NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
Meestgelezen Dagblad, in Haarlem en Omstreken.
I8e Jaargang
Dinsdag 21 Mei 1901.
No. 5487
HAARLEM'S DAGBLAD
ABONNEMENTSPRIJS: ADVERTENTIEN:
Voor Haarlem per 3 maanden 1.20 Van 1—5 regels 50 Ofcs.Iedere regel meer 10 Cta. Buiten het Arrondissement Haarlem
Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der gemeente), is de prijs der Advertentiën van 15 regels 0.75, elke regel meer 0.15.
per 3 maanden1.30 Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden.1.65 Reclames 30 Oent per regel.
Afzonderlijke nummers0.02^ /gAFft 38» Bureaux: Gebouw Het Spaarne, Kampersingel 70, vlak hg de Turfmarkt.
Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden0.37^ Telefoonnummer der Redactie 600. Telefoonnummer der Administratie 123.
de omstreken en franco per post 0.45 Intercommunale aansluiting.
Uitgave der Vennootschap Lourens Coster. Directeur: J. C. PEEREBOOM.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze Agenten en door alle Boekhandelaren en Courantiers. Met uitzondering van het Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertenti
en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan het Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam,
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Hoofdagenten voor het BuitenlandCompagnie Générale de Publicité Etrangère G. L. DAUBE Co. JOHN F. JONESSucc.. Parijs 31M* Faubourg Montmartre.
Haarlem's Dagblad van 21 Mei
bevat o.a.
De nieuwste Engelselie bar-
baarscbheden, Esterbazy's verkla
ringen, Haagsche Brief, De Vre-
desmeeting in den Haag, Een duur
boek, Stukken van den Gemeen
teraad.
Politiek Overzicht.
Van nog brutaler aard, dan het
goedpraten der verbranding van
hoeven, waarvan wij in ons vorig
nummer gewaagden, is het bericht
dezer dagen uit Durban door Reu
ter geseind, dat<, met kennis der
voornaamste militaire autoriteiten
in het land. stappen gedaan zijn om
d;e Kaffers los te laten op de Boe-
ren, en dat hen verlof gegeven is
om te moorden en te plunderen.
De inboorlingen van Zoel oei and,
hebben, volgens d'at bericht van mi
litaire officieren last gekregen zich
te wapenen en het distriet Vrijheid
binnen te vallen duizenden stuks
vee van de Boeren werden aange
bracht en aan kolonel Bottomley
uitgeleverd. De Zoeloes, ontvingen
10% van al het geroofde. Een Boer
was ernstig gewond rnet assegaaien..
Als gevolg van. deze handeling zijn
de Dinizoeloe- en Usibipoe-kaffers
weer op het oorlogspad.
De heer Brunner, lid van de Na-
talsche Wetgevende vergadering^
heeft daartegen bij de regeering
dier kolonie ernstig geprotesteerd.
En de Natal Iers, protesteeren der
mate, dat de Engelsche regeering
zich misschien alsnog haasten zal
Kitchener te bevelen zijn heilloos
an barbaarsch plan niet te volvoe
ren. Doet zij dit niet, dlan loopt zij
groot gevaar zijn werkelijke Zuid-
Afrikaansohe koloniën in een om
mezien van zich te vervreemden en
aldus ten slotte toch nog die vorming
van een Vereenigdi Zuidl-Afrika
maar andiers dan Groot-Britannië
het thans poogt tot stand te bren
gen in de' hand te werken. En
geland"» zelfmoord-politiek in Zuid-
Af rika gaat met het wapenen dier
kleurlingen weer een groote schre
de voorwaarts en toont opnieuw
hoe weinig men in. Downingstreet
geleerd en hoe weinig men verge
ten heeft. En nu mogen de loyal en"
ten zuiden van Zambesi zich, ge
deeltelijk uit het begeerte naar een
deel van. den te behalen buit de
goudmijnen heel wat laten wel
gevallen en Engeland' zijn onver
mogen helpen bemantelen, er is
geen loyale in heel Zuid-Afrika, die
er piel zier in. heeft zich en de zijnen
op een goeden dag bloot te stellen
aan het zwarte spook, onkel omdat
de heer en te Londen geen kans zien
op andere wijze hun handen, uit het
Zuid-Afrikaansche wespennest te
rug te trekken. De vaderlandsliefde
der Zuid-Af rikaansche Engelschem
moge bij tijden een merkwaard'igen
warmtegraad bereiken, zij is tevens
practisch en begint bij hun eigen
welzijn.
