Do lieer HOFLAND zegt, dal al is
het i»i 'i algemeen waar, wat de Eeei
MODOO gezegd heeft, men op dezen a1-
gemeenen regel uitzonderingen lta:.
maken.
De heer v. d. KAMP zegt dat de spr<
kers hebben gezondigd tegen het regk
ment van orde. Men moet nu alleen in
behandeling brengen de verordening,
en niet discussecren over een eens g' -
vallon raadsbesluit.
Art. 1 in stemming gebracht wordt
aangenomen met 11 stemmen tegen,
die van de heeren Stolp,Loomeijer,Hof
land. Spoor, Bijvoet, Willink, De
Breuk, Laane, Bei]nes en Welsenaar.
Bij art, 4 wijst de heer v, d. KAMP
er op dat de voorgestelde sommen te
hoog zijn. Die menschen hebben noo-
die van 40 tot 100 vierk. M. en wan
neer ze dan 1 per vierk. M. betalen
is dit al wel. 2.50 voor drie of meer
dagen per week is te veel. Hij stelt voor
de getallen f 1, f 1.75 en 2.50 te wijzi
gen in '0.50, 0.75 en f 1.
De heer DE BREUK zegt dat wan
neer er eenmaal marktgeld geheven
wordt, men toch moet zorgen de kos
ten te dokken.
Den heer STOLP is liet niet duidelijk
dat f 2.50 per vierk. M. voor een jaar
te veel zou zijn.
Het. amend, v. d. Kamp wordt verwor
pen met 6 stemmen voor. die van de
heeren v. d. Kamp, Hofland, Roog, v.
Linden Tol, Bijvoet en Welsenaar.
De overige artikelen worden nu goed
gekeurd en de verordening in haar ge
heel aangenomen met 8 stemmen, te
gen die van de heeren Stolp. Hofland.
Spoor, Bijvoet, Willink, Laane, Be}'
nes, en Welsenaar.
PUNT XIV.
B. en W. b(ledan den Raad aan het
ontwerp eener verordening op het
brandblusschon. De herziening dezer
verordening wordt in hoofdzaak ver-
eischt om haar te doen aanpassen aan
de wijzigingen, die sinds de vaststel
ling der bestaande verordening (in
1877.1 in de brandbluschmiddelen en
de bediening ervan zijn gebracht.
De heer MODOO heeft van de veror
dening den indruk gekregen van werk.
dat met af was. Spreker heeft zich ge
wend tot den commandant van de brand
weer, en inlichtingen ontvangen Hij
geeft in overweging deze zaak aan te
houden en een commissie te benoemen
om een verordening te ontwerpen.
De ingediende verordening noemt spr.
een onding. Hij zou gaarne wenschen,
zich nog meer op de hoogte te stellen en
wil later dan de zaak in behandeling
nemen.
De VOORZITTER meent, dat de raad
toch wel eenigszins dient te weten wat
de omvang der bezwaren van den heer
Modoo zijn.
De heer MODOO zegt. ik zou bv. kun-
nén wijzen op de verhouding der tiende
sompagnie tegenover het gansche corps.
Doch spreker die nu te hooi en te gras
enkele opmerkingen zou moeten maken,
iringt op aanhouding aan.
Uitgesteld.
PUNT XV.
De verordening op de heffing en
invorderin van haven- en kaaigeld,
is geldig tot 1 Januari 1902. B. en W.
bieden haar nu opnieuw ter vaststel
ling aan met enkele wijzigingen.
Aangezien de ondervinding heeft ge
leerd, dal in sommige gevallenmoeilijk
is uit te maken of een vaartuig ai of
niet overdekt is, moesten B. en W.
eenige wijzigingen aanbrengen, ter
wij: zij tevens voorstellen in het
desbetreffend artikel den termijn van
3 dagen, als te kort, tot 7 dagen te ver
lengen, om dan in een daarop volgend,
nieuw artikel het bezwaar te onder
vangen, dat voor vaartuigen, niet val
lende onder de artikelen, welke ge-
ruimen tijd in de gemeentewateren
blijven liggen, slechts éénmaal belas
ting wordt betaald.
Overigens stellen B. en W. geene
wijzigingen voor, en verwijzen zij, met
betrekking tot het door de firma Pel-
tenburg en Zonen ingediend adres,
naar het advies van de commissie van
inlichting waarin wbrdt aanbevolen
om de grens van belastbaarheid tot
vaartuigen van niet meer dan 13 kub.
