Do lieer HOFLAND zegt, dal al is het i»i 'i algemeen waar, wat de Eeei MODOO gezegd heeft, men op dezen a1- gemeenen regel uitzonderingen lta:. maken. De heer v. d. KAMP zegt dat de spr< kers hebben gezondigd tegen het regk ment van orde. Men moet nu alleen in behandeling brengen de verordening, en niet discussecren over een eens g' - vallon raadsbesluit. Art. 1 in stemming gebracht wordt aangenomen met 11 stemmen tegen, die van de heeren Stolp,Loomeijer,Hof land. Spoor, Bijvoet, Willink, De Breuk, Laane, Bei]nes en Welsenaar. Bij art, 4 wijst de heer v, d. KAMP er op dat de voorgestelde sommen te hoog zijn. Die menschen hebben noo- die van 40 tot 100 vierk. M. en wan neer ze dan 1 per vierk. M. betalen is dit al wel. 2.50 voor drie of meer dagen per week is te veel. Hij stelt voor de getallen f 1, f 1.75 en 2.50 te wijzi gen in '0.50, 0.75 en f 1. De heer DE BREUK zegt dat wan neer er eenmaal marktgeld geheven wordt, men toch moet zorgen de kos ten te dokken. Den heer STOLP is liet niet duidelijk dat f 2.50 per vierk. M. voor een jaar te veel zou zijn. Het. amend, v. d. Kamp wordt verwor pen met 6 stemmen voor. die van de heeren v. d. Kamp, Hofland, Roog, v. Linden Tol, Bijvoet en Welsenaar. De overige artikelen worden nu goed gekeurd en de verordening in haar ge heel aangenomen met 8 stemmen, te gen die van de heeren Stolp. Hofland. Spoor, Bijvoet, Willink, Laane, Be}' nes, en Welsenaar. PUNT XIV. B. en W. b(ledan den Raad aan het ontwerp eener verordening op het brandblusschon. De herziening dezer verordening wordt in hoofdzaak ver- eischt om haar te doen aanpassen aan de wijzigingen, die sinds de vaststel ling der bestaande verordening (in 1877.1 in de brandbluschmiddelen en de bediening ervan zijn gebracht. De heer MODOO heeft van de veror dening den indruk gekregen van werk. dat met af was. Spreker heeft zich ge wend tot den commandant van de brand weer, en inlichtingen ontvangen Hij geeft in overweging deze zaak aan te houden en een commissie te benoemen om een verordening te ontwerpen. De ingediende verordening noemt spr. een onding. Hij zou gaarne wenschen, zich nog meer op de hoogte te stellen en wil later dan de zaak in behandeling nemen. De VOORZITTER meent, dat de raad toch wel eenigszins dient te weten wat de omvang der bezwaren van den heer Modoo zijn. De heer MODOO zegt. ik zou bv. kun- nén wijzen op de verhouding der tiende sompagnie tegenover het gansche corps. Doch spreker die nu te hooi en te gras enkele opmerkingen zou moeten maken, iringt op aanhouding aan. Uitgesteld. PUNT XV. De verordening op de heffing en invorderin van haven- en kaaigeld, is geldig tot 1 Januari 1902. B. en W. bieden haar nu opnieuw ter vaststel ling aan met enkele wijzigingen. Aangezien de ondervinding heeft ge leerd, dal in sommige gevallenmoeilijk is uit te maken of een vaartuig ai of niet overdekt is, moesten B. en W. eenige wijzigingen aanbrengen, ter wij: zij tevens voorstellen in het desbetreffend artikel den termijn van 3 dagen, als te kort, tot 7 dagen te ver lengen, om dan in een daarop volgend, nieuw artikel het bezwaar te onder vangen, dat voor vaartuigen, niet val lende onder de artikelen, welke ge- ruimen tijd in de gemeentewateren blijven liggen, slechts éénmaal belas ting wordt betaald. Overigens stellen B. en W. geene wijzigingen voor, en verwijzen zij, met betrekking tot het door de firma Pel- tenburg en Zonen ingediend adres, naar het advies van de commissie van inlichting waarin wbrdt aanbevolen