grenzeiwï frtWEje groncu aat ae u. IJ. i S. M. aan hem afstaat. Voor het afstaan van dien gemeente grond! stellen B. en W. voor adressant eene recognitie van f 0.10 per vier. M. te doen betalen en den grond in huur te staan gedurende 10 jaar. Na eenige besprekingen wordt dit voorstel goedgekeurd^ evenwel onder bijvoeging dier bepaling, dat mocht de gemeente binnen 10 jaar den grond noodig hebben, deze moet worden af gestaan, evenwel togen vergoeding van de daardoor door adressant te lij den schade (PUNT 5. Medegedeeld' wordit dat de Bloemen- dsaalsche schoalver eeinLg i ngdo Maat schappij Kinheim, dlirecteuren de beo- ren Stom en Stoutjesdiijk. en die hee- reni G. J. en J. W. Vermeulen, zich schuldig hebben gemaakt aan overtre ding inzake het houwen binnen 8 M. van openbare wegen. Aani dien. Raad/ wordt nu in deze om advies gevraagd. |l)e VOORZITTER zegt dat het niet aangaat dat genoemde heeren maar afwijken van de politie-verordening, zonder dit aan te vragen. Maakt men hiervan proces-verbaal op. dan wor den de overtreders in de meeste geval len veroordeeld! in eene kleine geld boete doch lachen dan tevens in hun vuistje dat zij hun zin hebben. Iets anders, minder aangenaam voor de overtreders, zou gedaan kunnen worden, wanneer dé Raad zich met deze zaken bemoeide. Vervolgens zet epr. de verschillende uiteenloopende overtredingen der bovengenoemde bou wers uiteen De heer TIDEMAN zegt dat iedere overtreding op zichzelf staat en der halve afzonderlijk moet behandeld worden. Wat die overtreding der Gebr. Ver meulen betreft, spr. zou hun aanra den alsnog afwijking van de politie verordening aan te vragen. Officieus zal htm nu te kennen wor den gegeven aan den Raad dispensatie te vragen. Wat de door den heer Stom op een afstand van 4 M. van den weg te maken mestput aangaat, wordt be sloten hem in overweging te geven deze put af te breken, daar de Raad hein andtetrs geen dispensatie zal geven, en ten slotte wat aangaat dien bouw der school dtoor die Bloemeaidiaalsche SchooJvereenSging, hierover werd1 nog goeroe beslissing genomen. De( VOORZITTER zegt nog dat bij die indiening der plannen door den gemeen te-architect niet gewezen ia op de afwijking, dse men voorstond, het- geen de hoofdfeanleiding der overtre dingen is. De velschillende overtredingen wor den dus aangehouden opdat de leden nog eens kunnen oord'eeten of zij al dart niet diispensatië zullen verleenen. B. en W. vragen machtiging voor den besteller van het Rijks-telephoon- kantoor te Overveen een nieuw rijwiel aan te schaffen voor een som van 130. Wordt goedgekeurd. Ingekomen stukken. Medegedeeld werd' dlat die bouw dhr.nieuwe openbare school te Bloemendaal gegund is aan P. Ringis, te Santpoort, voor f 20,449. (Die raming wfifc f 27,785). Daarna gaat men In geheime zitting over. Binnenland. De toestand der Koningin. Men meldt van het Loo: Het minder gunstige middag-bulle tin wekte eenige teleurstelling. Als eon geruststellend toeken werd ech ter beschouwd, dat de Koningin-Moe- d/er Donderdagmiddag uitreed, het geen tijdens de ziekte van H. M. de Koningin nog niet was voorgekomen. Hed, bericht dat dr. Roessingh voor- loopdg hier zal blijven, wordt beves tigd door he/t feit dat de echtgenoote tn de dochter van den lijfarts Donder dagmiddag op het Loo worden ver wacht. De familie zal in een hotel in de onmiddellijke nabijheid van hert paleis intrek nemen. De lijfarts blijft echter ten paleize gehuisvest. Men seint ons hedenmorgen uit Den Haag: H. M. de Koningin genoot dezen nacht nu en dan eenigen slaap. De koortshoog te blijft wijzen op een geregeld verloop der ziekte, die de derde week is Ingetre den. Parlementaire Praatjes. De interpellatie over de oproeping der miliciens van 1895 voor herhalingsoefe ningen hoewel daaraan de behande