NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
Meestgelezen Dagblad, in Haarlem en Omstreken.
19e Jaargang.
Zaterdag 3 Mei 1902.
No. 5770
U'S DASBLAD
ABONNEMENTSPRIJS
Voor Haarlem per 3 maanden 1.20
Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der gemeente),
per 3 maanden1.30
Franco door liet gebeele Rijk, per 3 maanden1.65
Afzonderlijke nummers0.02%
Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden0.01%
de omstreken en franco per post0.45
ADVERTENTIÉN
Van 15 regels 50 Cts.; iedere regel meer 10 Cts. Buiten bet Arrondissement Haarlem
is de prijs der Advertentiën van 1—5 regels 0.75, elke regel meer 0.15.
Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Reclames 30 Cent per regel.
Bureaux: Gebouw Het Spaarne, Kampersingel 70, vlak bij de Turfmarkt.
Telefoonnummer der Redactie 600. Telefoonnummer der Administratie 122
Intercommunale aansluiting.
Uitgave der Vennootschap Lourens Coster. Directeur: J. C. PEEREBOOM.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze Agenten en door alle Boekbandelaren en Courantiers. Met uitzondering van bet Arrondissement Haarlem is bet uitsluitend recbt tot plaatsing van Advertentiën
en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan bet Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam.
Dit blad verschijnt dagelijksbehalve op Zon- en Feestdagen,
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère G. L. DAUBE Co. JOHN F. JONESSucc., Parijs Faubourg Montmartre.
Aflverten tiën
VOOR HET
Zaterdagavondnummer.
Meermalen zijn wij tot ons leedwe
zen genoodzaakt Advertentiën af te
wijzen voor het Zaterdagavondnum-
meir, die des Zaterdagsmorgens pas
worden bezorgd.
Wil men zeker zijn van de plaatsing
dan is inzending op Vrijdagavond noo-
dig, uitgezonderd natuurlijk kleine ad
vertenties of familieberichten, die
moeilijk vooraf kunnen worden inge
leverd.
De ADMINISTRATIE.
Haarlem's Dagblad van 3 Mei
bevat o. a.:
Van den vrede, De tentoonstel
ling te Dusseldori, Parlementaire
Praatjes, 1 Mei-dag, Meineed
Officieele Berichten.
BURGEMEESTER EN WETHOUDERS
van Haarlem;
Gelet op artikel G der Hinderwet;
Brengen ter openbare kennis, dat
door hen van het gemeentebestuur van
Heemstede is ontvangen eene kennisge
ving, dat ter Secretarie van genoemde
gemeente ter inzage ligt gedurende drie
dagen voor 10 Mei a. s. des voormiddags
ten 11 ure, "een verzoek met bijlagen van
A. van Altena te Haarlem, om vergun
ning tot het oprichten eener inrichting
■tot het vervaardigen en herstellen van
automobielen en motorrijwielen met. gas
motor als beweegkracht, op het perceel
no. 1833 der gemeente Heemstede en dat
op 10 Mei a.s. des voormiddags ten 11
ure, ten Raadhuïze dier gemeente gele
genheid zal bestaan om bezwaren tegen
dit verzoek in te brengen en deze mon
deling en schriftelijk 'toe te lichten.
Haarlem, 1 Mei 1902.
Burg. en Weth. voornoemd,
DE HAAN HUGENHOLTZ, L. 3.
De Secretaris,
PIJNACKER.
BURGEMEESTER EN WETHOUDERS
Brengen bij deze ter kennis van de in
gezetenen der gemeente:
Dat met de uitreiking van de beschrij
vingsbiljetten voor de belasting op be-
drijfs- en andere inkomsten over het
dienstjaar 1902—1903 een aanvang zal ge
maakt worden op Maandag den 5en Mei
aanstaande.
Haarlem, 30 April, 1902.
Burgemeester en Wethouders
voornoemd,
DE HAAN HUGENHOLTZ, L. B.
De Secretaris,
PIJNACKER.
Politiek Overzicht.