M. uit te strekken; waarmede zij zich
volkomen kunnen v.ereenigen.
Hierbij is ingekomen een adres der
heeren Peltenburg en Jacobs, waarin ze
bezwaren maken tégen de verordening.
Het adres was vergezeld van een uitvoe
rige memorie van toelichting
In hoofdzaak wordt gevraagd uitstel
van behandeling, doch B. en W. zeggen,
dat adressanten eerder met dit verzoeit
hadden kunnen komen en zijn daarom te-
ger uitstel.
De heer BEIJNES wil in 't algemeen
zeggen, dut hij niet gelooft dat de dc-,
geen er gebeurde. Hij zag er uit alsof
hij in de zenuwachtigste spanning
verkeerde. Ik liet zooeven een brief
vallen, zei hij. en die moet ik te
rug hebben.
Zoo, zei ik kalmpjes.
Ik moet hem terug hebben, zeg
ik u. Ik weet zeker, dat ik hem op de
trap heb laten vallen. U stond bo
venaan en u moet hem hebben zien
vallen.
Daar zal ik niet om liegen, zei
ik, het is zoo.
En u heeft hem
Ja.
Geef hem me dan onmiddellijk
terug, 't Spijt me, dat ik u moet las
tig vallen.
Dat 's een andere zaak, zei ik.
]k vrees dat ik u dien brief niet
lal kunnen teruggeven, Mi'. Harvey.
Niet teruggeven? Wat bedoelt u
daarmee? Waarom niet?
Dien moet ik bewaren, mijnheer,
als leiddraad.
Nonsense. U heeft daar geen
recht toe. Het is particuliere corres
pondentie en dat ligt geheel buiten
uw terrein.
Ik heb hem nog niet gelezen,
mijnheer, maar toch reeds genoeg
van den inhoud gezien om te wet-ji.,
doeling is van industrieelen haven- en
kaaigeld te vragen van schepen, die in
reparatie zijn bijv.
Spreker wil eenvoudig aan scheeps
bouwmeesters zeggen, dat ze vrijgesteld
worden van belasting voor gemeentewa
ter, wanneer schepen in reparatie zijn,
doch dat ze een klein gedeelte water
naast het vaarwater in gebruik krijgen.
Het is voorgekomen, dat de heer Goed
koop eenmaal van hetzelfde schip, dat
aan het proefstoomen was, tienmaal
havengeld heeft moeten betalen, doordat
toevallig daarbij telkens de grens van
het gemeentewater overschreden werd.
Spreker verzoekt deze zaak nader on
der de oogen te zien en een euvel als
juist genoemd te ondervangen.
De heer BIJVOET zegt, dat wanneer
het stuk der heeren Peltenburg en Ja
cobs voorgelezen wordt, de leden toch
te weinig tijd hebben, dat voldoende te
overwegen:
De heer Bijvoet stelt mede namens
enkele leden voor de zaak nu uit te stel
len tot de volgende vergadering.
De VOORZITTER waarschuwt er voor,
dat er met 1902 geen verordening is, wan
neer het voorstel-Bijvoet c. s. wordt, aan
genomen.
De heer TJEENK WILLINK gelooft, dat
er alle reden is de zaak in geen geval
uit te stellen, vooral omdat men zoo laat
het adres heeft ingediend.
De heer ROOG zegt, dat adressanten
niet wisten dat er nu reeds weer raads
vergadering zou zijn.
De VOORZITTER noemt deze opmer
king origineel; adressanten hadden hun
bezwaarschrift in elk geval spoediger
kunnen indienen.
De heer BIJVOET vraagt of het niet
mogelijk zou zijn de bestaande verorde
ning vast te stellen en dan later de wij
zigingen te behandelen.
De heer VAN TI1 IEL meent dat het
gansche bezwaarschrift niet behoeft te
worden voorgelezen, doch men volstaan
kan met een resumé uit een der bladen.
Het voorstel Bijvoet c. s. wordt nu ver
worpen met 16 tegen 14 stemmen, die
van de heeren Stolp, Modoo, Roog,
Groot. v. d. Kamp, de Braai, Loomeyer,
Hofland, Bijvoet, Hugenholtz, v. d. Berg,
Laane, Beijnes en Welsenaar.