ling van andere wetsontwerpen vooraf ging, zoomede de aanneming, zonder hoofdelijke stemming, bij tweede lezing, van de militaire bevorderings- cn pen sioenwetten was de pièce de résistan- ce van do Kamerzitting van gisteren. Onder de wetsontwerpen van meer al gemeen belang, die voorafgingen was de wijziging der faillissementswet, art. 226, betreffende de surséance van betaling. Daartoe uitgelokt door het bekende ge val van de Z. A. S. M. wilde de Reg., zooals bekend is, opheffen de belemme ring die bestond tegen de verlenging der surséance binnen het jaar. De heeren Marchant en Heemskerk, stelden voor den duur der surséance te beperken tot één jaar (van 1 1/2 jaar), Het amendement werd, na bestrijding door den Min. van Just., verworpen en de eindstemming tot heden aangehouden. De heer van Alphen leidde daarop zijn interpellatie in met te wijzen op de be weging die de oproeping der miliciens van 1895 onder de belanghebbenden heeft teweeg gebracht, die geen herha lingsoefeningen voorzagen. Velen zijn reeds gehuwd en hebben hun zaken; vier weken in dienst te gaan is voor velen hard ero schadelijk, vooral wanneer er niet op gerekend was. Spr. vroeg nu of de Min .alle mogelijke mildheid wilde toepassen en de herhalingsoefeningen tot 2 weken wilde beperken. De heer Ter Laan wees er op, dat de beweging vooral was veroorzaakt om dat het volk niet medeleefde met de ge wijzigde krijgsdienstbepalingen. De lich tingen 9597 hadden najaarsoefeningen gehad. Het gold hier geen jongelieden, maar hoofden van gezinnen, kostwin ners van wie de meesten geen maand uit hun werkkring konden gemist worden; het gold hier de jongens der arbeiders, want in 1895 bestond de persoonlijke dienstplicht nog niet. Zij zouden hun betrekkingen verliezen (kellners bijv.} en tal van gezinnen, bijv. die der landar beiders. zouden er gebrek door lijden. Het verzet ging niet van de socialisten alleen uit, maar werd in alle klassen ge voeld. Hoe zou het met de plaatsvervan gers gaanï Spr. voerde ten slotte, be halve het oeconomisch belang des volks, wettelijke bezwaren aan, wijl het hier personen gold, die veel langer dan den thans vastgestelden wettelijke» termijn in dienst hebben doorgebracht. De Min. van Oorlog kwam er tegen op, dat van socialistische zijde de maatre gel was genoemd een daad om de men- schen te plagen; daardoor was de bewe ging opgewekt. Voor deze herhalingsoe feningen had de Kamer het geld toege staan. zonder dat iemand er tegen was opgekomen. De oproeping was wettig; de Min. moest zijn plicht doen en de wet uitvoeren, 't Was noodig; de troepen van 1895 hadden een opfrissching noodig, wilde men iets aan hen hebben bij de landweer. De Min. verklaarde zich be reid de faoiliteïten toe te staan, die de wet zelve aan de hand deed: de tijd van opkomst bijv. verschuiven. De Min, was bereid de lichting 1895 op te roepen voor hoogstens 14 oefeningsdagen, 18 dagen uit en thuis, en de vergoeding van f 20 te verhoogen. Ten aanzien van de klee ding wilde de Min. ditmaal 't een en ander door de vingers zien. De plaats vervangers moesten opkomen. Ten slotte kwamen twee moties van eerde in deban. De eerste van den beer Ter Laan luidende: „De Kamer, „van oordeel dat de oproeping van de miliciens der onbereden wapenen van de lichting 1895 voor de betrokken huisge zinnen onverwachte an ondraaglijke last is en nipt geSischt wordt door de Mili- tiewet, „noodigt den Min. van Oorlog uit van de voorgenomen oproeping af te zien en „gaat over tot de orde van den dag",'. De tweede van de heer Van Alphen, luidende: „De Kamer, vertrouwende op de door de Reg. toegezegde zooveel mogelijk met de wet bestaanbare faciliteiten, „van oordeel dat overigens de uitvoe ring van den maatregel met vertrouwen aan de Reg. kan worden overgelaten, „gaat