till
en eenige verfrisschingen gebruikt.
Buiten blies Woltor's kapel steeds
lustige Sousa-marschen.
De Prins scheen zeer veel behagen
te scheppen in het schieten, althans
gaf Hij te kennen, na een kort poosje
gezeten te hebben, weer zich te willen
begeven naar de schietbanen.
Nu werd weer geschoten op de baan
van 150 meter, door Prins Hendrik, don
adjudant Van Suchteien van der Hae-
re, en den heer Koster. Respectievelijk
werden behaald de navolgende punten:
11. 10. 11. 10, 12. 11 en 8; 5. 6 10.
6 en 12; 12. 11, 11. 11. 11 en 11.
Daarna verliet de hooge gast het ter
rein, door de feestcommissie en het be
stuur uitgeleide gedaan tot het hek aan
den Zeeburgerdijk.
Aldaar wachtte baron Tindal, ka
merheer in buïtengewonen dienst van
Z. K. H-, die mede plaats nam in bet
equipage van den burgemeester.
Buiten het Vosje" stond zeer veel
publiek, en een luid trejuich ging op
toen de Prins in het rijtuig steeg. Een
werkelijk enthousiasme was waar te
nemen. ,,Hoera"-geroep klonk, en met
hoeden en petten werd gezwaaid.
To kwart voor twaalf ongeveer ging
het in gestreken draf, langs de Mau-
ritskade, de Sarphatistraat. de Wete
ringschans, Spiegelgracht, Spiegelstr.
en Heerengraeln naar de woning van
den burgemeester, waar de lunch v.eid
gebruikt
Te twee uur precies vertrok het rij
tuig van do woning van den ourge-
meester, om langs de Heerengricnt
het Waterlooplein. stil te houden voer
de Stoomdiamantslijperij Coster, in de
Zwanenburgerstraat.
De Prins werd in deze slijperij rond
geleid door den directeur, den heer
Felix Manus.
Achtereenvolgens werden bekeken de
voorraad diamanten in de bekende roo-
do kamer voor het vorstelijk bezoek
ingericht, waar modeillen van groiter
diamanten geëtaleerd waren.
Nog werden bekeken de kloverij en
de slijperij.
Na een bezoek, dat een half uur
duurde, werd gereden naar de Por-
tugeesche Synagoge.
Het scheen dat in de Israëlietische
buurten de komst van den Prins reeds
algemeen bekend was. Er was veel pu
bliek op de been, en voor het gebouw
van de stoomdiam&ntsijperij Coster"
en de synagoge was het een bepaald
gedrang.
Met gejuich werd de Hooge Gast te-
groet.
In de synagoge waar evenals bij een
gewonen dienst de kaarsen brand'ten,
werd de Prins rondgeleid' dooT liet da
gelij ksch bestuur, de heieren J. \ita
Israël. J. Teixeira die Maittos en A. J.
Mendes da Costa.
Bezichtigd werden onder meer het
kostbare Perzische kleed voor da leze
naar, de boeken Mozes, de wetsrollen
met de zilveren en gouden mancels,
gouden borden en kannen.
Een voorlezer der gemeente sprnk
het gebed voor het Koninklijk Huis
uit in het Hebreeuwsch.
Van da Portugeesche Synagoge ging
heit langs het Waterlooplein, Heeren
gracht, Heerenmarkt, Haarlemmer
straat en Haarlemmerdijk, door de
Spaanndammerbuurt naar de Wester-
suikenraffinaderij.
De Prins werd rondgeleid door de
balde directeuren, de heeren Barbe en
Freitag.
Hoe gaarne wij het ook wenschen,
kunnen' wij omtrent dit zeker zeer in
teressante bezoek niets mededeelen.
's Morgens had baron Tindal der di
rectie last gegeven geen vertegenwoor
digers der pers toegang te geven.
Na een bezoek van een uur bij de
Wester-suikerraffinaderij reed de prins
langs de Nassaukadie naar het Rijks
museum, waar de hoofddirecteur jhr.
B. W. F. van Riemsdijk hem compli
menteerde.
Allereerst werd in oogenschouw ge
nomen de gouden koets.
Vervolgens werden eenige schilde
rijen bekeken in. de Eeregalerij.
Eenigen tijd werd vertoefd bij de
„Nachtwacht" bij de admiralenzaal,
bij de vitrine met miniatuurportretten
van het Huis van Oranje.
Verwijld werd ook in het Neder-
landsch museum van Geschiedenis en
Kunst.
Tegen half zes kwam de Prins aan
in het Panorama, waar hij begroet
werd door de beide directeuren A. C.