Het is moeilijk uit te maken in
hoeverre Kitchener last heeft ge>-
geven tob een bewapening der Zoe
loes voor aanvallende doeleinden.
Wanneer op de veronitwaardigings-
kreiten van Natal do zaak zoo spoe
dig mogelijk wordt ongedaan' ge
maakt maar dan de onvermijdelijke
interpellaties niettemin, gehouden
worden, zullen er zondebokken
moeten zijn. De een zal de schuld
op den ander gooien. Reeds nu seint
Reuter zoowel als Laffan, dab „men
gelooft", dat d'e Engelsche officie
ren hun instructies te buiben gin
gen:.
Hoe weinig zekerheid eigenlijk
van den toestand in Zuid-Afrika ge
geven kan worden, en hoe dus d'e
Engelschen volstrekt tot victorie-
kraaien geen reden 'hebben, blijkt
weer uit tegenstrijdige meedingen
van twee ,,Timeö"-correspondenten.
De correspondent van de Times"
te Pretoria beweert hoopvoller ge
stemd te zijn wegenis d'e laatste be
richten, volgens, welke bet aantal
Boeren dlat zich in Transvaal en den
noordelijken Vrijstaat onderwerpt,
dagelijks toeneemt.
De correspondent van de Times"
te Middelburg is daarentegen
zwaartillender. Hij constateert dat
er niet alleen een vrij groote strijd
macht Boeren onder Botha en,
Schalk Burger tusschen Carolina
en Ermelo staat, maar dat deze Boe
ren ook begonnen zijn, met kleine
af deelingen noordwaarts te zenden,
die telkens d'e Delagoa-lijn overtrek
ken.n De berichtgever erkent dat
het Engelsche leger langs d'ie lijn
al te zwak is om de Boeren dit te
beletten, terwijl hij tevens erkent
dat Kitchener eerlang reken ine- zal
hebben te houden met een groote
strijdmacht ten noorden van den
Delagoa-spoorweg.
Het weinige oorlogsnieuws overi
gens, komt uit de Kaapstad', en ver
meldt, dat de Wet zuidwaarts is
getrokken, langs Boshof, vergezeld
door niet meer dan veertig man.
Blijkbaar heeft hij de bedoeling
weer de Kaapkolonie binnen te
trekken, maar het bericht dat hij
dit werkelijk reeds gedaan zou heb
ben. is nog niet bevestigd'.
Initusschen. aan dat schijnbaar
klein aantal manschappen kan men
geen. geloof schenken, want het be
hoort, zooals men weet, tot de
Wet's taktiek. zijn vervolgers in dit
opzicht om den tuin te leiden.
Buitenlandsch Nieuws.
Esterhazy.
De ,,Ind. Beige" zet het verhaal
van Esterhazy's verklaring voor den
Franschen consul te Londen voort
met diens mededeelin gen over den
dood van kolonel Henry, over zijn.
verblijf in Engeland en Nederland
en over de beloften van bescher
ming hem destijds gedaan'.