Er is toch ©enig nieuws over den
vrede, al is het dan ook van ontken-
nenden aard. Officieel spreekt men
tegen, dat de la Reij zich heeft over
gegeven, een gerucht dat blijkbaar
ontstaan is uit het al even onbetrouw-
barie bericht, dat drie commando's van
hem zich wilden onderwerpen. Een
dergelijke tegenspraak is eigenlijk al
leen noo'dig voor het Engelsche pu
bliek, hetwelk, vrij wel overtuigd
schijnt, dat de vrede aanstaande is.
BelaiTgrijker nog is het bericht, waar
het erkent, dat de kwestie van de
Kaapsche rebellen voor dien vrede een
hinderpaal is. Daarin ligt., dat die En
gelsche regeer,ing de algerneene am
nestie ils blijven weigeren, en dat is
genoeg om dien vrede onmogelijk te
maken. De republikeinen zullen hun
Afrikaandier broeders niet in de kou
laten.
Volgens - een telegram van de „Dai
ly Telegraph" uit Pretoria van Zater
dag, zouden de commando's onder
Kemp in het begin van deze week ten
W. van Klerksdorp samenkomen om
over den vrede te beraadslagen. Als
dit juist is, moet men er uit opmaken,
dat de la Reij alleen met de officieren
gesproken en hij niet de burgers ge-
raadfpleagdl 'heeft. Intuisschen is Ian
Hamilton ten W. van de Hartsrivier
aan het schoonvegen. Zijn daar nog
commando's die niet vergaderen?
De tijd, waarin de uitslag van het
raadplegen van de commando's hekend
kon worden, eerst op dirie weken ge
steldli, wordt steeds langer. In de of
ficieus© mediedeeling van Reuter werd
Woensdag, toen al ruim twee weken
van dien tijd verstreken waren, nog
een paar weken wachtens in het voor
uitzicht gesteld. Nu heet het, dat er
den 25en Mei eerst een beslissende bij
eenkomst te Vereeniging gehouden zal
worden, van de Boeren-rgeerders is
blijkbaar bedoeld', Kan het zijn, dat
de Engelsche regeer ing, zoo zij al vóór
de kroning geen vrede kan krijgen, de
onzekerheid zoo lang mogelijk wil
rekken, zoodat men zich in die feeste
lijke dagen nog met blijde hoop vleien
kan? Het is haast niet te denken, aan
gezien de kroning op 23 Juni valt,
maar wat kan de bedoeling dan zijn
van dit klaarblijkelijk uitstel van eeni-
ge beslissing?
Dat die 25e Mei is vaJstgesteld voor
de eindiberaadslaigingen over den vre
de door de Boeren, wordt door de
Jingobladen als een hoopvol teeken
voor de kans van onderwerping be
schouwd.
De „Times" maakt de opmerking
dat de uitbreiding van den vastge-
stelden termijn, aantoont dat de Boeren
geen misbruik maken van de facili
teiten, di'e die Engelschen, hun hebben
toegestaan.
De „Daily Telegraph" ontvangt van
zijn correspondent bericht, dat die
drijfjacht van Bruce Hamilton' mis
lukt is.
Balfour zeide in h'et Lagerhuis: Er
zijn op 't oogenblik geen berichten over
de vredesonderhandelingen die ik aan
net Huis kan mededeelen.
Buitenlandsch Nieuws.
Uit Zuid-Afrifea.
De ..Standard" verneemt uit Durban
dat de wetgevende vergadering van
Natal een motie heeft aangenomen,
waarin de regelering uitgenoodigd
wordt, hulp te verleenen aan de be
narde ingezetenen ten noorden van de
Toegela. De eerste-minister bestreed
dte motie: de regeering had hun reeds
750,000 p. st.. uitbetaald, en was niet
in staat, meer te betalen.
De scheep va rttrust.
In het Engelsche Lagerhuis stelde
sir J. Woodhouse een motie voor om
het Huis te verdagen, ten einde de
aandacht te vestigen op de combinatie
van Atlantische scheepvaartmaatschap,
pijen.
