DE ZATERDAGAVOND
GRATIS BIJVOEGSEL VAN „HAARLEM'S DAGBLAD".
Letterkundig Weekblad voor Jong en Oud.
Haarlemmer Halletjes.
tin SS.
Zaterdag 30 November.
1901.
Meest gelezen Dagblad In Haarlem en Omstreken
j langs den Siberischen spoorweg
i reist vóór al dte andere reizigers.
Rattengebraad en haargroei.
Parijsche heeren en dames was gedu
rende de belegering in het jaar 1870
rattenvleesch eens welkome afwisseling
en vermeerdering van de weinige voe
dingsmiddelen. waarover zij te beschik
ken hadden. In menige streek van
Duitschland en ook van Nederland ne
men die knaagdieren zoo hand over
hand toe, dat zij eene ware landplaag
geworden zijn, die in eene weldaad te
veranderen zou wezen, indien zelfs de
armste gezinnen hun vooroordeel te-
Een Chineesch geleerde. Tsin-Ching
Chung genaamd, heeft in een Engelsch
blad een merkwaardig artikel geschre
ven over het nut van rattenvleesch als
middel tot behoud van het haar. Hij
wijst er op, dat men in zijn vaderland I gen rattenvleesch, dat door de Chinee-
reeds sedert eeuwen ondervonden j sche mandarijnen, ja zelfs aan het
heeft, dat op verschillende wijzen toe- j Hof te Peking met voorliefde gegeten
bereid rattenvleesch bevorderlijk voor wordt, konde overwinnen,
de gezondheid is, en beweert dat de
uitwerking van het gebruik dier spij- j Vreemdsoortige £6b0UW6H.«
zen dezelfde is als van arsenicum in j Engeland1 zijn sommige hui-
Tijdens het Turksch-Fransche con- j
flict van eenige weken geleden, is er j
sprake van geweest, dat de sultan, toen
hij geen gehoor kreeg bij Rusland en
Duitschland, zich wenden zou tot
Groot-Bi ittannië met eene beroep op de 1
Londensche Conventie van 1878, waar
bij Engeland zich verbond, de Turk-
GEEN HULP!
sche bezittingen in Azië te beschermen
in ruil voor het recht tot bezetting van
Cyprus. Maar John Bull had het te
druk in Zuid-Afrika, om zich in te la-
ten met Turkije's verzoek.
Op de plaat ziet men den sultan ge
knield aan John Buil om tusschen-
komst smeeken. Frankrijk in de klee-
kende reizigers versierd was, gaf
hij dadelijk bevel het te slechten,
zoodat niemand in verzoeking kon
komen om daar zijn intrek te ne
men.
In. Californië is een huis ran
paarlemoer. Het is niet groot,
maar groot genoeg voor zijn eige
naar. een Chineeschen visscher van
Cvnres Point .in Monterey; het huis
bestaat grootendeels uit een na
tuurlijke "rot. en voor 't overige
uit eene houten schuur, geheel be
dekt met Abalone-schelpen. Toen
het huis gebouwd werd. moeten die
schelpen zeer overvloedig geweest
zijn. en was er zeker weinig vraag
naai*, anders zou de slimme Chi
nees. in plaats van ze op zijn huis
te spijkeren, ze wel voor goud ge
ruild hebben.. Vele van die schel
pen hadden, als zij niet doorboord
dij van Marianne, houdt hem gevan
gen. En John Bull, die wel graag
FrankrijkS optreden zou beletten of be
lemmeren. is genoodzaakt den smceke-
ling aan zijn lot over te laten, omdat
een Boer met kracht tegenstribbelend
het hem onmogelijk maakt.
het eten, zooals bij vele bewoners vanzen zonderling gebouwd. Zoo staat
Stiermarken en Tirol eens gewoonte er- onder anderen, nog te Rushton,
is, maar hét gevaar medebrengt van in Northam ptonshire, een driehoe-
verslapping en verzwakking, als men1 buis. an de plattegrond van waren geweest .verkocht kunnen
met het gebruik van dit gevaarlijk ver-Charlecote House was in den vorm
gift ophoudt. van eene ter ecre van koningin
Het is reeds lang bekend dat paar-1 Elisabeth,
den en runderen ook van lieverlede I Maar bulten Europa zijn nog vrij-
wat zonderlinger gebouwen.
aan het gebruik van arseniczuur ge-
wend kunnen worden en dat die die-j
ALLERLEI.
Jules Verne's boeken.