Esterhazy haalt een voorbeeld aan
van Henry's blind vertrouwen in
zijn chefs en doet dan het bekende
verhaal van zijn gevangenneming
en zijn geheimzinnigen dood'. Hij
wijst er op dat het lange rapport
door Henry in d'e gevangenis ge
schreven nooit bekend is geworden,
en kleedt, zonder eenig nieuw feit
te noemen, het verhaal zoo in dat
daaruit duidelijk bliikt zijn: vermoe
den dat de generale staf en het mi
nisterie van oorlog besloten hadden
Henry, die met te veel van hun
knoeierijen bekend was te doen
verdwijnen.
Dit maakte Esterhazy bevreesd
voor zijn lot en d'eed hem d'e wijk
nemen naar Engeland met het vas
te voornemen om alles te vertel
len wat hij wist. Op aandringen
van vrienden te Parijs, o. a. van. mr.
Tézénas. op tal van beloften, hem
gedaan, die kunnen blijken) uit brie
ven in zijn bezit, zag hij. echter van
dit voornemen af en liet hij zich
zelfs bewegen om naar Nederland
te vertrekken, waar geen enkele in
vloed' was te duchten en hij in vol
maakte afzondering leefde. DeLon-
densche uitgever Platt die hem
reeds te Landen aanbiedingen had
gedaan over zijn gedenkschriften,
bezocht hem' nog te Rotterdam en
te 's-Gravenhage om zijn aanbiedin
gen te verhoogen. maar mr. Caban
nes, die intussehem mr. Tézénas
was opgevolgd als Esterhazy's
raadsman, kwam hem persoonlijk
opzoeken en deed hem tal van be
loften.
Merkwaardig is dlat Esterhazy
hierbij in het geheel niet spreekt
van het verschijnen van zijn boek
„Les dessous de 1'af faire Dreyfus",
waarvan juist destijds de eerste af
leveringen te Parijs het licht zagen.
Toch is dit, waar hij het voortdu
rend1 heeft over de beloften om zijn
stilzwijgen te koopen en. over aan
biedingen om het te verbreken,
een feit van niet geringe beteekenis.
De waarde van zijn verklaring
stijgt er niet door.
Mr. Cabannes haalde Esterhazy
over om een vrijgeleide te vragen
ten einde voor het Hof van Cassatie
te kunnen verschijnen, het vrijge
leide werd verkregen, maar Ester
hazy bleef steeds aarzelen om te
vertrekken. Eerst na herhaald aan
dringen van mr. Cabannes en op
zeer stellige verklaringen dat hem
de hand. boven het hoofd' gehouden
zou worden, ging hij.
Men weet reedis uit vroeger open
baar gemaakte stukken d'at de ont
vangst hem voor het Hof van Cas
satie ten deel gevallen, zeer weinig
in zijn smaak viel. Hij weidt daar
nog eens breedvoerig over uit en
herhaalt zijn bewering dat hij daar
eigenlijk d'e beschuldigde was zon
der eenig middel om zich te ver
dedigen. Hij weigerde dan ook voor
het Hof te verklaren dat hij het bor
derel had) geschreven.
Tot slot geeft Esterhazy nog een
antwoord vanwege den minister
van oorlog De Freycinet op zijn
verzoek, om ontheven te worden
van het ambtsgeheim. Daarin wordt
hem het gevraagde toegestaan doch
op voorwaarde dat hij zal weige
ren inlichtingen te verschaffen die
tot diplomatieke moeilijkheden aan
leiding zouden kunnen geven of
den spionnagedlienst zouden kun
nen desorganiseeren, doordat die
namen der Fransche agenten in het
buitenland bekend zouden worden,
Aïgemeene berichten.
DE OORLOG IN Z.-AFRIKA.
De Boeren hebben driemaal ko
lonel Bullocks kolonne aangevallen
tusschen Amersfoort' en Ermelo,
Zij hadden een Creusot-kancm, een
twaalfponder, twee pompoms en
een maxim. Alle pogingen werden
in het werk gesteld om hun die
stukken af te nemen, maar dat- mis
lukte. Ten slotte gingen de Boeren
door Ermelo naar Carolina. Louis
Botha verliet Ermelo met het gar
nizoen en de officieren den 15en,
in oostelijke richting trekkende.
