SrKssrrsg
Tweede Blad,
behoorende bij
,Haarlem'8 Dagblad"
van
Donderdag 20 Juni 1901.
Mo- 5512
Brieven uit Berlijn.
(Van onzens-j
Onthulling van liet „Bismarck-
National- Denkmal"
vóór het Rijksdaggebouw.
Berlijn, Zondag, 16 Juni 1901.
Wer z'dhlt die Haupternennt
die Namen
Vandaag voor 30 jaren, den 16en
•Juni 1871 hield do oude Koning Wil
helm, Keizer van het pas gevestigde
Duitsche rijk met zijne helpers Bis-
marok en Moltke en zijn generaal.'
aan het hoofd van troep©ndeeden uit
het geheelo leger zijn zegevierenden
intocht binnen de rijkshoofdstad Ber
lijn.
Dertig jaren is een langen tijd' m
een menschenleven. Op enkele uitzon
deringen na z n al de hoofdpersonen
van dïen denkwaardigen dag reeds
bij hunne vaderen vergaderd. De oude
Keizer, Moltke, Bismarck, prins Frie-
drich Karl, Blumenthal, de toenmalige
kroonprins Friedrich, deze allen be-
hooren niet meer tot de levenden.
Toen in 1896 bij gelegenheid van de
herdenking van den honderdsten ge
boortedag van den ouden Keizer, diens
National-Denkmal onthuld werdl vóór
he't aloude slot, was men er in het
groote publiek maar zeer weinig over
gesticht, dat bij een dergelijk stand
beeld, de verheerlijking van den ouden
Keizer als grondvester van het rijk
voorstellende, diens getrouwe paladij-
aen geheel waren voorbij gegaan.
Het Duitsche Volk heeft intusschen
deze fout hersteld. Uit vrijwillige bij
dragen, bijeengebracht in alle deelen
van het uitgestrekte rijk, te zamen. de
kapitale som van 1.200.000 mark ver
tegenwoordigend, is een Bismarok-
National-Denkraal bekostigd, even
imposant als het standbeeld van den
ouden Keizer, en door de omgeving
waarin 't is geplaatst, veel meer spre
kend en tot zijn recht komend. Een
monumentaal standbeeld voor Moltke
zal eerlang worden opgericht voor het
Generalstabsgebaude in de nabijheid
van den Rij^dag.
Nadat de onthulling van het Bis-
marck-standbeeld, welke op 5 Juni was
bepaald, tengevolge van den plotse-
lingen dood van graaf Wilhelm Bis
marck, den tweeden zoon van den
'ijzeren Kanselier, moest worden uit
gesteld, heeft men waarschijnlijk ter
herinnering aan den intocht van den
grondvester en eersten Kanselier van
het Duitsche rijlc binnen Berlijn, den
16en Juni gekozen als dag voor de
onthulling,
Zou het wel droog blijven? De dui
zenden, die de tribunes links en rechts,
het platform rondom het standbeeld,
en de monumentale trappen van het
Rijksdagsgebouw bezet houden, kijken
met een bedenkelijk gezicht naar de
lucht. Van alle kanten komen grauwe
regenwolken opzetten, welke elk
oogenblik dreigen los te barsten. Doch
men troost elkaar. Straks zal het wel
weer opklaren. De „Hohenzollernzon"
zal wel doorbreken, wanneer de plech
tigheid begint! En het is droog geble
ven al heeft de „Hohenzollernzon"
zich ook schuil gehouden. We hebben
hier namelijk ook een „nationale" zon
evengoed' als in Holland!
Voor mij ligt het masale, geweldi
ge Rijksdagsgebouw met zijn hoog
oprijzende zuilen in het roididen, de
monumentale vierkante hoektorens
en den zwaar vergulden koepeL Het
„Rijkshuis", dat met zijn granieten
onderbouw er uft ziet alsof het in
staat is, eeuwen te trotseeren, is in
feestkleedij, Uit alle torens, uit den
koepel, uit de zijramen zijn de veel
kleurige Vlaggen der verschillende
bondsstaten gestoken. De: hoofdgevel
van het gebouw, diat een boekplaats
inneemt van het uitgestrekte Konings
plein met de Siegessaule tot middel
punt, waarvan straalsgewijs tal van
lanen, de Siegesallee, de Friedensal-
lee en anderen uitloopen, was vroe
ger door hoog hout en bosschage vrij
wel aan het oog onttrokken. Daarin
is nu verandering gekomen. Waar
vroeger een fontein te midden van
struikgewas en bloemen haar water
omhoog spoot, is nu het Bismarck-
standbeeld opgericht, dat met bijbe-
hoorende bronzen- en zandsteen groe
pen en de bassins links en rechts,
waaruit vier fonteinen opspuiten, de
geheele breedte van het Rijksdagsge
bouw inneemt, zoodat men nu van
den rijweg af een prachtig gezicht
heeft gekregen op het „Rijkshuis" en
zijn stichter.