Is er wel een schrijver, drie zoo
oris jongenshart en onze jongens-
zinroen heeft gestreeld als deze won
derbare' Franschman? Jules Verne
is nu 73 jaar oud. Hij heeft lang
genoeg geleefd om de stoutste droo-
men zijner onvergelijkelijke ver
beelding waarheid en werkelijkheid
te zien worden.
We reizen nog wel niet, zooals
Michel Ardan naar die maan, maar
we hebben' geen 80 dagen meer noo-
dig. zooals Phileas Fogg, om de reis
■rond d'e wereld te doen; we d'oen
het nu in 35.
Dei avonturen van kapitein Hat-
teras zijn: bijna werkelijkheid ge
wordlen in de Noordpoolreis van
Nansem.
Geen schip is nog gebouwd, dat,
als de Nautilus" van kapitein Ne
mo, twintig duizend mijlen onder
zee aflegt, maar het geheim van
het ondërzeesche vaartuig is ge
vonden en zijn macht is nog slechts
een quaestie van ingenieurskunde.
In zijn „Robur d'e Veroveraar"
heeft Verne voorzien datgene wat
wij te Pari is zien gebeuren; zet
I den n/aam van Santos-Dumont in de
j plaats van Robur en 'gij hebt de
geschiedenis van de.n stuurbaren
luchtballon1.
Het verwezenlijken der droom en
van Jules Verne, nog gedurende zijn
leven ,is de grootste hulde, die men
aan zijn talent van wetenschapper
lijk romanschrijver kan brengen.
En toch, hoeveel uitvindingen
hebben wij niet in de laatste jaren
zien ter wereld komen die aan zijn
scherp inbeeldingsvermogem ont
snapt waren en waarop hij noch
tans romans had kunnen: bouwen,
zooals hij alleen dat kon!
Wij kennen geen enkel boek van
Jules Verne waarin die stoutste
ontdekking onzer dagen', die draad-
looze telegrafie, wordt voorzien.
Ook die Röntgen-stralen werden
door geen romanschrijver voor
speld.
Maar die zegepralen der zuivere
wetenschap zijn die uitzondering;
steeds is de novellist op zoek, en,
waar de man der wetenschap zich
niet haast, is de verbeeldingrijke
romanschrijver hem voor.
Het verwezenlijken der ideeën
van1 Jules Verne is het beste ant
woord dat men geven' kan' aan hen
die meenen, dat de wetenschappe-
i lijke roman valsche denkbeelden
j stort in den geest der kinderen. Is
j het uit erkentelijkheid voor die on
telbare gevoegelijke uren, die hij
ons verschafte in die jongensjaren
wij: zoeken vruchteloos een be
ter vulgarisateur der wetenschap
I dan Jules Verne.
Waar zijn verbeelding de gren
zen van. het onmogelijke bereikt,
als in zijn ..Reis naar de Maan" en
in die wonderbare lotgevallen: van
.-Hector Servadlac" door het uit
spansel, zijn deze vruchten ©ener
rijke verbeeldingskracht toch nog
j bewonderenswaardig, onder het
oogpunt van het vul gariseeren van
j sommige zeer droge vakken op we
tenschappen ik gebied, zooals zeker
voor den gewonen sterveling de
sterrenkunde wel is.
Doch, wat dramatische kracht
legt Verne niet aan den d'ag in die
reeks wondere romans als de „Kin
deren van kapitein Grant", als het
„Geheimzinnig eiland", als „Mi-
chaël Strogoff", de meesleepende
avonturen van den koerier van den
Czaar. als „Mathias Sandorff", de
geschiedenis uit den Hongaarschen
opstand, als de „Zuidster", de his
torie der Kimberley-d'i amant-mij
nen, als „Claudius Bombarnac". die
Wie zou gaarne in een huis wo-
ren daardoor eeneglanzige huid krij-!nen van doodshoofden gebouwd?
gen en \et en vurig worden, zonder I Dat 20u iemand van bepaald
dat de wetenschap wat het eerste be-ziekelijke gemoedsgesteldheid moe-
treft, van deze terugwerking op de ha-'en z'Jn an datj gevoelen wa
ren, door bemiddeling der spijsverte- Mr- Moor administrateur van
ringsorganen, eene verklaring weet te 1 het Negerkust-pnotwloraat, blijk-
geven.
Tsin-Ching-Chung nu schrijft aan
het rattenvleesch hetzelfde nut toe,dat
I baar ook, want toen hij zich mees-
I ter hiad gemaakt van het „Ju Ju" of
Fetischhuis van de Okrikas, dat
f met de doodshoofden van doortrek-
worden voor e;n prijs, ofwisselend
van 10 shilling tot 1 het stuk, en
eene is er onder van 1} voet in dia
meter. zooals er geen tweede tot
eiken prijs te koop zou zijn. Men
zegt. dat die gladde parelachtige
oppervlakte, als de zon er op
schijnt, eenprachtig effect maakt.