Bullock zuiverde Ermelo van- alle
inwoners maar liet de stad onge
rept.
Nauwelijks was hij weg of de
Boeren kwamen terug en doorzoch
ten de stad naar burgers die zich
wellicht hadden overgegeven.
Generaal Elliot zond in den loop
der week naar Standerton 4000
stuks paaiden en vee en vele Bóe
ren-gezinnen.
De-n 24en Mei zal sir Alfred Mil-
ner in Engeland aankomen. De Ko
ning heeft gezegd hem dadelijk na
zijn aankomst in Londen te willen
zien. Bij zijn bezoek aan Edward
zullen Chamberlain en Salisbury
hem vergezellen.
Den 25en zal Chamberlain een
groote lunch geven ter eere van Mil-
ner.
De Russische ambassadeur, graaf
von den Osten-Sacken, is, gevolg ge
vende aan een uitnoodiging van den
Keizer, met het personeel van het ge
zantschap naar Metz gegaan om daar
tegenwoordig te zijn bij de feestelijke
viering van den verjaardag van den
Tsaar. Vroeger jaren was de Keizer
om dezen tijd in Wiesbaden, waar dan
bij dezelfde gelegenheid' pen parade
van het garnizoen en een feestmaal
aan de Russische ambassade werden
aangeboden.
Terwijl de Zweedsche 1ste Kamer
eonitge dagen, geleden het wetsont
werp der regeering tot invoering
van algemeenen dienstplicht, enz.
met vrij groote meerderheid heeft
aangenomen, is het wetsontwerp
in de Tweede Kamer, gelijk ver
wacht werd- met veel meer j^sren-
kanting ontvangen. Na een lang de
bat weird d'e 12-maandelijksche
oefeningstij,(3 verworpen, en met
kleine meerderheid (119 stemmen
■tegen 108) een amendement aange-
nomen waarbij de eerste oefenings-
tijd tot 8 maanden wordt vermin
derd.
'fc Fr. kamerlid Mesurier heeft een
tegenvoorstel tegen het regeerings-
ontwerp over de arbei den-s pens i. oe
nen ingediend'. Zijn ontwerp rust
niet op het beginsel van kapitalisa
tie der premiën, maar heeft de on
middellijke verdeeling der stortin
gen onder de ouden van dagen ten
doel. Een klein gedeelte slechts
wordt gereserveerd voor kapitali
satie. om daarmede,, zoo nood.ig,
het pensioen te kunnen verhoogen.
Het pensioen gaat op zestigjari
gen leeftijd in, en wordt bepaald in
verhouding tot het loon voor een
jaarlijksch loon van 800 fres. of
minder. 240 fres. pensioen van
80012Ó0 fres. loon, 270 fres. pen
sioen, 12001600 fres. loon, 300 frs.
pensioen, enz. Als en 25 jaar voor
een arbeider premie is betaald
wordt het pensioen met 1/20 ver
meerderd, na 26 jaar 2/20, enz. tol
35 jaar toe. Dan is het pensioen
50% hooger en bedraagt 360, 405,
450 fres.. enz. De stortingen zouden
worden berekend naar venhouding
van het loon met een bijslag van
den Staat. De stortingen bedragen
4%. door den werkgever te betalen,
die. behondens een. tegengesteld bc-
d'ing bij de arbeidsovereenkomst,
daarvan 2% of de helft, op hot loon
mag inhouden. De Staat zal jaar
lijks 80 k 90 millioen fres. bijbeta
len.
Stadsnieuws
Haarlem, 20 Mei 1901.
HollandscheMaatscliappij van
Wetenschappen.
De Hollandsche Maatschappij van
Wetenschappen liield zooals wij ver
meldden Zaterdag hare 149e jaar-
lijksche algemeene vergadering, wel
ke door een 40tal directeuren eai leden
werd bücewoond.