De heer VAN TH1EL zegt, dat het adres
zooals het gegeven is, ter lezing gelegen
heeft. Spreker meent dat de commissie
mei den meesten zorg, die verordening
heeft vastgesteld.
De heer v. d. BERG vraagt voorlezing
der toelichting van de heeren Peltenburg
en Jacobs.
Geen der leden vraagt het woord in
het algemeen.
De verordening wordt nu artikeisge-
wijze behandeld.
Bij art. 3 vraagt de heer v. d. KAMP
of het geen aanbeveling zou verdienen
in dit artikel in te voegen de woorden:
„en dergelijke vaartuigen".
De heer SPOOR gelooft, dat het ter be
vordering der Haarlemsche industrie
wenschelijk is niet te laten betalen voor
schepen, die in reparatie zijn, en een
alinea sub 4 toe te voegen, waarin aan
dergelijke schepen vrijdom gegeven
wordt, ter beoordeeling van den haven
meester.
De heer VAN THIEL zegt, dat de com
missie niet heeft kunnen vinden een
goede formule waarm die schepen in
reparatie vervat was. Ook de commissie
was er voor in dezen zin de industrie
bevorderlijk te zijn, doch men heeft geen
formule kunnen vinden.
Spreker is sterk voor het amendement,
doch betwijfelt of de nu voorgestelde
vorm wel voldoende is.
De heer BEIJNES wil aan het amen
dement toevoegen: „in aanbouw zijnde
schepen".
De heer VAN STYRUM zegt, volgens
art. 1 zullen we belasting heffen van
schepen, die de wateren bevaren.
Spreker gelooft dat door de aanneming
van het amendement-Spoor verwarring
wordt gesticht.
De heer SPOOR zegt, dat het amende
ment niet overtollig is, doch dat art. 1
eigenlijk veranderd moet worden.
De heer HOFLAND vereenigt zich hier
mede.
11:ajneudemeoat-Spoor wordt ver-
worpan met 14 stemman voor, die van
de heeren Modou, Roog, Groot, v. d.
Kamp, De Braai, Loomeijer, Hofland,
Bij voel, Hugenholtz, v. d. Berg, Laa
ne, Beijnes. Welsenaar en Spoor.
Het amendement v d. Kamp wordt
door de commissie overgenomen en aan
genomen zonder stemming.
Bij art. VIII wil de heer v. d. Kamp
ook voegen „en dergelijke vaartuigen",
evenals in art. III.
De heer VAN THIEL bestrijdt de wen-
schelijkheid hiervan.
Voorstel v. d. Kamp is aangenomen.
Bij art. 9 zegt de heer BIJVOET dat
dat die van het grootste belang is. In
dien ik voor u moet werken, dan
moet ik hem behouden, en als ik niet
voor u werk, dan zali k hem aan de
politie overhandigen.
In elk geval weigert u dus hem
mij terug te geven?
Ja-
Een oogenblik later volden we
over den grond. Mr. Harvey was naar
me toegekomen en wierp me op den
grond, terwijl ik ham in mijn va]
meenam. Ik was ge-vallen, en had
zulk een kracht niet hij li-u: gezocht.
Hij vocht- blijkbaar wanhopig en
scheen vast besloten weer in Y be
zit van den 'brief te geraken.
Ik besloot hem te houden.
U hebt hem in uw zak en ik zal
u wurgen om hem terug te hebben,
schreeuwde hij.
We rolden op den grond' en ik stond
duizend angsten uit dat de kellners
op het lawaai zouden komen toeloo-
pen. Gelukkig lag mijn kamer nogal
afgelegen en duurde de worsteling
slechts een o,ogenblik. Ilij gaf zich
veel eerder gewonnen dan ik na zijn
eerste krachtsontwikkeling gedacht
had.
Geef het maar op. hijgde ik
ademloos, toen de tafel tusschen ons
de rubrieken bij art. 7 zoo rulim go-
nomen zijn, dat hij niet kan begrijpen
welke schepen in art. 9 bedoeld wor
den.
De heer VAN THIEL antwoordt
De heer BIJVOET zegt dat alle moge
lijke vaartuigen, die men zich denkt
vallen onder art. 7. En art. 9 spreekt
over vaartuigen, welke er niet onder
vallen.
De heer v. d. KAMP wijst er op dat
open vaartuigen zulke zijn die een
open laadruimte hebben.