Balfour zeide, dat die aandacht dier
Regeering hij zonder gevestigd was ge
weest op deze quaestie gedurende de
laatste weken. In de drie jaren, ge
durende welke de contracten van de
admiraliteit betreffende koopvaardij-
kruisers met maatschappijen, die dieel
uitmaken van de combinatie, nog loo-
pen. zou de Reg. tijd hebben om te over.
wegen welke nieuWe regelingen in dat
opzicht moesten gemaakt worden. Wat
betreft de uitwerking der combinatie
op scheepvaart en hand'el van Groot-
Brittamnlë .stonden wij voor problemen
van de grootste moeilijkheid. De com
binatie is geen handelsonderneming,
op touw gezet door een vijandige" bu.i-
tenlandsche mogendheid, maar een
scheepvaart-combinatie. Men kan niet
verwachten, dat die Regeering een af
wijking van de traditioneele politiek
des lands zal aankondigen, zonder een
voortgezet angstvallig onderzoek en
overweging van het probleem van alle
zij dien.
Na eenige verdere discussie werd die
motie ingetrokken.
Do tentoonstelling te Dusseldorf
Al wat ik onlangs op de tentoonstelling
in worden zag, aldus de correspondent
van de ,.N. R. Ct.", was Donderdag bij
de openingsplechtigheid gereed, voor
zooveel het de reusachtige inzendingen
van de staal-, ijzer en steerikolenn ij ver
heid betreft-. Reeds toen, veertien dagen
geleden, lagen die kolossale stukken in
hun eigen tentoonstellingsgebouw uitge
pakt, zoodat er nog slechts overbleef, de
machines op te stellen en de voorwer
pen op hun plaats te brengen, hetgeen
overigens, bij het ontzaglijke gewicht
van sommige nog buitengewoon veel ar
beid heeft vereischt. Want de hier ten
toongestelde werkstukken der groote in
dustrie zijn de echte voltooide stukken,
en niet maar met metaalkleur beschil
derde houten modellen, gelijk dat zelfs
op wereldtentoonstellingen meermalen
is voorgekomen. In een enkel geval,
waar in de centrale machinenhal een
houten model opgesteld moest worden,
omdat de ontzettende zwaarte van het
echte stuk een omslachtig fundeerings-
werk vereischt zou hebben, is dat na
drukkelijk vermeld.
Evenzoo is de kunsttentoonstelling met
haar twee afdeelingen, d,e moderne en
de kunsthistorische, gereed. Alleen in de
kleine nijverheid, en in den tuin- en
parkaanleg is er nog veel onafgewerkt;
dit kan wel is waar nog korten tijd sto
rend werken op het uiterlijk van de ten
toonstelling, maar de „ijzeren kern" van
het tentoongestelde is voltooid.
Een ijzeren kern, want deze tentoon
stelling is, indien men het kunstpaleis
uitzondert, één loflied op de ontwikke
ling der Duitsche staal-, ijzer- en machi-
nen-industrie. De bejaarde voorzitter der
tentoonstellingscommissie, de geheime
handelsraad Heinrich Lueg, mocht dan
ook, Donderdagmiddag, in zijn officieele
openingsrede met gerechtvaardigden
trots zeggen, dat Duitschland in het korte
tijdvak der laatste twintig jaar zelfs En
geland in de ruw-ijzer industrie bijna in
gehaald en in de staal-industrie ver over
vleugeld heeft. Daarmede staat in ver
band dat de steenkoolproductie, alleen
in het Roer-bekken bijvoorbeeld meer
dan verdubbeld is: van 28 op 60 millioen
ton 's jaars.
In de lange openingsrede van Lueg
was in staatkundig opzicht aanmerke
lijk, dat hij in naam van de Duitsche
groote nijverheid en van de nijverheid
in haar geheel, den aanwezigen rijks
kanselier en de ministers, en ook den
jongen kroonprins, onomwonden te ken
nen gaf: onze industrie heeft zich zoo
sterk ontwikkeld, wat zij tot stand
brengt overtreft zoo ver het binnenland-
sche gebruik, dat zij om zich in stand
te houden, volstrekt behoefte heeft aan
den afzet van haar voortbrengselen bui
tenslands. Van het tot stand komen van
goede nieuwe handelsverdragen hangt
onze uitvoer af en dat is een levenskwes
tie voor onze nijverheid. Het is te ho
pen dat de regeering er in slaagt, bij
den wannen strijd over het douaneta
rief, volgens de oude gedragslijn van
Bismarck een matig beschermend recht
tot stand te brengen... De spreker legde
nadruk op het woordje matig.