Poort en C. L. van Kestoren. Een kijk
je werd genomen in do kunstzaal. cn
daarna werden bekeken de ..Harem"
van Hobbe Smith en „Nova Zembla"
van Louis Apol.
Van het Panorama ging de Prins te
voet naar den hoofdingang van „Artis
Natura Magistra."
Do eeno dag voor. de andere na,
ging voorbij ens Alice wachtte te-
vergeofsch met amgsti"- kloppend
hart! op de komst van. Lewie.
Vandaag zal h;; stellig ko
men zeide zi i eiken morgen tot
zichzelf en eiken avond zag zij
zich opnieuw wreed, teleurgesteld.
Zij hield zich telkens en telkens
weer voor, dat zneen dwaas en on-
verstandig schepseltje was. Hij had
geen ernstige bedoeling met haar
zii gaf aan zijn. woorden en blik
ken een verkeerde uitlegging en
terwijl zij aldus redeneerde, kwam
haar geheele ziel daarteeen in op
stand en legdle haar hart de stem
van haar verstand gebiedend het
zwijgen op. En zoo treurde zij in
doffe wanhoop terwijl Lewie op
Etterick met folterend heimwee
verlangde naar het onbereikbare.
Stocks maakte Alice het hof met
een inderdaad lofwaardige kiesch-
heid, en hot meisje was er hem op
recht dankbaar voor. dlat, hij haar
niet zijn liefde opdlrong. Vergele
ken met die Andrews, muntte hij
uit door talloos veel goede eigen
schappen en in haar droefheid en
verontwaardiging namen zijn be
scheiden verdiensten in haar oogen
heroïsche afmetingen aan. Zii ver-
Het vrij talrijk publiek op straat be
groette hem vrij luid' en enthousiast.
In Artis werd de. Hooge Gast ontvan
gen door den directeur dr. Kerbert.
Het gezantschap begaf zich direct
naar den bestuurskoepel, om wat te
rusten en verfrisschingen te "ebruiken.
De geheele tuin bijna werd kalmpjes
doorloopen. De Prins vertoefde vrij
lang in. het aquarium.
Op dat uur was het. niet vol in den
dierentuin. Eenige tientallen menschen
werden door opzichtei's op eerbiedigen
afstand gehouden.
Bijzondere aandacht werd gewijd
aan het flink groeiende nijlpaard.
Na een bezoek, dat een uur duurde,
vertrok de Prins te ruim half zeven
naar het Centraal Station.
In de Koninklijke wachtkamer werd
vertoefd tot zeven, uur, Amst-erdam-
schen tijd. Toen stapte Prins Hendrik,
vergezeld van zijn adjudant en Baron
Tindal, in een gereserveerde eerste
klas-coupé, om de terugreis naar Het
Loo te ondernemen.
Den Prins werd uitgeleide gedaan
door den burgemeester, van wien Hij.
tot twee keeren toe, met een bijzonder
hartelijken handdruk afscheid nam.
Rouwdienst.
In de Duitsch-Evangelische kerk te
's Gravenhage wérd Zondagmiddag 4
uur een plechtige rouwdienst gehou
den ter nagedachtenis van Keizerin
Frederik van Duitschland. In de kerk
waren rouwdraperieën aangebracht
en de kroonlichten brandden in crepe
omhulsels.
De Duitsche gezant ontving de ver
tegenwoordigers dér Koninklijke fa
milie te weten: van H. M. de Koningin
baron Van Pal landt van Neerynen,
opper-ceremoniemeester, van H. M.
de Koningin-Moeder jhr. die Ranitz, in
tendant van het Huis, van Z. K. H.
den Prins-gemaal de luit. t/z. Ie kl.
jhr. Hooft Graafland, die naast elkan
der in de banken voor de hofhouding
plaats namen. Achter hen waren ge
zeten de luitenant-generaal graaf Du-
monceau, de stalmeester luit.-kol. Ben-
tinck, de adjudant-majoor baron Van
Tuyl van Serooskerken.
Verder waren tegenwoordig de mi
nisters van buitenlandsche zaken, van
marine, van financiën en van oorlog;
voorts de Comm. der Koningin mr.
Patijn, de burgemeester, de luit.-gen.
Kool, de gen.-majoor Scherer, gou
verneur der residentie, de gezant mr.
Ruyssenaers, secretaris-generaal dr.