De heer VAN THIEL zegt dat het
verschil tusschen art. 7 en 9 bestaal
in het al of niet gebruik maken van
abonnement.
De heer BTJVOET, voor de derde
maal het woord verkrijgend, zegt dat
hij wel de strekking begroot, doch dat
die er z. i. niet in uitgedrukt staat.
Wanneer we deze verordening vast
stellen, wat geen zin beeft.
Dei heer VAN STYRUM stelt een
redactiewijziging voor, die de geopper
de bezwaren ondervangt.
Deze redactie-wijziging wordt aan
genomen.
Bij art. 11 zegt de heer v. d. KAMP
dat, terwijl in dJit artikel staat
uitgedrukt dat een schipper bij
verwisseling van een kleiner schip
door een grooter hij het meerdere moet
bij betalen, het ook billijk zou zijn te
rug tegeven, wanneer hij een kleiner
schip neemt
De lieer VAN THIEL zegt, dat ook
hij minder varen geen geld terug ge
geven wordt en het niet aangaat.
Bij -het 7 ,Ln de verordening op de
invoering wil de heer v. d. KAMP be
voegd veranderen in verplicht.
De heer VAN THIEL acht dit niet
wenschelijk.
De heer v. d. KAMP houdt zijn be
wering vol, vooral met het oog op het
verleden jaar gebeurde met schipper
Huig. De verordening in haar geheel
en de verordening op de invoering
wordt nu aangenomen.
De overige punten worden van de
agenda gevoerd behalve de benoeming
van een onderwijzeres.
PUNT XVI.
Door M. Visbeen, weduwe van H.
van Markenstein, in leven werkman in
dienst der gemeente, is het verzoek in
gediend haar nogmaals eenigen gel
del ijken steun te verleen en.
B. en W. stellen voor te verleenen
een gratificatie van 100 per jaar, en
zulks voor den tijd van drie jaren.
Aangehouden.
PUNT XVII.
Door H. W. Becker, weduwe van
D. A. Braakenburg, die op enkele
maanden na 25 jaar lang beambte was
ten kantore van den gemeente-ontvan
ger, is het verzoek ingediend haar een
weduwenpensioen of jaarlijksche toe
lage te verleenen.
De meerderheid van het college van
B. en W. wenscht aan verzoekster een
gratificatie ten bedrage'van 100 te
geven. De minderheid kan zich met
dat voorstel niet vereenigen, maar wil
liever de pensioensverordening af
wachten.
Aangehouden.
PUNT XVIII.
De heer M. de Braai stelt thans
voor om B. en W. uit te noodïgen, ten
aanzien van den huurprijs van gron
den, wier huurders uit die gronden
hun bestaan vinden, zoodanige voor
stellen tot verlaging te doen als hun
noodig zullen voorkomen.
Aangehouden.
PUNT XIX.
Bij de behandeling van post 108
van de begrooting voor 't jaar 1900, dt
eerste waarbij hij tegenwoordig was,
werd door den heer Groot het denk
beeld geopperd, dat de gemeente zelve
voor hare rekening zou nemen de ver
zekering tegen brandschade van alles,
wat de gemeente-huishouding betrof.
En ofschoon toen wel bezwaren ge
noemd werden, kwam het hem toch
voor, er geen ernstig verzet scheen te
duchten van de zijde van het D. B., in
dien deze zaak nader onder de oogen
werd gezien.
Hij stelt thans aan den Raad voor,
B. en W. uit te noodigen:
lo. een onderzoek te willen instellen
naar de mogelijkheid van eigen brand
verzekering en zich daartoe in verbin
ding te stellen met het Bestuur der
„Onderl. Brandwaarborg-Ver..voor de
gemeente Haarlem.";
2o. zoo spoedig mogelijk op te zeg
gen alle verbintenissen met verschil
lende assurantie-maatschappijen;
3o. te zijner tijd de gemeente-gebou
wen, meubelen enz. te verzekeren bij
de „Onderl. Brandwaarborg Ver. voor
de gemeente Haarlem,"
4o. alle nog te stichien gebouwen
was, het helpt u toch niet.
Hij stond bij d'e deur en keek be
sluiteloos.
Voor of tegen u, wat wil u?
Ik weet het niet, stamelde hij,
wacht maar tot ik schrijf en doe voor
dien tijd niets.
En dit beloofde ik.