Op eenige van de Seychellcs-
eilanden. waar de meeste koraal
banken zijn. worden de huizen van
koraal gebouwd, en eene kerk van
koraal is een van de wonderen, van
het eiland' Mahe.
het voorzichtig gebruik van arseni-1
cum heeft, en wijst nog op een ander
waardeerbaar resultaat dat met het
gebruik van rattengebraad gepaard j
is. Volgens zijne zienswijze is het ge-1
brink van deze knaagdieren als volks- j
spijs de oorzaak, dat er onder de 300
400 millioen Chineezen zoo opmerlce-
lijk weinig kaalhoofdigen zijn. Sedert j
ovei'oude tijden is, vooral voor de Chi- j
neesche vrouwen, als zij bespeuren,
dat het haar begint uit te vallen, het I
hulpmiddel, dat zij eenige weken lang I
uitsluitend rattenvleesch eten, niet dat j
gevolg, dat het uitvallen van het haar I
ophoudt en spoedig weer nieuw haar
op de kale plekken groeit.
Waarom nemen onze kaalhoofdige j -n.
of aan uitvallen van het haar lijdende Toen de vlag van de Vereenigde Sla het nieuwe Australische gemeenehest.
landgenooten ook niet eens de proef Amerika, de vlag met de ster- De vlag is als de Britsche vlag. doch
ren. waarop de Amerikanen zoo trotscli i bezaaid met sterren, die ieder eei
van rattengebraad? vraagt de mede- saamges(cld heetlc h-et> dal deol van den bond voorstellen,
werker aan liet blad, waaraan deze z„ eeQ nieuw sterrenstelsel voorstelde. De federale vlag waaide het eerst
mededeeling ontleend is. V at hun ei-na verlbop van meer dan een eeuw. I op 4 September 1.1. van een tentoonstel,
gen voedsel betreft, zijn de ratten j j9 een ander sterrenstelsel verrezen, dit-i lingsgebouw te Melbourne, dat dien
eigenlijk minder onsmakelijke dieren maal op het zuidelijk halfrond. Het j dag geopend werd.
dan de varkens, en voor duizenden I is geblazoeneerd op de bondsvlag van
De Australische vlag.
Een Zaterdag avondpraat]e
Sommige menschen zeggen, dat er
te Haarlem behoefte bestaat aan een
groot, modern café-restaurant. Wel
toevalTg, dat de uiting van die behoefte
zoo samen valt met sommigerwenschen
naar een nieuwe komedie. Of liever:
naar nieuwe komedies, want van twee
kanten wordt op dit oogenblik gewerkt
aan het verkrijgen van een nieuwen
schouwburg. De eene kant wordt ge
vormd door den heer W. F. Roosdorp,
als cavalier seul; de andere kant be
staat uit een commissie, waarvan o.a.
Mr. W. Jager Gerlings, de heer G. B.
Crommelin en andere bekende stadge-
nooten deel uitmaken. Voor zoover ik
weet heeft deze commissie haar nieu
wen schouwburg alleen nov maar in
haar hoofd opgebouwd en heeft zij
nog geen bepaald terrein op het oog.
Maar ik sprak over het nieuwe café
restaurant, waaraan in Haarlem dan
zoo'n groote behoefte wezen moet.
Voorloopig Is het mij nog niet duidelijk
waar het café (de afdeeling restaurant
zou ik een oogenblik buiten bespreking
willen laten) zijn bezoekers vandaan
zou moeten halen. Althans in den win
ter, wanneer er geen bezoek van vreem
delingen is. Onze bestaande café's zijn
's avonds allesbehalve vol. Ieder die op
straat de oogen niet in den zak heeft,
kan dat waarnemen. De bierhuizen
hebben verreweg nog de meeste klan
ten. maar bij honderden zijn die toch
ook al niet te tellen. In de Sociëteiten
vindt men de menschen ook al niet:
noch op Trouw, noch in de Vereeniging
noch in de Kroon ja, in de Kroon is
het ledental; zelfs tot anderhalfhon-
derd geslonken.
Waar zijn de menschen 's avonds?