Loudon, kabinetschef van buitenland
sche zaken; de gezanten van Rusland!,
België, Oostenrijk, Spanje, Engeland,
Amerika, Frankrijk, Italië, Portugal,
Roemenië, Zweden en Noorwegen en
Japan. Onderscheidene met leden
hunner legatiën, zoomede de gezant
schapsattachés in Nederlandschen
dienst jhr .mr. Van der Goes en mr.
Royaards, welke beide laatstgenoem
den graaf De Pourtales ter zijde ston
den bij het in- en uitgeleide der diplo
maten.
Bij deze godsdienstoefening werd
hetzelfde programma gevolgd als voor
andere dergelijke diensten geldt. Voor
ganger was de predikant Joh. Quandt
die in een beknopte gedachtenisrede
eene levensbeschouwing gaf van de
overleden Keizerin, waarin hij het
beeld voor dien geest riep van de Vorstin
in haar huiselijken kring als liefheb
bende moeder, maar vooral het licht
liet vallen op de smart die Keizerin
Frederik na het overlijden van haar
gemaal Keizer Frederik heeft geleden.
Om 5 uur was de plechtigheid ge
ëindigd.
Koning Edward in Vlissingen
Het nieuwe koninklijke jacht Vic
toria en Albert", aan boord hebbende
den Koning en de Koningin van Enge
land, benevens prinses Victoria en den
Griekschen kroonprins Nikolaas, kwam
Zaterdag te 5.30 uur in de haven en
meerde aan den zuidwestelijken pon
ton. De kruisers „Hyacinth" en „Mi
nerva", die het schip escorteerden,
bleven op de reede.
Vanwege de Koningin was aangeko
men graaf Du Monceau, chef van het
militaire huis van H. M. de Koningin,
in uniform; met hem was aangekomen
sir H. Howard, Engelsch gezant te
's Gravenhage, die zich aan boord be
gaven om Hare Majesteiten te begroe
ten. De Britsche vice-consul, de heer
P. L. de Bruijne, met den commdt. van
het wachtschip „Bulgia", den luit. ter
zee le kl. W. van Voss, begaven zich
mede aan boord.
Zeer strenge veiligheidsmaatregelen
waren genomen, waarvoor, behalve
de stedelijke politie, een 40-tal rijks
veldwachters met karabijnen gewa-
pend, werden gebezigd. Bovendien
gat haar vroegere® afkeerhij was
echt metaal die anderen waren
glinsterend klatergoud. Hij behoor
de tot die wereld, waarin zij thuis-
behoorde zii waren in vele op
zichten aan elkaar verwant.
Tweemaal vroeg hij haar ten hu
welijk. Den eersten keer was haar
hairt vol weemoed en teleurstelling,
etn zij wees zijn aanzoek af. Hij
wachtte op een gunstiger gelegen
heid en toen zij ha'ar aangeboren
vroolïjkheid weer eemagszins be
gon te herwinnen, beproef die hij
opnieuw zijn geluk.
Ik kan niet ik lean niet, zei-
de zij. Ik houd veel van u en
acht u hoog maar kan onmoge
lijk met u trouwen.
Maar ik heb je zoo lief, ziels
lief fluisterde hij en de oprechte
aandoening, die in zijn stem trilde,
en de vage gedachten aan een ge
heel verschillende hoop voor die toe
komst d'edien hare oogen vol tranen
springen.
De eenvoud, waarmee hij sprak,
wekte haar sympathie, liefdJe's
trouwsten bondgenoot. Vóór zij het
zelf wist. had zij hem haar jawoord
geschonken en haeld hij haar in
zijn armen geklemd. Voor den tijd
van een paar seconden voelde zij
verrichtte ee stoombootje de ..Zeeland"
van den Rijkswaterstaat, in den bui
tenhaven politiedienst: aan boord be
vonden zich 2 rijksveldwachters, bene
vens de hulpsluismecsler.
De koninklijke familie begaf zich
's avonds te ongeveer tien uur naar
den gereedstaanden trein, waarin een
salonrijtuig van koning Edward, om
naar Homburg te vertrekken ten ein
de Zondag den lijkdienst op Cronberg
bij te wonen. De trein werd begeleid
door den heer Walraven, inspecteur
van tractie. Vanwege den rijkswater
staat was alleen een looper gelegd.
De vorstelijke personen bleven aan
boord tot 10 uur ,toen de koninklijke
standaard werd ingehaald, ten toeken
dat de koning, zijn echtgeuooto en
hun gezelschap het jacht verlaten had
den. Onmiddellijk begaven zij zich
dorr de hal en de gang naar de vor
stelijke wachtkamer, vanwaar de rei
zigers in den gereedstaanden trein
stapten. De trein bestond uit twee
salonrijtuigen, waarvan één eerst kort
geleden voor koning Eduard is ge
maakt, terwijl het andere dikwijls is
gebruikt door wijlen koningin Victoria.