over tot de orde van den dag". Belde moties worden ondersteund; zij zullen worden gedrukt. Nadat een motie tot sluiting, van den heer De Klerk, verworpen was. besloot men heden her debat voortte- zetten en Dinsdag 11 uur de behan deling van het militair Strafwetboek aan te vangen. G. Jr. Het Kamerlid voor Amsterdam, aen heer Den Hertog, zal, hoewel zijne ziekte geweken is, in den eerst,volgen den tijd de vergaderingen d.er Kamer niet bijwonen, daar hij nog niet sterk genoeg is. Het verdwenen meisje. Het lijk van het dienstmeisje, drie ■weken geleden te Leeuwarden zoo ge heimzinnig verdwenen, is Donderdag opgehaald uit het vaarwater aan den Groninger Straatweg. Men verdiept zich in gissingen overgereden dezei wanhopige daad. Geen teekenen van geweld zijn op het lijk gevonden. Relletjes te Enschede. De nieuwe arbeiders die Woensdag avond een. luchtje schepten in clubjes van drieën, op weg naar Enschede, warden niet Steenen en slijk gegooid. In het centrum zorgden de marechaus sees, dat zij ongemoeid werden gela ten. In een sigarenwinkel weigerde men hun sigaren te verknopen, ter wijl in een café aan die Haverstraat de eigenaar door de stakers met een boycot bedreigd werd, zoo hij den werklieden drank verkocht. De ge uite bedreiging had echter geen ef fect. Dat zich de relletjes zullen her halen, is niet onwaarschijnlijk. Iemand, die met steenen gooide, is naar Almeloo overgebracht. De voor- bereidin gsmachines voor de grof-, spinnerij zijn in werking gesteld. De firma heeft arbeiders voor de grof- spinnerij aangenomen, die heden zal loopen. Gevaarlijk speelgoed. Een 14-jarige knaap te Scheveningen vond Woensdagavond nabij zijne wo ning in de Vijzelstraat een dynamiet patroon. Thuis gekomen stak hij de lont aan. waarop terstond een hevige ontploffing volgde, die op verren af stand werd gehoord, een aantal rui ten d'eed springen en een brandje ver oorzaakte. dat- in den aanvang echter werd gebluscht. Mie?t den onvoorzich- tigen knaap liep het slecht af. Hij werd zwaar gewond aan nek, lippen en tong en na eerste verpleging door de geneesheer en A. de Niet en Keu- chenius naar diei Ziekenverpleging in de Duinstraat overgebracht, waar hij ondanks goede zorgen. Woensdag nacht is overlieden. Nader schrijft men nog: De dynamietpatroon was gevonden op het bebouwde terrein achter de Vij zelstraat. Ho© het projectiel daar kwam, is nog een raadsel. Terwijl de zuster van den vinder, den door de verwonding omgekomen jongeling, in huis bezig was met het wasschen van linnengoed, wierp haar broeder dé patroon in het vuur van de kachel waarop d© vfleesalijke ontplof finer plaats had. Ais door een wonder heeft het meisje gteen letsel bekomen, hoe wel in de waschtobbe, waarvoor zij stond, een zevental gaten geslagen werden. In het huis zelf bleef geen glasrudt heel en in de nabijgelegen woningen sprongen een 50-tal ruiten. De Scheveningsche politie weet niet met zekerheid' uit te maken den aard van de ontplofte stof waardoor het ongeluk gebeurde. Alleen staat vast dat het. geen dynamiet is. Het naaste vermoeden is dat het een granaat was. Omtrent de toedracht blijkt nader dat dte knaap een lucifer bij hei projectiel hield, dat ontplofte nadat een sissend vuurslangetje zich even over den grond had bewogen. Good afgeloopen. Donderdagochtend geraakte aan don O. Z. Voorburgwal bij het Stadhuis een paard te water van een rijtuig dat deal uitmaakte van een bruidstoet. Het rijtuig bleef op den wal. doordat, het achterwiel aan een boom bleef ha ken en dus bekwamen de passagiers geen letsel. Erg ontdaan door den schrik werdén zij opgenomen bij de familie Hesse en konden later in een an dei- rijtuig verder gaan. De vier voeter werd u.it zijne onaangename positie verlost door Sinck's toestel. Behandeling van krankzinnigen. Een