Doch deze is voorloopig nog aan het
oog onttrokken achter grijs linnen,
dat rondom tusschen vier hooge mas
ten is gespannen. Recht tegenover den
ingang van den Rijksdag met het front
naar het standbeeld is een fraai ruim
„Kaiserzelt" opgericht, wit met goud,
met roode tapijten belegd en met groo
te blad- en waaierplanten versierd.
Roode armstoelen voor de „Höchste
en Allerhöchste Herrschaften" staan
gereed. Links en rechts van het „Kai-
serzelü" loepen iin een wijden boog
roodbekleede tribunes, amphitheaters-
gewijs gebouwd, welke in den vorm
van een halve maan het geheele
„standbeeldterrein" insluiten en bij de
uitloopers der monumentale trappen
voor den Rijksdag eindigen. Achter
de tribunes rondom hooge masten, met
de wapens en vlaggen der verschillen
de bondsstaten, onderling verbonden
door slingers van dennegroen. De dui-
zende „geladene Gaste" on de tribu
nes van beide zijden en op het groote 1
platform rondom het standbeeld, vor
men te zamen één reusachtig boeket
levende, kleurige bloemen tusschen
het frische groen van het opgaand! ge
boomte daar achter. Rijk en veelkleu
rig is het tooneel. Schitterende uni
formen, lichte toiletten overaL Op de
bovenste rijen van de tribunes links
en rechts hebben zich de afgevaardig
den der Duitsche studenten opgesteld
in hunne kleuiige paradeuniformon,
„in vollem Wichs", met hunne talloo-
ze vaandels. Allen dragen het kleine
petje, de „Cirivis" schuin on het hoofd,
een degen in de vuist met witte vecht
handschoen. Boven hunne hoofden
hebben een groot aantal photografen
hunne cameras opgesteld', allen in
de richting van het „Kaiserzelt" en
het standbeeld. In de verte zien de
donkere cameras er uit als de mon
den van dreigende kanonnen.
Op het terras links van het stand
beeld wemelt het van officieren en
leden van den gemeenteraad'. Daar is
ook do plaats voor de professoren der
verschillende Berlijnsche universitei
ten, die allen in groot pontifikaal zijn
Verschenen. Zij dragen rijke toga's
naar gelang van de kleuren hunner
faculteit. Sommigen zijn in toga van
zwarte moirézijde, waarover een lan
ge karmozijnrood fluweelen cape wordt
gedragen met goud' geborduurd en
met hermelijn omzet. Op het hoofd
een barret of hoed van karmozijnkleu
rig fluweel, in vorm veel gelijkend op
de hoofddeksels der middeleeuwsche
landsknechten. Anderen, daaronder
professor Engelmann (schoonzoon van
professor Douders), die tal van jaren
den leerstoel van physiologie
Utxiecht bekleedde, dragen een toga
van licht rood laken met kraag en op
slagen van fluweel in dezelfde kleur
en een barret eveneens van rood flu
weel. Professor Engelmann met zijn
interessante kop wandelt heen en weer
en slaat met beide armen de einden
van de wijde roode toga over elkaar.
Onwillekeurig dacht ik aan de badin
richting waar men na een verfris-
schend bad zich warmpjes in zijn bad
mantel hulk
Tusschen de granieten, zuilen van
het middenschip van den rijksdag daalt
een levende stroom witte schoolkinde
ren de trappen af naar beneden. Het
is alsof het gebouw plotseling gaat le
ven. Nog steeds houdt de „waterval'
van witgekleurde/ meisjes aan. Dan
volgen schooljongens in grooten geta
le, die eveneens de trappen afdalen.
De meisjes nemen beneden voor de
monumentale trap, rechts plaats, de
jongens links. Daarachter op de trap
pen scharen zich over de geheele
breedte van het reusachtige gebouw
vereenigingen met hunne banieren.