Verder zijn er in den trein een slaap
wagen en voorts enkel eerste-klasse-
rijtuigen en de noodige bagagewagens,
waarvan in één een kostbare automo
biel werd geplaatst, die de koning
heeft meegenomen. Om 10 uur 20 ver
trok de trein naar Frankfort, waar
hij morgenochtend te 10 uur moet
aankomen. De trein werd begeleid
door de heeren C .Walraven, inspec
teur der Staatsspoorwegen, den inge
nieur van tractie. Kramers, en den
sectie-ingenieur jhr. Reigersberg Ver
sluis. Uit naam van de South Eastern
and Chatham Spoorweg was overge
komen de heer Agis oin met de Staats
spoor de noodige maatregelen te tref
fen in verband met den loop van den
extra-trein.
Het jacht vertrok den volgenden
morgen te half vijf naar Portsmouth,
tegelijk met de op de reede geankerde
kruisers.
De Koning droeg aan boord de ad
miraalsuniform, doch bij het vertrek
van hier was Z. M. in politiek. Bij het
vertrek waren tegenwoordig de bur
gemeester van Vlissingen, de Engel-
sche consul te Middelburg, de advo
caat generaal uit Den Haag, de offi
cier van justitie en den garnizoens
commandant. De Koning nam vrien
delijk groetend van de autoriteiten af
scheid.
Vol kadagblad— Volksblad
Wij hebben met een enkel woord ge
wag gemaakt van do klacht, door de
directie van het „Volksdagblad" inge
diend bij de justitie in zake handelin
gen ten behoeve van het „Volksblad"
gepleegd. Uit het woord van verweer
dat de redactie van laatstgenoemd
blad heden plaatst, stippen wij alleen
het volgende aan:
„Al wat in de in „Het Volksdagblad"
afgedrukte aanklacht ons wordt ten
laste gelegd, is óf totaal verzonnen, óf
valsch voorgesteld, of van niet het min
ste belang. Wij denken er niet aan ons
tegen deze lasterlijke aantijgingen niex
te verdedigen. Indien dit noodig mocht
blijken, zal düit op een andere plaats
geschieden."
Mr. Troelatra,
Het gerucht, dat de heer Ter Laan
zijn mandaat voor Hoogezand zou wil
len neerleggen ter wille van mr. Troel
stra is onjuist. De ,,Delftscl\e Ct die
zich tot dten heer Ter Laan wendde
met de vraag, of het gerucht waarheid
bevatte, ontving van hem ten antwoord
een kort en krachtig ..neen."
Kamerverkiezingen.
In de gehouden vergadering der
verschillende afdeelingen van de
kiesvereeniging ,Nooird-BraJ>ajnt"
is met algemeeme stemme® tot can-
didaat voor het lidmaatschap der
Tweedie Kamer im die plaarts van
mir. J. A. Loeff. <resteklt, jhr. m.
A. F. O. van Sasse- van IJsselt,
raadsheer in het gerechtshpf te
's-Hertogenbosch, lid van dte'Prov.
Staten van Noord-Brabant en lid
van den Gemeenteraad van Den
Bosch.
Veendam.
Het verkiezangs-comité te Veeo>
dam heeft het volgende schrijven
aan d;e liberale partijgenootam in 't
district Weststellingweaf gericht
„Onidergeteekend'en, allen beboe
rende tot de liberale rartij in 't
district Veendam. verklaren dat de
antirevohrtionaire® en katholieken,
ons trouw en krachtig hebben ge-
iets. dat naar blijdschap zweemde,
maai- deze gewaarwording week
weldra uit haar binnenste, en lang
zaam en in gepeins verloren, liep
zij aan zijn zijde huiswaarts.
Den volgenden morgen stond Ali
ce op mei een drukkend' besef van
iets onherroepelijks. Een deur was
achter haar dichtgevallen:, die een
vriendelijk verleden afsloot, en de
toekomst scheen haar een onafzien
baar lang en duister pad toe. Dit
was niet een stemming, zooals zij
zioh va® een -as verloofd meisje
had' voorgesteld.
Mevrouw Andrews l'egde den ge-
heelen ochtend beslag op haar en
ontdekte weldra het niet zeer moei
lijk te raden reheim. Na den lunch
zocht Alice haar troost bij haar
oude vrienden de heuvelen. Daar
was het zoo heerlijk rustig, zoo een
zaam. Daar kon zij ongestoord na
denken.