der Amsterdamsche gemeentege- neesheeren, dr. L. B. Ubbens, deelt in het „Hbld." mede. hoe in de hoofdstad des Rijks wordt omgesprongen met krankzinnigen. Hij schrijft o. a.: Reeds jarenlang word ik in mijn stads deel telkenmale door de politie verzocht, krankzinnigheid te constateeren bij per sonen, voor wie men hulp aan de bu reaux zoekt, zoodat ik dikwijls kennis maak met de moeilijkheden, aan ons j doctoren bij zoo'n gelegenheid in den weg gelegd. J Zoo ook weer dezer dagen, toen ik werd geroepen bij een mijner patiënten, een juffrouw uit gegoeden stand, die vrij plotseling het beeld van vervolgingswaan zin vertoonde, met vrees voor vergifti ging en poging om zich van 't leven te berooven. Dag en nacht gelastte ik streng toezicht en verklaarde de opname in een krankzinnigengesticht dringend noodzakelijk. De familie, bestaande uit den echtgenoot, die eene betrekking bij de belastingen heeft en noode gemist kan worden, en uit een eenigen zoon, die bij een Bank werkzaam is, begreep dat de patiente moest worden vervoerd. Ik zond den man naar het politiebureau, kreeg een vragenstaat, dien ik invulde, en schreef eene verklaring voor spoed- eischende opname voor den kantonrech ter. Des avonds was alles gereed, de burge meester had zijne sanctie verleend, do stukken waren geregistreerd en de pa tiënte werd 's avonds om 7 uur vervoerd naar het Wiihelminagasthuis. de poor ten gingen open, het rijtuig reed met. zijn treurigen last binnen, de papieren werden nagezien, naar den directeur gebracht, doch wie nu meent, dat de pa tiente aanstonds werd opgenomen, heeft zich zeer vergist. Het antwoord luidde: „geen plaats". Ja, M. de R., geen plaats, voor eene krankzinnige vrouw, in het groote Wiihelminagasthuis, voor een arme stumpert, die niet weet wat ze doet, met wie men niet weet wat te doen, voor wie door den haar jarenlang kenmenden en behandelenden huismedicus spoed- eischend opname wordt gevraagd. Maar geen nood, er bestaat immers nog een dépendance van het gesticht, op de Lauriergracht, in het bureau van af monstering, het Passantenhuis. Aan den koetsier wordt verzocht daarheen te rij den. Aldaar aangekomen is de patiente uitgestapt... maar heeft na tien minuten dit „gesticht" weer verlaten. Maar neen, liever wil ik den echtge noot laten spreken. 's Avonds om 11 uur kwam hij bij mij, en barstte in mijn spreekkamer in trar nen uit en riep: „Dat is een schande, dokter, na al dat geloop vandaag is het resultaat, dat ze mijn lieve vrouw verwij zen naar een hol, waar een ijzeren ledi kant met een stroozak erin, haar tot rustplaats kan dienen, in een vunzig hok zonder lucht, aan elke zijde een agent van politie in uniform, geen ver pleegster, geen dokter geen medicijnen, niets, nietsl Dat is een schande voor Amsterdam Ik heb mijne vrouw na tuurlijk dadelijk weer meegenomen en verzoek u morgen vroeg eens bij ons aan te komen." Natuurlijk telefoneerde ik met dr Kuy- per, den directeur van het Wiihelmina gasthuis en moest hooren, dat de eerste paar dagen geen plaats disponibel was, dat ik de moeilijkheid genoeg kendo, dat Z.Ed. hoopte over een paar dagen, etc .etc. Na 2dagen telefoneerde ik weer: 't Zelfde antwoord, nog geen plaats, zal zoo spoedig mogelijk bericht zenden. Maar ik kon niet gelooven, wat die man mij had verteld, en al te goed be kend met de lichtgeraaktheid en veelei- schendheid van het publiek, besloot lk, voordat ik de pen opnam, mij persoon lijk te overtuigen van het beschrevene in het Passantenhuis. En ik heb het ge zien. doch indien ik mijne bevinding neerschreef, dan zou ik allicht van zucht tot sensatie worden beschuldigd: Tk zal er dus voorloopig over zwijgen. Maar één ding wil ik zeggen: Zooals bet daar toegaat, daarvan kunnen de autoriteiten niet op de hoogte zijn, dat