Of liever de mannen want de vrou
wen. ontegenzeggelijk de matigste helft
van het menschdom, blijven thuis en
drinken thee, of niets, Waar zijn de
mannen? In Amsterdam, zeggen som
migen, maar die aantijging moet ik
bestrijden. Sommigen, die voor hun
zaken te Amsterdam toch een abonne
ment op de spoor hebben, mogen daar
van gebruik maken om in de Kalver-
straat een glas bier te gaan drinken,
de gemiddelde Haarlemsche burger is
zoo dorstig niet, dat hij een belasting
van zeventig cent, in den vorm van
een retourkaartje in buurtverkeer, voor
dat genoegen zou over hebben.
Anderen beweren, dat de Haarlem
sche mannen in vergaderingen zitten.
Ik geloof, dat die opmerking juister is.
De inhoudsopgave van Haarlemsch
Jaarboekje voor 1901 wijst, onder de
letters A en B, niet minder dan zeven
tig vereenïgingen en instellingen aan,
die aanleiding geven tot bijeenkomsten
en avondvergaderingen. Derhalve vijf
en dertig per letter. Rekenen we dat
uit over het. geheele alphabet, dan ko
men we tot een cijfer van negenhon
derd en tien vereenigingen. Wie meer
geduld en tijd heeft, dan ik, moet maar
eens als het morgen weer regent, na
tellen of dat cijfer te hoog of te laag is.
Op een paar tientallen wil ik niet
knibbelen. Het cijfer is groot genoeg,
om te bewijzen, dat de gelegen
heid tot vergaderen bijzonder groot is.
Uit de naamlijst in datzelfde jaarboek
je valt trouwens in deze richting nog
meer te leeren. Op iedere bladzijde
daarvan staan gemiddeld 55 namen;
de naamlijst telt 59 bladzijden, vormt
een totaal van 3245. Nemen we daar
van (en dat is hoog berekend) 745 na
men af voor vrouwelijke bestuursle
den en voor jongensvereenigingen.
dan blijven er 2500 mannelijke ingeze
tenen over, die als bestuurders van in-
stellingen of vereenigingen, openbare
functiën bekleeden, die hen noodza-
ken tot vergaderen. En bedenken we
dan daarbij, dat er onder zijn met zes.
tien, twaalf verschillende betrekkin
gen en meer, dan wordt het ons lang
zamerhand duidelijk, hoe het komt,
dat 's avonds de huiskamers leeg zijn
en de publieke zalen van de café's even
zoo. De menschen vergaderen.
Zal nu een nieuw, groot café teweee
brengen, dat de menschen r>:
naar hunne verga r?r ...maar
in dat café hun ...d doorbrengen? 't
Is moeilijk te gelooven. want de ver
gaderingen zijn nu in den regel zóó
slecht bezet, dat het moeilijk slechter
kan. Of zal men met dat nieuwe café
een menschensoort uithuizig maken,
die nu nog des avonds rustig en kalm
thuisblijft? 't Zou niet te wenschen zijn
Maar in elk geval, lezer, behoeven wij
ons daarover niet al te zeer het hoofd
te breken. De aspirant-kooper of koo-
pers van de gebouwen der Sociëteit de
Kroon moeten zelf hunne rekening
maar maken. Wie het zijn zullen: de
Gebroeders Brinkmann, de Maatschap
pij E Pluribus Unum, de Binnenland,
.sche Explotatie-Maatschappij of wie
ook anders, ligt nog achter den sluier
van de toekomst verborgen. Vermoede
lijk is het de Exploitatie-Maatschappij
dezen keer niet. Wouter, met wien ik
er onlangs over sprak, gaf da«'over
zijn tevredenheid te kennen. ,,De tijd
nadert," zei hij, „waarop niemand
meer een zolderkamertje zal kunnen
huren of een grasveldje voor zijn geit
zal kunnen koopen, zonder terecht te
komen bij de Binnenlandsche Exploi
tatie-Maatschappij. Moest zij het nu
ook alweer wezen, die ons (buite \shuis.
te eten en te drinken zou geven?"
In deze beminnelijke overdrijving
bedacht Wouter natuurlijk niet dat
een onderneming als de Exploitatie-
Maatschappij voor het publiek gelegen
heden schept, die zonder een dergelij
ke, groote organisatie nooit mogelijk
zouden zijn geweest. Maar de lezer
weet nu eenmaal, dat Wouter een
vreemdsoortig wezen 'is. Zoo had hij
het plan tot. het bouwen van een nieu
wen schou" v - dezer dagen hemel-
..Dat was nu eens een
„nnetje, zooals er in jaren te Haar
lem geen voorgekomen was. Eindelijk
was er dan toch onder al die droomers
en slaapmutsen eens een man opge
staan. die begreep wat een snel groei
ende stad behoefde." Had het in zijn
macht gestaan, hij zou den ontwer
per van het plan tot eereburger van
Haarlem hebben willen maken. Maar
ziet, op eens bekoelde zijn vurige geest
drift, toen ik een paar woorden zei. 't
Was maar een korte, heel eenvoudige
vraag, in 't geheel niet scherp of hate
lijk, een heel simpele vraag, namelijk
deze: „Hoe veel aandeelen denk je in
de schouwburgleening te nemen?"
