Na Mc Kiuley's dood. Het Gzarenbezoek aan Frankrijk Prins Hendrik bergkam, van ,.:aar zij de Boeren konden overzien. De beweging van dezen was echter om die Engelsehen in een val te lokken. Gough werd plotseling in zijn front en op zijn rechterflank aangevallen door den vijand, die in groot aantal en on der bedekking was. Na een scherp gevecht werden de Engelschen overweldigd mot verlies van hun kanonnen, twee officieren en 14 man gesneuveld. 5 officieire-n en 25 man gewond en 5 officieren en 150 man gevangen. De Boeren stonden onder Botha- Ik zend versterkingen aan Lyttel- ton. Ben officier is 's nachts ont snapt naar de Jagersdrift en zegt, dat do Boeren, meer dan 1000 man sterk zijn. Dit telegram, dat ons die tij ding van een in waarheid ver pletterende nederlaag der Engel schen brengt, was zeker allerminst ie verwachten. De verliezen, die Botha hier de Engelschen heeft toe gebracht als een tweede antwoord, nu zonder woorden, op Kitchener's sommatie van 7 Aug., zullen zon der twijfel in Engeland nog die peren indruk maken dan de botte weigering der Boeren om aan het or. ..aardige document het oor te leenen. 't Brutale verwijt der Boeren in ge zegde proclamatie naar 't hoofd ge slingerd. dat hef. gemis aan artille rie o. a. een d'er redenen was, die hun voortzetten van den oorlog tot een misdadig werk maakte, hebben zij zich blijkbaar aangetrokken. Zij zijn bij de Jagersdrift (niet voor de eerste maal, zooals men weet) niet alleen hun geweren- en munitie- voorraad gaan aanvullen, maar zij zijn er ook begonnen ie voorzien in hun door Chamberlain met zijn beminnelijke belangstelling zoo zeer gelaakte gemis aan geschut. Nog oen klap- Een ongeluk komt zelden alleen. Bij de groote nederlaag der Engel schen in Transvaal, komt nog een echec in de Kaapkolonie. French rapporteert, dat Smuts een eskadron lanciers heeft be stormd bij Elandsrivierpoort, ten weeten van Tarkastad, om dioor een cordon van colonnes fee breken, die bezig waren hem in fee sluiten- Drie Engelsche officieren sneuvel den en twintig manschappenéén officier en dertig man werden ge wond. Do Bceren waren gekleed in khaki en leden zware verliezen. Dat laatste komt er natuurlijk slechts bij als een pleister op de wond. Duidelijk is echter dat de Engelschen ook hier slaag hebben gekregen. De politie beeft van een fotograaf die èen uur voor dien moordaan slag op df> tentoonstelling te Buf falo voor de kinematograaf opne mingen deed van don president en zijn omgeving, zijn platen opge- eisoht om te zien of er onder de gezichten van de menigte ook be kende anarchisten voorkomen, en iooaoend'e misschien medeplichti gen van Czolgosz te ontdekken. Te Hartford City, in Indiana, heeft een sterke troep Italiaanschè Werklieden een vreugdebetooging f'ehouden wegens den moord op Mc iiiiley. Toen zij ook het leven van- de burgerij bedreigden, dreef de sheriff hen met gewapende man schappen de stad uit. Op allerlei plaatsen in d'e Vereenigde Staten zijn mensohen die hun voldoening hadden uitgesproken over den aan slag, of blijk gaven van anarchis tische gezindheid, door die burge rij afgerost of gevangen gezet. De „Times" verneemt, dat 3000 pd. st. van de 4000 pd. st. geeisch- le borgstelling voor Emma Gold man, de bekende anarchiste, reeds bijeengebracht, zijn. MAG KINLEY's BEGRAFENIS. Donderdag had te Canton de bij zetting van Mc Kiuley's stoffelijk overschot plaats. Voor het vertrek van den begrafenisstoet werd er een korte lijkdienst gehouden in Mac Kinley's huis in tegenwoordigheid der verwanten van den overleden President. De weduwe luisterde aan de halfgeopende deur van de van mijn cliënten beluisterde, dan zou ik den president van het