Plotseling hoorde zij in de verte
zingen een café-chantantdeuntje,
dat dit aards oh paradijs ontwijdde.
Drie halfdronken mannen kwamen
de hoogte afzwaaien, arm in arm.
Zii hadden eroote bloemen in hun
knoopsgat en gemakshalve hun ves
ten losgeknoopt. Het waren blijk
baar zoogenaamde Zondagsheeren,
stound. eerst bij de herstemming
tusschien dr. Bos en Schaper en
vooral nu bij de herstemming fcus-
schen mr. E. A. Smidt en mr. P. J.
Troel s tra met. het resultaat dat mr.
Smidt met groote meerderheid
werd gekozen, wat beslist mede
door den krachtige® steun titer A.-
lt. en R.-K., is geschied; -redenen
waarom wn onzen partijgenooten
in het district Weststellingweirf
vriendelijk en dringend verzoeken
bij de a. s. herstemming ook de
A.-R. partij te steunen; vooral ook
opdat wij in de toekomst weer op
steun mogen en kunnen rekenen."
Mr. Gle'ebman.
Uit Baarn meldt men. dat de toe
stand van mr. Gle.ichnian blijft
vooruitgaan. De nachten zijn rus
tig.
Congres voor ambachts
onderwijs.
Te 's Gravenhage werd in het ge
bouw van den Haagschen Kunstkring
Maandagochtend het congres voor am.
bachtsonderricht geopend door mr. E.
Fokker, die in zijn openingswoord
herinnerde aan de congressen in 1894
te Haarlem en in. 1895 te Amsterdam
gehoupden. Dit congres is het derde,
het onderscheidt zich van de vorige,
dat in de commissie 5 werklieden zit
ting hebben, ieder vertegenwoordigen
de een belangrijk ambacht. De com
missie meende, dat over ambachtson-
derwijs niet mocht gesproken worden
huiten de werklieden. Ten tweede
wenscht de commissie geen conclusies
te zien aangenomen. Het is haar te
doen om vrije gedachtenwisseling.
Het onderwijs voor meisjes zal door
twee dames worden behandeld, die
zitting hebben in de commissie. Het
ambachtsonderwijs laat nog veel te
wenschen over; de gelegenheid ont
breekt veel. Toch zijn er vele licht
punten. Algemeen begint men het
nut van het ambachtsonderwijs te er
kennen. Het aantal scholen steeg van
9 tot 21, behalve vele die in voorbe
reiding zijn. Vele huishoudscholen en
industriescholen zijn opgericht of in
voorbereiding Dat zijn eigenlijk am
bachtsscholen voor meisjes. Toch ont
vangt het overgroot deel onzer jon
gens en meisjes na het 12e jaar geen
onderwijs meer. Wel zal dit eenigs-
zins verbetoren door betere inrichting
van het herhalingsonderwijs, maar
na 13 of 14 jaar blijvp-velen zon-'
dei' onderwijs. Voor ambachts- en
vakscholen is dus nog veel te doen in
verband met betere organisatie hetere
opleiding ook voor mingegoeden, zoo
als te Amsterdam. Dit congres beoogt
slechts door wrijving van gedachten
licht te doen opgaan. Het doet den
ken aan electriciteit en hij hoopt dat
tegen een volgend jaar nergens gele
genheid zal ontbreken om electro-tech-
nisch onderwijs te ontvangen.
Voorts hoopt hij dat na zeker aantal,
b.v. 4jaren, een volgend congres zal
vergaderen en dan ook meer zal ge
voeld worden de betere opleiding van
handels -en kantoorbedienden diieb.v.
in de vroege ochtenduren typewriting,
talen "enz. konden leeren. Te Amster
dam is men reeds in dien geest werk
zaam. Dit is echter toekomstmuziek.
Conclusies werden niet genomen, al
leen over vijf vraagpunten werd van
gedachten gewisseld.
Het eerste vraagpunt betrof de wet
telijke regeling van het ambachtson
derwijs. De heer P. Priester, van
Leeuwarden, was inleider van dit
punt.
Het tweede vraagpunt dat behan
deld werd, luidde: „In hoeverre is 't
mogelijk aan het leerplan dep am
bachtsscholen een zoodanige uitbrei
ding te geven, dat ret onderwijs dier
inrichtingen aan meer vakken ten goe
de kan komen?"
Sporten Wedstrijden.
Ned. Cricketers in Engeland
De uitslag van den wedstrijd van
Maandag: Londen 475; Holland 89
voor drie.