heeft de 1 ur- gemeester, dat hebben de wethouders van Amsterdam niet gezien, dat kan iret, dat wil ik niet gelooven. En ik roep toe aan al mijn collega's doktoren van Amsterdam: Gaat dat on derzoeken, overtuigt u, en dringt dan te zamen aan op verbetering. Lichting 1895. Ook in Zeeuwsch-Vlaanderen O. D. is een comité gevormd, dat in aansluiting met dat van Vlissingen, zal medewer ken om te trachten de voorgenomen op roeping der miliciens van de lichting 1895 te voorkomen. Te Terneuzen is voor dat doel reeds een vergadering gehou den .terwijl te Hulst en te Zaanslag eveneens bijeenkomsten zullen worden belegd. In eene door het Vlissingseh comité uitgeschreven, te Axel gehouden verga dering van miliciens der lichtingen '95, '96 en '97, hebben alle aanwezigen getee- kend op een adres aan den minister van oorlog, waarin de bezwaren tegen het hoog op 20u kunnen vliegen, en toch. krijg je altijd weer een slag boven op je hoofd).Je dhvaalt overal rond en zoekt hulp. En wordit daarom zoo gauw ver liefd, zei hij «half plagend en half ver wijtend. Lena, Lena, wat zouden moeder en ik blij zijn, als we je onder oeen rustige leiding zagen. Ik voor mij zou het 't pleizierigst vinden je later eenmaal voor altijd bij me in huis te hebben, maar Neen, neen, neen! Een huivering ging haar langs liet lichaam, en toen, als was zij bang, hem beloed'igd te hebben, richtte zij zich van zijn schou- éter Ci\ en sloeg haar beidé armen om tijn hal». Mijn lieve broer! Ik weeit het, mompeldte hij, jij en Amalia, jelui zijn te verschillende na turen, jelui begrijpt elkaar niét. Wees niet boos, broertje! Zij hield haar gezichtje naar hem opge richt. Zusje! Hij kuste liaar op die lip pen ,en toen fluisterde hij, nauwelijks zijn mond van den hare opheffend: IWeet je nog, Lena, dat ik je altijd mijn vrouwtje noemde? Jij was nog zoo klein, jij had moeite mijn groote pas- ©en bij te houden, maar je liep dapper raast me mee! Ja, ik liet je hand niet los, ik was zoo trotsch, als je in plaats van met de groote, deftige heeren en dames met mij wandelde. Weet je nog onze wandelingen op onze vrije middagen? We zochten bloemen en bramen, jij vlocht me een krans en kuste mij. Jij zei: mijn vrouwtje. Dan voelde ik mij zoo gelukkig, dat mijn hart bonsde. Lena was rood geworden ©n tranen kwamen haar in de oogen. Zeg het nog eens: mijn vrouwtje! Toe. Hij glimlachte, maar het klonk be wogen: Mijn vrouwtje! Broei- en zuster stonden als een lief despaar. Hun gestalten waren thans geheel in zonnegoud gehuldi; de war me lichtjes gleden, langs het kleed van het m,ei«jo heen en weer. Beddte dicht tot elkaar voorovergebogen gezichten hadden don zelf den rood'achtigen glans; plotseling werd deze donkerder. Ze lieten elkaar snel lots. Van eten kant van het woonhuis klonk een vrou western: Frits! Frits! Amalia roept, zei de man. Ja, we komen ail, Amalia! Dacht ik 't niet! Zijn jelui hier? Ik zaï 't, teedfere téte-è-tete niet storen! De groote vrouw, die mot, groote etappen nader kwam langs den gras- begroeiden weg. deed nauwelijks hare lippen van elkaar. Iedier woord! was haar te veel. Haar stem was merk waardig klankeloos. Zij lette heele- maal niet op haar schoonzuster en wendde zich alleen maar tot haar man. Er is daar juist een invitatie van de Weiherhofs gekomen voor morgen; groote partij op den Kockelsberg. Ik heb 's middags wel eerst schoolbe zoek, en dan moet ik een oogenblik naar 't daacon assenhuis; maar daarna kom ik dadelijk naar huis en verkleed me. We komen dan eenvoudig wat na. We zullen een. rijtuig nemen als 't noodig is; heelema&i geen bezwaar. En Lena? Moet die met dl© andie ren gaan of op ons wachten? vroeg dte man. Lena De groote vrouw open de de koudie, helderblauwe oogen nog verder. Lena is in 't geheel niet mee- geïnviteerd! Zoo