ge rechtshof verlof vragen om een on derzoek te doen instellen naar zijn geestestoestand. Het is hoog tijd dat ik naar huis ga om mij in mijn acten te gaan verdiepen dat zal mij weer mij z<elf doen worden. Nog één blik wierp hij op de gesloten vensterluiken, daarna ver wijderde hij zich met vasten tred om zich stadwaarts to begeven. Wat- ook zijn bedoeling zijn moge. ik zal een oogje in het zeil houden, sprak hij in zich zelf hoe listig "ij het ook aan moogt leggen, mijnheer Wilson, ik zal op mijn hoede zijn. VIERDE HOOFDSTUK. Toen John Langenbruch en dok ter Lamprecht de helder verlichte op de wijze van eon Engelsch dra wing-room ingerichte woonkamer binnentraden, was de geheele fami lie bijeen. Bij een in het midden der kamer staand.© groote tafel, waarop in een boven een spiritus- toestel hangendie bouilloir het wa ter kookte, was Johanna bezig thee te zetten naastbij zijnde kamer. De stoet zette zich te 1.20 in feeweging naar de Episcopale Metftodïstenkerkwaar-- toe Mac Kinley behoorde. Een eere- wacht schreed aan beide zijden van den lijkwagende generaals rechts, de admiralen links. De wagen werd getrokken door zwarte paarden met groote zwarte pluimen, het lichaam bedekt door zwarte rouwkleeden. Bij elk paard liep een soldaat. In den stoet bevonden zich o. a. pre sident Roosevelt, de ministers en talrijke hooggeplaatste personen, detachementen veteranen van het groote leger der republiek, de na tionale garde van Ohio, talrijke de legation van maatschappelijke or ganisaties en vereenigingen uit de handelswereld. Mevrouw Mac Kinley was te lij dend om naar de kerk te gaan. DE FRANSCHE BLADEN bevatten natuurlijk talrijke hulde-ar- tikels. Opmerkelijk is het Journal, met een ituinnv ivclf pagina's, een massa portretten en afbeeldingen, een hoofdartikel van den oud-minister Hanotaux en een gedicht van Heredia, een hulde <^an de Czarina die zooveel van heibloem houdt: Et. par toute la France en ce mois de l'année, Vous verriez la bruyère en fleur, depuis le mur Des Alpes, jusqu' a-iix bords oü les lames d'azur Frangent d'un fil d'argent la Méditer- ranée; Vous verriez sur la lande, ou la dune, ou l'écueil De l'Allantique dont elle fleurit les roches, Jusqu' au dernier versant des frontiè res trop proches, Partout, s'épanouir la fleur de Bon Accueil Verscheidene Fransche gemeenten hebben telegrammen gewisseld met Russische. DE FRANSCHEN ALS GASTHEEREN. Was de zee voor Czaar en Czarina wel, voor Loubet niet te hoog, Woens dag, om van het eene schip op een andere te gaan de bejaard? Presi dent, veelal blootshoofds.zal niet enkel in de dansende boot die hem over bracht het moeielijk hebben gehad ook in andere maatregelen toonen de Franschen zich weder de beminne lijke gastheeren ,die zich schikken naar de gasten. Zoo zijn er 101 sa luutschoten gelost, hoewel het Fran sche reglement slechts het maximum van 21 kent gelukkig was er een „uitzondering", waarvan nu kon ge bruik gemaakt. Zoo heeft de burge meester van Duinkerken brood en zout geboden, naar Russisch gebruik. BIJZONDERHEDEN OVER DE VLOOTREVUE. De onstuimigheid van de zee heeft niet alleen een tros en een valbrug en nog bet een en ander kapot geslagen, maar zij heeft, hoe indrukwekkend het schouwspel als geheel geweest moge zijn, aan maritieme oogen niet alles kunnen laten. Onder anderen hebben de onderzeesche manoeuvres, waarvan de marine zich veel voor stelde, niet plaats gehad. Het publiek te Duinkerken werd door een drievoudig cordon van troepen van de haven afgehouden; gelukkig had het de pieren en de kust om te kijken. De vrouwen van de vischmarkt heb ben hun visch mogen aanbieden, naar eeuwenoud gebruik. Het was er, ech ter, niet