HOOFDSTUK X.
De brief.
Ik legde den kostbaren brief voor
me op tafel. Maar eerst sloot ik zorg
vuldig mijn deur, opdat Mr. Harvey
mij niet zou kunnen overvallen. En
ik las en herlas den brief met de
grootst mogelijke nauwkeurigheid. Ik
kon zoo dadelijk nog niet zeggen dat
het een gewichtig document was en
de feiten volkomen duidelijk voor
oogen stelde, zooals ik ze me gedacht
had.
De inhoud was aldus
Beste Austin. Ik ben wanhopig.
Ik weet geen raad. Je moet me hel
pen Door de een of andere vergissing
moet mijn koffer met die van miss
Simpkinson verwisseld zijn toen we
gisteren samen Charing Cross verlie
ten. Je weet, dat zc gelijk zijn en de
enz. te verzekeren bij de „Onderlinge
Brandwaarborg-Ver. voor de gemeente
Haarlem."
B. en W. stellen voor: eene Com
missie te benoemen van vijf leden, ten
einde de uitvoerbaarheid en de wen-
schelijkhcid van eëne gemeentelijk?
brandverzekering te overwegen, met
uilnoodiging de slotsom harer over
wegingen aan den Raad mede te dec-
len.
Aangehouden.
PUNT XX.
De Vereeniging van gemeente
werklieden ,,De Goede Verwachting-
heeft een adres ingediend, tot strek
king hebbende, P. de Wit, die we
gens dronkenschap bij de gemeenterei
niging werd ontslagen, weder in ge
meentedienst te nemen. Het prae-ad
vies van B. en W. strekt om dit adres
in hun handen te stellen ter afdoening,
Aangehouden.
PUNT XXI.
Benoeming onderwijzers aan koste-
looze school lett. B.
Benoemd wordt mej. M. C. van der
Voort.
Bij de rondvraag wenscht de heer
v. d. KAMP voor te stellen alsnog punt
20 te behandelen, van gezlien de zaak.
voor de betrokkene zeer urgent is.
De VOORZITTER verzoekt den heer
v. d. Kamp schriftelijk voor te stellen
punt 20 in behandeling te nemen.
De heer v. d. Kamp doet alzoo.
In stemming wordt nu het voorstel
v. d. Kamp gebracht waarover de stem
men staken.
De heer WAN THIEL brengt een
woord van dank aan het Dagelijksch
Bestuur voor hetgeen ze gedaan heef'
bij de behandeling der begrooting.
De VOORZITTER brengt den Raad
dank.
Hierna wordt de vergadering geslo
ten.
Stadsnieuws
Gevonden voorwerpen.
een witte geit, een sigarenkoker, een
paardenslagersmes, een scheermes,
een blauwe werkkiel, een zwarte para-
pluie, een zwart puckhondje, een St.
Bernardhond.
In de stad is eene dienstbode, die
inkoopen doet op haar eigen naam,
doch niet betaalt.
Eveneens bevindt zich hier een man.
die zich bezig houdt met het doen van
inkoopen en ook niet betaalt, voor het
hein schikt.
Bij een winkelier bestelde hij eenige
goederen, die aan zijn huis moesten
worden afgegeven en nadat dit ge
schied was en hem om betaling werd
gevraagd, gaf hij bovengenoemd ant
woord. Men zij dus op zijn hoede.
Binnenland.
Fi&uwe mop.
Door het hoofd van een bedrijf in
zekere gemeente, tot wien in verband
met de Ongevallenwet door den bur
gemeester de vraag was gericht, of in
zijn bedrijf sedert 1893 ongevallen wa-
ren voorgekomen, werd geantwoord:
„één getrouwd."
Smokkalaars.
Men schrijft uit Koewacht:
Voor eenigen tijd geleden werden
hier op verzoek der Belgische justitie
vijf bekende veesmokkelaars gearres
teerd en naar Middelburg overge
bracht om uitgeleverd te worden. Deze
mannen hadden zich te Sevenecken,
een dorp bij Lokeren, hevig tegen de
politie verzet en daarbij den gemeente
veldwachter verwond.