De voorzitter, mr. G. van Tienhoven,
herdacht in zijne openingsrede de ver
liezen die de Maatschappij sedert hare
vorige vergadering had geleden door
het overlijden van de Directeuren Z.
K. H. de Groot-Hertog van Saksen en
B. A. baron van Verschuer, van de
binnenlandsche leden prof. D. E. Sie-
genbeek van Heukelom, prof. J. M. Tel-
ders en F. W. v. Eeden en van de bui-
tenlandsche leden J. L. F. Bertrand en
C. Hermite.
Vermeld werd de benoeming tot di
recteuren van de heeren P. Smidt van
Gelder en A. Stoop te Bloemendaal, die
door den voorzitter werden verwel
komd; evenals de laatst benoemde le
den prof. C. P. Tiele nrof. C. A. Lobry
de Bruyn en dr. C. II. Wind. De beide
laatstgenoemden woonden de vergade-
ring bij.
Uit het verslag van den secretaris
bleek, dat van de „Archives Néerlan-
daises des sciences exactes et naturel
les" in den loop van het jaar versche
nen waren de twee eerste afleveringen
van deel IV der tweede serie. Geduren
de de bewerking van dit deel verscheen
tevens deel V, hetwelk in één band ver.
eenigde de 58 wetenschappelijke bij
dragen, welke door binnen- en buiten-
landsche geleerden waren bijeenge
bracht als eene feesthulde aan prof. H.
A. Lorenz, lid der Maatschappij, bij
gelegenheid van zijn 25-jarig doctoraat
Van. de „Oeuvres complètes de Chris-
tiaan Huygens" is het negende deel
nog in bewerking. Het vereischte meer
tijd dan de vorige deel en, omdat de in
houd, die onder anderen de briefwisse
ling bevat van Huygens met Papin en
het begin der briefwisseling met Leib
niz en De l'Hospital. uitgebreidere toe
lichting en verwijzingen in de aantee-
keningen vereischt, tot welke prof. D.
J. Korteweg zijn hoog te waardeeren
medewerking blijft verleenen. Het dee)
zal vermoedelijk in het najaar kunnei)
verschijnen.
De vergadering hield zich hierna be
zig met het vaststellen van de prijsvra-
j gen in ons vorig nummer genoemd, en
benoemde tot binnenlandsche leden i
prof. H. Haga te Groningen, dr. S. G.
de Vries te Leiden en prof. E. Versche
feit te Amsterdam, alsmede tot bui'
landsche leden: Henri Balqueral te Pa
rijs, Max Planck en H. du Bois, te Ber-
Lijn.
In de vergadering werd mededeeling
gedaan van een telegram van prof. Van.
de Sande Bakhuysen ontvangen, be
treffende de waarneming van de zons
verduistering Zaterdagmorgen te Ka-
rang Sago op Sumatra. Hot telegram
luidt
„Zon. tijdens eclips gedeelte bewolkt.
Photografieën corona met verschillen
de refractoren en photografieën der
spectra van corona en chrosmospheer
met beiide spectografen gelukt.
„Photografieën met prisma camera,
polarisatie warmte en lichtmetingen
niet gelukt.
Des avonds vereenigden zich direc
teuren en leden aan een maaltijd in het
„Hotel Funckier".
Overweg Zijlweg,
Een, onzer vrienden vertelt ons,
d'at hij Zaterdagmiddag omstreeks
half vijf bij den overweg aan den,
Zijlwe«g komende, een trein zag na
deren van de richting Leiden, ter
wijl de slagboomen openstonden.
De machinist zag dat en stopte bij
tijds, zooda-t ongelukken nog voor
komen werden. De wachteres deedi
nu de boo men dacht, zood'afc d'e trein
kon passeeren.