Ook in de nu volgende rede van den
voorzitter der kunstafdeeling, prof. Fritz
Roeher, was een gedeelte dat zekere ver
rassing wekte. Dusseldorp ais kunst-cen
trum, en Roeber persoonlijk behooren
geenszins tot de moderne richting; Roe
ber kan in kunstzaken gelden als ,,'s Kei-
zer's man." Maar thans, nu Dusseldorp
zich opmaakt om in de toekomst met
München en Berlijn te wedijveren, schijnt
prof. Roeber als het toekomstige Dussel-
dorpsche program verkondigd te hebben:
Wij weten wel is waar niet, waarheen de
nieuwste richting zal leiden, maar wij
verheugen ons in de jeugd, die alle brug
gen achtera ich afgebroken, vol hoop het
oude land verlaten en met vermetelen
moed naar nieuwe doeleinden gestreefd
heeft. Want overal heeft zij de slapenden
wakker geschud, en allen in de verschil
lende kampen aangespoord tot inspan
ning hunner uiterste krachten. Iedereen,
ook Dusseldorp, aanvaardt de „Sezessi-
onskunst".
Nadat de twee voorzitters gesproken
hadden, opende de kroonprins, daartoe
uit Bonn overgekomen, als bescherm
heer der tentoonstelling deze op plech
tige wijze. Het is niet voor het eerst, dal
de jonge erfgenaam des Keizers in het
openbaar optreedt, maar toch de eerste
maal bij een zoo gewichtige gelegenheid.
Hij heeft al eens, ter vervanging van zijn
vader, een Hohenzollern-gedenkteeken
onthuld, ook bij een door kunstenaars
georganiseerd weldadigheidsfeest in Ber
lijn heeft hij eens een feestrede gehouden
maar Donderdag was het, om zoo te zeg
gen, zijn vuurdoop als spreker voor een
grooten kring. Ook hierin wijkt de kei
zer aanmerkelijk af van zijn voorgangers
die hun troonsopvolgers eerst zeer laat
vergunden, in het openbaar op te tre
den, terwijl de tegenwoordige kroonprins
reeds in zijn studententijd door zijn va
der wordt uitgezonden om deel te nemen
aan het openbare leven.
Nadat de kroonprins de tentoónstelling
geopend had verklaard, begon de omme
gang door de tentoonstelling, waarop
om twee uur een feestmaal volgde. De
kroonprins en de Rijkskanselier zouden
daar het woord voeren.
Tot kort voor de opening en den om
megang was het weer ruw en regenach
tig, daarna brak n en dan de zon door.
Algerneene Berichten.
De „Neue Frei'e Press©" deelt mede,
dat er Woensdag een mijngasontplof-
fing heeft plaats gehad in de Dobl-
hoffschacht nabij Mariaschein, beboe
rende tot die Briixer kolenmijnen. De
,,N. Fr. Pr." geeft het aantal slacht
offers op als zes do oden, vier zwaar
en vier licht gewonden. Een telegram
uit Auszig zegt., dat het juiste getal
nog niet is op te geven, daar een dier
verongelukten d'e aarbeiderslijst bij
zich had! en deze nog niet is terugge
vonden. Er zijn echter reeds 5 dood en
boven gebracht, ze-s zwaar gewonden,
waarvan één stervende is, en twee
licht gewonden.
De „Petit Bleu" lieeft van mr. Stru-
ben .ondervoorzitter van den. Vrede
bond, gehoord, dat de bond een voor
stel tot schikking tusschen Engeland'
en d'e Boeren uitgewerkt en bij de in-
tei-parlementair© unie te Bern ingezon,1
heeft
Een windhoos, die Dacca in Britsch-
Indië en aangrenzende plaatsen teis
terde, heeft 416 personen het leven
gekost. De oogst is reddeloos ver
woest. Het volk lijdt hevig.