Een zesden verrooedeüjken dader"C.
v. Rompu, wiens aanhouding ook ge
vraagd was, kon men echter niet in
handen krijgen; ofschoon Nederland-
scho en Belgische politie steeds jacht
op hem maakte. Dezer dagen is hij
in handen der Belgische maréchaus
sees gevallen. Vier gendarmen van
Stekene hebben hem in zijne woning
te Klein-Siany, op een uur afstands
van hier gelegen, overvallen. Hij werd
zwaar geboeid naar Dendermonde
overgebracht. Daar er vroeger dmr
de Belgische politie nog twee gearres
teerd zijn, zitten thans al de vermo-
delijke daders, acht in getal, achter
slot en grendel.
bagage in dei' haast in orde gemaakt
is. Austin, ze mag mijn koffer
niet o p e n en. Als ze het doet, ben
ik een verloren man. Ik heb naar
Southend naar je getelegrafeerd-, en
toen kreeg ik draadbericht dat je in
Parijs bent. Waarom? Wat is er ge
beurd Ik ken haar adres in Parijs
niet. Maak in 's Hemelsnaam, dat ze
mijn kist niet opent en zend hem mij
terug. Ik zal de hare zeuden. Doe het
dadelijk. Ik zal op dezelfde plaats,
the old Niggers wachten. In doods
angst
PHILIP.
P.S. Zend de kist onmiddellijk te
rug. Zij mag het niet zien. Help mij.
Hier dus, werd mijn geheele theorie
omvergeworpen, die door Austin Har
vey juist genoemd was. Hieruit bleek
du's dat de verwisseling, per ongeluk
had plaats gehad en niet opzettelijk.
En zoo dacht ik nu den sleutel van
het geheim gevonden te hebben, ter
wijl ik er verder af was dan ooit.
De naam van den man aan wien
de kist toebehoorde was dus Philip.
Ik nam uit mijn zakboekje het stuk
je papier, waarop ik de letters P. II.
had nageteekend, die ik op de label
„Greenwich to Southend" had gevon-
Z. K. H. Prins Hendrik wordt he-,
deanavond tegon 5 uur tem, konink
lijke paleize te 's-G-ravenhaige ver
wacht, ten einde den volgenden dag
in den Oranjepolder, gelegen in den
omtrek van den Hoek van Holland
tier jacht te gaan met. eenige heeren
dier hofhouding, die die Prins dies
avonds aan zijn tafel v-ere'enigt.
Aead. Examens.
Lei-dien-. Bevorderd1 tot doctor in
die rechtswetenschap die heer J. J.
van Th iel, geb. te Leiden op Stel
lingen.
In baldadigheid.
Een zeventien jarige jongen te
Amsterdam sprong Dinsdagmiddag
uit baldadigheid onder den: uitroep
„ik ga me verdrinken", in de Wit-
teniburgervaant. Hij moest evenwel
zijne roekeloosheid' met den dlood
bekoopen, daar hij met het hoofd in
den) modder bleef steken en stikte.
Zou het gaan
Te, Nijverdal houdt de heer van
YVinsen, vroeger staats-ambtenaar
bij de mijnen nabij Johannesburg,
zich sinds eenige dagen bezig met
het ondierzoek maar goud io den
berg, aldaar. Weldra zal dus blij
ken, of tot exploitatie van den berg
kan worden overgegaan.
Kindermishandeling.
Het bestuur der Vereeniging ter be
vordering van de Opvoeding en ter
behartiging der belangen van ver
waarloosde kinderen, gevestigd te Gro
ningen, heeft zich tot dien Raad aldaar
gewend met een adres, waarin het
volgende wordt gezegd:
„Door tal van personen, die met of
zonder woonwagens van de eene plaats
naar de andere- trekken om door het
maken van. muzziek, het geven van
vertooningen of het venten inet ver
schillende goederen in hun onderhoud
te voorzien, worden langs de huizen
kledne kinderen medegevoerd.
„De gaven, waar het dien lieden om
te doen is, worden gewoonlijk opge
haald door eene vrouw, die een of meer
kleine kinderen op den arm of aan
de hand'heeft, onverschillig welk weer
het is.
„Die kinderen worden medegevoerd
soms uren ver om het medelij
den op te wekken en om zoodoende
meer en grootere gaven te ontvangen.
Dat die kinderen dikwijls door den
invloed van het klimaat en door ver
moeienis ziek worden is geen won
der.
„Aan deze kindermishandeling kan
door uw college een einde gemaakt
wordien.