om de grens van belastbaarheid tot vaartuigen van niet meer dan 13 kub. M. uit te strekken; waarmede zij zich volkomen kunnen v.ereenigen. Hierbij is ingekomen een adres der heeren Peltenburg en Jacobs, waarin ze bezwaren maken tégen de verordening. Het adres was vergezeld van een uitvoe rige memorie van toelichting In hoofdzaak wordt gevraagd uitstel van behandeling, doch B. en W. zeggen, dat adressanten eerder met dit verzoeit hadden kunnen komen en zijn daarom te- ger uitstel. De heer BEIJNES wil in 't algemeen zeggen, dut hij niet gelooft dat de dc-, geen er gebeurde. Hij zag er uit alsof hij in de zenuwachtigste spanning verkeerde. Ik liet zooeven een brief vallen, zei hij. en die moet ik te rug hebben. Zoo, zei ik kalmpjes. Ik moet hem terug hebben, zeg ik u. Ik weet zeker, dat ik hem op de trap heb laten vallen. U stond bo venaan en u moet hem hebben zien vallen. Daar zal ik niet om liegen, zei ik, het is zoo. En u heeft hem Ja. Geef hem me dan onmiddellijk terug, 't Spijt me, dat ik u moet las tig vallen. Dat 's een andere zaak, zei ik. ]k vrees dat ik u dien brief niet lal kunnen teruggeven, Mi'. Harvey. Niet teruggeven? Wat bedoelt u daarmee? Waarom niet? Dien moet ik bewaren, mijnheer, als leiddraad. Nonsense. U heeft daar geen recht toe. Het is particuliere corres pondentie en dat ligt geheel buiten uw terrein. Ik heb hem nog niet gelezen, mijnheer, maar toch reeds genoeg van den inhoud gezien om te wet-ji., doeling is van industrieelen haven- en kaaigeld te vragen van schepen, die in reparatie zijn bijv. Spreker wil eenvoudig aan scheeps bouwmeesters zeggen, dat ze vrijgesteld worden van belasting voor gemeentewa ter, wanneer schepen in reparatie zijn, doch dat ze een klein gedeelte water naast het vaarwater in gebruik krijgen. Het is voorgekomen, dat de heer Goed koop eenmaal van hetzelfde schip, dat aan het proefstoomen was, tienmaal havengeld heeft moeten betalen, doordat toevallig daarbij telkens de grens van het gemeentewater overschreden werd. Spreker verzoekt deze zaak nader on der de oogen te zien en een euvel als juist genoemd te ondervangen. De heer BIJVOET zegt, dat wanneer het stuk der heeren Peltenburg en Ja cobs voorgelezen wordt, de leden toch te weinig tijd hebben, dat voldoende te overwegen: De heer Bijvoet stelt mede namens enkele leden voor de zaak nu uit te stel len tot de volgende vergadering. De VOORZITTER waarschuwt er voor, dat er met 1902 geen verordening is, wan neer het voorstel-Bijvoet c. s. wordt, aan genomen. De heer TJEENK WILLINK gelooft, dat er alle reden is de zaak in geen geval uit te stellen, vooral omdat men zoo laat het adres heeft ingediend. De heer ROOG zegt, dat adressanten niet wisten dat er nu reeds weer raads vergadering zou zijn. De VOORZITTER noemt deze opmer king origineel; adressanten hadden hun bezwaarschrift in elk geval spoediger kunnen indienen. De heer BIJVOET vraagt of het niet mogelijk zou zijn de bestaande verorde ning vast te stellen en dan later de wij zigingen te behandelen. De heer VAN TI1 IEL meent dat het gansche bezwaarschrift niet behoeft te worden voorgelezen, doch men volstaan kan met een resumé uit een der bladen. Het voorstel Bijvoet c. s. wordt nu ver worpen met 16 tegen 14 stemmen, die van de heeren Stolp, Modoo, Roog, Groot. v. d. Kamp, de Braai, Loomeyer, Hofland, Bijvoet, Hugenholtz, v. d. Berg, Laane, Beijnes en Welsenaar. De heer VAN TH1EL zegt, dat het adres zooals het gegeven is, ter lezing gelegen heeft. Spreker meent