De Londenschie graafschapsraad, dïe
zeer slecht behuisd is, heeft, in begin
sel besloten aan den nieuwen grooten
weg .die midden in de stad wordt aan
gelegd op het zoogenaamde eiland
aan het Strand-einde een grootsch
stadhuis van Londen te bouwen.
De Lord-Mayor van Dubih heeft de
uitnoodiging van koning Eduard om
d'e kroning bij te wonen afgewezen.
Ingezetenen van Dublin hebben nu
op een vergadering daartegen gepro
testeerd en den koning verzocht een
adres van trouwbetuiging aan te ne-
Stadsnieuws
Haarlem, 2 Mei.
Stukkon Tan den Gemeenteraad
De school in het huis van be
waring.
Thans doen B. en W. inderdaad het
voorstel om het nieuwe gedeelte van het
vroegere huis van bewaring gedurende
den bouw van een nieuwe school in
te richten tot halpschool.
Zij wijzen er op, dat bij de uitbrei
ding der gemeente nu reeds maatrege
len dienen te worden genomen om in het
gebrek aan schoollokalen voor 1903 te
voorzien.
Niet zoodra toch zal de zesde tus-
schenschool voltooid zijn, of reeds 10 van
de 12 lokalen zullen in gebruik genomen
moeten worden, zoodat op 1 Mei 1903
niet aan alle aanvragen zal kunnen
worden voldaan.
Uit den aard der zaak is het huren
van een particuliere school slechts tijde
lijk. In het huis van bewaring nu zal de
gemeente steeds zes nieuwe klasse-lo
kalen ter beschikking hebben. De kos
ten daarvan, waarin door het Rijk ook
vermoedelijk 25 zal worden bijgedra
gen worden geraamd op J 13.200. Voor
de aanschaffing van schoolmeubelenzal
een bedrag van t 800 benoodigd zijn.
(117)
B. en W. leggen de rekening en ver
antwoording over van het Burgerlijk
Armbestuur; betreffende de Huiszittende
Armen en het Stads- Armen- en Zieken
huis over 1901, sluitende met. een bedrag
van f 25.059.15'. Zij stellen voor deze goed
te keuren.
(122).
Het gemeentebestuur van Bennebroek
wenscht geen gebruik meer te maken,
van een stuk grond aan de Leidsche
vaart onder Bennebroek. 13. en W .stellen
voor de gemeente Bennebroek van de
huur te ontslaan,
(123.)
B. en W. stellen voor aan mevr. A. M.
T. A. Peltenburg geb. de Kuyper alhier,
voor t 300 in koop af te staan het gedeelte
grond ter hoogte van ongeveer 12.78
grenzende aan haar perceel aan den
Kampersingel. De koopster staat tegelij
kertijd om niet aan de gemeente af een
strook grond, ter oppervlakte van onge
veer 0.18 M\
(124).
B. en W. stellen voor de perceelenaan
de Lange Poellaan no. 38, 40. 42 en 44
ongeschikt, tot bewoning te verklaren,
wegens gemis aan goed drinkwater (eig.
C. Jansen Hendriks).
(128).
Geen halteplaatsen meer!
Op het- adres van de E. N. E. T.hou-
dende verzoek om definitieve vaststelling
van halteplaatsen voor het in- en uit
stappen^ van personen, willen B. en W.
voor zoover de ceintuurbaan betreft
afwijzend beschikken.
Zij meenen dat in het proefjaar geble
ken is, dat de meerdere regelmaat in den
dienst geenszins kan opwegen legen het
groote ongerief, ontstaande door de vaste
stopplaatsen. Voor de lijnen Zandvoort
en Bloemendaal wenschen zij het even
wel toe te staan.
R i p p e r d a-p a r k.
Mevr. Hoog en. 27 mede-onderteeke
naars, verzoeken den aanleg van het
Plantsoen in het Ripperdapark niet te
veranderen of te wijzigen, maar den aan
leg en vorm geheel te laten als nu.
Verzekering. Bij het sterven van
den kostwinner worden van de achter-
blijveriden veel -opofferingen geëischt,
zoowel stoffelijke als geestelijke. Geluk
kig als de afgestorvene verzekerd was.