Uit de Arbeiderswereid.
BUITENLAND.
Gompers, voorzitter van de Ameri-
kaansche Federation of Labour, heeft
een proclamatie uitgevaardigd ter ver
dediging van den gemengden staal-
verkersbond, eo tor oproeping van
zedelijken en stoffelijken bijstand voor
dien bond.
Aan Shaffer's bevel tot staking is
over het geheel gevolg gegeven, overal
wtfar de werklieden georganiseerd
die er voor hun pleizier eens een
dagje op uit waren en hun grootste
genot in drinken vonden.
Zood'ra zii Alice gewaar wenden,
riepen zij haar een paar vleiende
complimentjes toe, die blijkbaar
geenszins in haar smaak vielen,
want zij stond' op en wilde zich
haastig uit de voeten maken. Tot
haar niet geringe ontsteltenis werd!
die weg haar echter door die nieuw-
aangekomenen versperd!.
Al haar smeekingen, om haar
door te laten, waren' vruchteloos.
Het meisje was in doodsangst. Wat
moest zij beginnen? Vóór haar was
een bruisende bergstroom, op dit
punt tie ,eenenmale ondoorwaad-
baar en achter haar wanen drie
dronken mannen, wier onbeschofte
taal haar onthutste en ergerde.
Als de nood' het hoogst is geste
gen. is ook de redding nabij. Nog
vóór zij het wist. was hiaar bevrij
der reedö in aantocht, en haar red
der bLeek ntiemand andere te zijn
dan Lewie. Zij had het wel willen
uitjuichen van blijdschap, toen zij
zijn door die zon verbrand gelaat
zag.
Wat moet dit beteekenen
«iep hij, terwijl hij een van de man
nen bij den kraag pakte en tegen
zijn. Het aantal stakers kan nog niet
opgegeven worden, maar bedraagt ze
ker verscheiden duizenden.
INGEZONDEN MEDEDEE-
LINGEN.
SO csnts per regel.
Hef beste 1
L_JL^==Moridwal'er ter Wereld.'i
Gemengd Nieuws.
Een brutale inbraak.
Heel Brussel is in opschudding over
een inbraak, drie onder buitengewone
brutaie omstandigheden is gepleegd in
oen groot magazijn van horloges en
bijouterieën van den heer Grottendieck
in de Rue de la Madeleine.
Vrijdagmorgen om 7 uur hij het ont
waken, bemerkte de dochter van den
heer Grottendieck, dat dieven een be
zoek hadden gebracht aan 't magazijn
en uit de lihkervitrine een -note hoe
veelheid! voorwerpen van waarde wa
ren verdwenen.
Der justitie, werd, kennis gegeven van
het geval en deze begon, onmiddellijk
een onderzoek. Het bleek, dat geen en
kel slot geforceerd, geen deur ge
opend, geen ruit ingedrukt was. De die
ven waren binnengekomen langs de
eerste verdieping, tot waar zij waren
opgeklommen langs de gasbuis van
een muurlantaarn tegen het huis. De
vensters op de eerste verdieping, tot
waar zij waren opgeklommen langs
de gasbuis van een muurlantaarn te
gen het huis. De vensters op de eerste
verdieping stonden wegens de warmte
open, maar de jalousieën wraren neer
gelaten. Eén en ander is den dieven
gunstig geweest, die geen ruit hebben
behoeven in te drukken.
Eenmaal in het huis zijn zij langs
een kleine wenteltrap in den winkel
gekomen, waar zij slechts hadden te
kiezen onder de vele voorwerpen van
waarde, in glazen kastjes besloten. De
Imkervitrine bevatte de kostbaarste en
gemakkelijkst vervoerbare dingen. Zij
is door de inbrekers geplunderd. Een
ruit werdi netjes uitgenomen en voor
de toonbank, gezet; alles gebeurde in
volkomen stilte. Niemand van het ge
zin van den heer Grottendieck heeft
ook maar eenig gerucht gehoord. Uit
voorzorg hadden de dieven de geleid-
draden der electrische schellen door
gesneden. Zij namen 174 gouden en
zilveren horloges, 9 horlogekettingen,
52 gouden kettingen enz. mee, tot een
totale waarde van 80.000 francs, en
hebben alles tot een pak gemaakt,
waaromheen zij de embrases van een
winkeldraperie hebben gebonden.
Langs demzelfden weg, dien zij geko
men zijn, zijn zij weer vertrokken, op
de toonbank achterlatend een waarde
van bijouterieën van 30.000 francs.
