NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
Meestgelezen. Dagblad, in Haarlem en Omstreken.
Prinses Fékla
19e Jaargang
Woensdag 17 Juli 1901.
No. 5535
HAARLEM'S DAGBLAD
ABONNEMENTSPRIJS: ADVERTENTIEN
Voor Haarlem per 3 maanden1.20 Van 15 regels 50 Cta.iedere regel meer 10 Cta. Buiten het Arrondissement Haarlem
Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der gemeente), de P'Ü8 der Adrertentiën van 1—5 regels 0.75, elke regel meer 0.15.
per 3 maanden1.30 Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden. 1.65 ^3 Reclames 30 Cent per regel.
Afzonderlijke nummers0.02>£ Bureaux: Gebouw Het Spaarae, Kampersingel 70, vlak bq de Turfmarkt.
Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden037)4 Telefoonnununer der Bedactie 600. Telofoonnnmmcr der Administratie 129,
n de omstreken en franco per post0.45 Intercommunale aansluiting.
Uitgave der Vennootschap Lourens Coster. Directeur: J. C. PEEREBOOM.
Abonnementen en Advertentien worden aangenomen door onze Agenten en door alle Boekhandelaren en Conrantiers. Met uitzondering van het Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertenti
en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen ia het Algemeen Advertentie-Bureau A DE LA MAR Azn. te Amsterdam.
Dit blad verschijnt dagelij hs, behalve op Zon- en Feestdagen,
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangè. 6 Gr. L. DAUBE Co. JOHN F. JONEStj Succ., Parijs 3V** Faubourg Montmartre.
Haarlem's Dagblad Tan 17 Juli
berat o.a.
Wil Kitchener zijne infanterie
wegzenden?. Een Boerenlaager
genomen, doch commandant Schee
pers met de hoofdtroep ontsnapt,
Geschreeuw over „Boerenwreed-
heden" en feiten van Engelsche
gruwelen, De toestand in Znid-
Afrika, Mr. Koosegaarde Bisschop
aan 't woord, Het Koninklijk
echtpaar te Baarn, Onweder,Prov.
Staten.
Officieele Berichten.
BURGEMEESTER EN WETHOU-
DERS van Haarlem,
Doen te weten, dat bij hunne be
schikking van 9 Juli lo. aan W. C.
Hoeker vergunning is verleend) tot op
richting van eenen giet- en emailleer
oven en. 3 smidsen met stoomvalha-
mertje en stoomdraaibank door over
brenging van stoomkracht uit het be
lendende perceel in 't perceel aan den
Zijlweg (zijweg).
2o. aan II. II. M. Peeperkorn ver
gunning is verleend tot oprichting van
een,e koek- en banketbakkerij in het
perceel aan den Kruisweg no. dl.
Haarlem, 13 Juli 1901.
Burgemeester en Wethouders
voornoemd:
DE HAAN HUGENHOLTZ, l.-B.
Secretaris.
PIJNACKER.
Nationale Militie.
De BURGEMEESTER van Haar-
lem roept bij dleze op dien milicif*
verlofganger Willem Bl'aauw uit die
gemeente Haarlem, van die lichting
1898, behoorende tot het ie regL-
ment Veld-artilterie. om zich op 26
Augustus aanstaande', des namiiid-
dags vóór vier ure, tie bevinden tie
Utrecht bij zijn korps, voorzien
van al de voorwierpen van kleedlitng
en uitrusting, door hem bij zijn
vertrek rneit groot verlof medegeno
men. ten einde in werkelijken
dienst te word'en gesteld!.
Haarlem, 15 Juli 1901.
De Burgemeester voornoemd,
DE HAAN HUGENHOLTZ.
L. B.
De BURGEMEESTER van Haar
lem roept bij deze op dien mildcien-
verlofganger Nicolaas van der
Zwel Slotenmaker, uit de gemeen
te Haarlem, van de lichting 1898,
behoorende tot het 2e regiment
Veld-artillerie, om zich op 26 Aug.
a. s.. des namiddags vóór vier ure,
te bevinden te 's-Gravenhage bij
zijm korps, voorzien van al de voor
werpen van Meeding en uitrusting,
door hem' bij zijn vertrek met groot
verlof medegenomen, ten einde in
werkelijken dienst t'e worden ge
steld.
Haarlem, 15 Juli 1901.