Vaak echter heeft men nog last met den
tijd van uitkeering. Deze nu bedraagt bij
de Nationale Levensverzekeringsbank te
Rotterdam waarvan mej. Mary Flpisch-
man alhier, inspectrice is, nog geen zes
dagen, zoodat men direct geholpen is.
En dit, terwijl er in de voorwaarden een
termijn van een maand is gesteld. De
Nationale Levensverzekeringsbank kan
dus in waarheid geacht worden met den
meesten spoed haar verplichte uitkeerïn-
gen te doen.
fiVnllleton*
Naar het Duitsch van
CLARA VIEBIG.
Ze schrikte. ,,Ik ik o
„Natuurlijk! Net als al de anderen,
preutsch, bang. En ik d'acht nog wel,
dat u, juist u, boven di'e pruderie zoudt
staan; dat u voor een man die wat
rondscharrelt en vol weemoedig ver
langen een ideaal zoekt, dat ideaal
zoudt kunnen zijn!" Hij greep haar
arm en drukte dien ruw in zijn opwin
ding, „Ach, juffrouw Langen,
weet niet wat het is, als jongmensch
bet leven d'oorroezen! Altijd! dat zin-
looze uitgaan! Ik wou dat ik een
schoenlapper of een kleermaker was en
'heel em aai geen talent en verlangens
had, dan zou ik er beter aan toe zijn.
Dan had ik ten minste rust! Maar op
die manier!" Hij nam zijn knevel en
beet er op. „Hè!"
Ach! Lena was purperrood ge
worden. Wat is dat naar, zei ze zacht.
Ja, met een soort wreed plei.
zier ging hij verder, rust heb je pas
als je in 't graf ligt. Begrijpen en
beweenen zal ook dan nog niémand
je. Die heeft het tot niets kunnen
brengen, zeggen ze dan en halen de
schouders op. Het is om wanhopig te
worden! Nu liep hij weer heel snel
en trok Lena als 't ware met zich
mee.
En u wil niet? zei hij zenuwach
tig U zou mij zooveel goed kunnen
doen. wij zoudlen zoo heerlijk alles
met 'elkaar kunnen bepraten! Ik ben
geen gevaarlijk miensch, hij keek
haar eerlijk in 't gezicht met een
trouwhairtigen lach, di'e hem nog in
nemender maakte, en aan zijn trekken
een haast jongensachtige uitdrukking
gaf, u hoeft niet bang te zijn, ik
meen het heel oprecht!
Zijn stem klonk warm, ©enigermate
teedler, zoo spreekt men tot een kind:
Je hoeft niet bang te zijn!
Lena keek hem in de oogen, waar
van het wit in het vreemde licht, met
een zeldzame vochtigheid glinsterde.
Ze sloeg ds hare snel weer neer. Ik
wil wel ik wil wel, zei ze bang en
toch met een zekere vreugde.
Dank u!
En toen spraken ze heiden niets.
Het was een lange stilte, waarin alleen
hun voetstappen weerklonken, die in
de verte een echo vonden. Daar liepen
ook menschen, maar zoo ver, zóó ver!
De sterren fonkelden en' flikkerdien
aan den hemel. Een lichte wind kwam
door den stillen nacht en ruischte in
die kale boomen langs den rand van
het trottoir.
Net lente, fluisterde Lena.
Het ook lente bij mij, zei
hij eveneens zacht.
Zij gingen den hoek van de laatste
dwarsstraat om, ze stonden stil voor
een huis met veel verdiepingen. Ilc
dank u duizendmaal; nu ben ik thuis!
Lena haalde dien sleutel te voorschijn.
Hij nam hem uit haar handen en
stak hem aarzelend' in 't slot. Juf
frouw Langen, zeg u mij nu,
wanneer wanneer mag ik u te
rugzien? Morgen, overmorgen!
Overmorgen! Het klonk als ©en
zucht. Toen snel: Toe, maak u open,
toe. ik moet gauw naar boven!
Goeden nacht! Zij scheurde zich
los. En nu nog eens, glimlachend:
Goeden nacht! De deur sprong open
nu was die weer dicht.
V.