dan bedank ik. Wat daarom wil je 't niet aan nemen? Het bleeke gezicht der vrouw werd donkerrood, men zag hoe haar het bloed naar het hoofd steeg. Een voudig belachelijk! Lena wilde toch immers geen visites maken, voegde zij mompelend er bij. Ik? Dat heb je me nooit gewaagd! De oogen van het meisje fonkelden. Overigens haar blik klaardle het verdonkerde gezicht van haar broer onmiddellijk ween- op ik geef niets om invitaties, ik blijf liever thuis. Dat dacht ik ook, zei haar schoon zuster snel Lena geeft niets oin on ze kleinst eedscha genoegens, en dan zij stak de smalle lippen spottend naar voren iti onze kringen vindt zij weinig voedsel voor haar extravagante ideeën. In haar zo ogen aamden ar tiestenkring in Berlijn, daar zal ze zich beter thuis voelen; ik voor mij moet bekennen, «fat ik in zoo'n omge ving het niet uit zou houdten. Kom, Frits, zij legde zijn arm in den hare, het eten is klaar. De kinderen, wach ten op jie niet bidden! Zij dwong hem zijn trecï naar haar groote paseen t.e regelen Haar zijden rok rulachte. Mevrouw Amalia Langen droeg meestal zij dien kleeren, ook binnenshuis, en het kleedde haar fraaie figuur wonder wel; haar vader, de rijke zijdefabri kant in het WupperdaJ, wiet dat., al tijd stuurde hij zijn dochter de nieuw ste patronen. Langzaam trad Lena achter man en vrouw, naar het woonhuis. Daar was het bed/ met dte begonia's, omlijst door een rand van Ijzeren boogjes. oproepen dier lichtingen voor de nerna- lingsoefeningen waren uiteengezet. i De „Noord'Lxr.' heeft naar den buir- gerLijken staat der verlofgangers van j d'e lichtüng van 1895 te 's Hertogen bosch -een onderzoek ingesteld en be- vonden dlat van. dte 39 aldaar wonende verlofgangers dier lichting meer dan 26 zijn gehuwd. Van die gehuwden j zijn er 4 die geen kinderen ten hun nen laste hebben, 3 die 1 kind hebben, i 11 die 2 kinderen, 5 die 3 kinderen en 3 die 4 kinderen hebben. Van de 26 gehuwden zijn de meeste gezinnen zon- i dier middelen van bestaan, zoo de ver diensten van het hoofd van het gezin, bij eene eventueele oproeping, moeten 1 gemist wordien. Het centraal bestuur van dien Ned. R.-K. Volksbond' zond! een adlre® aan 1 dien mffiniïsber van, oorlog, verzoekende zoo mogelijk het besluit, tot oproeping i der lichting van 1895 in te trekken, of „zoodanige maatregelen te willen ne- i mén, dat door de toepassing van eenï- go overgangsbepaling de uitvoering van het besluit zoodanig wordit ver- zacht, dat de betreffendè miliciens daarvan op minder gevoelige wijze de 1 gevolgen ondervinden." Het Witte Kruis. Dinsdag 20 Moi vergadert te Am sterdam des middags te één uur de N o o rd-HoRaJodbohie Vereeniging „Het Witte Kruis.'. Onder irneer komt in behandeling het rapport, betreffende het onderzoek naar de hoe/dlandgheiid van de in deze provincie verkocht wordende m/elk. De inderdaad trau- rage uitslag vani het onderzoek heeiflt het hoofdbestuur aanleiding gegeven voor te stellen, zich tot de Regeering te wenden om aan te dringen op controle van Staatswege op den melkverkoop. De bevolking van Amsterdam be- droeg op 1 April 1902 533.563 zielen (253.278 mannen en 280,285 vrouwen). Uit de Arbeiderswereid BINNENLAND Donderdag werd vanwege het organi satie-comité de volgende kennisgeving op verschillende punten der gemeente Enschedé aangeplakt: Aangezien de firma Van Heek Co. de in hare fabriek vertoevende onder kruipers des avonds gewapend met stok ken de straat opzendt, dat natuurlijk een volksoploop veroorzaakt en dit de politie aanleiding geeft de volksmenigte met de sabel uiteen te drijven, mèent het orga nisatie-comité de arbeiders en de bur gers nogmaals te moeten aansporen, zich ondanks dit optreden rustig en kalm te houden, en vooral te zorgen dat ze hunne kinderen des avonds thuis houden. Het