De Burgemeester voornoemd,
DE HAAN HUGENHOLTZ.
L.-B.
Politiek Overzicht.
Het telegram van de Daily
News'' gisteren ontvangen, maakt
een ietwat zonderlingen indruk.
Kitchener zou de onibere-
den troepen door cavaler
r i e willen vervangen. Van
zijn standpunt best te begrijpen.
Het blijft echter de vraag of er zoo
vele ruiters te krijgen zijn. De Brtft
sche bevelhebber wil dan volgens
het blad zijne troepen ooncenitnee-
ren tusschem die plaatsen Durham,
Pieterniaritzburg, Johannesburg e/n
Pretoria. Als raden wordt opgeget-
ven dat bet dam niiet meer noodlig
zou zijn de geheele. spoorlijm Kaap
stadPretoria te bezetten. Nu
moet de bewaking vani did lijm
groote moeilijkheden opleveren. Of
man echter met de cavalerie de ge
meenschap tusschiem d'e verschil
lende kampementen) of well con
centraties die mem dam te voorschijn
zou roepen, steeds goed zou kun
nen onderhouden, staat nog te ba-
zien. Het geheolie bericht lijkt) er
vrijwel op gemaakt om den indruk
te geven dat het nxeeremdeel deir
troiepen nu wel naar huis kan gaan.
omdat dte voornaamste krijgsver
richtingen zijim afgeloopem en men
't nu wel mat wat" minder kaïn steil-
lem.
De gebeurtemisseini van; dei laatste
maanden zijn daar om het tegen
deel tie bewijzen, 't Kan echter ook
zijn dat Kitchlemeir zich gaarne van
een deel zijner infanterie wit ont
doen' omdat zie niet mieer- te gebrui
ken is. Dit laatste heeft inderdaad
veel schijn' van waarheid', in aan
merk ing genomen het weinige dtaor
de Tommies in deze dagen, gepres
teerd en dat mu het voor de vechten
de Boeren niet eens de goede tijd
is. Wat moet het dan wel worden
als straks het gunstige jaargetijde
aanbreekt.
Het achtervolgen van De Wet
waarover de Daily News" spreekt,
kan weer een .o.udervvetsche" jacht
worden. Wij merkten dit reedis
vroeger op.
Uit Graaff-Rein'et komt weer een
„overwinniingsbertcht". Bij Cam
deboo (dit is die naam van een berg
en een rivier in 't district Aberdeen
in de Kaapkolonie) is 'n Boerenlaa
ger genomen. 31 Gevangenen en
56 paaiden vielen den gelukkigen
Britten ten dieel. Het gaat evenwel
weer juist zooals met de overrom
peling van Rieiitz (zie vorig num
mer). de voornaamste aanvoerder
•in dit geval Scheepers ontkwam.Na-
tuurlijk is men op 't oogenblik weer
in volslagen onwetendheid over
zijne verblijfplaats en zal de dap
pere commandant wei spoedig
weer ergens te voorschijn komen
waar niemand hem verwachtte.
Terwijl de Boeren zoo maar lek
kertjes in 't Zuiden zijn vatten die
loyale onderdanen in 't. Noorden
der Kolonie weer moed. Te C o 1 e s-
be r g is, om niet te laat te komen,
een gedenikteeken onthuld voor
de op 6 Januari 1900 aildaar ge
sneuvelde Suffoiks. Als de inval-
ters nu maar een beetje wegblijven,
wanlt stiel je voor dat er nog meer
van; die manumemiten noodiig wa>-
ren. 't Zou voor de brave Goles-
bergerts een dure Liefhebberij wor
den.
De Engeischen blijven intusschen
maar doorschreeuwen over d'e
Boer en wreedheden"Allerlei fan
tastische verhalen dóen die ronde.
De eene soldaat schrijft dat bij
Vlakfontein de Boeren 'een gewon
den majoor, na hem uitgeschud te
hebben, in '4 brandende gras wier
pen. en dat die gewonden door de
Boeren doodgeschoten en doodge
slagen wendlen. een ander gaat tot
vroeger© gevechten terug, en komt
dan met geschiedenissen in dezen
tramt: Bij Lindsay (wanneer?) ble
ven de vrouwen op onze soldaten
schieten nadat de mannen zich
overgegeven hadidienook die ge
wonden schoten zij meer. Den Boer
zag een Australischen vrijwilliger
gewond liggen, hij liep op hem toe
en sprong op zij.n boast, zoodiat zijn
borstbeen gebroken werd
Maar deze toevoeging van den
Engeischen-soldaat die dit schrijft
is van beteiekemis „Mag men zich
dan verbazen over d!e tijgerachtige
woestheid! van onze soldaten, waar
zij handgemeen worden met zulke
schurken
In weerwil van Kitchener's zeer
besliste tegenspraak van' het dloodr
schieten van dien officier en den
sergeant-majoor dier artillerie bij
VLakfomtein, blijft ook d'at praatje,
opgesierd nog wel, hardnekkig de
ronde doen in de bladen.
