen van het plan om aan
geld te komen (wat voor een 24jarig
man eigenlijk al te zot is) en later blijkt
uit bet vergeten op de post te doen van
den brief, toch zeker het gewichtigste
element in de geschiedenis; voegt daar
bij het kwiellende van een voortdurend
verhoor en gevraag, het hongerlijden,
het verschijnen van zijn. zuster om met
nog meer overreding tot hem te spre
ken neem ten slotte de onverschillig
heid in aanmerking, die ook in deze
omstandigheden niet onverklaarbaar
is, en het hardnekkig karakter van De
Jongh werkel'ik zijn bekentenis van
een misdaad die hij niet begaan heeft,
behoort niet tot de psychologische on
mogelijkheden."
Eep algemeen Spoorboek.
Men schrijft ons:
Ieder weet hoe lastig het is, vergeefs
te moeten zoeken naar kleine vooi-wer-
pen van dagelijksch gebruik, die men
ergens neerlegt, maar toevallig niet
kan vinden juist als mén ze noodig
heeft. Wij denken hierbij aan potloo-
den, doosjes lucifers, maar vooral aan
hot spoorboekje. Weken lang heeft
het vóór u op uw schrijftafel gelegen,
maar juist als gij op reis moet., is het
nergens te vinden, omdat het tegelijk
met andere boeken of papieren is ver
plaatst. En terwijl men gewoonlijk
nog wel een tweede doosje lucifers of
potlood in huis heeft, bezit ieder gezin
of kantoor in den regel van het spoor
boekje maar één exemplaar, en is dus
het oogtenblikkelijk ongerief van .de
verdwijning zeer groot.
Wie zich het thans bij de firma J. H.
de Bussy verschenen Algemeen Spoor
boek van Nederland aanschaft, vrij
waart zich tegen dit ongemak. Het is
een boek in flink kwarto-formaat, dat
overal in 't oog valt, op grooten af
stand kenbaar is en niet gemakkelijk
onder andore papieren onzichtbaar
wordt, Iterwijl het,1 voldoet» aan den
eisch van practische inrichting van
den inhoud.
De dienstregelingen zi;n met for-
sche letters en cijfers gedrukt en dui
delijk aangegeven.
Een groote kaart van Nederland in
kleurendruk, die het spoorboek ver
siert, is alleen wel den prijs van het
geheele boek waard, want voor een
kwartje wordt dit door iederen boek
handelaar geleverd.
Hulppredikers in Ned-Indjë.
Bij Kon. besluit is de volgende
wijziging gebracht in art. 2 van het
Kon. Besluit van 22 December 1867
(„Stbl." No. 154) betrekkelijk hulp
predikers in Ned.Indië
„De hulppredikers worden mei
de meeste zorg gekozen uit hen,
eerst, toen. ik u. na dien langen
nacht vond wachten voor mijn ho
tel, dat ik begreep ontdekt te zijn.
Gij wilt mij in staat stellen aLles
weer goed te maken, denkende dat
het maar een oogenblik kei ijk krank
zinnigheid was, on dat het au voor
bij is. Ik weet zeker, dat ik nooit
meer op. zulk een, slechte manier
zal profiteeren, van een ander. Dal
gij mij dit aanraaddet was altean
om liet mij met mii n geweten weer
;eerif> te laten wordlenik weet dit.
Zoowel uw plicht als die mine is,
dat alles weer hersteld wordt. Gij
zijt geroepen om uw landsbelangen
•te verdedigen op een vèr verwij
derd slagveld ik zal mijn nartmer.
diie zoo geleden heeft door mijn toe-
idjoen. zijn verlies weer terug-ge
ven. Uw waarschuwing \yordt niet
in den wind geslagen, maar ik
neem haar aan als een deel van
mijn straf. U hemt mijn rechter, ik
bon. de misdadiger e.n het vonnis
dat u owmii hebt uitgesproken,
zal voltrokken worden door een,
brief. Heb alleen wat geduid'. De<ze
zaak moet tusschen mij en li e- m
worden behandeld1, en ik kan het
niet mondeling doen. Zoo lang wij
in Parijs ziin. ontmoeten wij el
kaar (Dagelijks.Ik zal wachten tot
van wie blijkt, dat zij tot de uil
oefening van het deeraarsam in
door de Commissie tot die zaken
der Protestantse lie kerken in Ne-
derlandsc-h- Oost- en West-Indie of
door het bestuur der Protestaibsche
kerk Tni NecÜerlanid'soh-Indtè be
kwaam en gerechtigd' zijn ver
klaard. met diien verstande, dat zen
delingen de voorkeur zullen gé-
nieten."
Donderdag zijn bij de H. U. S.
M. twee contrólebeambten, één te
eïdlem en één teA mersfoont, in
unne betrekking geschorst als
verdacht van frauduleuze handelin
gen' met plaatsbewijzen'.
Sport en Wedstrijden.
Wiele nieuws,;
Hollandei's te Bntmibijk.