comité betreurt het gebeurde van de laatste avonden, maar stelt dit geheel voor rekening van de firma Van Heek. Dat het niet de stakenden en uitge stotenen zijn, die tot deze relletjes aan- leiding geven, is voldoende gebleken, doordat zij van af het begin den strijd op waardige wijze hebben gestreden. Nu evenwel de firma Van Heek thans geen middel ontziet om aan dezen voor de arbeiders zoo rechtvaardigen strijd een einde te maken, acht het comité zich verplicht het publiek hiervoor te waar schuwen. Drie nieuwe werklieden hebben zich aangemeld en zijn geplaatst. De totale opbrengst tot steun der arbeiders be draagt thans f 87845. De correspondent van het „Hbld"., seinde gisteren avond: Op dit oogenblik is alles rustig. Pa trouilles handhaven het verbod van sa menscholingen. De heeren Henri Polak en Douwes spreken in het arbeidersge bouw der Roomsch-Katholieken over werkstaking in verband met vakorgani satie. Rechtszaken. Poging tot diefstal. P. G. Schuurmans, J. H. Knaap en C. H. van Blerk stondén Donderdag voor de 4e kamer eter Rechtbank te Amsterdam terecht, ter zake dat zij zich in den nacht van 27 op 28 Febr. ji. omstreeks 1 uur, tot de woning van J. A. Boas, tusschen de St. An- th©niebreeBtraat en een dwarssteeg van de W<atarsteeg, toegang hebben verschaft met het oogmerk om in de woning aanwezige goederen, die van hun gading mochten blijken te zijn, weg te nemen en zich wederrechtelijk toe te eigenen en. dat beklaagden zich ter uitvoering van hun plan om dief- Zij waren de eenige bloemen in den tuin. Mevrouw Langen hield/ niet van i overdaad, alleen van dlezie stijve, kleu- rentrotsche dingen hield zij; nu bloei- i den zij in volle pracht. Peinzend bleef Lena een oogenblik bij 't bloemJied staan en bracht een der dikkoppige bloemen aan haar neus geen geur, geen honiglucht, i zooals (te wilde veldbloemen er zelfs een hebben; koud beroerden dte gladdie blaren haar gelaat. Waarom moest ze i daarbij toch altijd aan baar schoon zuster dienken'? Een zucht deed) haar boezem zwellen: Arme broer! Lena, waar blijf je! Met haastige schreden kwam Langen terug, die ver- i aroda-trap af; hij greep die hand van zijn. zuster. Ben je boos, Lena? Be- leedfigd!? Hij zuchtte. Je moet je dat niet zoo aantrekken, Amalia heeft nu i eenmaal een, een hij zweeg en t zocht naar het woord een eenigs- zins andere natuur. Maar zij heeft een voortreffelijk karakter. Men moet alleen haar weten te begrijpen. IEn kan jij dat? Lena hief de oogen op. ze lichtten zoo verstandig i in het bruine gezichtje. Langen beet zich op de lippen. Zij t houdt van mij, zei hij ontwijkend. Wóe zo-u niet van iou hou dén? stal te plegen, een raam hebben opge schoven en door dat raam in do wo ning zijn binnengeklommen, hebben de zij het misdadig voornemen niet geheel kunnen ten uitvoer leggen, alleen tengevolge van omstandighe den van hun wil onafhankelijk, on der meer dat de bewoners door het door bekl. gemaakt geraas zijn wak ker geworden. Alleen de eerste beklaagde is reci divist. Alle drie de beklaagden ontkennen schuldig te zijn aan hetgeen hen wordt ten laste gelegd. Het O. M. requireerde nochtans schuldigverklaring wan hlle drie de beklaagden aan po-ging tot diefstal, bij nacht en in vereeniging, en mits dien hun veroordeel!ng tot gevange nislstraf ondefrschdidönlijk voor den tijd van 6, 4 en 4 jaren. De verdedigers mrs. Smit en Entho ven, bleken van meening te zijn, dal h'et uitvoerig getuigen verhoor niets an der 3 had opgeleverd, dan aanwij zingen, en dat het wettig en overtul gend bewijs van schuld van beklaag den aan hetgeen hun bij dagvaarding was ten laste gelegd, daardoor niet was geleverd, en concludeerden mits dien tot vrijspraak. Moord te Berïicnm. Donderdagochtend stond voor het ga rechtshof in Den Bosch in hooger beroep terecht Hendrikus Jonkers, oud 27 jaren, boerenknecht, geboren en wonende t.