Het is misschien de moeite
waard, naar aanleiding van liet
éénie geval van Bóeren-wreedheid
bij Vlakfontein (indien men 't nog
zoo noemen kan, de Boer schijnt
gewond geweest te zijn, en wie
weet, hoe) dat ongeveer vaststaat,
in herinnering te brengen, hoe na
het gevecht bij Dalmanutha in En-
getscbe kringen te Pretoria 'fc vol
gende verteld werd „Toen wij op
den top kwamen, waren' onze man
nen niet meer te houden zij de
den als beesten, doodden weertoo-
ze mannen", enz. (Our men rruite
broke out of hand, and we lost all
control over them. They acted1 like
brutes, killing defenceless mien and
shoutinghere is one for Dick and
here is one for Tom aind another
for Harry.) De officier die dit ver
telde:, voegde er bij ,,'t Is jammer
dat 't gebeurd is. maar wij weten
't, oorlog is oorlog, dergelijke din
gen moeten voorkomen." Wat be
teekent nu al dat geschreeuw
tegenover deze feiten?
Dezer diaren heeft de minister
van oorlog in het Britsche parle
ment eene verklaring afgelegd aan
gaande het aantal weduwen
en weezen van in Zuid-
Afrika omgekomen offi
cieren en minderen.
Brodrick meende, dat er tot dus
ver 145 officiersweduwen waren
met 216 kinderen en 3136 weduwen
van minderen met 4300 weezen.
Men mag wellicht grooter cijfers
vernacht hebben, toch is 't al erg
genoeg. Al blijkt ook dat slechts
20% der gesneuvelden gehuwd was,
die ellende van de achtergebleve
nen is er mi et minder om en blijft
eene groote voortdurende aanklacht
tegen d'e geweteol'ooze aanstokers
van dezen gruwelkrijg.
Buitenlandsch Nieuws.
Het gevecht bij Camdeboo.
Hierover komen nog die volgen
de bijzonderheden.
Een inval van 4 Engelsche. colon
nes is in Camdeboo voorbereid'. In
de laatste veertien dagen hebben de
colonnes schijnbewegingen uitge
voerd in verschillende richtingen,
totdat op het beslissende oogenibLik
onder leiding van kolonel Scobeli
tot een aanval werd overgegaan. De
Kaapsche bereden infanterie had
in last de stelling uit het Oosten
aan te tasten, terwijl kolonel Sco
beli zelf met de 9e Lanoiers en eeni-
ge yeomanry uiit het Westen de
stelling omtrok. Scheepers ontsnap
te langs steal hellende paden met
zijn hoofd'troep, maar Scobeli
maakte zich van' het laager mees
ter. nam 25 Boeren gevangen, en
maakte 65 paarden en 25 geweren,
met de munitie er bij, en de voor
raden buit. De Engeischen hadden
geen verliezen. Nagenoeg all'e ge
vangenen bleken Kaapsche opstan
delingen te zijn. De adjudant van
Scheepers. Lie ben berg, en .een lui
tenant (Luy) werden gevangen ge
nomen.
De kern van den troep is dus
ontsnapt. De gevangen genomen
Kapenaars worden toch dadelijk
weer vervangen dóór nieuwe „re
bellen". Groot is de beteekenis van
deze „zegepraal" dus niet.
Kitchener's „winst"
Een Maandlag dóór Kitchener uit
Pretoria verzonden telegram meitit:
Sedert den 8en Juli hebben de co
lonnes, blijkens de rapporten, 32
Boeren gedood-, 34 gewond en 307
gevangen genomen. Voorts hebben
er zich 140 overgegeven, terwijl er
218 geweren met 15.870 patronen
van klein kaliber. 445 wagens, 4825
paarden en eene groote hoeveelheid
vee buit werd gemaakt.