Op een tafel in het achtermagazijn
is een 30 cM. lange dolk --evonden met
breedi lemmet. De inbrekers waren dus
voornemens zich van dat wapen te be-
dlienen, ingeval zij zouden worden ont
dekt.
Naar alle groote steden is aan de po
litie over dezen diefstal geseind. Van
de daders is nog niets bekend. Alleen
is een poelier aan de Brusselsche poli
tie komen mededeelen, dat hij in den
nacht van de inbraak tegen 4 uur twee
netgekleede mannen heeft gezien, die
als het ware op wacht stonden in de
Rue de la Madeleine.
In de namiddag is Vrijdag een ver
dacht persoon in arrest srenomen, die
in zijn woning een volledig stel inbre-
kersinstrumenten onder zijn bed ver
borgen had.
Gruweldaden van Indianen.
Een gruwelijke geschiedenis
weet het „Jorniai die Coanmercdo"
mede te dteelen. Op de® 3e® Maart
1901 werden dte nederzetting en
het klooster in Alito Alegre (Brazi
lië) door wilde Indianenhordien be
stormd. de monniken en mommen
bevonden zioh juiist in d'e kerk. zoo
dat zij. in het geheet geen tegen
stand konden bieden. Allereerst
werden vier nonnen en Later zes
marmiken voor het altaar vermoord,
toen kwamen eenige kolonisten en
bedienden aan de beurt, de overi
gen warde® in een kelder opgeslo
ten en daar twee weken Langzaam
doodgemarteld'.
Een groot genoegen vonden de
wilden er in. de arme gevangenen
aan den rand van een afgrond te
brengen en hen dam onder wild- ge
huil naar beneden te herpen. De
eenige overlevende was een klein
il-jarig meisje. Ursula, dat door
een Indiaansc-he vrouw in bescher-
den grond slingerde.
Waai' bemoei jij je mee? rie
pen alle drie als uit één mond.
Ik verkies niet. dat iemand
deze jonge dame laslie- aal vallen,
bulderde hij hen toe met blikse-1
mende oogen. Als jelui niet
dronken waart, zou ik jelui beter
manieren leeren. Maakt, dat je weg
komt. of ik sta niet langer voor
miizelf in..
De sterkste van het drietal trad
met gebalde vuisten op hem toe.
Juffrouw WishartAlice,
sprak Lewie, die het meisje den
aanblik van een onvermijdelijke
vechtpartij wilde besparem, wilt
ge zoolang op mijn paard passen?
Ik heb het losjes aan een boom
vastgebonden hier vlakbij. Ik ben
in een ommezien bij u.
Dit ommezien werd' echter tame
lijk gerekt, want pas na een verloop
van een minuut of tien kwam hij
bij haar met een groote scheur in
de mouw van zijn jas en ©en bloe
dige schram o- z::m voorhoofd.
Alice stond, stil en onbeweeglijk,
bij zijn paard, werktuigelijk die
teugels vasthoudend en strak voor
zich uit starend.
Mag ik u naai* Glenavelin te
rugbrengen? vroeg hij.
mi mg genome® werd en l ater de ge
heel c geschiedenis vertellen kon.
Een monnik, Carlos genaamd, droeg
veel bii tot het spoedig ontdekken
en tot die vervolging der Indianen.
Toevallig was hii vertrokken.; bij
zijn terugkomst vond hij om het
klooster d'e verminkt e loken -liggen,
die kerk en de woningen geheel
leeggeroofd en ten slotte vele bloed
sporen. waarin men nof geronnen
bloed ontdekte.
Voor de Indianen tot hun aam
val overgingen, hadden 7:: overal
schildwachten uitgezet en een' pa
trouille in hinderlaag °"elegd>, die
ieder die naar Alto-Alegre cring of
vandaar kwam. vermoordde. In
deze hinderlaag alleen vond1 mien
50 lijken., in het klooster meer daim
200. Het gelukte dien monnik Car
los ongezien të ontkomen en de
huln der soldaten in te roepen. Ka
pitein Zorabeira bereikte met zij.n
troepen de wilde hordien in Canna
Crava en kon na een bloedige®
strijd de gevallen slachtoffers wre
ken. De kleine Ursula werd be
vrijd en den wilden werd1 een groot
deel van het geroofde ontnomen-.
Redevoerip gen.
Uit de nagelaten papieren van den
sociaal-democraat Liebknecht deelt
„Vorwarts" een merkwaardige pleitre
de mede tegen... redevoeringen. Lieb
knecht schreef daarover:
„Niets is gevaarlijker voor een be
raadslaging dan het houden van rede
voeringen. Elk oordteele maar naar zijn
eigen ervaring!