é Berlicum, thans gedetineerd, beklaagd van in den avond van den 19 Aug. 1899, omstreeks 8 1/4 uur te Berlicum opzette lijk en met voorbedachten rade van het leven te hebben beroofd Francïscus van den Boom, in leven rietdekker te Hees- wijlt, door opzettelijk, met het oogmerk hem te dooden, dezen met een degen, met kracht, een steek in de borst toe te bren gen. waardoor die degen diep in diens lichaam drong, en diens borstwand, long, groote lichaamslagader, hartezakje en hart werden doorboord en verwond, hetgeen onmiddellijk, althans kort daar na, den dood van genoemden Francïs cus v. d. Boom heeft ten gevolge gehad. De rechtbank in den Bosch, waarvoor deze geruchtmakende zaak in prima diende, veroordeelde bekl. wegens dood slag tot eene gevangenisstraf van 15 ja ren. Mr. G. Kolfschoten was bekl. ambts halve toegevoegd als verdediger. Er werden geen getuigen gehoord. Eisch voor het Hof 15 Jaar. De Delftsche kellner. Het gerechtshof te 's Gravenhaga deed Donderdag uitspraak in de zaak der nachtkoetsiers Haneveld en Schild- knegt, door de Haagsche rechtbank veroordeeld tot 5 jaar gevangenisstraf wegens diefstal van het horloge van den eerst vermisten, later uit de Trekvaarit dood opgehaaldém Delft schen kellner Van der Kamp. Het vonnis dei- rechtbank werd dooi het gerechtshof vernietigd, daar o.a. recht was gedaan op onwettig bewijs nl op eene uitlating van den eene» beklaagde, die als bewijs tegen dien anderen was gebezigd, Opnieuw recht dioende veroordeelde het gerechtshof de beide beklaagden wegens diefstal in veireeniging met recidive tot dezelfde straf, als waar toe de rechtbank hen had veroordeeld nL o jaar gevangenisstraf. Bevestigd werd, behoudens de ver zwaring der straf waartoe een der be klaagden door de Haagsche Recht bank was veroordeeld, van 4 tot 5 jaar gevangenisstraf, de veroord eel ing van ]twe'e personen wegens diefstal door Idle Haag*cb£ Rechtbank, den eersten bekl. tot 3 jaar gevangenis straf. Heit verzoek van den verdediger, mr. J. H. Telders, om ten aanzien van dezen bekl. een nieuw getuigen verhoor te bevelen of diens zaak te schorsen tot na den afloop van eenige andere zaken, wegens meineed aan hangig tegen getuigen in beklaagde-3 zaak, met invrijheidstelling van be klaagde, werd door het gerechtshof afgewezen. Drie jaren. De Haagsche rechtbank veroordeel-, de Donderdag den man uit Koudeker- ke, die aldaar, in een vlaag van jaloe zie, den stuurman van cla stoomboot Volharding II een messteek toebracht, aan de gevolgen waarvan deze vol gens de deskundigen in hei. zieken huis ie Leiden overleed, tot drie jaren i gevangenisstraf. Zij glimlachte hem teedier toe. Jij goeie jongen! Zij bewoog haar weefce wang langs zijn schouder, steeds maar op en neer, zooals een jong veulen zijn moeder streelt. Koan-, we zullen Amalia niet la ten wachten, daar houdt zij niet van. Broer en zuster gingen samen naar binnen. In (ie veranda stond die tafel gedekt; in die kamer in schemer daar achter teekenden zwaar gebeeldhouw de meubels, zich vaag tegen dé muren af, alles solïdfe als voor de eeuwigheid gemaakt. Elk stuk kostte oen som op zichzelf, dat zag men op 't eerste ge zicht. Op dien vloer geen kleed, dlat gaf maar stof; zondier eenige beklee ding ging men over het spiegelglad parket,. Mevrouw Amalia Langen was beroemd om haar parket en haar meu bels; zij was er dan ook wat. trotsch op.. Het was eigenlijk heelemaal gem huis voor .een ambtenaar met een be scheiden inkomen; Landgericht-srat Langen had) dat uit eigen middelen ook onmogelijk kunnen bekostigen. Ambtenaarszoon zonder vermogen daar past slechts een schouder-opha len. Wordt vervolgd.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1902 | | pagina 2