Oe toestand in Zuid-Afrika.
De correspondent van de „Ti
mes" te Pretoria hc-eft een lang m
legram gezonden over den toestand,
gedhgteekend 13 Juli. Hier volgt de
inhoud, ofschoon de correspon
dent zelf erkent dat de verblijf
plaats der commando's ieder oogen-
blik verandert.
Men zal zich herinneren zoo
seint de correspondent dlat Vil-
joen er in geslaagd was, ten noor
den van den spoorweg naar MidL
delburg te komen. Deze manoeuvre
van d'e Boeren heeft ten gevolge
gehad1 dat de commando's, die zich
daar in den omtrek bevonden, ;n
getalsterkte aanzienlijk vooruitge
gaan zijn, zoodot ze thans 700 man
telden. Deze burgers zijn hoofdza
kelijk verdeeld over drie comman
do's, onder de bevelen, van Tri-
chardt, Hingtoan, Muller en Viljoen.
Waarschijnlijk had dieze snelle
beweging in noordelijke richting
ten doel, zich een nieuwe hoeveel
heid amunitie te verschaffen; men
weet toch, dat in de buurt van den
Tantes berg schietvoorraad begra
ven is. Generaal Beateon heeft het
commando van Trichordt bezigge
houden, terwijl een commando dat
oostwaarts trok, naar Dulsfcroom
door die troepen vam kolonel Ben
son ondier handen genomen is. Het
commandlo van Viljoen is niet in
gehaald kunnien worden, maar men
gelooft dat het naar het land van
Sefcoekoeni getrokken is. met het
doel om in het Zoutpansbergsc'ne
munitie te gaan opdoen.
Wat generaal Botha betreft, hij
moet op dit oogeniblik t'e Erin el o
zijn, of in den omtrek van d'at
dorp. met de lichte wagens en den
muilen wagen, die om zoo te zeg
gen, het hoofdkwartier uitmaken
van de Boerenregeering aan wel
ker hoofd Schalk Burger staat.
Het commando van Beyers, in
het noordwesten van Transvaal, is
weer in een andere richtinge ge
trokken', overeenkomstig die "ewo-
ne taktiek van de Boeren. Het lijdt
geen twijfel meer of Beyers is ae
dader geweest van den j angsten
aanslag op dien Pietersburg-spoor
weg. De la Rey is thans weer in
het westen terug. Uit zijn tegen
woordigheid volgt nog niet nood
zakelijk dlat het grootste deel van
zijn commandlo zich daar ook be
vindt. want de aanzienlijkste Boe
rengeneraals trekken tegenwoordig
van de eene groep burgers naar de
andere, om den goeden geest on
der d'e commando's levendig te
houden'. In de Oranje-rivier-kolónie
heeft kolonel Harry eenig voordeel
behaald op Badenhonst en de Vil
liers, voornamelijk in dón drie
hoek. gevormd door Christiana,
Bloemhof en Hoopstad.
In het oosten heeft een samen
trekking van Boeren in Brandwa-
ter plaats gehad, waar het bergach
tige terrein de bewegingen dór
commando's begunstigt.
Men verzekert dat het commando
van Kolbe. die Piet Fourie opge-
volgd is, in staat van ontbinding
verkeert en geen voorraad meer
heeft. Het feit dat een aantal bur
gers van dat commando zich in- den
omtrek van Ed'enburg is komen
overgeven:, duidt op de juistheid
van die opvatting. Het wordt beves
tigd dat Fourie van zijn comman
do ontzet is. na voor een krijgsraad!
gebracht te zijn, onder voorzitter
schap van de la Rey en de Wet.
Het aantal Boeren in d:e Kaapko
lonie schijnt nagenoeg hetzelfde ge-
bleven to zijn.
Mr. Koosegaarde Bisschop
aan 't woord.
In de Maandag gehouden verga
dering der Engelsche vergoedings-
commLssie is mr. Roosegaardó Bis-
schop in zeer krachtige termien op
gekomen tegen de opvatting van
den voorzitter, d'at de ambtenaren
der Nederlandschc Zuid-Afrikoan-
sche Spoorweg Maatschappij. cr&.
handleld zouden hebben als oorlog
voerenden, en daarom niet kunnen
worden beschouwd' als rechtmatige
eischers van schadevergoeding. Mr.