Weer worden de hooge deuren tus
schen de zuilen geopend, nu voor de
leden van den Rijksdag, het Pruisi
sche Abgeord'nettenhaus en liet Heirren-
haus, die in gesloten rijen de trappen
afdalen, het breede terras van het
standbeeld oversteken en zich opstel
len tusschen het standbeeld en bet
Kaiserzelt.
Daartegenover, rechts van het pa
viljoen staan de ministers, de leden
van den Bondsraad en de vreemde di
plomaten. Onder de ministers zie ik
ook een oud manneke staan met iet
wat krommen hoogen rug, den hoed
schuin in den nek. Het is de oude
vor9t Hohenlohe, Bismarck's opvol-
gei'. Over het uitgestrekte terrein hangt
een zwaar gemurmel van duizende
stemmen. Het wachten is nu alleen
nog maar op het hof. Evenals op het
tooneel, waar de koristen aan beide
zijden zijn opgesteld, die op het ver
schijnen der solisten, hun gezang aan
heffen, wachten hier de zwijgende ko
risten op de „solisten van den dag,"
dlie precies op tijd komen aanrijden
over het Koningsplein, dat natuurlijk
geheel is afgezet, zooals hier te doen
gebruikelijk is. In het gevolg van den
Keizer bevindt zich prins Albrecht met
zijn zonen. Aan den ingang van het
paviljoen wordt het hof door den te
gen woordi gen rijkskanselier, graaf
Bülow, door den president van den
Rijksdag, graaf Ballestrem en door het
comité van het standbeeld ontvan
gen. Terwijl de Keizer en de Keizerin
plaats nemen, wordt door de schoolkin
deren daartegenover het k'oraal: „Die
Himmel preisen des Allmachtigen
Ehre" aangeheven: Wonder mooi
lclinkt het plechtige lied te midden der
doodsche stilte. Dan houdt de presi
dent der feestcommissie, de oude heer
von Levetzow, oud-president van den
Rijksdag een toespraak. Jammer
no eg niet te verstaan.
Na hem neemt graaf Bülow
het spreekgestoelte plaats. In zijn met
gloed uitgesproken rede neemt de
rijkskanselier namens Keizer en Rijk
het standbeeld van de commissie over.
Bülow, die bij Bismarck is ter school
gegaan, en onder diens persoonlijke
leiding zijn diplomatieke loopbaan is
begonnen, brengt in .een lange toe
spraak de onvergetelijke diensten van
dan ijzeren kanselier in herinnering.
Hij doet uitkomen, dat Bismarck
nimmer tot een bepaalde partij heeft
behoord. Geen partij kon alleen
op hem aanspraak maken; integendee,l
hij behoorde aan de heele natie. Bis-
•marek was en zal voor alle tijden
zijn „Nationales Eigentum". Waar een
Goethe het Duitsche volk geleerd heeft
te denken, daar heeft iBsmarck zijn
volk geleerd te handelen. 4 lleen het
Diutsche volk is in staat dozen man
geheel te begrijpen Moge hij als een
„Feuersaule" zijn voor ons volk ten
allen tijde, als een wegwijzer in goede
en in kwade dagen. Met een „Hoch"
op het Hohenzollernhuis en den Keizer
eindigt Bülow, waarop het kinder
koor het „Deutschland, Deutschland
über alles!" aanheft.
Langzaam zakt het doek omlaag. De
geweldige ijzeren kanselier wordt
zichtbaar. De bronzen figuur, 6 1/2
meter hoog, staat op een massief-gra
nieten piëdestal eveneens van 6 meter
hoogte. De kurassiershelm is een wei
nig naar achteren geschoven. De eene
hand rust op den sabel, in de andere
houdt de kanselier een oorkonde.
Reinhold Begas is er bijzonder goed
in geslaagd de typische herculische ge
stalte van den ijzeren Bismarck weer
te geven, zooals hij daar staat, het
hoofd een weinig naar rechts.
Aan den voorkant en aan den ach
terkant van het piëdestal zijn twee
kolossale figuren aangebracht; voor:
de knielende Atlas, den wereldbol tor
send; achter: een jongeling, die met
opgeheven hamer het rijkszwaard
smeedt. Links en recijts, eenige tre
den lager, nog twee groepen, evenals
de andere in brons uitgevoerd. Links
Sibylle, op de Sphinx gezeten, die in
het geschiedboek staart; rechts de
Germania, in staande houding met
den voet op den panter. Aan de voor
zijde van het piëdestal in gouden let
ters het woord „Bismarck" zonder
meer; aan de achterzijde: „Dem erslen
Reichskanzler das deutsche volle 1901."