dat de commissie mei den meesten zorg, die verordening heeft vastgesteld. De heer v. d. BERG vraagt voorlezing der toelichting van de heeren Peltenburg en Jacobs. Geen der leden vraagt het woord in het algemeen. De verordening wordt nu artikeisge- wijze behandeld. Bij art. 3 vraagt de heer v. d. KAMP of het geen aanbeveling zou verdienen in dit artikel in te voegen de woorden: „en dergelijke vaartuigen". De heer SPOOR gelooft, dat het ter be vordering der Haarlemsche industrie wenschelijk is niet te laten betalen voor schepen, die in reparatie zijn, en een alinea sub 4 toe te voegen, waarin aan dergelijke schepen vrijdom gegeven wordt, ter beoordeeling van den haven meester. De heer VAN THIEL zegt, dat de com missie niet heeft kunnen vinden een goede formule waarm die schepen in reparatie vervat was. Ook de commissie was er voor in dezen zin de industrie bevorderlijk te zijn, doch men heeft geen formule kunnen vinden. Spreker is sterk voor het amendement, doch betwijfelt of de nu voorgestelde vorm wel voldoende is. De heer BEIJNES wil aan het amen dement toevoegen: „in aanbouw zijnde schepen". De heer VAN STYRUM zegt, volgens art. 1 zullen we belasting heffen van schepen, die de wateren bevaren. Spreker gelooft dat door de aanneming van het amendement-Spoor verwarring wordt gesticht. De heer SPOOR zegt, dat het amende ment niet overtollig is, doch dat art. 1 eigenlijk veranderd moet worden. De heer HOFLAND vereenigt zich hier mede. 11:ajneudemeoat-Spoor wordt ver- worpan met 14 stemman voor, die van de heeren Modou, Roog, Groot, v. d. Kamp, De Braai, Loomeijer, Hofland, Bij voel, Hugenholtz, v. d. Berg, Laa ne, Beijnes. Welsenaar en Spoor. Het amendement v d. Kamp wordt door de commissie overgenomen en aan genomen zonder stemming. Bij art. VIII wil de heer v. d. Kamp ook voegen „en dergelijke vaartuigen", evenals in art. III. De heer VAN THIEL bestrijdt de wen- schelijkheid hiervan. Voorstel v. d. Kamp is aangenomen. Bij art. 9 zegt de heer BIJVOET dat dat die van het grootste belang is. In dien ik voor u moet werken, dan moet ik hem behouden, en als ik niet voor u werk, dan zali k hem aan de politie overhandigen. In elk geval weigert u dus hem mij terug te geven? Ja- Een oogenblik later volden we over den grond. Mr. Harvey was naar me toegekomen en wierp me op den grond, terwijl ik ham in mijn va] meenam. Ik was ge-vallen, en had zulk een kracht niet hij li-u: gezocht. Hij vocht- blijkbaar wanhopig en scheen vast besloten weer in Y be zit van den 'brief te geraken. Ik besloot hem te houden. U hebt hem in uw zak en ik zal u wurgen om hem terug te hebben, schreeuwde hij. We rolden op den grond' en ik stond duizend angsten uit dat de kellners op het lawaai zouden komen toeloo- pen. Gelukkig lag mijn kamer nogal afgelegen en duurde de worsteling slechts een o,ogenblik. Ilij gaf zich veel eerder gewonnen dan ik na zijn eerste krachtsontwikkeling gedacht had. Geef het maar op. hijgde ik ademloos, toen de tafel tusschen ons de rubrieken bij art. 7 zoo rulim go- nomen zijn, dat hij niet kan begrijpen welke schepen in art. 9 bedoeld wor den. De heer VAN THIEL antwoordt De heer BIJVOET zegt dat alle moge lijke vaartuigen, die men zich denkt vallen onder art. 7. En art. 9 spreekt over vaartuigen, welke er niet onder vallen. De heer v. d. KAMP wijst er op dat open vaartuigen zulke zijn die een open laadruimte hebben. De heer VAN THIEL zegt dat het verschil tusschen art. 7 en 9 bestaal in het al of niet gebruik maken van