Dokter Allenstera en zijn vrouw Su
zanne geboren Bredenhofer. woonden
in de Kanonierstrasze, in een van de
daar nog zeldzame elegante woningen,
aan den overkant, rechts en links min
of meer echt burgerlijke, vervelende
huizen; de straat zelf een beetje don
ker, bovendien ©enig gebei van een
paardentram. Maar de li'gging was
goed, overal dichtbij, schouwburgen
en concertzalen gemakkelijk te berei
ken; daarbij is 't wenschelijk voor een
dokter in het centrum der stad te wo
nen.
„Specialiteit in neus- en keelziek
ten", stond op dë plaat, aan de voor
deur. Allenstein had een uitgebreide
practijk. In de ochtend*- en middag-
spreekuren werd de met tapijten be
legde trap aardig plat geloopen. De
electrische schel aan de voordeur ra
telde haast aan één stuk door, tot me
vrouw Suzanna energiek gevraagd
had. of daar niet wat anders op ge
vonden kon worden. Ik -zal ook nog
tot je patiënten behooren, klaagde ze
tot haar man. mijn zenuwen zijn ge
spannen om te scheuren. Hè, ver
schrikkelijk ze hield zich de ooien
toe alweer! Ik geloof dat mijn trom
melvlies springt!
Vanaf dien dag stond d'e knecht
achter die halfgeopend© gangdeur en
liet dë menschen in en uit; geheld
werd er ni'et meer. En waren de
menschen weg, dan werden dë gang
en de trap besprenkeld met geurige
oliën. Mevrouw was ontzaglijk ge
voelig. de reuk van ziekte en medica
menten maakte haar ziek. Zij rook ar
iets. waar een ander nog niet het min
ste vermoedde; dan trilden haar fijne
neusvleugels, ze nam een eau-de-co-
logne-döuche en trok zich terug in
haar slaapkamer, heel in het uiteinde
van het groote huis. Daar lag ze op
het rustbed!, het geteisterde hoofd in
het zijden kussen gedrukt.
Suzanna Allenstein was alis juf
frouw Bredenhofer een aardig meisje
geweest. Een nerveus© trek in het
bleek©, interessante gezicht, om de
donkere oogen. had ze altijd gehad;
thans trad die heel sterk op den voor
grond'. Ze had het zelfde aanwendlsel
als haar broer Richard, om oven- het
voorhoofd te strijken.
Dokter Allenstein verdiende veel
geld. maar dat hadden ze ook noodüg.
PaWtijtjesi gleveta, partijtjes bezoe
ken, toiletten, premières, concerten
mevrouw Suzanna had' die bepaalde
behoefte om zich te verstrooien, een
honger naar bonte afwisseling; en hij,
de dokter, was er erg op gesteld, bij-
zondier goed! te eten. Bovendien in 't
voorjaar een kuur in Franzensbad
voor hóAr; later in den zomer als bet
den dokter gelukte wat vacant?© te ne
men een gemeenschappelijk verblijf te
Ponjres in a of Sylt. Men ontmoette
daar altijd nette lui ©n maakte aan
gename kennissen. Men was nooit al
leen. men had' altijd gezelschap.
De slanke, haast magere leden lang
uit gestrekt, de armen aan weerskan
ten van de canapé slap afhangend,
lag Suzanna te tiroomen. Om de
oogen had ze veel kleine plooitjes en
een scherpe trek groef zich onder haar
neus. Vandaag was ze weer erg naar;
pas laat in den morgen van een hal
thuisgekomen, was Karei om negen
uur toch alweer opgestaan hoe on
voorzichtig! en zooeven was het
meisje daar bij den haard tegen een
stoei geloopen. om iemand van schrik
een ongeluk op 't lijf te jagen.
Het hout in den haard knetterde;
op eenis oen lukll gekraak zij schrik
te op en vloog van haar stoel. Ha!
Met bevende vingers wierp ze den
sleep van haar met kant gegarneerd!©
ochtendjapon naar achteren. „Je laat
me schrikken hè Ze streek zich
da haren uit de oogen en. hield met
de hand het hoofd vast. Ik tril over
mijn heele lichaam wi'e is daar?
Binnen! Ze ze ihet vrij scherp; ze wil
ds niet gestoord zijn, ze had zoozeer
rust noodig!
(Wordt vervolgd.)