Geheel alleen treedt de Keizer naar
voren. Achter hem gaat een heer van
zijn gevolg met galarok met een groo
ten krans. De Keizer neemt den krans
van hem over en gaat dan alleen naar
het standbeeld waar hij den krans met
breede witte linten neerlegt, een mooi
moment. Een ander mooi moment eeni
ge oogenblikken later. De Keizer in
gesprek met vorst eHrbert Bismarck,
die evenals de Keizer in generaals
uniform is verschenen.. De eenig over
gebleven zoon van den beroemden va
der heeft een groote gelijkenis met
den ouden kanselier. Hij is grooter
dan de Keizer en houdt den geheelen
tijd, dat de Keizer hem toespreekt, de
hand aan den helm. Het hof neemt
hierop het standbeeld in oogenschouw;
voorop de Keizerin in een bijzonder
mooi zacht mauve toilet met dito hoed
en veeren boa. Naast haar gaat de
maker van de groepen, de beroemde
beeldhouwer Professor Reinhold Be-
gas. Achter de Keizerin volgen de
Keizer en vorst Herbert Bismarck.
Daarna de andere leden van het Kei
zerlijke huis en het gevolg. Terwijl
de schoolkinderen het nationale lied
zingen, slaan de studenten boven op
de tribunes rhytmisch hunne degens
tegen elkaar.
Bij het verlaten van het terrein wordt
den Keizer het „Hoch" toegeroepen
door den president van den Rijksdag,
graaf Ballestrem, dat door alle aanwe
zigen wordt overgenumen. Buiten,
voor den ingang hebben zich de stu
denten opgesteld, die hunne banieren
laten zinken wanneer üe Keizer in
stapt.
Tallooze kransen worden bij hel
standbeeld neergelegd, terwijl de ver
schillende vereenigingen met hunne
banieren en vaandels voorbijtrekken.
Het witte lint van den lauwerkrans
des Keizers draagt de opdracht: „Des
grossen Kaisers grossem Diener."
K.
Rechtszaken.
Vonnissen wegens verduiste
ring.
Dezer d'agen h&ddJen zach voor bet
gerechtshof te Elberfeld; zes dief
achtige postbeambten uit Ohligs^ en
hun handlangers te verantwoorden.
De aanklacht was gericht tegen do
gewezen1 hulppostboden Joh- Kie
men', Jos. en Peter Doek, Wilhelm
Röhling. Hugo Erf en Hugo Boos
en luidde op verduistering in het
postkantoor; verder begen die we
duwe Kremer uit Gussa bij, Laich-
lingen het fabrieksmeisje Anna
Kremer, den invalid» Johann Doek
en de naaister Elisabeth Dock,allen
verd'acht van heling. De eerste zes
beschuldigden beginnen de bun ten
laste gelegde verduistenngen in
dier voege, dat zij zacli de hun ter
bezorging toevertrouwde pakketten
en brieven óf geheel toe®'?01?
er bij gebrekkige verpakking enke
le voorwerpen uit
Hum buit bestond o. mi. uit.goed.
voor twee costumes, eem overjas,
lên broSe, van 10 tot 15 mark aan
ïïl verdlar uit 500 sigaretten,
worst spek, boter, messen, ^ken.
lepels gouden voorwerpen, sigaren.
Sm zeep, een hartsvanger, drui
ven pruimen, appelenwijm aUei
handle ijzerwaren, enz.
evenals haar moeder wisdat.het
o-ochnil Mi' Eroad' was, menig gescrueu^
S Wian Dook, de vader van Jee
senh en Peter Doek, liet zich van
het gestel ene slechts eenmaal een
doos bonbons ten ge^enke gev»,
die zijn zoon getocht
Sport en Wedstrijden.
Wielernieuws.
De wielerwedstrijden, Zondag op de
Tilburgsche baan gehouden, werden
niet door mooi weer begunstigd. De
uitslag was:
Amateurs 1 E. M. van meet: 1. Gel
derman; 2. Maur, eu 3. Kok.
2 Kilometer-wedstrijd tusschen Van
Gent en Maur, werd' door eerstgenoem
de gewonnen.
Jachtwedstrijd1. Jaap Eden, 2.
Van der Tuyn.
Course de primes (beroepsrijders: 1.
Van der Tuyn, 2. Jansen, en 3. Vis-
scher.