abonnement. De heer BTJVOET, voor de derde maal het woord verkrijgend, zegt dat hij wel de strekking begroot, doch dat die er z. i. niet in uitgedrukt staat. Wanneer we deze verordening vast stellen, wat geen zin beeft. Dei heer VAN STYRUM stelt een redactiewijziging voor, die de geopper de bezwaren ondervangt. Deze redactie-wijziging wordt aan genomen. Bij art. 11 zegt de heer v. d. KAMP dat, terwijl in dJit artikel staat uitgedrukt dat een schipper bij verwisseling van een kleiner schip door een grooter hij het meerdere moet bij betalen, het ook billijk zou zijn te rug tegeven, wanneer hij een kleiner schip neemt De lieer VAN THIEL zegt, dat ook hij minder varen geen geld terug ge geven wordt en het niet aangaat. Bij -het 7 ,Ln de verordening op de invoering wil de heer v. d. KAMP be voegd veranderen in verplicht. De heer VAN THIEL acht dit niet wenschelijk. De heer v. d. KAMP houdt zijn be wering vol, vooral met het oog op het verleden jaar gebeurde met schipper Huig. De verordening in haar geheel en de verordening op de invoering wordt nu aangenomen. De overige punten worden van de agenda gevoerd behalve de benoeming van een onderwijzeres. PUNT XVI. Door M. Visbeen, weduwe van H. van Markenstein, in leven werkman in dienst der gemeente, is het verzoek in gediend haar nogmaals eenigen gel del ijken steun te verleen en. B. en W. stellen voor te verleenen een gratificatie van 100 per jaar, en zulks voor den tijd van drie jaren. Aangehouden. PUNT XVII. Door H. W. Becker, weduwe van D. A. Braakenburg, die op enkele maanden na 25 jaar lang beambte was ten kantore van den gemeente-ontvan ger, is het verzoek ingediend haar een weduwenpensioen of jaarlijksche toe lage te verleenen. De meerderheid van het college van B. en W. wenscht aan verzoekster een gratificatie ten bedrage'van 100 te geven. De minderheid kan zich met dat voorstel niet vereenigen, maar wil liever de pensioensverordening af wachten. Aangehouden. PUNT XVIII. De heer M. de Braai stelt thans voor om B. en W. uit te noodïgen, ten aanzien van den huurprijs van gron den, wier huurders uit die gronden hun bestaan vinden, zoodanige voor stellen tot verlaging te doen als hun noodig zullen voorkomen. Aangehouden. PUNT XIX. Bij de behandeling van post 108 van de begrooting voor 't jaar 1900, dt eerste waarbij hij tegenwoordig was, werd door den heer Groot het denk beeld geopperd, dat de gemeente zelve voor hare rekening zou nemen de ver zekering tegen brandschade van alles, wat de gemeente-huishouding betrof. En ofschoon toen wel bezwaren ge noemd werden, kwam het hem toch voor, er geen ernstig verzet scheen te duchten van de zijde van het D. B., in dien deze zaak nader onder de oogen werd gezien. Hij stelt thans aan den Raad voor, B. en W. uit te noodigen: lo. een onderzoek te willen instellen naar de mogelijkheid van eigen brand verzekering en zich daartoe in verbin ding te stellen met het Bestuur der „Onderl. Brandwaarborg-Ver..voor de gemeente Haarlem."; 2o. zoo spoedig mogelijk op te zeg gen alle verbintenissen met verschil lende assurantie-maatschappijen; 3o. te zijner tijd de gemeente-gebou wen, meubelen enz. te verzekeren bij de „Onderl. Brandwaarborg Ver. voor de gemeente Haarlem," 4o. alle nog te stichien gebouwen was, het helpt u toch niet. Hij stond bij d'e deur en keek be sluiteloos. Voor of tegen u, wat wil u? Ik weet het niet, stamelde hij, wacht maar tot ik schrijf en doe voor dien tijd niets. En dit beloofde ik. HOOFDSTUK X. De brief. Ik