Onze berichtgever vroeg aan de
wachteres hoe zoo iets mogelijk
wezen kon, waarop zij zich zeer
beklaagde over het ontbreken van
de noodige signalen. Zij vertelde,
dat het eenig waarschuwingstoestel
is d'e klok vóór haar huisje dlien zij
evenwel niet hooren kan wanneer
zij achter hare woning bezig is. De
seinpaal op den hoek van d'e baan,
Feuilleton.
BEN JAAR
Naar het Engelsch
VAN
DOROTHY GERARD.
21)
Ik nam de brieven weer op en las
ze nog eens sneil door. hopende er
iets in te vindien dat mijne mee
rling zou wijzigen, maar ik was in
mijn hart overtuigd van de juist
heid mijner eerste opvatting.
Iioe kan ik zeggen wat waar
en wat onwaar is antwoordde ik
dn pijnlijke onzekerheid. Indien
het een leugen is dan is je vader
het zelf, dlie die gelogen heeft, en
waarom zou hij
De zin werd afgebroken dloor
het oplichten van de klink der deur;
kloppen kent men te Ludlniiki niet.
Jadwiga vloog naar d'e deur en
deed haar open,
Is Mama erger? vroeg zij aan
Marya. die buiten stond!, bezorgd
en tevens kwaad.
Veel erger, geloof ik, hernam
zii met het zekere air van mis
plaatst gewicht waarmee zij altijd,
sprak als iets naar haar meeninig
verkeerd' was. Maar zij' ver
beeldt zich dat zij beter is en nie
mand' komt haar thans gelegen, als
alleen do jonge juffrouw, die d'e
brieven mee moet brengen. Ik heb
haar nooit zoo als thans gezien. Heit
is vruchteloos haar te vertellen dat
rust alleen haar kan genezen. Het
zou mij niets verwonderen als zij
weigerde Dr. Konska te ontvangen'
als hij komt.
Jadwiga pakte de verspreide brie
ven bij elkaar van die tafel en greep
mij bij d'e hand'.
Ge moet met mij meegaan,
zeid'e zij, met een onweerstaanbar
ren drang in de oogen zij mocht
soms weer eens instorten.
Ik zal je zoo dadelijk volgen,
zeid'e ik. want ik herinnerdie mij
plotseling, dat Wladimir nog altijd
in den tuin zat te wachten, in vol
slagen onwetendheid en waarschijn-
lijk zeer nieuwsgierig, en ik gei-
loofde cüat ik er goed' aan deed, hern
naar huis te sturen. Zijn aanwezig
heid scheen mij., voor d'e zaak op
gehelderd! was en de gespannen
zenuwen wat tot bedaren waren ge
komen, slechts tot nieuwe verwik
kelingen aanleiding te kunnen
geven.
Mevrouw Zielinska had' een zwa
re flauwte gehad, vertelde ik den
bedroefden jongen, en JacUwiga is
te druk bezig met haar moeder om
nog buiten te komen.
Maar zii is zelf toch niet ziek?
vroeg hij angstig. Was er slechte
tijding in dien brief?
Daar was iets naars in den
brief, maar ik heb nu -een tijd) je
dat te vertellen'. Jadwiga is heel
wel. daar behoeft ge niet bang voor
te zijn.
Maar kan ik dan niets doen?
Kan ik een dokter halen of een
boodschap doen of iets anders?
vroer hii wanhopig.
Neen1, je kunt niets beters doen
dan Jadwiga ongestoord bij haar
moeder te laten', hernam ik.
Maar ik mag morgen toch te
rugkomen
Natuurlijk mag ie diat, zeide
ik, om hem -erustte stellen en liep
snel naar Jadlwiga terug.
HOOFDSTUK XII.