Tandemwedstr. voor amateurs er
beroepsrijders, gemengd: 1. van
der TuynJansen, 2. Mont-Ciselet,
3. VirulyGelderman. De uitslag van
dezen wedstrijd was geheel onzuiver
daar voor de laatste ronde te vroeg
gescheld! werd. VirulvGelderman
protesteerde daarop en de jury erkende
het feit. doch weigerde den wedstrijd
over te laten rijden.
Cricket.
Ajax versloeg Zondag te Rotterdam
Victoria met 60 runs op de eerste
nings. Rood) en Wit bracht de 's-Gr.
C. C. eene zware nederlaag toe met
innings en 1 run en A. C. C. liet Vol
harding met 81 runs verlies op de eer
ste innings zitten.
Paarden.
Inschrijvingen
3 Juni 1901, te
voor de courses op
/Woestduin".
DRAVEN.
Mirkaj-prijsi li Bessie W. Joh. de
Mol; 2. Concurrent, H. van Wicke-
voort Crommelin; 3. de Dame, J. Kos
ter; 4. A. Mountaineer, J. W. Schuijl;
5. Abdul Ameer, id.; 6 Anna, W. A.
Oclchorst; 7. Lady Savage, id.; 8. Taz-
moor, id.
Kozir-prijs. 1. Robert See Steele,
Joh. de Mol; 2. Bellwood, A. A. v. d.
Berg; 3. Anselor. J. W. Schuijl; 4.
Hirye, H. Meijners; 5. Tazmoor, W.
A. Ockhorst; 6. Eadallah, Stal Trio.
RENNEN.
Berthus-prijs. 1. Alarm II, G. J. A.
A. Baron van Heemstra: 2. Berthas
Abr. v. Hob'olcen v. Hoedekenskerke;
3. Billiton,, idem; 4. Malcadjick, J. M.
H. ten Kate; 5. Curagao, S. A. F. Ba-
ron Creutz; 6. Edel, Mr. Astley; 7. Ca
cao, idem.
Frisson-prijs. 1. Single String, M.
D. Spijer; 2. Wallington, G. J. A. A.
baron van Heemstra', 3. Chickabiddy,
luit- Vertholen de Salve de Bruneton;
4. Laura Bell II, Abr. v. Hoboken v.
Hoedekenskerke; 5. Hobart, Abr. v.
Hoboken v. Hoedekenskerke; 6. Talent
J. M. H. ten Kate; J. Berline, H. Meij
ners.
Princes Ida-prijs. 1. Ouda, Abr. v.
Hoboken v. Hoedekenskerke; 2. Monat-
mena, S. A. F. baron Creutz; 3. Ante
lope, II. Meijners; 4. Disky Duck vox.
Astley.
Hij wérd van heling ï£.isnS°k1?'
evenals zijn dbchter EhsaMh. dte
van haar broeder e«n parasol en
een werMaschje had
Da arPTiitegcn warden veaoomeaia
SSSSÜSSner tot
seoh en Pater Doek ledier tot 1 jaar.
Wilhelm Röhling tot 10 maanden.
Erf tot 8, Boos tot 8 en de wed!.m
Kremer tot 9 mnd. en Anna Kra
mer tot 3 weken
Wetenschap.
hattan Elevated Railroad" te New-'
York heeft hare halten, zeer doelma
tig, van zulke electrische trappen la
ten voorzien, die er uitzien als hellende
vlakten onder een hoek van 30 graden.
Een electro-motor van 7 1/2 P.K. is
voor de voortbeweging bestemd. Om
trent het krachtverbruik van zulke
door electrïciteit voortbewogen trap
pen is nog niets definitiefs bekend.
Toch gelooven we graag aan de ver
zekering, dat het vergelijkenderwijs
klein is en tegenover het stoomver
bruik bij groote verlichtingsinrichtin
gen, als in magazijnen, groote hotels,
schouwburgen enz., «en bescheiden
plaatsje inneemt.
Bij eenige Amerikaansche construc
ties van deze soort heeft men nog het
gemak aangebracht,, da^de klimmen
de zich aan leuningen ltan vasthou
den. Blijkbaar moeten deze nu me-
derollen en voor dit doe! is de leuning
ingericht als een dikke gummiband
zonder eind, die zich met dezelfde
snelheid en in dezelfde richting als de
trap voortbeweegt.
Donkere huidskleur.
In een vergadering van de antliro-
pologische vereeniging te Berlijn heeft
professor Balz uit Tokio een voor
dracht gehouden over den aard van de
verschillende kleur der huid bij Azia
tische en Europeesche Volken. Hij be
toogde dat dit verschil niet in het
bloed ligt, maar in de huidcellen.