legde den kostbaren brief voor me op tafel. Maar eerst sloot ik zorg vuldig mijn deur, opdat Mr. Harvey mij niet zou kunnen overvallen. En ik las en herlas den brief met de grootst mogelijke nauwkeurigheid. Ik kon zoo dadelijk nog niet zeggen dat het een gewichtig document was en de feiten volkomen duidelijk voor oogen stelde, zooals ik ze me gedacht had. De inhoud was aldus Beste Austin. Ik ben wanhopig. Ik weet geen raad. Je moet me hel pen Door de een of andere vergissing moet mijn koffer met die van miss Simpkinson verwisseld zijn toen we gisteren samen Charing Cross verlie ten. Je weet, dat zc gelijk zijn en de enz. te verzekeren bij de „Onderlinge Brandwaarborg-Ver. voor de gemeente Haarlem." B. en W. stellen voor: eene Com missie te benoemen van vijf leden, ten einde de uitvoerbaarheid en de wen- schelijkhcid van eëne gemeentelijk? brandverzekering te overwegen, met uilnoodiging de slotsom harer over wegingen aan den Raad mede te dec- len. Aangehouden. PUNT XX. De Vereeniging van gemeente werklieden ,,De Goede Verwachting- heeft een adres ingediend, tot strek king hebbende, P. de Wit, die we gens dronkenschap bij de gemeenterei niging werd ontslagen, weder in ge meentedienst te nemen. Het prae-ad vies van B. en W. strekt om dit adres in hun handen te stellen ter afdoening, Aangehouden. PUNT XXI. Benoeming onderwijzers aan koste- looze school lett. B. Benoemd wordt mej. M. C. van der Voort. Bij de rondvraag wenscht de heer v. d. KAMP voor te stellen alsnog punt 20 te behandelen, van gezlien de zaak. voor de betrokkene zeer urgent is. De VOORZITTER verzoekt den heer v. d. Kamp schriftelijk voor te stellen punt 20 in behandeling te nemen. De heer v. d. Kamp doet alzoo. In stemming wordt nu het voorstel v. d. Kamp gebracht waarover de stem men staken. De heer WAN THIEL brengt een woord van dank aan het Dagelijksch Bestuur voor hetgeen ze gedaan heef' bij de behandeling der begrooting. De VOORZITTER brengt den Raad dank. Hierna wordt de vergadering geslo ten. Stadsnieuws Gevonden voorwerpen. een witte geit, een sigarenkoker, een paardenslagersmes, een scheermes, een blauwe werkkiel, een zwarte para- pluie, een zwart puckhondje, een St. Bernardhond. In de stad is eene dienstbode, die inkoopen doet op haar eigen naam, doch niet betaalt. Eveneens bevindt zich hier een man. die zich bezig houdt met het doen van inkoopen en ook niet betaalt, voor het hein schikt. Bij een winkelier bestelde hij eenige goederen, die aan zijn huis moesten worden afgegeven en nadat dit ge schied was en hem om betaling werd gevraagd, gaf hij bovengenoemd ant woord. Men zij dus op zijn hoede. Binnenland. Fi&uwe mop. Door het hoofd van een bedrijf in zekere gemeente, tot wien in verband met de Ongevallenwet door den bur gemeester de vraag was gericht, of in zijn bedrijf sedert 1893 ongevallen wa- ren voorgekomen, werd geantwoord: „één getrouwd." Smokkalaars. Men schrijft uit Koewacht: Voor eenigen tijd geleden werden hier op verzoek der Belgische justitie vijf bekende veesmokkelaars gearres teerd en naar Middelburg overge bracht om uitgeleverd te worden. Deze mannen hadden zich te Sevenecken, een dorp bij Lokeren, hevig tegen de politie verzet en daarbij den gemeente veldwachter verwond. Een zesden verrooedeüjken dader"C. v. Rompu, wiens aanhouding ook ge vraagd was, kon men echter niet in handen krijgen; ofschoon Nederland- scho en Belgische politie steeds jacht op hem maakte. Dezer dagen is hij in handen der Belgische maréchaus sees