een van zilver, maar van ver guld papier op witsatijnen kussen. Bijna èen uür had de Standart noo- dig gehad om, eenmaal door de sluis, te landen. Daarna moest de Czaar de bemanning nog de revue doen passee- ren. Hij dankte met één enkel, kort woord en de manschappen antwoord den volgens reglement, de woorden scandeerend: „Wij zijn vergenoegd dat wij Uwe Majesteit dienen." Parijs vlagde Woensdag en illumi neerde. Den 21en zal de Beurs er ge sloten zijn. DE DUINKERKER TOASTEN. Naar een part. tel. van het Hbl. meldt wordt in sommige kringen aan de toespelingen op de samenwerking en verbroedering der Fransche en Russische vloten in het „Verre Oos ten" bij de toasten te Duinkerken, de beteekenis gehecht, dat door het be- zoek van den Czaar de Fransch-Russi- Aan een kleinere tafel zaten ver trouwelijk naast elkaar twee jonge meisjes, nog kinderen, die met groote opmerkzaamheid, blad voor blad. een geïllustreerd prachtwerk, dat hun den vorigen dag op Kerst mis was geschonken, beschouwden. De over het boek gebogen hoofd jes, hadden precies den zelfden vorm, waren met hetzelfde blauw zwarte, krullende haar bedekt die rustien op wel is waar nog niet ge vulde, maar schoon gevormde schouders. Ook haar gelaatstrekken, waren begrensd door dezelfde regel matige en eigenaardig afgeronde lijnen, zij hadden dezelfde bleeke, doch volstrekt niet ziekelijke ge laatskleur dezelfde donkere wenk brauwen en de lange zijdeachtige wimpers. In één woord, zij geleken volkomen op elkaar, een spel der natuur, dat zelden voorkomt. En toch was er nog een derde persoon in de kamer, waarin men de boven aangeduide trekken terug vond. al sprongen die dan ook niet zoo onmiddellijk in het oog. De man. die naast een met kussens en dekens voorzien rustbed, den arm om een daarop liggende vrouw ge strengeld op een leunstoel gezeten sche alliantie, die zich tot dusver uit sluitend tot Europa bepaalde,op zekere bepaalde punten zal worden uitgebreid tot de koloniale politiek. NAAR DE MANOEUVRES. Donderdagochtend om tien minuten voor achten verliet de Czaar met Lou bet het paleis te Compiègne. Hetzelf de ceremonieel en dezelfde veiligheids maatregelen werden genomen als den vorigen dag. De Czarina zat in een ander rijtuig. Langs den geheelen weg tot aan het station van Reims uitte het volk weer zijn geestdrift. Het weer was opgeklaard. Alle autoriteiten kwamen achtereen volgens aan de halte van Tresnois waar de keizerlijke trein zou stilhou den, aan. Kurassiers vormden het ge leide van den trein, die om tien minu ten voor tienen aankwam. De Czarina was in rouwgewaad, De Czaar droeg de uniform van de garde-cavallerie. De Russische souvereinen en de Pre sident gingen de eerczaal door, waar zij begroet werden door den prefect en den gemeenteraad. De Czarina ging met mevrouw Naritsjin in het. eene. de Czaar met President Loubet in het andere rijtuig zitten. De stoet zette zich in beweging in de richting van Bourgogne. Vóór het déjeuner steeg de Keizer t« paard en bezocht het manoeuvreterrein Overal werd Z. M. ontvangen met de kreten: Leve de Czaar! Leve Rusland! Na van het eene regiment naai' iet andere gereden te zijn voegde de Keizer zich te 11 uur weer bij den stoet. HET DEJEUNER. Aan het i-'u'-u' r bracht President Loubet een toost uit. waarin hij dronk op den Czaar en de Czarin en ton slotte op den roem van het Russische leger, dat met het Fransche vereenigd is, gelijk de Keizer te Chalons had ge zegd, door een diep gevoel van wapen broederschap. Na den toast van Loubet speelde de muziek het Russische volkslied. De Czaar zeide in antwoord op Loubet's dronk o.m.: Ik drink op het dappere Fransche leger, op zijn roem en zijn voorspoed^ en ik stel er prijs op het te mogen beschouwen als den machtig ste» steun van de beginselen van bil lijkheid. waarop de algemeene orde, de vrede en het welzijn der volkeren berusten. De muziek speelde daarop de Mar seillaise en dan het Russische volks lied. De stoet vertrekt vervolgens per rijtuig naar REIMS. Te 5 uur kwamen het Russische kei zerpaar en Loubet voor liet stadhuis aldaar aan, dat versierd was met ti o- peeën en de Russische e:> Fransche vlaggen. Op het plein voor het stad huis, waarop de toegang voor het ou- bliek verboden was, stonden troepen in carré opgesteld en brachten die mili taire eerbewijzen. De burgemeester ontving de Souvereinen en Pre sident, welke zich vervolgens naar d'e feestzaal in het stadhuis en naar de kathedraal begaven. De burgemeester hield een toespraak tot H.H. M.M. Hij vroeg vervolgens verlof om den Czaar eai zijne gemalin een kostbaar stuk uit de bibliotheek te toonen: een evangelie in de Slavische taal. De burgemees ter bracht ook onder de oogen der Sou vereinen een manuscript van het jaar 1049, dat betrekking heeft op het hu welijk van Hendrik I met Anna van Rusland. De Czaar beschouwde de stuk ken met levendige belangstelling. Te 5.15 verlieten H.H. M.M. en Lou bet het stadhuis, vergezeld van den burgemeester, den cern^-iipraad. se natoren, afgevaardigden, enz., en be gaven zich naar da kathedraal. Langs den geheelen weg is een aanzienlijke en geestdriftige menigte saamge- stroomd, die onafgebroken toejuichin gen deed liooren. De Czaar ••■roette her haaldelijk. Kardinaal Langénieux stond in het. portaal der kathedraal in groot staatsiegewaad met de kanun nik-. en geestelijkheid aan ziin zij den. De kardinaal heette v' 1M. pesident Loubet welkom en geleidde hen in het schip der kerk en vervolgens in de absida, waar zich merkwaardige tapijtwerken bevinden. De kardinaal toonde de relieken van het echte Kruis en een Heilige doorn, die H.H. M.M. in handen namen en bekeken. Te 5.45 verlieten de llooge gasten de kathedraal weder en begaven zich naar het station onder het gejuich der menigte. Te zes uur vertrok de trein die te 7 uur het station te Compicgne binnen kwam. De souvereinen en Loubet be gaven zich onmiddellijk naar het kas teel. De bevolking werd met moeite in bedwang gehouden en juichte de hooge bezoekers met steeds aangroeiende geestdrift toe. was rad denzelfden vorm van hoofd, dezelfde regelmatige trekken en het. zwarte haar, dat voor een dieel reeds met grijs was vermengd. Zijn baard, die het door rimpels en vo ren gegroefde gelaat als een krans omgaf, was reeds bijna geheel grijs. Zijn oogen. die dof stonden, verhelderden zich toen hij snel op staande, de binnentred enden tege moet tnad en Lamprecht de hand gevend, op hartelijken toon uitriep: 't Is z. vriendelijk van u, dok ter om niettegenstaande de feestda gen toch nog eens even te komen. Wie zegt u, dat ik als dokter kom antwoordde Lamprecht dien handdruk beantwoordend en tevens de tweelingen toeknikkend. Mag ik mij niet meer hier als vriend vertoornen en een kopje thee komien drinken waarvan de eur mij zoo verlokkend tegemoet komt? Hij trad op Johanna toe en gaf haar de hand, terwijl John on hoorbaar op de teenen naar het le ger van zijn moeder toeliep en zich teeder over haar heen buigend naar haar toestand vroeg. Ik voel mij weer veel beter, antwoordde de zieke met zachte stem .terwijl zii zich een beetje, op het Congres voor Zondagsrust De Regeering erkende het in hare Troonrede duidelijk en onomwonden: „De bestaande Zondagswet eischt her ziening"; H. M. de Koningin aan vaardde het beschermvrouwschap van het le Nat. Congres voor Zondagsrust, dat thans in Den Haag gehouden