Ten bewijze daarvan voerde hij aan,
dat anders immers de kleuring niet
diffuus, maar nélvorming moest zijn,
omdat de bloedvaten netvorming zijn
aangelegd. Ook is een bewijs voor deze
opvatting te vinden in het feit dat een
stukje blanke huid, op een neger ge-
ent, langzamerhand) donker wordt ge
kleurd (in weerwil van de onveran
derde samenstelling van het bloed)
evenals ook het 'omgekeerde geschiedt.
De aard nu van de gekleurde huid
leent zich gemakkelijker tot verande
ring dan de aard van de blanke en
derhalve j(s het raadzaam om' don
kergekleurde personen naar de kolo
niën te zenden.
Professor Von Luschau merkte op,
dat de donkere huidskleur toch voor
een groot deel in individueele en erfe
lijke eigenschappen is gelegen. Zoo is
b.v. de bevolking van bergstreken in
den regel donkerder dan die van vlak
ke landen, al liggen ze 'onder dezelfde
zon. En de Japan sche adel is lichter
van huid d'an het volk.
Electrisch gedreven trappen.
teapp6n^nbUlttn^i5tee8tSe.._
SmJor bet or en tor moderne denk;
bMldAerrfanrvaTo^eV—
de hoogte ot naar de laagte geleid
Star'liggende
drichstrasze, werd als ze een jon
gen man. zag. die haar voor haar doel
geschikt toescheen eonsklaps ziek
en verzocht om een gla9 water.
De aangesproken heer-en. haastten
zich haar te hulp te komen, leidden
de zieke in het meest nabijzijnde zie
kenhuis en boden haar verfrisschin-
gen aan. Dan herstelde ze spoedig en
vloeide letterlijk over van dankbaar
heid. De jonge hoeren lieten zich
meest door het bekoorlijke wezen, de
nette manier waarop ze zich uitdrukt©
en haar weiklinkenden naam inpal-,
men. De dame vertelde terloops, dat
ze uit Keulen naar Berlijn gereisd was.'
om een erfenis van 180,000 mark in
ontvangst te nemen. Men nam einde-,
lijk afscheid, met de neloftc elkander
spoedig weer te ontmoeten; er ontwik
kelde zich vervolgens een nadere ken
nismaking en een liefdesbetrekking.
De uitbetaling der erfenis werd echter
van den eenen dag tot den anderen
uitgesteld. Geen wonder dus, dat Frau-
lein v. S., of mevr. v. H„ die op een
vlotten afloop der aangelegenheid1 ge
rekend had, in eenige verlegen ge
raakte. De vriend hielp haar natuur
lijk bereidwillig uit den brand'. Dat de
erfenis volkomen veilig was, zag hij
uit een brief, waarin een Berlijnsch
notaris het gnïidige Früulein of de
gnadige Frau nadrukkelijk uitnoodig-
de tot incasseering van het geld naar
Berlijn te komen. Een jong koopman
eindelijk ,die zich door de voorspiege-
ling op een schitterend huwelijk had
doen verleiden, zijn positie op te ge
ven en al zijn spaarduitjes had' inge
boet, begon de uitbetaling der erfenis
te lang te duren. Illj ging naar den
notaris om zich zelf eens omtrent der
zaak op de hoogte te stellen, en ver
nam nu, dat hij in handen van een
oplichtster was gevallen. De politie
deed den ongelukkigen jonkman een
afspraakje met zijn meisje maken en
knipte toen den vogel.
Daarbij bleek nog, dat ze van den
notaris, bij een bezoek, dat ze onder
een of ander voorwendsel op 't kan
toor had gebracht, papier en envelop-
pen met zijn firma bedrukt, had weg
genomen en vervolgens den brief aan
zich zelf had geschreven
De gearresteerde had reeds vroeger
wegens verschillende feiten, drie ja
ren gevangenisstraf ondergaan en se
dert haar invrijheidstelling het vorig
jaar haar oplichterijen in tal van ste
den in toepassing bracht.
vervaardigd, die over rollen schuins
naar boven en onder de rol
rtrwel1'tetZvoudigst door eon
electromotor, wordt de breede band in
een voortdurende beweging ge tel'd,
zoodat hij met e® vanJ/3
P„e,r wanneer de trap voor atda
finK dient naer beneden loopt. Stapt
slnit^de^an^f^scho^mi^wordt. Om
caal trottoir roulant.