gevallen. Vier gendarmen van Stekene hebben hem in zijne woning te Klein-Siany, op een uur afstands van hier gelegen, overvallen. Hij werd zwaar geboeid naar Dendermonde overgebracht. Daar er vroeger dmr de Belgische politie nog twee gearres teerd zijn, zitten thans al de vermo- delijke daders, acht in getal, achter slot en grendel. bagage in dei' haast in orde gemaakt is. Austin, ze mag mijn koffer niet o p e n en. Als ze het doet, ben ik een verloren man. Ik heb naar Southend naar je getelegrafeerd-, en toen kreeg ik draadbericht dat je in Parijs bent. Waarom? Wat is er ge beurd Ik ken haar adres in Parijs niet. Maak in 's Hemelsnaam, dat ze mijn kist niet opent en zend hem mij terug. Ik zal de hare zeuden. Doe het dadelijk. Ik zal op dezelfde plaats, the old Niggers wachten. In doods angst PHILIP. P.S. Zend de kist onmiddellijk te rug. Zij mag het niet zien. Help mij. Hier dus, werd mijn geheele theorie omvergeworpen, die door Austin Har vey juist genoemd was. Hieruit bleek du's dat de verwisseling, per ongeluk had plaats gehad en niet opzettelijk. En zoo dacht ik nu den sleutel van het geheim gevonden te hebben, ter wijl ik er verder af was dan ooit. De naam van den man aan wien de kist toebehoorde was dus Philip. Ik nam uit mijn zakboekje het stuk je papier, waarop ik de letters P. II. had nageteekend, die ik op de label „Greenwich to Southend" had gevon- Z. K. H. Prins Hendrik wordt he-, deanavond tegon 5 uur tem, konink lijke paleize te 's-G-ravenhaige ver wacht, ten einde den volgenden dag in den Oranjepolder, gelegen in den omtrek van den Hoek van Holland tier jacht te gaan met. eenige heeren dier hofhouding, die die Prins dies avonds aan zijn tafel v-ere'enigt. Aead. Examens. Lei-dien-. Bevorderd1 tot doctor in die rechtswetenschap die heer J. J. van Th iel, geb. te Leiden op Stel lingen. In baldadigheid. Een zeventien jarige jongen te Amsterdam sprong Dinsdagmiddag uit baldadigheid onder den: uitroep „ik ga me verdrinken", in de Wit- teniburgervaant. Hij moest evenwel zijne roekeloosheid' met den dlood bekoopen, daar hij met het hoofd in den) modder bleef steken en stikte. Zou het gaan Te, Nijverdal houdt de heer van YVinsen, vroeger staats-ambtenaar bij de mijnen nabij Johannesburg, zich sinds eenige dagen bezig met het ondierzoek maar goud io den berg, aldaar. Weldra zal dus blij ken, of tot exploitatie van den berg kan worden overgegaan. Kindermishandeling. Het bestuur der Vereeniging ter be vordering van de Opvoeding en ter behartiging der belangen van ver waarloosde kinderen, gevestigd te Gro ningen, heeft zich tot dien Raad aldaar gewend met een adres, waarin het volgende wordt gezegd: „Door tal van personen, die met of zonder woonwagens van de eene plaats naar de andere- trekken om door het maken van. muzziek, het geven van vertooningen of het venten inet ver schillende goederen in hun onderhoud te voorzien, worden langs de huizen kledne kinderen medegevoerd. „De gaven, waar het dien lieden om te doen is, worden gewoonlijk opge haald door eene vrouw, die een of meer kleine kinderen op den arm of aan de hand'heeft, onverschillig welk weer het is. „Die kinderen worden medegevoerd soms uren ver om het medelij den op te wekken en om zoodoende meer en grootere gaven te ontvangen. Dat die kinderen dikwijls door den invloed van het klimaat en door ver moeienis ziek worden is geen won der. „Aan deze kindermishandeling kan door uw college een einde gemaakt wordien. „Als door uw college een verorde ning