„Wie zal, als hij over een zaak die
hem. duister is licht wenscht, zich met
zijn twijfel en gronden tot een talrijke
vergadering of een volksvergadering
wenden? Ieder die moeilijk hersen
werk heeft te verrichten, weet dat een
vruchtbare gedachtenwisseling, een
nauwkeurig wikken en wegen van voor
en tegen niet mogelijk is waar zóóveel
personen aan het debat deelnemen,
dat men zijn stem moet uitzetten, en
een geregeld gesprek, een juist spre
ken en tegenspreken onmogelijk wordt
„Redevoeiingen hebben zeker ook
haar nut. De magnetische, betooveren-
de macht van het gesproken woord is
een factor welke in het staatkundig cn
geestesleven eens volles niet gemist
kan worden. Redevoeringen en voor
drachten in volksvergaderingen heb
ben onschatbare waarde. Maar alles
op zijn tijd en voor zijn doel. Dat één
persoon het woord voert is uitstekend
om geestdrift te wekken en menschen
die leering verlangen die te geven.
Maar als men tevens naar de waarheid
wil zoeken, zijn redevoeringen en voor-
drachten van een enkelen persoon niet
op haar plaats; zij ontaarden in kome
diespel.
„Zoodra de redenaar zijn stem bo
ven zekere mate verheft, worden door
bloedaandrang naar de hersenen, enz.
zijn zenuwen geprikkeld, wat wellicht
voor de phantasie en dichterlijke beel
den bevorderlijk is, maar voor het
denkproces zeer hinderlijk is en bij
veie menschen gelijk Karl Vogt lieeft
aangetoond uitloopt op een tijdelij-
ken stilstand) van het denkvermogen.
„Wie heeft zich niet wel eens ver
baasd over de groote dwaasheden die
de verstandigste mannen kunnen uit
kramen, als zij een zoogenaamde „re
devoering" houden en zich daarbij ora
torische triumfen trachten te behalen,
nog afgezien van bevangenheid en be
dremmeldheid'. Van elke 1UÜ Kamer-
redenaars spreken 50 louter onzin („den
reinsten Blödisinn) en onder de overi
gen zijn er wellicht twee of drie wier
redevoeringen volgens de stenografi
sche aanteekeningen van evenveel be-
teekemis zijn als een hoofdartikel van
een middelmatig dagbladschrijver. De
rest bemerkt niet eens het peil van de
ze middelmaat.
„Gaat men dan echter met een van
deze sprekers, over wiens gebazel men
zich pas heeft geërgerd, in een stil
hoekje zitten en spreekt men dan met
hem over zaken waarvan hij wegens
zijn opleiding en positie verstand kan
hebben, dian zal men in de meeste ge
vallen tot de ontdekking komen, dat
hij volstrekt niet zoo dom is en in zijn
vak nuttige en practische kennis bezit.
„Om evenwel te kunnen nagaan ioe
zeer er alzoo in „redevoeringen" geba
zeld) wordt, is het noodig zich eerst los
te maken van den misleidenden in
vloed van groote woorden en theatra
le gebaren, en dit kunnen maar wei
nigen. Vandaar dat de meest bespraak
te Kamerleden zoo sterk worden over
schat."
Deze niet zeer vleiende beoordeeling
van Kamer- en volksredenaars klinkt
zeker nogal vreemd uit den mond van
i Alice's eenig antwoord was een;
toestemmend hoofdknikken. Zwij
gend lie z;; naast hem. terwii-! hij
zijn paard bii den teugel leidde.
Hu wist haar niets te zeggen. De
geheele wereld lag thans tusschen
hen. en zij konden geen van beiden
een enkel woord uiten, zonder
eenig blijk te eeven van d'e droeve
scheiding.
Alice was de eerste, die het. stil*
zwijgen verbrak.
Ik dank u zeer voor uw tijdige
hul" stamelde zij. en gehoor ge
vende aan een noodlottige opwel
ling. keek z«; naar hem en las zij
maar al te duideliik op zijn gelaat
al de wanhoon al het verlangen,
dat hij trachtte to verbergen. Alles
werd haar helder en zij besefte
met volle klaarheid de wreede be
stieringen van het lot. Een snik
smoorde haar stem en vóór zij zich
bewust was van hetgeen zij d'eed,
legde zii haar hand on Lewie's arm
en barstte zij in tranen uit.
(Wordt vervolgd).