7noals men weldra inziet, is dit
ticaal middel van transport-veel. voor
deeltóe" dan een lift, want het kan
ieder oogenblik bestegen worden en
neemt dan direct den klimmer mede.
Bovendien kan de electrische trap een
Sen en aanhoudenden stroom van
menscSen zonder oponthoud zooa s
dat noodzakelijkerwijs het geval is
bii een lift. voortbewegen en ten sloue
te zij veel minder gevaarlijk dan de
11 Voor elk geval, waarin een c°nstan-
te menschenstroom van de eene ver
dieping naar de andere gevoerd moet
worfem zal derhalve deze teonsport-
inrichting de beste en tevens de goed
koopste zijn. Als voorbeeld zouden
wij de groote magazijnen kunnen noe
men waarheen de bezoekers hij tien
duizendtallen toestroomen. Het ver-
mogen van een derex-l trap is ver
bazend want. een. berekend voor de
breedte van slechts één persoon, kon
in een uur tot drieduizend menschen
opvoeren, een vermogen dat niet be
naderd kan worden door eenig ander
middel van verticaal transport van
gelijke kosten.
Deswege heeft nien ook op de Pa-
rijsche tentoonstelling van deze nieu
we inrichting van transport een ruim
gebruik gemaakt en 28 van zulke door
electriciteit gedreven trappen, waar
van men. na betaling van vijf cents
voor iederen tocht, gebruik maken kon,
waren daar gebouwd.
In Amerika heeft men het echter
niet bij het gebruik in het klein ge
laten, maar met het dappere initiatief,
den Yankees eigen, de electrische trap
pen dadelijk voor grootscher doeleinden
aangewend.
Slechts één voorbeeld. De „Man-
De Khohi Noor.
Deze beroemste onder de beroemde
adelsteeneit vormt niet^ zooals vaak
vallschelijk verondersteld wordt, een
deel der Britsche rijksjuweelen der
„regalia", maar was particulier eigen
dom van wijlen koningin Victoria.
Hij was in een broche vervat en werd
in het kasteel te Windsor bewaard;
ook droeg de vorstin hem bij bijzonde
re plechtigheden.
Eenmaal slechts is hij aan liet oog
van het groote publiek vertoond, na
melijk ter gelegenheid van de wereld
tentoonstelling te Londen in 1858, die
in hoofdzaak naai" de pflanuen Aran
den genialen prins-gemaal opgebouwd
werd. De waarde van den steen werd
toen op ruim anderhalf millioen gul
den geschat. Hij had oorspronkelijk
een gewicht van 800 karaat; dit is door
herhaald slijpen teruggebracht tot 106
karaat. Aan dien steen is het zeldzaam
Indische bijgeloof verbonden, da!t, wie
hem draagt., heerschar óver Hindos-
tan zal zijn.
De Kohi Noor wordt wellicht dien
tengevolge op het kasteel te Windsor
zoo zorgvuldig bewaakt, dat alleen de
wachters de plaats weten, waar hij
verborgen ligt.
Fotogcafeeren zonderdonkere
kamer.
't Is reeds lang bekend, dat sommige
stoffen in het donker licht geven, wan
neer zij vooraf verlicht zijn geworden.
In de zoogenaamde lichtgevende verf
wordt onder andere van clit verschijn
sel gebruik gemaakt. Op eene nieuwe
toepassing daarvan is door Smith in
het Engdlsche tijdschrift Nature de
aandacht gevestigd. De toepassing be
treft het fotografoeren zonder donke
re kamer, eene methode die dan voor
al gebruikt zoude kunnen worden voor
het copieeren van platen uit boeken.
Daartoe wordt een stuk karton be
dekt met eene geschikte phosphores-
ceerende stof en dan eenigen tijd in
de zon geplaatst. Bij gebrek aan zon
licht laat men hot karton verlich
ten door electrisch licht. Het kar
ton wordt nu op de keerzijde van
de plaat, die men fotografeeren
wil, gelegd, terwijl op de keer
zijde een droge fotografische plaat
wordt geplaatst Het boek slaat men
nu dicht en laat het onder een zwar
ten doek. al naar den aard en do dik
te van het papier, lancer of korter
liggen. De expositie-tijd varieert van
18 tot 60 minuten.