wordt gemaakt, die op straffe verbiedt om bij het venten langs de huizen of bij het ophalen van gaven voor muziekuitvoeringen of vertoonin gen zelf. kinderen heneden den leef tijd van 12 jaren mede te voeren, geeft zij der politie het wapen in de hand waarmede zij deze kindermishandeling met goed gevolg kan bestrijden. „Zeer velen hebben zich verbonden om dierenmishandeling tegen te gaan; van u verwachten wij dat uw college nu uwe aandacht op deze kinder mishandeling gevestigd is maatrege len zal willen nemen, dat daaraan paal en perk worde gesteld." Familieberichten. Gehuwd 9 Nov. J. Fockema met B. Meister. Poerwoasri bij Kedirï. 12. H. W. Numans met J. J. Simons. Utrecht. C. F. Hekkeberg en II. J. M. Douwes. Amsetrdam. A. E. Cohen met S. Beer. Amsterdam. W. R. Ferwerda met H. van Heusden. Amsterdam Bevallen 12 Oct. H. A. van den Berg Maas d. Tjimahii (Java). 7 Nov. W. F. HilwigSteijgerwalt. levenl.. d. Utrecht. 10. A. VerwijsHeyblom z. Overleden 3 Oct. J. M. Chevalier, jm. 2 m. Blitar. 9 Nov. S. E. J. Volk, jd., 16 j. Amsterdam. Wed. M. J. B. Bau- mann—Walter, 71 j. Apeldoorn. Wed. ■J. G. NeijboerWed el, 71 j. Amster dam. 10. Wed. J. G. LijsenZuurdeeg. Den Haag. 11. Wed. J. A. D. Verhoop Fischer 71 j. Zwolle. W. Sj. Fockema, jd. 67 j. Zutphen. J. I. Goudswaard 28 j. Land- en Tuinbouw. Ean sierwingerö. Het is al eenige jaren geleden, zoo verhaalt het„Ut.r. Dbl.", dat op een schoonen zonnigen herfstdag een plan- tenliefhebbende Brit een bezoek bracht aan de kweekerij van den heer A. W. den. Ik legde het naast den brief, ver geleek zorgvuldig dc P der ondertee- kening met de andere. Toen ik er naar keek was er geen twijfel aan, of de Philip van den brief was de Philip van het label. Een H. was er ook in het schrift. Het kostte me nu geen moeite den naam in te vullen. De naam van den schrijver van den brief was Philip Harvey, en zoo heette ook de eige naar van de kist. Hij was een bloed verwant van Austin Hervey en waar schijnlijk de moordenaar van miss Raynell. Ik meende tevreden te kunnen zijn over het resultaat dat ik bereikt had. De misdaad was gepleegd waarschijn lijk op Zondagnacht. Ik hoorde er het eerst van 's Maandags om half zeven ongeveer. Nu was het Woensdagmor gen. Geen acht-en-veertig uur waren er verioopen, sinds ik er kennis van kreeg. Toen wist ik niets. Nu kende ik den naam van het slachtoffer, de plaats van dén moord, verschillende omstandigheden, die onmiddellijk met de daad in verband stonden, en zelfs de tijdelijke verblijfplaats van den vermoedelijken dader. Het was me nu duidelijk, dat miss Simpkinson voor 't eerst van de daad te K. bij Londen. In een gouden gloed ging de zon onder en wierp haar laat ste stralen op eenige dennenboomen, die begroeid waren niet een zg. ..wilde wingerd", welks naam voor den eige naar nog verborgen was. Nauwelijks had de Engelschman dit natuurlijke schilderstukje in het oog gekregen of hij riep opgewonden uit: „Uw denne- boomen staan in brand!" W. glimlachte, terwijl zijn bezoeker in da richting van de „brandende" boomeai liep, spoedig ontwarende dat het een klimplant was. Den volgenden dag was de bezoe ker in de tuinen van Kew. om daar achter den naam te komen. Het ant woord van den horlulanus luidlt: „Het is de weinig bekende, uit Noord-Japan komende Vitis Cognetiae, die echter door zijn moeilijke voort- kweeking wel nergens te krijgen zal zijn." Gelukkig is dit nu anders geworden. In den catalogus der heeren Groene- wegen, te de Bilt, vinden wij deze schoone