wordt, en Prins Hendrik 1-1 ;-.der- dagmiddag door zijn tegenwoordigheid op het Congres waarvan hij het eere-voorzitterschap aanvaardde, even als de ministers getoond dat de zaak ook zijn volle sympathie heeft. Dit alles te zamen genomen mogen wij constateeren dat de zaak der Zon dagsrust een flinke stap vooruit heeft gedaan. De foyer van het Gebouw voor Kun sten en Wetenschappen was Donder dag overvol. Opgemerkt werden de Kamerleden Krap. Van By landt. Mackay Schim- melpenninck van der Oye, De Savor-j nin Lohman, de Commissaris der Ko ningin in de provincie Zuid-Holland mr, J. G. Patijn, prof. Fabius en an dere personen van beteekenis. Omstreeks negen uur verkondigde een luid gejubel buiten de komst van den Prins, die weldra hierop de zaal binnenschreed, in marine-uniform, gevolgd door de ministers van buiten- landsche zaken, justitie en waterstaat, den adjudant van den Prins en den vertegenwoordiger van H. M. de Ko ningin-Moeder. Bij het binnentreden van den Prins rezen allen van hunne zitplaatsen op en hief een gemengd koor het Wilhel mus aan. Hierna hield de voorzitter \ai± het Congres, prof. dr. S. D. van Veen, hoogleeraar te Utrecht, de openings rede, waaraan wij het volgende pnt- leenen: Den 16en October 1881 gaf nu wijlen de hoogleeraar dr. C. P. Hofstede de Groot den eersten stoot tot de oprich ting onzer Vereeniging. Bijna twin tig jaar bestaat zij nu, en met voldoe ning mag zij zien op den arbeid, door haar verricht. Steeds stond de Vereeniging helder voor oogen haar doel: „de volksover tuiging te versterken aangaande het hoog belang van Zondagsrust voor ieder in het bijzonder, voor het huis gezin en voor de maatschappij", en te bewerken, dat de Zondag voor zoo- velen mogelijk een rustdag kan zijn. Als wij nu, na een twintig jarigen arbeid, terugzien, dan moeten wij er kennen, dat onze vereeniging haar doel niet heeft gemist, al is het ook op verre na nog niet geheel bereikt. Want er is veel verbeterd. De volksovertuiging aangaande het hoog belang van Zon dagsrust is gewekt en wordt dagelijks sterker, en spreekt dat steeds luider uit. De Zondag is geworden en wordt voor velen een rustdag. De Regeering ia voorgegaan met op het gebied der posterijen den Zondagsarbeid zooveel mogelijk te beperken. In de meeste fabrieken wordt niet meer gewerkt en het aantal winkels, die des Zondags sluiten, neemt toe. De pers begint ons hoe langer hoe meer te steunen. De verschillende politieke partijen schrij ven nagenoeg alle Zondagsrust in hun program. Tal van vereenigingen helpen ons in het ijveren voor het doel dat wij najagen. En ook in de Tweede Kamer werd meermalen een pleidooi gevoerd voor meer Zondags rust., terwijl wij met dankbaarheid er kennen, dat meer dan één minister in den loop der jaren zich een warm voorstander van Zondagsrust heeft betoond. Wie uwer echter meent, dat de taak onzer vereeniging thans afgedaan is, en dat wij verder deze zaak kunnen overlaten, vergist zich deerlijk. Wij mogen dus den strfjd, dien wij nu twintig jaren voerden, niet opge ven. En dit mogen wij te minder doen, nu het terrein van den strijd eenigszins veranderd is. Tot nog toe streden wij voor de verdrukten en beroofden, zon der dat zij zeiven zich voor onzen strijd warm maakten. Wij zochten hun een rustdag te geven, waarom zij zeiven niet vroegen en misschien ook niet vragen durfden. Maar ook hierin is verandering gekomen sinds wij be gonnen zijn de volksovertuiging te be werken- Thans verheffen de Zondags- slaven zeiven hun stem en vereenigen zij zich om in hun eigen belang en dat hunner kinderen Zondagsrust te vragen. Wij zijn verzekerd, dat het vraag stuk van Zondagsrust zijn oplossing nadert. En om