Bisschop hield» staande, dat het hier
■eene kwestie geldt van intemalio-
naai recht en privilegie, en- dat die
commissie niet bevoegd' was de
cischen eenvoudig te "schrappen,
want de eischers zijn burgens van
eene met Engeland bevriende mo
gendheid1.
De voorzitter antwoordde dlafl
zelfs ïedjert beginneling in de stu
die van het internationaal recht er
kennen moet, dlat ingeval die bun
gors eener bevriende mogendheid
ophouden- neutraal te zijn, of dó
wapens opvatten tegen de verte
genwoordigers van eene andere
mogendheid, zij gerangschikt moe
ten worden onder de oorlogvoeren
den, die geen recht hebben om
schadevergoeding te eischen. Door
oorlogvoerenden to word'en, hou
den zij op, burgers te zijn van eene
bevriende mogendheid.
Mr. Bisschop verklaarde, dit niet
aldus te kunnen inzien. Wij zei.
de hij zijn eene souvereine mo
gendheid en kunnen bescherming
geven aan wien wij willen.
De voorzitter voerde daarop aan
dat de commissi» niet heeft te on
derzoeken naar den internationalen
staat van zekere individuen, dóch
na te gaan heeft, of de verbannen
personen onderdanen waren van
eene bevriende mogendheid', af zij
terecht verbannen werden, en of
zij verliezen en harde bejegening
hadden, te verduren als gevolg daar
van. De commissie is er zéér op
gesteld, alle gewettigde eischen to
onderzoeken in den welwillends ten
en edelmoedigsten geest; doch als
zij de eischen moet nagaan, door
oorlogvoerenden gesteld', dan wordt
het eene gansche andere zaak
De voorzitter bepaalde dat het
verhoor Maandag der volgend1©
week zal worden voortgezet, ten
Feuilleton.
Naar het Engelsch
VAN
MAX PEMBERTON
34)
HOOFDSTUK XXIX.
Het onderzoek.
Tien minuten duurde het eer de
kozak uit het bureau kwam', met
de papieren nog in zijn hand).
Mylord, zei hij, de kapitein
wenscht u te spreken.
Fékla nam hare hand vkn zijn
arm alsof het uur van scheiden
reedfi daar was.
Gazei zij met zwakke stem,
gij kunt het niet vermijden.
Een inwendige stem fluisterde
heun een „wees voorzichtig" toe.
Hij stond te aarzelen, verward' en
onzekerhet was niet langer mo
gelijk te hopen.
Neen, antwoordde hij, wij
gaan samen. Dat kunnen zij niet
verhinderen'. Gij zult evengoed als
ik hooren wat zij te zeggen hebben.
Hij trad terug en zij ging hem
voor op de houten trap naar het
bureau dichtbij was het kantoor
van het hoofd der politie. Er zaten
eenige soldaten rondom d'e tafel in
een andere kamer, en Dane her
kende een van de personen, d'ie
hen gevolgd waren van Lars af.
Otto Demidoff, had, dacht hij, nu
zijn laatste kaart uitgespeeld. Hij
verwonderde zich dat deze dat niet
eerder had eedaan. Het zou zoo ge
makkelijk geweest zijn als hij daar
ginder in het gebergte tot hiertoe
en niet verder had gezegd.In die be
sluiteloosheid zat iets verborgen.
Dat doel zou hier in Tiflis bekend
worden.
In een kamer achter het ver
trek dór soldaten vonden zij den
kapitein van de post. Hij was een
jonge man, vrijmoedig, flink en van
'n goed' uiterlijk. Toen die twee zich
hadden neergezet, kwam hij met
een op de zaak.
Gij zijt de Engelscbman, Lord
Dane, en dez» pas is u door den
gouverneur van Moskou gegeven?
Dane knikte. Dat is waar,
waarom vraagt gij dat?
De kapitein ontvouwde de pas
op de tafel.
Omdat, mijnheer, dit stuk ver-
valscht is.
Fékla keerde haar hoofd af, maar
Dane legde zijn hand op het pa-
pier.
Gij vergist u. Ik ben geen mian
die de documenten van andere vol
keren zal vervnalschen
Niettemin is hier iets tusschen-
gevoegd. Generaal Prezhnev ver
meldde uw naam in zijn stuk. En
nu zie ik een anderen naam daar-
bijgevoegd. Wilt gij zoo goed zijn
mij dat te ve-rklaren?