klimplant aangeboden onder de volgende bewoordingen: „Vitis Cognetiae. Nieuw! Een prach tige, uit Japan ingevoerde sic-rvvin- gerd, die een eerste plaats onder onze -klimplanten zal gaan innemen. De groote, ronde bladeren zijn smaragd groen gekleurd en met een fraai g«- teekend adernet doorsneden. In den herfst kleuren zij zich vuurrood en geven dan, wanneer de zon er op schijnt, der plant het aanzien van een vuurgloed". Wetenschap. Bij Saint-Mamert, in het Fransche. departement Gard, zijn zeer rijke la gen beenderen van voorwereldlijke zoogdieren, uit, het eocene tijdperk, gevondlen. De paleontologische ont dekkingen, hij wetenschappelijke op gravingen gedaan, zijn merkwaardig. Er liggen zooveel beenderen, dat zij voor fosfaat-exploitatie geschikt zijn. Meerendeels zijn zij door drukking en rolling vervormd; maar dc kaak beenderen zijn uitstekend bewaard gebleven. Men vond er van twee lo- phiodonten (rhinocerodes en Isseles- sis), van twee paloplotheriums (mag num en lugdunensis), van een pachy- nolophus, een anchilophus en een hyopotamus, en voorts tanden van knaagdieren en krokodilachtigo die ren, alsmede gedeelten van schildpad den. De vondst ligt op een laag van Pa^ rijschen kalksteen. Tesren Typlius. Prof. Chantemesse te Parijs, een leerling van Pasteur, heeft naai het heet een serum tegen typhus saamgesteld. Belangrijke proeven zijn genomen door prof. Schroetter van de hoogeschool te Weenen. met het doel een middel te vinden tegen het gevaar bij operaties onder chloro form. Konijnen werden gechloroformeerd en daarna bijgebracht door een elce- trischen stroom, die voldoende ge weest zou zijn, om hen in normalen toestand te dooden. Na deze pro? -e.n waren de dieren gezond. Nu zullen proeven genomen worden op men schen. Gemengd Nieuws. Verpoozing bij het onde vvi.i In Pruisenis voorgeschreven, dat elk lesuur aan de lagere scholen donr een rusttijd moet worden gevolgd. De ge zamenlijke duur dier rusttijden is bij het begin van het winter-semester ver lengd en de verdeeling voor Berlijn geregeld als volgt: Begin van den schooltijd 6 uur, le pauze van 8.559 u., 2e pauze van 9.50-—lO.lOu., 3e pauze van 1111.10 u., 4e pauze van 12—12.15 u. Om 1 uur is voor de meeste klassen dc schooltijd voor dien dag afgeloopen. Des zomers wordt alles een uur vervroegd. Waar namiddaglessen (van 25 uur) gege ven worden, zijn de pauzen van 2.50 3.10 u. en van 44.15 u. Verder is bepaald, dat zooveel mo gelijk bij alle, maar stellig bij pauzen, die meer dan 10 minuten duren, de kinderen, als het weer dit eenigszins toelaat, naar de speelplaats moeten gaan. zoodat de schoollokalen gelucht kunnen worden. moest hebben afgeweten toen de kist die, naar zij verkeerdelijk meende, aan haar toebehoorde, aan het sta tion geopend werd. Op dat oogenblik moest ze oogenblikkelijk hebben ge constateerd, dat de koffer de hare niet was. Welke aanwijzingen ze verder bezat, die den dader zouden kunnen doen vinden, dat kon ik niet gissen Waarschijnlijk vermoedde zij juist en was haar eerste gedachte geweest aan een familielid van haar verloofde, van zijn broer mogelijk. Een meisje van verbazend veel zelf beheersching. Maar ik gaf toch de voorkeur aan de flauwten van haar moeder. Die waren natuurlijker. De vraag, die zich nu vanzelf op deed was natuurlijk deze lloe en waarom was de moord gepleegd Die vraag zou in Engeland beant woord moeten worden en wel door Mr. Philip Harvey. (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1901 | | pagina 6