Merkwaardig was de plotselinge ver
andering die over hem kwam. Zijn
mondhoeken, pas in verrukking opge
trokken, zakten wel een centimeter
naar beneden; zijn oogen, zooeven flon
kerende van geestdrift, verloren al'en
glans en met iets angstigs in zijn daar
even nog opgewonden stem, gaf hij ten
antwoord: „hmjazie je,
hm ikik heb op 't oogenblik
hmgeen geld beschikbaar!"
Zoo gaat het wel meer met geestdrift,
die oplaait als een felle brand, maar
door het uitspreken van het enkele
woord -sreld" gebluscht wordt. Ik voor
mij voel dan meer svmoathie voor een
i geestdrift als die van Dr. Jenny Weyer-
i man, deze week op Nijverheid geble-
ken. Dat was om zoo te zeggen een wc-
tenschappclijke geestdrift waarvan
j niemand minder, dan de bacteriën het
doel en het voorwerp waren. Wel ver
anderen de begrippen. In den tegen-
J woordigen tijd gaan we als vrienden
arm in arm met allerlei omstandighe
den en dingen die we vroeger eenparig
als vijanden beschouwden. Er is een
tijd geweest, waarin de menschen ge
zamenlijk een afkeer hadden van wa
ter; daarna kwam er een periode, dat
het beschaafde menschdom gruwde
van frissche lucht en die tocht" noem
de. Dat we deze periode wel geheel ach
ter den rug hebben, zou ik niet durven
verzekeren. En thans maken we een
periode door van vrees voor bacteriën,
bacillen of hoe ze verder mogen hee-
ten. Zenuwachtige menschen kunnen
er niet zonder rilling aan denken, dat
bijvoorbeeld hun mondholte miegeit
van bacteriën. En daar komt nu Dr.
Weyerman vertellen, dat het integen
deel zeer nuttige beestjes zijn, omdat
ze de rotting bewerken en versnellen
en zoodoende het vuil van onze sa
menleving opruimen. Wanneer iemand
dat hoort, krijgt hij een soort van ge
waarwording over zich, als iemand
hebben moet die in een woestijn een
leeuw moet kriebelen om hem in een
vroolijke stemming te houden.
't Is alles maar een quaestie van wij
ze van zien. Kennis verhoogt de tevre
denheid, heb ik wel eens hooren be
weren. Mocht in den eerstvolgenden
zomer de Leidschevaart of de Nieuwe
Gracht eens heel erg buitengewoon
stinken, dan kunnen we ons troosten
met de zekerheid, dat onze nieuwe
i vrienden, de bacteriën, bezig zijn met
ijver den vuilen boel op te ruimen. AL
leen hoop ik, dat Rijnland in dat feit
i geen aanleiding moge vinden om een
I keer minder te spuien.
De geloerde spreker heeft het dien
avond ook nog even gehad over ons
aanstaande abattoir. Sommige toe-
hoorders keken elkaar aan alsof ze wil
den zeggen: „hé ja, 't is waar ook, er
komt in Haarlem een abattoir!" Ja
kon aan hun neuzen zien. dat ze het
glad vergeten waren.
Waar de plannen blijven? Vermoede
lijk in de buitenste duisternis van den
binnenkant van de portefeuille van
het College van B. en W. Niet dat ik
mij erover beklaag. Mijnentwege blij
ven die stukken nog maar een poosje
in hunne gezellige verblijfplaats aan
den dommel. Ik zal er mij geen harnas
over aantrekken. Alleen vind ik het
jammer, dat de bacteriën nu nog zoo
lang moeten wachten, vóórdat ze de
gelegenheid hebben om hunne krach
ten te beproeven op de slachthuis-afval,
die naar ons Dr. Weyerman vertelde,
vrijwel de vuilste afval is, die we ons
kunnen voorstellen. Komaan, menee-
ren van het gemeentebestuur, laten
we onze nieuwe vrienden, de bacteriën,
ook eens laten smullen! Laat ons leven
en laten leven!