Hij legdle zijn vinger op het ge
schrevene en toonde de tusschem-
voeging aan. Want. waar de gou
verneur van Moskou maar een per
soon had genoemd, vermeldde het
stuk er nu twee.
De Engelsch man, Lord Dane
en zijn vrouw. Is deze lady dan
uw vrouw, mylord?
De vraag kwam als een donder
slag. Dane raadde in een oogenblik
de waarheid, van wat hij las. Niet
alleen dat Vadórski had gezinspeeld
op het mogelijke geval dat hen door
den Pass moest helpen hij had het
op hunne papieren bijgevoegd, en
daardoor was het duizend tegen
een dat alles verloren zou zijn.
Nooit in zijn leven was hem ooit
zulk een vraag gedaan die hij niet
kon beantwoorden. Hij zat nu in
angst, maar de hoogroode kleur
op het gelaat van het meisje wilde
hij niet zien.
Met welk recht brengt gij mij
op deze maniiesr in ongelegenheid
stamelde hij eindelijk. Is de
macht van dón gouverneur u niet
voldoende genoeg? Ik zal d'e zaak
dadelijk naar Moskou seinen.
Zooals gij wilt. Intusschen zal
het tijd uitwinnen als gij antwoor
den wilt op d'e vraag die ik u deed'.
De pas zert dJat gij reist met me
vrouw de burggravin. Is dat zoo of
is het dat niet?
Het antwoord werd zonder aar
zelen gegeven.
Nu is het nog niet zoo. Mor
gen om dezen tijd1, kan ik u een
ander antwoord reven.
De kapitein glimlachte.
Er moeten anderen ""eraad-
pl'eegd worden, mylord, zei hij.
Ik vrees dat de gouverneur-generaal
onder hen behoort. Laat mij vrij
uit tot u spreken.. Wij kennen me-
juffer volkomen, en hebben onze
instructies. Daar de gouverneur-ge
neraal niet in de stad is. vrees ik
dat mij niet anders te doen staat,
dan haar zonder verwijl naar Lars
terug te zenden. Gij zijt intusschen
vrij te komen en te gaan waarheen
gij wilt. Ik wenschte dat ik mij
duidelijker kon uitdrukken.
Dane zat achterover geleund in
zijn stoel alsof hij op uitkomst
peinsde.
Als mejuffer teruggaat naar
Lars ga ik ook, zei hij. Gij zult
mij toch wel de gelegenheid geven
om aan Mr. Muravieff te seinen.
De kapitein schudde zijn hoofd.
Groote namen, Lord Dane,
wat heeft Mr. Muravieff hiermee
te maken
Hij zond1 mij naar Lars er
ken dan ten minste dial hij be
langhebbende is.
Ongetwijfeld, ais dat de zaak
is. Maak gebruik van heit kantoor,
als gij wilt. Ik wil er iemand heen
zenden,, als gij dat wenscht.
Dane nam een stuk papier en
schreef een, lang bericht. Fékla,
die nog geen woord had gesproken,
zag in een betoovering. dlie zij niet
kon verklaren, naar zijn1 vaste
hand».
De Vorstin Fékla wordit opge
houden te Tiflis, schreef hij. Ik
smeek om vergunning om haar
naar Batoum te geleiden.
Ziedaar, zei hij, hier is
mijn telegramKunnen wij vanr
daag nog antwoord verwachten
O houd mij ten goede dat ik
u niet over dó ge woon,tem van den
minister kan inlichten. Als het
antwoord komt zal het u geworden'.
Dan zal ik mejuffer naar een ho
tel brengen, en er op wachten. Gij
zult u, onder deze omstandigheden
daar moeilijk tegen kunnen ver
zetten.
Gij kunt gerust gaan., mylordf.
Een hotel voor u als vii dat wilt.
maar mijn plicht is duidelijk. Zoo
lang er geen andere order is. blijft
de Vorstin onder mijne bewaring.
Dan blijf ik ook. Vergeet niet
dat ik van dat alies rapport zal ma
ken aan dien minister. Ik heb u
reeds bewezen dat Mr. Muravieff
belanghebbende bij mijne reis is.
Gij zult er wel niet tegen hebben
dat ik hem uw naam bekend maak.
als iemand' die zeer beleefd tegen
mi; was.
De kapitein zat in gedachte, en
berekende die kansen. Als deze