„Als door uw college een verorde
ning wordt gemaakt, die op straffe
verbiedt om bij het venten langs de
huizen of bij het ophalen van gaven
voor muziekuitvoeringen of vertoonin
gen zelf. kinderen heneden den leef
tijd van 12 jaren mede te voeren, geeft
zij der politie het wapen in de hand
waarmede zij deze kindermishandeling
met goed gevolg kan bestrijden.
„Zeer velen hebben zich verbonden
om dierenmishandeling tegen te gaan;
van u verwachten wij dat uw college
nu uwe aandacht op deze kinder
mishandeling gevestigd is maatrege
len zal willen nemen, dat daaraan
paal en perk worde gesteld."
Familieberichten.
Gehuwd 9 Nov. J. Fockema met B.
Meister. Poerwoasri bij Kedirï. 12. H.
W. Numans met J. J. Simons. Utrecht.
C. F. Hekkeberg en II. J. M. Douwes.
Amsetrdam. A. E. Cohen met S. Beer.
Amsterdam. W. R. Ferwerda met H.
van Heusden. Amsterdam
Bevallen 12 Oct. H. A. van den Berg
Maas d. Tjimahii (Java). 7 Nov. W.
F. HilwigSteijgerwalt. levenl.. d.
Utrecht. 10. A. VerwijsHeyblom z.
Overleden 3 Oct. J. M. Chevalier, jm.
2 m. Blitar. 9 Nov. S. E. J. Volk, jd.,
16 j. Amsterdam. Wed. M. J. B. Bau-
mann—Walter, 71 j. Apeldoorn. Wed.
■J. G. NeijboerWed el, 71 j. Amster
dam. 10. Wed. J. G. LijsenZuurdeeg.
Den Haag. 11. Wed. J. A. D. Verhoop
Fischer 71 j. Zwolle. W. Sj. Fockema,
jd. 67 j. Zutphen. J. I. Goudswaard 28 j.
Land- en Tuinbouw.
Ean sierwingerö.
Het is al eenige jaren geleden, zoo
verhaalt het„Ut.r. Dbl.", dat op een
schoonen zonnigen herfstdag een plan-
tenliefhebbende Brit een bezoek bracht
aan de kweekerij van den heer A. W.
den. Ik legde het naast den brief, ver
geleek zorgvuldig dc P der ondertee-
kening met de andere.
Toen ik er naar keek was er geen
twijfel aan, of de Philip van den brief
was de Philip van het label. Een H.
was er ook in het schrift.
Het kostte me nu geen moeite den
naam in te vullen. De naam van den
schrijver van den brief was Philip
Harvey, en zoo heette ook de eige
naar van de kist. Hij was een bloed
verwant van Austin Hervey en waar
schijnlijk de moordenaar van miss
Raynell.
Ik meende tevreden te kunnen zijn
over het resultaat dat ik bereikt had.
De misdaad was gepleegd waarschijn
lijk op Zondagnacht. Ik hoorde er het
eerst van 's Maandags om half zeven
ongeveer. Nu was het Woensdagmor
gen. Geen acht-en-veertig uur waren
er verioopen, sinds ik er kennis van
kreeg. Toen wist ik niets. Nu kende
ik den naam van het slachtoffer, de
plaats van dén moord, verschillende
omstandigheden, die onmiddellijk met
de daad in verband stonden, en zelfs
de tijdelijke verblijfplaats van den
vermoedelijken dader.
Het was me nu duidelijk, dat miss
Simpkinson voor 't eerst van de daad
te K. bij Londen. In een gouden gloed
ging de zon onder en wierp haar laat
ste stralen op eenige dennenboomen,
die begroeid waren niet een zg. ..wilde
wingerd", welks naam voor den eige
naar nog verborgen was. Nauwelijks
had de Engelschman dit natuurlijke
schilderstukje in het oog gekregen of
hij riep opgewonden uit: „Uw denne-
boomen staan in brand!"
W. glimlachte, terwijl zijn bezoeker
in da richting van de „brandende"
boomeai liep, spoedig ontwarende dat
het een klimplant was.
Den volgenden dag was de bezoe
ker in de tuinen van Kew. om daar
achter den naam te komen. Het ant
woord van den horlulanus luidlt:
„Het is de weinig bekende, uit
Noord-Japan komende Vitis Cognetiae,
die echter door zijn moeilijke voort-
kweeking wel nergens te krijgen zal
zijn."
Gelukkig is dit nu anders geworden.