daaraan mede te wer- hooger oprichtte, waarbij haar zoon haar de behulpzame hand bood, nu ik ze allen hier weer om mij zie is het mij alsof ik niet ziek meer ben. Haar grijze, onnatuurlij ke groote oogen dwaalden met on beschrijfelijke teederheid van de een naar de ander der aanwezigen in het vertrek en bleven eindelijk op haar echtgenoot rusten. Lamprecht trad op het ziekbed toe en op een stoel daarnevens plaats 'nemend, nam hij haar smal le, witte, bijna doorzichtige hand in die zürue eai sprak Mevrouw, de uwen zijn veel te bezorgd voor u en dat werkt niet gunstig op uw toestand. Dat is ook een van die redenen waarom ik u naar het buitenland zend. Johanna, die met u mee gaat, zal hoop ik verstandig zijn. Met een klein hart- gebrek, zooals u er een hebt, kan men honderd jaar worden. Mevrouw Langenbruch zag hem dankbaar aan. Zijn uitspraak en noc meer de uitdrukking van toe genegenheid die op zijn gelaat te lezen was, deden haar zichtbaar goed. Het bleeke gelaat klaarde op en Lamprecht werd getroffen dooi de groote gelijkenis tusschen haar ken en daartoe spoediger te komen, hebben wij het wenschelijk geacht dit Congres samen te roepen. Werkte onze vereeniging tot heden in stilte, wij achten nu den tijd gekomen ons meer ei? dsn voorgrond te plaatsen, open lijk en met kracht de zaak van Zon dagsrust aan de orde te stellen en hier. waar de zetel der Hooge Regeering is gevestigd, door mannen wier naam gezag heeft en wier woord £en kracht is, de noodzakelijkheid te doen betoo- gen van maatregelen, die leiden tot bereiking van bet doel onzer vereeni ging. Wij staan op een zeer breeden grond slag. Wij vragen, bij het zoeken naar de oplossing van dit stuk der sociale quaestie niet naar godsdienstige be lijdenis, noch naar politieke richting, noch naar maatschappelijke positie. Gelijk -et al deze twintig jaren in onze vereeniging en in het hoofdbestuur daarvan geweest is, zoo is 't ook op dit congres. Het woord werd gevoerd door de hee- ren: Prof. mr. J. Baron d'Auhv de Bourouill, G. de Wijs oud-maioor van het Indische leger en wethouder van 's-Gravenhage, ds. A. W Wijk. Zwolle en dr. Schaepman. Op diens rede komen wij nader terug. Stadsnieuws Haarlem, 29 Bepfc. 1901. Arrondissements- Recht bank te Haarlem. Zitting van Donderdag 19 Sept. 1901. Op 28 Mei 1.1., tijdens de kermis te Purmerend, kreeg zekere J. J. Oude- jans, te de Beemster woonachtig, in het café van Droog ruzie met eenige anderen. De dochter van den café houder vreezende, dat daaruit geweld dadigheden zouden voortspruiten, liep ijlings naar de politie en weldra ver schenen nu twee rijksveldwachters, die Oudejans vermaanden te vertrekken. Daar hij niet onmiddellijk en goed schiks daaraan gevolg gaf, grepen de dienaren van den Heiligen Herman dad O. aan om hem nu met geweld te verwij deren. Doch dit ging niet zoo gemakkelijk, doordat ten eerste bekl. zich tegen de verw::derin- verzette en ten tweede doordat zijne kameraden J. Kopjes en J- P. Boots, te hulp scho ten en de rijksveldwachters bemoei lijkten. Deswege hadden alle drie zich heden te verantwoorden. I-Iet O. M. vorderde terzake van wederspan nigheid tegen elk hunner 14 dagen gevangenisstraf. De verdediger Mr. Kraakman, van Zaandam, bestreed op juridische gron den, dat de rijksveldwachters in de rechtmatige uitoefening hunner bedie ning waren. Pleiter ontkende het recht van een rijks-ambtenaar om iemand, die huis vredebreuk, welke hier evenwel niet eens ten laste is gelegd, pleegt, op straat te^rengen. Deze moeten zij voor den officier of hulp-officier van justitie brengen, doch dit was geens zins bet plan der rijksveldwachters. Alleen wanneer de openbare orde door bekl. verstoord