Te Brunswijk hebben, naar „de Fiets"
meldit, de openingswdestrijden plaats
gehad. Onder de deelnemers waren de
Hollanders Van der Knoop. Mulder en
de amateur Hoorn. Laatstgenoemdé
kwam in het Amateurs-nummer ovefr
2000 meter tweede aan.
In den Internationalen wedstrijd mak
voorgift over 2000 Meter kwamen
Mulder en Van der Knoop,resp. met 70
en 80 M. voorgift. in hunne serie le aan,
terwijl de finale tot uitslag had: 1. J^h
Mulder (70 M.) in 2 min. 48 2/5 sefc.;
2. Luttermann (20 M.), 3. Dorflinger (50
M.) en 4. Van der Knoop (80 M.)
In den wedstrijd over 25 kilom. tusr
schen Rijser, Kaeser en Van der Knoop
bleef Rijser overwinnaar in 29 min.
21 sec,.. Kaeser 2 met vijf, Van der
Knoop 3 met acht ronden. Door het
springen van een band van zijn gang-
makende tandem was Van der Knoop
zestien ronden zonder gangmaking.
De Engelsche wielrenner Green, die
reeds kort na start zijn deelneming aan
den wielerwedstrijd BordeauxParijs
(594 kil.) er aan heeft moeten geven
door een val. gaat den eersten Juni
opnieuw op weg, zonder gangmaking,
alleen gevolgd door een automobiel
voor niachineverwisseling en verzor
ging. Hij denkt 't in 20 uur klaar te
spelen. Het record met gangmaking
door éénpersoons-tweewielers, staat ten
name van Lesna met 21 uur 53 min.
40 sec.
Roeien.
Kon. Ned. Zeil- en Roei- Vereeniging
Het programma voor de Internatio
nale Roeiwedstrijden, uitgeschreven
door de „Kon. Ned. Zeil- en Roei-Vcr-
eeniging," op den Amstel te houden
op Vrijdag 14 en Zaterdag 15 Juni a.s.,
is als volgt:
1. Tweeriems gieken. Prijs een
kunstvoorwerp.
2. Vierriems gieken. Juniores. Prijs
id'.
3. Tweeriems scullingbooten (skifs).
Prijs een bronzen beeld ter waardö
van 250. De prijs moet in 3 ach
tereenvolgende wedstrijden of vijf
maal in het geheel door dezelfde ver-
eeniging behaald worden. In 1900
behaald door de Stud. R. V. Ncreus.
4. Achtriems gieken. Juniores. Prij9
de kleine 'gouden medial 11e. der ver.
voor den stuurman en iederen roeiet
5. Tweeriemsgiekcn zonder stuurt
man. Prijs een kunstvoorwerp.
6. Vierriems-gieken. Twe;öjaarsprijs,
aangeboden door oud-bestuurders
der A. S. R. V. „Nereus," en een diplo<-
ma. De prijs wordt eigendom der ver-
ecniging, die hem in twee achtereen
volgende wedstrijden behaald zal heb
ben.
7. Tweeriemsgiekcn. Juniores. Prijg
een kunstvoorwerp, uitgeloofd door
den voorzitter van de K. N. Z. en ft.
Ver.
8. Tweeriems scullingbooten (skifs).
Juniores. Prijs groote zilv. mcd.
9. Achtriemsgieken. Koninginneprijs,
kunstvoorwerp uitgeloofd door H. M.
de Koningin.
Zoo noodig zullen op Donderdag 13
Juni voorwedstrijden gehouden wor
den.
Lengte der baan pl. m. 2500 meter
voor alle nummers.
Rechtszaken.
De revisieaanvraag van De Janigh
in die bekende moordzaak van Ma»-
rius Bogaert zal den 28 Mei door
den Hoogen, Raad worden behan
deld, or Is geen gemachtigde aan
gewezen
wij van elkaar zijn gegaan, en diani
za! ik het hem schrijven. Verwerp
dit uitstel niet. Was hij op de een
of andere manier geruïneerd door
het verlies van vededen week dan
zou ik dadelijk spreken, maar zijn
zakken zitten nog vol goud on noch
hij, noch iemand anders denkt dat
zijn verlies iets and'eas is dan do
loop van het spel. U cji. ik zijn de
oenigste stervelingen die het ge
heim weten. Hij zal de volgends
week Parijs verlaten wees barm
hartig en gun inij deze paar dagen
nog voordat ik mijn leven v< n
thans, misschien ook de wereld,
vaarwel zeg. want wat andere toe
komst staat er nog voor mij open?
Wat uwe berekening aangaat, dlie
is wel goed. Ja, het kan niel an-
tr< -• d.- - van Dinsdag
nacht moet drie honderd twintig
duizend francs zijn..
Vaarwel. Dank zoo goed' moge
lijk over mik als een die gevallen
is door zwakheid' en niet door on
deugd1, en die zoo spoedig mogelijk
zijn slecht leven zal eindigen.
Kazimir Bielinski.
De tweede brief was korter en
twee maanden later geschreven van
uit Ludniki.