Toen ik mevrouw Zielinska's ka
mer bereikte, wachtte mij een groo
te verrassing. Zij lag niet op haar
bed zooals ik verwachtte, maar zat
rechtop in haar diepen armstoel,
waarin ik haar nooit anders had
zien' zitten dan in elkaar gezonken,
als een mensch die door het leven
gebroken is. Haar schraal figuur
zat wonderlijk rechtop, en., naar
het scheen, was zij grooter gewor
den. Op hare anders bloeddelooze
wangen, waren twee roode plekjes
te zien. terwijl de diepe, spelonk-
achtige oogen niet langer dof waren
maar schitterden en geheel hunne
schrikachtige uitdrukking hadden
verloren.
De brieven, zeide zij toen ik
binnenkwam. De brieven, waar
zijn ze? Ik moet ze nog eens lezen.
Jadwiga, neergeknield naast haar
moeder, hield ze half verborgen
achter haar rug.
Moedertje, viel zij haar in de
rede, lees ze nietU zu.lt er weer
ziek van worden. Het is een ver
gissing ik geloof het niet.
Ik wel. zeide de moeder, met
zulk een zekerheid van toon. d'at
Jadwiga haar sprakeloos aanstaar
de. op hetzelfde oogenblik de brie
ven die zij vasthield', werktuigelijk
loslatend.
Mevrouw Zielinska nam ze on
stuimig. met een beweging die ik
nooit in haar gezien heb. of waar
toe ik haar nimmer in staat had) ge
acht en voor eenige minuten was
alles stil toen zij rustig de brieven
las. van tijd tot tijd1 met haar hoofd
knikkend' en een vreemd onder
drukt geluid uitend als stemde zij
er mede in. Wat mij het meeste
trof, als" het vreemdste in de zaak,
was. dat noch droefheid, noch
schaamte, noch wanhoop op haar
gelaat te lezen waren. Dat waren
dingen, die ik verwacht had!; las
zij niet de bevestiging van de
valschheid van haar echtgenoot
Wat ik zag was ongetwijfeld opge
wondenheid. maar vermengd met
iets dat op voldoening leek.
Toen zij gelezen had. scheen.' zii
voor het eerst mijn aanwezigheid
te ontdekken.
Zend Eleanor niet weg. zei
de Jadwiga vlug, daar zij zag diat
haar moeder mij aankeek. Zii
weet alles wat er bekend! is zii
heeft de brieven gelezen ik heb
ze haar laten lezen; zij is onze
vriendin, mama.
Op hetzelfde oogenblik vroeg zij
mij met haar oogen om te blijven.
Zii was blijkbaar angstig om alleen
gelaten te worden met haar vreemd
soortige moeder.
Zoo zij het dan, zeide me
vrouw Zielinska, dadelijk. Waaroini
zou zij het niet mogen weten?
Iedereen zal het spoedig weten, en
zij kan ons helpen met haar raad,
wij zullen veel steun en raad' noo-
dig hebben. Jadwiga, mijn. lieve,
wil je ©ven naar de kleerkast tus
schen de ramen gaan.
Zij zocht in haar hals. terwijl ze
sprak en haalde er een smal zwart
lint uit, waaraan een sleuteltje hing.
Daar op den. bodem, op d'e on
derste plank, zult ge een lederen
doos vinden met een monogram
op den dekselbreng ze mij eens;
daar is iels in.
In stomme verbazing gehoorzaam
de Jadwiga en ik keek too, niet in'
staat te begrijpen wat er in haar
omging, en mij verwonderende
dat zij niét meer van streek was.
Mevrouw Zielinska greep naar de
doos, die Jadwiga bracht, als ware
hot een prooi. Met vaste hand' ont
sloot zij haar en keek er een oogen
blik in. Ze scheen hoofdzakelijk
oude brieven te bevatten. Ten laat
ste vond ze wat zij zocht.
Daar, zeide zij, Biet een tee
kenvan verlichting, en'een stuk pa
pier nemend, overhandigde zij het,
zonder een woord te zeggen aan
Jadwiga. die het mee naar het ven,-