De phosphoresceerónde stof, noch
do fotografische plaat, tast het boek
aan. De plaat wordt nu weggenomen
en later op de gewone wijze ontwik
keld. 't Blijkt dat men sneller kan
werken als het karton op een plaat
ligt, die eene temperatuur van onge
veer 20 gr. Celsius heeft.
Uit een proef, d'oor Smith ^enomen,
bleek, dat, wanneer hij de phospho-
resceerende stof bij gewonen lucht
druk aan Tesla-stroomen blootstelde,
zij zeer sterk lichtgevend! werd.
Gemengd Nieuws.
Een vrouwelij ke geluksridder
De Berlijnsche politie mocht dezer
dagen de hand leggen op een behendig
oplichtster, die zich de namen van
adellijke families aanmatigde. Ze
zoch op een zeer geraffineerde manier
haar slachtoffers op straat. Keurig
gekleed wandelde ze in den Thier gar-
ten. Unter den Linden en in de Frie-
Beroemde pennen.
De pen, waarmede koningin Victo
ria indertijd hare handteekenïng- zet
te onder het koninklijk besluit, waar
bij de wet op het zelfbestuur der Axis-
traüsche koloniën werd goedgekeurd1,
werd haar aangeboden door den. heer
E. Barton, een der afgevaardigden, te
gelijk met den inktkoker en het tafel
tje, waarop de onderteekening plaats
vond. De pen was een ouderwetsche
ganzeveder en zal als een kostbaar
aandenken van geslacht tot geslacht
bewaard worden.
De voormalige keizerin Eugénie
heeft in haar bezit de beroemde pen,
waarmede het gewichtige Verdrag van
Parijs door al de deelnemers onder
teekend werd. Eigenaardig genoeg,
wilde ieder van de veertien gevolmach
tigde ministers de pen, waarmede bij
teekende, behouden; maar op aandrin
gen van de keizerin teekenden zij al
len met dezelfde pen en keurden het
goed. dat zij de pen zou behouden als
een aandenken aan de historische plech
tigheid. Dit was ook weder een vogel
veder. maar een van een goud-adelaar
en rijk versierd' niet goud en edelge
steenten. De ex-keizerin gebruikt baar
telkens, wanneier zij over haar overle
den echtgenoot schrijft.
Lord Bangor is de tegenwoordige
bezitter van de pen, waarmede de vre
de van Weenen geteekend werd. Zij
wordt thans gebruikt voor het teeke
nen in het register, wanneer er in de
familie een huwelijk plaats heeft. De
pen kwam in hef bezit van lord» Ban
gor door middel van zijn grootvader,
die secretaris van lord Castlereagh
was.
Toen koningin Elisabeth het dood
vonnis van Maria Stuart onderte
kende, werd de pen, die zij daarvoor
gebruikt had, door een der hoogge
plaatste hofbeambten 'in bezit, geno
men. Zijn nakomelingen behielden die
pen langen tijd, maar eindelijk werd
zij voor een aanzienlijke som verkocht.
De overleden lord Beaconsfield
schreef zijn leven lang met ganzepen-
nen, en de laatste, die hij gebruikte,
voordat hij stierf, werd' voor een som
van 20 guinjes f 240 ongeveer) ver
kocht.
De veeren pen, welke de paus ge
bruikt, is meer dan veertig jaar oud
en wordt in een ivoren doosje zorg
vuldig bewaard.
De tegenwoordige koning van Enge
land bezat reeds als prins Wales een
verzameling pennen van beroemde
schrijvers, zooals van Tennyson,
Browning, Swinburne, Hardy en vijf
tig of zestig anderen. Bij die verza
meling behoort ook een vreemdsoor
tige inktkoker, die vroeger het eigen
dom was van Roberts Louis Stevenson.
Naar de pennen van Charles Dickens
is altijd veel vraag geweest. Een
gouden pen, die hij jarenlang ge
bruikt had, bracht 480 gulden op.
Een aantal pennen, die Thomas
Carlyle gebruikt heeft bij het schrijven
van zijn verschillende werken wor
den nog met andere schatten van dien
aard in zijn huis bewaard.
Naar men zegt, moet Sir Charles
Dilke de gelukkige bezitter zijn van
de pen, waarmede lady Morgan haren
beroemden roman „O'Donnell" schreef.
Hij houdt die in hootre waarde en
zou er niet van willen scheiden, al
bood men "hem de waarde van tien
maal haar gewicht aan goud.
Een pen van Charles Lamb werd eens
aan een Ainerikaanschen vereerder
van dien dichter verkocht voor 120
gulden.