In den catalogus der heeren Groene-
wegen, te de Bilt, vinden wij deze
schoone klimplant aangeboden onder
de volgende bewoordingen:
„Vitis Cognetiae. Nieuw! Een prach
tige, uit Japan ingevoerde sic-rvvin-
gerd, die een eerste plaats onder onze
-klimplanten zal gaan innemen. De
groote, ronde bladeren zijn smaragd
groen gekleurd en met een fraai g«-
teekend adernet doorsneden. In den
herfst kleuren zij zich vuurrood en
geven dan, wanneer de zon er op
schijnt, der plant het aanzien van een
vuurgloed".
Wetenschap.
Bij Saint-Mamert, in het Fransche.
departement Gard, zijn zeer rijke la
gen beenderen van voorwereldlijke
zoogdieren, uit, het eocene tijdperk,
gevondlen. De paleontologische ont
dekkingen, hij wetenschappelijke op
gravingen gedaan, zijn merkwaardig.
Er liggen zooveel beenderen, dat zij
voor fosfaat-exploitatie geschikt zijn.
Meerendeels zijn zij door drukking
en rolling vervormd; maar dc kaak
beenderen zijn uitstekend bewaard
gebleven. Men vond er van twee lo-
phiodonten (rhinocerodes en Isseles-
sis), van twee paloplotheriums (mag
num en lugdunensis), van een pachy-
nolophus, een anchilophus en een
hyopotamus, en voorts tanden van
knaagdieren en krokodilachtigo die
ren, alsmede gedeelten van schildpad
den.
De vondst ligt op een laag van Pa^
rijschen kalksteen.
Tesren Typlius.
Prof. Chantemesse te Parijs, een
leerling van Pasteur, heeft naai
het heet een serum tegen typhus
saamgesteld.
Belangrijke proeven
zijn genomen door prof. Schroetter
van de hoogeschool te Weenen. met
het doel een middel te vinden tegen
het gevaar bij operaties onder chloro
form.
Konijnen werden gechloroformeerd
en daarna bijgebracht door een elce-
trischen stroom, die voldoende ge
weest zou zijn, om hen in normalen
toestand te dooden. Na deze pro? -e.n
waren de dieren gezond. Nu zullen
proeven genomen worden op men
schen.
Gemengd Nieuws.
Verpoozing bij het onde vvi.i
In Pruisenis voorgeschreven, dat elk
lesuur aan de lagere scholen donr een
rusttijd moet worden gevolgd. De ge
zamenlijke duur dier rusttijden is bij
het begin van het winter-semester ver
lengd en de verdeeling voor Berlijn
geregeld als volgt:
Begin van den schooltijd 6 uur, le
pauze van 8.559 u., 2e pauze van
9.50-—lO.lOu., 3e pauze van 1111.10
u., 4e pauze van 12—12.15 u. Om 1 uur
is voor de meeste klassen dc schooltijd
voor dien dag afgeloopen. Des zomers
wordt alles een uur vervroegd. Waar
namiddaglessen (van 25 uur) gege
ven worden, zijn de pauzen van 2.50
3.10 u. en van 44.15 u.
Verder is bepaald, dat zooveel mo
gelijk bij alle, maar stellig bij pauzen,
die meer dan 10 minuten duren, de
kinderen, als het weer dit eenigszins
toelaat, naar de speelplaats moeten
gaan. zoodat de schoollokalen gelucht
kunnen worden.
moest hebben afgeweten toen de kist
die, naar zij verkeerdelijk meende,
aan haar toebehoorde, aan het sta
tion geopend werd. Op dat oogenblik
moest ze oogenblikkelijk hebben ge
constateerd, dat de koffer de hare niet
was. Welke aanwijzingen ze verder
bezat, die den dader zouden kunnen
doen vinden, dat kon ik niet gissen
Waarschijnlijk vermoedde zij juist en
was haar eerste gedachte geweest aan
een familielid van haar verloofde, van
zijn broer mogelijk.
Een meisje van verbazend veel zelf
beheersching. Maar ik gaf toch de
voorkeur aan de flauwten van haar
moeder. Die waren natuurlijker.
De vraag, die zich nu vanzelf op
deed was natuurlijk deze lloe en
waarom was de moord gepleegd
Die vraag zou in Engeland beant
woord moeten worden en wel door
Mr. Philip Harvey.
(Wordt vervolgd).