was, hadden de veld wachters het recht gehad hem aan te grijpen. Nu niet. Pleiter vroeg dan ook ontslag van rechtsvervolging oor de drie beklaagden. D. Brandenburg, te Zaandam, was tegen het vonnis van den kantonrech ter aldaar, waarbij hij wegens het mededoen aan samenscholingen hij de laatste werkstaking veroordeeld werd tot 6 dagen hechtenis, in appèl gekomen en zoodoende diende de zaak heden voor de Haarlem sche rechtbank. Het O. M. eischte bevestiging van het vonnis. De verdediger Mr. Philipse van Am sterdam, pleitte ontslag van rechts vervolging, op grond dat bekl. alleen stond te praten, niet éénmaal is ge sommeerd, zich niet aan samenscho ling heeft schuldig gemaakt, en geens zins gehandeld heeft in strijd met de proclamatie. Daarbij had volgens plei ter de burgemeester de gemeentewet overtreden en was de proclamatie on geldig, omdat ze niet alleen voor de inwoners van Zaandam maar in 't al gemeen was opgesteld. Uitspraak over 8 dagen. Uitspraken. 1- A. van Bruggen, hsv. v. H. C. v. Biel, bierhuishoudster te Haarlem ap pel kantongerecht Haarlem, drank wetovertreding, f 60 boete of 20 da gen hechtenis. 2. A. M. Zegwaard, naaister te Zand- voort, diefstal, f 15 boete of 10 dagen hechtenis. 3. A. J. Guldemond, bloemist te Heemstede, 8 dagen gevangenisstraf, met vrijspraak van het meerdere. 4. R. Smit, scheepsjager, te Haar lemmermeer, opzettelijke vernieling, 5. P. Hoede, los werkman, te West- zaan, wederspannigheid, 10 dagen ge vangenisstrafi en haar dochter Johanna, die juist nader was getreden om hem en haar moeder een kop thee aan te bieden. Merkwaardig, dacht hij, in de thee roerend, de oudste dochter is het evenbeeld van haar moeder, de tweelingen gelijken op hun va der en John heeft geen enkelen trek met hen gemeen. Men zou kunnen gelooven, dat hij niet tot de familie behoorde. Wat zegt u? vroeg hij, want hij bemerkte, uit zijn gepeins ont wakend, dat Langenbruch een vraag tot hem had gericht, waar van hij den zin niet had verstaan. Ik vraag u, herhaalde hij, of u werkelijk van meening bent, dat mijn vrouw direct na Nieuw jaar in staat zal zijn om op reis te gaan. Zeker, u kunt gerust alle voor bereidende maatregelen nemen, antwoordde de dokter zonder aarze len. maar voegde er beperkend aan toe, tenzij mevrouw Langen bruch zelf de reis nog zou willen uitstellen. Waarom zou zij dat doen vroeg Langenbruch verwonderd ziin vrouw antwoordde 6. M. Bak, kooienmaker, te Krom menie, wederspanningheid, 5 dagen ge vangenisstraf. 7. M. de Widfc hittenverhuurder, te Zandvoort, mishandeling, 3 boete of 3 dagen hechtenis. 8. A. I. Derks en J. van Klees, zon der beroep, te Haarlem,, diefstal, 2 p. met oord. des onderscheids, 3 weken gevangenisstraf. 9. G. de Braber, zonder beroep, te Haarlem, oplichting, bij verstek 6 we ken gevangenisstraf. 10. J. A. Mentjox, opperman te Haar lem opz. vernieling f 5 boete of 5 da gen hechtenis met vrijspraak van het meerdere. 11 C. Schrama. tapper te Hillegom, mishandeling 10 boete of 5 dagen hechtenis, met vrijspraak van het meerdere. A. Terol en A. Koper, arbeiders te Zandvoort, wederspannigheid bij verstek ieder 3 dagen gev.-straf. 13. J. Koelemeij, arbeider te Beem ster, wederspannigheid en opruiing 5 dagen gevangenisstraf. 14. TV. van Koperer, loopjongen te «v0, diefstal, 6 weken gev.-straf. 15. K. de Dood, arbeider te Oostzaan. strooperij door middel van een vaar tuig f 3 boete of 3 dagen gev.-straf. Protestmeeting We leve" ?n den tijd der verteede ring des harten heeft niemand minder dan Pierson gezegd, en zoo dan is zeer zeker gisterenavond dit woord van pas geweest. We leven in den tijd der verteede- ring des harten, in den tijd, dat een groote verteedering als een blijde, vio lette nevel hangt over de gansche we reld en dat immers groot en machtig wordt het gevoel van mededingen voor al wat lijdt en gedrukt is in zware bekommernisse, immens groot liet medegevoel, wanneer het recht wordt vertrapt, en het onrecht met brutaal geweld ten troon verheven. De tijd der verteedering des harten maar ook... van den gloeienden toorn, die het harte zet in vuur en vlam. De wolf uit het sprooki" die het lam de gansche rivier langs verjoeg, on der leugenachtige beweringen en ver slond, leeft nog. En steeds brutaler, driester, onbe schaamder en schurkachtiger komt de gemeene wolfsnatuur in het licht van de openbare meaning. En zoo zijn de harten verteederd niet alleen van inededoogen, maar ook in gloeiende vlammen laait de veront- waardigin nr> en we achten ons, hoe stam end de klanken ook mogen zijn in vergelijking van het schreeuwende onrecht, dat over de wereld schrijnt in gillende snerpklanken, tot protestee ren, tot spontaan getuigen, verplicht. Maar er gaat van zulk een protest een warmte van vloed uit, een groote tril ling van één- en samenvoelen met de stamverwanten, d>n strijden hun vrij- heid^Mjd >n hot verre Transvaal. Haarlem, het illustre voorbeeld van andere steden volgend, heeft ook zijn protest-vergaderiïic gehouden. Gisteren avond om acht uur in de groote zaal van „De Vereeniging" stroomde het toe, al maar toe in dich te drommen. In den mooien herfstavond, lang voor het uur van opening waren ze opgegaan, de duizenden bij duizenden, naar de plaats, waar het. protest tegen Kitchener's beulen-proclamatie zou klinken in woord en zantr De groote zaal was stampvol, en ook de galerij. De zaal was feestelijk versierd. Voor het podium een smaakvolle groenver- siering, evenals op het podium, waar de bestuurstafel stond tusschen gr oen versieringen. rondom de busten van onze Koningin en Paul Kruger. De Koninklijke liedertafel ..Zangen Vriendschap" betrad het. eerst liet po dium. Krachtig, forsch en tig klonk het i'st het aloude Wilhelmus door de zaa], staande aangehoord door al len. En toen... en toen het Transvaal- sche volkslied. Het volkslied, waaron der de helden ten stride trekken tegen hun overweldigers, die het volkenrecht met voeten treden Het volkslied, waaronder zij strij den en overwinnen waaronder ze ook te lijden cn ontberen weten, dat /.e stervend nog hun kinderen met den ganschen ernst van hun volksaard toe roepen: „Dat vrije volk ziin wij."... „Zang en Vr; dschap" zong het volkslied zooals deze Koninklijke lie dertafel dat vermr -' en een trilling voer door de zaal als een electrische schok. Staande hoorde men dit eerbiedwaar dige lied uuu, en diep tot het harte spraken de zang en de woorden en op de tonen der mooie melodie van Ik zou natuurlijk het aller liefst thuis blijven bij mijn man en kinderen, maar als u een verblijf in 't Zuiden voor mij noodig acht... Ik houdt dat voor zeer noodig viel Lamprecht haar in de rede.' Dan zou ik niet weten waar om ik de reis zou moeten uitstellen Nu, ik dacht het zoo, omdat den 31 en December de senatorsver- kiezing plaats heeft, antwoordde Lamprecht met een sluw lachje Mevrouw Langenbruch liet een zacht „Hal" hoore.n terwijl haar man met voorgewende onverschil ligheid sprakWat heeft die verkiezing nu met de reis van mijn vrouw te maken? Doe niet alsof u dat niet be grijpt. mijnheer Langenbruch, ant woordde de dokter met een glim lach, u weet evengoed als ik op wien de keuze zal vallen. Dat is nog zoo heel zeker niet, de wijnhandelaar Braunlich heeft een sterken aanhang, merkte John, zich in het gesprek mengend, op. (Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1901 | | pagina 2